stadsbomen vademecum 3a: boomcontrole en onderzoek · stadsbomen vademecum 3a 21 nader onderzoek...
Post on 30-Apr-2020
69 Views
Preview:
TRANSCRIPT
Stadsbomen Vademecum 3A:
Boomcontrole en onderzoek
IPC Groene Ruimte, Arnhem 2008
8008 Binnenwerk.indd Voorwerk1 16-9-2008 12:01:41Process CyanProcess MagentaProcess YellowProcess Black
Inhoud
Inleiding 9 1.1 Kwaliteitseisen 10 1.2 Conditie en vitaliteit 11 1.3 Structuur 13 1.4 Inhoud van dit deel 14
Boomcontrole 15 2.1 Juridische aspecten 16 2.2 Systematiek 19 2.3 Uitvoeringsaspecten 22 2.4 Methoden en waarderingscriteria 27 2.4.1 VTA-methode 27 2.4.2 IBA-methode 30 2.4.3 SIA-methode 34 2.4.4 Conclusies 36 2.5 Inschatten van risico’s 36 2.5.1 ISA tree hazard evaluation 37 2.5.2 QTRA 37
Conditiebepaling 39 3.1 Overzicht methoden 40 3.2 Visuele conditiebepaling vanaf de grond 42 3.2.1 Methode 42 3.2.2 Inzetbaarheid 49 3.3 Meting takscheutlengte 49 3.3.1 Methode 49 3.3.2 Interpretatie 50 3.3.3 Inzetbaarheid 52 3.4 Onderzoek bladgrootte en bladkleur 53 3.4.1 Methode 53 3.4.2 Interpretatie 54 3.4.3 Inzetbaarheid 55 3.5 Bladmonsteranalyse 55 3.5.1 Methode 55 3.5.2 Interpretatie 57 3.5.3 Inzetbaarheid 57 3.6 Groeiringanalyse 58 3.6.1 Methode 58 3.6.2 Interpretatie 59 3.6.3 Inzetbaarheid 59
1
2
5
3
8008 Binnenwerk.indd Voorwerk5 16-9-2008 12:01:46Process CyanProcess MagentaProcess YellowProcess Black
3.7 Meting lichtdoorval door kroon 60 3.7.1 Methode 60 3.7.2 Interpretatie 62 3.7.3 Inzetbaarheid 62 3.8 Overige methoden 63 3.8.1 Kleureninfraroodluchtopnamen 63 3.8.2 Bepaling elektrische weerstand 63 3.8.3 Chlorofylfluorescentie 64
Groeiplaatsonderzoek 65 4.1 Onderdelen groeiplaatsonderzoek 66 4.2 Bodemonderzoek 71 4.2.1 Profielopbouw 71 4.2.2 Bewortelingspatroon 72 4.2.3 Bodemverdichting 75 4.2.4 Luchthuishouding 76 4.2.5 Waterhuishouding 78 4.3 Grondonderzoek 80 4.3.1 Bepalingen 80 4.3.2 Monstername 82 4.4 Resultaten 83
Oorzaken van condentievermindering 85 5.1 Inleiding 86 5.2 Ziekten en aantastingen 87 5.3 Fysische bodemomstandigheden 89 5.3.1 Bodemverdichting 89 5.3.2 Luchthuishouding 89 5.3.3 Waterhuishouding 91 5.4 Chemische bodemomstandigheden 92 5.4.1 Voedingselementen in de bodem 92 5.4.2 Zout 95 5.4.3 Chemische bestrijdingsmiddelen 95 5.4.4 Overige groeiplaatsverontreinigingen 96 5.5 Weersinvloeden 96 5.6 Luchtverontreiniging 98
Visuele structuurbeoordeling 101 6.1 Inspectiepunten visuele structuurbeoordeling 102 6.2 Symptomen in de kroon 104 6.2.1 Dood hout 104 6.2.2 Verzwakte aanhechtingen (plakoksels) 105 6.2.3 Vezelknikken en vezelscheuren 108 6.2.4 Lengtescheuren (pechbalken) 109 6.2.5 Spontane takbreuk 110
6
4
5
6
8008 Binnenwerk.indd Voorwerk6 16-9-2008 12:01:46Process CyanProcess MagentaProcess YellowProcess Black
6.3 Symptomen aan de stam 111 6.3.1 Vezelknikken en vezelscheuren 111 6.3.2 Zwellingen als signaal voor reparatiegroei 112 6.3.3 Stamscheuren 115 6.4 Symptomen aan de wortels 118 6.4.1 Scheurvorming in de bodem 119 6.4.2 Scheefzakken van de boom 122 6.4.3 Sterke vorming adventiefwortels 122 6.5 Houtrotschimmels 123
