dnhk / vno-ncw / fme: duitslandagenda 2015-2017

7

Click here to load reader

Upload: aldo-lodder

Post on 06-Jul-2015

57 views

Category:

Business


1 download

DESCRIPTION

Naar een gestructureerd en goed ondersteund exportbeleid!

TRANSCRIPT

Page 1: DNHK / VNO-NCW / FME: Duitslandagenda 2015-2017

DUITSLANDAGENDA 2015-2017

Page 2: DNHK / VNO-NCW / FME: Duitslandagenda 2015-2017

Na jaren van stagnatie heeft de Nederlandse economie de weg naar boven weer gevonden. Dit is vooral te danken aan de toenemende export. Een op wereldwijde export gericht bedrijfsleven verhoogt de crisisbestendigheid van een land. Zie het voorbeeld van Duitsland, dat hier als grootste productie- en exportland van Europa ook de komende jaren van zal blijven profiteren. Iets waar Nederland door toelevering aan Duitsland indirect ook haar voordeel mee kan doen.

Uit de jaarlijkse enquête van FME onder haar leden blijkt steeds weer het overweldigende belang van Duitsland voor het Nederlandse bedrijfsleven. Bijna 75 procent van de bedrijven rekent Duitsland tot de belang-rijkste exportbestemmingen. Ieder jaar staat Duitsland op de eerste plaats van export-groeilanden. Toch staat het ook op de vijfde plaats van moeilijkste exportlanden, na landen als China en India. Dit heeft onder andere te maken met de hoge kwalitatieve en technische eisen die Duitse klanten aan producten stellen, maar ook met de stevige concurrentie op de Duitse markt en in enkele gevallen met de overheidsbescherming van bepaalde economische sectoren. Duitsland biedt dus veel kansen en mogelijkheden, maar is ook een buitengewoon veel-eisende markt. Je zou kunnen zeggen de ‘Bundesliga’ van de Nederlandse exportbestemmingen.

Nederland heeft de potentie om de export naar Duitsland verder te doen toenemen. Veel kansen worden momenteel echter nog niet benut. Vooral binnen het mkb zijn er veel gespecialiseerde hightech-bedrijven die ondanks gunstige perspectieven de stap

DUITSLANDAGENDA 03

over de grens nog niet hebben gezet. Dit terwijl Neder-landse en Duitse bedrijven elkaar vaak goed aanvullen. Vooral op het gebied van hightech, chemie, agri&food/tuinbouw, energie en logistiek heeft Nederland veel te bieden. Nederlanders zijn bijzonder sterk in co- engineering. Ze zijn in staat om flexibel in te spelen op de eisen en wensen van de (Duitse) klant. In het zuiden van Duitsland, waar een groot deel van de hightech bedrijven is gevestigd en waar momenteel de grootste economische groei plaatsvindt, zijn deze Nederlandse kwaliteiten vaak nog onbekend.

De Nederlands-Duitse Handelskamer (DNHK), FME en VNO-NCW hebben in 2013 gezamenlijk de campagne ‘Maak kennis, maak mee, maak waar!’ in het leven geroepen. Doel van deze campagne was in eerste instantie aandacht te vragen voor het belang van de maakindustrie en voor industriële samenwerking met Duitsland in het bijzonder. De actuele economische opleving onderstreept dit belang en creëert bovendien nieuwe kansen. Het is dan ook in het belang van de Nederlandse concurrentiepositie om de samenwerking met Duitsland zo optimaal mogelijk te laten verlopen. Om dit te bereiken zetten wij in op uitwisseling van technologische kennis, betere afstemming van beroepskwalificaties en ondersteuning van Neder- landse bedrijven bij hun exportactiviteiten. In dit kader hebben wij het voor u liggende concept ontwikkeld. Deze Duitslandagenda moet meer samenhang brengen in de economische betrekkingen tussen beide landen en deze een nieuwe impuls geven. Wij hopen en vertrou-wen op uw ondersteuning bij de uitvoering hiervan.

