de vlaamse scriptieprijs 2016 - tweede druk

8
Gentse student bouwt cello uit piepschuim Scriptie vzw Rozenweg 4b 1731 Zellik T 02 463 59 20 [email protected] www.scriptieprijs.be www.scriptieprijs2014-18.be www.scriptiebank.be facebook.com/scriptieprijs twitter.com/scriptievzw SHARE YOUR KNOWLEDGE 8 (BIJNA) AFGESTUDEERD? HAAL MEER UIT JE SCRIPTIE VIA DE VLAAMSE SCRIPTIEPRIJS! Maak kans op € 2.500 en/of persaandacht voor je werk 7 DIABETES? KNIP EEN VINGERNAGEL Wordt de detectie van suikerziekte binnenkort kinderspel? 4 IS D8 DE NIEUWE VERLEDEN TIJD VAN DENKEN? Vicky Hazen deed onderzoek naar sms- en chattaal 2 ZOEKEN NAAR HYENA- UITWERPSELEN IN ETHIOPIË Elien Schramme ontdekte zo de grootste clan hyena’s in Afrika Piepschuim heeft een toekomst als klankversterker voor akoestische instrumenten. Master instrumentenbouwer Tim Duerinck (Hogeschool Gent) bouwde er een prototype van een cello mee. “Piepschuim heeft een hogere ge- luidsafstralingscoëfficiënt dan gelijk welk ander materiaal dat voor de bouw van muziekinstrumenten wordt ge- bruikt”, zegt Duerinck. Uit zijn bereke- ning blijkt dat piepschuim beter klank kan versterken dan klankhout van nieu- we en oudere violen. Gentenaar Duerinck maakte dan ook een prototype van een cello met een klankkast uit piepschuim. “Die klinkt veelbelovend. De lage klanken zijn luider dan die van een gewone cello, maar de hoge niet. Het instrument is nog niet in evenwicht, maar een leek hoort geen ver- schil.” De 23-jarige masterstudent zegt evenwel dat het niet de bedoeling was om een instrument te maken met dezelfde klankkleur, maar een instrument dat net luider klinkt voor bijvoorbeeld solisten of buitenoptredens. Piepschuim heeft overigens nog voordelen: het is goedko- per dan hout en het bouwen van instru- menten kan sneller. Duerinck zocht in zijn bachelor al naar experimentele instrumenten. “In plaats van hout te beïnvloeden via schimmels om een hogere geluidsaf- stralingscoëfficiënt te bereiken, ben ik op zoek gegaan naar ander materiaal en via via bij piepschuim terechtgekomen. Door de veelbelovende akoestische ei- genschappen van de materie moest ik er wel mee experimenteren.” ‘Piepschuim blijkt klank beter te versterken dan klankhout’ Win met je scriptie! Met zijn scriptie sleepte Tim Duerinck een nominatie voor de Vlaamse Scriptieprijs, goed voor een geldprijs van 250 euro, in de wacht. Zijn werk kwam o.a. aan bod in het VRT Journaal, in De Standaard, De Morgen, De Tijd, Het Nieuwsblad en Het Laatste Nieuws. Tim mocht ook aan tafel schuiven bij “Interne Keuken” op Radio 1. Beluister dat gesprek via bit.ly/TDradio1 Ontdek zijn scriptie via scriptiebank.be/isomocello en bekijk een video over zijn werk via bit.ly/timduerinck Promotor: Geerten Verberkmoes JAARGANG 4 - 2016 Afvalwater zuiveren met membranen uit … plastic afval ‘uis keken ze raar op toen ik week na week plastic afval bij elkaar zocht.’ Ontdek de technologie waarmee Jan Fockedey zowel de Vlaamse Scriptieprijs als de Agoriaprijs 2015 won. 3 4 - 5 ©Elize Naessens ©Kevin Faingnaert Een uitgave van Scriptie vzw om sterke eindwerken van Vlaamse studenten in de kijker te zetten

Upload: de-vlaamse-scriptieprijs

Post on 01-Aug-2016

221 views

Category:

Documents


2 download

DESCRIPTION

 

TRANSCRIPT

Page 1: De Vlaamse Scriptieprijs 2016 - tweede druk

Gentse student bouwt cello uit piepschuim

Scriptie vzw • Rozenweg 4b • 1731 Zellik • t 02 463 59 20 • [email protected] • www.scriptieprijs2014-18.be • www.scriptiebank.be facebook.com/scriptieprijs twitter.com/scriptievzwSHARE YOUR KNOWLEDGE

8(BIJNA) AFGESTUDEERD? HAAL MEER UIT JE SCRIPTIE VIA DE

VLAAMSE SCRIPTIEPRIJS!Maak kans op € 2.500 en/of persaandacht voor je werk

7DIABETES?

KNIP EEN VINGERNAGEL Wordt de detectie van suikerziekte

binnenkort kinderspel?

4IS D8 DE NIEUWE VERLEDEN

TIJD VAN DENKEN?Vicky Hazen deed onderzoek

naar sms- en chattaal

2ZOEKEN NAAR HYENA-

UITWERPSELEN IN ETHIOPIË Elien Schramme ontdekte zo de grootste clan hyena’s in Afrika

Piepschuim heeft een toekomst als klankversterker voor

akoestische instrumenten. Master instrumentenbouwer Tim Duerinck

(Hogeschool Gent) bouwde er een prototype van een cello mee.

“Piepschuim heeft een hogere ge-luidsafstralingscoëfficiënt dan gelijk welk ander materiaal dat voor de bouw van muziekinstrumenten wordt ge-bruikt”, zegt Duerinck. Uit zijn bereke-ning blijkt dat piepschuim beter klank kan versterken dan klankhout van nieu-we en oudere violen.

Gentenaar Duerinck maakte dan ook een prototype van een cello met een klankkast uit piepschuim. “Die klinkt veelbelovend. De lage klanken zijn luider dan die van een gewone cello, maar de hoge niet. Het instrument is nog niet in evenwicht, maar een leek hoort geen ver-schil.” De 23-jarige masterstudent zegt evenwel dat het niet de bedoeling was om een instrument te maken met dezelfde klankkleur, maar een instrument dat net luider klinkt voor bijvoorbeeld solisten of buitenoptredens. Piepschuim heeft overigens nog voordelen: het is goedko-per dan hout en het bouwen van instru-menten kan sneller.

Duerinck zocht in zijn bachelor al naar experimentele instrumenten. “In plaats van hout te beïnvloeden via schimmels om een hogere geluidsaf-stralingscoëfficiënt te bereiken, ben ik op zoek gegaan naar ander materiaal en via via bij piepschuim terechtgekomen. Door de veelbelovende akoestische ei-genschappen van de materie moest ik er wel mee experimenteren.”

‘Piepschuim blijkt klank beter te versterken

dan klankhout’

Win met je scriptie!

Met zijn scriptie sleepte Tim Duerinck een nominatie voor de Vlaamse Scriptieprijs, goed voor een geldprijs van 250 euro, in de wacht. Zijn werk kwam o.a. aan bod in het VRT Journaal, in De Standaard, De Morgen, De Tijd, Het Nieuwsblad en Het Laatste Nieuws. Tim mocht ook aan tafel schuiven bij “Interne Keuken” op Radio 1. Beluister dat gesprek via bit.ly/TDradio1

Ontdek zijn scriptie viascriptiebank.be/isomocelloen bekijk een video over zijn werk via bit.ly/timduerinck Promotor: Geerten Verberkmoes

JAARGANG 4 - 2016

Afvalwater zuiveren met membranen uit … plastic afval

‘Thuis keken ze raar op toen ik week

na week plastic afval bij elkaar zocht.’

Ontdek de technologie waarmee Jan Fockedey zowel de Vlaamse Scriptieprijs als de Agoriaprijs 2015 won.

3

4 - 5

©Eliz

e N

aess

ens

©Kev

in F

aing

naer

t

Een uitgave van Scriptie vzw om sterke eindwerken van Vlaamse studenten in de kijker te zetten

Page 2: De Vlaamse Scriptieprijs 2016 - tweede druk

DE VLAAMSE SCRIPTIEKRANT • Jaargang 4 • 20162

Meer vrouwen in politiek maken nog geen

evenwichtig bestuur

BINNENL AND

BUI TENL AND

Er duiken dan misschien wel steeds meer vrouwen op in de politiek, maar dat wil niet zeggen dat de gelijkheid er al bereikt is. Vrouwen zouden namelijk nog al te vaak terecht komen in zachte commissies, waardoor ze niet over alle thema’s kunnen meebeslissen. Dat zegt politicoloog Jonas De Smedt (UGent).

Na de eerste verkiezing van het Vlaams Parlement in 1995 werd 19,3 % van de zitjes bemand door een vrouw. Vandaag is dat 44 %, een cijfer waarmee we wereldwijd bij een van de betere leerlingen van de klas horen. En toch is er nog fl ink wat werk aan de win-kel, zo blijkt.

Harde en zachte commissiesHet echte politieke werk vindt namelijk

niet plaats tijdens de plenaire zittingen die worden uitgezonden op de televisie. Het zijn eerder de discussies binnen de thematische parlementaire commissies die de agenda bepalen. En dus is De Smedt daar eens gaan kijken naar de man-vrouwverdeling.

Zijn onderzoek leerde hem dat vrouwen in zogenaamde harde commissies (mobili-teit, en fi nanciën) ondervertegenwoordigd zijn, terwijl ze wel de plak zwaaien in zachte commissies (onderwijs, gezondheid en cul-tuur). Gemiddeld zitten er 54,9 % vrouwen in de zachte commissies, tegenover maar 28,3 % in de harde.

Interesse in zachte commissies is groterVan waar komt dat grote verschil? Zijn

vrouwen niet geïnteresseerd in de harde commissies of krijgen ze hun voorkeurs-commissie niet? Het eerste lijkt inderdaad een deel van de verklaring: 75 % van de vrou-wen in het Vlaams Parlement geeft aan een commissie te kiezen op basis van hun per-soonlijke interesse en opleiding. De overige 25 % kiest op basis van tactische redenen.

