de hoogste waarden · schoonheid waarborgt voor allen. deze wet geldt ook voor de stamgroepleider....

8
1 Historisch onderzoek: zelfstandigheid binnen jenaplanconcept De hoogste waarden Peter Petersen wilde een opvoedingsgemeenschap creëren, waarin en waardoor een mens zijn individualiteit tot een persoonlijkheid kan voltooien. Voor Petersen vertoont een ‘gemeenschap’ in haar innerlijke structuur een vrije dynamiek. “De door haar omvatte, afzonderlijke mensen nemen in volle vrijheid ter wille van een geestelijke waarde hun plaats in haar in, of onderschikken zich aan een geestelijke idee” (Petersen 1927). “Want,” zo stelt hij verder, “Van niemand wordt meer verlangd, dan dat hij binnen het bestek van zijn individualiteit de bijzondere aard van zijn persoonlijk leven onvervalst en zuiver openbaart en het evenwicht van zijn vermogens bereikt.” Petersen maakt een wezenlijk onderscheid tussen opvoeden en opvoeding, tussen individu worden en persoon worden. Voor hem is ‘Bildung’ een functie van het leven, die individualiteit bewerkt en ‘Erziehung’ een functie van de geest, die persoonlijkheid (zelfbewustzijn, vrijheid, creativiteit en besef van absolute waarden) bewerkt. Hij gaf dus aan ‘Bildung’ een andere betekenis, dan in de Duitse traditie gangbaar was. Voor Petersen was jenaplan een antropologische school. Dat betekent dat de school een bepaalde kinderantropologie als grondslag heeft. Daarbij wordt uitgegaan van de basisbehoeften van de kinderen, die de opvoeder in het gezin en de school moet kennen. In de kern zijn het blijvende, basale behoeften van mensen, waarvan de verschijningsvorm met de tijd wisselen, evenals de accenten. Destijds werd in het traditionele onderwijs aan deze basisbehoeften geen aandacht besteed. Tot de basisbehoeften (grondkrachten) worden gerekend: 1. De bewegingsdrang 2. De drang tot zelfstandig bezig zijn 3. De sociale behoefte of de behoefte aan andere kinderen 4. De behoefte aan duidelijke – en consequente leiding. Echtgenote van Peter Petersen, Else Petersen, poneerde de stelling, dat de drang tot zelfstandig bezig zijn en de drang tot werkzaamheid onafscheidelijk zijn. De drang tot spelen is een subcategorie van de drang tot zelfstandig bezig zijn. Else Petersen rekent spelen tot niet doelgericht bezig zijn. Bij zelfstandig bezig zijn, heeft zij met name ‘het werken’ voor ogen. Hierbij wordt uitgegaan van groepswerk en individueel werk, als waardevolle vorm van zelfopvoeding, geen frontaal onderwijs dus. De drang tot zelfstandig bezig zijn, is nauw verbonden met de drang naar andere kinderen. De meest natuurlijke pedagogische situatie voor het kind is die situatie, waarin voor beide krachten voldoende speelruimte is. Petersen bereikte dit met ‘Gruppenarbeit’: het zelfstandig werken met wederzijdse hulp onder leiding van de leraar. In het jenaplanconcept gaat het uiteindelijk om de zelfverantwoordelijke zelfbepaling van kinderen. Hierbij is sprake van een sterke mate aan zelfregulering. Onderwijs- en natuurpedagoog Kees Both (1997) spreekt van het creëren van zelfverantwoordelijk leren, zoals blokperioden en wereldoriëntatie, waarin kinderen zelf kunnen experimenteren met verschillende werkstijlen. In die zin is Both wat bescheidener in zijn benadering van zelfverantwoordelijk leren.

