2013 - 2014 - wordpress.com...nog erg veel ervaringen opdoe en ik houd mijn opties open. ontwikkelen...
TRANSCRIPT
2013 - 2014
Lotte Roeland
2191053
Fontys hogeschool Tilburg
2013 - 2014
Metareflectie
2
Inhoudsopgave Voorwoord. ............................................................................................................................................. 3
Inleiding. .................................................................................................................................................. 4
1. Reflecteren in dialoog. ........................................................................................................................ 5
1.2 Beschrijving van betekenisvolle situaties. ..................................................................................... 5
2. Reflectie op de gevolge leerarrangementen. ...................................................................................... 7
2.1 Het arrangement Beoordelen ....................................................................................................... 7
2.2 Het arrangement Ontwikkelen ...................................................................................................... 7
2.3 De opgedane kennis toepassen op de praktijkplaats. ................................................................... 7
3. Reflectie op het leren in de praktijk. ................................................................................................... 9
3.1 De mate waarin de praktijkstage een bijdrage heeft geleverd aan de ontwikkeling van mijn
beroepsidentiteit. ................................................................................................................................ 9
3.2 De mate waarin de praktijkstage een bijdrage heeft geleverd aan de ontwikkelingen van de 8
HRM-competenties . ........................................................................................................................... 9
4. Reflectie op de gevolgde minor ......................................................................................................... 13
5. Samenvatting ..................................................................................................................................... 14
Bijlage 1 ................................................................................................................................................. 15
3
Voorwoord. In hoofdfase 2 van de opleiding Human Resource opleiding heb ik heel wat indrukwekkende
ervaringen opgedaan. Deze metareflectie zorgt voor een samenvatting, een balans van al deze
ervaringen. Op deze manier kan ik samengevat zien en laten zien wat ik heb geleerd, wat ik volgend
jaar wil leren, wat ik van mijn ervaringen vond en welke indrukken ik als minder leuk heb ervaren.
Tevens is dit verslag de basis van mijn afstudeer bekwaamheidsgesprek. Tijdens dit gesprek moet ik
laten zien dat ik klaar ben voor een volgende stap door middel van een afstudeerstage en een
afstudeeronderzoek. Omdat ik een heel jaar ervaringen stop in een aantal bladzijden is het belangrijk
dat ik dit verslag netjes en to-the-point uitwerk. Ik heb daarom gebruik gemaakt van een
metareflectie handleiding. Mijn naam is Lotte Roeland en middels dit verslag laat ik zien dat ik klaar
ben voor het afstuderen. Dit verslag laat zien dat ik sterk gegroeid ben de afgelopen tijd en dat niet
alleen ik, maar op mijn omgeving dit merkt. Ik wil hiervoor Unique bedanken, dit is een leerschool
aan taken voor mij geweest en tevens een eerste stap in mijn professionele loopbaan.
Ik wens jullie allen veel lees plezier.
Met vriendelijke groet,
Lotte Roeland
4
Inleiding. Tijdens dit metareflectie verslag ga ik in het kort al mijn ervaringen op een rijtje zetten. Dit houdt in
twee betekenisvolle situaties, reflectie op de gevolgde leerarrangementen, reflectie op het leren in
de praktijk en een reflectie van mijn minor en een samenvatting met daarin mijn conclusies. In mijn
metareflectie laat ik zien dat ik dit jaar ontzettend veel heb geleerd, mezelf ontzettend ontwikkeld
heb middels mijn praktijkstage en veel ervaringen heb opgedaan. Ik kijk terug op een heftig jaar,
waarbij ik moeite heb gehad met mijn planning en timemanagement. Daarnaast kijk ik terug op een
jaar waar ik heb laten zien dat ik constant reflecterend bezig ben en dat mezelf ook heb aangeleerd.
Ik kijk terug op een jaar waar ik heb laten zien dat ik mijn kennis kan toepassen in de praktijk en
hierop goed kan anticiperen. Daarnaast kijk ik terug op een jaar waar ik nieuwe klasgenoten heb
leren kennen en tot nieuwe inzichten ben gekomen. Al met al kijk ik goed terug op mijn derde jaar
maar wil ik bepaalde punten in mijn vierde –en afstudeerjaar anders aanpakken.
5
1. Reflecteren in dialoog.
1.2 Beschrijving van betekenisvolle situaties.
Twee betekenisvolle ervaringen die je in dit studiejaar hebt opgedaan tijdens stage of minor.
Mijn stage is een leerschool voor mij. Voordat ik begon met mijn stage had ik weinig ervaringen
opgedaan op een professionele werkplek. Zo had ik nog geen ervaring met de basistaken zoals het
opnemen van de telefoon, het verzorgen van de mail en administratieve taken. Ik vond het dan ook
lastig om te telefoon aan te nemen en zaken zelf op te lossen. Vooral in het begin was ik iemand die
bevestiging nodig had, ‘’doe ik het wel goed en hoe zouden jullie dit oplossen’’ vroeg ik mezelf dan
ook vaak af. Het belletje dat ik wat zekerder in mijn schoenen moest staan begon te rinkelen toen ik
een aantal kandidaten moest zoeken voor een Customer Service Medewerker Franstalig. Dit hield
ook in dat ik een eerste selectie moest maken op basis van een aantal intake gesprekken via de
telefoon. In dit gesprek vraag je naar het salarisindicatie, naar de reisafstand, hoeveel uur ze
beschikbaar zijn en vele andere praktische vragen. Omdat de situatie nieuw voor me was vergat ik
een aantal dingen te vragen waardoor ik de kandidaat vaker moest storen. Ik merkte lichtelijk wat
irritatie bij de kandidaat en probeerde dit dan ook zo netjes mogelijk op te lossen. Ik zei dan,
‘’Excuses dat ik u weer stoor, ik ben stagiaire, dit gaat voorlopig het laatste telefoontje zijn hoor’’.
Maar het was niet de laatste, ik moest de volgende dag weer bellen, deze keer met de vraag of ze
een motivatiebrief wilde schrijven. De klant had haar CV gezien en zag een aantal
aanknopingspunten waardoor hij vroeg of ze deze brief wilde schrijven. Mevrouw wilde geen brief
schrijven, ik moest haar brief schrijven en ze begon te huilen dat het haar te veel werd. Ik schrok
daar zo van, dat ik zei dat ik het voor haar zou doen. Ook vroeg ze me of ik haar CV wat wilde
opknappen en een goed salarisindicatie wilde neerleggen. Ze draaide de rollen om, zij zocht werk
maar ik deed het werk. Dit is een typisch voorbeeld dat gedrag – gedrag op roept. Dit was het
moment waar mijn collega’s ingrepen. De kandidaat was degene die er werk in zou moeten steken
en ik zou haar daar alleen maar bij helpen. Ik moest niet zo over mij heen laten lopen en bij mijn
eigen standpunt blijven. Dit was zo’n groot leer punt voor mij. Wanneer ik terug kijk naar De Roos
van Leary stel ik me vaak onder op. De Roos van Leary brengt de relatie tussen verschillende mensen
in kaart. In deze commerciële situatie moest ik een helpende/leidende rol op me nemen. Dit
betekende dat ik initiatieven moest nemen, oplossingen moest bedenken en mijn mening duidelijk
naar voren moest laten komen. Daarnaast heb ik ook een helpende rol ingenomen, voor vragen
mochten de kandidaten altijd contact met mij opnemen. Daarnaast geef ik complimenten en advies
wanneer ze daar behoefte aan hadden. Doordat mijn stage begeleidster hierover met me in gesprek
ging, merkte ik dat ik vaker teveel dingen deed voor de kandidaten. Zo zeiden ze altijd, wil je me
daarover mailen? En ik zei vervolgens altijd ja, maar we krijgen zo ontzettend veel reacties dat ik hier
teveel tijd in stak en niet meer toe kwam aan andere werkzaamheden. Ik moet leren hier een zeker
en duidelijk antwoord op te geven en me niet zo te laten ondersneeuwen. Deze situatie was erg
belangrijk voor me en leerde al gauw op een andere manier te praten aan de telefoon. Zo mocht ik
niet laten weten dat ik een stagiaire was, ik duidelijk moest praten, hier een vrolijke toon aan moest
geven en wat het aller belangrijkste was is dat ik geen extra werk voor ze zou doen maar de
kandidaten wel met een goed gevoel zouden ophangen. Dit verschilt natuurlijk van situatie en
werkplek maar voor mij was het de beste tip die ik in 20 weken kreeg.
