team d5: versterking in crisiscommunicatie...• beheer van de media (op het terrein) akkoord met de...
Post on 11-Oct-2020
1 Views
Preview:
TRANSCRIPT
TEAM D5: versterking in crisiscommunicatie
Informatiebrochure voor de lokale overheden
“Net zoals de Leidraad Crisiscommunicatie die verspreid werd in 2007, legt dit
document geen nieuwe specifieke verplichtingen op aan de bevoegde overheden.
Het is een hulpmiddel voor discipline 5 (en in het bijzonder voor de gemeentelijke
en provinciale ambtenaren bevoegd voor D5), en is gebaseerd op ervaringen en
best practices. Aangezien elke noodsituatie anders is, moeten de acties van D5
aangepast zijn aan de situatie, en in functie van de beschikbare middelen.”
3
Augustus 2013 FOD Binnenlandse Zaken - AD CrisiscentrumBenoît Ramacker en Peter Mertens
1 Van vaststellingen naar actie
2 Oprichting van een netwerk voor D5
2.1 Drie principes
2.2 Opgeleide communicatoren
3 D5 versterken om haar opdrachten te doen slagen
3.1 Strategische adviezen inzake crisiscommunicatie
Inhoudstafel
3.2 Relaties met de media
3.4 Omgevingsanalyse
3.3 Informatienummer voor de bevolking
3.5 Afstemming
4 Operationalisering van het TEAM D5
4.1 Alarmering en mobilisatie
4.2 Werking
4.3 Budget en infrastructuur
5 Bijlagen
4
6
6
7
8
8
9
10
11
12
13
13
15
16
17
1 Van vaststellingen naar actie
Discipline 5, gestructureerd door de KB’s van 2003 en 2006, is de meest recente
van de disciplines die worden ingezet bij het beheer van een noodsituatie. De
informatie aan de bevolking bij een noodsituatie vereist het inzetten van een
relatief aanzienlijk team om alle opdrachten uit te voeren. Het komt voor dat
deze slechts gedeeltelijk worden uitgevoerd bij gebrek aan voldoende menselijke
en materiële middelen.
Sinds de verspreiding van de “Leidraad Crisiscommunicatie” in 2007 door de
AD Crisiscentrum (FOD Binnenlandse Zaken), werden verschillende stappen
verwezenlijkt om Discipline 5 te ondersteunen: verwezenlijking van de leidraad
met praktische fiches, organisatie van opleidingen, ter beschikking stellen van
infrastructuur aan de lokale overheden door een betere synergie van de
middelen voor de alarmering van en de informatie aan de bevolking (contact
center, sirenenetwerk en –in een volgende fase- project BE-Alert).
Het is tegenstrijdig te moeten vaststellen dat enerzijds de opdrachten en acties
met betrekking tot D5 door andere disciplines weinig gekend zijn en weinig
erkend worden (“Iedereen kan communiceren”) en dat er anderzijds een aan-
zienlijke vraag van diezelfde disciplines bestaat om bijvoorbeeld de media op het
terrein te beheren.
Deze vaststellingen moeten objectief onderzocht worden om de situatie van
Discipline 5 in vergelijking met de andere disciplines beter te begrijpen:
- Per gemeente of provincie is Discipline 5 over het algemeen samengesteld uit
een informatieambtenaar, ondersteund door 2 of 3 collega’s (niet noodzakelijk
communicatoren);
- De D5-medewerkers hebben vaak, en ondanks hun gedrevenheid, slechts
weinig tijd om aan deze taak te besteden gelet op hun andere dagelijkse taken,
hetgeen een impact kan hebben op hun ervaring op dit gebied;
- In tegenstelling tot bijvoorbeeld de brandweer- of politiediensten, wordt in de
organisatie van D5 het oproepen van versterking van buiten de gemeente of
provincie om haar opdrachten in noodsituaties te verwezenlijken, vaak niet
voorzien (“De communicatie, dat is de burgemeester/gouverneur”).
Met het oog op het concreet invullen van de behoefte aan een goede informa-
tieverstrekking aan de bevolking in noodsituaties, beantwoordt de versterking
door een TEAM D5 aan de behoefte inzake ondersteuning van de crisiscommu-
nicatie van de overheden om de opdrachten van D5 beter te kunnen uitvoeren.
Het gaat hier om een optimale informatievoorziening aan de betrokken bevolking
en om de geloofwaardigheid van de overheden op het vlak van het crisisbeheer.
