Duurzaamheid in Noordoost Fryslân Visie
Mei inoar, mei betrouwen en kriich wurkje oan in duorsum Noardeast!
(vanuit volle overtuiging werken wij samen, met vertrouwen en lef aan een duurzaam Noordoost
Fryslân!)
Samenwerkende gemeenten in Noordoost Fryslân
September 2013
Document titel: Duurzaamheid in Noordoost Fryslân Soort document: Rapportage Projectnaam: Duurzaamheid in Noordoost Fryslân Projectnummer: 487 Opdrachtgever: ANNO-gemeenten, provinsje Fryslân, Wetterskip Fryslân Auteurs: KNN: E. Pijlman, C. Kamminga, Noordtij: D. Borjeson,
J. Jepma.
Agenda Netwerk Noordoost Vanuit de Agenda Netwerk Noordoost werken de gemeenten Achtkarspelen, Dantumadiel, Dongeradeel, Ferwerderadiel, Tytsjerksteradiel en Kollumerland c.a. samen met de provincie aan concrete projecten die een bijdrage leveren aan een gezonde sociaal-economische toekomst voor Noordoost Fryslân. In 2030 is het goed wonen in de regio, zijn er voldoende banen en is de omgeving op orde.
Samenvatting
Als regio Noordoost Fryslân onderkennen we het belang van een volhoudbare toekomst voor
mens en leefomgeving; in onze regio en daarbuiten. We voelen ons daar verantwoordelijk voor
en als regio zetten we ons naar vermogen in om bij te dragen aan deze omvangrijke opgave. We
beschouwen de ontwikkeling richting deze volhoudbare toekomst bovendien als een kans om
onze regio sociaaleconomisch verder te versterken.
We zien als gezamenlijke overheden (NOF-gemeenten, provinsje en Wetterskip) kansen om in
samenwerkend, regionaal verband krachtige stappen te zetten. Deze visie en het uitvoeringsplan
ondersteunen hierin en dragen bij aan het duurzame toekomstbeeld voor onze regio:
Vanuit dit overkoepelende beeld concentreren we ons in de regio op vier kernthema’s:
1 Duurzame energie, 2 Duurzame mobiliteit, 3 Duurzaam ondernemen en 4 Duurzame gebouwde
omgeving. Binnen de thema’s hebben we doelen gesteld en in samenwerking met onze omgeving
bijbehorende projecten ontwikkeld. Zo maken we werk van onze ambities en geven we concreet
en aantoonbaar invulling aan onze visie.
Duurzaamheid realiseren en laten slagen is bij uitstek iets dat ons allen aangaat en waar we
samen aan bij moeten dragen. We ontwikkelen duurzaamheid daarom niet alleen, maar met
maatschappelijke partners, bedrijfsleven en burgers op basis van wederzijds vertrouwen. Als
overheden streven we er naar een betrouwbare partner te zijn. Een partner met ‘lef’ die aansluit
bij bestaande ontwikkelingen (bv. regionale kennisinzet van afgestudeerden, grootschalige
productie van zonne-energie en/of de ontwikkeling van duurzaam recreatief varen), maar die ook
haar eigen koers vaart. Op die manier zetten we belangrijke stappen richting het duurzame
toekomstbeeld 2030.
Kortom, we maken in Noordoost Fryslân samen, met vertrouwen en lef werk van onze duurzame
toekomst!
In 2030 is Noordoost Fryslân een regio die volhoudbaar voorziet in haar behoefte qua
energie, voedsel, producten, diensten, werkgelegenheid en recreatie. Daarbij vindt
nadrukkelijk samenwerking met andere regio’s plaats.
1
Inhoudsopgave
Duurzaamheid in Noordoost Fryslân Visie .......................................................................... 1
Samenvatting ...................................................................................................................... 3
Inhoudsopgave .................................................................................................................... 1
MISSY FERKLEARRING ......................................................................................................... 2
1. Motivatie duurzaam Noordoost Fryslân ..................................................................... 4
1.1 Achtergrond en aanleiding ........................................................................................ 4
1.2 Wat betekent duurzaamheid in Noordoost Fryslân? ................................................ 5
1.3 Wie doet wat ............................................................................................................. 9
2. Visie op duurzaamheid in Noordoost Fryslân ........................................................... 12
2.1 Noordoost Fryslân: van nu naar 2030 ..................................................................... 12
2.2 Duurzame energie ................................................................................................... 17
2.3 Duurzame mobiliteit ............................................................................................... 25
2.4 Duurzaam ondernemen .......................................................................................... 32
2.5 Duurzame gebouwde omgeving ............................................................................. 35
2
MISSY FERKLEARRING
Yn de regio Noardeast Fryslân wurkje wy oan in folhâldbere en fitale takomst. Foar
ússels en foar de wrâld om ús hinne. In regio dêr it noflik wenjen, wurkjen en
ûndernimmen is en dêr it fansels sprekt dat dit op in duorsume wize bart.
Om dit te berikken wolle we de kommende jierren ynsette op de sosjaal-ekonomyske
fersterking fan ús regio. Dêrby hieltyd dwaande om it lykwicht te sykjen tusken minske,
miljeu en ekonomy, en safolle mooglik gebrûk meitsjend fan ús kearnkwaliteiten.
Gearwurkje is hjirby de kaai. Allinne mei-inoar (partikulieren, bedriuwen, maatskiplike
organisaasjes, it ûnderwiis en lokale oerheden) kinne wy in flinke slach slaan. De
gearwurking sa’t dy sûnt 2010 ûntstien is yn dizze regio makket dat wy mei-inoar de
skouders derûnder sette kinne.
Duorsumens is fan ús allegearre en dat is wêr't dizze fisy foar stiet!
Mei-inoar litte wy sjen dat Noardeast Fryslân sels de leie yn hannen hat. Mei konkrete
projekten, nijsgjirrige gearwurkingsfoarmen en mei frisse enerzjy wurkje wy oan ús
duorsume takomst. In takomst fol mei kânsen en selsbetrouwen. Wy ha kriich, litte sjen
wa't wy binne en wat wy dogge en berikke sa mei-inoar ùs doel! Fanút folle oertsjûging
wurkje wy:
mei inoar, mei betrouwen en kriich oan in duorsum Noardeast!
(Vanuit volle overtuiging werken wij werken samen, met vertrouwen en lef aan een duurzaam
Noordoost Fryslân!)
3
Deze rapportage bestaat uit drie onderdelen verdeeld over drie hoofdstukken:
4
1. Motivatie duurzaam Noordoost Fryslân
Waarom streven we naar verduurzaming van onze samenleving en wat betekent dat eigenlijk
voor Noordoost Fryslân? Dit hoofdstuk gaat in op de achtergronden en definities en geeft een
helder beeld van onze opgave.
1.1 Achtergrond en aanleiding
In 2010 is in samenwerking tussen de gemeenten Achtkarspelen, Dantumadiel, Dongeradeel,
Kollumerland c.a., Tytsjerksteradiel, de provincie Fryslân en het Wetterskip Fryslân het Sociaal
Economisch Masterplan (SEM) ‘Netwerk Noordoost – wonen en werken in netwerken’
ontwikkeld en gepresenteerd. In dit plan zijn ambities vastgelegd en keuzes gemaakt over wat de
komende tijd belangrijk is voor de regio Noordoost Fryslân. Uniek voor dit plan is dat het gaat om
een regionale visie die in samenwerking tussen de NOF-gemeenten, provinsje Fryslân, Wetterskip
Fryslân en bedrijfsleven is ontstaan.
Op 26 april 2012 zijn de afspraken naar aanleiding van dit plan formeel vastgelegd in de Agenda
Netwerk Noordoost (ANNO), het uitvoeringsprogramma van het SEM. In het najaar van 2012
heeft ook de gemeente Ferwerderadiel zich hierbij aangesloten.
Met het Sociaal Economisch Masterplan en de Agenda Netwerk Noordoost heeft de regio een
duidelijke visie gevormd, waarin zij anticipeert op de toekomst en een heldere koers uitzet op
sociaal economisch gebied. Het masterplan en de agenda zijn vervolgens doorvertaald naar het
‘Meerjarenprogramma ANNO’. Een programma dat bijdraagt aan de concretisering van de
gewenste ontwikkelingen en waarin duurzaamheid een belangrijk richtinggevend element is.
Met het voorliggende visiedocument en bijbehorend uitvoeringsplan maken we deze gewenste
duurzaamheid concreet voor onszelf en richting onze omgeving. De visie en het uitvoeringsplan
maken duidelijk hoe we gezamenlijk de volgende stap willen zetten richting het verduurzamen
van onze regio.
5
Figuur 1: overzichtskaart Noordoost Fryslân
1.2 Wat betekent duurzaamheid in Noordoost Fryslân?
Het begrip ‘duurzaamheid’ roept vaak een breed beeld op. Het wordt (terecht) een
containerbegrip genoemd en heeft meerdere betekenissen. We willen duurzaam zijn, al hebben
we niet altijd een gemeenschappelijk beeld van dat begrip. Dit laatste is echter wel een
voorwaarde om een gezamenlijke visie te hebben en daarmee aan de slag te gaan.