De Smedt ondervond na het afnemen van een enquête dat 92 % van de vrouwen die een zachte commissie verkiezen, ook hun zitje krijgen. Voor de harde commissies ligt dat iets lager, op 86 %. Dat (kleine) verschil wordt door de vrouwelijke parlementsleden meer geweten aan ervaring dan aan geslacht. Verder speelden ook praktische bezwaren (zoals overlappende agenda’s) een rol wan-neer een vrouw niet in de commissie van haar voorkeur kon zetelen.

Evenwicht belangrijkDe Smedt zegt niet dat de zachte com-

missies minder belangrijk zijn dan de harde, maar hij benadrukt dat een evenwicht tussen mannen en vrouwen overal wenselijk om ie-ders belangen te kunnen behartigen. Met een ondervertegenwoordiging van minstens 11 % in de harde commissies is er echter nog werk aan de winkel voor vrouwen.

Dit artikel van de hand van Eva Kestemont verscheen op 11 januari 2016 op Knack.be.De scriptie van Jonas De Smedt haalde ook Metro. Ontdek de scriptie viascriptiebank.be/genderparlement

Promotor: dr. Nicolas Bouteca

‘Vrouwen zijn ondervertegenwoordigd in harde commissies, terwijl ze wel de plak zwaaien in

zachte commissies’

Stel het je even voor: je werkt je maandenlang uit de naad om een goed doordachte en inte-ressante bachelor- of master-proef te schrijven. Je denkt na, onderzoekt, neemt enquêtes af, verwerkt gegevens, schrijft, verbetert en concludeert. Na al dat harde werk, met bloed zweet en tranen, is je huzaren-stukje klaar. Een prachtig werk vind je zelf. En dan… belandt heel dat werk in de schuif, om er vervolgens nooit meer uit te komen. Jammer, niet?

Niet alleen jammer voor jou, maar ook jammer voor bedrijven, middenveldorgani-saties, overheid, burgers. Kortom: jammer voor iedereen die jouw vindingen zou kun-nen gebruiken om onze wereld weer een beetje beter te maken.

We hebben in Vlaanderen zoveel goede onderzoekers en zoveel excellent en nuttig onderzoek. Vlaanderen is top op vlak van wetenschap en innovatie, en daar mogen we best wat trotser op zijn! Het is tijd dat we de resultaten van ons onderzoek zo ruim mogelijk verspreiden, want onderzoek en ontwikkeling zijn niet alleen de basis voor economische groei en meer welvaart, maar ook voor meer welzijn. Je kan echter niet trots zijn op iets dat je onvoldoende kent.

Daarom moeten onze weten-schappers en onderzoekers tonen waar ze mee bezig zijn. Liefst op een heldere en aan-trekkelijke manier.

Goede en vooral duidelijke we-tenschapscommunicatie is het middel bij uitstek om mensen mee te laten genieten van alle ontdekkingen, klein of groot.

Het is trouwens ook de beste reclame voor STEM – science, technology, engineering en mathematics. We hebben nood aan meer jongeren in STEM-richtingen en willen jon-geren daarvoor warm blijven maken. En wie kan er beter fungeren als rolmodel dan de wetenschappers zelf?

De Vlaamse Scriptieprijs neemt hier een belangrijke taak op: dankzij de Scriptieprijs staan veelbelovende onderzoekers en hun onderzoek in de spotlights. Dankzij deze wedstrijd krijgen jonge wetenschappers een stem, zodat zij nog meer als voorbeeld kunnen dienen. Zodat al die excellente ba-chelor- en masterproeven niet in de schuif belanden, maar in de etalage staan waar iedereen ze kan zien.

Philippe MuytersVlaams minister van Economie,Innovatie, Werk en Sport

STUDENTE ONTDEKT GROOTSTE CLAN HYENA’S IN AFRIKA

Hyena-uitwerpselen zetten biologe op vruchtbaar spoor

Bachelor- en masterproeven: haal ze uit de schuif!

Elien Schramme op veldwerk in Mekelle ©Elien Schramme

Biologe Elien Schramme ontdekte, aan de hand van DNA-analyse van hyena-uitwerpselen, dat in en om

een stad in Ethiopië de grootste clan van hyena’s in Afrika rondzwerft.

Schramme, een master in de biologie (UAntwerpen), trok voor haar thesis naar Mekelle, een stad in Noord-Ethiopië, om de gevlekte hyena’s die er leven te bestuderen. Ze verzamelde er hyena-uitwerpselen die ze in labo’s in Antwerpen en Berlijn aan DNA-onderzoek onderwierp. Zo kon ze achterha-len dat het om een populatie van zo’n 900 hyena’s gaat, waarvan alle dieren allicht tot één en dezelfde clan behoren. “Mogelijk zijn er twee clans, maar zelfs in dat geval zouden deze clans van ongeziene grootte zijn. De grootste groep die tot heden werd geobserveerd, was een clan van 95 hyena’s in Tanzania.”

Dieet van slachtafval De groep hyena’s rond Mekelle is volgens

Schramme in vele opzichten bijzonder. “In tegenstelling tot wat de meeste mensen den-ken eten hyena’s niet alleen aas, maar jagen ze vaak in teamverband op eigen prooien. Ze leven in groepen of clans van vier tot 95 individuen. Het is dan ook opmerkelijk om zo’n grote groep rond een stad als Mekelle, waar er haast geen prooien te vinden zijn, aan te tref-fen. De hyena’s zijn er overgeschakeld van het jagen naar het eten van afval. De dieren verlaten ’s nachts hun schuilplaat-sen om zich in de straten en op de vuilnisbelten te goed te doen aan slachtresten.”

Geen nieuwe clanDat nieuwe dieet lijkt een invloed te heb-

ben op de doorgaans rigide sociale struc-tuur van hyena’s, zo merkte de biologe op. “Binnen de clans heeft elk dier zijn eigen rang in de hiërarchie. Vrouwtjes en hun jongen komen op de eerste plaats, onder andere als het gaat over toegang tot voed-sel. Mannetjes blijven niet in de clan waar ze geboren zijn, maar zoeken een nieuwe groep op wanneer ze volwassen worden. Dat helpt inteelt te voorkomen. Maar in tegenstelling tot elders in Afrika leven in Mekelle meer

mannelijke hyena’s dan vrouwtjes. Dat lijkt aan te tonen dat de mannetjes in Mekelle niet langer een nieuwe clan opzoeken eens ze volwassen zijn, wat ook de grootte van de groep kan helpen verklaren.”

Stad van mens én roofdier De studie van Schramme toont aan dat

hyena’s een sterk aanpassingsvermogen hebben, waardoor ze dicht bij mensen kun-nen leven in een gebied waar er amper nog prooidieren zijn. Die aanpassing is zelfs zo succesvol dat de dieren er in grotere aan-tallen voorkomen dan in natuurlijke om-standigheden. Bovendien blijkt de lokale bevolking amper hinder te ondervinden van de dieren, wat volgens Schramme zeer be-langrijk is met het oog op wildbehoud: “Doordat de wereldbevolking blijft groeien

zullen wereldwijd steeds meer roofdieren in de nabijheid van steden moeten

zien te overleven. Mijn studie toont aan dat samenleven

met mensen niet per sé aanleiding hoeft te geven tot zogenaamde hu-man-wildlife conflicten,

en dat de dieren zelfs voordeel kunnen halen uit deze nieuwe om-standigheden.”

Dit artikel verscheen in Metro.

Bekijk deze scriptie opscriptiebank.be/hyenas

Promotor: prof. dr. Herwig Leirs

“Door de groei van de wereldbevolking zullen steeds meer roofdieren in de buurt van steden

moeten zien te overleven”

Page 3: De Vlaamse Scriptieprijs 2016 - tweede druk

DE VLAAMSE SCRIPTIEKRANT • Jaargang 4 • 2016 3

10 0 JA AR GROO TE OORL OG

Wekenlang kamperen in rijksarchief levert historica 1.000 euro op

Met haar studie naar diefstal tijdens de Eerste Wereldoorlog won historica Julie

Devlieghere (UGent) de Scriptieprijs 100 Jaar Groote Oorlog, de zoektocht

naar sterke WO I-scripties van Scriptie vzw en het Departement internationaal

Vlaanderen. Haar onderzoek in 5 vragen.

Wat?Julie Devlieghere bestudeerde de diefstal-

len net voor en tijdens de Eerste Wereldoorlog in het gerechtelijk arrondissement Mechelen

Waarom?België kampte tijdens de Eerste Wereld-

oorlog met een verdubbeling van het aantal (vervolgde) diefstallen. De hogere kringen zagen in die diefstallenplaag het bewijs dat de oorlog voor een moreel verval bij de Bel-gische bevolking zorgde. Devlieghere zocht uit of die claim terecht was.

MEDIA

D8 is niet nieuwe verleden tijd van denken Sms- en chattaal zorgen niet voor de

neergang van de schrijftaal of spelpraktijk van Vlaamse jongeren. Dat stelt taalkun-dige Vicky Hazen (UAntwerpen) na een onderzoek bij 404 Limburgse jongeren. Zij analyseerde zo’n 2.051 taken, toetsen en examens op schrijffouten. Daarbij maak-te ze een onderscheid tussen de klassieke spelfouten zoals dt-fouten en afwijkingen die typisch zijn voor de populaire chattaal zoals het gebruik van afkortingen. Uit haar studie blijkt dat slechts 2,7 procent van de spelfouten mogelijk beïnvloed is door sociale media. Hazen: “De algemene resultaten van mijn studie tonen aan dat de invloed van sms- en chattaal op het spelgedrag minder sterk is dan ouders en leerkrachten vaak beweren.” Zo is die mythe meteen mooi ontkr8…

Deze scriptie haalde MetroMeer weten? scriptiebank.be/smsenchattaal

Promotor: prof. dr. Reinhild Vandekerckhove

Politieke schandalen halen vaker de krantenDe jongste jaren halen meer en meer politieke schandalen de

Vlaamse kranten, zo blijkt uit de masterproef van Jimmy Driesen (KU Leuven). Driesen analyseerde alle politieke schandalen die tussen 2002 en 2012 in Vlaanderen de kwaliteitskrant ‘De Standaard’ en de populaire krant ‘Het Laatste Nieuws’ haalden. Driesen: “Vanaf 2008 is er een opvallende trendbreuk waar te nemen: vóór 2008 haalden er jaar-lijks één tot twee schandalen de krant, na 2008 was dat aantal maar liefst verdubbeld.” Daarnaast merkte Driesen op dat kranten meer en meer op het privéleven van politieke fi guren inzoomen. “Voor 2008 schopten slechts drie persoonlijke misstappen van politici het tot schandaal in de pers. Tussen 2008 en 2012 liep dat aantal op tot acht.” De tijd dat schandalen beperkt bleven tot sappige verhalen over be-kende mediafi guren is dus duidelijk voorbij, stelt Driesen. Ook onze politici ontsnappen er niet langer aan. Meer zelfs, zij staan steeds vaker centraal bij ophefmakende onthullingen. “Daar waar politici vroeger onaantastbaar leken te zijn en buiten schot bleven in de pers, worden ook zij tegenwoordig betrokken in de jacht op een goed verhaal.”

