veilig omgaan met cytostatica dhont dirk missant griet

Post on 08-Jun-2015

249 Views

Category:

Documents

5 Downloads

Preview:

Click to see full reader

TRANSCRIPT

VeiligVeilig omgaan met omgaan met cytostaticacytostatica

Dhont Dirk

Missant Griet

Onze dank aan Kurtvoor de illustraties en

de opfrissing van onze presentatie

1. Situering2. Risico's3. Voorschrift4. Bereiding5. Transport6. Toediening7. Excreta8. Morsen en extravasatie9. Orale toediening10. Besluit

1. Situering2. Risico's3. Voorschrift4. Bereiding5. Transport6. Toediening7. Excreta8. Morsen en extravasatie9. Orale toediening10. Besluit

SitueringSituering

22 november 2001 : inspectiebezoek

ARBEIDSINSPECTIE

Toegespitst op veiligheid personeel.Niet over de therapie/patiënt.

5 december 2001: verslag - tekortkomingen

Laminair airflow-kast met afzuiging naar buiten

Informatie en opleiding bereiders

Informatie en opleiding verpleegafdeling

Informatie personeel met mogelijke blootstelling

Informatie verpleegkundigenInformatie verpleegkundigen

• Risico's van cytostatica.• Voorzorgsmaatregelen bij het verwijderen

van excreta.

De informatie dient jaarlijks te gebeuren en individueel.

1. Situering2. Risico's3. Voorschrift4. Bereiding5. Transport6. Toediening7. Excreta8. Morsen en extravasatie9. Orale toediening10. Besluit

2. Risico's2. Risico's

2.1 Wat zijn cytostatica

2.2 Beroepsrisico

2.3 Blootstelling vermijden beschermingsmaatregelen

2.4 Gesloten systeem

2. Risico's2. Risico's

2.1 Wat zijn cytostatica

2.2 Beroepsrisico

2.3 Blootstelling vermijden beschermingsmaatregelen

2.4 Gesloten systeem

Wat zijn cytostatica?Wat zijn cytostatica?

Wat is kanker?

Wat is kanker?Wat is kanker?

Ongecontroleerde groei van cellen

Wat is kanker?Wat is kanker?Ongecontroleerde groei van cellen

Behandeling:Groei tegengaan

CytostaticaRemmen celgroei en celdeling

Remmen celgroei en celdeling

Maken geen onderscheid tussentumorcellen en gezonde cellen

CytostaticaCytostatica

Hoe doen ze dat?Hoe doen ze dat?

• Werken op DNA structuur

• Op de synthese van het DNA

• Tijdens de celdeling

• Werken in op het genetisch materiaal van de cel.

Toxiciteit en nevenwerkingenToxiciteit en nevenwerkingenbij patiëntenbij patiënten

Korte termijn: invloed op de celgroeiKorte termijn: invloed op de celgroei

• Hematologisch

• Gastro-intestinaal

• Haaruitval

• …

Op lange termijn: Op lange termijn: op genetisch materiaalop genetisch materiaal

• Mutageen: wijzigingen erfelijke informatie

• Carcinogeen: kankerverwekkend

• Teratogeen: foetus

2. Risico's

2.1 Wat zijn cytostatica

2.2 Beroepsrisico

2.3 Blootstelling vermijden beschermingsmaatregelen

2.4 Gesloten systeem

Professionele blootstellingProfessionele blootstelling

Risico?Risico?

Risico?

Risico?

Risico?

Beroepsrisico ?Beroepsrisico ?

Minimale maar langdurige blootstelling

Ook invloed?

Beroepsrisico in studies:Beroepsrisico in studies:

• Resultaten afhankelijk van de beschermingsmaatregelen.

• Zonder beschermingsmaatregelen: risico:blootstelling treedt op:– teratogeen: spontane abortus– andere: moeilijk aan te tonen

• voeding

• roken

Zwangere vrouwen en vrouwen Zwangere vrouwen en vrouwen die borstvoeding geven mogen die borstvoeding geven mogen

geen cytostatica bereiden, geen cytostatica bereiden, toedienen en excreta behandelentoedienen en excreta behandelen

Zwanger wat mag wel:

• Kamer betreden

• Eten opdienen

• Andere medicatie bedelen

• ...

Zwanger wat mag niet:Zwanger wat mag niet:

• Cytostatica bereiden

• Cytostatica toedienen

• Behandelen excreta gedurende risico-periode

Denk zelf na!

Beroepsrisico?Beroepsrisico?

Wie komt in contact met cytostatica?