Hans de BoerVNO-NCW

Ineke Dezentjé Hamming-BlueminkFME

Ab van der TouwDNHK

DUITSLANDAGENDA 2015-2017

Page 3: DNHK / VNO-NCW / FME: Duitslandagenda 2015-2017

ACHTERGRONDDoor een aantal buitengewoon succesvolle initiatieven hebben de handelsbetrekkingen tussen Nederland en Duitsland de afgelopen jaren al een flinke impuls gekregen. Zo waren er de bezoeken van het Koninklijk paar aan Baden-Württemberg en Hessen in 2013 en aan Nedersaksen en Noordrijn-Westfalen in 2014, de eerste gezamenlijke ministerraad in Kleef in mei 2013 en de aanwezigheid van Nederland als partnerland op de Hannover Messe in april 2014. Om het succes niet te laten wegebben moeten deze initiatieven een structureel vervolg krijgen. De DNHK, VNO-NCW en FME hebben daarom een operationeel programma opgesteld om de economische relatie tussen beide landen in de komende drie jaar structureel te bevorderen.

AMBITIE & DOELSTELLINGENMet de Duitslandagenda willen wij de volgende zaken bereiken:

› Structurele en geïntegreerde bevordering van zowel de directe als de indirecte export naar Duitsland door gericht overheidsbeleid › Versterking van de topsectoren aangezien deze leidend zijn voor het Nederlandse exportpotentieel › Aanpak van het tekort aan technisch personeel op korte termijn door middel van bedrijfsinterne bijscholing › Structurele samenwerking tussen Nederlandse en Duitse onderzoeksinstellingen en tussen bedrijven en onderzoeksinstellingen uit beide landen STRATEGIE & ACTIESNederland en Duitsland behoren tot de sterkste eco-nomieën van Europa. De handelsrelatie tussen beide landen en de directe investeringen over en weer zijn

DUITSLANDAGENDA

wereldwijd uniek. Dit uitgangspunt in ogenschouw nemend, focust de Duitslandagenda op de volgende drie thema’s:

1. Handelsbevordering2. Beroepskwalificatie3. Technologie- en kennistransfer

Voor elk van deze thema’s wordt vervolgens aangegeven hoe strategische samenwerking van Nederlandse zijde kan worden ingestoken. Ook worden er een aantal concrete voorbeelden genoemd.

Bij het thema handelsbevordering hebben wij ervoor gekozen om prioriteiten te stellen op basis van het topsectorenbeleid. De handelsrelatie met Duitsland kan volgens onze analyse vooral in de sectoren Agri & Food en Tuinbouw & Uitgangsmaterialen (worden hier als één sector beschouwd), Energie, High Tech en Logistiek door gerichte maatregelen versterkt worden.

FINANCIERING & UITVOERINGGezien de nauwe samenwerking met het bedrijfsleven en werkgeversverenigingen bij de totstandkoming van de Duitslandagenda kan deze rekenen op steun vanuit de verschillende organisaties. Deze agenda met een doorlooptijd van drie jaar kan worden gefinancierd door een bijdrage van de eerder genoemde partijen, aangevuld met een bijdrage vanuit de overheid. Voor het thema ‘Beroepskwalificatie’ wordt verwacht dat dit grotendeels rechtstreeks door de deelnemende bedrijven gefinancierd zal worden. Voor de thema’s ‘Handelsbevordering’ en ‘Technologie- en kennis- transfer’ zal een bijdrage vanuit de overheid en de desbetreffende onderzoeksinstellingen noodzakelijk zijn.

04

DOELSTELLINGStructurele en geïntegreerde bevordering van zowel de directe als de indirecte export naar Duitsland door gericht overheidsbeleid. Versterking van de topsecto-ren aangezien deze leidend zijn voor het Nederlandse exportpotentieel.

UITGANGSSITUATIEBinnen alle toonaangevende Nederlandse sectoren speelt de relatie met Duitsland een grote rol.Het Nederlandse kabinet wil de sectoren waarin Nederland wereldwijd uitblinkt, de zogenaamde top-sectoren, sterker maken. Uit onderzoek van Panteia in opdracht van de ministeries van Economische en Buitenlandse Zaken blijkt dat meer dan 70 procent van de mkb-ondernemers uit de topsectoren ondersteuning nodig heeft bij hun internationale activiteiten. Daarnaast is het zo dat het merendeel van de Nederlandse export naar Duitsland van oudsher bestemd is voor de buur-staten Noordrijn-Westfalen en Nedersaksen. De eco-nomische groei is momenteel echter het grootste in het zuiden van Duitsland. Hier liggen in veel sectoren dan ook de grootste kansen. In de Zuid-Duitse deelstaten is het voor Nederlandse bedrijven echter lastiger om voet aan de grond te krijgen. Onderstaand volgt een overzicht van mogelijke handelsbevorderende initiatieven.

