thema 4: verfijning van het materiemodel: atomen en moleculen 5. modellen voor atoombouw hoe ziet...
Post on 13-May-2015
235 Views
Preview:
TRANSCRIPT
Thema 4: Verfijning van het materiemodel: atomen en Thema 4: Verfijning van het materiemodel: atomen en moleculenmoleculen5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
Hoe ziet een atoom eruit?
Hoe is een atoom opgebouwd?
5.1 Atoommodel van Dalton5.1 Atoommodel van Dalton
1766 - 1844
Materie
Moleculen
atomen
Alle materie is opgebouwd uit ondeelbare en onvernietigbare atomen Atomen zijn massieve bollen Atomen van eenzelfde element zijn gelijk Atomen van verschillende elementen verschillen in massa enverschillen in chemische
eigenschappen
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.1 Atoommodel van Dalton5.1 Atoommodel van Dalton
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.2 Atoommodel van Thomson5.2 Atoommodel van Thomson
1856 - 1940
Experiment
We wrijven een plastic staaf op met een wollen doek en houden die bij een vliermergbolletje of bij papiersnippersWaarneming
We stellen vast dat vliermergbolletjes worden aangetrokken tot de staaf
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.2 Atoommodel van Thomson5.2 Atoommodel van Thomson
Besluit Atoom bevat ladingen
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.2 Atoommodel van Thomson5.2 Atoommodel van Thomson
Atomen zijn massieve bollen Buitenkant atoom zitten negatieve deeltjes
= elektronen
Binnenkant atoom zitten positieve deeltjes
Atoom is elektrisch neutraal
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.3 Atoommodel van Rutherford5.3 Atoommodel van Rutherford
Atomen zijn massieve bollen met elektrische lading
Verwachte vaststelling
Proef van Rutherford
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.3 Atoommodel van Rutherford5.3 Atoommodel van Rutherford
Proef van Rutherford
Werkelijke vaststelling
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.3 Atoommodel van Rutherford5.3 Atoommodel van Rutherford
Proef van Rutherford
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.3 Atoommodel van Rutherford5.3 Atoommodel van Rutherford
model van Rutherford
Atoom opgebouwd uit
1871 - 1937
• kern
• elektronenwolk of elektronenmantel
= ijle ruimte rond de kern
Protonen = positief geladen deeltjes neutronen = deeltjes zonder lading
p+
n0
e- elektronen = negatief geladen deeltjes
Massa atoom
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.3 Atoommodel van Rutherford5.3 Atoommodel van Rutherford
model van Rutherford
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.3 Atoommodel van Rutherford5.3 Atoommodel van Rutherford
Massa van een atoom
deeltjedeeltje SymboolSymbool LadingLading Massa (kg)Massa (kg) Massa (u)Massa (u)
ElektronElektron
ProtonProton
neutronneutron
e-
p+
n0
-1
+1
0
0,9109.10-30
1,6721.10-27
1,6745.10-27
Te verwaarlozen
1
1
1 u = 1,6605.10-27
kg
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.2 Atoommodel van Rutherford5.2 Atoommodel van Rutherford
Atoomnummer Z
geeft informatie over het totaal aantal protonen in de kern
voorlopig ook informatie over het totaal aantal elektronen
VoorbeeldAtoomnummer
ZSymbool
Naam element
Aantal p+ Aantal e-
1 H
2 He
56 Ba
30 Zn
waterstof 1 1
helium 2 2
barium 56 56
zink 30 30
in de elektronenmantel
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.3 Atoommodel van Rutherford5.3 Atoommodel van Rutherford
Massagetal A
Massa van een atoom zit volledig in de kernmassagetal A = aantal protonen + aantal neutronen
A = aantal p+ + aantal n0
aantal p+ = A - aantal n0
aantal n0 = A - aantal p+
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.3 Atoommodel van Rutherford5.3 Atoommodel van Rutherford
Massagetal A
Voorbeelden
Na Z = 11
A = 23
H Z = 1
A = 1
Br Z = 35
A = 80
gegeven
aantal e-:
aantal p+:
aantal n0:
aantal e-:
aantal p+:
aantal n0:
aantal e-:
aantal p+:
aantal n0:
11
11
23 – 11 = 12
1
1
1 – 1 = 0
35
35
80 – 35 = 45
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.4 Oefeningen5.4 Oefeningen
1. Vul onderstaande tabel correct aan:
Elementair deeltje
Symbool van het elementair
deeltje
Plaats van het voorkomen in
het atoom
Elektrische lading
Elektron
positief
n0
e- elektronenwolk
negatief
proton p+ de kern
neutron de kern neutraal
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.4 Oefeningen5.4 Oefeningen
2. Vul onderstaande tabel correct aan:
SymboolAtoom-nummer
Atoom-massa
Aantal neutrone
n
Aantal protonen
Aantal elektrone
n
Fe 26 56
K 39 19
Pb 125 82
26 2656 – 26
=30
191939 – 19
=20
828282 + 125
= 207
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.5 Atoommodel van Bohr5.5 Atoommodel van Bohr
Proef We verwarmen een spatel in de bunsenvlam en duwen daarna de
spatel in keukenzout en houden die terug in de bunsenvlam.