• Bereiden: apotheek

• Toedienen: verpleegkundigen

• Excreta: verpleegkundigen, logistiek assistenten

• Reinigen: personeel onderhoud

Rode streepRode streep

• Op het patiënt etiket een rode streep, gedurende de periode van toediening en uitscheiding via excreta.

• Voor iedereen toegankelijk.

• Respecteert de privacy van de patiënt.

• Door verpleging bij start chemotherapie.

2. Risico's

2.1 Wat zijn cytostatica

2.2 Beroepsrisico

2.3 Blootstelling vermijden beschermingsmaatregelen

2.4 Gesloten systeem

Blootstelling vermijdenBlootstelling vermijden

BlootstellingBlootstelling

• Inademen

• Inslikken

• Aanraken (opname via de huid)

Draag steeds handschoenenDraag steeds handschoenen bij het manipuleren bij het manipuleren

van cytostatica en excretavan cytostatica en excreta

BeschermingsmaatregelenBeschermingsmaatregelen

• Toediening– gesloten systeem– handschoenen

• Excreta– handschoenen, schort

• Onderhoud– handschoenen

2. Risico's

2.1 Wat zijn cytostatica

2.2 Beroepsrisico

2.3 Blootstelling vermijden beschermingsmaatregelen

2.4 Gesloten systeem

Gesloten systeem:Gesloten systeem:bescherming verplegingbescherming verpleging

• Op verpleegafdeling geen open punten

• Luer-lock connecties voor cytostatica

• Niet loskoppelen

Gesloten systeemGesloten systeem

• Hoofdleiding: purgeren trousse + spoelenaangesloten via spike

• Luer-lock connecties: cytostaticaaangesloten via luer-lock poorten

• Zijleiding/3-wegkraan:

randmedicatie (+waakinfuus)aangesloten via 3-wegkraan

Cytostatica systeem 1x LuerlockCytostatica systeem 1x Luerlock

€ 3,39

Cytostatica systeem 1 x LuerLockCytostatica systeem 1 x LuerLock• Spoelvloeistof

= Hoofdleiding:

spoelvloeistof

gewone spike

• Cytostatica

= Luer aansluiting= 1 Luerconnector

• Randmedicatie

+ Elvorine® gewone trousse op driewegkraan

Cytostatica systeem 4x LuerlockCytostatica systeem 4x Luerlock

€ 5,35

Cytostatica systeem 4 x LuerlockCytostatica systeem 4 x Luerlock• Spoelvloeistof

= Hoofdleiding:

gewone spike • Cytostatica

= Luerlock aansluiting4 Luerlock connectoren

• Randmedicatie

+ Elvorine®

gewone trousse op driewegkraan

BlaasinstillatieBlaasinstillatie

Connector sonde met Luer-lock poort

Tweewegadaptor met ventiel

€ 2,36€ 0,94

BlaasinstillatieBlaasinstillatie

Vanuit de apotheek:

Gevulde spuit met cytostaticum reeds geconnecteerd

BlaasinstillatieBlaasinstillatie

• 1 spuit cytostaticum• 1 spuit 10 ml

fysiologisch:

sonde naspoelen

VoorbeeldenVoorbeelden

Novantrone

1 spike 1,09

1 conn.set 2,60

1x1x luertrousse 3,39

7,08

gewone trousse 0,55

Campto (2 dagen)

8 spike 8,72

5 conn. set 13,00

2x 4 x luertrousse 10,70

2 trousse 1,10

33,52

1. Situering2. Risico's3. Voorschrift4. Bereiding5. Transport6. Toediening7. Excreta8. Morsen en extravasatie9. Orale toediening10. Besluit

Chemotherapieschema:ingevuld en ondertekend door de arts

V1,2,5,6Per dag 1 klein

(AV) voorschrift + etiket v.d. patiënt:

randmedicatievoor totale kuur.

Ook op medicatieblad vermelden

V3,4,7,8 Randmedicatie

aanvragen via patiëntenfiche

Patiëntenfiche altijd meesturen.

1. Situering2. Risico's3. Voorschrift4. Bereiding5. Transport6. Toediening7. Excreta8. Morsen en extravasatie9. Orale toediening10. Besluit

4. Bereiding

• 4.1 Intramusculair

• 4.2 Intraveneus

• 4.3 Blaasinstillatie

IntramusculairIntramusculair

• Niets is veranderd

• Wordt in de apotheek bereid.

• Graag duidelijk datum van toediening vermelden op voorschrift

Intraveneus:Intraveneus:in perfusie-oplossingin perfusie-oplossing

• Aan de hand van chemotherapieschema in apotheek bereid.