Deze scriptie haalde Metro en De Morgen Meer weten? Bekijk de interactieve timeline op bit.ly/JDtimelineen de scriptie op scriptiebank.be/schandaalland

Promotor: prof. dr. Baldwin Van Gorp

©Kev

in F

aign

aert

Hoe?De historica kampeerde wekenlang in

de gerechtelijke archieven van Mechelen om er vonnisboeken en rechtplegingsdossiers over diefstallen vòòr en tijdens de Eerste Wereldoorlog binnenstebuiten te keren. Ze legde zelf een databank aan met info over de daders, hun motieven en hun buit om zo de diefstallen statistisch te kunnen vergelijken.

Conclusie?“Voor de oorlog verschenen vooral on-

gehuwde mannen voor de rechter, vaak voor geld- of juwelendiefstallen. In oorlogstijd zie je veel dieven met een heel ander profi el: moeders en vaders, die geen juwelen stelen maar wel aardappelen of andere voedings-waren voor hun hongerige kroost. Stelen bleek in oorlogstijd vaak een overlevings-strategie. De oorlog leidde dus heus niet tot een teloorgang van het normbesef en een losgeslagen bevolking, maar je merkt wel dat de normen en waarden verschoven. Zo werd diefstal (om te overleven) meer geaccepteerd in die oorlogscrisis.”

Julie Devlieghere won dankzij de Scriptieprijs 100 Jaar Groote Oorlog 1.000 euro met haar scriptie.

Haar scriptie werd o.a. belicht in Metro, de Krant Van West-Vlaanderen, Flanders Today, deredactie.be en komt aan bod in het geschiedenisblad Eos Memo.

Bekijk een video op bit.ly/juliedevlieghere en haar scriptie via scriptiebank.be/diefstalWOI

Promotor: prof. dr. Antoon Vrints

Maak kans op € 1.000 en persaandacht voor je werk

+ + + + + + + + + + + + + + + + + + + + + + + + +

2014-18 staat in teken van de herdenking van 100 jaar Wereldoorlog I, het eerste internationale confl ict op wereldschaal. Miljoenen militairen en burgers lieten daarbij het leven. Het is van groot belang om de herinnering aan de Groote Oorlog levendig te houden en de bewustwording bij jongere

generaties te stimuleren.

Om die reden richten het Departement internationaal Vlaanderen en Scriptie vzw de Scriptieprijs 100 Jaar Groote Oorlog in. Met deze prijs willen we kwalitatieve scripties over Wereldoorlog I stimuleren én in kaart brengen.

Schrijf of schreef jij een bachelor- of masterproef over WO I? Deel dan je onderzoek door deel te nemen aan de wedstrijd. Je maakt kans op

geldprijzen tot 1.000 euro en heel wat persaandacht voor je eindwerk.

Alle info op www.scriptieprijs2014-18.be

Een fragment uit een proces-verbaal van een aardappeldiefstal uit 1917

Page 4: De Vlaamse Scriptieprijs 2016 - tweede druk

DE VLAAMSE SCRIPTIEKRANT • Jaargang 4 • 20164

WE TENSCHAP & TECHNOL OGIE WE TENSCHAP & TECHNOL OGIE

DE GALERIJ VAN DE ENSONS LICHAAM, ONZE EvOLutIE

Drie studenten van de Universiteit Antwerpen hebben een robotarm ontworpen die gehoorgestoorden kan helpen bij het communiceren.

Voorlopig kan ASLAN, de robot, enkel cijfers en letters uitbeelden. Later

wordt aan een robot gewerkt die hele woorden moet kunnen uitbeelden.

“Onze robot wil de menselijke gebarentolk zeker niet overbodig

maken”, benadrukken de studenten.

Elektromechanicastudent Stijn Huys wilde technologie ontwikkelen waarmee hij mensen kon helpen. Hij hoorde dat cursussen Vlaamse gebarentaal altijd snel volzet zijn, waarop hij met medestudenten Guy Fierens en Jasper Slaets aan een robo-tarm begon te bouwen. Ze werden op weg gezet door Bram Vanderborght (VUB), een specialist in menselijke robotica.

De robot is een mechanische arm vanaf de elleboog, met een plooiende handpalm en vinger(kootje)s. Die kan, aangestuurd door een pc, nauwkeurig alle cijfers en let-ters van de Vlaamse gebarentaal spellen.De robot “kan een aanvulling zijn” op de menselijke gebarentolk en “een extra ser-vice betekenen”, benadrukt het trio. “In

sommige situaties is het immers verre van vanzelfsprekend dat er een gebarentolk aanwezig is.” De ingenieurs proberen de robot daarom ook betaalbaar te maken, bij-voorbeeld voor gebruik in ontwikkelings-landen. Dat kan doordat de arm zodanig is ontworpen dat hij quasi volledig 3D geprint kan worden. Ook de software om hem te programmeren en bedienen wordt door de ingenieurs ‘open source’ gehouden.

Dit jaar buigen Antwerpse en interna-tionale studenten zich over een vervolg-project. “Een tweede arm en een gelaat –gelaatsuitdrukkingen zijn immers belang-rijk in gebarentaal– zouden het project nog sterker kunnen maken. Op termijn willen we streven naar een robot met spraaktech-nologie. Die zou prima gebruikt kunnen worden in een klas met een dove leerling”, aldus Stijn Huys.

De 3 ingenieurs sleepten met hun werk een nominatie voor zowel de Vlaamse Scriptieprijs, goed voor 250 euro, als de Agoriaprijs in de wacht.

Hun scriptie kwam o.a. aan bod in het VRT Journaal, De Morgen, De Standaard en de Gazet van Antwerpen.

Ontdek de scriptie viascriptiebank.be/robotarm en bekijk een videoportret via bit.ly/teamaslanMeer info op www.projectaslan.be

Promotoren: Ir. Erwin Smet enDr. Joost Van Dinther

Studenten ontwikkelen robotarm

voor gebarentaalWater zuiveren met plastic afval

Het dreigende watertekort en de groeiende plastic afvalberg. Ingenieur

Jan Fockedey (KU Leuven) pakte in zijn masterproef beide problemen aan door

membranen voor waterzuivering te vervaardigen uit… plastic afval.

In 2023 zal volgens de VN één op drie lan-den met watertekort kampen. In Californië (VS) en delen van Australië en Kenia is er vandaag al een tekort aan het ‘blauwe goud’. “Een oplossing schuilt in het zuiveren en her-gebruiken van afvalwater”, stelt Fockedey. “We moeten bedrijven die veel water ver-bruiken stimuleren om hun afvalwater zelf te recycleren zodat ze geen grondwater meer moeten oppompen. Maar dat zal pas lukken als we hen goedkopere waterzuiveringstech-nologieën kunnen aanbieden.”

Koffiefilter Een innovatieve, veelbelovende methode

voor waterzuivering is membraanfiltratie, een technologie die veel minder chemicaliën en energie verbruikt dan klassieke water-zuivering. Fockedey: “Een membraan is een dunne plastic folie met kleine poriën. Je kan het vergelijken met een koffiefilter: de koffie loopt door de filtergaatjes, terwijl het gruis achterblijft omdat het groter is dan de gaat-jes.” Bij een membaan zijn de poriën echter vele malen kleiner. Zo hebben de poriën in de membranen die Fockedey ontwikkelde een diameter kleiner dan 10 nanometer, meer dan duizend keer dunner dan een haartje. Dat maakt dat ze zelfs bacteriën en virus-sen uit afvalwater kunnen filteren. Waarom is die technologie dan nog niet doorgebro-ken? “De kostprijs van membranen is nog te hoog om de techniek op grote schaal toe te passen”, aldus Fockedey. De ingenieur ging daarom zelf op zoek naar een goedko-pere oplossing en vond die in plastic afval.

30% goedkoperFockedey: “Plastic is, door z’n lange le-

vensduur en lage kostprijs, overal. Maar

net die troeven zorgen voor problemen: de lange levensduur maakt dat plastic afval traag afbreekt, terwijl de lage kost recyclage ontmoedigt. Om de plastic afvalberg weg te werken moeten we het afval recycleren en gebruiken als grondstof voor nieuwe toe-passingen.” De ingenieur voegde de daad bij het woord door er z’n membranen mee te ontwikkelen. “De eerste ontwerpen maakten

Scanner spoort WO I-munitie op in Westhoek

Het is iets wat elke boer in de West-hoek wel eens overkomt: bij het omploe-gen van een veld komen granaten uit de Eerste Wereldoorlog –letterlijk- aan de oppervlakte. Soms loopt dat fout af: sinds het einde van WO I leidde dat tot meer dan 350 doden – de laatste viel in 2014 te betreuren- en vele gewonden. Bio-inge-nieurs van de Universiteit Gent brengen daar mogelijk verandering in: met een geavanceerde EMI-sensor die ze met een quad in parallelle lijnen over velden in de vroegere frontzone trokken, slaagden ze erin om begraven metalen voorwerpen vanop het oppervlak op te sporen en te lokaliseren. Zo vonden ze tientallen stukken niet-ontplofte munitie: kisten gevuld met handgranaten tot chemische gasgranaten. Op een landbouwveld dat in het centrum van zware beschietingen lag, registreerden ze nog zo’n 420 stuk-ken metaal per hectare. Onderzoekster Marthe Smetryns: “Vlak na WO I dacht men dat het bergen van de munitie slechts maanden zou duren, maar ons onderzoek bewijst dat bijna 100 jaar later de klus nog lang niet is geklaard.”

