de bouw van burgerlijke openbare werken in nederlands-indië indische school tong tong festival,...
TRANSCRIPT
De bouw van burgerlijke openbare werken in Nederlands-IndiëIndische SchoolTong Tong Festival, Pasar Malam Besar Bibit-Theater, 22 mei 2008, 19-19h45
Dr Wim RavesteijnDocent Techniekgeschiedenis, TU [email protected]
Nederlandse ingenieurswerken in Indië (1942)• moderne irrigatiesystemen voor 1,5 miljoen hectare
landbouwgrond; bijna tweevijfde van Nederland
• 7.500 kilometer spoorwegen; Nederland had in 1940 minder dan de helft
• 70.000 km wegen; 1,7 maal de omtrek van de aarde
• talloze verkeers- en spoorwegbruggen
• een aantal internationale havens, onder meer te Medan, Batavia en Surabaya
• 140 drinkwatervoorzieningen, merendeels in steden op Java
• talloze bijdragen op het gebied van architectuur en stedenbouw
Niet bereikt (1942)
• Op Java en Madoera bleef 2 miljoen hectare rijstvelden onder Javaanse bevloeiing!
• Javaanse steden kregen drinkwatervoorzieningen; elders veel minder
Historische kader
Nederlandse ingenieurs opereerden onder• exploitatieregime (Cultuurstelsel, Batig Slot
Politiek)• ontwikkelingsregime (Ethische Politiek)
In het kader van • koloniale staatsvorming (1800-1945)• de integratie van Indië in het groeiende
wereldhandelsnetwerk (1600-1945)
Ontwikkeling ingenieurswerken
• Openlegging en exploitatie van het binnenland met verharde wegen en (na 1870) spoorwegen – vervoersysteem.
• Latere zorg voor de bevolking uitte zich in werken m.b.t. irrigatie en drainage, drinkwater, ‘assainering’ en stedelijke bandjirbescherming – watersysteem.
Indische staat en waterstaat
• 1854 vijf directeuren van algemeen burgerlijk bestuur, waaronder Openbare Werken
• 1866 departementen, waaronder het Departement van Burgerlijke Openbare Werken (BOW)
• Na 1900 departementen van Landbouw, Nijverheid en Handel en van Gouvernementsbedrijven
Aangepaste technologie
• Tropische geografische omstandigheden
• Koloniale klassenmaatschappij
• Culturele ontmoeting van Oost en West
Tropische omstandigheden• Ruw, bergachtig terrein in het binnenland
• Hoge temperaturen
• Java beheerst door moessonwinden met een droge en natte periode; laatste met hinderlijke bandjirs.
• Vulkanisme en aardverschuivingen zorgden voor verraderlijk landschap
• Kustvlaktes: hoge slibgehalten in de rivieren vanwege erosie en lahars (zand- en slikstromen door vulkaanerupties en stortregens).
• Grote bevolkingsgroei op Java en de dunbevolkte Buitengewesten.
• Oerwoud met bedreigende, nu veelal bedreigde diersoorten.
• Enorme uitgestrektheid van de archipel (50x Nederland) zorgde voor communicatieproblemen.
Problemen voor ingenieurs
• (Spoor)wegingenieurs: steile berghellingen en scherpe bochten.
• Bruggenbouwers: diepe ravijnen en de snelstromende rivieren.
• Haveningenieurs: grote slibafvoer.
• Irrigatie-ingenieurs: te weinig of teveel water.
• Gezondheidsingenieurs en de stedenbouwers: grote bevolkingsgroei.
Tropische techniek
• Nieuwe Nederlandse technologieën kwamen tot ontwikkeling: irrigatie en waterkracht.
• Bestaande technieken vereisten soms creatieve oplossingen, bijv. ‘vrije uitbouw’ van bruggen.
Koloniale klassenmaatschappij
• Autochtone bevolking werd beschouwd als categorie, Europeanen als verzameling individuele burgers.
• Bijv. collectieve drinkwater-tappunten voor de lokale bevolking.
Goedkope arbeid
• Herendiensten
• Werkte arbeidsintensieve bouw- en productiemethoden in de hand
• Bijv. brug op een fundering van ‘met de hand in te draaien’ stalen schroefpalen
Technologie en cultuur
• Nederlandse of de Europese cultuur was in het begin één meer in de lappendeken van culturen in de archipel.
• Westerse cultuur technologisch georiënteerd. Indische techniekontwikkeling gebaseerd op technisch-wetenschappelijke Westerse kennis.
Plaatselijke kennis
• Technologie van kleine waterreservoirs (wadoeks) in de Solovallei.
• Traditionele watermeester (oeloe oeloe) maar los van het dorpsbestuur.
Verwestersing
• Ethische Politiek was gebaseerd op een ‘moderniseringsmissie’ waarin de technologie een bepalende rol speelde.
Geen industrialisering
• Technische Hoogeschool Bandoeng (1920): geen aanzet tot werkelijke industrialisering.
• Na de onafhankelijkheid konden de Indonesiërs de rijke hulpbronnen van het land (waaronder olie) aanwenden voor de opbouw van een eigen industriële economie.
Nederlandse bijdrage in het onafhankelijke Indonesië
• Inbreng bij herstel, vernieuwing en uitbreiding van de koloniale burgerlijke openbare werken.
Prof. dr. ir. W.J. van Blommestein: Welvaartsplan voor West-Java /Java development plan
Jakarta flooding Feb 2007
• 40% - 75% of Jakarta area flooded• Eastern area worst affected, with water about 3 m deep • 36 people killed, 340,000 people forced from homes
Masterplan for Drainage and Flood Control of Jakarta, 1973
Oplossing
• Aanleg Oostelijk Banjirkanaal uit het 1973 Masterplan
• Passende beheersmaatregelen
• Regionale aanpak van de verschillende stroomgebieden