• Voorstelling van bereiding: gesloten systeem

Duidelijk voordeel: geen contact meer met cytostatica tijdens

toediening.

De leiding is gepurgeerd met zuivere perfusie-oplossing

BlaasinstillatieBlaasinstillatie

Vanuit apotheek krijgt u een spuit met erop geconnecteerd de tweeweg-adaptor

1. Situering2. Risico's3. Voorschrift4. Bereiding5. Transport en bewaring6. Toediening7. Excreta8. Morsen en extravasatie9. Orale toediening10. Besluit

Transport en bewaringTransport en bewaring

• Tijdens transport een breuk verwittig apotheek

• Volgens normale verloop van het cyto-schema stabiel indien vertraging verwittig apotheek

• Niet stabiel: de apotheek neemt contact met u op (geplande tijdstip toediening).

Pauze

1. Situering2. Risico's3. Voorschrift4. Bereiding5. Transport6. Toediening7. Excreta8. Morsen en extravasatie9. Orale toediening10. Besluit

6. Toediening

• 6.1 Wie mag toedienen?

• 6.2 Algemene richtlijnen

• 6.3 Extravasatie

• 6.4 Aankoppelen en loskoppelen

• 6.5 Protocol toedienen

• 6.6 Blaasinstillatie

6. Toediening

• 6.1 Wie mag toedienen?

• 6.2 Algemene richtlijnen

• 6.3 Extravasatie

• 6.4 Aankoppelen en loskoppelen

• 6.5 Protocol toedienen

• 6.6 Blaasinstillatie

Wie mag toedienen?Wie mag toedienen?

• C - handeling : toevertrouwde medische handeling

• Gegradueerde en gebrevetteerde verpleegkundigen mogen toedienen (naast artsen)

• Studenten verpleegkunde mogen geen cytostatica toedienen, ook niet onder toezicht !

6. Toediening

• 6.1 Wie mag toedienen?

• 6.2 Algemene richtlijnen

• 6.3 Extravasatie

• 6.4 Aankoppelen en loskoppelen

• 6.5 Protocol toedienen

• 6.6 Blaasinstillatie

Algemene richtlijnenAlgemene richtlijnen

• Algemeen :– eigen veiligheid– veiligheid van de patiënt– waarborg van steriliteit

• Juistheid controleren van :– naam van de patiënt– naam van het cytostaticum– dosis

• Aftekenen op etiket EN chemoschema !

Basisvoorwaarden Basisvoorwaarden Doel: verspreiding cytostaticum voorkomen of minimaliseren

– Bij aanvang: steeds handen ontsmetten– Voorkom onderbreking van de werkzaamheden– Steeds en uitsluitend wegwerpmaterialen– Steeds beschermende onderlaag– Luer-Lock (systeem Codan®)– Naaldcontainer: nooit recappen– Vaste plaats op verpleegafdeling

AandachtspuntenAandachtspunten

• Bereide infuusvloeistof: niets meer toevoegen

• Onheldere vloeistof: terug naar apotheek • Geen klassieke trousses: 10 x méér

contaminatie dan gesloten systeem

• Indien je dan toch een pomp gebruikt: gebruik dan altijd een Braun-pomp!

ToedieningsvormenToedieningsvormen

• Intraveneus: perifeer infuuscentraal intraveneus infuusV.I.P.

• Intravesicaal

• Intramusculair

• Oraal

6. Toediening

• 6.1 Wie mag toedienen?

• 6.2 Algemene richtlijnen

• 6.3 Extravasatie

• 6.4 Aankoppelen en loskoppelen

• 6.5 Protocol toedienen

• 6.6 Blaasinstillatie

ExtravasatieExtravasatie

• Aanprikken:– Punctieplaats: voorarm

– Materiaalkeuze: geen metalen naalden (vleugelnaalden )

– Transparant afdekverband

– Katheters: zo dun mogelijk lumen ( 21 à 23 Gauge ): irritatie en flebitis

• Voorkom extravasatie Controleer – vlotte inloop

– druppelsnelheid en stand infuus

– aanprikplaats

– terugvloei

ExtravasatieExtravasatie

ExtravasatieExtravasatie

• Informeer uw patiënt over:

• pijn

• zwelling

• roodheid

• spanningsgevoel

Onmiddellijk de verpleegkundige verwittigen

6. Toediening

• 6.1 Wie mag toedienen?

