WWW.PRECIAMOLEN.COM

i 40 indicator

Gebruikershandleiding

04

-55

-00-3

MU

A -

1

2/2

01

2

i 40-SS

i 40-PM

i 40-DR

Deze handleiding is bestemd voor de gebruikers van de i 40 indicator.Dankzij deze handleiding zult u het apparaat snel onder de knie hebben. Raadpleeg de volgende handleidingen voor de elektrische aansluiting en de installatie :

• blokschema van de bekabeling : 04-50-00 DD

• installatiehandleiding : 04-55-00 MI

Veiligheid

Voor het materiaal dat wordt aangesloten door middel van een contactdoos, bepaalt norm NF EN 60 950 dat die contactdoos in de buurt van het materiaal moet worden geplaatst en gemakkelijk bereikbaar moet zijn. Voor het materiaal dat vast verbonden is met het netwerk, moet er in de vaste installatie een snel bereikbare hoofdschakelaar worden ingebouwd.

04-55-00-3 MU A 1

Inhoudsopgave

Voorwoord

Documentconventies ...................................................................................................... 2

Aanbevelingen ................................................................................................................ 2

Overzicht

Keyboard ........................................................................................................................ 3

Navigatieprincipe ............................................................................................................ 4

Scherm ........................................................................................................................... 5

Hulpzone – details van de indicatie van de geldige toetsen ........................................... 6

Basisparameters ............................................................................................................ 6

Operatorfuncties

Inleiding .......................................................................................................................... 7

Inschakeling ................................................................................................................... 7

Nulstelling ....................................................................................................................... 8

Tarreren .......................................................................................................................... 8

Aanvangsnulstelling ....................................................................................................... 8

Weergave van bruto ....................................................................................................... 9

W2 range ........................................................................................................................ 9

Weergave van de gegevens ........................................................................................... 9

Raadpleging DSD ........................................................................................................... 11

Instelling operator

Inleiding .......................................................................................................................... 12

Handmatige invoer van een tarrawaarde (vooraf bepaalde tarrawaarde) ...................... 12

Instelling van de drempelwaarden .................................................................................. 13

Metrologisch scherm ...................................................................................................... 14

Configuratie operator

Inleiding .......................................................................................................................... 15

Configuratie van de drempelwaarden ............................................................................ 15

Omschakeling van de drempelwaarden ......................................................................... 16

Opslag ............................................................................................................................ 17

Foutmeldingen

2 04-55-00-3 MU

i 40 indicator

Voorwoord

$ Documentconventies

% Pictogrammen

O Belangrijke waarschuwing met betrekking tot de veiligheid van mensen.

P Opmerking met betrekking tot de bescherming en het goede onderhoud van het materiaal.

O Opmerking die bedoeld is om :

- de handleiding gemakkelijker te kunnen lezen.

- het materiaal optimaal te kunnen te gebruiken.

% Terminologie en afkortingen

De menuopties of parameters worden als volgt genoteerd :

• OPERATOR / OPTIE 1 / OPTIE 2... / PARAMETER

of

• INSTALLATEUR / OPTIE 1 / OPTIE 2... / PARAMETER

Aangezien de functies allemaal in de "OPERATOR"-modus worden uitgevoerd, worden de weergaven in deze handleiding als volgt afgekort :

• OPTION 1OPTION 1OPTION 1OPTION 1 / OPTION 2OPTION 2OPTION 2OPTION 2... / PARAMETERPARAMETERPARAMETERPARAMETER

$ Aanbevelingen

Voor een optimale precisie en voor de bescherming van het materiaal :

• Stel de indicator en de weegschaal niet bloot aan schokken of overbelasting.

• Laat geen massa op het instrument staan ; maak de weegschaal leeg na afloop van het wegen.

• Gebruik nooit oplos- of schuurmiddelen voor het reinigen.

04-55-00-3 MU A 3

Overzicht

$ Keyboard

Functie

E EscapeEen menu of de huidige invoer zonder registratie verlaten.

m Menu

- Verleent in de gebruiksmodus toegang tot de instelling van de applicatie.