Deze scriptie haalde Metro & Engineeringnet.be en leverde Marthe Smetryns een nominatie voor de Vlaamse Scriptieprijs, goed voor 250 euro, op.

Meer weten? Bekijk de video opbit.ly/marthesmetrynsen de scriptie opscriptiebank.be/WOImunitie

Promotor: prof. dr. ir. Marc Van Meirvenne

“Door het gebrek aan doventolken besloten de ingenieurs een robotarm

voor gebarentaal te ontwikkelen.”

“Om de plastic afvalberg weg te werken moeten we

het afval recycleren en gebruiken als grondstof voor

nieuwe toepassingen.”

©Jes

se W

illem

s - U

Antw

erpe

n

Laureaat Jan Fockedey ©Gieljan Van Goethem

Page 5: De Vlaamse Scriptieprijs 2016 - tweede druk

DE VLAAMSE SCRIPTIEKRANT • Jaargang 4 • 2016 5

WE TENSCHAP & TECHNOL OGIE WE TENSCHAP & TECHNOL OGIE

iedereen wetenschapperw e t e n s c h a p

burgers helpen onderzoekers

www.iedereenwetenschapper.beZoek een project op jouw maat en doe mee!

IK DOE MEEOp het nieuwe platform Iedereen Wetenschapper bundelt Eos wetenschappelijk onderzoek waaraan ook jij kan meewerken. Steun het onderzoek dat jij belangrijk vindt en stap mee in de community van Citizen Science, individueel, in groep of met je school.

Water zuiveren met plastic afval

Onkruid bestrijden met heet water

In Vlaanderen is het sinds 2015 verboden om onkruid in het openbare domein met che-mische herbiciden (zoals glyfosaat) te bestrij-den. Bio-ingenieur Amelie De Keyser (UGent) bezorgt de groendiensten echter nieuwe mu-nitie in de strijd tegen onkruid. Zij zette een techniek op punt om vier vaak voorkomende soorten onkruid klein te krijgen door het met water van 98° C te behandelen. Het boven-grondse plantenweefsel gaat zo opwarmen, uitdrogen en uiteindelijk ook afsterven. Klein krijgen mag je volgens De Keyser letterlijk nemen: “Deze techniek mikt erop om het on-kruid onder controle te houden. Het onkruid via deze manier volledig vernietigen zou een té groot energieverbruik vergen.” Of hoe het gezegde “onkruid vergaat niet” nog maar eens wordt bekrachtigd…

Deze scriptie haalde Metro & Engineeringnet.be Meer weten?scriptiebank.be/onkruidbestrijding

Promotor: prof. dr. Benny De Cauwer

Urine is geld waard

Wist je dat urine platina kan bevatten? Aan de Universiteit Gent onderzoeken bio-in-genieurs hoe dit edelmetaal, dat zo’n 32.000 euro per kilo waard is, uit urine te recycle-ren. Vooraleer je als volleerd huis-, tuin- en keukenwetenschapper jouw urine begint te ontleden in de hoop schatrijk te worden: niet iedereen heeft platina in zijn urine. Het metaal komt enkel voor in de urine van kan-kerpatiënten. Naast gebruik in de productie van glas, pacemakers, elektronica en juwe-len, wordt platina namelijk ook aangewend bij chemotherapie. Bio-ingenieur Janis Baeten (UGent) deed veelbelovend onderzoek naar een methode om platina na een chemokuur uit de urine van kankerpatiënten te winnen. Zijn studie toont aan dat het technisch mogelijk is, maar verder onderzoek moet uitwijzen of het ook rendeert. Stroomt het geld zo straks in ziekenhuizen binnen?

Deze scriptie haalde Metro & Engineeringnet.be Meer weten? scriptiebank.be/urine

Promotor: prof. dr. Gijs Du Laing

we uit huishoudelijk plastic afval, maar we merkten dat dit plastic vaak niet zuiver ge-noeg was doordat het bijvoorbeeld voedsel-resten bevatte. Plastic productieafval van fabrieken -denk aan potjes die afgekeurd worden omwille van productiefouten- is zuiverder en bleek dus beter geschikt.” De re-sultaten zijn veelbelovend: de membranen uit plastic afval zijn technisch evenwaardig aan

“De membranen hebben poriën die duizend keer

dunner zijn dan een menselijk haartje.”

de huidige membranen, terwijl ze ruim 30% goedkoper zijn. Bovendien kunnen ze, door de grote overvloed aan plastic productieaf-val, op grote schaal worden geproduceerd. Of hoe membranen van uitgerekend plastic afval straks mogelijk kunnen bijdragen tot een oplossing voor zowel het watertekort als de plastic afvalberg…

Jan Fockedey sloeg een unieke dubbelslag: hij won met zijn scriptie zowel de Vlaamse Scriptieprijs (t.w.v. 2.500 euro) als de Agoriaprijs (t.w.v. 500 euro en een masterclass bij Vlerick Business School).Zijn werk werd belicht in Metro en in De Afspraak op VRT.

Raadpleeg Jan Fockedeys scriptie via scriptiebank.be/membranen en bekijk een videoportret op bit.ly/janfockedey

Promotor: prof. dr. ir. Bart Van der Bruggen

– ADVERTORIAL –

Oproep voor meer vrouwen in STEM-opleidingen, voor de Agoriaprijs en in de technologische sector!

Agoria Vlaanderen riep enkele jaren geleden de Technologie-barometer in het leven om zo nauwgezet de nieuwe instroom in STEM-richtingen in het hoger onderwijs te monitoren. STEM is het, intussen alombekende, acroniem voor Science, Technology, Enge-neering en Mathematics. Het gaat over bachelors technologie en ICT, industrieel ingenieurs, burgerlijk ingenieurs en masters informatica, profielen die voor onze sector van zeer groot belang zijn. Dankzij de stijgende aandacht voor STEM, ook door onze sector via het organ-iseren van leuke doe-activiteiten voor kinderen en jongeren, nam ook het aantal inschrijvingen toe. In het vorige academiejaar steg-en we van 8.151 nieuwe inschrijvingen naar 8.545 dit academiejaar waarvan bijna 1.000 jonge vrouwen.

Uiteraard zijn we blij met die resultaten, maar het is niet genoeg! Jaarlijks zijn er zo’n 9.000 nieuwe studenten nodig in de STEM-richt-ingen, dus we blijven met tekorten kampen. Bovendien tekenen we in de academische STEM-opleidingen een verlies op van 3 à 5%. Daarom willen we jongens, maar zeker ook meisjes, aanmoedigen om te kiezen voor STEM en daarbij is een andere aanpak meer dan

nodig! Samen met de hogescholen en universiteiten moeten we een actiever marketingbeleid voeren met een vrou-wvriendelijker taalgebruik. Uit het Stem/Stemster-project van de UAntwerpen blijkt immers dat met een aantal eenvoud-ige communicatietechnieken STEM-boodschappen veel beter aanslaan bij meisjes.

Vooral de academische STEM-opleidingen hebben nood aan een specifieke sensibiliseringscampagne waarbij de toekom-stmogelijkheden van de opleidingen veel duidelijker zichtbaar worden gemaakt. Daarom hecht Agoria Vlaanderen ook zoveel belang aan het in contact brengen van jongeren met bedrijven via bezoeken, interdisciplinaire projecten, stages en op termijn ook duaal leren, zowel in het secundair als in het hoger onderwijs. Om diezelfde reden triggert Agoria jonge mensen ook om deel te nemen aan de Agoriaprijs, onze deelprijs voor technologische studies bij de Vlaamse Scriptieprijs. En dit jaar willen we een warme oproep doen aan vrouwen om zeker te participeren. Tot nu toe is er immers nog geen vrouwelijke winnaar geweest. Brengt de 9de editie daar verandering in?

Van trendwatchers leren we dat jongeren veel meer door waarden gedreven worden en graag meewerken aan innovatieve projecten die een positieve invloed op de wereld hebben. En laat nu dat een belangrijke troef van de technologische sector zijn! Het zoeken naar innovatieve oplossingen voor maatschappelijke thema’s zoals energie, milieu, mobiliteit, gezond-heidszorg, enz. is de core-business van onze bedrijven. Een uitdagende professionele loopbaan met een meerwaarde voor de samenleving behoort dus zeker tot de mogelijkheden!

www.agoria.be

Agoria wil creatief technologisch onderzoek van afstudeerders promoten en organiseert daartoe jaarlijks de Agoriaprijs.Alle info op www.scriptieprijs.be/agoriaprijs

Wilson De Pril, directeur-generaal Agoria Vlaanderen

Laureaat Jan Fockedey ©Gieljan Van Goethem

Page 6: De Vlaamse Scriptieprijs 2016 - tweede druk

DE VLAAMSE SCRIPTIEKRANT • Jaargang 4 • 20166

WIN EEN

REISMET JE

SCRIPTIE!

ALLE INFO OP WWW.SCRIPTIEPRIJS.BE/KLASSEPRIJS

WIN EEN

REIS MET JE

SCRIPTIE!

Alle info op www.scriptieprijs.be/klasseprijs

ONDERWIJS

Leerlingen die les krijgen van een leerkracht die veel complimenten

geeft, zullen minder snel roddelen en elkaar buitensluiten. Dat blijkt uit de

masterproef van schoolpsychologe Tessa Weyns (KU Leuven).

De speelplaats van de lagere school is de plek bij uitstek waar vriendschappen ont-staan. Maar helaas vormt het ook het toneel van zogenoemde ‘relationele agressie’ tussen kinderen. Denk aan roddelen, medeleerlingen uitsluiten en negeren. “Dit gedrag komt helaas vaak voor in lagere scholen en neemt toe met de leeftijd”, zo stelt Weyns. “Studies wijzen bo-vendien op langdurig negatieve effecten voor slachtoffers zoals eenzaamheid en depressie.” In haar scriptie focuste Weyns op het belang van de leerkrachten. “Leerkrachten hebben een belangrijke voorbeeldfunctie, maar ver-rassend genoeg werd hun rol in de ontwikke-ling van roddelen en buitensluiten bij kinderen tot heden amper onderzocht.”