• 6.2 Algemene richtlijnen

• 6.3 Extravasatie

• 6.4 Aankoppelen en loskoppelen

• 6.5 Protocol toedienen

• 6.6 Blaasinstillatie

Aankoppelen van infuusAankoppelen van infuus

• Altijd 3-wegkraan plaatsen

• Minimum 100 ml spoelvloeistof

• Na spoelen: druppelkamer terug op hoogte brengen

• Optie: zijleiding als waakinfuus gebruiken: lage inloopsnelheid

Loskoppelen en verwisselen van Loskoppelen en verwisselen van infuussysteeminfuussysteem

• Spoel met minimum 100 ml spoelvloeistof voor

loskoppelen (cfr. Schema )

• Systeem steeds afsluiten: vermijdt lekkage

• Afval in container voor risicohoudend medisch

afval

6. Toediening

• 6.1 Wie mag toedienen?

• 6.2 Algemene richtlijnen

• 6.3 Extravasatie

• 6.4 Aankoppelen en loskoppelen

• 6.5 Protocol toedienen

• 6.6 Blaasinstillatie

Protocol Protocol toedienentoedienen

• Toedieningssysteem van de firma Codan met luer-lock systeem– veiligheid voor

personeel– niet meer afkoppelen

• Koppelsystemen worden in de apotheek aangesloten en gepurgeerd met zuivere perfusieoplossing vooraleer cytostaticum wordt bijgespoten.

Protocol toedienenProtocol toedienen

Benodigdheden:• Toedieningssysteem :

– luer-lockleiding ( zie voorbeeld )

– 3-wegkraan

– verlengleiding

• Infusievloeistof• Cytostatica

Protocol = werkwijzeProtocol = werkwijze

Aansluiten opgeloste cytostaticaAansluiten opgeloste cytostatica

• Ventielen in systeem = geen overheveling

• Eens aangesloten = niet meer afkoppelen!!

• Enkel zijleiding los-koppelen(bvb. Zofran®, Elvorine®)

• Steeds spoelen met minimum 100 ml spoelvloeistof

• Complete systeem verwijderen (tot 3-weg kraan: bij permanent infuus).

Aansluiten opgeloste cytostaticaAansluiten opgeloste cytostatica

6. Toediening

• 6.1 Wie mag toedienen?

• 6.2 Algemene richtlijnen

• 6.3 Extravasatie

• 6.4 Aankoppelen en loskoppelen

• 6.5 Protocol toedienen

• 6.6 Blaasinstillatie

BlaasinstillatieBlaasinstillatie

• Intravesicaal =ongemetaboliseerd product = puur cytostaticum: bijzondere veiligheidsmaatregelen!!

• Spatten vermijden

• Goede bescherming (schort, handschoenen)

• Zittend plassen

• 2 x spoelen met gesloten wc-deksel

Blaasspoeling met 2-weg adapterBlaasspoeling met 2-weg adapter

• 50 ml spuit met cytostaticum,

gekoppeld aan een 2-weg adapter,

wordt door de apotheek geleverd

• Materiaal

Protocol blaasinstillatieProtocol blaasinstillatie

1. Situering2. Risico's3. Voorschrift4. Bereiding5. Transport6. Toediening7. Excreta8. Morsen en extravasatie9. Orale toediening10. Besluit

Verwijderen van excretaVerwijderen van excreta

• Geldt niet voor tabletten/capsules• Enkel voor de IV met chemoschema en

blaasinstillatie.• Risicoperiode: productafhankelijk (cfr. halfwaardetijd/op schema)• Instructie patiënt: plashygiëne• Persoonlijke beschermingsmiddelen :

handschoenenbeschermende schort

Adriablastine 6Campto 2Cycloblastine 3Eldesine 2Eloxatine 5Estracyt 2Farmorubicine 65-FU 2Gemzar 2Hycamtin 2Ledertrexate 3Mitomycine 2Mitomycine blaasintillatie 1Novantrone 7Oncovin 2Paraplatin : grootste deel <6h 4Platinol 7Taxol 2Taxotere 2Vepesid 5

Risicoperiodeexcreta

ExcretaExcreta

• Drain-, ascites-, en wondvocht: handschoenen

• Handschoenen en schort bij verwijderen van bevuild linnen

• Wegwerpmaterialen!!

• Markering op de etiketten: kennisgeving aan ieder personeelslid (rode streep)

Urine en faecesUrine en faeces

• Afwasbaar materiaal

• Onderlegger gebruiken

• In toilet: niet-doorlatende schort, handschoenen.