6
Tijdens mijn stage moet ik ook een aantal administratieve taken doen. Sommige zijn erg leuk, zo heb
ik een stukje marketing gedaan en iedereen een leuke mail gestuurd over de WorldPessPhoto 2014
waar ze met korting naartoe mogen gaan. Daarnaast heb ik mezelf ook bezig gehouden met wat
minder leuke taken om het papierwerk op de vestiging op orde te krijgen. Zo moest ik het aantal
actieve kandidaten in kaart brengen en allerlei bedrijven op een rijtje zetten maar de daarbij
behorende contactpersoon en de daarbij behorende rapporten. Dit betekent dat ik in een situatie
zoals deze langdradig maar precies werk moet doen en dat een hele dag door. Voor mij is het soms
moeilijk om hier de focus bij te behouden omdat ik afgeleid kan worden door de telefoon, mijn
collega’s, de inloop van kandidaten en taken die er tussendoor kunnen komen. Doordat ik soms de
focus niet kan bewaren maak ik fouten en dit werkt juist averechts. Dit wekt frustratie op bij mij,
waarom lukt het me niet deze simpele klussen op te lossen? Waarom moet ik mezelf steeds
controleren en ga ik niet precies te werk. Dit soort momenten kan ik beter analyseren om op deze
manier tot een juiste oplossing komen. Waarom ben ik zo slordig, ik controleer het toch is een eerste
gedachte die bij me opkomt in een situatie als deze. Ik wil mijn werk graag goed doen en dit betekent
dat ik er een druk achter plaats. Voor mij is het op dat moment duidelijk, simpele klussen doe je
goed, geen ruimte voor vragen en voor fouten. Dit zijn momenten waar ik mezelf wakker moet
schudden en juist moet denken dat ik op een stageplek ben om te leren. Het is beter dat ik dit soort
situaties juist reflecteer waardoor ik deze fouten niet nog een keer maak. Mijn mening veranderde
door deze, over het algemeen, niet zo betekenisvolle situatie. Maar deze situatie was voor mij een
eye-openener. In zo’n situatie moet ik dus reflecteren, dit heb ik mede gedaan in de supervisie les. Ik
ga brainstormen en kijken wat er fout en goed ging en waarom dat zo was. In deze situatie is het ook
logisch dat ik fouten maak want het is niet mogelijk om geconcentreerd te werken maar daarnaast
nog vele andere taken te doen. In een situatie als deze moet ik aangeven dat ik even achter ga zitten
en even dit precieze klusje moet doen. Daarbij is het belangrijk dat ik niet te snel wil werken, mezelf
niet teveel druk geef, niet te lang aan een stuk door werk en wanneer ik het controleer niet te snel
genoegen neem met antwoorden.
7
2. Reflectie op de gevolgde leerarrangementen.
2.1 Het arrangement Beoordelen
Voor mij was de keuze duidelijk dat ik in ieder geval voor de letter Beoordelen zou kiezen. De reden
hiervoor is dat ik beoordelen een belangrijk onderdeel vind van HRM maar ook op persoonlijk
gebied. In dit blok beoordelen stond het thema ‘beoordelen van competenties en talenten’ centraal.
Het is naar mijn mening belangrijk als professional hier kijk op te hebben. Ik was erg benieuwd naar
de tips hiervoor. Toen ik het blok Beoordelen startte merkte ik al snel dat je beoordelen erg breed
kan zien. Denk aan beoordeling –en functionering gesprekken, werving & selectie, het zien van de
kwaliteiten van iemand, tijdens gesprekken het beoordelen van het potentieel en ga zo maar verder.
Ook sloot het goed aan op de stage bij Unique waar ik 20 weken als stagiaire zou werken. In een
uitzendbureau moet je in één oog opslag kunnen zien of het een geschikte kandidaat is.
2.2 Het arrangement Ontwikkelen
Ik heb dit onderdeel gekozen omdat onderdelen van ontwikkelen ik op dit moment ervaar als het
onderdeel van HRM wat ik later het liefste wil doen. De nadruk ligt hierbij ‘op dit moment’ omdat ik
nog erg veel ervaringen opdoe en ik houd mijn opties open. Ontwikkelen spreekt mij aan omdat ik
coaching gesprekken, loopbaan verhelderende gesprekken, HRD en leven lang leren onderdelen zijn
die me hebben aangetrokken. Vooral het onderdeel gespreksvoering zou ik graag groots terug willen
zien in mijn toekomstige loopbaan. Daarnaast ben ik ook van mening dat jezelf ontwikkelen een
belangrijk onderdeel is van elke loopbaan. Een kritische houding, het goed omgaan met feedback en
reflecteren zijn dan ook onderdelen waar ik mezelf in heb verdiept en wat ik dan ook bewust veel
aan het doen ben.
2.3 De opgedane kennis toepassen op de praktijkplaats.
Ik heb dit door middel van een onderzoek gedaan. Een onderzoek was voor mij nieuw en dan ook erg
spannend. Ik vond het leuk om een onderzoek te doen, ik heb mezelf verdiept in verschillende
theorieën wat erg leuk is. Boeken uit de eerste werden weer gepakt en dat gaf veel nieuwe inzichten.
Daarnaast vond ik het ook leuk een realistische opdracht uit te voeren, waar verschillende projecten
bij kwamen kijken zoals het voeren van een interview. Voor mij was het totaal nieuw en dus ben ik
dus over een aantal dingen gestruikeld. Zo was mijn planning niet realistisch, waardoor ik de balans
verloor tussen privé, werk en school uit het oog verloor. Ook had ik geen rekening gehouden met
eventuele tegenvallers. Dit bracht stress en zo ook slordigheid met zich mee. Ik hoop dat er
voldoende diepgang in mijn onderzoek zit.
Ik ben trots op de rol die ik op me heb genomen tijdens mijn onderzoek. In de roos van Leary plaats
ik me vaak onder – samen. Voor dit onderzoek moest ik een leidende rol op me nemen wat ervoor
heeft gezorgd dat ik me op een andere manier moest opstellen en andere gedragingen aan moest
nemen. Dit betekent dat ik mezelf buiten mijn comfort zone heb geplaatst en dat is iets wat ik moet
leren.
Wat ik tijdens het onderzoek vooral als lastig heb ervaren is het plannen van het onderzoek. Ik heb
enorme druk gevoeld op het laatst. Een aantal interviews konden niet doorgaan en ik liep ontzettend
in de knoei. Ik moet dit mijn volgende stage beter regelen en ook reserveringen opbouwen. Op deze
manier kan ik alles op een nette manier afronden.
8
Tijdens het onderzoek heb ik verschillende onderdelen als sterke punten ondervonden. Zo vond ik
dat ik mijn interviews sterk heb gehouden. Ik had een goede voorbereiding door middel van het
herhalen van de gesprekstechnieken en basistechnieken. Ik een vragenlijst opgesteld met vragen die
ik zeker moest stellen tijdens het gesprek en daarnaast heb ik naar mijn mening goed doorgevraagd.
Ook was ik tevreden over mijn presentatie en hoe vloeiend deze verliep. Zwakke punten waren voor
al het stellen van prioriteiten. Voor mij was het moeilijk de balans te vinden tussen het onderzoek,
werk en privé. De uitzendbranche is altijd zeer onrustig, er kan van alles gebeuren en geen dag is het
zelfde. Ik heb vaak gewerkt, terwijl ik tijd moest gebruiken voor mijn onderzoek. Waardoor ik thuis
weer extra veel moest doen. Dit was vaak lastig waardoor ik niet uit kwam op mijn planning. Hier
moet ik strenger in zijn, initiatieven in tonen en duidelijkheid in scheppen.
Volgend jaar ga ik afstuderen bij ZorgSaam in Terneuzen, daarbij heb ik aangegeven dat ik zeker twee
dagen aan mijn opdrachten moet werken. Dit is een eerste stap die ik heb gemaakt in mijn planning.
Dit zou ik zeker anders doen tijdens mijn afstudeerstage. Daarnaast zou ik mijn literatuur onderzoek
anders doen. Ik wist niet zo goed wat er bij dat onderdeel van me verwacht wordt en op wat voor
manier je dit moest weergeven in je onderzoek. Mijn volgende onderzoek zou ik hierin duidelijkheid
willen hebben, onderzoeken van andere stagiaires door kijken en vergelijkingsmateriaal opzoeken.
9
3. Reflectie op het leren in de praktijk.
Figuur 1: Schematische weergave van de ontwikkelingen in Hoofdfase 2
3.1 De mate waarin de praktijkstage een bijdrage heeft geleverd aan de ontwikkeling van mijn
beroepsidentiteit.
Ik vond het een zwaar jaar en dan ook zwaarder als voorgaande jaren, dit is mede doordat er
beslissingen gemaakt moesten worden, dit mijn eerste ervaring in de praktijk was en er in mijn geval
een groot verschil zat tussen mijn minor en praktijk. Niet alleen op HRM gebied maar ook zeker qua
timemanagement. Ik heb naar mijn mening dan ook veel gereflecteerd het afgelopen half jaar en
voor mij zijn de antwoorden op de vragen in het schema dan ook duidelijk.