Concreet zal het TEAM D5 samengesteld zijn uit ervaren communicatoren die
zich op vrijwillige basis inzetten. Het TEAM D5 zal onder verantwoordelijkheid
van de bevoegde overheid deelnemen aan de verschillende opdrachten van D5,
ter ondersteuning van de lokale D5. Dit neemt niet weg dat de gemeente zich
voorbereidt, en vervangt evenmin bestaande en toekomstige afspraken rond
intergemeentelijke samenwerking. Het TEAM D5 is dus aanvullend en com-
plementair. De inzet kan worden overwogen bij activatie van een fase van het
crisisbeheer of van het monodisciplinair interventieplan D5 (IPI).
4 5
2 Oprichting van een netwerk voor D5
2.1 Drie principes
De oprichting van een operationele flexibele structuur moet gebaseerd zijn op
duidelijke principes die het kader van haar acties zullen bepalen, dat noodzake-
lijk is voor het betrekken van de bevoegde overheden:
• D5 versterken op vraag van de betrokken overheid
Het TEAM D5 wordt gemobiliseerd op vraag van de overheid die
geconfronteerd wordt met een noodsituatie.
Het ad hoc gemobiliseerde team stelt zich onmiddellijk in dienst van
D5, onder de coördinatie van de D5-verantwoordelijke.
De leden van dit TEAM D5 versterken de betrokken gemeentelijke,
provinciale of federale D5.
Deze versterking heeft geenszins de wettelijke verplichting voor elke
burgemeester en gouverneur op om zijn Discipline 5 te organiseren
voor de informatie aan hun bevolking.
• Bijdragen tot de organisatie van D5 en tot de informatie aan de bevolking
Door zijn expertise in (crisis)communicatie kan het TEAM D5 verschillende
opdrachten uitvoeren die niet noodzakelijk een kennis van de plaats, van het
ANIP of van het monodisciplinair plan D5 (IPI) vereisen:
Strategische adviezen inzake crisiscommunicatie aan de D5-verant-
woordelijke (of desgevraagd aan de burgemeester of gouverneur);
Coördinatie van het nummer voor informatie aan de bevolking (afstem-
ming D2-D5, opstelling van FAQ, organisatie van de “back office”, …);
Uitvoering van de monitoring (traditionele media, on line media,
sociale media, infonummer);
Tekstredactie (mededelingen, informatie voor een website,…);
Relatie met andere overheden, andere D5 (gemeentelijke, provinciale,
nationale);
Beheer van de media (op het terrein).
• Ter plaatse en/of op afstand
De ondersteuning die het TEAM D5 kan bieden aan de overheden vereist niet
noodzakelijk (noch voor alle opdrachten) een verplaatsing naar de plaats van de
noodsituatie.
Bepaalde functies (omgevingsanalyse bijvoorbeeld) kunnen van op afstand
worden uitgevoerd. Echter, gelet op de hierboven vermelde vaststellingen en
met name het gebrek aan perso-neel voor D5, kan het TEAM D5
zich ter plaatse begeven om te helpen voor acties die een ondersteuning ver-
eisen (beheer van de media op het terrein of strategische adviseur bijvoorbeeld).
Ondertussen kan vanop afstand reeds een monitoring worden uitgevoerd. Hier-
toe zal het TEAM D5 zich zo goed mogelijk organiseren om de crisiscommunica-
tie van de overheden vanaf het begin van het crisisbeheer mee te doen slagen.
De inzet van het TEAM D5 kan dus op verschillende manieren uitgerold worden,
van eerder minimaal (vb. omgevingsanalyse op afstand of telefonisch advies/
klankbord), tot ruimere ondersteuning ter plaatse (strategisch advies, D5 op het
terrein, …).
2.2 Opgeleide communicatoren
De communicatoren (of medewerkers) van de overheden of diensten die betrok-
ken zijn bij het crisisbeheer kunnen vrijwillig instappen in het TEAM D5. Het
doel is om over ten minste een kern van een twintigtal personen (FR/NL/DE,
nationaal/lokaal) te beschikken.
Elke communicatiemedewerker zal een specifieke opleiding kunnen volgen om
de volledige organisatie van het TEAM D5 te kennen, de doelstelling ervan, de
D5-versterkingsopdrachten, de houding die van hem/haar verwacht wordt, …
Het TEAM D5 kan ook ingeschakeld worden bij oefeningen.