Definiëring duurzaamheid
Duurzaamheid in Noordoost Fryslân betekent balans tussen mens, milieu en economie, waarbij
een volhoudbare situatie ontstaat (nu en in de toekomst). Duurzame ontwikkeling is het proces
dat moet leiden tot die volhoudbare balans. Het gaat dus over de stappen die daartoe gezet
moeten worden. We spreken van duurzame ontwikkeling wanneer het gaat om een actief proces
waarin samenwerking een belangrijke voorwaarde is. We definiëren duurzame ontwikkeling in de
regio Noordoost Fryslân als volgt:
6
Wereldwijd wordt geconstateerd dat het beoogde duurzame evenwicht nog (lang) niet op alle
terreinen te vinden is. Denk bijvoorbeeld aan de negatieve gevolgen van economische
ontwikkeling op mens, dier en milieu zoals het broeikaseffect, het opraken van grondstoffen,
eutrofiëring (vermesting en overbemesting) en afvalstoffenophoping. Ook sociale misstanden als
kinderarbeid en uitbuiting maken hiervan onderdeel uit.
Op regionale en lokale schaal komen concrete gevolgen van dergelijke misstanden in beeld in de
vorm van klimaatverandering (bv. stijging van de zeespiegel en extreme weersomstandigheden),
stijging van energie- en grondstofprijzen en teruglopende biodiversiteit.
Ontwikkelrichtingen
In eerste instantie denken we bij verduurzaming aan het reduceren van de negatieve impact van
ons huidig handelen. Denk aan energie besparen, minder schadelijke gassen uitstoten, minder
auto rijden, etc. Een relatief eenvoudige en toch belangrijke eerste stap.
Een volgende stap is om met duurzame ontwikkeling te streven naar versterking van ons
maatschappelijk systeem door fundamentele veranderingen door te voeren. Veranderingen die
nieuwe inhoud geven aan bestaande maatschappelijke en economische activiteiten gericht op:
het duurzaam produceren van energie (Energietransitie),
het sluiten en verbeteren van kringlopen (grondstoffen, voedsel, eiwitten, nutriënten,
water e.d.) (ook wel Biobased Economy of circulaire economie genoemd),
het terugdringen (of zelfs laten verdwijnen) van schadelijke processen in bijvoorbeeld
productie, huisvesting en mobiliteit.
Met deze stappen zijn we niet alleen ‘minder slecht’, zoals bij besparing het geval is, maar
streven we naar een maatschappij die geen, of zelfs positieve impact op onze leefomgeving en
ons welzijn heeft.
Het streven naar duurzaamheid is een omvangrijke opgave. Het houdt vooral in dat er op een
andere, vernieuwende duurzame manier wordt omgegaan met bestaande opgaven en
ontwikkelingen. Denk bijvoorbeeld aan het gebiedsgericht werken vanuit gebiedscollectieven.
Hierdoor ontstaan nieuwe mogelijkheden. Een reeds bestaand collectief is de NFW. Voor
Noordoost Fryslân liggen deze mogelijkheden vooral in het duurzaam versterken van de
leefbaarheid en het toekomstbestendig maken van de sociaaleconomische, demografische en
fysieke ontwikkeling van de regio. D
De onderling afgewogen ontwikkeling van welzijn, welvaarten omgeving, met als doel
een volhoudbaar evenwicht in een sociaaleconomisch krachtige regio.
7
Deze abstracte benadering krijgt vorm wanneer een doorvertaling plaatsvindt naar regionale en
lokale schaal. Dán wordt concreet zichtbaar welke impact dit streven heeft op de leefomgeving
en welke thema’s daarin belangrijk zijn.
Binnen Noordoost Fryslân ligt het accent op de volgende kernthema’s:
• duurzame energie,
• duurzame mobiliteit,
• duurzaam ondernemen,
• duurzame gebouwde omgeving.
Met de keuze voor deze thema’s streven we naar een herkenbare richting die aansluit bij de
relevante vraagstukken in onze regio.
Onderdeel maken van…
Al meer dan 25 jaar geleden, in 1987, werd duurzame ontwikkeling door de Commissie
Brundtland gedefinieerd en op de kaart gezet. Sindsdien hebben diverse ontwikkelingen
plaatsgevonden, denk bijvoorbeeld aan het internationale Kyoto-verdrag en de daaruit afgeleide
doelstellingen op Europees, nationaal, regionaal en lokaal niveau. Ook in Noordoost Fryslân is dat
het geval. De NOF-overheden hebben allen eigen doelstellingen en beleid en geven daaraan
uitvoering door middel van projecten. Hieronder volgt een overzicht van de diverse vigerende
beleidsdocumenten. In hoofdstuk 2 worden ook de diverse lopende projecten benoemd.
Overheid: Beleidsdocument:
Achtkarspelen Duurzaamheidsvisie Duorsum yn de Wâlden
Achtkarspelen = Duorsum Dwaande
Dantumadiel Duurzaamheidsvisie en Plan van Aanpak
Dongeradeel Duurzaamheidsnotitie 2012-2015: Dongeradeel hat enerzjy!
Ferwerderadiel Omgevingsplan 2009-2013
Kollumerland c.a. Energievisie Kollumerland c.a. van visie naar actie (2010)
Milieuvisie 2011
Tytsjerksteradiel Beleidsplan Duurzaamheid 2008-2023, Duorsumens yn
Tytsjerksteradiel, It kin oars, it moat oars!
Wetterskip Fryslân Waterbeheerplan 2010-2015, ‘Wetter jout de romte kwaliteit’
Duurzaamheidstatement (2 juli vast te stellen door bestuur)
Provinsje Fryslân Economische beleidsvisie provincie Fryslân 2012, Groen, slim en
grensverleggend
Sinnestroom
Uitvoeringsprogramma Duurzame Energie (nog vast te stellen)
Friese Grondstoffenagenda (in ontwikkeling als opvolger van AAP)
Funs Skjinne Fryske Enerzjy
NOF Toekomstbeeld en strategische visie Waterrecreatie NO Fryslân
8
Bovenstaande (duurzame)ontwikkelingen hebben veel overeenkomsten, vooral op de terreinen
duurzame energie (pv-stimulering), mobiliteit (groengas, elektrisch rijden en varen), gebouwde
omgeving (energieloketten) en de eigen organisatie (duurzaam inkopen). Dat geldt minder voor
het thema duurzaam ondernemen. Daarnaast zijn de verschillende beleidsdocumenten opgesteld
op basis van het schaal- en abstractieniveau van de betreffende overheid. Doelstellingen zijn
hierdoor niet in alle gevallen één op één op te schalen naar een regionale (gezamenlijke) visie. In
deze visie is daarom zorgvuldig gezocht naar een gezamenlijke hernieuwde definitie op regionaal
niveau en is waar mogelijk voortgebouwd op het bestaande. Voor het overige is gezocht naar
zorgvuldige onderlinge afstemming, zodat doelstellingen niet conflicteren.
Het streven is telkens om de individuele doestellingen in beleid en uitvoering (nu en in de
toekomst) af te stemmen op de hier beschreven regionale ANNO-ambities. In deze visie
concentreren we ons op die onderdelen, die juist door middel van regionale samenwerking
meerwaarde bieden.
Duurzame ontwikkeling staat niet op zichzelf: het vormt een (nieuw) onderdeel in bestaande
ontwikkelingen. Waar mogelijk wordt daar in de regio op aangehaakt om zo duurzaamheid
verder in praktijk te brengen. Concreet kan gedacht worden aan projecten als:
• de aanleg van de Centrale As;
• verdubbeling van de spoorweg Leeuwarden-Groningen;
• verbreding en opwaardering van het Prinses Margrietkanaal;
• 2e fase van het Friese Merenproject;
• aanwijzing van de Waddenzee als werelderfgoed.
Deze duurzaamheidsvisie flankeert verder de ontwikkeling van overige beleidsterreinen. Met
deze visie streven we naar optimale integratie bij lopende thema’s en projecten. Voor de regio
Noordoost zijn dit de volgende:
A. Noordoost bereikbaar
B. Noordoost Digitaal
C. Wonen en leven in Noordoost
D. Sterke Kernen
E. Ruimtelijke infrastructuur voor bedrijven
F. Duurzame gebiedsontwikkeling
G. Recreatie en toerisme
H. Netwerk Noordoost bedrijven naar innovatie
I. Kansen voor wonen, zorg &zorgtoerisme
J. Van onderwijs naar baan
K. Duurzaam Noordoost
9
- Aanpak duurzaam Noordoost
- Kollumerland c.a. Energieneutraal
- Energie uit Hout in de NFW
- Duurzaam Burdaard en LEF
L. Samenwerking en organisatie
M. Programmafinanciering
N. Regiomarketing
We sluiten hierdoor optimaal aan op (duurzame) doelstellingen op verschillende niveaus. Waar
mogelijk op basis van kwantitatieve kerncijfers. Onderstaande tabel is hierbij gebruikt als basis
voor het doorvertalen van de verschillende doelstellingen voor de regio.
Uit de bovenstaande tabel blijkt dat de regio gemiddeld een hoge dichtheid heeft vanuit Fries
perspectief. Nederland heeft gemiddeld ruim 400 inwoners per vierkante kilometer en daarmee
kunnen we de regio als een gebied met relatief veel ruimte aanmerken. Verder valt het verschil in
dichtheden op tussen het noordelijke deel (Dongeradeel en Ferwerderadiel) en de overige
gemeenten. Dit verschil loopt gelijk op met de klei- en zandgronden en daaraan gekoppeld ook
het agrarisch grondgebruik akkerbouw en veeteelt.