Waar stond ik aan het begin van hoofdfase 2? Ik was in het begin vooral erg nieuwsgierig hoe het in
een professionele organisatie verliep, op wat voor manier HRM werd toegepast, hoe gaan ze met
elkaar om en wat zou ik allemaal gaan leren. Ik was er dan ook zeer aan toe om de casussen te
verplaatsen naar de praktijk. Ik had geen ervaring in een professionele organisatie en ook geen
ervaring met een stage. Ik stond er dan ook vrij open in, met weinig eisen en weinig verwachtingen.
Ik ben erg veel gegroeid tijdens mijn stage. Zo ben ik naar mijn mening professioneel een stuk vooruit
gegaan, denk daarbij aan basisonderdelen zoals woordkeuze, zinsopbouw, verzorgen van de mail,
houding, het tonen van initiatieven en opkomen voor mezelf. Ik heb veel geluisterd, informatie
opgenomen en geanalyseerd. Voor mij was Unique een leerschool en een goede eerste stap in een
organisatie. Waar ik me mijn volgende stage op wil richten is dieper op het HRM onderwerp zelf. Dus
buiten mijn professionele houding, time management, het tonen van initiatieven wil ik me vooral
richten op de competentie kennis toepassen en innoveren. Denk aan het toepassen, opnemen en
inbrengen van kennis en tot nieuwe ideeën, gedragingen en meningen komen.
Veel van mijn ervaringen aangekaart tijdens mijn supervisie lessen, ook hier heb ik een verslag van
gemaakt. Dit verslag is te vinden in bijlage 1.
3.2 De mate waarin de praktijkstage een bijdrage heeft geleverd aan de ontwikkelingen van de 8
HRM-competenties .
In mijn stage was er veel ruimte voor eigen inbrengen en eigen initiatief. Dit betekende dat er voor
mij ruimte genoeg was om mijzelf te focussen op het ontwikkelen van mijn competenties. We
hebben voor dit onderdeel ook een Praktijk Werkplan samengesteld waarin is gebleken dat ik al snel
mijn competenties kwijt kon in allerlei soorten taken. Ik moet wel eerlijk zeggen dat ik hierin soms te
10
weinig initiatief heb getoond en dat ik soms wat afwachtend kon zijn. Ik mis hierin ook wat lef, dat
betekende ook dat ik nog meer uit mijn stage had kunnen halen qua taken. Zo had ik bijvoorbeeld
gebruik kunnen maken van de kenniskring van Unique. Ik had bij bedrijven binnen kunnen stappen
en mezelf kunnen presenteren. Op deze manier heeft de contactpersoon een beeld van wie hij/zij
aan de telefoon heeft en ik een beeld van het bedrijf. Dit heeft er voor gezorgd dat ik mijn taken
pakket niet veel heb uitgebreid. Middels figuur 2 beschrijf ik de competenties en laat ik zien hoe ik
die een betekenis heb gegeven.
Figuur 2: schematische manier voor de ontwikkelingen van de 8 HRM competenties in HF 2
De competentie kennis toepassen houd voor mij in dat ik datgene wat ik heb geleerd op school wat
wetenschappelijk doorgrond is toepas binnen op de werkvloer. Voor mij was deze competentie
anders omdat ik natuurlijk stage liep bij een uitzendbranche, wat zich minder breed oriënteert op
HRM gebied naar mijn mening. Ik heb laten zien dat ik over deze competentie beschik door middel
van mijn onderzoek. Tijdens de presentatie van mijn onderzoek was mijn stage begeleidster erg
onder de indruk. Zo wist ze niet dat ik zoveel in mijn mars had qua kennis. Voor mij betekende dit dat
ik tijdens mijn stage zelf meer van mijn kennis gebruik moest maken en dit meer had mogen laten
zien. Dit is dan ook zeker een leerdoel voor volgend jaar. Soms voelde ik hier de ruimte niet voor
tijdens mijn stage. Terwijl mijn collega’s het juist fijn hadden gevonden als ik ze meer van mijn kennis
had laten zien achteraf gezien.
De competentie professionaliseren is voor mij sterk gestegen. Dit betekent voor mij dat je jezelf goed
aanpast aan de situatie, hier gedreven en enthousiast in mee gaat maar je persoonlijke ontwikkeling
en meningen niet uit het oog verliest, goed met feedback omgaat en een reflectieve houding hebt.
Voor mij was deze competentie belangrijk en vooral de laatste twee semesters. Dit was mijn eerste
ervaring op professioneel gebied, waardoor ik het ook in de praktijk kon zien. Ik merkte dat ik soms
wat afwachtend was, vaak vroeg om bevestiging en weinig initiatieven toonde. Ik moest dit
veranderen nadat kandidaten van deze houding gebruik maakte en toen begon er een belletje te
11
rinkelen. Ik heb vervolgens wat onderdelen zoveel mogelijk zelf aangepakt en opgelost zonder
daarbij te veel vragen te stellen. Denk hierbij aan de telefoon waarbij ik constant vragen krijg over
zaken waar ik soms niks tot weinig over weet. Tijdens de werkbespreking heb ik taken op me
genomen en dit zelf voorgesteld. Daarnaast heb ik constant een kritische houding, wat kan beter,
hoe kan dat beter. Over deze competentie ben ik zeer tevreden.
Vakbekwaam handelen is naar mijn mening op een juiste manier handelen. Wat juist is verschilt per
organisatie en functie. Voor mij was dit zelfstandig keuzes maken, zelf naar oplossingen zoeken,
kandidaten met een goed gevoel de deur uit laten lopen, wanneer ik het niet weet dit voor de
kandidaten uitzoeken. Ik moest hierin zorgen dat ik het juiste deed voor de kandidaten maar hier wel
grenzen in moest stellen. Niet alleen grenzen voor het bedrijf, ook voor mezelf dat ik geen werk van
hun op mijn bordje schoof.
Anticiperen vond ik nog altijd een lastige competentie. Deze competentie is dit jaar wat makkelijker
omdat ik deze competentie terug heb laten zien in mijn onderzoek voor Unique. Zo heb ik de trends
van flexwerkers in kaart gebracht. Omdat Unique hier een jaar geleden op heeft ingespeeld was dit
voor mij een mooi onderzoek. Ik heb een mijn onderzoek laten zien dat ik methoden en technieken
adequaat kan uitvoeren, deze in kaart kan brengen en vervolgens analyseert. Voor mij houd
anticiperen in dat je datgene wat gebeurd in de samenleving en buiten de organisatie op een
overzichtelijke manier kan verwerken, analyseren en hier conclusies uit kan halen.
Samenwerken was een competentie die ik zeker nog kan verbeteren. Het was een competentie die
ik in voorgaande jaren goed beheerste naar mijn mening maar tijdens mijn stage kreeg ik te maken
met deze competentie op een andere manier. Unique Tilburg is een kleine vestiging en een goede
communicatie is belangrijk. Samenwerken betekent voor Unique een goede overdracht maken,
wanneer er iets gebeurd dit even laten weten in de werkbespreking, elkaar helpen waar het nodig is
en elkaar op de hoogte stellen van de stand van zaken. Soms nam ik dat onbewust niet zo nauw en
vergat ik een overdracht te maken op de donderdag middag, vergat ik te vertellen dat iemand belde
voor mijn collega en wist mijn manager niet goed of ik iets wel of niet had gedaan. Dit heb ik in de
loop der tijd verbeterd. Wanneer ik telefoon kreeg voor mijn collega maar ze was op dat moment
niet op de vestiging mailde ik dit door en dat zijn dingen die je jezelf moet aanleren. Maar ik maak
hier nog steeds fouten in. Daarnaast hangt er bij Unique een informele sfeer en dat betekent dat we
vaak leuke gesprekken hadden ook met mijn manager. Maar wanneer mijn collega’s iets vroegen
vind ik wel dat ik dat moet doen tenzij ik daar geen tijd voor had. Respect voor elkaar is hier op de
vestiging belangrijk. Samenwerken betekent voor mij in staat zijn om samen te werken in
verschillende soorten teams. Ik was gewend om samen te werken in een groep op school met daarin
studenten. Ik heb gemerkt dat dit een groot verschil is met het samenwerken in de praktijk.
