wejufisabel1c.weebly.com/uploads/1/3/1/3/131332338/... · 1 lees de zinnen. kleur de gevraagde...
TRANSCRIPT
1 Kleur de woorden in volgens de kleurcode: de = blauw, je = rood, me = geel, te = groen, we = oranje, ze = paars.
2 Kleur de tekening verder in.
de deje
je
me te weze
de je me
te
we
me de
we
5
nr: naam: klas: Hupblad 1
Dit kopieerblad hoort bij ‘ik lees met hup en aap’ I THEMA 5 I WEEK 1 I LES 8 I © Uitgeverij VAN IN
1 Lees de zinnen. Kleur de gevraagde woorden in volgens de kleurcode: de = blauw, je = rood, te = geel, we = groen, ze = oranje,
me = paars.
2 Kies het juiste woord en vul in.
hup is in de school.
ze gaat naar de juf.
aap wil ook mee!
maar hij is te laat!
waar ben je, hup?
ben je bij je juf?
nee aap, ik ben er nog.
kom naar me toe!
we gaan naar de school.
6
nr: naam: klas: Hupblad 2
Dit kopieerblad hoort bij ‘ik lees met hup en aap’ I THEMA 5 I WEEK 1 I LES 8 I © Uitgeverij VAN IN
de of te?
het huis is koop.
man wil er weg!
me of je?
hoor je ?
ik zie wel!
ze of we?
gaan naar zee.
gaan mee?
ze of je?
is zus al oud?
is zes jaar!
1
2
Verbind de tekening met de juiste zin.
• loop je met me mee?
• hup eet te veel!
• de reus is te laat.
• ze dut.
• we zijn met vijf.
• ik was me met zeep.
•
•
•
•
•
•
8
nr: naam: klas: Hupblad 4
Dit kopieerblad hoort bij ‘ik lees met hup en aap’ I THEMA 5 I WEEK 1 I LES 8 I © Uitgeverij VAN IN
Lees de tekstjes. Kruis het juiste antwoord aan.
10 Dit kopieerblad hoort bij ‘ik lees met hup en aap’ I THEMA 5 I WEEK 1 I LES 8 I © Uitgeverij VAN IN
nr: naam: klas: Hupblad 6
daar is el.
ze eet wat.
het is zuur
en geel.
wat eet el?
dit is loes.
loes is een dier.
ze zit op het dak.
het dak van de schuur.
wie is loes?
ik zie de kaas.
bij de kaas is een muis.
hij is bij het hol.
in de kaas is een gat.
waar is de kaas?
lies is met rik.
lies zit heel hoog.
rik zit laag.
ze gaan op en neer.
waar zijn lies en rik?
1 Kruis de tekening aan die bij de zin past.
2 Omkring het juiste woord.
1
2
hup leest een boek.
hup zoekt een bal.
hup eet een koek.
de man duikt.
de man loopt.
de man vaart.
mam kookt soep.
pap kookt soep.
mam eet soep.
han roept.
an weent.
an lacht.
duikt
rik duik in de zee.
ruikt
was
sien wijst de sok.
wast
13Dit kopieerblad hoort bij ‘ik lees met hup en aap’ I THEMA 5 I WEEK 2 I LES 8 I © Uitgeverij VAN IN
nr: naam: klas: Hupblad 9
1 Kruis de zin aan die bij de tekening past.
2 Vul het juiste woord in de zin aan.
14 Dit kopieerblad hoort bij ‘ik lees met hup en aap’ I THEMA 5 I WEEK 2 I LES 8 I © Uitgeverij VAN IN
nr: naam: klas: Hupblad 10
1
2
de jas is voor de haak.
de jas is bij de haak.
de jas is aan de haak.
de vis is uit de kom.
de vis is in de kom.
de vis is op de kom.
de boom staat in het huis.
de boom staat op het huis.
de boom staat voor het huis.
de mus zit aan de tak.
de mus zit op de tak.
de mus zit bij de tak.
op – bij – in
de vos is
het bos.
uit – in – voor
mijn zus komt
haar huis.
om – aan – in
de was is de lijn.
voor – bij – op
de man staat
de duin.