Hulpmiddelen en technieken structuurbeoordeling 125 7.1 Mogelijkheden en beperkingen 126 7.2 Algemene hulpmiddelen 128 7.2.1 Prikpen 128 7.2.2 Hamer 129 7.2.3 Spade en grondboor 130 7.3 Specialistische technieken 131 7.3.1 Metingen met behulp van geluid 131 7.3.2 Trekproef 133 7.3.3 Bepaling indringingsweerstand van hout 135 7.3.4 Onderzoek aan boorkernen 136 7.4 Beperkt ingezette technieken 138 7.4.1 Meting van de elektrische weerstand 138 7.4.2 Thermografie 139 7.4.3 Arboscopie 140 7.4.4 Computertomografie 140
Oorzaken structuurverzwakking 141 8.1 Mechanische beschadigingen 142 8.1.1 Verkeer 143 8.1.2 Boomverzorging 143 8.1.3 Vandalisme 145 8.1.4 Grasmaaien 146 8.1.5 Bovengrondse werkzaamheden 147 8.1.6 Ondergrondse werkzaamheden 147 8.1.7 Dieren 148 8.1.8 Storm, sneeuw en ijzel 148 8.2 Niet-mechanische beschadigingen 149 8.2.1 Scheikundige inwerking van stoffen 149 8.2.2 Blikseminslag 149 8.2.3 Zonnebrand 150 8.2.4 Vorst 151
Literatuur 153
Register 157
7
7
8
8008 Binnenwerk.indd Voorwerk7 16-9-2008 12:01:46Process CyanProcess MagentaProcess YellowProcess Black
Inleiding
10
1.1 KwaliteitseisenBomen vervullen in bebouwd gebied uiteenlopende functies. Ze zijn belangrijke ordeningselementen in de openbare ruimte, verhogen de kwaliteit van de woonomgeving en dragen bij aan het welbevinden van mensen.
Om zijn functies optimaal te kunnen vervullen moet een boom in bebouwd gebied voldoen aan bepaalde kwaliteitseisen.Enerzijds heeft kwaliteit te maken met het uiterlijk van de boom. Dit hangt vooral samen met de conditie: een boom met een goede conditie heeft een gezond (mooi) uiterlijk. Bij een slechte conditie wordt het uiterlijk van de boom in het algemeen als slecht (lelijk) beoordeeld.Anderzijds hangt kwaliteit samen met duurzaamheid en veiligheid. De boom mag geen bedreiging vormen voor zijn omgeving door om te vallen, af te breken of door takken te laten vallen.De duurzaamheid en veiligheid van de boom hebben te maken met de structuur van de kroon, stam en wortels.
Bomen verhogen de kwaliteit van de
woonomgeving.
8008 Binnenwerk.indd 110 16-9-2008 12:01:49Process CyanProcess MagentaProcess YellowProcess Black
Inleiding
Stadsbomen Vademecum 3A
11
1.2 Conditie en vitaliteitDe begrippen ‘conditie’ en ‘vitaliteit’ zeggen beide iets over de gezond-heidstoestand van een boom en worden vaak door elkaar gebruikt. Ze betekenen echter niet hetzelfde.
ConditieDe conditie is de toestand van een boom op een bepaald moment. Deze komt tot uiting in de verschijningsvorm. Zowel de groeiomstandigheden als andere meer acute invloeden van buitenaf (zoals droogte, insec-tenvraat of juist gunstige omstandigheden) zijn hierin bepalend. Deze momentopname geeft niet aan hoe de boom zich in de toekomst zal ontwikkelen. De conditie van een boom is tot op zekere hoogte meetbaar en met maatregelen te beïnvloeden.