1.3 Wie doet wat
Onze maatschappij ontwikkelt zich de laatste jaren steeds meer richting een zogenaamde
netwerkmaatschappij. De traditionele rolverdeling tussen overheid en maatschappij verandert en
(maatschappelijke) verantwoordelijkheden worden vaker maatschappelijk opgepakt en
gedragen. Dit betekent automatisch dat er meer verwacht en gevraagd wordt van particulieren,
bedrijfsleven, maatschappelijke organisaties en onderwijs.
Dit betekent ook dat deze groepen meer eigen sturing geven aan ontwikkelingen.
Het activeren van maatschappelijke netwerken is dan ook van doorslaggevend belang om de
Figuur 2: Karakteristieken ANNO, Bron: Demografische kerncijfers per gemeente 2011, CBS, bewerking KNN
10
duurzame doelstellingen te halen en vormt een belangrijk uitgangspunt in deze visie en het
uitvoeringsplan.
Duurzame technologie en overheidsbeleid
Omdat verduurzaming een maatschappelijk belang dient, hebben overheden hierin een
vooraanstaande rol. Verduurzaming is voor een (belangrijk) deel afhankelijk van technologische
ontwikkelingen. Met name marktpartijen zijn daarvoor aan zet. Een gelijk speelveld is van groot
belang. Sturing vanuit de overheid, bijvoorbeeld door te investeren in specifieke infrastructuur of
het (langdurig) verstrekken van subsidies op bepaalde technologieën, kan leiden tot ongewenste
marktverstoring.
Voor ons als ANNO-overheden is het de uitdaging een werkwijze te hanteren waarbij invloed
uitgeoefend kan worden om duurzame ontwikkeling optimaal te stimuleren, zonder daarbij de
markt (te veel) te sturen. De uitdaging ligt ook in het vertalen van dat overheidsbeleid naar inzet
van financiële middelen en expertise van die overheid. Daar waar de overeenstemming is
gevonden om dit beleid toe te passen, dan wel uit te werken, dienen partijen ook de hiervoor
benodigde capaciteit en budgetten beschikbaar te stellen.
Technologische ontwikkeling is vaak mondiaal en valt dus buiten de invloedsfeer van Noordoost
Fryslân. Voor de regio is het de uitdaging om markt en maatschappij te stimuleren om met
duurzame technologie aan de slag te gaan. Het creëren van een gelijk speelveld kan daarin
worden bereikt door te stimuleren op basis van doelen in plaats van middelen. Denk bijvoorbeeld
aan het belonen van CO2-reductie in plaats van subsidie te geven op een specifieke technologie.
Betrouwbare overheid en betrokkenheid partners
Duurzaamheid vergt langdurig breed gedragen, maatschappelijke samenwerking.
Wederzijds vertrouwen tussen overheid en maatschappij is daarin essentieel. Als overheden in
Noordoost Fryslân streven we er naar deze betrouwbare partner te zijn. We zetten in op
realistische (regiospecifieke) doelstellingen binnen haalbare termijnen. We realiseren ons dat
onze ambities vaak afhankelijk zijn van derden (ondernemers, maatschappelijke organisaties,
onderwijs- en kennisinstellingen, bewoners, etc.) en richten ons daarom nadrukkelijk op
samenwerking met deze partners.
Als overheden kunnen we op twee manieren werken aan duurzame ontwikkeling. Ten eerste, als
variant op de slogan uit begin jaren ‘90: ‘Duurzaamheid begint bij jezelf’, waarbij de eigen
persoon of organisatie een belangrijke rol speelt. Zo kunnen we als overheden fungeren als
zogenaamde launching customer1. Dat betekent dat wij als eersten duurzame producten en
diensten inkopen en daarmee een markt op gang helpen.
1 Met Launching Customer doelen we op een afnemer die voldoende middelen en massa heeft om een
nieuwe marktontwikkeling te genereren. Zo kunnen overheden bijvoorbeeld elektrische auto’s aanschaffen
11
Ten tweede door duurzame ontwikkeling bij maatschappelijke partners aan te jagen. Denk aan
informeren, faciliteren en te stimuleren.
Dialoog met de regio
Deze visie en het uitvoeringsplan zijn mede tot stand gekomen op basis van een brede dialoog
met de regio. Door middel van vier themasessies is de input van zo’n 160 personen op tafel
gekomen. De input uit deze sessies vormt nu mede de basis voor de lijnen die zijn opgenomen in
deze visie. De visie is daarmee niet alleen kaderstellend, maar ook ondersteunend aan een
proces dat al breder zichtbaar is in de regio. Ze dient als leidraad voor verdere ontwikkeling
vanuit de wens:
Alvorens we hierin echter stappen kunnen zetten, moeten we scherp hebben waar we als regio
naartoe willen. In het volgende hoofdstuk gaan we hier nader op in.
waardoor er voldoende afname ontstaat voor een oplaadpunt, waar ook anderen weer gebruik van kunnen maken.
Laten we zo snel mogelijk concreet en gedegen aan de slag gaan met elkaar!
12
2. Visie op duurzaamheid in Noordoost Fryslân
De regio Noordoost wil met duurzaamheid aan de slag. De geluiden in de themasessies
onderschrijven dit. Een richtinggevende breed gedragen visie is daarin noodzakelijk om
gezamenlijk op te trekken. In onderstaande beschrijven we daarom de gezamenlijk vastgestelde
duurzame ontwikkelrichtingen, gevolgd door een verdieping op de afzonderlijke thema’s. Deze
ontwikkelrichtingen vormen voor ons de stip op de horizon in 2030 en geven antwoord op de
vragen:
Wat is het verwachte toekomstbeeld voor de regio?
Hoe sluiten de regionale ambities daarbij aan?
Hoe kan duurzaamheid daar structureel in verweven worden?
De visie luidt:
In het Uitvoeringsplan (hoofdstuk 3, separaat document) beschrijven we hoe we de eerste
stappen richting de verwezenlijking van onze visie zetten.
2.1 Noordoost Fryslân: van nu naar 2030
Anno 2013
Anno 2013 wonen in de regio zo’n 130.000 mensen. De belangrijkste kernen zijn Dokkum,
Burgum, Damwâld, Kollum, Ferwert en Bûtenpost. De regio kent een sterke sociale cohesie en
een redelijk stabiele economie, vooral bestaande uit MKB en een stevige agrarische sector. De
regio wordt geroemd om zijn rust en ruimte. Kenmerkend zijn het coulisselandschap met
dykswallen, de veelheid aan waterschoon zoals de Dokkumer Ee, Waddenzee, Burgumer Mar en
de nationale parken Lauwersmeer en De âlde Feanen en nationaal landschap de Noardlike Fryske
Walden. Kortom Noordoost Fryslân is een aantrekkelijke regio met sociale, economische,
ecologische en recreatieve kwaliteit.
In 2030 is Noordoost Fryslân een regio die volhoudbaar voorziet in haar behoefte qua
energie, voedsel, producten, diensten, werkgelegenheid en recreatie. Daarbij vindt
nadrukkelijk samenwerking met andere regio’s plaats.
13
Actuele ontwikkelingen in de komende jaren
Op dit moment identificeren we twee belangrijke, tegengestelde, sociaaleconomische
ontwikkelingsrichtingen in de regio. Aan de ene kant de demografische ontwikkelingen. Actuele
thema’s als krimp, vergrijzing, braindrain en ook recessie hebben in toenemende mate invloed op
de leefbaarheid en bewonersaantallen in de regio. Aan de andere kant zien we dat wereldwijd
stormachtige technologische ontwikkelingen gaande zijn. In Noordoost Fryslân komen in dat
kader bijvoorbeeld geavanceerde telefoon- (3G en 4G) en glasvezelnetwerken (voor bv. internet,
elektronisch betalingsverkeer en zorg op afstand) beschikbaar. De sociaaleconomische nadelen
van een landelijke ligging worden daarmee verkleind. Technologische ontwikkelingen,
gecombineerd met de aantrekkelijke recreatieve waarden en strategische ligging in de driehoek
Leeuwarden-Drachten-Groningen dragen bij aan een aantrekkelijk (forensen) woon- en
recreatiegebied. De vraag voor de komende jaren is in hoeverre de tweede ontwikkeling de
eerste kan compenseren of zelfs keren.
Verder constateren we dat economische ontwikkelingen in onder andere de landbouwsector
leiden tot toenemende druk op het ecologisch systeem. Voortzetting van traditionele
schaalvergroting heeft significante gevolgen voor dat systeem. We zien dat de sector, al dan niet
afgedwongen, steeds beter in staat is deze druk niet verder op te laten lopen of zelfs te keren!
Gewenste ontwikkelingen
De regio NOF heeft een generiek toekomstbeeld beschreven als gezamenlijke leidraad. In het
ambitiestatement wordt dit als volgt beschreven2:
"In 2030 is de kwaliteit van leven in Noordoost Fryslân bijzonder goed. Mensen wonen en werken
hier met plezier. Noordoost Fryslân ontwikkelt zich als een dynamische plattelandsregio in het
noordelijk stedelijk netwerk. Door samen te werken op regionale schaal maken wij onze ambities
waar!".
Bovenstaande wordt nog eens extra aangezet in het volgende statement:
“In 2030 is Noordoost Fryslân niet meer dat deel van de provincie dat aan het uiteinde ligt. De
regio heeft haar deuren wijd open gegooid en is onderdeel van provinciale, landelijke en ook
internationale netwerken. Wonen en werken in netwerken heeft Noordoost Fryslân in 2030 verder
gebracht” 3.