1.1 DIGITALISERINGDe verregaande digitalisering die de komende jaren zal plaatsvinden heeft grote gevolgen voor de manier waar-op bedrijven nationaal en internationaal samenwerken. In Duitsland heeft de federale overheid het programma ‘Industrie 4.0’ opgezet om hierop in te spelen. In Neder-land gebeurt dit onder de noemer ‘Smart Industry’.

DUITSLANDAGENDA

Om wereldwijd tegen de concurrentie vanuit vooral de VS en China bestand te zijn, is het noodzakelijk dat bedrijven en landen in Europa de handen ineenslaan en een geza-menlijke strategie ontwikkelen. Nederland en Duitsland kunnen hierin een voortrekkersrol kunnen spelen. Het ontbreekt op dit moment echter aan een concrete agenda waarmee Nederland als partner en toeleverancier bij Duitsland zou kunnen aansluiten. Een gezamenlijke Nederlands-Duitse digitaliseringsagenda kan alleen door samenwerking van overheid, onderzoeksinstellingen en bedrijfsleven in beide landen tot stand komen. Tegelijkertijd moet de Nederlandse competentie op het gebied van Smart Industry in Duitsland op de kaart worden gezet. Gezien snelheid waarmee dit thema zich internationaal ontwikkelt, zou er al in 2015 een Nederlands-Duitse Smart Industry-conferentie moeten plaatsvinden met als doel het opstellen van een gezamenlijke agenda. Samenvattend zijn de volgende concrete acties noodzakelijk:

› Marketingcampagne om Smart Industry in Duitsland op de kaart te zetten› Nederlands-Duitse Smart Industry-conferentie in 2015› Opstellen van een gezamenlijke digitaliseringsagenda

1.2 SECTORSPECIFIEKE ACTIESExport naar Duitsland speelt binnen nagenoeg alle sectoren een belangrijke rol. Er zou dus voor elke afzonderlijke sector een Duitsland-strategie bepaald kunnen worden. Hieronder zoomen wij in op een viertal internationaal toonaangevende sectoren: Agri & Food en Tuinbouw & Uitgangsmaterialen, Energie, High Tech en Logistiek. Deze vier sectoren hebben zelf aangegeven dat Duitsland in het kader van hun internationaliserings-strategie topprioriteit heeft.

1 HANDELSBEVORDERING

05

Page 4: DNHK / VNO-NCW / FME: Duitslandagenda 2015-2017

AGRI & FOOD EN TUINBOUW & UITGANGSMATERIALEN Meer dan de helft van alle groenten die wereldwijd door 7 miljard mensen geteeld en gegeten worden, is afkomstig van Nederlands zaaigoed. De exportwaarde van agrarische producten uit Nederland bedraagt ca. 80 miljard euro per jaar. Duitsland is daarbij met ruim 22 miljard euro (bijna 30 procent) de grootste afnemer. Voor de industrie, het mkb en de consumenten in beide landen is het van groot belang dat de handel en de samenwerking verstevigd en verder uitgebreid worden. De twee topsectoren kunnen hun economische kracht en brede inhoudelijke kennis benutten om samen met Duitse partners aan een gezamenlijke toekomst te werken. Op die manier kan er een vruchtbare samen- werking tot stand komen op gebieden als nieuwe technologieën binnen de kassenbouw, voedselverwer-kings- en verpakkingsmachines. Ook kunnen beide landen zich gezamenlijk inzetten voor adequate nationale en internationale wetgeving. ENERGIEOp energiegebied richt onze agenda zich op verdere marktintegratie, het waarborgen van de voorzienings- zekerheid, verduurzaming, innovatie en efficiëntie. Afstemmen, kennis delen en van elkaar leren is dan ook de rode draad voor onze energie-agenda. Voort-schrijdende marktintegratie leidt ertoe dat in toene-mende mate rekening moet worden gehouden met de effecten van nationale energiepolitiek op aangrenzende landen. Dit maakt het noodzakelijk om de focus bij activiteiten op energiegebied nog sterker op het buurland te leggen. Door uitvoering van projecten op de onderstaande deelgebieden kan tevens een bijdrage worden geleverd aan de realisatie van de gezamenlijke energieverklaring tussen Nederland en Duitsland zoals die op 25 juli 2014 door minister van Economische Zaken Henk Kamp en zijn Duits collega Sigmar Gabriel in het Duitse Goslar werd ondertekend.