Upload: others

Post on 30-Jun-2020

3 views

Category:

Documents


0 download

TRANSCRIPT

Page 1: De hoogste waarden · schoonheid waarborgt voor allen. Deze wet geldt ook voor de stamgroepleider. Feitelijk gaat het om ordeningen aan te brengen als hoogste richtlijnen voor het

1

Historischonderzoek:zelfstandigheidbinnenjenaplanconceptDehoogstewaardenPeterPetersenwildeeenopvoedingsgemeenschapcreëren,waarinenwaardooreenmenszijnindividualiteittoteenpersoonlijkheidkanvoltooien.VoorPetersenvertoonteen‘gemeenschap’inhaarinnerlijkestructuureenvrijedynamiek.“Dedoorhaaromvatte,afzonderlijkemensennemeninvollevrijheidterwillevaneengeestelijkewaardehunplaatsinhaarin,ofonderschikkenzichaaneengeestelijkeidee”(Petersen1927).“Want,”zostelthijverder,“Vanniemandwordtmeerverlangd,dandathijbinnenhetbestekvanzijnindividualiteitdebijzondereaardvanzijnpersoonlijklevenonvervalstenzuiveropenbaartenhetevenwichtvanzijnvermogensbereikt.”Petersenmaakteenwezenlijkonderscheidtussenopvoedenenopvoeding,tussenindividuwordenenpersoonworden.Voorhemis‘Bildung’eenfunctievanhetleven,dieindividualiteitbewerkten‘Erziehung’eenfunctievandegeest,diepersoonlijkheid(zelfbewustzijn,vrijheid,creativiteitenbesefvanabsolutewaarden)bewerkt.Hijgafdusaan‘Bildung’eenanderebetekenis,danindeDuitsetraditiegangbaarwas.VoorPetersenwasjenaplaneenantropologischeschool.Datbetekentdatdeschooleenbepaaldekinderantropologiealsgrondslagheeft.Daarbijwordtuitgegaanvandebasisbehoeftenvandekinderen,diedeopvoederinhetgezinendeschoolmoetkennen.Indekernzijnhetblijvende,basalebehoeftenvanmensen,waarvandeverschijningsvormmetdetijdwisselen,evenalsdeaccenten.Destijdswerdinhettraditioneleonderwijsaandezebasisbehoeftengeenaandachtbesteed.Totdebasisbehoeften(grondkrachten)wordengerekend:1.Debewegingsdrang2.Dedrangtotzelfstandigbezigzijn3.Desocialebehoefteofdebehoefteaananderekinderen4.Debehoefteaanduidelijke–enconsequenteleiding.EchtgenotevanPeterPetersen,ElsePetersen,poneerdedestelling,datdedrangtotzelfstandigbezigzijnendedrangtotwerkzaamheidonafscheidelijkzijn.Dedrangtotspeleniseensubcategorievandedrangtotzelfstandigbezigzijn.ElsePetersenrekentspelentotnietdoelgerichtbezigzijn.Bijzelfstandigbezigzijn,heeftzijmetname‘hetwerken’voorogen.Hierbijwordtuitgegaanvangroepswerkenindividueelwerk,alswaardevollevormvanzelfopvoeding,geenfrontaalonderwijsdus.Dedrangtotzelfstandigbezigzijn,isnauwverbondenmetdedrangnaaranderekinderen.Demeestnatuurlijkepedagogischesituatievoorhetkindisdiesituatie,waarinvoorbeidekrachtenvoldoendespeelruimteis.Petersenbereikteditmet‘Gruppenarbeit’:hetzelfstandigwerkenmetwederzijdsehulponderleidingvandeleraar.Inhetjenaplanconceptgaathetuiteindelijkomdezelfverantwoordelijkezelfbepalingvankinderen.Hierbijissprakevaneensterkemateaanzelfregulering.Onderwijs-ennatuurpedagoogKeesBoth(1997)spreektvanhetcreërenvanzelfverantwoordelijkleren,zoalsblokperiodenenwereldoriëntatie,waarinkinderenzelfkunnenexperimenterenmetverschillendewerkstijlen.IndiezinisBothwatbescheidenerinzijnbenaderingvanzelfverantwoordelijkleren.