Beide statements hebben een positief en ontwikkelingsgericht karakter, vooral gericht op
sociaaleconomische versterking en een trotse samenwerkende regio. In deze duurzaamheidvisie
2 Netwerk Noordoost is Dwaande: Regionale Afspraken Uitvoering Agenda Netwerk Noordoost,
streekagenda voor Noordoost Fryslân (p. 4) (oktober 2011) 3www.dwaande.nl/werken-en-ondernemen/netwerk-noordoost/
14
haken we aan op dit bestaande gedachtegoed en geven we dit verdere verdieping: waarin
resulteren de ambities als we duurzaamheid als uitgangspunt toevoegen?
“Mensen wonen en werken hier met plezier” vullen we aan met “in volhoudbaar evenwicht met
onze leefomgeving”. Daarmee bedienen we de drie P’s People, Planet en Profit. We constateren
namelijk dat er al veel ‘borrelt’ binnen de gemeenschap rond het thema duurzaamheid. Diverse
dorpen verenigen zich en ondernemen actie op lokaal niveau. In aansluiting daarop ontstaan ook
duurzaam economische kansen. Op korte termijn al in duurzame energie; bijvoorbeeld door de
installatie van pv-panelen door regionale installateurs op particuliere daken. Dus (nieuwe)
werkgelegenheid en duurzame productie.
Op langere termijn streven we naar nog meer integrale ontwikkeling. Een mooi voorbeeld
daarvan is het voorzien in openbaar vervoer op maat, duurzaam aangedreven op lokaal
geproduceerd groengas.
Richting 2030 zal zo het economisch profiel van de regio verder verduurzaamd zijn. Hier ligt
meteen een belangrijke kans voor de nu al sterk vertegenwoordigde primaire sector (landbouw).
Deze sector levert een regio-overstijgende bijdrage in de vorm van energie-, voedsel- en
biomassaproductie op basis van verduurzaamde bedrijfsvoering. De verwerkende industrie en
bouwsector (secundair) en de ondersteunende dienstensector zoals de detailhandel en
recreatiebranche (tertiair) gaan in dat kielzog mee. De landbouwsector blijft daarmee een
belangrijke economische en ook duurzame drager voor Noordoost Fryslân.
Streefbeeld 2030
In 2030 hebben we een aantal significante stappen gezet richting een duurzame maatschappij.
Concreet betekent dit dat de regio in 2030 voor een belangrijk deel zelfvoorzienend is waar het
gaat om voedsel, energie en materialen. Zelfvoorzienend betekent overigens niet dat we een
afgesloten, autarkische regio zijn. We streven naar kringlopen op een zo laag mogelijk, optimaal
schaalniveau. Voor energie kijken we naar bijvoorbeeld naar onze eigen mogelijkheden, voor
grondstofkringlopen kijken we meer naar Fries of nationaal niveau. We zijn daarmee sterk
verminderd afhankelijk van externe hulpbronnen zoals aardgas uit Rusland, kunstmest uit
Marokko(fosfaat) en veevoer uit Zuid-Amerika (soja). Deze ontwikkelingen hebben op hun beurt
nadrukkelijk een positieve weerslag op de economie, leefbaarheid en biodiversiteit in de regio
(en daarbuiten). Concreet staat de regio er rond 2030, dus over zo’n 17 jaar, als volgt voor:
Energietransitie: we zijn onafhankelijk van fossiele energiebronnen:
Woningen en gebouwen voorzien in eigen energiebehoefte,
Openbare infrastructuur zoals verlichting, sluizen, bruggen en gemalen worden
duurzaam aangedreven,
15
We produceren aan huis ook energie om ons vervoer aan te drijven en andersom
voorziet onze elektrische auto ons van stroom als we even zonder zon zitten, het slimme
energienet faciliteert ons daarin,
Ook bedrijven zijn zelfvoorzienend, vooral de agrarische sector wordt grootschalig
producent van duurzame energie;
Circulaire maatschappij: onze gebruiksgoederen zijn herbruikbaar:
We gebruiken ons afval weer nuttig als grondstof bijvoorbeeld door er (weer)
afbreekbare bioplastics van te maken, en als het echt niet anders meer kan worden
produceren we er energie mee;
We hebben sluitende regionale (nutriënten)kringlopen gerealiseerd door nauwe
samenwerking tussen veeteelt-, akkerbouw- en de afval/watersector;
De biodiversiteit in de regio en daarbuiten staat niet langer onder druk en floreert weer,
onder andere door herstel van bodemkwaliteit, het zorgvuldig omgaan met nutriënten,
het reduceren van de uitstoot van broeikasgassen en het uitbannen van overige
schadelijke stoffen in bodem, grond- en oppervlaktewater en atmosfeer.
Duurzame economie: onze economie is hervormd en dient de regionale gemeenschap:
Inwoners en horeca kopen veelal regionaal geproduceerd voedsel omdat dat
betrouwbaar, duurzaam en economisch aantrekkelijk is;
Ook van buiten de regio wordt de kwaliteit van onze regio gezien, waardoor de export
van regionale producten toeneemt en er in NOF volop duurzaam gerecreëerd wordt in
het aanwezige natuurschoon;
De informatievoorziening is goed ontwikkeld en we zijn sterk verminderd afhankelijk van
de omliggende stedelijke centra als Leeuwarden, Groningen en Drachten voor werk,
zorg en onderwijs;
We produceren duurzame energie voor onszelf en in toenemende mate voor de dichter
bevolkte gebieden om ons heen, daarmee is een bloeiende nieuwe economische drijver
voor de regio ontwikkeld.
Ontwikkelingsmogelijkheden
De regio heeft een uitstekende uitgangspositie om bovenstaande te realiseren, onder andere
vanwege de gunstige verhouding tussen ruimte en inwoners. Zo werd ook tijdens de vier
themasessies geconcludeerd. De regio kan verder bogen op de traditie van een landelijke cultuur
waarin duurzaamheid, zij het vaak nog impliciet, al een kerngedachte is.
16
Tot slot is de goed ontwikkelde sociale cohesie in Noordoost Fryslân een van de belangrijkste
pijlers onder duurzame ontwikkeling. Gezamenlijk vormen deze factoren een krachtige basis voor
verdere ontwikkeling.
Concretisering in 4 kernthema’s
Nu het globale duurzame beeld voor 2030 compleet is, zoomen we verder in op de vier
benoemde kernthema’s:
• duurzame energie,
• duurzame mobiliteit,
• duurzaam ondernemen,
• duurzame gebouwde omgeving.
De thema’s worden hieronder verder uitgediept. Daarin komen achtereenvolgens de
toekomstontwikkelingen voor de regio, regionale keuzes, aanpak, actoren en lopende
ontwikkelingen aan de orde.
17
2.2 Duurzame energie
Zo’n 64 PJ (PetaJoule4) was de energiebehoefte van de gehele provincie Fryslân in 2010
5. Daarvan
werd zo’n 2,5 PJ duurzaam ingevuld (een kleine 4 %). De energievraag doorvertaald naar
Noordoost betekent per jaar het volgende:
Vorm: Fryslân ANNO-regio m3 / kWh ANNO-regio
Aardgas 31 PJ 5.7 PJ (o.b.v. woningaantal) 180 mln. m3
Elektriciteit 13 PJ 2.6 PJ (o.b.v. inwoneraantal) 723 mln. kWh
Transportbrandstof 20 PJ 4.0 PJ (o.b.v. inwoneraantal) divers
De omschakeling naar duurzame energie (de energietransitie) vormt een belangrijke stap op weg
naar een duurzame samenleving. Deze omschakeling moet gezien worden als stap 2 in de Trias
Energetica, bestaande uit de stappen:
1. Energiebesparing
2. Duurzame opwekking
3. Schoon fossiel
Ook in Noordoost Fryslân geldt (als vanzelfsprekend) dat het reduceren van de energiebehoefte
voorop staat. Vooral binnen de thema’s mobiliteit en gebouwde omgeving komt het reduceren
van de energiebehoefte uitgebreider aan bod. Binnen dit thema ligt de focus vooral op de
mogelijkheden om in Noordoost Fryslân duurzame energie te produceren (stap 2). Stap 3, schoon
fossiel krijgt (beperkt) aandacht binnen het thema mobiliteit.
Wat betreft het produceren van energie liggen er op regionaal en lokaal niveau concrete kansen,
waaraan vaak een economisch voordeel te koppelen is. Bijvoorbeeld door de verkoop van
duurzame energie en het creëren van werkgelegenheid. Daardoor geldt dat het inzetten op de
regionale productie van duurzame energie bijdraagt aan de drie P’s: Planet: emissiereductie
(vermindering broeikasgas), Profit: verkoop energie, People: werkgelegenheid.
Een belangrijk verschil met energieproductie uit fossiele brandstoffen is dat duurzame energie
een groter ruimtegebruik kent6. Voor de gewenste energietransitie is dus veel ruimte nodig en
dat heeft Noordoost Fryslân! Deze ruimte kan bij de opwekking van duurzame energie in de
eerste plaats worden gebruikt voor de regio zelf en in tweede plaats voor de export van
4 1 PJ is 1.000.000.000.000.000 joules, is 31,6 miljoen m3 aardgas, is 277,8 miljoen kWh (CBS)
5Duorsume enerzjy yn Fryslân, 2010
6 Om 1 PJ elektriciteit te produceren is 333 ha. zonnecellen nodig,
1.000 ha. windturbines of 5.000 ha. biomassa. (bron: Duorsume enerzjy yn Fryslân, 2010)
18
duurzame energie richting een stad als Leeuwarden. Deze vorm van energie biedt de regio een
duurzame én economische impuls!