- Hiermee opent u de configuratiemodus door de toets bij de inschakeling ingedrukt te houden.

R BevestigingEen menu openen of bevestiging van de huidige invoer.

E + R Opnieuw starten Houd deze toetsen ingedrukt om de indicator opnieuw te starten.

u< >d

RichtingstoetsenDe menu- of lijstopties doorlopen.Indicatie < > in de hulpzone.

Z Nulstelling

t Tarreren

B Weergave van bruto

4 04-55-00-3 MU

i 40 indicator

$ Navigatieprincipe

• Met de navigatietoetsen kunt u de menu's en de lijsten met vooraf bepaalde waarden doorlopen. Ze zijn actief wanneer de symbolen < > worden weergegeven in zone 3 van het scherm (Zie "Scherm", pagina 5.):

• In hetzelfde geval, voor de raadpleging van geregistreerde waarden :

• In geval van een navigatiefout :

• Naar de opslagoptie gaan (configuratiemodus) :

< > 1. De opties van een zelfde niveau doorlopen (of de mogelijke waarden).

R 2. De gekozen optie (of de gekozen waarde) bevestigen.

< > De weergegeven gegevens doorlopen.

E Een menu, een rubriek of een optie verlaten (een niveau teruggaan).

ETeruggaan naar het hoogste niveau van het configuratiemenu om naar de opslagoptie te gaan.De toets indien nodig meermaals indrukken.

04-55-00-3 MU A 5

$ Scherm

Functie

Opschrift/symbool Gebruiksmodus

1. Gewichtszone Weergave van het gewicht dat aanwezig is op het plateau.

2. Gebruikerszone Indicaties voor de gebruiker.

3.

Hulpzone

- Indicatie NETNETNETNET indien registratie van tarra.

- Eenheidsaanvulling.

- Indicatie van de geldige toetsen.Zie details hieronder

4. kg g t lb Eenheid.

5.

D

- Geen symbool. Het weergegeven gewicht is een metrologische referentie.

- Symbool D wordt weergegeven. Het weergegeven gewicht is geen metrologische referentie.

6. W1 W2 Bereik 1 of 2 is actief.

iiii Het gewicht is instabiel.

zzzz Het gewicht bevindt zich in de nulzone en is stabiel.

7. .... Bevestiging van het indrukken van een toets

k

z.

d

8888.8888888888888888 W

i

7 2 6

4

3

5

1

6 04-55-00-3 MU

i 40 indicator

$ Hulpzone – details van de indicatie van de geldige toetsen

$ Basisparameters

% Taal

• PARAMETERSPARAMETERSPARAMETERSPARAMETERS/LANGUAGELANGUAGELANGUAGELANGUAGE

Frans of Engels kiezen.

% Display

• Met PARAMETERSPARAMETERSPARAMETERSPARAMETERS / DISPLAYDISPLAYDISPLAYDISPLAY / ECOECOECOECO MODEMODEMODEMODE kan de automatische uitschakeling worden ingesteld :

• Met PARAMETERSPARAMETERSPARAMETERSPARAMETERS/DISPLAYDISPLAYDISPLAYDISPLAY/BRIGHTNESSBRIGHTNESSBRIGHTNESSBRIGHTNESS kan de lichtsterkte van de achtergrondverlichting worden ingesteld : 3 niveaus of uitschakeling.

• Met PARAMETERSPARAMETERSPARAMETERSPARAMETERS/DISPLAYDISPLAYDISPLAYDISPLAY/COLORCOLORCOLORCOLOR kan de kleur van de schermachtergrond worden ingesteld : 7 mogelijke kleuren.

<<<< >>>> Menukeuze, waardekeuze.

0000 - 9999 Numerieke invoer.

0000 - ZZZZ Alfanumerieke invoer.

1111 - 6666Numerieke invoer tussen twee gespecificeerde waarden (vb. : tussen 1 en 6).

<<<< >>>> Indicatie van een menu (zelfs als er maar één optie bestaat).