Van de competentie inleven heb ik vaak gebruik gemaakt. Zo spreek ik dagelijks met verschillende
mensen. Denk aan kandidaten, collega’s, werkenden en klanten. Ik moet zonder dat ik deze personen
ken een inschatting maken hoe ik met deze personen om moet gaan. Ik moet daarin goede
inschattingen kunnen maken, daarnaast hoor ik de mensen netjes te behandelen maar mag hier
soms ook eerlijk in zijn. Een voorbeeld hiervan is dat ik bijvoorbeeld iemand het slechte nieuws moet
brengen dat ze helaas zijn afgewezen voor de baan, ook moet ik enthousiast reageren als een
kandidaat afziet van de baan omdat ze trots verteld dat ze een nieuwe baan heeft gevonden na 3
jaar. Terwijl dat niet goed is voor Unique, moet ik haar natuurlijk wel feliciteren. Dit kan ik
12
commercieel aanpakken door te vragen waar we haar gaan tegenkomen, waar speelde de vacature
en wanneer ze zonder baan komt altijd contact met ons kan opnemen. Inleven is een competentie
waar ik tijdens verschillende gesprekken vaak gebruik van moest maken. Dit is een competentie
waarbij je rekening houdt met de verschillende partijen maar toch een passende houding aanneemt.
De competentie visie ontwikkelen heb ik vooral ontwikkeld door het maken van een selectie voor
een aantal vacatures. Ik moest bijvoorbeeld een kandidaat zoeken voor de functie heftruckchauffeur.
Ik kijk dan in het systeem en kijk naar de kandidaten die online hebben gereageerd. Ik moet hier zelf
over oordelen. Wanneer ik veel aanknopingspunten zie op het CV van de kandidaat bel ik diegene en
stel wat praktische vragen. Vervolgens overleg ik het CV met mijn collega en presenteer ik mijn
keuze, waarom vind ik deze persoon bij dat bedrijf passen, over welke kwaliteiten beschikt de
kandidaat en noem zo maar op. Met de competentie laat je zien of je visie heb op de arbeidsrelaties.
De laatste HRM-competentie heet innoveren, dit vind ik een zeer belangrijke competentie en ook bij
mijn afstudeerstage speelt deze competentie een belangrijke rol. Het betekent oplossingen
bedenken voor allerlei situaties op HRM-gebied. Daarbij is het belangrijk dat je verder kijkt dat de
standaard oplossingen maar hier juist origineel en nieuwe inzichten geeft. Deze competentie heb ik
laten zien door nieuwe oplossingen te bedenken voor een aantal HRM-vraagstukken. Een voorbeeld
hiervan is het percentage plaatsingen verhogen van de actieve kandidaten in ons systeem. Dit was bij
ons op de vestiging lager dan verwacht en hier heb ik een aantal oplossingen bedacht. Ik ben een
analytisch persoon dus dit vond ik dan ook erg uitdagend om te doen.
13
4. Reflectie op de gevolgde minor Mijn minor Taal en Cultuur – Engels heeft mijn verwachtingen niet beantwoord. Dit betekent niet dat
ik het geen interessante minor vond of dat ik spijt heb van mijn keuzes. Tijdens de minor heb ik een
half jaar lang Engels gehad om mijn Engels op die manier te verbeteren. De vakken bestonden uit
‘Speaking skills’, ‘writing skills’, ‘Grammar’ en nog een extra les die je kon kiezen. In mijn geval was
dat Presenting in English en Irish en Scottisch Culture. Ik had voor deze minor gekozen omdat we
geen Engelse les krijgen tijdens onze Bachelor. Ik vind dit toch erg belangrijk en mijn Engels lag niet
op HBO niveau. Voor dat ik de minor begon heb ik een test gemaakt en uit die test is gebleken dat
mijn Engels zoals verwacht onder HBO niveau lag. Ik werd ingedeeld in een groep met mensen die
hetzelfde niveau hadden. Voor mij was het ontzettend goed om weer de basis weer te zien. Zo zijn
mijn ‘writing skills’ ontzettend verbeterd. Ik heb simpele basisregels geleerd waar ik nog nooit eerder
van gehoord had. Dus naar mijn mening heb ik wel een aantal dingen geleerd en is mijn Engels zeker
verbeterd maar qua niveau ben ik hetzelfde gebleven. Dit is terug te zien in mijn gemaakte test die ik
in het begin en aan het einde heb gemaakt. Wat ik minder vond aan de minor was de diepgang van
de lessen en toetsen. Zo moesten we een boekverslag maken, een krant en een relatief klein
onderzoek. Wat natuurlijk goed was voor mijn Engels maar wat me qua uitdaging minder prikkelde.
De meerwaarde van een minor Engels in relatie tot mijn opleiding HRM is dat Engels een mooie
toegevoegde waarde heeft. In vele bedrijven wordt Engels gezien als een ‘skill’ waarvan ze
verwachten dat je deze beheerst. Ik vind het dan ook onlogisch dat we geen Engelse les krijgen
tijdens de HBO studie. Met een minor kan je de studie verbreden en dat heb ik gedaan.
14
5. Samenvatting Voor mij was dit een jaar vol met reflectie en reflecteren. Ik heb tijdens mijn studie een zelf kritische
houding ontwikkeld. Ik kan tevreden zijn over zaken maar weet dat ik nog in het begin van mijn
ontwikkeling zit en dat ik nog veel kan leren. Dit wil ik met beide handen aanpakken en dat wordt
gekoppeld aan een kritische houding naar mijn mening. Ik kijk terug op een leerzame stage. Zo weet
ik niet of ik helemaal pas een in commerciële organisatie, waar er wordt gewerkt met targets,
dashboards en bonussen. Het prikkelt mij niet zoals het mijn collega’s prikkelt. Dit hoeft niet te
betekenen dat ik het nooit leuk ga vinden, ik weet niet hoe mijn loopbaan gaat lopen. De organisatie
Unique staat zeker open voor eigen initiatieven, ideeën en opvattingen. Dit betekent dat ik heel vrij
was in mijn eigen ontwikkeling en goed kon aantonen wat ik wilde ontwikkelen. Omdat ik geen
enkele ervaring had met een professionele ervaring vond ik het vooral belangrijk om hier ervaringen
in op te doen. Om mezelf professioneel sterker te maken en sterker in mijn schoenen te staan.
Daarnaast heb ik al mijn competenties kunnen koppelen aan een aantal taken. Dit kan je terug zien in
hoofdstuk 3.2. Hier ben ik trots op, er is geen enkele competentie waar ik niet aan heb gewerkt
tijdens mijn stage. Mijn onderzoek voor de letters beoordelen en ontwikkelen heb ik als leerzaam
ervaren, wat ik goed heb gedaan waren mijn interviews en mijn presentatie. Wat volgend school
zeker beter moet is mijn planning, dat zal vele zorgen tijdens het proces weg nemen. Naast mijn
praktijkstage heb ik ook een minor gevolgd. De minor Taal en Cultuur gericht op de Engelse taal. Ik
vind het belangrijk dat ik een tweede taal beheers voordat ik afgestudeerd ben. Deze minor was dan
ook een goede uitkomst. Ik heb veel geleerd, de minor ging terug naar de basis alleen ik had er meer
van verwacht. Mijn niveau is niet gestegen wanneer je de testen met elkaar vergelijkt. Wanneer ik
mijn persoonlijke mening geef is mijn niveau wel gestegen. De grammatica regels beheers ik weer en
ook heb ik een betere uitspraak.
Mijn leerdoelen voor mijn afstudeerjaar en (eventueel) verdere loopbaan zijn:
- Ik wil tijdens mijn afstudeerstage meer initiatief tonen. Dit wil ik doen door middel van het
kenmerken van mijn prioriteiten waarvan mijn eigen ontwikkeling op één staat. Ik wil meer
initiatief nemen in het oppakken van taken, gebruik maken van de kenniskring van ZorgSaam
en werk uit handen nemen van mijn collega’s.
- Tijdens mijn afstuderen wil ik mijn werk zelfstandiger doen. Ik wil het eerst zelf uitzoeken
voordat ik de vragen stel. Ook wil ik minder op bevestiging vragen maar zelf de knopen
doorhakken.
- Tijdens mijn afstudeeronderzoek wil mijn planning beter uitwerken doormiddel van een
weekplanning met daarin reserves.
- Tijdens mijn volgende stage wil ik meer gebruik maken van de kennis die ik bezit van HRM,
door middel van mijn onderzoek maar ook in werkbesprekingen, vergaderingen en dagelijkse
werkzaamheden.
15
Bijlage 1 Het supervisie eindverslag.
Dit waren mijn eerste ervaringen met supervisie. Supervisie is naar mijn mening een bijeenkomst
waarbij je goede of slechte belevenissen, opvallende punten, problemen en noem zo maar op
bespreekbaar maakt, analyseert en reflecteert. Als groep kan sparren en ideeën uitwisselen wat
zorgt voor een andere gedachtegang. Hiervoor heeft Marjolein verschillende theorieën en modellen
toegepast. Denk aan de coachtwister, Roos van Leary, de Caleidoscopia kaarten en noem zo maar op.
