DenkwerkAllerleiDeel 1

Informati everwerking

Groep 7-8

Werkboek

Zelfstandig werken

Naam:Groep:

Denkwerk ‘Allerlei’ is een serie werkboekjes met een rijk aanbod gevarieerde oefeningen op het gebied van informati everwerking, gericht op de bouwen groep 3-4, groep 5-6 en groep 7-8. Naast de serie ‘Allerlei’ zijn er ook series over maatschappelijk relevante thema’s. De leerlingen kunnen hun antwoorden zelf nakijken met behulp van het antwoordenblad dat te vinden is op onderstaande website.

Denkwerk maakt deel uit van ThiemeMeulenhoff Zelfstandig werken (Z). Dit bestaat uit een groot assorti ment leermiddelen voor alle leerjaren. Op onze Z-site vindt u al onze uitgaven: www.zelfstandig-werken.nl

9 789026 227394

9026227394_omslag.indd 1 26-08-11 16:49

14

Taak 7 Topsnelheden

Wat moet je doen?

Kijk eens hoe hard deze dieren kunnen rennen.

Zijn de volgende zinnen waar of niet waar?Kruis je antwoord aan achter de zin. waar nietwaar

1 De topsnelheid van een wrattenzwijn is 50 km/u.

2 Een zebra kan een gazelle inhalen.

3 Een leeuw kan een springbok inhalen.

4 De gevlekte hyena kan een gazelle inhalen.

5 De giraffe en de buffel hebben dezelfde topsnelheid.

6 Een struisvogel kan net zo hard lopen als een leeuw.

7 De springbok is op twee na het snelste dier.

8 Een gazelle kan twee keer zo hard lopen als een neushoorn.

9 Er is maar één ander dier dat zo snel kan lopen als een springbok.

10 De struisvogel kan 15 km/u harder lopen dan de springbok.

11 De topsnelheid van een giraffe is 15 km/u langzamer dan die van een buffel.

12 Alle dieren met een topsnelheid van 80 km/u hebben vier poten.

13 Er is maar één dier dat het jachtluipaard kan inhalen.

14 Een gnoe kan in een uur twee keer zo ver lopen als een olifant.

1

15

giraffe 50 km/u

olifant 40 km/u

neushoorn 40 km/uhyenahond 50 km/u

zebra 65 km/ugevlekte hyena 65 km/u

wrattenzwijn 50 km/u

buffel 55 km/u

gazelle 80 km/u

gnoe 80 km/u leeuw 80 km/ujachtluipaard 115 km/u

struisvogel 80 km/u

springbok 95 km/u

9026227394_bw.indd 14 26-08-11 16:53

14 15

Taak 7 Topsnelheden

Wat moet je doen?

Olifanten wandelen meestal op hun dooie gemakje samen door de natuur. Het is altijd een leuk gezicht als er kleine olifantjes met de kudde meelopen. Maar het is minder lollig als een olifant kwaad op je wordt. Maak dan maar liever dat je wegkomt! Want als een olifant met een gewicht van meer dan 5000 kilo met een snelheid van 40 kilometer op je afkomt... oei oei!

Probeer nu uit te rekenen of jij harder kunt lopen dan een olifant.

Ik haal meter in 10 seconden (uitproberen!).

Als ik diezelfde snelheid zou kunnen volhouden, dan zou ik dus

meter in één minuut (= 60 seconden) halen.

Als ik diezelfde snelheid zou kunnen volhouden, dan zou ik dus

meter in één uur (= 60 minuten) halen.

Mijn topsnelheid zou dan kilometer per uur zijn.

Ik kan: veelharder/harder/netzohard/nietzohard/langnietzohard lopen als een olifant

(omcirkel het goede antwoord).

En misschien mag je dit nog doen!

Ga naar de website van het Wereld Natuurfonds (WNF).Op deze leuke site vind je heel veel informatie over de natuur. En over bedreigde diersoorten.

Noem 3 bedreigde diersoorten.

1

2

3

Hoe kunnen kinderen het WNF helpen?

2

3

Als je alles af hebt, mag je hokje 7 openkrassen.