Page 2: De hoogste waarden · schoonheid waarborgt voor allen. Deze wet geldt ook voor de stamgroepleider. Feitelijk gaat het om ordeningen aan te brengen als hoogste richtlijnen voor het

2

Indejenaplanbasisprincipes(1989)wordtgestelddat:Teneersteiselkmensuniek,zoisermaaréén.Daaromheeftiederkindenelkevolwasseneeenonvervangbarewaarde.Ententweede:elkemensheefthetrechteeneigenidentiteitteontwikkelen,diezoveelmogelijkgekenmerktwordtdoorzelfstandigheid,kritischbewustzijn,creativiteitengerichtheidopsocialerechtvaardigheid.Bothgaatvoor‘devormingvankinderentotverantwoordelijkeenzelfstandigepersonen’.Kinderenwordentotlerenuitgedaagd,doordatstamgroepleiderszogenaamdepedagogischesituatiescreëren:Eenpedagogischesituatieisdan:eenvanleventintelendegroepkinderenofjeugdigenrondeengroepsleider.Dezegroepzitmetallerleivragen.Doordegroepsleiderisdezegroepmeteenpedagogischebedoelingzodaniggeladen,datelklidvandegroepgedwongen(geprikkeld,gedreven)wordtomalstotalepersoontehandelen,actieftezijn.VolgensPetersenmoetenweappellerenaanhetzelf’,heteigenwezenmoetuitgedaagdworden.Ditkanbetrekkinghebbenophetindividu,dehelegroepofzelfsdeheleschoolgemeenschap.Hijzegt:“Hetheeftgeenenkelepedagogischewaardediespanningenopcommando,opdeeenofanderemaniervanbuitenafbinnendesituatietehalen,ombevelentelatenopvolgenenallerleidingentelatendoen.Opzo’nmaniervolgternooiteenovername,zoalswijverlangen,deenigediewealspedagogischbeschouwen”.Bijovernamevoeljejealskinduitgedaagdvragentestellen,opzoektegaan,teleren.Jewilthetzelf,jevoelteeninnerlijkenoodzaak,jegaaterhelemaalvoor.IndividueleontwikkelingIndetijdvanPetersenissprakevanhetvrijelerentotaanhetvierdeleerjaar.Dekinderenbepaalden-welgebondenaantafelgroepengroepsgemeenschap-zelfdeinhoud.Laterkomenermeercursussenbij.IndebelevingvanPetersenkrijgenkinderendaarmeerbehoefteaan.Hijstelt,datindieperiodespecifiekeaanlegnaarvorenkomtenmeerinstructienodigis.Erwordtindividueelofinkleinegroepengeleerd.Hetuitgangspuntvanalleonderwijswerkzaamhedenvormthetnatuurlijkeleren,devrijeverwervingvanvorming.Hetkunstmatigelerenofhetlerendoormiddelvanopgavenwildehijzoveelmogelijkbannen,tenzijhetaansluitbijhetnatuurlijkeleren.NadrukkelijksteltPetersendatiederedwangtothetgelijkopvorderenvandekinderenmoetwordenvoorkomen.Hetdoen,dezelfwerkzaamheidgaanvoorhetnadenken.Ideaaldaarvoorzijndiewerkmiddelenvoorhetindividueelvorderen,dievanuitzichzelftotverdergaanstimuleren,aansporentotnieuwzelfstandigleren.Petersenhanteertvoordeleerstofdeindeling:•Basisstof•Onderwijsleven(wereldvansituatiesdieproblemenbevattenenkinderenenjongerenopnatuurlijkewijzestimulerentotleren)Devraag,vragenBijdevraagvanhetkindofvandekinderenprobeertdestamgroepleiderineersteinstantietevolgen;hierbijwordtwerkelijkernstgemaaktvandezelfwerkzaamheidvandekinderen.