Ontwikkelrichtingen
Biomassa, zon en wind zijn de meest relevante alternatieven wat betreft duurzame energie in
Noordoost Fryslân. Ook geothermie (aardwarmte) kan een belangrijke duurzame bron vormen.
Dit laatste is vaak gekoppeld aan de grote warmtevraag in de industrie, kassenteelt of een
warmtenet voor woningen. Geothermie sluit daarmee minder aan op de situatie in Noordoost.
Vanuit bovenstaand perspectief zijn de drie meest relevante thema’s in Noordoost Fryslân:
• (Grootschalige) zon PV
• Biomassa voor energie
• Windenergie
Een technologie als Blue Energy is volop in ontwikkeling. Naast de bovengenoemde thema’s kan
deze ontwikkeling in de toekomst interessant worden voor Noordoost vanwege de zoet-zout
waterovergang bij het Lauwersmeer. In afwachting van de uitkomsten van deze ontwikkeling
blijft deze technologie in deze visie verder buiten beschouwing.
Productie van duurzame energie is één ding, het verwerken en afzetten ervan is een tweede. Om
in de toekomst de toenemende hoeveelheden duurzame elektriciteit te verwerken is een slim
elektriciteitsnetwerk nodig. Dat netwerk zorgt voor het actueel afstemmen van de energievraag
op het duurzame aanbod aan energie. Dit kan bijvoorbeeld door middel van fysiek bufferen en
ook door prijssturing. Bedrijven en burgers kunnen hier, afhankelijk van de ontwikkelingen, in
toenemende mate hun voordeel mee doen. Een concreet voorbeeld is het verkopen van
duurzame zonne-energie van het eigen dak aan de buren. Ook het tijdelijk opslaan van de stroom
(bijvoorbeeld in een elektrische auto) en deze verkopen zodra de zon ondergaat is een optie.
De mogelijkheden van duurzame energie zijn groot en sterk afhankelijk van de technologische
ontwikkeling die op dit moment volop in gang is. Netbeheerder Liander is al bezig met de
voorbereidingen op deze ontwikkeling.
(Grootschalige) zon PV
We concentreren ons binnen dit thema op grootschalige productie van PV-zonne-energie (Photo
Voltaic). Gedacht kan worden aan PV-panelen op loodsen, stallen (ook ter vervanging van
asbest), (mkb-)bedrijven, dorpshuizen, gemeenten en scholen (zonne-energie op particuliere
daken valt onder het thema Gebouwde omgeving). Een andere optie is het zogenaamde PV-park,
bijvoorbeeld op een braakliggende weide of een (nog) niet ontwikkelde woningbouwlocatie.
Het kabinetsbeleid (Rutte II) biedt ruimte voor de ontwikkeling van zonneparken (al dan niet op
daken) door middel van belastingverlaging voor coöperaties. Daarmee komt de ontwikkeling van
19
dergelijke grootschalige PV-projecten in een nieuw daglicht te staan. De gemeente Dongeradeel
is in dat kader al aan het inventariseren wat de mogelijkheden voor deze ontwikkeling in de
Dokkumer stadsrand zijn.
Concreet liggen er kansen op korte termijn. Voor stroomverbruikers met een hoog stroomtarief,
eventueel aangevuld met belastingvoordelen - dit zijn vooral particulieren, kleinere bedrijven,
scholen en dorpshuizen - is investeren in zonne-energie nu al interessant. Ook voor de agrarische
sector is het beleggen van loodsen en stallen met PV-panelen interessant, zeker wanneer dit
gecombineerd wordt met asbestverwijdering (onder voorwaarde dat er sprake is van
kleinverbruik, dan wel in combinatie met een coöperatiestructuur). Op beide onderdelen is
namelijk fiscaal voordeel te behalen. Het inzetten op grootschalige productie van PV-zonne-
energie biedt daarnaast ook een economische kans voor de installatiesector in de regio.
De Provinciale doelstellingen7 ten aanzien van zon zijn voor 2015 50 MW PV-vermogen met een
doorgroei naar 500 MW in 2020. Op basis van ons inwoneraantal betekent deze doelstelling voor
Noordoost Fryslân in 2015 een opgesteld vermogen van 10 MW aan zonnestroom. Richting 2020
groeit dat door naar zo’n 100 MW. Momenteel ligt in de provinsje Fryslân een vermogen van 21
MW aan zonnepanelen. Voor de regio Noordoost komen we uit op een kleine 4 MW opgesteld
vermogen8. Onze uitdaging is dan ook om dat aantal ruim te verdubbelen!
Interessante regeling:
De komende twee jaar gaan de provincies de agrarische sector stimuleren om daken met asbest
te vervangen door daken met zonnepanelen. Ze hebben hiervoor met het Rijk een convenant
afgesloten. Het ministerie van Infrastructuur en Milieu stelt voor de regeling € 20 miljoen
beschikbaar. Naar verwachting start de regeling in juli 2013 en zal lopen tot en met december
2014. De regeling loopt vooruit op een mogelijk verbod op bezit van asbestdaken in 2024. Met de
regeling “Asbestdak eraf, zonnepanelen erop” verwachten de provincies de sanering van
asbestdaken een flinke impuls geven9.
Biomassa
Biomassa kan met gangbare marktrijpe technologie op twee manieren worden ingezet, namelijk
voor vergisting en verbranding. Mest-covergisting, GFT-vergisting, rioolslibvergisting en
houtkachels zijn hierbij de bekendere voorbeelden. De landelijke regio Noordoost Fryslân is rijk
aan biomassa, denk bijvoorbeeld aan mest, (snoei)afval, rioolslib, bermgras en hekelspecie.
Daarnaast zijn afvalproducten van particulieren en bedrijven zoals afgewerkt frituurvet (denk aan
7Provinsje Fryslân, Notitie Binnenstroom 2012-2015, vertienvoudiging van Friese megawatts
8 op basis van 18,4 % woningen in NOF ten opzichte van totaal in Fryslân, zie figuur 2.
9http://www.fryslan.nl/7307/regeling-asbestdak-eraf,-zonnepanelen-erop/
20
de diverse snackbars) en voedselrestanten (restaurants, supermarkten, verzorgingshuizen e.d.)
interessant. Deze producten hebben een hoge calorische waarde (energie-inhoud) en vormen in
potentie een waardevolle bron van/voor duurzame energie. We streven in Noordoost naar
optimaal hergebruik van dergelijke stromen. De uitdaging is om deze stromen te verzamelen en
waar mogelijk weer op regionale schaal in te zetten. Burgers en bedrijven hebben daarin een
belangrijke rol. Het project Energie uit Hout (E4) is daarvan al een goed voorbeeld in Noordoost
Fryslân. Temeer omdat daarmee ook het landschapsbeheer in stand gehouden wordt. Naast de
veelgebruikte technieken van vergisting en verbranding zijn ook torrefractie (groene steenkool),
pyrolyse (omzetten van biomassa in biobrandstof), vergassing en pelletisering (verdichten van
materiaal tot korrels)10
steeds beter toepasbaar voor de nuttige inzet van biomassa.
De volgende stap, die in de komende jaren gezet gaat worden is om, naast energietoepassingen
voor biomassa, door te ontwikkelen naar biomassa als grondstoffentoepassing. Dit is een
veelbelovende duurzame stap en de benodigde technologieën zijn dan ook volop in ontwikkeling.
Aangezien grondstoffen over het algemeen een hogere financiële en ook milieukundige waarde
hebben zetten we daar als regio, afhankelijk van technologische ontwikkeling, in toenemende
mate op in.
In de komende jaren zetten we ons daarom in om de regionaal beschikbare reststromen volop te
gaan benutten. Uiteindelijk doel is om gezamenlijk met lokale verwerkers in 2030 een optimum
te hebben bereikt waarmee we duurzame energie en zelfs onze eigen producten zoals board en
bioplastics produceren!
10
Dit zijn technieken waarbij biomassa verhit wordt en het in bruikbare componenten als olie, kolen en gas uiteen valt.
21
Figuur 3: Overzicht installaties biomassa naar energie, bron: www.b-i-o.nl
Windenergie
Het coalitieakkoord Nije Enerzjy foar Fryslân (2011-2015) is provinciaal het vigerende
beleidskader voor onder andere windenergie. Noordoost Fryslân is daarin geen zoekgebied voor
windturbines. De regio is in bepaalde gebieden vanwege het open (kust)landschap en relatief
dunbevolkte karakter echter wel uitermate geschikt voor windturbines. Het is een controversieel
onderwerp, voornamelijk vanwege de ervaren hinder in de vorm geluid en zicht en impact op het
landschap. Tijdens de themasessie Duurzame Energie is de wenselijkheid voor windenergie in
Noordoost wel door aanwezigen onderstreept.
Gezien de nationale zoektocht naar geschikte gebieden voor windenergie en de regionale
ambities ten aanzien van duurzame energieproductie stelt de regio zich positief op ten aanzien
van deze ontwikkeling. Een belangrijke overweging daarbij is dat de economische potentie van
windenergie ten opzichte van zonnepanelen gunstiger uitpakt.
22
Verspreidt in de regio draaien al tientallen turbines, zoals in de figuur aangegeven wordt met de
blauwe stippen.