Tip!Probeer dit met een

stopwatch uit tijdens gym!

!

9026227394_bw.indd 15 26-08-11 16:53

16 17

Taak 8 Bezoek uit de ruimte

Wat moet je doen?

Lees eerst het volgende verhaaltje.

De vogeltjes ­ uiten. Het is zomer. Twee opaatjes zitten naast elkaar op een bankje in het park. Ze zitten op te scheppen over hun kleinkinderen. Dat doen opaatjes meestal. ‘Die kleinzoon van mij, die kan al heel goed voetballen!’ zegt het ene opaatje. ‘Ha, dan moet je mijn kleindochter zien,’ zegt het andere opaatje, ‘die kan heel erg mooi... KIJK NOU ’S!!! Kijk, dáár!’ roept hij dan. Hij wijst naar de lucht. Boven het grasveld zweeft een groot rond ding. Het zoemt zachtjes, het glanst en heeft drie poten.

Het ding landt midden op het grasveld. Het zoemen stopt. Het wordt stil. Zelfs de vogeltjes ­ uiten niet meer. De opaatjes hebben vierkante ogen van verbazing. De kinderen die langs� etsen stappen van hun � ets af om te zien wat er aan de hand is. Een hond rent angstig weg.

Dan gaat er een deur open in het ding. Er schuift een ladder uit. Twee rare mannetjes stappen naar buiten. ‘Volgens mij zijn dat marsmannetjes!’ zegt het ene opaatje. ‘Als ze maar niet over het gras gaan lopen,’ zegt het andere opaatje, ‘want dat mag niet!’

R.G.

Wat zou er verder gebeuren, denk je? Gaan de ruimtemannetjes de weg vragen aan de opa’s? Of nemen de ruimtemannetjes de kinderen mee naar binnen in hun vliegende schotel? Of komt er een agent aan die de ruimtemannetjes een bekeuring geeft? Of gaan de ruimtemannetjes met de kinderen mee naar huis?

Kies één van deze mogelijkheden of verzin zelf wat. Maak dan het verhaaltje zelf verder af!

Wat moet je verder doen?

Hier zie je de vliegende schotel nog eens.

1

2

9026227394_bw.indd 16 26-08-11 16:53

16 17

Taak 8 Bezoek uit de ruimte

Zijn de zinnen waar, niet waar of is niet genoeg bewijs?Kruis het goede antwoord aan achter de zin. waar nietwaar nietgenoeg bewijs

1 Deze vliegende schotel heeft vier poten.

2 Er zitten drie ruimtemannetjes in de vliegende schotel.

3 Het ruimteschip is vierkant.

4 De ruimtemannetjes spreken Nederlands.

5 Aan de achterkant van de vliegende schotel zit een deur.

6 De lampen op de vliegende schotel zijn groen.

7 De vliegende schotel heeft ronde raampjes.

8 De vliegende schotel heeft een antenne op het dak.

Zet een rondje om het juiste antwoord.

1 Is mars een planeet? ja / nee

2 Is de zon een ster? ja / nee

3 Is er al eens een mens op een planeet geweest? ja / nee

Doe nu dit nog

De kinderen uit de tekst bij opdracht 1 vertellen hoe de ruimtemannetjes eruitzien.

Maak een tekening van zo’n ruimtemannetje!

3

Ze hebben een hoofd als een peer, met de dikke kant boven. Ze hebben drie ogen en geen haar. Boven op hun hoofd hebben ze een soort antenne.

Ze hebben twee monden. De bovenste mond heeft vier scherpe tanden. De onderste

mond is kleiner en heeft geen tanden. Ze hebben een heel dun lijf met korte beentjes en lange

armen. Hun handen hebben drie vingers. Ze dragen een korte wijde broek met bretels. Hun voeten lijken wel wat op zwemvliezen.

Hun huid is helemaal groen. Hun ogen zijn rood. Hun monden zijn blauw.

Als je klaar bent, mag je hokje 8 openkrassen.

Tip!Kijk voor deze

3 vragen op internet, in een encyclopedie, of

in een ander boek.

!

9026227394_bw.indd 17 26-08-11 16:53