VitaliteitDe vitaliteit is de levensvaardigheid van een organisme ofwel het vermogen om te herstellen. Vitaliteit is vooral genetisch bepaald en niet direct meetbaar. Een boom kan echter wel op verschillende manieren aangeven dat hij een goede vitaliteit bezit, namelijk:
door het vermogen zich aan te passen aan veranderingen in de •
omgeving, bijvoorbeeld met een snel herstel na verbetering van de groeiomstandigheden;door weerstand te bieden aan ziekten en aantastingen, bijvoorbeeld •
met een goede afgrendeling van wonden.
In het algemeen kan worden gesteld dat een boom vitaal is, wanneer zijn normale levensfuncties, groei en ontwikkeling niet waarneembaar zijn geremd of gestoord.
Twee kastanjes: links met een slechte
conditie, rechts met een goede conditie.
8008 Binnenwerk.indd 111 16-9-2008 12:01:52Process CyanProcess MagentaProcess YellowProcess Black
Boomcontrole
20
Systematiek boomcontrole.
visuele beoordeling kwaliteit:• conditie• structuur
kwaliteit voldoende?
nader onderzoek zinvol?
uitvoeren beheersmaatregelen of
verwijderen
nader onderzoek boom:• conditie• structuur
nader onderzoek groeiplaats
kwaliteit voldoende?
kwaliteit voldoende?
vastleggenin gegevensbestand
groeiplaats-verbetering mogelijk en
zinvol?
beheersmaatregelen mogelijk en zinvol?
verwijderen
vastleggenin gegevensbestand
uitvoeren beheersmaatregelen
uitvoeren groeiplaatsverbetering
nee
ja
ja
jaja
nee nee
nee nee
ja ja
vastleggenin gegevensbestand
nee
8008 Binnenwerk.indd 220 16-9-2008 12:02:11Process CyanProcess MagentaProcess YellowProcess Black
Boomcontrole
Stadsbomen Vademecum 3A
21
Nader onderzoekHet kan noodzakelijk blijken een nader (specialistisch) onderzoek uit te voeren. Welk type vervolgonderzoek men kiest, wordt mede bepaald door de visueel beoordeelde kwaliteit van de boom.
Zijn er aanwijzingen dat de slechte conditie wordt veroorzaakt door •
gebreken in de groeiplaats, dan volgt een groeiplaatsonderzoek.Zijn er geen aanwijzingen waardoor de slechte conditie wordt veroor-•
zaakt, dan volgt een nader onderzoek van de conditie.Zijn er aanwijzingen dat de stabiliteit en/of de breukgevoeligheid van •
de boom problemen kan gaan opleveren, dan volgt een specialistisch structuuronderzoek.
Bij een specialistisch onderzoek is het aan te raden van tevoren overleg te plegen met de in te schakelen specialist. Tijdens dit overleg wordt vastgelegd wat moet worden onderzocht en volgens welke methode(n).
Links: plakoksel met gering risico, geen beheersmaatregel
nodig.
Rechts: plakoksel met verhoogd risico
van uitbreken, beheersmaatregel
nodig.
Bij het specialistisch onderzoek kan gebruik gemaakt worden van een heel scala aan onderzoeksapparatuur. In de praktijk komt het regelmatig voor dat instrumenten onnodig worden ingezet, puur omdat men de beschikking over die apparatuur heeft en een oordeel graag onderbouwt met cijfers of beelden. Dit brengt onnodig kosten met zich mee die niet besteed kunnen worden aan het reguliere boombeheer.
8008 Binnenwerk.indd 221 16-9-2008 12:02:13Process CyanProcess MagentaProcess YellowProcess Black
Hulpmiddelen en technieken structuurbeoordeling
126
7.1 Mogelijkheden en beperkingenEr is een scala aan hulpmiddelen en technieken beschikbaar voor nader onderzoek naar de structuur van een boom. Deze hebben echter allemaal hun beperkingen. Alleen als ze door deskundigen worden gehanteerd en de resultaten door deskundigen worden geïnterpreteerd, leveren ze bruikbare informatie op.Enkele aandachtspunten hierbij zijn:
Nader onderzoek blijft altijd een momentopname. Bij eenmaal door •
rot aangetaste bomen is slecht te voorspellen hoe snel de aantasting zich zal ontwikkelen en in hoeverre de boom dit door de vorming van reactiehout kan compenseren. In veel gevallen moet de boom perio-diek opnieuw worden onderzocht om de ontwikkeling van het gebrek en de reactie van de boom daarop te kunnen volgen. Veel onderzoeksapparaten leveren gegevens die gerelateerd dienen •
te worden aan meetgegevens die voor de betreffende boom op die plaats normaal zijn. In veel gevallen zullen daarvoor aan de te onderzoeken boom referentiemetingen moeten worden uitgevoerd op niet-beschadigde of niet-aangetaste plaatsen.Een aantal methoden voor nader onderzoek werkt met puntme-•
tingen. Om bruikbare informatie te krijgen moet dan doorgaans op verschillende plaatsen worden gemeten. Hierbij is de keuze voor de meetpunten bepalend voor de resultaten. De resultaten zullen altijd beoordeeld moeten worden in nauwe •
samenhang met de rest van de boom. Een holle knotboom zal meestal minder risico’s opleveren dan een volledig uitgegroeide boom met een holte van vergelijkbare omvang.Sommige hulpmiddelen kunnen, bij verkeerd gebruik, onnodig •
schade toebrengen aan de boom.Er zijn voortdurend nieuwe apparaten in ontwikkeling waarvan de •
praktische bruikbaarheid per geval zal moeten blijken.