6 7
3 D5 versterken om haar opdrachten te doen slagen
Discipline 5 staat in voor de alarmering van en de informatie aan de bevolking
in noodsituaties. Zij omvat verschillende zeer gevarieerde opdrachten waarvoor
een TEAM D5 een aanzienlijke versterking kan verschaffen die nuttig is voor
de optimale uitvoering van de opdrachten. Hieronder worden enkele van deze
opdrachten geïdentificeerd en beschreven als voorbeeld.
3.1 Strategische adviezen inzake crisiscommunicatie
Het TEAM D5 wordt ingezet om de betrokken overheid te helpen bij de uitvoe-
ring van alle D5-opdrachten. De leden van het TEAM D5 worden derhalve ertoe
gebracht om hem zo goed mogelijk objectief en strategisch te adviseren opdat
hij op zijn beurt een crisiscommunicatiestrategie, (al dan niet) te nemen acties
en (al dan niet) te verspreiden berichten kan voorstellen aan zijn burgemeester
of gouverneur.
De wederzijdse kennis/erkenning en het wederzijdse vertrouwen zijn noodzake-
lijk voor de optimale uitvoering van de opdrachten van D5. Daarom is het beter
om de D5-verantwoordelijke (persoon erkend als ambtenaar belast met D5) te
ondersteunen in plaats van te interfereren in zijn relatie met zijn overheid die het
crisisbeheer uitvoert (behalve in geval van een specifieke vraag of behoefte).
Hoewel D5 reeds een crisiscommunicatieplan (IPI) en een zekere organisatie
heeft, is de mankracht in de meeste gevallen, en zeker in de eerste ogenblikken
van een noodsituatie, ontoereikend om alle opdrachten van D5 op te nemen. De
D5-verantwoordelijke voelt zich veelal niet ondersteund door voldoende gede-
tacheerde medewerkers en experts op dit gebied. Hij zal dus versterking kunnen
gebruiken om hem (al dan niet) te sterken in de communicatie-acties, zowel voor
de gedefinieerde sleutelboodschappen als voor de voorgestelde alarmerings- en
informatieacties.
De D5-verantwoordelijke zal over het algemeen sterk betrokken zijn bij de eerste
ogenblikken van de noodsituatie door een beheer op korte termijn van de crisis-
communicatie. Het TEAM D5 kan hem de nodige afstand bieden om hem acties
en berichten op middellange en zelfs lange termijn te adviseren:
- Evolutie van de crisiscommunicatie: van procesinformatie, over een feitelijke
en empathische communicatie naar een meer verklarende communicatie;
- Diverse en gerichte acties: van de eerste alarmering, naar on line geüpdatete
berichten en informatiesessies aan de betrokken bevolking.
3.2 Relaties met de media
In noodsituaties zullen het niet langer noodzakelijk (noch uitsluitend) lokale of
nationale journalisten zijn die de betrokken overheden bevragen. Omwille van
een aanzienlijke toevloed van vragen en taken, kan D5 snel gepasseerd worden.
Terwijl de woordvoering in principe bij de bevoegde overheid blijft, kan het
TEAM D5 haar ervaring op dit gebied verschaffen om D5 te ondersteunen.
8 9
• Beheer van de media (op het terrein)
Akkoord met de Dir-CP-Ops voor het beheer van de media op het ter-
rein: afbakening van een zone en handhaving van de perimeter door de
politie, aanduiding van een contactpersoon voor de pers op het terrein
Bepaling van een parkeerplaats voor de journalisten
Bepaling van een beveiligde plaats voor de beeldopname
Organisatie en briefing van een beeldmoment
Eventuele opening van een “perscentrum” of bepaling van een
regelmatige ontmoetingsplaats
Opstelling en verspreiding van een memo voor de interventiediensten
en de journalisten betreffende de vastgestelde regels
Identificeren en briefing van eventuele experten
• Beheer van de perscontacten
Advisering over de opening van een (vaste of mobiele) telefoonlijn en
contactpersoon voor de oproepen van de media (aanname van de
oproepen en van de vragen, zonder interview; overmaken van concrete
informatie zoals het uur en de plaats van een persconferentie; …)
Organisatie van een conferentie of van een perspunt, met advisering
over boodschap, structuur, sprekers, …
• Ondersteuning bij de redactie
van persmededelingen en verklaringen
van informatieteksten en van “Frequently Asked Questions” voor een
website en van de sociale media
3.3 Informatienummer voor de bevolking
De behoefte om een infonummer te openen voor de bevolking zal zich al snel
doen voelen.