Het gedrag van de leerkrachtIn Weyns haar onderzoek werden 30

klassen, met in totaal 570 leerlingen, van het tweede tot en met het vierde leerjaar gevolgd. In het begin van het tweede leerjaar bekeek ze hoe de leerkrachten met de leerlingen omgin-gen. Geeft de leerkracht veel complimenten? Steekt hij of zij zijn duim op als kinderen iets goed doen? Of geeft de leerkracht leerlingen vooral negatieve opmerkingen en boze blikken en dreigt hij of zij met straffen? Verder bevroeg

Gedrag leerkrachten speelt rol in sociaal gedrag leerlingen

ze de leerkrachten en leerlingen op vijf mo-menten tijdens die drie jaar over relationele agressie. Via statistische analyses bracht ze de evolutie van de relationele agressie en de rol van het leerkrachtgedrag in kaart.

VoorbeeldfunctieDe resultaten zijn opvallend. De mate waarin kinderen roddelen en elkaar buitensluiten nam ook bij de Vlaamse leerlingen toe naarmate ze ouder werden. Opmerkelijk is dat de manier waarop de leerkracht van het tweede leerjaar zich in de klas gedroeg een duidelijk effect had. Weyns: “We merkten dat als leerlingen in de klas zitten bij een leerkracht die hen veel prijst,

de ontwikkeling van relationele agressie ver-traagt. Wanneer leerkrachten veel negatieve opmerkingen maken, worden kinderen sneller relationeel agressief. Een mogelijke verklaring is de voorbeeldfunctie van leerkrachten. Als

“Talenkennis bij allochtonen is gedeelde verantwoordelijkheid”

Allochtone jongeren die het Frans en het Nederlands onvoldoende beheersen,

worden te gemakkelijk met de vinger gewezen. Dat stelt master in de Taal- en

Letterkunde Lauranne Harnie (VUB).

“Een goede talenkennis opent deuren en is dus cruciaal voor allochtone jongeren om een plek te verwerven in de samenle-ving. Maar een taal leren vergt motivatie en de juiste attitude om er een inspanning voor te leveren”, stelt Harnie. Zij sprak voor haar masterproef in Vlaamse en Brusselse GO!-scholen met 90 allochtone leerlingen uit de tweede graad secundair onderwijs om zo zicht te krijgen op hun motivatie om het Frans en Nederlands te leren.

Kwestie van aanvaardingAls allochtonen de Belgische landstalen

niet kennen, dan ligt dat alleen aan zichzelf. Dat is wat vele autochtonen onterecht den-ken, stelt Harnie. “Mijn studie toont aan dat de realiteit veel complexer is: naast die eigen verantwoordelijkheid, spelen ook factoren als aanvaarding, racisme en de relatie met de leraar een grote rol. Zo zal een allochtoon die zich aanvaard voelt door zijn autochtone medemens sterker gemotiveerd zijn om zich in diens taal uit te drukken”, merkte Harnie op uit gesprekken met de jongeren. “Wanneer racisme de kop op steekt, smelt die motivatie vaak als sneeuw voor de zon.” Maar ook de leraar speelt een belangrijke rol in het leren van een taal. “Sommige jongeren vertelden me dat ze het Nederlands geen mooie taal vinden, maar doordat de leraar de lessen superleuk maakt, waren ze wel gemotiveerd om de taal te leren.” Hoe de leraar voor de klas staat heeft ook niet alleen een invloed op de taalmotivatie. Harnie: “Als leerlingen het gevoel hebben dat hun leraren gede-motiveerd voor de klas staan, haalt dat ook hun algemene leermotivatie naar beneden.”

Gedeelde verantwoordelijkheidMaar ook hoe leerlingen zelf tegenover

het Frans of het Nederlands als taal en vak staan beïnvloedt natuurlijk hun motivatie en attitude. “Je merkt wel dat de meeste tieners het belang van Nederlands en Frans besef-fen. De Nederlandse taal lijkt hen absoluut noodzakelijk om iets te bereiken in België, al beschouwen ze het Frans, door het internati-onale karakter van die taal, nuttiger dan het Nederlands. Leraren moeten het belang van de beide talen dus actief blijven illustreren”, adviseert Harnie. De onderzoekster pleit er verder ook voor om het spreken van een vreemde taal op de speelplaats toe te laten. “In Brusselse scholen kan dit al, maar in de Vlaamse scholen is dat helaas vaak verbo-den.” Nochtans blijkt die taalvrijheid een positief effect blijkt te hebben op het welbe-vinden van de leerlingen op school en zo ook op hun taalmotivatie. “Door de complexiteit van de motivatieproblematiek van allochto-ne jongeren te negeren, wordt nodeloos veel talent verspild”, besluit Harnie. Zij hoopt met haar werk mensen, en leerkrachten in het bijzonder, te sensibiliseren. “Een goede talenkennis bij allochtonen is immers een gedeelde verantwoordelijkheid.”

Lauranne Harnie won met haar scriptie de Klasseprijs voor de beste onderwijsscriptie, goed voor een reischeque van 500 euro en aandacht voor haar werk in Klasse-magazine.

Dit artikel verscheen in Metro.

Ontdek haar scriptie viascriptiebank.be/talenkennis

Promotor: prof. dr. Piet Van de Craen

“Leerkrachten geven zeven tot acht keer meer negatieve

opmerkingen dan complimenten aan hun leerlingen.”

zij leerlingen positief benaderen, krijgen die het signaal dat dit een goede manier is om anderen te behandelen. Door zich negatief te gedragen, geven ze leerlingen de indruk dat dit een gepaste manier is om met anderen om te gaan.” Een andere opmerkelijke bevin-ding is dat leerkrachten gemiddeld zeven tot acht keer meer negatieve opmerkingen dan complimenten geven aan hun leerlingen. Weyns: “De studie biedt goed en slecht nieuws. Het slechte nieuws is dat leerlingen geduren-de de lagere school steeds meer roddelen en elkaar buitensluiten. Het goede nieuws is dat het gedrag van leerkrachten tegenover leerlin-gen deze toename kan bufferen. We kunnen dus concrete stappen zetten om relationele agressie bij kinderen te verminderen. Het is belangrijk dat leerkrachten zich meer bewust worden van de invloed die zij onbedoeld uit-oefenen op de sociale relaties van kinderen.”

Tessa Weyns was genomineerd voor de Klasseprijs 2015.Dit artikel verscheen in Metro.

Lees deze scriptie viascriptiebank.be/leerkrachtgedrag

Promotoren prof dr. Karine Verschueren & prof. dr. Hilde Colpin

Page 7: De Vlaamse Scriptieprijs 2016 - tweede druk

DE VLAAMSE SCRIPTIEKRANT • Jaargang 4 • 2016 7

GE ZONDHEID

Liefst 75% van de Vlaamse apothekers geeft aan dagelijks geneesmiddelen

tekort te hebben waardoor ze patiënten onvoldoende kunnen

helpen. Dat blijkt uit de masterproef van Eline Moors (UAntwerpen).

Stel je voor dat je dringend medicatie nodig hebt. Je gaat met een voorschrift naar de apotheker, maar daar is het geneesmid-del uitgeput. Het klinkt surreëel, maar dit overkomt dagelijks meerdere patiënten. “Het kan hierbij gaan om een geneesmiddel tegen kanker, maar ook medicijnen tegen depressie, hoge bloeddruk of diabetes”, stelt master in de farmacie Eline Moors. “Het pro-bleem bestaat al langer, maar nam de laat-ste jaren sterk toe. Apothekers trekken aan de alarmbel omdat het zo niet verder kan.”

Lucratieve handelDe tekorten ontstaan doordat er al eens

iets fout loopt tijdens de productie waar-door geneesmiddelen niet voldoen aan de hoge kwaliteitseisen. Die productieloten worden dan afgekeurd waardoor het genees-middel tijdelijk niet beschikbaar is. Moors: “Daarnaast zorgt ook de wetgeving rond de geneesmiddelprijzen voor problemen. Elke Europese lidstaat bepaalt autonoom haar geneesmiddelprijzen waardoor er prijsver-schillen zijn. Door het vrij verkeer van goe-deren in Europa ontstaat zo een lucratieve handel. Geneesmiddelen van goedkopere landen, zoals België, worden ergens in de distributieketen doorverkocht aan duurde-re landen in plaats van in eigen land over de toonbank te gaan.” Bovendien trekken steeds meer farmaceutische firma’s uit België weg naar landen waar meer winst te rapen valt waardoor bepaalde geneesmiddelen defini-tief van de onze markt verdwijnen. In juni 2015 stelde minister van Volksgezondheid Maggie De Block dat er gemiddeld 42 ge-neesmiddelen per maand ontbreken. Een zware onderschatting van de realiteit vol-gens Moors. “Sinds 2014 heeft het Federaal

Apothekers kampen met geneesmiddelentekorten

Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten een centraal meld-punt waar firma’s tekorten moeten melden. Daaruit blijkt dat er gemiddeld meer dan 200 geneesmiddelen per maand ontbreken.”

Uren zoeken naar oplossingenUit de studie van Moors blijkt dat meer

dan de helft van de apothekers 1 à 5 uur per week spendeert aan het oplossen van tekor-ten. “Ze contacteren groothandels en colle-ga’s om het geneesmiddel of een generieke variant vast te krijgen, gaan na of ze het in het buitenland kunnen bestellen en of ze het eventueel zelf magistraal kunnen bereiden.” Helaas kunnen niet alle tekorten opgelost worden. Bijna 80% van de 268 ondervraag-de apothekers heeft ervaring met een te-kort waarbij er geen goede of evenwaardige oplossing kon gevonden worden. Patiënten moesten hun therapie uitstellen of volledig stoppen met soms ernstige gevolgen. “Sinds 2005 werden er meer dan 20 parlementaire vragen gesteld over het probleem en toch lijkt de situatie alleen maar erger te worden. Het is hoog tijd dat de bevoegde instanties structurele veranderingen doorvoeren in het belang van de volksgezondheid”, besluit Moors.

Eline Moors kreeg een nominatie voor de Vlaamse Scriptieprijs, goed voor 250 euro, voor haar werk.

Dit artikel verscheen in Metro. Haar werk kreeg verder aandacht bij ATV en in Het Nieuwsblad.