We doen hetzelfde voor bariumchloride
barium strontium
natrium
groen rood geel
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.5 Atoommodel van Bohr5.5 Atoommodel van Bohr
1885 - 1962
Q-schil
P-schil
O-schil
N-schil
M-schil
L-schil
K-schil
Kern met protonen en neutronen
7 schillen
n=1 tot 7
K tot Q
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.5 Atoommodel van Bohr5.5 Atoommodel van Bohr
Q-schil
P-schil
O-schil
N-schil
M-schil
L-schil
K-schil
Kern met protonen en neutronen
2n2 elektronen
2n2 elektronen
Max = 32 elektronen
2n2 elektronen
Max = 32 elektronen
2n2 elektronen
Max = 32 elektronen
= 2.12 = 2
= 2.22 = 8
= 2.32 = 18
= 2.42 = 32
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.5 Atoommodel van Bohr5.5 Atoommodel van Bohr
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.5 Atoommodel van Bohr5.5 Atoommodel van Bohr
Letter van de schil Schilnummer nMaximaal aantal
elektronen
K 1 2.1 = 2
L 2 2.22 = 8
M 3 2.32 = 18
N 4 2.42 = 32
O 5 32
P 6 32
Q 7 32
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.5 Atoommodel van Bohr5.5 Atoommodel van Bohr
elektronenconfiguratie
= de wijze waarop alle elektronen in een atoom verdeeld zijn over de verschillende energieniveaus of energieschillen
waterstof Z = 1 helium Z = 2
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.5 Atoommodel van Bohr5.5 Atoommodel van Bohr
elektronenconfiguratie
Neon Z = 10 argon Z = 18
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.5 Atoommodel van Bohr5.5 Atoommodel van Bohr
elektronenconfiguratie
Voorbeeld
Geef de juiste elektronenconfiguratie van
Be Z = 4 aantal e- = elektronenconfiguratie:
Br Z = 35 aantal e- = elektronenconfiguratie:
Al Z = 13 aantal e- = elektronenconfiguratie:
K - schil L - schil
4
2 e-
2 e-
35 K – schil: 2 e-
L – schil: 8 e-
M – schil: 18 e-
N – schil: 7 e-
13 K – schil: 2 e-
L – schil: 8 e-
M – schil: 3 e-
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.5 Atoommodel van Bohr5.5 Atoommodel van Bohr
Schematische voorstelling van het atoommodel van Bohr
• S Z = 16 A = 32 kern bevat 16 p+ en 16 n0
elektronenwolk: 16 e-
Voorstelling protonen en neutronen in de kern
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.5 Atoommodel van Bohr5.5 Atoommodel van Bohr
Schematische voorstelling van het atoommodel van Bohr
• F Z = 9 A = 19 Kern bevat 9 p+ en 10 n0
Voorstelling protonen en neutronen in de kern
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.5 Atoommodel van Bohr5.5 Atoommodel van Bohr
Schematische voorstelling van het atoommodel van BohrVoorstelling kern met aanduding lading
+ 11
• Na Z = 11 kern bevat 11 p+
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.5 Atoommodel van Bohr5.5 Atoommodel van Bohr
Schematische voorstelling van het atoommodel van BohrVoorstelling kern met aanduding lading
• O Z = 8 kern bevat 8 p+
+ 8
5. Modellen voor atoombouw5. Modellen voor atoombouw
5.5 Atoommodel van Bohr5.5 Atoommodel van Bohr
Schematische voorstelling van het atoommodel van BohrVoorstelling kern met aanduding lading
top related