ESCESCESCESCVerlaten van een scherm met gegevens die alleen kunnen worden bekeken.

$$$$ Bevestiging door middel van R noodzakelijk.

ONONONON

- Uitschakeling van de achtergrondverlichting na 30 s inactiviteit, gewicht op nul.

- Na 1 uur inactiviteit, gewicht op nul, wordt de indicator uitgeschakeld.

OFFOFFOFFOFF Geen automatische uitschakeling.

04-55-00-3 MU A 7

Operatorfuncties

$ Inleiding

De operatorfuncties zijn beschikbaar zodra de indicator ingeschakeld is.

$ Inschakeling

1. Het instrument voert een automatische test uit.

Ga na of het weergavescherm naar behoren functioneert (geen defecte segmenten).

2. De softwareversie wordt weergegeven.

3. Als de automatische test voltooid is, initialiseert het instrument de meting, waarna het klaar is voor gebruik.

k

0z

.

.

md

8888.88888868888888888 W

i

v 1.0.5

k

z

0.0T: 0 KG

8 04-55-00-3 MU

i 40 indicator

$ Nulstelling

Met de nulstelfunctie kunt u, wanneer het weegplateau leeg is en het weergegeven gewicht niet 0 is, het instrument op nul stellen (deze functie is beperkt tot ± 2 % van het maximumbereik van het instrument vanaf de aanvangsnul bij gebruik voor ijkwaardige toepassingen of op een configuratiewaarde bij gebruik voor niet-ijkwaardige toepassingen).

$ Tarreren

Met de tarreerfunctie kan het gewicht van de last op het weegplateau (container) als tarrawaarde worden opgeslagen, en vervolgens het nettogewicht van het product worden verkregen (weergegeven gewicht = totaal gewicht - tarra).

$ Aanvangsnulstelling

Deze nulstelling kan worden uitgevoerd bij de inschakeling van de indicator. Daarvoor drukt de gebruiker bij de inschakeling op de toets T tot het apparaat gestart is.

Deze nul fungeert als referentie voor de andere nulstelvoorzieningen.

1. Met een leeg weegplateau schommelt het gewicht rond nul.

2. Selecteer de nulstelfunctie (Z).

Het weergegeven gewicht wordt op nul gesteld.

1. Plaats het reservoir (container) op het weegplateau.

2. Selecteer de tarreerfunctie (T).

Het weergegeven gewicht stemt overeen met het nettogewicht.

k

0.2O1: 50.0

k

z

0.0O1: 50.0

k

0.2O1: 50.0

k

z

0.0O1: 50.0

04-55-00-3 MU A 9

$ Weergave van bruto

$ W2 range

In de dual range modus wordt het meetbereik automatisch geselecteerd door het instrument naargelang van het gewicht dat op het plateau aanwezig is. Het instrument kan worden gebruikt om de W2 range te gebruiken.

Opmerking: deze functie is alleen beschikbaar voor de modellen met dual range.

$ Weergave van de gegevens

Druk op de toetsen < en > om de verschillende beschikbare gegevens te doorlopen.

1. Het nettoresultaat van een weging verschijnt.

2. Druk op toets B.

Het scherm verandert van kleur (cyaanblauw) en gedurende enkele seconden wordt het brutogewicht weergegeven.

1. Waarde van gewichtsdrempel 1.

2. Waarde van gewichtsdrempel 2.

k

0.2O1: 50.0

k

z

0.0O1: 50.0

k

z

105.0O1: 50.0

k

z

105.0O2: 100.0

10 04-55-00-3 MU

i 40 indicator

3. Waarde van gewichtsdrempel 3.

4. Waarde van gewichtsdrempel 4.

5. Tarrawaarde.

6. Status van de uitgangen.

Wanneer een van de drempelwaarden wordt overschreden, verandert de status ervan van 0 in 1.