• Mobiele patiënt: plasinstructies meegeven

• Geen manuele reiniging materiaal : bedpanspoeler

Vochtbalans/24-uurs urine braakselVochtbalans/24-uurs urine braaksel

• Vochtbalans/24 uurs urine : procedure

• Braaksel = risicohoudend medisch afval.

• Risicocontainer = lekdicht / schokbestendig = plastic container

1. Situering2. Risico's3. Voorschrift4. Bereiding5. Transport6. Toediening7. Excreta8. Morsen en extravasatie9. Orale toediening10. Besluit

Morsen en extravasatieMorsen en extravasatie

• Informatie op intranet

• Morsen = opdeppen met absorberend materiaal (blauwe onderlegger )

• Opkuis volgens procedure morsen = taak van verpleegkundige

• Nareinigen = onderhoudsdiensten: gewone procedure onderhoud, maar wegwerpmaterialen

SignaalfunctieSignaalfunctie

• Ziekenhuismedewerkers =

verpleegkundigen - onderhoud - technische

dienst - apotheek - …

• Kenbaar voor iedere

ziekenhuismedewerker: rode streep op

etiket

1. Situering2. Risico's3. Voorschrift4. Bereiding5. Transport6. Toediening7. Excreta8. Morsen en extravasatie9. Orale toediening10. Besluit

Toedienen van tabletten/capsulesToedienen van tabletten/capsules

• Wegwerphandschoenen voor verpleegkundige

• Via wegwerpbeker voor patiënt

• Voldoende water: één groot glas

• Rechtstaand of zittend innemen

• Risicohoudend afval

• Handen goed wassen na toedienen

Toedienen van tabletten/capsulesToedienen van tabletten/capsules

• Alkeran tablet (in koelkast bewaren): gecoat dus mag niet gedeeld worden

• Endoxan tablet (dragees): omhuld

• Estracyt capsule (in koelkast bewaren)

• Hydrea capsule

• Ledertrexate tablet: niet omhuld kan gedeeld worden

1. Situering2. Risico's3. Voorschrift4. Bereiding5. Transport6. Toediening7. Excreta8. Morsen en extravasatie9. Orale toediening10. Besluit

NovantroneNovantrone

Leiding BD Pcontrole VKStart 3.30 NaCl 0,9%/ 250 ml (= waak) + aanbieden van mobiele

perfusiestaander + bloedafnamehoofd-.

0.00 Solu-medrol 40 mg: 1 amp traag IV (bolus) 3-weg Litican

50 mg: 2 amp. traag IV (bolus)

Fraxiparine

0,6ml SCkraan

0.30 - 1.00 NOVANTRONE………… mg in glucose 5 % 250 ml luer-lock

1.00 - 3.30 NaCl 0,9% rest 250 ml hoofd-

3.00 - 3.30 Litican

50 mg: 2 amp traag IV (bolus) 3-wegkraan

3.30 Heparinisatie sc. poort: 2 amp heparine 100 IE/ml hoofd-.

Campto Gramont dag 1Campto Gramont dag 1

00.00 eindevan dag 2

NaCl 0,9% 250 ml hoofd-

0.00 - 0.15 Zofran

8 mg/ / ………… 1 amp in 100 ml NaCL 0,9%

zij-

0.15 - 0.25 NaCl 0,9%: 100 ml (=spoelen) zij-

0.25 - 2.25 Elvorine

................. mg in 250 ml NaCl 0,9 % zij-

2.25 - 2.35 NaCl 100 ml 0,9%: (=spoelen) zij-

2.35 - 2.45(10')

5 FU

....…………...….. mg in 100 ml NaCl 0,9 % (400 mg/m²)

LL

2.45 - 2.55 NaCl 0,9%: (=spoelen) hoofd-

2.55 - 24..55(22 uur)

5 FU

....…………...…. mg in 1l Gluc 5 % (600 mg/m²) (afschermen van licht)

LL

24.55 - einde NaCl 0,9%: (=spoelen) hoofd-

einde Heparinisatie sc. poort : 2 amp hep 100IE/ml hoofd-.

Campto Gramont dag 2Campto Gramont dag 2

Nog even aandacht

• Excreta, bevuild linnen: enkel bij chemoschema.Niet: vb. Zoladex®

• Tabletten: enkel deze vermeld.

• IM.: enkel Ledertrexate®

Hier dan geen maatregelen excreta, linnen.

Draag wel handschoenen tijdens toediening.

BesluitBesluit

• Duidelijke wetgeving ontbreekt

• Beschermingsmaatregelen blijven de basis:

Onbeschermd = risico

• Opleiding is hulpmiddel en aanzet tot:

discipline en aandacht voor ...

The End

top related