In tabel 7.1 wordt een overzicht gegeven van de verschillende hulpmid-delen en technieken met hun mogelijkheden en beperkingen. Doordat de verschillende hulpmiddelen verschillende informatie opleveren, zijn ze niet allemaal met elkaar vergelijkbaar.
In dit hoofdstuk worden de meest gangbare en actuele methoden nader besproken. Allereerst worden enkele hulpmiddelen besproken die doorgaans al in combinatie met de visuele beoordeling worden ingezet. Vervolgens worden de overige hulpmiddelen en methoden besproken, ingedeeld op basis van hun werkingsprincipe en naar de mate waarin beschadigingen aan de boom worden aangebracht.
8008 Binnenwerk.indd 7126 17-9-2008 9:58:53Process CyanProcess MagentaProcess YellowProcess Black
Hulpmiddelen en technieken structuurbeoordeling
Stadsbomen Vademecum 3A
127
Hulpmiddel/techniek Positieve aspecten Negatieve aspecten Inzetbaarheid
Algemene hulpmiddelen
Prikpen non-destructief uitsluitend indicatief goed, in combinatie met visuele structuur-beoordeling
Hamer non-destructief uitsluitend indicatief goed, in combinatie met visuele structuur-beoordeling
Spade/grondboor bij voorzichtig gebruik geen noemenswaardige schade
gebruik bij stamvoet door aanwezige zware beworteling vaak lastig
goed bij opgehoogde groeiplaatsen en ter bevestiging van vermoedens
Specialistische technieken
Metingen met behulp van geluid: ADD en impulshamer
grote interne defecten kunnen worden vast-gesteld
voornamelijk indicatief, aard en exacte omvang van defecten niet te bepalen
matig, risico van verkeerde interpretaties
Metingen met behulp van geluid: Picus-geluidstomograaf en Arbotom
levert redelijk nauw-keurig beeld van het inwendige van de boom
apparatuur verregaand specialistisch
goed, maar risico van verkeerde interpretaties
Trekproef non-destructief apparatuur verregaand specialistisch, proef geeft momentopname
goed, mits op beperkte schaal gebruikt
Bepaling indringings-weerstand
indicatie van de hout-kwaliteit gerelateerd aan de diepte waarop geboord wordt
destructief, puntmeting matig, doorgaans zijn meerdere metingen nodig
Onderzoek aan boorkernen
duidelijk beeld van het inwendige van de boom op de meetplek
destructief, puntmeting goed, mits op beperkte schaal gebruikt
Beperkt ingezette technieken
Meting elektrische weerstand
non-destructief apparatuur verregaand specialistisch
goed, in combinatie met de Picus-geluidstomograaf
Thermografie non-destructief meetresultaten worden sterk beïnvloed door weersomstandigheden
beperkt
Arboscopie destructief, beelden slecht interpreteerbaar
beperkt, alleen geschikt voor holtes
Computertomografie non-destructief, veel informatie
apparatuur verregaand specialistisch, beperkte stamomvang, gebruik radioactief materiaal
beperkt
Tabel 7.1: Overzicht van hulpmiddelen en technieken voor structuurbeoordeling.
8008 Binnenwerk.indd 7127 17-9-2008 9:58:53Process CyanProcess MagentaProcess YellowProcess Black
top related