7. Status van de ingangen.

8. Gewicht in hoge resolutie.

Het laatste cijfer dat overeenstemt met de hoge resolutie, wordt in het rood weergegeven.

k

z

105.0O3: 200.0

k

z

105.0O4: 300.0

k

z

105.0T: 1.0 KG

k

z

0.0O: 0 0 0 0

k

105.0O: 1 1 0 0

k

z

0.0I: 0 0

k

z

105.0HR: 105.02

04-55-00-3 MU A 11

$ Raadpleging DSD

1. Ga naar de metrologische modus (M).

2. Druk op de toets m en doorloop de verschillende functies met behulp van de richtingstoetsen.

3. Selecteer de functie DSD en bevestig deze

vervolgens (R).

4. Selecteer de functie READ DSD en bevestig

deze vervolgens (R),

of selecteer de functie DSD REF. en bevestig

deze vervolgens (R).Aan de hand van deze referentie kan een brug worden geïdentificeerd.

5. Selecteer de functie DSD NUM en bevestig

deze vervolgens (R).

6. Voer het nummer van de te raadplegen file in

met behulp van de toetsen < en >. Bevestig vervolgens dit nummer.

Opmerking: voer 0 in om de laatste registratie weer te geven.

7. Bevestig nogmaals om de gegevens weer te geven die bij de file horen.

k

0MAX :

k

0< >DSD

k

0< >READ DSD

k

0< >DSD REF.

k

0< >DSD NUM

k

00-9349

k

0< >RECORD

12 04-55-00-3 MU

i 40 indicator

Instelling operator

$ Inleiding

Druk op de toets m om naar de operatorinstelling te gaan. Gebruik vervolgens de toetsen < en > om naar de verschillende beschikbare functies te gaan.

$ Handmatige invoer van een tarrawaarde (vooraf bepaalde tarrawaarde)

Met deze functie kunt u handmatig een tarrawaarde invoeren, om het nettogewicht weer te geven.

1. Selecteer de functie voor vooraf bepaalde tarrawaarden (PT) en bevestig deze vervolgens (R).

2. De huidige waarde van de tarra wordt weergegeven.

3. Voer de nieuwe tarrawaarde in door op de richtingstoetsen te drukken:

• u en d : de waarde van het gekozen cijfer wijzigen.

• < en >: van het ene naar het andere cijfer gaan.

4. Bevestig deze nieuwe waarde (R).

De waarde wordt geregistreerd als tarrawaarde. Het resultaat van de weging wordt nu als nettowaarde weergegeven.

k

2.270< >PT

k

2.2700-90 KG

k

d

2.2700-90.170 KG

k

0.000NETT: 0.170 KG

04-55-00-3 MU A 13

$ Instelling van de drempelwaarden

1. Selecteer drempel 1 en bevestig deze vervolgens (R).

Stel de drempelwaarde vast en bevestig deze vervolgens om naar de volgende drempel te gaan.

2. Selecteer drempel 2 en bevestig deze vervolgens (R).

Stel de drempelwaarde vast en bevestig deze vervolgens om naar de volgende drempel te gaan.

3. Selecteer drempel 3 en bevestig deze vervolgens (R).

Stel de drempelwaarde vast en bevestig deze vervolgens om naar de volgende drempel te gaan.

4. Selecteer drempel 4 en bevestig deze vervolgens (R).

Stel de drempelwaarde vast en bevestig deze vervolgens om naar de volgende drempel te gaan.

k

z

0.0< >THRESHOLD1

k

z

0.0O1: 50.0

k

z

0.0< >THRESHOLD2

k

z

0.0O2: 100.0

k

z

0.0< >THRESHOLD3

k

z

0.0O3: 200.0

k

z

0.0< >THRESHOLD4

k

z

0.0O4: 300.0

14 04-55-00-3 MU

i 40 indicator

$ Metrologisch scherm

1. Selecteer de metrologische plaat en bevestig deze vervolgens (R).

2. Druk op de toets > om de metrologische gegevens weer te geven.

De overeenkomstige gegevens zijn:

• MAX: maximumbereik van het apparaat (A).

• MIN: minimumbereik van het apparaat (B).