Ik had nog geen ideeën over wat ik op de supervisie wilde leren. Ik had al verwacht daar het
voornamelijk over reflecteren ging, dat is een belangrijk onderdeel van de opleiding. Ik had nog geen
verwachtingen omdat ik met open vizier de supervisie in wilde gaan. Ik ben iemand die heel
makkelijk praat maar ook graag zelf problemen oplost. Ik wilde hier open in gaan met weinig
verwachtingen zodat ik supervisie juist met beide handen aan zou pakken.
Ik ben iemand die graag praat en geen blad voor de mond heeft. Op mijn stage staan mijn collega’s
ook altijd open voor het bespreken van verwachtingen, problemen en noem zo maar op. Omdat
supervisie maar één keer in de twee weken plaats vind heb ik vele struikelingen al besproken met
mijn collega’s. Sommige onderdelen waren duidelijk, andere heb ik nogmaals besproken tijdens de
supervisie les. Onderdelen die ik besproken heb tijdens de supervisie:
- Hoe stel ik op de juiste manier vragen zonder daarbij mijn collega’s te storen?
- Hoe houd ik focus tijdens administratieve werkzaamheden?
- Hoe zorg ik ervoor dat ik me niet laat ‘ondersneeuwen’ door kandidaten, collega’s of
klanten?
- Hoe stellen jullie prioriteiten in jullie takenlijst?
- Hoe managen jullie de opdrachten met stage en privé?
De supervisie heeft me vooral geholpen met het stellen van de vragen, het behouden van focus en
het laten ondersneeuwen door collega’s. He managen van de opdrachten heb ik tijdens het
stagebezoek besproken en het stellen van prioriteiten vind ik nog altijd heel lastig. Dit is een leerpunt
dat ik moet meenemen naar volgend jaar.
De supervisie is een belangrijk onderdeel geweest van mijn stage. Zo was het goed om contact te
hebben met klasgenoten tijdens stage. Dit is niet altijd gelukt op vrijdag vanwege de verschillende
plaatsen van de letters. Op deze manier kon ik meten wat hun deden en wat ik deed. Ik heb graag
bevestiging nodig en op deze manier kon ik meten of ik op de goede weg was. Daarnaast was het
goed om niet altijd alles te bespreken met de collega’s maar dat je de bijeenkomsten achter de hand
had waar je ander soort vragen kan stellen en andere onderwerpen bespreekbaar kan maken. Het
heeft mijn verwachtingen overtroffen omdat ik allereerst dacht dat ik het voornamelijk reflecteren
was maar het is breder dan dat.
Wat positief was aan de supervisie lessen is dat het kleine groepen waren. Ik voel me sowieso erg
gemakkelijk bij mijn klasgenoten maar het werken met kleine groepen vind ik een fijne werkwijze. Zo
konden we iedereen zijn of haar vraag beantwoorden en kwamen we allemaal aan de beurt. Dit
zorgde voor goede focus tijdens de les.
16
Voor aanvang van de supervisie les moesten we een situatie en werkvraag maken. Een aantal van
deze vragen werden tijdens de les behandeld. Het was goed dat dit gevraagd werd, zodat we van
elkaar wisten wat de werkvragen waren. Ook was het voor mij goed om het middels een klein
verslagje het samengevat duidelijk te maken. Na de les moesten we een reflectieverslag maken. Ik
heb in de loop van mijn studie veel moeten reflecteren en ik heb gemerkt dat ik dit ook doe tijdens
mijn dagelijkse werkzaamheden. Voor mij is het dus een kleine moeite om het op papier te zetten
alleen ik weet niet zozeer of het, als ik heel eerlijk ben, veel toegevoegde waarde heeft. Aangezien
we ook nog een meta cognitief verslag moeten maken.
Wat ik als belangrijke leermomenten heb ervaren tijdens supervisie zijn voornamelijk dat ik op veel
dezelfde problemen liepen als mijn medeklasgenoten. Dit heeft er voor gezorgd dat ik wat zekerder
werd op mijn eigen stage. Zo merkte ik dat ik veel fouten maakte, ook Toine en Imane hadden hier
last van. Daarnaast kon ik heel veel leren van de werkvragen van mijn klasgenoten en dat is wat ik
belangrijk en goed vond van supervisie. Het brengt je andere inzichten, geeft je nieuwe ideeën waar
je zelf niet opgekomen was. Zo heeft Amber mij gezegd dat ik alles moet opschrijven wanneer er iets
uitgelegd wordt zodat ik alles kan terug kijken. Dit heb ik gedaan en dit heeft zeer goed geholpen.
Een ander belangrijk leer punt was hoe ik mijn focus moest houden zodat ik minder, geen fouten
meer maakte. Als laatste heb ik bespreekbaar gemaakt dat ik me soms laat ondersneeuwen aan de
telefoon, dit waren de belangrijkste momenten voor mij.
Wat ik wil aantonen in dit verslag is dat mijn persoonlijkheid sterker is geworden en dat ik sterker in
mijn schoenen sta. Dit heb ik gemerkt aan mijn interviews, presentaties en telefoon gesprekken.
Wanneer ik iets wil en daar is de mogelijkheid wil ik dat met beide handen aanpakken. Dit heb ik
geleerd op stage alleen had ik dit eerder door moeten hebben en hier nog sterker in worden. Het
goede punt is dat ik wel bewust van dit onderdeel ben en dat was aan het begin van mijn stage nog
niet. Denken, voelen en handelen begint steeds meer in contact met elkaar te raken. Vooral in mijn
volgende stage wordt zelfstandigheid op prijs gesteld en dat mag ook verwacht worden van een
iemand die gaat afstuderen.
De supervisie bijeenkomsten werden geleid door Marjolein. Ze is iemand die vriendelijkheid uitstraalt
waardoor ik mezelf al snel op me gemak voelde en dat is fijn. Ze heeft gezorgd voor orde waar nodig,
bracht ons op verschillende ideeën op een werkvraag te behandelen en zorgde voor duidelijkheid. Ik
heb moeite gehad met mijn deadlines van de opdrachten waardoor ik de supervisie verslaglegging
soms op een lager pitje zette. Dit haakte Marjolein ook aan tijdens de bijeenkomsten en dat vind ik
fijn, de stimulans om ervoor te gaan en hoe belangrijk het is. Soms was ik het niet eens met de
modellen die ze gebruikte, soms konden we zonder model en theorie al ver komen en dit werd soms
stop geroepen. Aan de ene kant is dit goed want het zorgt voor structuur, aan de andere kant is het
juist enthousiasme dat we met allerlei ideeën komen en dat moet ook gestimuleerd worden.
Conslusie:
Tijdens mijn praktijkstage heb ik veel geleerd, ik ben dan ook veel gegroeid in deze 20 weken.
Supervisie heeft er voor gezorgd dat je nog eens stilstaat bij bepaalde belevenissen en dit nog een
reflecteert. Dit zorgt voor nieuwe impulsen, supervisie wilt het beste van je naar boven brengen. De
komende tijd wil ik werken aan mijn zelfstandigheid, het nemen van initiatieven, planning, het
toepassen van kennis en samenwerking in een professionele organisatie.
17
Van supervisie naar intervisie:
Het is goed om tijdens stage belevenissen bespreekbaar te maken, op dit moment kon ik dit op mijn
stage maar volgend jaar weet ik niet of hier mogelijkheden voor zijn. Daarom ben ik blij met een
intervisie, hierdoor houd je contact met klasgenoten en zie je hoe collega’s zich ontwikkelen en wat
samen zorgt voor een ultieme ontwikkeling. Wat ik nodig heb van anderen om intervisie tot een
succes te maken is een stimulans, uitdaging. Ik kan soms wat ongeconcentreerd zijn. Ik kan
bijvoorbeeld vragen aan een klasgenoot of deze mij in de gaten wilt houden en aan wilt spreken waar
nodig. Dit is ook een punt wat ik zelf wil ontwikkelen, dit moet ik onder controle kunnen houden.
Daarnaast wil ik mijn zekerheid nog wat opkrikken.
18
De Verslaglegging van de bijeenkomsten
9 x situatie en werkvraag (voorbereiding vanuit logboek)
9 x reflectie volgens 5 vragen
1 x supervisie eindverslag volgens criteria
Inleveren in bijeenkomst 9 (criteria portal) en opnemen in metareflectie H2
Bijeenkomst 2
Mijn situatie + werkvraag uit de stage
Ik loop stage in een heel dynamisch bedrijf, er gebeurd veel en geen dag is hetzelfde. Onverwachts
kunnen altijd vacatures binnen komen en dat zorgt ervoor dat een dag er plotseling anders uit kan
zien. Op dit moment is mijn taak de telefoon opnemen, administratieve taken, de inloop en ik zorg
op dit moment voor een telefoniste/receptioniste vacature en een schoonmaak vacature om mee te
beginnen. Veel los ik al zelf op en voor vragen kan ik altijd storen. Maar soms zijn er bepaalde dingen
uitgelegd voor een programma maar vervolgens weet ik het niet meer en stel ik dus wat onnodige en
makkelijke vragen, deze vind ik soms wat lastig om te stellen.