DUITSLANDAGENDA

Offshore: De Nederlandse offshore-industrie heeft een sterke exportpositie. De belangrijkste afzetmarkten liggen op dit moment in Europa, met name Duitsland en het Verenigd Koninkrijk. Vooral de Noord-Duitse regio’s Nedersaksen en Sleeswijk-Holstein zijn hier van belang.

Smart Grids: Een internationale positioneringsstrategie rondom het thema Smart Grids moet gebaseerd zijn op succesvolle demonstraties in Nederland. Op dit moment worden er meerdere toonaangevende pilots opgezet en doorontwikkeld.

Energiebesparing: Nederland behoort tot de top 10 van de meest concurrerende en innovatieve landen, ook op gebied van energiebesparing en duurzaam bouwen.

Gas: NL beschikt over een van de meest fijnmazige gasnetwerken ter wereld met aansluiting op alle om-ringende landen. Overheid en bedrijfsleven zetten zich er met succes voor in om de positie van Nederland als internationale gasrotonde te versterken. Thema’s zoals LNG en groen gas bieden interessante internationale aanknopingspunten.

HIGH TECHDe topsector High Tech Systemen en Materialen (HTSM) bundelt de krachten van de Nederlandse hightechbedrijven, kennisinstellingen en overheden met als doel samenwerking en innovatie te bevorderen en het hightech-ecosysteem te versterken. Onder de naam Holland High Tech kan de sector zich gezamenlijk profileren als mondiale hightechspeler en Nederland op de kaart zetten als ‘place to be’ voor hightech- bedrijven, kenniswerkers, onderzoeksinstellingen en studenten. Ook stelt deze krachtenbundeling de sector in staat om internationale kansen beter te benutten. Speerpunten zijn het internationaal inzetten van specifieke Holland High Tech branding en gezamenlijke invulling van een reisagenda voor vijf primaire doellanden, waarvan Duitsland er één is.

06

LOGISTIEKNederland is niet alleen de logistieke draaischijf van Europa, maar is ook op het gebied van slimme logistieke toepassingen een sterke speler. Logistiek omvat alle kennis die nodig is om goederen- en informatiestromen te plannen, te organiseren, uit te voeren en te bestu-ren. Met een toegevoegde waarde van 55 miljard euro per jaar en 813.000 arbeidsplaatsen is de logistiek van groot economisch belang. Daarnaast ondersteunt de sector andere Nederlandse sectoren. Veel Nederlandse bedrijven hebben hoogwaardige logistieke systemen en toepassingen voor beter en efficiënter infrastructuur- gebruik ontwikkeld die in Duitsland nog sterker gepositi-oneerd kunnen worden.

Tevens maken Nederland en Duitsland beide onderdeel uit van dezelfde trans-Europese transportnetwerken, de corridors Rhine-Alpine en Northsea-Baltic. Betere verbindingen tussen Nederlandse en Duitse regio’s en vice versa zijn essentieel om deze corridors verder te ontwikkelen. Niet voor niets benadrukt de topsector logistiek het belang hiervan. Dit biedt kansen voor bedrijven in alle delen van Nederland. ACTIESVoor de bovenstaande sectoren bestaat nog veel potenti-eel om Nederlandse bedrijven in Duitsland bekender te maken en gericht met Duitse partijen in contact te brengen. Voor succesvolle bewerking van de Duitse markt is contact alleen echter niet genoeg. De ervaring leert dat activiteiten in Duitsland vaak stuklopen op gebrek aan marktkennis. Hierdoor krijgen Nederlandse innovaties nog te weinig voet aan de grond op de Duitse markt. Het is daarom aan te bevelen om een pakket aan stimulerende maatregelen te ontwikkelen:

› Jaarlijkse NL-D matchmaking en Holland-branding events op vakbeurzen› Ingaande en uitgaande handelsreizen, startersmissies› Deelname aan pilot projecten in Duitsland› Collectieve deelname aan vakbeurzen› NL-D Offshore windconferentie of Noordwest-Europa windcongres › Inkoopdagen bij Duitse supermarktketens› European Gasforum i.s.m. andere landen