Het TEAM D5 zal haar ondersteuning kunnen bieden voor:
de opstelling van FAQ
het beheer en de coördinatie van de informatie (information manager)
de synergie D2-D5
de organisatie van de “back office” (via een TEAM D5 op afstand
eventueel)
indien nodig, het in werking stellen en het gebruik van de nationale
infrastructuur
3.4 Omgevingsanalyse
Een omgevingsanalyse uitvoeren van de (sociale) media (en van de bevolking
via het eventueel geopende informatienummer) maakt het mogelijk om te kijken
of de dringende aanbevelingen aan de bevolking goed verspreid werden, om op
de hoogte te zijn van eventuele geruchten die de ronde doen over de situatie of
over het beheer ervan,…
Om een monitoring uit te voeren van de traditionele media en de online media
(bestaande uit informatievergaring, analyse van de informatiegegevens en aan-
bevelingen voor de crisiscommunicatie) is er tijd en adequaat personeel nodig.
Deze opdracht kan vervuld worden door het netwerk, ter plaatse of van op
afstand. Een TEAM D5 kan
deze opvolging van de tra-
ditionele, on line en sociale
media voor rekening van
de betrokken D5 op zich
nemen, door regelmatig
zijn analyse en adviezen
aan deze D5 over te maken
(per e-mail of telefoon).
10 11
Om deze efficiënt uit te voeren in noodsituaties, wordt aangeraden om een
analyse te verrichten op basis van drie criteria (I-B-S):
• Information: Rationele feiten en cijfers en de vraag naar deze feiten en cijfers
van de belanghebbenden
• Behaviour: Acties van de belanghebbenden en de coördinatie van de
noodsituatie
• Sensemaking: Emotionele uiting van belanghebbenden
3.5 Afstemming
De crisiscommunicatie moet voornamelijk door de bevoegde overheid uitge-
voerd worden. Er zijn echter verschillende actoren betrokken, zowel in dit
beheer als in de communicatie die hierop betrekking heeft (aangrenzende
gemeenten, betrokken bedrijf, betrokken school of ziekenhuis, hulp- en interven-
tiediensten, Gewesten, FOD,…).
De afstemming met al deze actoren omtrent de crisiscommunicatie vraagt tijd
(gelet op de talrijke andere opdrachten die prioritair worden uitgevoerd om de
betrokken bevolking te alarmeren en te informeren). Een goede coördinatie van
D5 maakt een betere coherentie in de crisiscommunicatie mogelijk en bevordert
een eenduidige informatie aan de bevolking.
Het TEAM D5 kan bijdragen tot deze coördinatie door zijn bevoorrechte con-
tacten met de gekende communicatoren van de andere betrokken publieke of
private partners.
Binnen het crisisbeheer is het een uitdaging om ervoor te zorgen om tijdig over
juiste en relevante informatie te beschikken en om de toevloed en het beheer
van de talrijke beschikbare informatie te kunnen optimaliseren. Deze rol is
essentieel binnen het crisisbeheer, en tegelijk ook voor discipline 5 met het oog
op een correcte en gevalideerde informatie aan de bevolking. De organisatie van
dit Informatiebeheer overstijgt evenwel de opdrachten van D5, maar is des te
belangrijker voor het slagen van haar opdrachten.
4 Operationalisering van het TEAM D5
De dagelijkse coördinatie van het netwerk (en de operationalisering ervan
in noodsituaties) wordt ten laste genomen door de communicatoren van het
Crisiscentrum van Binnenlandse Zaken (ADCC).
De activering van een TEAM D5 (uitsturen op het terrein en/of ter onder-
steuning van op afstand) moet zo snel en efficiënt mogelijk gerealiseerd
worden rekening houdend met de vereiste verplaatsingen, met de lokalisatie
van de noodsituatie, met de gewenste expertise, met eenieders beschikbaar-
heden,… De alarmerings- en mobilisatieprocedures moeten derhalve duidelijk
gedetailleerd, flexibel en efficiënt zijn.
4.1 Alarmering en mobilisatie
De ADCC zal over een actuele lijst beschikken van de gegevens van alle
vrijwillige communicatoren (of medewerkers).