Werkvraag: Iedereen is heel druk en aan het rennen en vliegen van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds
laat. Soms vind ik het lastig bepaalde vragen te stellen. Hoe lossen jullie dit op?
Het reflectieverslag
1. Wat was voor mij belangrijk? Voor mij is het belangrijk dat ik op stage ben om te leren en dat ik mezelf niet zie als iemand die alleen maar stoort maar juist als iemand die andere inzichten brengt en ook voor vele dingen juist hulp biedt. 2. Waar ben ik (gevoelsmatig) het meest door aangesproken en begrijp ik dat van mezelf. Ik ben deze week vaak aangesproken op het feit dat ik constant vragen stel. Het stellen van vragen is heel normaal alleen ik moet leren dat de collega’s geconcentreerd hun werk doen en ik ze met mijn vraag uit hun eigen werk haal. Ik merk aan mezelf dat veel van mijn dagelijkse taken nog ontzettend veel vragen oproepen. Denk aan het computer systeem FMS of vragen die ik krijg van kandidaten via de telefoon. Ik moet in mijn achterhoofd houden dat ze graag mijn vragen beantwoorden, maar dat hier niet altijd te tijd voor is. 3. Lukte het me om een kritische houding naar mijzelf en naar medestudenten aan te nemen? Hoe deed ik dat wel of niet? In hoeverre maak ik daar een groei in door? Ik vind het moeilijk om mijn vragen voor mezelf te houden. Ik wil erg graag en ik wil graag veel leren. Ik merk ook aan mezelf dat ik constant bezig wil zijn en constant mijn collega’s wil helpen waar het nodig is. Omdat ik zo graag wil merk ik dat ik het moeilijk vind om mijn vragen aan de kant te zetten. Dit vraagstuk roept dan ook verwarring bij mij op. Ik vind het dan ook lastig om bij dit vraagstuk een kritische houding naar mijzelf aan te nemen omdat ik erg graag wil werken en wil leren. Ik ben me er wel van bewust dat mijn collega’s me graag willen helpen maar dat ze me niet constant kunnen helpen. Soms kan ik een vraag dan ook echt niet voor me houden en dat moet ik zeker verbeteren. Maar vergeleken de eerste weken is dit vraagstuk al veel verbeterd. Ik moet voor dit vraagstuk wel een kritischere houding in aan nemen de komende weken. 4. Welke leermomenten en/of leerpunten kan ik noemen en hoe zou ik daar aan kunnen werken? (denk aan de context waarin je dat kunt doen en wat je daarbij nodig hebt)
19
Ik moet een betere afweging maken per vraag. Bijvoorbeeld in hoeverre heeft deze vraag prioriteit, kan ik met deze vraag geld verdienden en wie zou mij daarbij kunnen helpen. Hierdoor stoor ik niet al mijn collega’s constant. Heeft een vraag prioriteit, dan mag ik hem gelijk stellen aan de juiste persoon. Zo niet, dan bewaar ik hem tot het eind van de middag en/of aan het eind van de dag. Ik kan voor de pauze en voor vijf uur een vragen kwartier instellen wanneer hiervoor een mogelijkheid is. 5. Samenvattend: Tot welke conclusie of vragen leidt deze bespreking voor mij. Voor mij is belangrijk dat ik mijn vragen niet constant stel en hiermee al mijn collega’s stoor. Ik moet
per vraag een afweging maken. Voor dringende vragen, stoor ik één iemand. De vragen die geen
prioriteit hebben, vraag ik aan het einde van de (mid)dag.
20
Bijeenkomst 3
Mijn situatie + werkvraag uit de stage
De afgelopen week heb ik een week vakantie gehouden en dus geen stage gelopen. De week er voor was een erg leuke week omdat ik steeds meer mag doen en ook steeds meer kan. Doordat ik steeds meer doe krijg ik het ook steeds drukker en ik vind het soms lastig om verschillende zaken prioriteiten te geven en andere onderwerpen te laten liggen voor de volgende dag. 'S middags is er over het algemeen tijd voor de commerciële zaken en in de na middag voor de administratieve taken. Ook merk ik dat ik het nog steeds lastig om tijd te vragen van mijn collega's, ook al helpen ze me met plezier. Werkvraag: Hoe houdt ik het overzicht in mijn 'to-do list'? Hoe kan ik op een nette manier extra tijd samen vragen? Het reflectieverslag 1. Wat was voor mij belangrijk? Het was fijn om te horen dat de problemen erg herkenbaar waren voor de rest van de groep. Hierdoor kreeg ik al snel veel tips en waar ik zelf niet aan gedacht had. Soms moet ik mezelf erbij neer leggen dat ik in een leerfase zit en dat bepaalde problemen heel gebruikelijk zijn. Ik heb nagedacht over kritiek feedback en de goede bedoelingen daarvan, daarbij meegenomen hoeveel ik al vooruit ben gegaan de laatste weken. 2. Waar ben ik (gevoelsmatig) het meest door aangesproken en begrijp ik dat van mezelf. Zoals ik in de tweede bijeenkomst vertelde, vind ik het erg lastig om vragen te stellen. Ik mag vragen stellen over alles, er bestaan geen domme vragen zeggen ze dan ook. Maar ik moet leren de vragen niet continue te stellen maar te bewaren voor 's middags en tegen 5 uur. Gevoelsmatig ben ik hiervoor nog steeds het meest aangesproken en dat kan ik goed begrijpen. 3. Lukte het me om een kritische houding naar mijzelf en naar medestudenten aan te nemen? Hoe deed ik dat wel of niet? In hoeverre maak ik daar een groei in door? Bij deze opleiding is reflecteren erg belangrijk en daar zijn we sinds ons eerste jaar al veel mee bezig geweest. Ik ken mijn klasgenoten ook al sinds het eerste jaar en ik ben van mening dat feedback erg serieus wordt genomen in onze klas. Dit betekent ook dat ik mezelf in de laatste jaren beter heb leren kennen maar dat ik op een positieve manier om wil gaan met kritiek. Ik vind het dan ook belangrijk om feedback van mijn klasgenoten serieus te nemen. 4. Welke leermomenten en/of leerpunten kan ik noemen en hoe zou ik daar aan kunnen werken? (denk aan de context waarin je dat kunt doen en wat je daarbij nodig hebt) Ik moet aantekeningen maken van alles wat er wordt gedaan en alles wat belangrijk is. Dit leek me op het eerste gezicht nog al wat overdreven maar er wordt zoveel informatie gegeven op één dag. Wanneer ik alles stap voor stap op schrijf hoop ik ook minder vragen te stellen. 5. Samenvattend: Tot welke conclusie of vragen leidt deze bespreking voor mij. Het is fijn om met elkaar te praten over een situatie die bij iedereen herkenbaar is, het uitwisselen van ervaringen brengt mij op ideeën. Amber gaf me een ontzettend leerzame tip en dat is gewoon alles constant opschrijven. Elke stap en elk woord, hier zou ik dan altijd op terug kunnen vallen.
21
Bijeenkomst 4
Mijn situatie + werkvraag uit de stage Mijn stage bevalt nog steeds erg goed en ik krijg mijn taken steeds beter onder de knie. Éen van deze taken is de eerste lijn zijn voor personen die bellen naar onze vestiging. Op dit gebied ben ik al aardig wat vooruit gegaan. ik kom steeds krachtiger over en weet al veel vragen te beantwoorden. Veel kandidaten wijzen we af en dat gebeurd ook wel eens met een algemene mail. Het liefst zou ik iedereen persoonlijk af willen wijzen maar daar hebben we de tijd niet voor. Ik krijg dan ook vaak telefoon met de vraag wat de reden voor de afwijzing was. Ik merk van dat ik nog steeds iedereen wil helpen en vaak veel tijd verlies met het uitgebreid mailen naar personen. Werkvraag: hoe blijf ik bij mijn standpunt en zorg dat ik de personen overtuig in plaats van de personen mij.
Het reflectieverslag 1. Wat was voor mij belangrijk? Ook dit keer was mijn vraag een herkenbaar probleem, een andere klasgenoot had bijna dezelfde
vraag. Ook al leer ik goed met kritiek om te gaan, soms vind ik het nog best zwaar. Dat mijn
klasgenoten dezelfde problemen hebben doet mij goed en geeft me zelfvertrouwen. We hebben een
groepslid zijn werkvraag behandeld en dit ging om een vraag waarbij hij face-to-face contact had met
een kandidaat.