› NL-D Logistiek forum› Persreizen voor Duitse journalisten naar Nederland› Stimulering van grensoverschrijdende gebieds- ontwikkeling en NL-D round tables› Stimulering van startende en groeiende hightech- exporteurs, bijv. op de Hannover Messe

1.3 ONDERSTEUNING BIJ BEURSDEELNAMESBij het leggen van internationale zakelijke contacten en het opbouwen van naamsbekendheid vormt exposeren op (internationale) beurzen voor bedrijven een van de belangrijkste marketingtools. Ook om Nederlandse branches collectief internationaal op de kaart te zetten is beursdeelname een zeer geschikt instrument. Een geslaagd voorbeeld hiervan is de Hannover Messe 2014 met Nederland als partnerland.

Duitsland is het belangrijkste beursland ter wereld. In 2013 bezochten meer dan 10 miljoen vakbezoekers de rond 150 internationale beurzen en groeide het aantal exposanten naar 180.000. Ook voor veel Nederlandse bedrijven zijn dit uitstekende podia om zich internatio-naal te presenteren. In 2013 namen circa 5.000 Nederlandse bedrijven deel aan Duitse beurzen en nog altijd bestaat hier een groot potentieel.

Een financiële tegemoetkoming vanuit de Nederlandse overheid bij buitenlandse beursdeelnames is voor de promotie van het Nederlandse bedrijfsleven zinvol. De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RvO) heeft hier in 2014 op ingespeeld met het beschikbaar stellen van 600 vouchers (twv € 1.500) aan mkb-ondernemers voor deelname aan internationale beurzen. Gelet op het belang van de aanwezigheid op deze internationale podia bevelen wij aan om dit aantal structureel te verhogen.

Nederlandse toeleveranciers en Duitse OEM’s zouden in de toekomst ook gezamenlijk kunnen optreden op buitenlandse beurzen. Daarbij zou zowel gebruik- gemaakt kunnen worden van de lokale kennis van het Nederlandse postennetwerk als die van het Duitse netwerk van buitenlandse Handelskamers (AHK’s), dat bestaat uit ruim 130 vestigingen in 90 landen.

DUITSLANDAGENDA 07

Page 5: DNHK / VNO-NCW / FME: Duitslandagenda 2015-2017

DOELSTELLINGConsequent uitvoeren van de afspraken uit het Techniek-pact en structurele maatregelen nemen om het gebrek aan vakkrachten op korte én lange termijn op te lossen. Daarbij is het belangrijk om ook bedrijfsinterne training te stimuleren.

UITGANGSSITUATIEOm in de toekomst succesvol te blijven, hebben Nederlandse bedrijven behoefte aan goed opgeleide vakkrachten, vooral in technische beroepen. Momenteel bestaat hieraan een groot tekort. Maatregelen als het Techniekpact moeten hierin verbetering brengen door onder andere onderwijs en arbeidsmarkt beter op elkaar te laten aansluiten. Als aanvulling op het Techniekpact, dat vooral gericht is op het oplossen van het tekort aan technisch personeel op lange termijn, moeten er echter ook oplossingen komen voor de kortere termijn (2015-2017).

PLAN VAN AANPAK Voor de lange termijn is het essentieel dat er in techni-sche opleidingen nadruk gelegd wordt op praktijk- ervaring en participatie vanuit het bedrijfsleven. Zowel Duitsland (met het duale opleidingssysteem) als Nederland (met de BBL/BOL) heeft hiervoor al goede methoden ontwikkeld. Door intensievere kennisuitwisse-ling kunnen beide landen hun methoden verder optimali-seren, waarbij een zo goed mogelijke aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt het uitgangspunt dient te zijn. Hierbij moeten overheid, opleidingsinstellingen en bedrijven actief betrokken worden.

Om het korte termijntekort aan gekwalificeerde vak-krachten op te lossen is het belangrijk om de bestaande

DUITSLANDAGENDA

expertise binnen het bedrijfsleven zo effectief mogelijk te benutten. Veel technische bedrijven bieden al met succes interne trainingen aan. Deze activiteiten moeten beter op de kaart worden gezet om de in Nederland aanwezi-ge kennis en mogelijkheden bij bedrijven in binnen- en buitenland bekend te maken. Hiervoor biedt bijvoorbeeld het door FME, VNO-NCW en de DNHK gezamenlijk opgerichte platform ‘Maak kennis’ een goede basis.