Raadpleeg haar scriptie viabit.ly/geneesmiddelentekorten en bekijkeen videoportret op bit.ly/elinemoors

Promotor: prof. dr. Ingrid De Meester

Diabetes? Knip een vingernagel!NIEUWE TECHNIEK KAN SUIKERZIEKTE DETECTEREN VIA VINGERNAGELS

Wordt de diagnose van diabetes binnenkort kinderspel? Aan de UGent

stellen artsen en apothekers een methode op punt om suikerziekte op te sporen via

vingernagelfragmenten.

Diabetes opsporen gebeurt momenteel via de analyse van een bloedstaal in een la-boratorium. “In ontwikkelingslanden, waar de ziekte de laatste jaren sterk in opmars is, is die methode moeilijk”, stelt master in de Farmaceutische wetenschappen Thijs Van de Vyver. “Er zijn te weinig laboratoria, ter-wijl bloedstalen slechts beperkt houdbaar zijn.” In zijn scriptie onder leiding van pro-fessor Joris Delanghe werd een nieuwe test ontwikkeld waarmee diabetes op basis van vingernagels en infraroodspectroscopie ter plaatste kan worden opgespoord. Alle beno-digdheden passen in een gewone auto.

Glycatie “Het sleutelwoord bij suikerziekte is gly-

catie”, verklaart Van de Vyver. “Dat is een natuurlijk proces waarbij suikermoleculen zich gaan binden aan eiwitten, wat schade veroorzaakt en op lange termijn voor de ge-kende problemen zorgt zoals een diabetische voet of blindheid. De huidige testen kijken naar het optreden van glycatie in het bloed, maar het proces doet zich ook voor bij de keratine-eiwitten die in onze vingernagels

zitten.” Dus maakte Van de Vyver werk van een test die de glycatie in vingernagels meet. “Om een vingernagel te knippen is, in te-genstelling tot het afnemen van bloed, geen getraind medisch personeel nodig. Maar om praktisch inzetbaar te zijn in ontwik-kelingslanden moesten we ook zoeken naar een goedkope techniek om de glycatie aan te tonen.” Daarvoor wendde Van de Vyver zich tot infraroodspectroscopie.

406 proefpersonenVan de Vyver vroeg aan 109 diabetici en

297 gezonde personen om hun vingernagels te knippen. Die stukjes vermaalde hij tot poeder voor analyse met een infraroodspectrofoto-meter, een toestel dat door het opnemen van een infraroodspectrum de glycatie van eiwit-ten in het nagelpoeder kan meten. Zo merkte

Van de Vyver dat de glycatiegraad bij de diabetici veel hoger lag dan bij de controlegroep. De techniek blijkt dus zeer geschikt om een onderscheid te maken tussen dia-betici en niet-dia-betici. Van de Vyver: “Ook nadat het vin-gernagelpoeder één maand op kamer-temperatuur werd bewaard, bleek de techniek nog steeds accuraat. Dat is ondenkbaar bij bloedstalen.”

Dromen van een luciferdoosjeVan de Vyver testte de techniek enkel in

een laboratorium, maar is ervan overtuigd dat de test ook buiten het lab werkt. Om dat na te gaan worden momenteel experimenten in Congo uitgevoerd. “De ultieme stap is de ontwikkeling van een infraroodspectrofo-tometer ter grootte van een luciferdoosje die rechtstreeks op de vinger komt en de diag-nose -zonder de nagel te moeten knippen en vermalen- kan stellen“, besluit Van de Vyver.

“Bloed afnemen moet door een dokter of

verpleegkundige gebeuren. Een vingernagel knippen

kan iedereen.” Thijs van de Vyver won de Eos-prijs 2015. Hij kreeg een iPad en zag een artikel over zijn werk in Eos Magazine verschijnen.Zijn werk werd verder ook belicht in Metro, De Standaard, Het Laatste Nieuws, Het Nieuwsblad Knack en op het VTM Nieuws.

Ontdek zijn scriptie op scriptiebank.be/diabetesdetectie

Contacteer SOAPBOXER [email protected]/49.84.69

de Vlaamse Scr ipt ieKrant - JAARGANG 3 - 20152

BINNENLAND //////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////EDITORIAAL

Ook in jouw scriptie zit er nieuws!

Elk jaar kost het duizenden laatstejaars bloed, zweet en tranen om hun bachelor- of masterproef te schrijven. Vaak verdwijnen die werken in een stoffige kast om nooit meer gelezen te worden. De Vlaamse Scriptieprijs wil sterke scripties van dat droevige lot red-den. Want elk goed onderzoek verdient een breder publiek!

Scriptie vzw gaat via de Vlaamse Scriptieprijs jaarlijks op zoek naar boeiende scripties die in Vlaanderen zijn geschreven. Daar hebben we, samen met onze partners EOS (deelprijs voor exacte wetenschappen), Agoria (deelprijs voor technologische wetenschappen) en Klasse (deel-prijs voor onderwijs) mooie prij-zen voor veil: geldsommen van €250 tot €2.500, een reischeque, een iPad, een masterclass aan de vermaarde Vlerick Business School, ...

Maar wat belangrijker is: we promoten de deelnemende scrip-ties bij de media en uitgevers. In 2014 verschenen zo ‘n 100 artikels over scripties in de Vlaamse pers. In deze Scriptiekrant vind je een kleine selectie van scripties die het voorbije jaar de pers haalden. (De overige artikels vind je opissuu.com/vlaamsescriptieprijs).

Aan jou de keuze: belandt jouw scriptie straks in de kast of in de krant? Alle info over de Vlaamse Scriptieprijs 2015 vind je op pagina 12.

Veel leesplezier!

Arnaud Zonderman,Coördinator Scriptie vzw

“Haal geslacht en woonplaats van de identiteitskaart”

Ons Burgerlijk Wetboek stamt uit de tijd van Napoleon, die het in 1804 liet optekenen. Meer dan 200 jaar later prijken nog steeds de noties geslacht en woonplaats op de identiteitskaart. “Die begrippen zijn sindsdien enorm veranderd. Hoog tijd om ze uit het wetboek te schrappen”, zo pleit Alexandra Vanvooren, master in de rechten (UGent).

Het recht wijst ons bij de geboorte bepaalde kenmerken toe, zoals

een naam, geslacht en woonplaats. Al die elementen bepalen onze juridische identiteit en die identiteit bepaalt dan weer welke rechten en plichten op ons van toepassing zullen zijn. Maar het belang van het ‘geslacht’ is vandaag ach-terhaald, zo argumenteert Vanvooren.

"Als we het onderscheid tussen man en vrouw willen

wegwerken, waarom schrappen we het begrip ‘geslacht’ dan

niet uit ons recht?"

“Vroeger werd er een belangrijk onderscheid gemaakt tussen man-nen en vrouwen. Toen ons wetboek in 1804 werd opgetekend was dat logisch, omdat vrouwen veel minder rechten hadden dan mannen. Vandaag streven we in onze samenleving naar gender-gelijkheid, waarbij we geen onderscheid meer willen maken tussen mannen en vrouwen: waarom halen we het ge-slacht dan niet gewoon uit het Burgelijk Wetboek (BW)?” Op die manier zou het BW volgens Vanvooren ook veel beter kunnen inspelen op de huidige gende-revoluties. “Transgenders, meemoeders, homoseksuele koppels die kinderen adopteren… het zijn allemaal nieuwe realiteiten waar het recht op moet rea-geren en anticiperen..” Doordat het BW nog steeds vanuit die binaire opdeling man/vrouw vertrekt, kan het geen pas-send antwoord bieden op die evoluties meent Vanvooren. “Wanneer de wetge-ver vandaag op die evoluties reageert, vertrekt die van stap 2: hij raakt niet aan die man/vrouw-instelling. We bouwen

rond die instelling constructies, maar er dus is een veel eenvoudigere oplos-sing mogelijk: de notie “geslacht” uit het wetboek halen en zo een genderneutraal recht creëren.”

Geen voordeur meer nodig Ook de woonplaats speelt al lang

niet meer dezelfde rol als in 1804 stelt Vanvooren. “De woonplaats wordt be-paald met als doel een plaats te hebben waar het recht je kan terugvinden. Ten tijde van Napoleon werkte dat. De situ-atie was toen heel eenvoudig: mensen woonden met het hele gezin samen op één adres, hadden daar al hun bezittin-gen en beoefenden er ook vaak hun pro-fessionele belangen. Maar vandaag zien we dat mensen veel mobieler zijn en dat hun belangen meer verspreid zijn. Mensen zijn tegenwoordig vaak sneller online terug te vinden dan op een fysiek adres.” Om die reden pleit Vanvooren ervoor om dat fysieke adres te vervangen door een vindbaarheid in de cloud. ‘We

hebben heus geen voordeur meer nodig om iemand terug te vinden. We kunnen mensen vindbaar maken via een online account achter een login. Daar zit de toekomst voor het recht.” Het is een erg gedurfd en vooruitstrevend pleidooi, dat beseft Vanvooren. Maar dat vormt voor haar geen struikelblok: “Zoals het recht niet mag achterlopen op de maat-schappij, mag het ook niet twijfelen om voor te zijn op de geesten.”

} Alexandra Vanvooren sleepte met haar scriptie de Vlaamse Scriptieprijs 2014 en de bijhorende 2.500 euro in de wacht.

} Haar werk werd o.a. belicht inDe Standaard, Metro, De Juristenkrant en op Radio 1.

} Raadpleeg Alexandra Vanvoorens scriptie op scriptiebank.be/burgerwetboek en bekijk een filmpje over haar werk opbit.ly/alexandravanvooren Promotor: prof. dr. Gerd Verschelden

Seks, alcohol en tabak in de gevangenisWie naar de gevangenis moet, wordt beroofd van zijn vrijheid, maar niet van zijn rechten. In haar masterproef ging juriste Mirte Smets (KU Leuven) na of gedetineerden in Belgische gevangenissen recht –kunnen- hebben op alcohol, tabak, seks en ongezonde voeding.

