AjodaktVerhaaltjessommenRekenen
Groep 7
Antwoorden
Zelfstandig werken
Dit antwoordenboekje hoort bij het gelijknamige werkboek van de serie Verhaaltjessommen van Ajodakt. Dit merk bestaat uit een verzameling gebruiksvriendelijke en voordelige oefenboekjes voor groep 3 t/m 8 waarmee de leerlingen allerlei vaardigheden effi ciënt inoefenen. Met dit antwoorden-boek kan de leerling zelf zijn antwoorden in het werkboek nakijken.
Ajodakt maakt deel uit van ThiemeMeulenhoff Zelfstandig werken (Z). Dit bestaat uit een groot assorti ment leermiddelen voor alle leerjaren. Op onze Z-site vindt u al onze uitgaven: www.zelfstandig-werken.nl
Ajodakt maakt deel uit van ThiemeMeulenhoff Zelfstandig werken (Z). Dit bestaat uit een groot assorti ment leermiddelen voor alle leerjaren.
9 789006 635904
9006635904_omslag.indd 1 23-08-11 16:37
8 9
Van alles watTaak 7
1a80 kinderen
1 10 20 40 804 40 80 160 320
b64 kinderen
1 4 8 16 32 645 20 40 80 160 320
c16 kinderen
1 2 4 8 1620 40 80 160 320
d1 op de 16
1 10 2016 160 320
2a1 op de 6 is hetzelfde als 16 deel.16 deel van 24 is 4.1 46 24
b1 op de 6 is hetzelfde als 16 deel.16 deel van 102 is 17.1 2 4 8 16 176 12 24 48 96 102
cNee, 1 op de 6 kinderen draagt een bril, dus 16 deel van 228 is 38.
d228 ∶ 2 = 114 meisjes dragen een bril.
3a30 × 22 = 660 km
b48 + 48 = 96 km96 ∶ 12 = 8 liter
c50 × 17 = 850 km
d 20 + 20 = 40 km per dag 3 × 40 = 120 km per week120 ∶ 15 = 8 liter per week
4Klopt niet, het is 25 van de 100.KloptKlopt niet, Daan kan nog 20 × 25 = 500 kilometer rijden.Klopt niet, als Xander nog 240 kilometer kan rijden, rijdt de auto 1 op 16. 240 ∶ 15 = 16
5a12.30 − 8.30 = 4 uur, 4 uur = 240 minutenEen spel + wisseltijd duurt240 ∶ 8 = 30 minutenEen spel duurt 30 minuten −10 minuten wisseltijd = 20 minuten
bEen spel + rust duurt 2 + 2 = 4 minuten1 uur = 60 minuten60 ∶ 4 = 15 spelletjes
cEen spel + rust duurt 20 + 5 = 25 minuten.6 spelen duren 6 × 25 =150 minuten = 2 uur en 30 minutenDe zwemsportdag is om 11.30 uur afgelopen.
9006635904_bw.indd 8 23-08-11 15:33
8 9
WereldwonderenTaak 8
1aVliegtuig: 5 × 650 km = 3250 kilometerTotaal: 3250 + 35 = 3285 kilometer
b20 jaar = 20 × 52 weken = 1040 wekenPer week: 6 × 12 uur = 72 uurHet bouwen duurde: 1040 × 72 = 74.880 uur
c3000 ∶ 50 = 60 bussen7 × 60 = 420 bussen per week
2a76 × 658 = 50.008 mensen
b13.500 − 2500 = 11.000 volwassenenVolwassenen:11.000 × € 17,50 = € 192.500Kinderen: 2500 × € 12,50 = € 31.250Samen:€ 192.500 + € 31.250 = € 223.750
cVan 8.30 − 19.45 uur is 11 uur en 15 minuten11 uur en 15 minuten − 1 uur en 30 minuten pauze = 9 uur en 45 minuten = 585 minuten585 ∶ 45 = 13 rondleidingen13 × 40 = 520 mensen
3a1653 − 22 = 163120.000
b7 × 5500 = 38.500 bezoekers52 × 38.500 = 2.002.00058
c20 × 2 = 40 keer heen en weer40 × 160 = 6400 km.6400 km is minder dan 6452 km
d750 ∶ 60 = € 12,50
4a10.000 × 500 = 5.000.000 meter
b8850 km = 8.850.000 meter8.850.000 ∶ 500 = 17.700 Li
5aniet waar
bwaar
cniet waar
9006635904_bw.indd 9 23-08-11 15:33
12 13
De verbouwingTaak 11
1a b3 × 4 = 12 m2 12 × 49 = € 588 12 × 35 = € 420
c d50 × 50 = 2500 cm2 4 × 11 = 44 m2
120.000 ∶ 2500 = 48 tegels 44 × € 59 = € 259612 m2 = 120.000 cm2
48 × € 25 = € 1200
2a b2 × 3 × 4 = 24 m2 3 × 3 × 4 = 36 m2
24 ∶ 8 = 3 liter verf nodig 50 − 36 = 14 m2
50 m2 voor 10 liter is 5 m2 voor 1 liter
c d12 ∶ 3 = 4 Plafond: 11 × 4 = 44 m2
4 × 3,5 = 14 liter verf nodig Muur: 11 × 3 = 33 m2
14 ∶ 5 = 2,8 liter over Samen: 44 + 33 = 77 m2
Je hebt 7 × 2,5 = 17,5 liter verf nodig.
3a bwaar niet waar
4a bDe breedte: 5 × 20 cm = 100 cm = 1 m 5 tegels boven elkaarDe lengte: 10 × 20 cm = 200 cm = 2 mDe oppervlakte: 1 × 2 = 2 m2
c d e5 × 5 = 25 tegels 1 muur van 1 m2 Smalle muur: 5 × 5 = 25 2 muren van 2 m2 Brede muren: 10 × 5 = 50 1 + 2 + 2 = 5m2 25 + 50 + 50 = 125 tegels
5a b c15 ∶ 2,5 = 6 kippen 15 × 2,5 = 37,5 m2 22,5 ∶ 1,5 = 15 kippen
9006635904_bw.indd 12 23-08-11 15:33
12 13
SchermpjesTaak 12
1abellen: 190 × 8 = 1520 eurocent = € 15,20sms-en: 55 × 5 = 275 eurocent = € 2,75Samen: € 15,20 + € 2,75 = € 17,95
b€ 10 = 1000 eurocent 1000 ∶ 8 = 125 belminuten
c€ 25 = 2500 eurocent125 minuten bellen (125 × 8 = 1000 ct = € 10) en 300 sms’jes (300 × 5 = 1500 ct = € 15). Er zijn nog meer mogelijkheden.
2Hoelang zit Nils per week achter de computer?Hoelang zit Nils per dag achter de computer en de televisie?Hoelang zit Nils per maand (van 30 dagen) achter de computer en de televisie?Hoelang kijkt Nils per jaar naar de televisie?
3a83.450 − 79.462 = 3988
b83.450 − 395 = 83.055
cSamen: 30.258 + 32.479 = 62.737Nog: 69.030 − 62.737 = 6293
dNee, 6293 kun je niet door 2 delen.
4a b100.000 is 50% van 200.000 60% van 200.000 = 120.000 kinderen
cEen half uur is 14 deel van twee uur. 1
4 deel is hetzelfde als 25%
518.82316.59017 46221.18623.954 +98.015
19.00017.00017.00021.00024.000 +98.000 minder
62 uur + een half uur + een half uur = 3 uur
9006635904_bw.indd 13 23-08-11 15:33