Page 3: De hoogste waarden · schoonheid waarborgt voor allen. Deze wet geldt ook voor de stamgroepleider. Feitelijk gaat het om ordeningen aan te brengen als hoogste richtlijnen voor het

3

Hetoptredenvandestamgroepleiderisaltijdingebedinhetfunctioneleennietinhetautoritaire.Hetgesprekheefteenkrachtigefunctieindezelfvormingvankinderen.Omaandepedagogischedoelentewerken,wordenstamgroepeningericht.DestamgroepJenaplanendestamgroepzijnonlosmakelijkmetelkaarverbonden.Destamgroepisdaarbijeensocialevorm,dieonderleidingvaneenstamgroepleidervolgensplangestaltekrijgt.Indestamgroepzittenbewustkinderenvanverschillendeleeftijdenenmetverschillendebegaafdheden.Hetlerenvanenmetelkaarkrijgthierdoordesterksteimpuls.Destamgroepisslechtshetmiddel,geendoelopzich.Vanbetekenisdaarbijisdevrijedynamiekvandeinnerlijkestructuurvandestamgroep.Dekinderenindestamgroepwordendoordestamgroepleideringeenenkelopzichtgedwongengezamenlijkvooruittegaan,zijwerkenvrij,zelfwerkzaamenverregaandzelfstandig.Kinderenhebbenveelbewegingsvrijheidenwordenenkeldoordezogenaamdewetvandegroepbegrensd;inhetlokaalmagalleendatgenegebeuren,watallengezamenlijkwillenenwathetsamenlevenenhetwerkeninhetlokaalinorde,fatsoenenschoonheidwaarborgtvoorallen.Dezewetgeldtookvoordestamgroepleider.Feitelijkgaathetomordeningenaantebrengenalshoogsterichtlijnenvoorhetsamenleven.Tafelgroepenwordengevormdopgrondvanpedagogischecriteria.Kinderenkunnenzelfdetafelgroepenvormenopbasisvan:-vriendschappen-persoonlijkesympathie-gemeenschappelijkeinteresseHetkanookzijndatdestamgroepleiderkinderenheeftgegroepeerdvanwegehetgemeenschappelijkevanhunwerk.Vanbelangisde‘innerlijkeinstemming’.Kinderenkunnenbinnendetafelgroepdehulpfunctieuitoefenen.Vangrootbelangzijndezogenaamdepeetschappen,diedestamgroepleiderindestamgroepkanlatenvormen.Ouderekinderen,diezichvooreenanderkindinteresserenenbesluitenhemofhaarinhetkomendeschooljaartehelpenzijnplaatstevindeninhetschoolleven,mochtdatvoordebetrokkenetemoeilijkzouworden.StamgroepleiderDestamgroepleidergeeftvormaandebegeleidinginhetonderwijs.Diebegeleidingmoetopechtezelfstandigheidenzelfverantwoordelijkheidvanhetkindgerichtzijn.Pedagogischtactendedaardoorbepaaldedidactischekunststaanindienstvandeontwikkelingvandeindividualiteitenvandestamgroepleiderenvanhetkind.Ineenstamgroepisdanooksprakevaneendiversiteitaanbetrekkingen.Vertrouwenontwikkeleninhetkind∕dekinderenvormtdebasis.Petersenheefteenaantalgrondregelsgeformuleerd(1937),diegroepsleiderskunnenondersteunenomkinderentebegeleidenbijhetvrijkunnenbewegen,vrijkunnenwerkenenzichvrijvoelen:1.Neemzelfderegelstenaanzienvansamenlevenensamenwerkeninacht.2.Weesrustig,consequent,gedecideerdenduidelijk.Nietdoenalsof.Weetwatjewilt.3.Hebvertrouweninjezelf,weesdegenediejebent.