Zodra een overheid een beroep
doet op het TEAM D5 om D5 te
versterken, wordt het TEAM D5
gemobiliseerd. De werkwijze
wordt hieronder beschreven (zie
ook procedure – bijlage 1).
12 13
• Vraag van de betrokken overheid
1 – de Burgemeester of de Gouverneur kan het TEAM D5 mobiliseren, bij
voorkeur door de D5-verantwoordelijke; hij/zij ziet erop toe het (formele)
akkoord te hebben van zijn overheid voor deze ondersteuning van D5;
1 bis – de gemeentelijke D5-verantwoordelijke neemt contact op met de
federale dienst van de gouverneur; na overleg neemt die laatste contact op
met de Permanentie van het Crisiscentrum Binnenlandse Zaken;
2 – de Permanentie neemt contact op met een communicatiemedewerker
van de ADCC (die optreedt als coördinator van het D5-netwerk) en maakt
de nuttige informatie en gegevens van de betrokken D5-verantwoordelijke
over;
3 – er vindt een eerste contact plaats tussen de communicatiemedewerker
en de betrokken D5-verantwoordelijke: op basis van de eerste besprekingen,
kan een beslissing worden genomen om het netwerk al dan niet te activeren,
alsook de samenstelling;
• Alarmering van het TEAM D5
4 – de communicatiemedewerker zorgt dat de nodige teamleden worden
gecontacteerd, afhankelijk van de behoeften (ter plaatse of van op afstand;
eventueel reeds gedefinieerde opdrachten,…).;
• Mobilisatie van het TEAM D5
5 – zodra het TEAM D5 is gemobiliseerd en de beschikbaarheid van de
teamleden is bevestigd, stelt de communicatiemedewerker de betrokken
D5-verantwoordelijke op de hoogte van de aangeboden versterking (ter
plaatse en/of op afstand) en de activatie-termijn;
6 – de Permanentie bevestigt het beroep op het TEAM D5 per e-mail of per
fax aan de betrokken overheid (gouverneur of burgemeester), alsook aan de
betrokken D5-verantwoordelijke, aan de federale dienst van de gouverneur
en aan communicatiemedewerker van ADCC.
Het doel is om het TEAM D5 zo snel mogelijk in te zetten om de informatie aan
de bevolking te optimaliseren. De inzettermijn is echter moeilijk te bepalen,
gezien de aard van elke noodsituatie (dag en uur waarop de noodsituatie zich
voordoet, locatie,…) en de beschikbaarheden van het TEAM D5 (gebaseerd op
een vrijwillig engagement van haar leden).
De duur van de mobilisatie zal afhankelijk zijn van de opdrachten die aan het
TEAM D5 worden toevertrouwd. Afhankelijk van de beschikbaarheden en de
eisen van eenieder, kan een aflossing worden voorzien, of om andere communi-
catoren ter versterking op te roepen.
Een TEAM D5 is niet strikt gedefinieerd in termen van menselijke en materiële
middelen. Het is belangrijk om bij aanvang reeds een voldoende ondersteuning
te bieden, om een goede start van de communicatie mogelijk te maken. Nadien
kan in overleg met de D5-verantwoordelijke geëvalueerd worden of een
afschaling of opschaling aangewezen is.
Het TEAM D5 kan ook ingezet worden bij oefeningen. (zie bijlage 2)
4.2 Werking
Een Team Leader van het TEAM D5 wordt aangeduid onder de leden van het
gemobiliseerde team (functie die vervuld kan worden van op afstand indien geen
ondersteuning ter plaatse wordt geboden).
De gemeente of federale dienst van de gouverneur die beroep doet op het
TEAM D5, zal voor de aansturing van het TEAM D5 kunnen terugvallen op de
Team Leader. Deze persoon zal namens het TEAM D5 het single point of contact
zijn voor de bevoegde overheid.
14 15
4.3 Budget en infrastructuur
Indien medewerkers van het TEAM D5 ter plaatse komen voor ondersteuning,
zullen zij zo veel mogelijk met eigen middelen werken. Toch zijn een aantal
basisvoorzieningen nodig die ter beschikking worden gesteld door de lokale
overheid. (zie bijlage 3)
Omdat de geleverde steun door leden
van het TEAM D5 gebaseerd is op
een vrijwillige en persoonlijke
basis, zijn de kosten die strikt
verbonden zijn aan de uitvoering van
de opdrachten in het kader van dit
TEAM D5 (verplaatsingen,
telecommunicatie, catering…)
voor rekening van de overheid die
ondersteuning vraagt. De leden van
het TEAM D5 kunnen daartoe een
onkostennota overmaken om deze terugbetaald te krijgen.