Figuur 4: overzicht bestaande windturbines (oktober 2011), bron: Windenergie-nieuws
Deze turbines zijn veelal van de eerste generatie. Voor deze turbines geldt dat ze beperkt
vermogen hebben en een enigszins onrustig ogend draaibeeld (door twee rotorbladen met hoge
draaifrequentie). Vanwege de technologische optimalisaties ziet het hedendaagse
windmolenlandschap er anders uit en vormt de huidige situatie geen representatief beeld.
Een brede regionale maatschappelijke discussie zal de plaatsingsruimte voor wind in de regio
bloot moeten leggen. De balans tussen regionale kosten en baten van windenergie moet daarin
leidend zijn. Een mogelijkheid hierin is de ontwikkeling van participatiemodellen voor burgers,
waarbij de baten in de vorm van energie of geld (gedeeltelijk) bij de lokale gemeenschap terecht
komen. Het uitruilen van de bestaande turbines voor een nieuwe generatie, bijvoorbeeld
gegroepeerd in clusters, kan zowel qua duurzame energieproductie als qua landschappelijke
23
impact verbetering opleveren en kan daarmee binnen de te voeren discussie een
ontwikkelrichting zijn. Ook de inzet van kleine windturbines kan in de toekomst wellicht bijdragen
aan de productie. Deze hebben vanzelfsprekend minder impact op hun omgeving, maar blijven
vooralsnog achter qua rendement.
Slim netwerk
De verschillende duurzame energiebronnen (zon, biomassa en wind) hebben elk specifieke voor-
en nadelen wat betreft toepassingsmogelijkheden, ruimtegebruik, kostprijs en energieopbrengst.
Om onze energieambities te realiseren is een slimme mix van alle beschikbare duurzame energie
opties nodig. Bovendien zijn duurzame energiebronnen als zon en wind niet constant qua
productie. Indien we als regio de komende jaren op grotere schaal gaan produceren betekent dit
dat op regionale schaal gebufferd moet worden – bijvoorbeeld door gebruik te maken van accu’s,
de productie van waterstof uit elektriciteit en vraag en aanbod slim op elkaar af te stemmen. Dat
alles op basis van een slim elektriciteitsnetwerk en dus in samenwerking met de netbeheerder.
Concretisering
Als regio streven we naar concrete resultaten. In de komende jaren, tot en met 2016, stellen we
ons daarom ten doel om samen met het lokale initiatieven (project E3) en bedrijfsleven (project
E4) en onze eigen organisatie (project E5) 10 MW vermogen duurzame zonne-energie te
realiseren. Waar mogelijk maken we daarbij gebruik van fiscale regelingen, SDE+ en de
beschikbare revolverende fondsen.
Als overheden ondersteunen we, waar mogelijk, de borrelende lokale initiatieven. We doen dit
door middel van kennislevering, netwerkontwikkeling en organisatieondersteuning (project E3).
De ondersteuning bij ontwikkeling van lokale energiecoöperaties met als doel het produceren
van duurzame energie heeft daarbij nadrukkelijk onze aandacht. We doen dit waar mogelijk in
nauwe samenwerking met de Enerzjy Koöperaasje Fryslân en maken gebruik van het Fûns Skjinne
Fryske Enerzjy. Op basis van de bestaande sterk ontwikkelde sociale binding in Noordoost
Fryslân, de al lopende initiatieven zoals LEFeanwâlden en Groenkerk (Oentsjerk) én de ervaring
met coöperaties in de landbouwsector verwachten we stormachtige ontwikkelingen in de
komende 10 jaar rondom coöperatievorming.
Fûns Skjinne Fryske Enerzjy en Doefonds
Met het Fûns Skjinne Fryske Enerzjy wordt gedacht aan een revolverend, zichzelf in stand houdend
fonds. Dit is een initiatief van de provinsje Fryslân. Het fonds heeft tot doel om de productie van
duurzame en betaalbare energie te stimuleren.
Doel van het Doefonds is om innovatieve initiatieven te stimuleren en door te ontwikkelen
bijvoorbeeld door middel van leningen, garanties en deelnemingen. Het Doefonds is voornamelijk
24
gericht op initiatieven van het MKB en maatschappelijke organisaties die zich dicht tegen de
markt bevinden (ontwikkelfase).
Ten aanzien van biomassa ondersteunen we de lopende initiatieven waar mogelijk en bouwen
we in samenwerking met het bedrijfsleven gestaag verder aan benutting van het regionaal
potentieel. We starten in de komende jaren met innovatieve bermgrasbenutting voor energie en
eiwitwinning (project E1). Vanzelfsprekend gaan we ook verder met het ANNO-project Energie uit
Hout (E2) dat reeds op gang is.
Speelveld
Installateurs, energiebedrijven, netbeheerders Liander (elektriciteit) en Stedin (gas),
gemeenten/provincies, Enerzjy Koöperaasje Fryslân, agrarische sector, Groenkerk, burgers,
dorpsbelangen, Doarpswurk, LEfeanwâlden, grotere energieverbruikers, landschapsonderhoud,
terreinbeherende organisaties (TBO’s), Noardlike Fryske Wâlden (NFW), Friese Milieu Federatie
(Netwerk Duurzame Dorpen), energieadviseurs, investeerders (banken, maar ook
pensioenfondsen, bedrijven en particulieren).
Lopende ontwikkelingen en initiatieven in NOF
7 operationele agrarische co-vergistingsinstallaties, totaal vermogen bijna 6 MW elektrisch.
Verbrandingsinstallaties in de pluimveesector, totaal vermogen zo’n 2 MW thermisch.
Energie uit hout Noardlike Fryske Wâlden/
ANNO-gemeenten,
Wetterskip Fryslân
Algenkweek, in combinatie met covergisting Kelstein Hallum
Sinnegreide/Oprichting Lokaal Energiefonds Gemeente Dongeradeel
Fryske Enerzjy Koöperaasje Provincie Fryslân
PV voor MKB (nog vast te stellen) Provincie Fryslân
Agendaproject Lokale Enerzjy Ferwerderadiel (LEF) Gemeente Ferwerderadiel
Agendaproject: Duurzaam Burdaard Gemeente Ferwerderadiel
Project Wetterwâlden Bûtenfjild Gemeente Dantumadiel
25
2.3 Duurzame mobiliteit
Mobiliteit vormt een belangrijke factor bij verduurzaming. Mobiliteit is goed voor ruim 20% van
onze CO2-uitstoot en is bovendien de enige omvangrijke sector binnen de EU waarvan de CO2-
uitstoot gestaag blijft groeien.
Mobiliteit en leefbaarheid
Mobiliteit is in de regio Noordoost een bepalende factor voor de leefbaarheid. Door het
landelijke karakter zijn inwoners en bezoekers vaak genoodzaakt grotere afstanden af te leggen
om in behoeftes als werk, boodschappen, school, sport, zorg en recreatie te voorzien.
Bovendien constateren we dat het lokale voorzieningenniveau in de regio onder druk staat door
gebruikersafname (krimp) en een terugtredende overheid. Om leefbaarheid toch op een gewenst
niveau te houden moet worden voorzien in versterking van de regionale ontsluiting. De regio is
daar al druk mee aan de slag in projecten als de Centrale as en de verdubbeling van de spoorlijn
Leeuwarden – Groningen. Naast deze grotere infrastructurele projecten is het echter ook een
uitdaging om groepen te bedienen die minder zelfstandig mobiel zijn, zoals kinderen, scholieren,
ouderen en mensen met een lichamelijke of geestelijke beperking. Daartoe is een meer
fijnmazige openbaar-vervoer-ontsluiting noodzakelijk. Gezien de relatief grote spreiding van deze
doelgroepen in de regio, blijkt dit wel een kostbare zaak. Een alternatief is dan ook noodzakelijk.
Het provinciale project ‘De digitale duim’ is een mooi voorbeeld van zo’n alternatief: regionale
vraag en aanbod van mobiliteit komen bij elkaar op internet en worden gekoppeld. Daarmee
wordt sterk verhoogde efficiëntie bewerkstelligd en dat is financieel (profit), milieukundig (planet)
en sociaal (people) gezien interessant.
Mobiliteit en technologie
We zien dat duurzame technologische ontwikkeling in de mobiliteitbranche volop aanwezig is,
denk bijvoorbeeld aan het rijden op alternatieve brandstoffen als groengas, biodiesel, bio-
ethanol en het (hybride)elektrisch rijden. Gestimuleerd door fiscale mogelijkheden is deze
beweging primair bij ondernemers en leaserijders te zien. De ontwikkeling van duurzame
mobiliteit is zeer dynamisch door constante technologische ontwikkeling. Voor overheden is het
een uitdaging hier op de juiste manier mee om te gaan.
Aanpak
In lijn met de Trias Energetica wordt primair gezocht naar mogelijkheden tot het beperken van
het aantal vervoerskilometers. Wat daarin opvalt, is dat digitale technologie als internet mensen
momenteel al steeds beter in staat stelt om op afstand zaken te regelen. Denk bijvoorbeeld aan
meer mensen die thuiswerken of gebruik maken van telezorg. We verwachten richting 2030 een
behoorlijke vlucht in deze ontwikkelingen.
26
De eerste uitvoeringslijn is dan ook:
1. Efficiëntie:
A: reductie van noodzakelijk vervoersbewegingen door optimaal gebruik te maken van
digitale technologie.
B: door slimmer om te gaan met beschikbare vervoersmiddelen en het aantal
voertuigkilometers te reduceren. Denk aan autodelen, fietsen, carpoolen en uitgekiende
(openbaar)vervoers- en taxidiensten.