Een gevangenisstraf beperkt de vrijheid van komen en gaan, maar

de levensomstandigheden in de gevan-genis moeten zo veel mogelijk overeen-stemmen met de levensomstandighe-den in onze vrije samenleving. Dat is de kern van het normaliseringsbeginsel dat in de Belgische Basiswet van het gevan-geniswezen is opgenomen. “Het doel van dit beginsel is om de psychologische

schade die gedetineerden tijdens én na hun detentie oplopen te beperken, om zo hun kansen op re-integratie in de samenleving niet te hypothekeren”, zo verklaart Smets. In het licht van dat beginsel moeten immorele of ongezonde legale acti-viteiten, die in de buiten-wereld zijn toegestaan, dus ook voor gedetineerden in de gevangenis mogelijk zijn. “Maar uiteraard zijn er

in een gevangenis, waar veiligheid pri-meert, grenzen aan die normalisering.” Smets ging na in welke mate gedeti-neerden in onze Belgische gevangenis-sen recht hebben op vier immorele of ongezonde activiteiten: het bezoek van prostituees, alchohol- en tabakgebruik en het eten van ongezonde voeding. Ze bekeek ook steeds wat haalbaar is in functie van de veiligheid.

Opening in alcoholverbodGedetineerden met een partner heb-

ben het recht om die één keer per maand gedurende twee uur in een privé-kamer te ontvangen om te vrijen. Voor wie geen partner heeft, stelt Smets dat het bezoek van een prostituee mogelijk moet zijn, mits strenge voorwaarden.

"Eén alcoholconsumptie bij het middagmaal is haalbaar"

“Zo komen gedetineerden die een sek-sueel misdrijf pleegden niet in aanmer-king en moeten er heel wat regels inzake hygiene en veiligheid worden gevolgd.” De vele voorwaarden doen Smets besef-fen dat het voor het gevangenisbestuur moeilijk wordt om deze praktijk te re-gelen. De juriste ziet wel een opening in het huidige alcoholverbod dat in de gevangenissen heerst. Volgens Smets is één alcoholconsumptie bij het middag-maal haalbaar, zonder dat aan veiligheid

wordt ingeboet. “Rond tabak is er reeds een goede regeling uitgewerkt: roken in individuele cellen en in de buiten-lucht is toegestaan. Ook wat ongezonde voeding betreft hebben gedetineerden reeds de keuze om dit aan te kopen via de kantinelijst.” Toch ijvert Smets om gedetineerden ook één keer per week hun eigen maaltijd te laten bereiden. Ze formuleert in haar studie suggesties om het recht op alcohol, tabak en ongezon-de voeding in de Basiswet op te nemen. “We hebben er als samenleving belang bij te streven naar een beter psycholo-gisch welzijn van onze gedetineerden, zonder dat daarbij de veiligheid op spel wordt gezet", zo concludeert Smets.

} Dit artikel verscheen in Metro.

} Ontdek de scriptie van Mirte Smets opscriptiebank.be/normaliseringsbeginselPromotor: prof.dr. Frank Verbruggen

de Vlaamse Scr ipt ieKrant - JAARGANG 3 - 2015

//////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

“Haal geslacht en woonplaats van de identiteitskaart”Ons Burgerlijk Wetboek stamt uit de tijd van Napoleon, die het in 1804 liet optekenen. Meer dan 200 jaar later prijken

nog steeds de noties geslacht en woonplaats op de identiteitskaart. “Die begrippen zijn sindsdien enorm veranderd. Hoog tijd om ze uit het wetboek te schrappen”, zo pleit Alexandra Vanvooren, master in de rechten (UGent).

rond die instelling constructies, maar er dus is een veel eenvoudigere oplos-sing mogelijk: de notie “geslacht” uit het wetboek halen en zo een genderneutraal

Geen voordeur meer nodig Ook de woonplaats speelt al lang

niet meer dezelfde rol als in 1804 stelt Vanvooren. “De woonplaats wordt be-paald met als doel een plaats te hebben waar het recht je kan terugvinden. Ten tijde van Napoleon werkte dat. De situ-atie was toen heel eenvoudig: mensen woonden met het hele gezin samen op één adres, hadden daar al hun bezittin-gen en beoefenden er ook vaak hun pro-fessionele belangen. Maar vandaag zien we dat mensen veel mobieler zijn en dat hun belangen meer verspreid zijn. Mensen zijn tegenwoordig vaak sneller online terug te vinden dan op een fysiek adres.” Om die reden pleit Vanvooren ervoor om dat fysieke adres te vervangen door een vindbaarheid in de cloud. ‘We

hebben heus geen voordeur meer nodig om iemand terug te vinden. We kunnen mensen vindbaar maken via een online account achter een login. Daar zit de toekomst voor het recht.” Het is een erg gedurfd en vooruitstrevend pleidooi, dat beseft Vanvooren. Maar dat vormt voor haar geen struikelblok: “Zoals het recht niet mag achterlopen op de maat-schappij, mag het ook niet twijfelen om voor te zijn op de geesten.”

} Alexandra Vanvooren sleepte met haar scriptie de Vlaamse Scriptieprijs 2014 en de bijhorende 2.500 euro in de wacht.

} Haar werk werd o.a. belicht inDe Standaard, Metro, De Juristenkrant en op Radio 1.

} Raadpleeg Alexandra Vanvoorens scriptie op scriptiebank.be/burgerwetboek en bekijk een filmpje over haar werk opbit.ly/alexandravanvoorenPromotor: prof. dr. Gerd Verschelden

Seks, alcohol en tabak in de gevangenisWie naar de gevangenis moet, wordt beroofd van zijn vrijheid, maar niet van zijn rechten. In haar masterproef ging juriste Mirte Smets (KU Leuven) na of gedetineerden in Belgische gevangenissen recht –kunnen- hebben op alcohol, tabak, seks en ongezonde voeding.

Opening in alcoholverbodGedetineerden met een partner heb-

ben het recht om die één keer per maand gedurende twee uur in een privé-kamer te ontvangen om te vrijen. Voor wie geen partner heeft, stelt Smets dat het bezoek van een prostituee mogelijk moet zijn, mits strenge voorwaarden.

"Eén alcoholconsumptie bij het middagmaal is haalbaar"

“Zo komen gedetineerden die een sek-sueel misdrijf pleegden niet in aanmer-king en moeten er heel wat regels inzake hygiene en veiligheid worden gevolgd.” De vele voorwaarden doen Smets besef-De vele voorwaarden doen Smets besef-De vele voorwaarden doen Smets beseffen dat het voor het gevangenisbestuur moeilijk wordt om deze praktijk te re-gelen. De juriste ziet wel een opening in het huidige alcoholverbod dat in de gevangenissen heerst. Volgens Smets is één alcoholconsumptie bij het middag-maal haalbaar, zonder dat aan veiligheid

wordt ingeboet. “Rond tabak is er reeds een goede regeling uitgewerkt: roken in individuele cellen en in de buiten-lucht is toegestaan. Ook wat ongezonde voeding betreft hebben gedetineerden reeds de keuze om dit aan te kopen via de kantinelijst.” Toch ijvert Smets om gedetineerden ook één keer per week hun eigen maaltijd te laten bereiden. Ze formuleert in haar studie suggesties om het recht op alcohol, tabak en ongezon-de voeding in de Basiswet op te nemen. “We hebben er als samenleving belang bij te streven naar een beter psycholo-gisch welzijn van onze gedetineerden, zonder dat daarbij de veiligheid op spel wordt gezet", zo concludeert Smets.

} Dit artikel verscheen in Metro.

} Ontdek de scriptie van Mirte Smets opscriptiebank.be/normaliseringsbeginselPromotor: prof.dr. Frank Verbruggen

JAARGANG 3 - 2015 / www.scriptieprijs.be VU: Scriptie vzw - Rozenweg 4b - 1731 Zellik/////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

Share your knowledge

COLOFON

De Vlaamse Scriptiekrant is een uit-gave van Scriptie vzw. Scriptie heeft als missie wetenschap, techniek en innovatie dichter bij het grote publiek te brengen en het werk van jong on-derzoekstalent meer bekendheid te geven.

TEKSTEN: Arnaud Zonderman – Deelnemende studentenVORMGEVING: Anne Van HootegemVERANTWOORDELIJKE UITGEVER:Arnaud Zonderman

Scriptie vzwRozenweg 4b – 1731 ZellikT 02 463 59 20info@scriptieprijs.bewww.scriptieprijs.bewww.scriptieprijs2014-18.bewww.scriptiebank.be facebook.com/scriptieprijs twitter.com/scriptievzw

Niet alle redders kunnendrenkeling reanimeren

Er schort heel wat aan de reanimatievaardigheden van Vlaamse zwembad- en vijverredders. Dat bewijst de scriptie van Gilles Schouppe, master in de Bewegingswetenschappen (KU Leuven). Uit de studie blijkt dat jonge, pas afgestudeerde redders beter reanimeren dan oude, meer ervaren redders. Dat komt omdat veel redders na de opleiding niet meer oefenen op reanimatie.

De studie peilde naar de reani-matievaardigheden bij 616

Vlaamse Hoger Redders (zwembad- en vijverredders). Daaruit bleek dat de ge-middelde redder bij de reanimatie van een drenkeling slechts 66,5% scoort op reanimatieproeven. Jonge, pas afgestu-deerde en onervaren redders scoren daarbij beter dan professionele Hoger

Redders die elke dag aan het zwembad staan. Redders die hun reanimatie-vaardigheden regelmatig oefenen be-halen ook een betere score.

"Ruim 1 op 5 redders oefent na de opleiding niet meer op reanimatie, waardoor ze de

vaardigheden verliezen"

Maar daar knelt het schoentje: ruim 71% van de redders geeft aan na de opleiding niet meer op de reanimatie geoefend te hebben, terwijl eerder on-derzoek reeds aantoonde dat de reani-matievaardigheden er al na twee we-ken zonder oefenen op achteruitgaan. Na één jaar kan dat al herleid zijn tot het beginnersniveau.