De gepresteerde uren zullen echter in geen enkel geval financieel gedragen
worden door de vragende overheid, maar behandeld in het kader van de
arbeidsovereenkomst (of van het statuut van de rijksambtenaar) die de
medewerker aan zijn gebruikelijke werkgever bindt.
Aangezien de ondersteuning wordt beschouwd als een tijdelijke detachering,
zijn de normale regels van de arbeidsovereenkomst (of van het statuut van de
ambtenaar) die bestaan tussen de medewerker en zijn werkgever van toepassing
gedurende de opdracht (beroepsverzekering, medische dekking, overuren,…).
5 Bijlagen
Bijlage 1
ACTIVERING VAN HET TEAM D5
De activering van het TEAM D5 wordt in principe verwezenlijkt door de
D5-verantwoordelijke (of de noodplanningsambtenaar) die betrokken is bij de
gemeentelijke, provinciale of federale noodsituatie.
1) Contacteer de federale dienst van de Gouverneur
De D5-verantwoordelijke neemt contact op met de federale dienst van de
gouverneur om noodzaak en modaliteiten van de activatie van het TEAM D5
te bespreken.
De D5-verantwoordelijke ziet erop toe dat hij het officiële (mondelinge of
schriftelijke) akkoord krijgt van zijn overheid (burgemeester, gouverneur of
minister) voor de activering van het TEAM D5. Door deze aanvraag tot
activering, aanvaardt de betrokken overheid de facto de voorwaarden, met
name de financiële voorwaarden, die hierop betrekking hebben.
2) De federale dienst van de Gouverneur contacteert het Crisiscentrum
Binnenlandse Zaken (ADCC)
De Permanentie van de ADCC zal een communicatiemedewerker van de
ADCC (die optreedt als coördinator van het D5-netwerk) op de hoogte
stellen van deze aanvraag tot activering. Deze communicatiemedewerker
neemt contact op met de D5-verantwoordelijke om samen de noden inzake
versterking te evalueren.
3) Bevestiging van de activering van het TEAM D5
• De Permanentie van het Crisiscentrum stuurt het ingevulde activerings-
formulier (cfr. document in bijlage) naar de betrokken overheid
(per e-mail of fax).
• De D5-verantwoordelijke, de federale dienst van de gouverneur en de
communicatiemedewerker van ADCC ontvangen een kopie. 16 17
Bijlage 2
INZET VAN HET TEAM D5 BIJ OEFENINGEN
Test u de werking van D5 bij een noodplanoefening en wenst u daarbij het TEAM
D5 te betrekken? Dat kan!
• Stuur tijdig een mail aan peter.mertens@ibz.fgov.be.
• Vermeld datum, tijdstip, doelstelling, contactpersoon en contactgegevens.
• We nemen met u contact op om de afspraken te verfijnen en een TEAM D5
samen te stellen.
Bijlage 3
BENODIGDHEDEN VOOR HET TEAM D5
Indien medewerkers van het TEAM D5 ter plaatse komen voor ondersteuning,
zullen zij zo veel mogelijk met eigen middelen werken.
Toch dienen een aantal basisvoorzieningen geregeld te worden door de overheid
die beroep doet op het TEAM D5:
• een werkruimte voor D5 met stroomvoorziening
• internettoegang (met kabel en/of wifi)
• vaste telefoon(s)
• mogelijkheid tot printen voor externen (vb. vanaf vaste pc met
netwerktoegang)
• eigen communicatiekanalen (website, sociale media, lokale perslijst, …)
• eventueel ook een fiche met paswoorden (voor website enz).
• een hesje Dir-Info
18
V.U
.: Ja
ak R
aes
- FO
D B
inne
nlan
dse
Zake
n -
AD
Cris
isce
ntru
m -
Her
togs
stra
at 5
3 -
1000
Bru
ssel
FOD Binnenlandse ZakenAlgemene Directie CrisiscentrumHertogsstraat 53 - 1000 Brussel
T +32 (0)2 506 47 11E-mail : crisiscentrum@ibz.fgov.behttp://www.crisiscentrum.be
top related