Vervolgens gaat het binnen de regio om de duurzame invulling van mobiliteit. Hoe gaat de
bestaande en toekomstige mobiliteitsvloot over op duurzame brandstoffen en energie en welke
rol hebben overheden daarin? We kijken primair naar de kenmerken van de regio. Dat betekent
dat er in de regio nadrukkelijk onderscheidende kansen liggen voor duurzame mobiliteit op het
gebied van:
2. duurzaam varen, vanwege de aantrekkelijkheid voor waterrecreatie en de combinatie
om de regio goed op de kaart te krijgen;
3. duurzaam zwaar transport, vanwege het grote aandeel landbouw, bouw en transport in
de regio en de mogelijkheid voor de overheidsdiensten. Ook de beroepsvaart valt in
deze categorie.
Duurzaam varen
Schoon en duurzaam varen past goed binnen de ambities in Noordoost Fryslân wat betreft
waterrecreatie, zoals verwoord in de Strategische visie Waterrecreatie Noordoost Fryslân 2025.
Daarin wordt bijvoorbeeld gesproken over E-only-vaarroutes. De kansen voor elektrisch varen
worden ook al concreet benoemd in het Masterplan Waterfront Dokkum (2011) en zijn tevens
onderdeel van Het Friese Meren Project.
De provincie Fryslân heeft de ambitie om proeftuin van het elektrisch varen te zijn en heeft
daarvoor een uitgebreid stimuleringsprogramma gestart. Samen met Friese bedrijven, de Stifting
Elektrysk Farre Fryslân en de onderwijsinstellingen wil de provincie Fryslân koploper zijn in
elektrisch varen. Momenteel varen er in Fryslân 875 elektrische boten en 160 laadpunten. Het
Friese streven is om in 2015 3000 elektrische boten op het water te hebben in Fryslân.
Hoeveel elektrische boten er al in Noordoost varen is niet exact bekend. Afgeleid van de het
totaal aantal in Fryslân11
ligt het aantal e-boten in Noordoost tussen 50 a 100. Op basis van
grondgebiedgrootte betekent een doorvertaling van de provinciale doelstelling naar de regio dat
er in 2015 zo’n 500 boten elektrisch aangedreven door onze wateren varen.
11
Rekening houdend met een grondoppervlakverhouding en uitgaande dat het zwaartepunt van de Friese recreatievaart (vooralsnog) buiten Noordoost Fryslân valt.
27
Als regio onderschrijven we het belang van de provinciale doelstelling en zetten we ons in daar
naar vermogen aan bij te dragen. We brengen in samenwerking met de Provinsje het huidig
aantal boten beter in kaart en op basis daarvan scherpen we onze kwantitatieve doelstelling aan.
Daarbij houden we wel nadrukkelijk rekening met het beperkte aandeel recreatievaart in
Noordoost.
We zien dat we in het behalen van de doelstelling sterk afhankelijk zijn van externe factoren zoals
de komst en wensen van consumenten en de actieve ontwikkeling bij recreatieondernemers. Als
overheden zetten we daarom in eerste instantie in op een stimulerende rol door het ontwikkelen
van een dekkende infrastructuur van laadpunten. De reeds aanwezige kunstwerken zoals
pompen en sluizen van het Wetterskip beiden een kans om oplaadpunten gemakkelijker te
realiseren. Daarnaast maken we enkele gebieden in onze ecologische hoofdstructuur exclusief
beschikbaar voor elektrisch varen. Daarmee wordt ook direct de milieudruk in onze EHS verlaagd!
In het kader van bovenstaande heeft de provincie subsidie beschikbaar voor oplaadpunten voor
elektrisch varen (Stimuleren elektrisch varen in Fryslân12
). Daarnaast kunnen bestaande of
toekomstige (huur)vloten voorzien worden van elektrische aandrijving (ook subsidiabel) en
kunnen speciale vaarroutes worden uitgezet enkel voor elektrische fluisterboten. De kaart op de
volgende pagina geeft een beeld van de bestaande elektrische oplaadinfrastructuur voor de
vaart.
12
www.friesemeren.nl/nl/natuur-en-economie/elektrisch-varen
28
Richting 2030 wordt op verdere emissiereductie in de watersector aangestuurd. Het uiteindelijke
doel is een volledig duurzaam aangedreven vloot in onze wateren. Niet alleen in de
recreatiesector, maar ook in de professionele vaart. Waar mogelijk op basis van een autonome
beweging door de aantrekkelijkheid van schone vaartuigen in de vorm van bijvoorbeeld lagere
kosten, stillere motoren, schonere (of geen) uitstoot van uitlaatgassen en dergelijke.
Figuur 5: Oplaadpunten Elektrisch varen in Noordoost, bron: www.elektrischvaren.info
Als de beoogde ontwikkeling niet voldoende autonoom op gang komt zal meer sturend
overheidsbeleid ontwikkeld worden. Een evaluatiemoment in 2015 zal hierin bepalend zijn.
Duurzaam zwaar transport
In de regio is het aandeel zwaar transport relatief groot, denk aan de landbouwsector,
bouwsector en de logistieke sector, inclusief scheepvaart. Voor zwaar transport is veel vermogen
benodigd. Een verbrandingsmotor is daartoe geschikt. Waar bij personenvervoer de nadruk op
elektrische aandrijving ligt, wordt voor het zwaardere transport daarom ingezet op 2e generatie
biobrandstoffen, zoals groengas, bio-lng, bio-ethanol of biodiesel. Dit sluit aan op de ontwikkeling
29
in de Energy Valley regio richting (Bio-)LNG voor de scheepvaart en zwaar transport, waar de
Taskforce LNG Noord Nederland zich voor inzet. Ook de provinsje zet nadrukkelijk in op dit spoor.
De ANNO-regio kan daarin een rol vervullen waar het gaat om regionale productie van
biobrandstoffen en faciliteren in infrastructuur. Dit is ook voor de (buitendijkse) scheepvaart,
zoals de passagiersdienst richting Ameland een interessante ontwikkeling waar in dit kader reeds
onderzoek naar gedaan wordt.
Onder andere door Europese bijmengverplichtingen heeft de inzet van biobrandstoffen de
afgelopen jaren een aardige vlucht genomen. Ook de stimulering van diverse overheden op dit
vlak, in Noordoost bijvoorbeeld de ondersteuning van biotankstations, heeft bijgedragen aan
verdere ontwikkeling. In de afgelopen jaren is een ethische discussie gevoerd over de toepassing
van biobrandstoffen. Deze discussie komt er in hoofdzaak op neer dat wanneer (potentieel)
voedsel zoals maïs, palmolie, koolzaad en suikerriet als brandstof worden ingezet de
wereldvoedselmarkt onder te hoge druk komt te staan, mogelijk met prijsopdrijving tot gevolg.
Dit neemt niet weg dat alternatieve brandstoffen in vooral de zwaardere categorieën zoals
transport en landbouw noodzakelijk zijn als alternatief voor fossiele brandstoffen. Dit geldt zeker
ook in Noordoost Fryslân, omdat deze sectoren hier relatief groot zijn. We zetten daarom ook als
regio in op het toepassen van zogenaamde 2e generatie biomassastromen voor brandstoffen op
basis van afvalstromen zoals afgewerkt frituurvet, slachtafval, snoeiafval, rioolslib en gft-afval.
Ook de zogenaamde 3e generatie omarmen we in Noordoost Fryslân. Daaronder valt de kweek
van algen, eendenkroos en ook bacteriën. In Hallum is een pionier op dit vlak gevestigd. We
zetten ons als regio in op verdere stimulering van dergelijke initiatieven.
Verscheidene gemeenten in Noordoost Fryslân en ook de Provinsje zijn inmiddels met
aardgasdienstauto’s uitgerust. Ook zijn verschillende particulieren en bedrijven op deze
brandstof overgestapt. Aardgas is een fossiele brandstof met relatief schone verbranding. Een
aardgasaandrijving is ook geschikt voor het niet-fossiele groengas. Omdat aardgas goed
beschikbaar is vormt het voor nu een geschikte transitiebrandstof. Momenteel is het al mogelijk
om aardgas te tanken in Dokkum, Burgum en Surhuisterveen. Net als bij elektrisch transport
geldt voor deze brandstof dat er een dekkend netwerk van geschikte tankstations essentieel is,
voordat het voor bedrijven en organisaties interessant wordt om hun wagenpark op een
dergelijke biobrandstof te laten rijden.
De volgende stap is dus om het aardgas te vervangen door (regionaal geproduceerd) groengas.
De bestaande vergisters in de regio kunnen hierin wellicht een belangrijke bijdrage leveren. In
het verlengde daarvan moet gedacht worden aan CNG (Compressed Natural Gas), LNG (Liquefied
Natural Gas) en de bio-varianten daarvan CBG en LBG (waarbij Natural wordt vervangen door
Bio). Beide zijn een vorm van gecomprimeerd gas met daardoor een kleiner opslagvolume. De
30
technologie is volop in ontwikkeling. In de Transportsector zien we dat de grotere merken zich
toeleggen op dit spoor.
De nationale overheid stimuleert schoon zwaar vervoer. Voor vrachtwagens en bussen van 5.001
kilogram of hoger is een subsidiebedrag van 4.500 euro mogelijk. Deze voertuigen moeten wel
voldoen aan de Europese emissiestandaard EuroVI-norm. Voor de klasse tussen 3.500 en 5.000
kilogram is 1.250 euro beschikbaar13
.