Page 4: De hoogste waarden · schoonheid waarborgt voor allen. Deze wet geldt ook voor de stamgroepleider. Feitelijk gaat het om ordeningen aan te brengen als hoogste richtlijnen voor het

4

4.Zorgervoordatjealtijdoverzichthebtoverhetgeheel.Bijvoorbeeld,eengroepsleidergaatpasrondlopenalsiedereenaanhetwerkis.5.Laatkinderenzichnooitachterietsverschuilen,bijvoorbeeld,alskinderenbeloofdhebbenomditofdattedoen,meetebrengenoftevertellen.Staeropdathetookgebeurt.6.Realiseerjedat‘verval’vaneenstamgroepbegintmetkleinigheden.Schenkdaarbetekenisaan.7.Geefzelfhetvoorbeeld.Doevoor.Gebruiknon-verbaletekens.Bijcorrectie,ganaarhetkindtoe.8.Voerechte‘vormendegesprekken’.Gesprekspartnersmoetenwetenwaarhetomgaat,eventuelefeitenkennenennietzomaarwatbeweren.Neemeenstandpuntin,maarweesdaarinniethalsstarrig.Gavoordedialoog.9.Leeromertezijnvoorkinderen,jevolovergavetewijdenaanhetogenblikdiedekinderentengoedemoetkomenenhoudtegelijkertijdiedereenindegaten.10.Ganaarkinderentoeenlaathennietnaarjoutoekomen.11.ProbeersteedsderelatieteleggenmethetWIJvandegroep,opdaternietsgebeurtomalleenmaardegroepsleidereenpleziertedoen.Dewerkruimte(schoolwoonkamer)Kinderenhoudenzich,volgensPetersen,graagbezigmetdeinrichtingvanhunlokaal.Herinrichtingenwordendanookdoorkinderenuitgevoerd.Stelregelis,datkinderennooithetlokaalverlatenzonderhetzelf,zogoedalszekunnen,opteruimenenhetschooneningoedeordeachtertelaten.Kinderenbewegenzichvrijinhetlokaalvandeschool.Elkkindlooptvrijinenuitenverantwoordtzijnvrijheidtegenoverdegroep.VoorPetersenvormtbewegingeenwezenlijkonderdeelvanzijnaanpak.Erzijngeenvasteplaatsenvoorkinderen.Plaatsenwordeningenomennaargelanghetgroepswerk.VoordeinrichtingvandeschoolwoonkamerpleittePetersenvoormakkelijkverplaatsbarestoelenentafels,opdatkinderendezeopdevoorhengewensteplekkunnenneerzetten.Hijstimuleerdegroepentevormenvandrieofvierkinderen.Vasteplaatsenwarenuitdenboze.Kinderenkondenvrijkiezen.Hierdoorkregenkinderen,inzijnoptiek,warebewegingsvrijheid.Indievrijheidopenbarenzichdewezenskenmerkenvankinderen.Indewerkruimtevindenvoornamelijkdeviersocialebasisactiviteitenplaats:gesprek,spel,werkenviering.Hezijnvormenvannatuurlijkleren,diealvoordeschooltijdbepalendzijnentijdensdeschooltijdverderontwikkeldkunnenworden.GesprekDestamgroepleidertreedtveelalopalsgespreksleider,maarlaatkinderenweloefenenomdezerolopzichtelerennemen.Hijdientzijnvragenintepassenindesamenhangvangedachten,dieviadekinderennaarbovenkomen.Hijvolgtdeweg,diedekinderenhebbengekozen.Zomaakthijernstmetdeerkenningvandezelfwerkzaamheidvankinderen.WintersenVelthausz(2014)sprekenoverdebegeleidenderolvandestamgroepleiderintermenvanLSD(luisteren,samenvattenendoorvragen).