2. Waar ben ik (gevoelsmatig) het meest door aangesproken en begrijp ik dat van mezelf.
Ik ben het meest aangesproken op het punt dat ik heel erg mee ga in wat de persoon aan de andere
kant van de lijn zegt. Bijvoorbeeld de persoon A zeg dat hij vandaag nog terugkoppeling wilt, ik zeg
daarop vaak ja. Ik moet hier niet in meegaan, de persoon A wilt graag werk en ik wil daar graag bij
helpen maar hij moet daar wel wat voor doen. Ik moet NEE leren zeggen.
3. Lukte het me om een kritische houding naar mijzelf en naar medestudenten aan te nemen? Hoe
deed ik dat wel of niet? In hoeverre maak ik daar een groei in door?
Ik merk dat ik mezelf vaak verbeter aan de telefoon en dat het al heel wat beter gaat, maar bij
sommige personen vind ik het nog erg moeilijk. Hier moet ik strenger in worden, ik hoor niet af te
schrikken van een man en ook niet bepaalde vrouwen, sommige zijn zeker niet op hun mondje
gevallen. Dit moet ik verbeteren, ik moet zorgen dat ik ook wat pittiger wordt.
4. Welke leermomenten en/of leerpunten kan ik noemen en hoe zou ik daar aan kunnen werken?
(denk aan de context waarin je dat kunt doen en wat je daarbij nodig hebt)
Ik moet zorgen dat ik wat pittiger wordt aan de telefoon.
5. Samenvattend: Tot welke conclusie of vragen leidt deze bespreking voor mij.
Ik vind het soms lastig om bij mijn standpunt te blijven tijdens een telefoongesprek. Ik merk hier wel
zeker groei in, maar soms vind ik het nog wat lastig. Ik moet daarin gewoon duidelijk zijn aan de
telefoon.
22
Bijeenkomst 5
Mijn situatie + werkvraag uit de stage
Over een paar dagen moeten we de eerste opdrachten inleveren. Ik merk dat ik erg achter loop met
het maken van mijn opdrachten en dat ik het lastig vind om mijn tijd op een juiste manier in te delen.
Ik merk dat ik tijd inplan na en voor mijn stage maar ik merk ook dat ik in die tijd weinig woorden op
papier krijg. Ook merk ik dat ik na stage altijd wat moe ben en ik het moeilijk vind om mezelf nog te
concentreren.
Mijn werkvraag is dan ook: Hoe plannen jullie tijd voor de opdrachten in?
Het reflectieverslag 1. Wat was voor mij belangrijk? We hebben de schaalvraag van een klasgenoot besproken, ze wilt graag haar opdrachten zo maken
dat ze minder snel genoegen neemt met de situatie en haar cijfer. In plaats van een zes wilt ze voor
een acht gaan en ook op stage wilt ze meer initiatief nemen. Er kwam duidelijk naar voren dat ze
geen specifiek doel had, dus niet goed weet waar ze naartoe wilde werken. Voor mij was dit ook een
belangrijk punt. In mijn planning komt wel een duidelijk doel naar voren, maar soms weet ik dat ik op
onmogelijke momenten wat in plan, wat betekent dat ik me af en toe wat voor de gek houd.
2. Waar ben ik (gevoelsmatig) het meest door aangesproken en begrijp ik dat van mezelf.
Ik vond het tijdens de oefening van de schaalvraag lastig in te schatten waar ik nou aantekeningen
van moest maken en van welke onderdelen niet.
3. Lukte het me om een kritische houding naar mijzelf en naar medestudenten aan te nemen? Hoe
deed ik dat wel of niet? In hoeverre maak ik daar een groei in door?
Ik vond dat ik me tijdens deze opdracht niet helemaal bij juiste oplossingen zat. De andere
supervisiekandidaat zat naar mijn mening vaker in de goede richting. Wat natuurlijk helemaal geen
probleem is, ik merk dat ik hieruit ook erg veel leerpunten uit kan halen.
4. Welke leermomenten en/of leerpunten kan ik noemen en hoe zou ik daar aan kunnen werken?
(denk aan de context waarin je dat kunt doen en wat je daarbij nodig hebt)
Ik moet niet onderschatten hoe belangrijk het is om een concreet doel op te stellen, een planning te
maken en hier ook echt aan te houden. Dit is belangrijk om een gerichte, gestructureerde groei door
te maken. De groei is er zeker tijdens de opleiding maar ook ik mag daar bewuster mee omgaan.
Daarnaast zorgt dit natuurlijk ook voor een minder kritische houding omdat hierdoor de kleine
stappen in een groei ook duidelijk naar voren komen.
5. Samenvattend: Tot welke conclusie of vragen leidt deze bespreking voor mij
Allereerst dacht ik dat deze vraag geen betrekking had op mijn eigen situatie. Naarmate we dieper de
schaalvraag behandelde kwam ik erachter dat ook ik de kleine stappen in mijn groei niet bewust
meemaakte en ook ik geen duidelijk doel opstel. Dit is zeker iets waar ik aan moet werken.
23
Bijeenkomst 6
Mijn situatie + werkvraag uit de stage
Elke ochtend begin ik met de mail, dit is mail uit de algemene mailbox met verschillende vragen van kandidaten, werkzoekenden en opdrachtgevers. Veel van dit soort vragen komen op hetzelfde neer. Bijvoorbeeld: ik wil graag solliciteren voor de functie (...) is deze nog vacant en op welke manier kan ik het beste solliciteren? Vragen die ik niet kan beantwoorden stuur ik door maar dit soort vragen behandel ik natuurlijk zelf. Ik merk dat ik ook tijdens het mailen nog wel wat fouten maak, zoals goedemiddag maar dan is het morgen. Niet alleen bij de mail maak ik slordige fouten, maar ook bij de dossiers vergeet ik nog wel wat en zo ook bij mijn motivatiebrief voor het afstuderen. Werkvraag: Ik controleer alles voordat ik het opschrijf of beantwoord, hoe kan ik minder fouten maken tijdens het werk? Het reflectieverslag 1. Wat was voor mij belangrijk? Voor mij is het belangrijk dat ik focus blijf houden wanneer ik bezig ben met een mail, mijn brief of andere taken. Wanneer ik merk dat ik mijn focus verlies blijf ik toch doorgaan. Ik moet leren dat het dan juist goed is om even een rust moment te pakken. Dat hoeft niet lang te zijn, even een stukje lopen, naar de wc gaan of een kopje koffie zetten.
2. Waar ben ik (gevoelsmatig) het meest door aangesproken en begrijp ik dat van mezelf.
Ik vertelde dat ik bijvoorbeeld mijn e-mail nakijk voor dat ik het verstuur. Maar daaruit bleek al snel
dat ik het wel nakijk maar niet op de goede manier. Het helpt niet om iets na te kijken wat je net
hebt getypt. Ik moet dat even naast me leggen en een half uur laten opnieuw naar kijken. Op deze
manier haal meer fouten uit de e-mail.
3. Lukte het me om een kritische houding naar mijzelf en naar medestudenten aan te nemen? Hoe
deed ik dat wel of niet? In hoeverre maak ik daar een groei in door?
n.v.t.
4. Welke leermomenten en/of leerpunten kan ik noemen en hoe zou ik daar aan kunnen werken?
(denk aan de context waarin je dat kunt doen en wat je daarbij nodig hebt)
Voor mij is het belangrijk om ‘focus’ te houden tijdens mijn werkzaamheden. Het is voor bijna
niemand te doen om zo lang wat saaier maar precies werk achter elkaar te doen zonder pauze. Soms
is het sneller om een kwartiertje pauze te nemen en dan weer fris te zitten dan alleen maar door te
blijven gaan.
5. Samenvattend: Tot welke conclusie of vragen leidt deze bespreking voor mij.
n.v.t.
24
Bijeenkomst 7
Mijn situatie + werkvraag uit de stage Week 12 op stage alweer gehad, de tijd vliegt voorbij en ik ben al over de helft. Ik merk dat ik erg
veel druk voel voor de opdrachten en dat het allemaal wat veel is. Niet alleen thuis maar ook op het
werk heb ik een hele dag door werk en moet ik hard werken om alles af te krijgen aan het einde van
de dag. Ik heb op stage een dag agenda waarop ik al mijn taken op een rijtje kan zetten. Ik vind het
moeilijk om onderscheid te maken tussen belangrijke taken en minder belangrijke taken.
Het reflectieverslag 1. Wat was voor mij belangrijk? We vonden het allemaal wat moeilijk om een situatie + werkvraag te bedenken. Dit omdat de taken voor iedereen nu duidelijk zijn en we niet veel nieuwe taken meer krijgen. Dit geld ook voor mij, daarom hebben we ons deze les gefocust op het spel ‘ken je kwaliteiten’. Dit spel was niet alleen interessant voor diegene waar de kaartjes voor werden gekozen maar ook voor ons. Wij hebben allemaal andere ideeën over Amber maar ook allemaal andere ideeën over kernkwaliteiten en iedereen pakt ook naar andere soort kernkwaliteiten. Dit laatste zegt ook erg veel over de persoon die de kaartjes pakt.