• e: indeling (C).

k

z

0.0< >MET. INFO

k

z

0.0MAX :

k

z

0.0300?0 A

k

z

0.0MIN :

k

z

0.020eB

k

z

0.0e :

k

z

0.00?1 C

04-55-00-3 MU A 15

Configuratie operator

$ Inleiding

Druk op de toets m bij de inschakeling of bij het opnieuw starten van de indicator, om naar de operatorconfiguratie te gaan.

$ Configuratie van de drempelwaarden

1. Selecteer in het configuratiemenu de functie THRES N selecteren.

(LOGIN / OPERATOR / APP / THRES N).

2. Voer de parameter ACTIVE in.

Met deze parameter kunt u de drempelwaarde activeren:

• YES ⇒ drempelwaarde geactiveerd.

• NO ⇒ drempelwaarde niet geactiveerd.

3. Voer de parameter WEIGHT in.

Met deze parameter kunt u de modus voor de omschakeling van de drempelwaarde kiezen:

• NET ⇒ de actie gebeurt op basis van het NETTOGEWICHT.

• GROSS⇒ de actie gebeurt op basis van het BRUTOGEWICHT.

4. Voer de parameter TRIGGER in.

Met deze parameter kunt u het ogenblik van omschakeling van de uitgang kiezen:

• >= THRESHOLD⇒ uitgang actief als het gewicht de drempelwaarde overschrijdt of bereikt; anders inactief.

• <= THRESHOLD ⇒ uitgang actief als het gewicht de drempelwaarde onderschrijdt of bereikt; anders inactief.

16 04-55-00-3 MU

i 40 indicator

$ Omschakeling van de drempelwaarden

Drempelwaarde actief met status "1"

Drempelwaarde actief met status "0"

Gewichtscurve

Status drempelwaarde

Gewicht

Gewichtscurve

Status drempelwaarde

Gewicht

04-55-00-3 MU A 17

$ Opslag

Wanneer er configuratieparameters werden gewijzigd, kunnen die op twee manieren worden opgeslagen :

- door terug te keren naar het hoogste niveau van het configuratiemenu :

- door tegelijkertijd op de toetsen E + R te drukken.Ook nu wordt het scherm van de optie SAVESAVESAVESAVE ongeveer 1 s lang weergegeven, en de keuze om de gewijzigde parameters al dan niet te bevestigen vervolgens voorgesteld.

Het scherm van de optie SAVESAVESAVESAVE wordt ongeveer 1 s lang weergegeven, vervolgens wordt de keuze om de gewijzigde parameters al dan niet te bevestigen voorgesteld.

Kies NONONONO om naar het configuratiemenu terug te keren zonder de gewijzigde parameters te hebben opgeslagen.

Kies YESYESYESYES om naar het configuratiemenu terug te keren na de gewijzigde parameters te hebben opgeslagen.

Kies NONONONO om de indicator uit te schakelen zonder de gewijzigde parameters te hebben opgeslagen.

Kies YESYESYESYES om de indicator uit te schakelen na de gewijzigde parameters te hebben opgeslagen.

menu< >

SAVE

save< >

NO

save< >

YES

save< >

NO

save< >

YES

18 04-55-00-3 MU

i 40 indicator

Foutmeldingen

1. Instrument onderbelast

• Controleer het weegplateau

• Voer een nulstelling uit

2. Instrument overbelast

• Verwijder een deel van de last

3. Geweigerde opdracht

• Voorbeeld : tarrering met een instabiel gewicht

4. Geweigerde nulstelling

De voor deze functie toegestane gewichtsgrens is overschreden.

• Verwijder de last en druk op de nulstelknop.

d

_______E23

d

+++++++E23

k

975E26i

k

975E40

04-55-00-3 MU A 19

Opmerkingen

20 04-55-00-3 MU

i 40 indicator

Opmerkingen

Hoofdkantoor en fabriek PRECIA-MOLENBP 106 - 07000 Privas - FrankrijkTel. 33 (0) 475 664 600Fax 33 (0) 475 664 330E-MAIL webmaster@preciamolen.com

HR: 386 620 165 RCS Aubenas

WWW.PRECIAMOLEN.COM

WWW.PRECIAMOLEN.COM

www.preciamolen.com