Page 5: De hoogste waarden · schoonheid waarborgt voor allen. Deze wet geldt ook voor de stamgroepleider. Feitelijk gaat het om ordeningen aan te brengen als hoogste richtlijnen voor het

5

HetwerkenZodrahetkindde‘elementairegrammatica’beheerst,maghetvrijwerkenenheefthetkind(alshetzichdefundamentelekennisenvaardighedenheefteigengemaakt)vrijtoegangtotmateriaal,gereedschappenendergelijke.Demetafoor‘hetgereedschapbenuttenomdeakkertebewerken’,wordtinditkaderveelgebruikt.Ookdeonderlingeverwevenheidtussencursussenenwereldoriëntatiekaninditkadergenoemdworden.Devormgroepenwerkwordthierbijmetnameingezet.Inzogenaamdeblokperiodenvindthetwerkenplaats.Hetzijnlangeaaneengeslotentijdsperiodenvanhonderdminuten.Hetstrevenisdekinderendebesteleermethodenaantelerenvoorhetwerkeninhuneentje,ingroepjesofindegrotegroep.Vooruitleg(instructie)kanhetkindnaardestamgroepleiderofeenmedeleerling.Ookkandestamgroepleider,dievanallekinderenhetindividuelevorderenindegatenhoudtenzorgvuldigopdevoetvolgt,eenogenblikkiezendathijgeschiktachtomopeigeninitiatiefhetkindteonderrichten.Bijdevormgevingvandebasisprincipesisdecentralevraagvoorhetwerkenalsvolgtgeformuleerd:hoedragenactiviteitentijdensdeblokperiodenbijaan‘zelfverantwoordelijkwerken’?Stamgroepleiderswordenaandehandvandezevraaguitgedaagdzichtebuigenoverditbelangrijkeprincipe.

KeuzecursussenErwordtdusindividueelofinkleinegroepjesgeleerd;inverschillende,aandeleeftijdenaangepaste,vormenvangroepsonderwijs.Datwilzeggen:verplichtvoordestamgroepen,incursussenvoorhetzuiverevakgerichteleren,verplichtvoorniveaugroepen,ofinkeuzecursussen,waarvoorkinderenuitverschillendegroepenzichvrijwilligaanmelden,endiedanvoordetijddatzeduren,verplichtzijn.VieringenVoorPetersengoldenverschillendeoptiesomvieringenterealiseren.Eenervanwasdeviering,diedoorkinderenzelfstandigwerdgeleid.ZelfbeoordelingCijfersenrapportenwordennietgegeven.DevraagvanPetersenwasmetname:wanneerheefteenkinddebeoordelingvanzijnprestatiesnodig?Petersensteldedatwedatmoetenontdekken;wanneereenkinduitzichzelfnaarbeoordelingverlangtendaarnaarmoetverlangenomdatheteenzekerheidineigengroeienvooruitgaannodigheeft.Hetkindheeftbehoefteaaneenmaatstafvoorzichzelfenzijnhandelen,diehetzichechternietzelfkanverschaffenofnietinzichzelfervaart.Bijlage1:historischweekwerkplanjenaplan.

Page 6: De hoogste waarden · schoonheid waarborgt voor allen. Deze wet geldt ook voor de stamgroepleider. Feitelijk gaat het om ordeningen aan te brengen als hoogste richtlijnen voor het

6

Uiteindelijkensamenvattendgeeftonderstaandschemadeontwikkelingweer,dieindeloopvandejarengemeengoedbinnendejenaplanwereldisgeworden.Bijlage:2Van‘zelfver-werken’naar‘zelfverantwoordelijkleren’

Page 7: De hoogste waarden · schoonheid waarborgt voor allen. Deze wet geldt ook voor de stamgroepleider. Feitelijk gaat het om ordeningen aan te brengen als hoogste richtlijnen voor het

7

Kenmerk

ZELFVER-WERKEN

ZELFSTANDIGVER-WERKEN

ZELFSTANDIGWERKEN

ZELFVERANTWOORDELIJKLEREN

DOEL Hetdoelstaatvast.Hetisbepaalddoordemethodeofdoordestamgroepleider.