Bij bedrijfsinterne trainingen spelen ook Nederland-se vestigingen van grote Duitse ondernemingen zoals Bosch, Festo, Siemens en Trumpf een belangrijke rol. Medewerkers van andere bedrijven worden daarbij getraind in specifieke disciplines zoals pneumatiek, hydrauliek of besturingstechniek. Ook binnen de Brainport Eindhoven bestaan dergelijke initiatieven. Daarnaast kan het in speciale gevallen zinvol zijn om trainingen ook grensoverschrijdend aan te bieden. Medewerkers van Nederlandse toeleveringsbedrijven zouden bijvoorbeeld bij Duitse OEMs getraind kunnen worden en andersom. Een goed voorbeeld zijn de mede-werkers van VDL-Nedcar, die gedurende enkele weken in de fabrieken van BMW in Duitsland getraind werden alvorens zij in Born met de productie van de Mini aan de slag gingen.

Voorbeelden van sectoren en beroepsgroepen waarvoor bedrijfsinterne trainingen relevant zijn:

› Machinebouw/ mechatronica› Lucht & ruimtevaart › Automobielindustrie› Smart Industry / Industrie 4.0› Energiesector

2 BEROEPSKWALIFICATIE

08

DOELSTELLINGStructurele samenwerking tussen Nederlandse en Duitse onderzoeksinstellingen enerzijds en tussen bedrijven en onderzoeksinstellingen uit beide landen anderzijds.

UITGANGSSITUATIEDe Nederlandse regering zet in op een innovatieve en duurzame economie. Met de Duitslandagenda wordt dit doel door middel van nauwere samenwerking tussen diverse technologiesectoren in beide landen kracht bijgezet.

Bij de technologie- en kennistransfer gaat het om samenwerking tussen onderzoeksinstellingen onderling en tussen bedrijven en onderzoeksinstellingen. Door internationale samenwerking op technologische en kennisintensieve onderdelen wordt innovatie gestimuleerd, worden nieuwe markten ontgonnen en internationale marktposities verbeterd.

Nederland en Duitsland beschikken beide over een hooggekwalificeerd onderzoekslandschap, waarbinnen veel samenwerkingsmogelijkheden liggen. Met name toegepast onderzoek zoals dit wordt uitgevoerd bij TNO, Wageningen UR en algemeen door de Groot Technologische Instituten (GTI’s) en de Technologische

DUITSLANDAGENDA

Topinstituten (TTI’s), biedt veel kansen. Door de praktijkgerichte insteek op het gebied van Agri & Food en Tuinbouw & Uitgangsmaterialen, Energie, High Tech en Logistiek zijn dit niet alleen interessante counterparts voor Duitse onderzoeksinstituten, maar zeker ook voor Duitse mkb-ondernemers. Andersom geldt dit evenzeer voor Duitse onderzoeksinstellingen en Nederlandse bedrijven. PLAN VAN AANPAK Voor de sectoren Agri & Food en Tuinbouw & Uitgangs-materialen, Energie, High Tech en Logistiek wordt in nauwe afstemming met de Nederlandse onderzoeks- instellingen individuele formats en voortgangswijzen ontwikkeld. Hiertoe behoren activiteiten zoals:

› Informatieverstrekking over de Nederlandse know-how in Duitse media en databases› Doorvoeren van gerelateerde workshops en round tables› Organisatie van symposia en conferenties › Individuele bemiddelingstrajecten tussen Nederlandse onderzoeksinstellingen en passende Duitse MKB- ondernemers en vice versa› Inkomende handelsmissies van Duitse bedrijven met bezoeken aan Nederlandse onderzoeksinstellingen› Matching van industriële netwerken en overige technologische clusters

3 TECHNOLOGIE- EN KENNISTRANSFER

09

Page 6: DNHK / VNO-NCW / FME: Duitslandagenda 2015-2017

Met dit document wordt een voorzet gegeven voor een strategische Duitslandagenda. De genoemde acties zullen bijdragen aan een structureel versterkte samenwerking met Duitsland. De initiatiefnemers zijn graag bereid om dit plan in overleg verder uit te werken en ook bij de realisatie een rol van betekenis te spelen.

DUITSLANDAGENDA

VOORUITBLIK

10

Page 7: DNHK / VNO-NCW / FME: Duitslandagenda 2015-2017

WWW.MAAK-KENNIS.NL