Bijscholing is te vrijblijvendVeel heeft te maken met de bijscho-

ling: volgens de VLAREM II-wetgeving

SEKS, TABAK EN ALCOHOL IN DE GEVANGENIS

Ook gedetineerden hebbenrecht op "immorele" activiteiten

Lees meer op pagina 2

NOOIT MEER VERDWALEN IN DE METRO

dankzij de scriptie vanThomas Stockx

Lees meer op pagina 7

SPEEL JE SCRIPTIE UIT ! DOE MEE AAN DE

VLAAMSE SCRIPTIEPRIJSMaak kans op €2.500 en/of persaandacht voor je werk

Lees meer op pagina 12

GRUWELBEELDENUIT WOI

Ook 100 jaar geleden haalden gruwelfoto’s de krant

Lees meer op pagina 5

MAARTEN VANGRAMBEREN (SPORZA) OVER ZIJN SCRIPTIE

“Ik heb mijn scriptienooit meer herlezen.Ergens heb ik daar

schrik voor.”Lees meer op pagina 11

© VR

T BM

USS

is een jaarlijkse bijscholing voor red-ders verplicht. Maar van de redders wordt enkel een “actieve houding” gevraagd op elk onderdeel van de bijscholing. De vaardigheden worden niet meer getest. Ook de omkadering tijdens de bijscholing kan beter: zo blijkt het nodige materiaal niet altijd aanwezig te zijn en vinden bijscholin-gen vaak plaats in lawaaierige zwemba-den wat de kwaliteit van de vormingen ondermijnt.

} De scriptie van Gilles Schouppe werd belicht in het VTM-Nieuws & het VRT-Journaal en haalde ook De Morgen, Het Laatste Nieuws, De Standaard Online, deredactie.be en De Ochtend (Radio 1).

} Ontdek de scriptie van Gilles opscriptiebank.be/reddersPromotor: dr. Peter Iserbyt

JAARGANG 3 - 2015 / www.scriptieprijs.be VU: Scriptie vzw - Rozenweg 4b - 1731 Zellik/////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

Share your knowledge

COLOFON

De Vlaamse Scriptiekrant is een uit-gave van Scriptie vzw. Scriptie heeft als missie wetenschap, techniek en innovatie dichter bij het grote publiek te brengen en het werk van jong on-derzoekstalent meer bekendheid te geven.

TEKSTEN: Arnaud Zonderman – Deelnemende studentenVORMGEVING: Anne Van HootegemVERANTWOORDELIJKE UITGEVER:Arnaud Zonderman

Scriptie vzwRozenweg 4b – 1731 ZellikT 02 463 59 20info@scriptieprijs.bewww.scriptieprijs.bewww.scriptieprijs2014-18.bewww.scriptiebank.be facebook.com/scriptieprijs twitter.com/scriptievzw

Niet alle redders kunnendrenkeling reanimerenEr schort heel wat aan de reanimatievaardigheden van Vlaamse zwembad- en vijverredders. Dat bewijst de

scriptie van Gilles Schouppe, master in de Bewegingswetenschappen (KU Leuven). Uit de studie blijkt dat jonge, pas afgestudeerde redders beter reanimeren dan oude, meer ervaren redders. Dat komt omdat veel redders na de opleiding niet meer oefenen op reanimatie.

De studie peilde naar de reani-matievaardigheden bij 616

Vlaamse Hoger Redders (zwembad- en vijverredders). Daaruit bleek dat de ge-middelde redder bij de reanimatie van een drenkeling slechts 66,5% scoort op reanimatieproeven. Jonge, pas afgestu-deerde en onervaren redders scoren daarbij beter dan professionele Hoger

Redders die elke dag aan het zwembad staan. Redders die hun reanimatie-vaardigheden regelmatig oefenen be-halen ook een betere score.

"Ruim 1 op 5 redders oefent na de opleiding niet meer op reanimatie, waardoor ze de

vaardigheden verliezen"

Maar daar knelt het schoentje: ruim 71% van de redders geeft aan na de opleiding niet meer op de reanimatie geoefend te hebben, terwijl eerder on-derzoek reeds aantoonde dat de reani-matievaardigheden er al na twee we-ken zonder oefenen op achteruitgaan. Na één jaar kan dat al herleid zijn tot het beginnersniveau.

Bijscholing is te vrijblijvendVeel heeft te maken met de bijscho-

ling: volgens de VLAREM II-wetgeving

SEKS, TABAK EN ALCOHOL IN DE GEVANGENIS

Ook gedetineerden hebbenrecht op "immorele" activiteiten

Ook gedetineerden hebbenrecht op "immorele" activiteiten

Ook gedetineerden hebben

Lees meer op pagina 2

NOOIT MEER VERDWALEN IN DE METRO

dankzij de scriptie vanThomas Stockx

dankzij de scriptie vanThomas Stockx

dankzij de scriptie van

Lees meer op pagina 7

SPEEL JE SCRIPTIE UIT !DOE MEE AAN DE

VLAAMSE SCRIPTIEPRIJSMaak kans op €2.500 en/of persaandacht voor je werkMaak kans op €2.500 en/of persaandacht voor je werkMaak kans op €2.500 en/of

Lees meer op pagina 12

GRUWELBEELDENUIT WOI

Ook 100 jaar geleden haalden gruwelfoto’s de krant

Ook 100 jaar geleden haalden gruwelfoto’s de krant

Ook 100 jaar geleden haalden

Lees meer op pagina 5

MAARTEN VANGRAMBEREN (SPORZA) OVER ZIJN SCRIPTIE

“Ik heb mijn scriptienooit meer herlezen.“Ik heb mijn scriptienooit meer herlezen.“Ik heb mijn scriptie

Ergens heb ik daarschrik voor.”

Ergens heb ik daarschrik voor.”

Ergens heb ik daar

Lees meer op pagina 11 © VRT BMUSS

is een jaarlijkse bijscholing voor red-ders verplicht. Maar van de redders wordt enkel een “actieve houding” gevraagd op elk onderdeel van de bijscholing. De vaardigheden worden niet meer getest. Ook de omkadering tijdens de bijscholing kan beter: zo blijkt het nodige materiaal niet altijd aanwezig te zijn en vinden bijscholin-gen vaak plaats in lawaaierige zwemba-den wat de kwaliteit van de vormingen ondermijnt.

} De scriptie van Gilles Schouppe werd belicht in het VTM-Nieuws & het VRT-Journaal en haalde ook De Morgen, Het Laatste Nieuws, De Standaard Online, deredactie.be en De Ochtend (Radio 1).

} Ontdek de scriptie van Gilles opscriptiebank.be/reddersPromotor: dr. Peter Iserbyt

DOELGERICHTADVERTEREN SCRIPTIEKRANT

SCRIPTIEBANK.BE ?IN DE

OF OP

Page 8: De Vlaamse Scriptieprijs 2016 - tweede druk

DE VLAAMSE SCRIPTIEKRANT • Jaargang 4 • 20168

COLOFON

• • •De Vlaamse Scriptiekrant is een uitgave van Scriptie vzw. Scriptie heeft als

missie wetenschap, techniek en innovatie dichter bij het grote publiek te brengen en het werk van jong onderzoekstalent meer bekendheid te geven.

TEKSTEN: Arnaud Zonderman en deelnemende studentenVORMGEVING: Anne Van Hootegem · grase.be

VERANTWOORDELIJKE UITGEVER: Arnaud Zonderman · Rozenweg 4b · 1731 Zellik

De Vlaamse Scriptieprijs wordt ondersteund binnen het Actieplan Wetenschapsinformatie, een initiatief van de Vlaamse Overheid.

Doe mee aan de Vlaamse Scriptieprijs !

Bijna afgestudeerd en je bachelor/masterproef afgewerkt? Laat jij het resultaat van dat harde werk ook liever niet in de kast liggen? Stuur je scriptie samen met

een vlot leesbaar artikel (max. 1.000 woorden) in via www.scriptieprijs.been maak kans op geldprijzen tot €2.500 en heel wat persaandacht.

Maakte je een eindwerk rond pedagogie, educatie, innovatie & technologie, of exacte wetenschappen, ding dan ook mee naar de Klasseprijs, de Agoriaprijs en de EOS-prijs. Je maakt kans op een reischeque, een

gloednieuwe iPad en de mooie geldsom van €500. Agoria stopt zelfs een opleiding aan de vermaarde Vlerick Business School in de prijzenpot!

Je ingestuurde scriptie komt bovendien in de online Vlaamse Scriptiebank terecht, een visitekaartje voor je beginnende carrière ! Dankzij z’n mediapartners

zorgt de Scriptieprijs ervoor dat jouw werk mogelijk ook de pers haalt.

De Vlaamse Scriptiebank is een gratis online kennisbank die ruim 3.500 scripties bevat. Dagelijks maken zo’n 500 mensen dankbaar gebruik

van de Scriptiebank voor research. Neem zelf een kijkje opwww.scriptiebank.be en bezorg er ook jouw scriptie een tweede leven !

Waarom deelnemen aan de Vlaamse Scriptieprijs?

k Doe de test:

Mijn harde werk verdient best een artikel in de krantV JA / V NEE

Ik ben wel te vinden voor geldprijzen van €250 tot €2.500 of een nieuwe iPad, een reischeque en een prestigieuze opleiding aan Vlerick

V JA / V NEE

Potentiële werkgevers kunnen, wanneer ze me googelen, beter op mijn scriptie op scriptiebank.be dan op m’n facebook-pagina terechtkomen

V JA / V NEE

“Winnaar / genomineerde van de Vlaamse Scriptieprijs” zou wel mooi staan op m’n LinkedIn-pagina

V JA / V NEE

Minstens eenmaal “Ja” geantwoord? Dan is de Vlaamse Scriptieprijs iets voor jou !

Hoe deelnemen aan de Vlaamse Scriptieprijs?

Schrijf een kort journalistiek artikel (max. 1.000 woorden; ca. één A4) over je scriptie en upload dit vòòr 3 oktober 2016

samen met je eindwerk op www.scriptieprijs.be

De uitreiking

Een prijs zonder uitreiking is als een scriptie zonder bronvermelding. De Vlaamse Scriptieprijs en de deelprijzen worden elk jaar op een prestigieus

event uitgereikt. Vorig jaar was het prachtige AMUZ in Antwerpen het toneel voor de uitreiking. Dit jaar vindt de uitreiking plaats op dinsdag 20 december in het Brusselse Stadhuis, dit in samenwerking met de

Vrije Universiteit Brussel. Stuur dus je scriptie in en save the date!

Volg de Vlaamse Scriptieprijs op facebook.com/scriptieprijs en twitter @scriptievzw

Win 2.500 euro met je scriptie!Maak ook kans op de AGORIA-, de EOS- of de KLASSE-prijs

Nood aan een afleiding? Vertrek op taalreis!

www.esl-taalreizen.comAntwerpen Wolstraat 29 t 03 206 22 65

CONTACTEER ONS