Hetdoelstaatvast.Hetisbepaalddoordemethodeofdoordestamgroepleider.

Hetdoelstaatgrotendeelsvast.Hetishoofdzakelijkbepaalddoordemethodeofdoordestamgroepleider.Hetkind(kinderen)heefteenkleineinvloedophetvaststellenvanhetdoel.

Hetkind(kinderen)bepaalthetdoelvoorditwerk.Hetdoelmoetwelpassenbinnendealgemenedoelen.Vaststellenvanhetdoelgaatdanookinoverlegmetdestamgroepleideren/ofstamgroep.

OPENHEID Geslotenopdrachten. Geslotenopdrachten. Gedeeltelijkopenopdrachten. Openopdrachten.

OMVANG Takenhebbeneenkleineomvangenzijninminuten,kwartieren,halfurenenurenbeperkt.

Takenzijnrelatiefuitgebreidenzijnovereenofmeerderedagenuitgesmeerd.

Takenzijnverderuitgebreidenkunnenplaatsvindengedurendeeenlangereperiode.

Hetwerkiscomplexenisklaarwanneerhetdoelbereiktis.Beperkingzijnwerkafsprakengemaaktmetdestamgroepvooruitwisselingofpresentatie.

ANTWOOR-DEN

Antwoordenen/ofoplossingenzijneenduidigenwordenmeestalmetdehelestamgroepbesproken.

Antwoordenen/ofoplossingenzijneenduidig.Zekunnenookmetant-woordbladenofnakijkboekjesgecontroleerdwordendoordekinderenzelf.

Erzijnmeerdereantwoordenen/ofoplossingenmogelijk.Beoordelinggaatviagesprekkentussenkindenstamgroepleideren/ofdestamgroep.

Erzijnmeerdereantwoordenen/ofoplossingenmogelijk.Beoordelinggaatviagesprekkentussenkindenstamgroepleideren/ofdestamgroep.

INHOUDOFPROCES

Deaandachtisgerichtopdeinhoudvandeopdracht,heteindproduct.

Deaandachtisvoornamelijkgerichtopheteindproductenslechtsvooreenkleindeelophetleerproces.Metnamehettempoendenetheidspeleneenrol.

Deaandachtisgerichtopzoweldeinhoudalshetprocesvandeopdracht.Evaluatievindtvoornamelijkplaatsopdevraagoferantwoordengevondenzijnvoordeopgelegdevraag.

Deaandachtisgerichtopzowelheteindproductalshetproces.Ishetdoelbereikt?Deevaluatiezalnieuwevragengenererendiekunnenleidentotnieuwwerk.

TRANSFER/TOEPAS-SING

Hetgeleerdeheefteenbeperktetransfer:kanslechtswordentoegepastindezecontext.

Hetgeleerdeheefteenietsgroteretoepassingsgebied.Hetkan,inbeperktemate,ookwordentoegepastinanderesituaties.

Hetgeleerdekanookwordentoegepastinanderesituaties,ineenanderecontext.Eriseengrotematevantransfer.

Hetgeleerdekanookwordentoegepastinanderesituaties,ineenanderecontext.Eriseengrotematevantransfer.

GROEPSLEIDER Degroepsleiderstuurtinkleinestapjes.Hij/zijgeeftaanwatdekinderenmoetendoenenvooralnietmoetendoen.Groepsleiderbepaalt:- wat(deinhoud/doel)- waar(plek)- wanneer(tijdstip)- inwelkevolgordeergewerkt

wordt- hoe(deaanpak)- hoe(samenwerken)- materialen(diegebruikt

worden)- presentatie(hoehetwerk

gepresenteerdwordt)- waarhetwerkbewaardwordt

Degroepsleiderstuurtingroterestappen.Degroepsleiderbepaalt:- wat(deinhoud/doel)- waar(plek)- wanneer(tijdstip)- hoe(deaanpak)- hoe(samenwerken)- materialen(diegebruikt

worden)- presentatie(hoehetwerk

gepresenteerdwordt)- waarhetwerkbewaardwordt

Degroepsleidergeeftruimteaanhetkind(kinderen)enbepaalteendeelvanhetproces.Degroepsleiderbepaaltinoverlegmethetkind(kinderen):- wat(deinhoud/doel)- wanneer(tijdstip)- hoe(samenwerken)