2. Waar ben ik (gevoelsmatig) het meest door aangesproken en begrijp ik dat van mezelf.
Ik vind het soms moeilijk te begrijpen dat iedereen een ander beeld heeft bij een woord of een
kernkwaliteit. Zo moesten we allemaal een aantal kaartjes pakken en Toine haalde gezellig, sfeer etc
eruit. Ik weet niet of ik dat als een kernkwaliteit zie dus dat is iets waar ik aan kan werken.
3. Lukte het me om een kritische houding naar mijzelf en naar medestudenten aan te nemen? Hoe
deed ik dat wel of niet? In hoeverre maak ik daar een groei in door?
Tijdens deze bijeenkomst vond ik dat een kritische houding had, zo was ik het niet altijd eens met de
kaartjes van andere mensen. Zoals het kaartje Helder van een groepslid, ik vind dat een lastig woord
en weet niet goed wat het betekent als kern kwaliteit. Zo kwam het ook ter discussie wat helder
precies betekende en ik weet van mezelf dat ik totaal niet helder ben. Hoe ik uitleg of mijn zinnen
verwoord kan juist wat verward over komen. Ik weet dit van mezelf en mijn klasgenoten waren het
hier mee eens dus ik vind wel dat mijn zelf kennis in de lopen der jaar sterk is toegenomen.
4. Welke leermomenten en/of leerpunten kan ik noemen en hoe zou ik daar aan kunnen werken?
(denk aan de context waarin je dat kunt doen en wat je daarbij nodig hebt)
Een leermoment voor mij is dat er veel meer kernkwaliteiten zijn dan ik dacht en dat ik daar ook wat
ruimer, creatiever en breder in mag denken. Gezellig zijn zie ik niet als een kernkwaliteit terwijl dat in
bepaalde organisaties erg belangrijk en positief kan zijn. Ook voor mijn volgende sollicitatie brief mag
ik daar creatiever in zijn want nu staan de 'standaard' kwaliteiten nog beschreven.
5. Samenvattend: Tot welke conclusie of vragen leidt deze bespreking voor mij.
Een vraag die onmiddellijk bij mij naar boven komt is dat ik erg benieuwd ben naar welke kaarten er
voor mij worden gekozen. Dit is misschien iets wat ik de volgende les kan vragen in het kort.
25
Bijeenkomst 8
Voor bijeenkomst 8 kreeg ik de taak om een socialisatieverslag te maken. Dit is een verhaal waarin ik
omschrijf wie ik (tot nu toe) geworden ben.
Terugkijken op de primaire, secundaire en (voor zover mogelijk) mijn tertiaire socialisatie zijn voor
mij een aantal onderwerpen belangrijk in het leven. Allereerst is dat mijn familie, ik ben echt een
familie mens. We zijn allemaal erg druk maar maken toch altijd veel tijd voor elkaar vrij. Vooral mijn
moeder, neefje Travis en zus zie ik veel. Wat voor mij erg belangrijk is, is dat naaste altijd eerlijk en
oprecht tegen mij blijven ook al is dat niet altijd positief voor mij. Eerlijkheid binnen een familie vind
ik erg belangrijk. Dit wil niet zeggen dat een leugen(tje) om best wil niet mag.
De mooiste gebeurtenis uit mijn leven is moeilijk te zeggen, er springt niet één gebeurtenis naar
boven. Ik heb erg veel mooie gebeurtenissen meegemaakt. Maar na wat nadenken is dat de
geboorte van mijn neefje Travis geweest. Ik zie Travis elke week en voor mij was hij erg bijzonder. Ik
was zo gek op hem ook al kende ik hem eigenlijk niet, wat ik nog nooit eerder had meegemaakt. Een
nare gebeurtenis die ik niet snel zal vergeten is het overleden van mijn beste vriendinnetje in 2008.
Door beide situaties ben ik een open persoon geworden, door de geboorte van mijn neefje en door
een aantal nare gebeurtenissen zijn ontzettend veel onderwerpen bespreekbaar geworden in de
familie. Ik heb dan ook vanuit kinds af aan meegekregen dat ik altijd over alles mag praten, niks is
gek. Ik vind mezelf dan ook een open persoon.
Ik ben zelf een open persoon zoals ik al zei, maar niet alle personen zijn dat wat ook helemaal niet
erg is. Ik vind het dan ook erg interessant te horen hoe iemand in elkaar zit en hoe diegene daar mee
omgaat . Later zou ik dan ook veel gespreksvoering terug willen zien in mijn baan. Het leren van en
het luisteren naar mensen vind ik interessant en altijd leerzaam. Ik vind coachende gesprekken het
leukste onderdeel van gespreksvoering tot nu toe.
Ik krijg heel veel inspiratie van andere blogs. Hier kan je de mening van andere mensen lezen waar ik
weer nieuwe ideeën van krijg. Vooral een blog over P&O onderdelen geschreven door de jongere
generatie vind ik interessant. Vaak heb je wel een gedachte in je hoofd over veel onderwerpen maar
denk je daar niet bewust over na, of heb je geen idee dat die gedachte anders dan de rest van het
land. Door het lezen van blogs wordt je daarin op de feiten gedrukt en dat vind ik interessant.
Het reflectieverslag Wat was voor mij belangrijk? De les stond in het teken van mij en Imane. Allereerst hebben we de roos van Leary besproken. Een aantal vragen gesteld aan Imane zodat ze erachter kwam waar ze nu staat en waar ze volgend jaar wilt staan. Veel wat Imane zei klonk mij bekend in de oren. Vervolgens heb ik wat over mezelf verteld waarbij we op zoek gingen naar een aantal linken tussen mijn opvoeding en mijn loopbaan. Uit mijn socialisatieverslag blijkt dat ik op een vrij open en zorgzame manier ben opgevoed wat ik ook graag terug wil zien in mijn latere loopbaan. Dit is belangrijk voor mij omdat ik ben aangenomen voor een afstudeerstage bij ZorgSaam. Ik ben benieuwd of deze organisatie beter bij mij gaat passen. 2. Waar ben ik (gevoelsmatig) het meest door aangesproken en begrijp ik dat van mezelf. Tijdens het gesprek met Imane vind ik dat ik meer moet mengen in dat gesprek. Ik heb misschien één of twee vragen gesteld terwijl andere groepsleden constant relevante vragen vroegen aan imane om
26
zo een beter beeld te krijgen over dit onderwerp. Ik ben hier niet op aangesproken maar ik vind wel dat ik hierin actiever mag zijn. 3. Lukte het me om een kritische houding naar mijzelf en naar medestudenten aan te nemen? Hoe deed ik dat wel of niet? In hoeverre maak ik daar een groei in door? Tijdens de opleiding hebben we geleerd een kritische houding aan te nemen en ook dit hebben we laten zien tijdens deze supervisie bijeenkomst. Zo hadden we allemaal onze mening over waar Imane stond in de roos van Leary. Ik zie haar meer in de afhankelijk, meewerkende vakken terwijl de andere leden haar meer in de teruggetrokken, afhankelijke vakken zagen. Ik vind het goed dat ik daarin mijn eigen mening kan vormen maar luister ook graag naar de mening van anderen. De roos van Leary is een momentopname en een communicatie model dus er zijn allerlei mogelijkheden mogelijk. 4. Welke leermomenten en/of leerpunten kan ik noemen en hoe zou ik daar aan kunnen werken? (denk aan de context waarin je dat kunt doen en wat je daarbij nodig hebt) Ik heb tijdens deze supervisie les geleerd dat mijn opvoeding er voor heeft gezorgd voor wie ik nu ben. Ik ben erg benieuwd hoe ik dit ga terugzien in mijn latere loopbaan maar kan nu al erg veel aanknopingspunten vinden. Daarnaast moet ik voor de volgende supervisie les meer vragen gaan stellen zodat ook ik zorg dat er meer informatie in de groep komt. 5. Samenvattend: Tot welke conclusie of vragen leidt deze bespreking voor mij. Ook voor mij was de Roos van Leary erg interessant. Ik mag me net als Imane meer boven opstellen.
Gedrag roept gedrag op. In mijn volgende stage ziet mijn stagebegeleider niet meer als stagiaire
maar als Young professional en dit moet ik laten zien. Dit betekent dat ik me meer
helpend/ondersteunend moet opstellen. Daarnaast was het leuk om erg leuk over mezelf te praten,
mijn jeugd en loopbaan maar bracht het me helaas geen nieuwe conclusies.