Draag mij, God in barmhartigheid.
Til mij op uit al mijn kleinheid.
Koester mij in barmhartigheid:
Vader, Moeder, God met ons.
(Oosterhuis/Huijbers)
Heer ontferm U over ons
Christus ontferm U over ons.
Heer ontferm U
Eert God die onze Vader is;
weest allen welgemoed.
Looft Hem, gij zult in vrede zijn.
Aanbidt al wat Hij doet.
U, Heer, komt alle leven toe
en wie of waar Gij zijt,
U is de macht, U zingen wij
dank voor uw heerlijkheid.
Lam Gods dat onze zonden draagt,
neem deze lofzang aan.
Gedenk ons in uw koninkrijk,
want Jezus is uw naam.
Gij die voor ons ten beste spreekt,
Messias, onze Heer.
O, ééngeboren Zoon van God,
kom haastig tot ons weer.(Oosterhuis Huub /16de
Geloofsbelevenis
Bewaar ons gebed,
wij vertrouwen Jou,
Jij toont ons de weg naar Leven
Bij Jou is vreugde,
hoop zonder einde.
[Vg]
God, om ons te raken en te beroeren,
om Jouw woord in ons midden
te laten klinken,
hoorbaar als een fluisterwoord
ben Jij als een mens verschenen
in Jezus van Nazareth,
kind van mensen,
kind aan huis bij Jou.
Rond de tafel
[Al]
Om ons te raken en te beroeren
heeft Hij ons leven gedeeld,
de grootheid en de onmacht,
de heerlijkheid en de gebrokenheid.
[Vg]
Hij heeft de wereld bekeken
met de ogen van een kind,
Hij heeft vragen gesteld
aan maatschappij en geloof
als een jonge man kan doen.
[Al]
Hij heeft gekozen
om zijn weg te gaan
zoals mensen doen.
Om ons te raken en te beroeren
heeft Hij de wereld
een nieuw aanschijn gegeven,
werden beloften waar
die Jij van oudsher in mensen had gelegd.
[Vg]
Waar Hij het leven raakte
en Gods glimlach
over de schepping bracht
kwamen mensen weer tot leven.
Hij haalde de herders
van hun verloren velden,
de koningen uit hun bevroren paleizen,
en blinden uit hun donker bestaan.
[Al]
Hij gaf lammen kracht in de voeten,
melaatsen de zuiverheid van hun huid
en zondaars de hoop op een heldere toekomst.
Hij maakte de belofte van zijn geboorte
meer dan waar,
(rechtstaan
)
[Vg] ook toen Hij de avond
voor zijn lijden en dood
God, wij willen Hem gedenken
en in ons hart bewaren:
niet alleen de belofte van zijn geboorte,
maar ook zijn leven en lijden,
en dat Hij voortleeft tot vandaag
bij Jou en in ons
als een hoop op een toekomst voor eeuwig.
[Al]
En wij bidden om zijn geest:
dat Zij ons heiligen mag,
zoals herders en koningen,
blinden, melaatsen en lammen
geheiligd werden tot mensen van geloof;
dat Zij ons vaardig mag vinden
om zijn woorden van beloften
verder te spreken,
en zijn daden van liefde door te geven.
[Vg]
Dat wij dit doen
in gemeenschap met elkaar,
met allen die de kring vormen
waarin zijn belofte verder leeft,
uw kerk , hier op deze plaats,
en van zoveel mensen die ons dierbaar
zijn.
[Al]
Dat wij gemeenschap vormen met elkaar
en Jou zo dank en hulde brengen
met Jezus
en in de kracht van zijn geest.
(Paul Schollaert
Blinden zien en doven horen, stommen spreken, lammen gaan.
Mens voor mens komt God ons tegen en Hij mag voorgoed bestaan.
Niemand ziet zijn le – vens - einde als be - dreiging van het lot,
ieder weet zich dood of levend onaantastbaar kind van God.
Wie zich met zijn eigen leven overgeeft aan deze droom,
die zal mensen tegen - komen last en lijden, tegenstroom.
Die zal leven, klein ver - borgen, soli - dair en zonder grens
Die zal weerloos ooit nog worden: mensenbroeder, toekomstmens.
(van O
pberg
en J
an/ B
eetlo
ven
L. :'A
lle m
enschen
werd
en b
rüder‘)