Degroepsleidercoachthetkind(kinderen)opaanvraag.Destamgroepsleidervolgthetkind.Degroepsleiderbepaaltinoverlegmethetkind(kinderen):- wat(deinhoud/doel)

KIND Hetkindvolgtdestamgroepleider.

Hetkindkrijgteenbeperktaantalkeuzemogelijkhedenwaaruithij/zijkankiezen.Hetkindbepaaltinoverlegmetdestamgroepleider:- inwelkevolgordeergewerkt

wordt

Hetkind(kinderen)doetopzelfgekozenwijzewatgevraagdis.Hetkindbepaaltinoverlegmetdestamgroepleider:- waar(plek)- wanneer(tijdstip)- inwelkevolgordeergewerkt

wordt- hoe(deaanpak)- materialen(diegebruiktworden)- presentatie(hoehetwerk

gepresenteerdwordt)- waarhetwerkbewaardwordt

Hetkind(kinderen)bepaaltzelfwatnodigisomhetdoelterealiserenHetkindbepaaltinoverlegmetdestamgroepleider:- wat(deinhoud/doel)- waar(plek)- wanneer(tijdstip)- inwelkevolgordeergewerkt

wordt- hoe(deaanpak)- hoe(samenwerken)- materialen(diegebruiktworden)- presentatie(hoehetwerk

gepresenteerdwordt)- waarhetwerkbewaardwordt

REFLECTIE Slechtsbeperktereflectiegerichtopheteindproduct.Reflectiewordtgestuurddoordestamgroepleider.

Reflectiemetnamegerichtopheteindproduct.Reflectiewordtbegeleiddoordestamgroepleider.

Reflectieophetleerresultaatenleerproces.Reflectiewordtondersteunddoordestamgroepleider.

Reflectieophetleerresultaatenleerproces.Hetkind(kinderen)reflecteertautomatisch.

Page 8: De hoogste waarden · schoonheid waarborgt voor allen. Deze wet geldt ook voor de stamgroepleider. Feitelijk gaat het om ordeningen aan te brengen als hoogste richtlijnen voor het

8

Bronnen:Petersen,P.(1927).DerKleineJena-Plan.WeinheimBeltz.Vertaling:Bos,J.(1979).HetkleineJenaplan.Barendrecht:StichtingUitgeverijDoorbraak.Petersen,P.(1937).FuhrungslehredesUnterrichts.Vertaling:Freudenthal,S;Zandenvander,H.(1990)Vandidactieknaaronderwijspedagogiek.CPSAmersfoort.Vreugdenhil,C(1981).AchtergrondenvanhetJenaplan(materiaalreaderSeminariumvoorjenaplanpedagogiek).Materiaal1981-1984.Geldermalsen.Petersen,E(1965).DieGrundkraftekindlicherEntwickelungundihreBerucksichtigunginUnterricht.Ferd.Schoningh,Paderborn.Vertaling:Wolfs,H.(1988).Degrondkrachtenvandekinderlijkeontwikkelingendeschool.LPC-Jenaplan/CPSHoevelaken.Boes,A(1990).Jenaplan,Historieenactualiteit.LPC/CPSHoevelaken.Vreugdenhil,C(1992).DeFuhrungslehrevanPetersendeel1en2.Wolters-NoordhoffbvGroningen.Both,K(1997).Jenaplan21.EenconceptvoorJenaplanbasisonderwijs.VanGennepHoogeveen.Winters,H;Velthausz,F(2014).Jenaplan,schoolwaarjeleertsamenleven.NJPVZutphen.\