Elektrisch personenvervoer
Als regio zien we de duurzame waarde van elektrisch personenvervoer en willen dit waar
mogelijk ondersteunen. Het verkrijgen van een E-Award-eervolle-vermelding door de gemeente
Tytsjerksteradiel onderstreept dat we daarin al goed op weg zijn! Elektrische fietsen en scooters
zijn al onderdeel van het straatbeeld geworden en het aanbod van volledig elektrische auto’s
begint te groeien. Vanwege het toenemende aanbod van elektrische auto’s en de verbeterde
prestaties is de verkoop de laatste tijd al sterk gestegen. Eind 2011 reden er 1000 elektrische
personenauto’s rond in Nederland en in oktober 2012 waren dit er al 5000. Het aandeel ten
opzichte van het totale aantal personenauto’s blijft voorlopig echter klein. PwC14
constateert in
dat kader dat er in 2020 naar verwachting in Nederland 140.000 elektrische personenauto’s rond
rijden, waarmee het aandeel op 2% van het totaal komt. Voor Noordoost Fryslân zou dat een
totaal van zo’n 10.000 elektrische auto’s in 2020 betekenen.
De prijs van accu’s, de beschikbaarheid van een dekkende infrastructuur en het vergroten van de
actieradius zullen bepalende factoren zijn voor het uiteindelijke succes van deze vorm van
duurzame mobiliteit. Ook brandstofceltechnologie op basis van waterstof kan dienen als
vervanging van accu’s en daarmee een belangrijke bijdrage leveren. We zijn als regio afhankelijk
van dergelijke ontwikkelingen en stellen ons daarom faciliterend op. We hebben een
voorbeeldfunctie en stellen ons faciliterend op, het initiatief ligt echter bij de markt.
Concretisering in de regio en rol van de overheid
Het streven binnen de regio Noordoost Fryslân is om het aantal kilometers terug te dringen en
het gebruik van schoon transport te versnellen. Als gezamenlijke overheden:
- faciliteren we in openbaar vervoer, waar mogelijk duurzaam aangedreven;
- verduurzamen we onze eigen wagenparken verder (launching customer);
- stimuleren we gebruik van duurzame mobiliteit door te faciliteren in oplaad- en
brandstofinfrastructuur en informatieverstrekking.
13
www.agentschapnl.nl/actueel/nieuws/financieel-voordeel-bij-investeringen-schoon-transport#node-
531672 14
PwC, Charging forward, electric vehicle survey, 2012
31
- Stimuleren we minder vervoersbewegingen door inzet van slimme technologie.
Bijvoorbeeld door personenvervoer te koppelen aan een digitale applicatie.
De rol als launching customer heeft binnen de overheden reeds een plaats gekregen door
duurzaamheid als criterium in het inkoopbeleid op te nemen. Richting 2030 zullen deze criteria,
mede op basis van verder ontwikkeld aanbod in de markt, zwaarder worden aangezet. De
Provinsje Fryslân heeft het voornemen om in 2050 fossielvrij te zijn, daar sluiten wij ons als regio
bij aan.
Op Europees niveau is regelgeving in het leven geroepen om voor nieuwe voertuigen de
gemiddelde uitstoot per kilometer te verminderen. Voor gemeenten is het mogelijk om op
regionaal niveau de implementatie van duurzame mobiliteit te versnellen. Als regionale
overheden hebben we immers een goede positie om pioniers van alternatieve mobiliteit te
faciliteren en zo de overstap van het grote publiek makkelijker te maken.
Regionaal lopende ontwikkelingen
Elektrische auto’s Tytsjerksteradiel, Dantumadiel, Ferwerderadiel,
Dongeradeel, Wetterskip Fryslân
Aanleg oplaadpunten elektrische auto’s Achtkarspelen, Dongeradeel, Tytsjerksteradiel,
Ferwerderadiel, Kollumerland c.a., Wetterskip
Fryslân.
Elektrische sloepen Tytsjerksteradiel en Ferwerderadiel
Elektrische oplaadpunten voor boten Dongeradeel, Kollumerland c.a. Tytsjerksteradiel,
Ferwerderadiel
Wagenpark op groen gas Dantumadiel, Dongeradeel, Tytsjerksteradiel,
Provinsje, Wetterskip
Aardgasvulpunten Tytsjerksteradiel, Achtkarspelen, Dongeradeel
Speelveld
Organisaties met een groot wagenpark (taxicentrales, milieudiensten, transportondernemingen,
OV-maatschappijen Qbuzz/Connexxion/Arriva, loonbedrijven, leasemaatschappijen),
waterrecreatieondernemingen, (jacht)havenbeheerders, dorpsbelangen, Stichting e-laad15
(samenwerkende netwerkbeheerders), Fietsersbond, pomp- en garagehouders, LTO Noord en
NFW.
15
Deze stichting verzorgt aanleg en onderhoud van e-laadpunten. Op het moment van schrijven is er wegens een overschot aan aanvragen een aanvraagstop.
32
2.4 Duurzaam ondernemen
Inleiding
Onder duurzaam ondernemen wordt verstaan: het op bedrijfsniveau concretiseren van een
balans tussen de 3 P´s: people, planet en profit. Naast winstgevendheid, streven ondernemingen
naar het reduceren van milieu-impact en staat het welzijn van medewerkers in de hele keten
centraal. Ondernemingen handelen dus maatschappelijk betrokken waarbij dit ook de langere
termijn bedrijfsvoering ten goede komt.
Duurzaam ondernemen wordt al door vele ondernemers opgepakt. Ook in Noordoost Fryslân is al
een groep ondernemers actief, onder andere binnen het Koplopertraject in Achtkarspelen en
Tytsjerksteradiel. Ze zien mogelijkheden zichzelf als duurzaam bedrijf te profileren, hebben
betere kansen bij duurzame aanbestedingen of kunnen simpelweg kosten besparen. Dit kan
variëren van groene stroominkoop tot het zelf produceren van duurzaam-gecertificeerde
producten. Ook het betrekken van doelgroepen met een afstand tot de arbeidsmarkt door ze
weer aan het werk te helpen is een goed voorbeeld. Voor de doelgroep Veehouderij, heeft
Friesland Campina een energiescan ontwikkeld, om energiebesparing op het boerenbedrijf te
realiseren.
Ontwikkelrichtingen
We onderscheiden twee ontwikkelrichtingen binnen dit thema:
• Duurzaam ondernemen,
• Regionale ketens en kansen.
Duurzaam ondernemen
De ambities en kansen binnen duurzaam ondernemen liggen op het vlak van duurzaam inkopen
van bijvoorbeeld streekproducten voor de horeca, energiebesparing bij verlichting en
fabricageprocessen, een verbeterde efficiëntie in de productieketen en/of een sociale en
maatschappelijke aanpak.
Hoewel duurzaam ondernemen (DO) een veelgenoemd onderwerp is en bedrijven wel
mogelijkheden zien, blijft het intern bij organisaties vaak nog te veel liggen waardoor kansen
onbenut blijven. Op dit vlak is nog veel terrein te winnen. Ondernemers weten over het
algemeen goed wat ze willen. Ze zien ook dat overheden streven naar verduurzaming,
bijvoorbeeld door duurzaam in te kopen en ook consumenten kopen steeds bewuster. Dit
betekent dat er marktkansen ontstaan. DO is echter geen core-business voor veel bedrijven,
waardoor de kennis ontbreekt.
Ook aan het concretiseren en aantoonbaar maken van duurzaam ondernemen is behoefte.
Gevoelsmatig heeft DO meerwaarde, maar concretisering blijkt vaak nog lastig. Instrumenten om
te concretiseren zijn bijvoorbeeld de MVO-Prestatieladder (gebaseerd op ISO 26000), de CO2-
33
prestatieladder en ook certificering van producten en diensten. Dit maakt ook het duurzaam
inkopen en aanbesteden van overheden mogelijk.
Een belangrijke stap in de verdere ontwikkeling van duurzaam ondernemen in Noordoost Fryslân
is het actief ondersteunen van ondernemingen in het benoemen en uitwerken van ambities. Daar
ligt een taak voor de regionale overheden. We pakken dit als regio op door de succesvolle
koplopertrajecten in Achtkarspelen en Tytsjerksteradiel uit te rollen over de regio (project O2).
Daarnaast zetten we in op behoud van jonge kennis in de regio. We doen dit door afgestudeerd
regionaal talent in te zetten op duurzaamheidvraagstukken bij ondernemers (Project O1).
Regionale ketens: voedsel, nutriënten, biomassa, producten
Duurzaam ondernemen kan worden geconcretiseerd door het creëren van regionale ketens en
kringlopen. Denk bijvoorbeeld aan het produceren van streekproducten voor de (regionale)
consumentenmarkt. Ook het business-to-business leveren en afnemen van goederen en diensten
op regionale schaal kan een belangrijke bijdrage leveren aan verduurzaming van de regio (zeker
ook economisch!).
Naast de productie en levering van duurzame producten en diensten wordt het opwerken van afval tot grondstof richting 2030 in toenemende mate belangrijk. Afvalverwerkers zoals Omrin richten zich hier nu al op en kunnen daarin een waardevolle bijdrage leveren. Ook het creëren van regionale nutriëntkringlopen past binnen dit kader. Een te grote hoeveelheid nutriënten in het milieu heeft bijvoorbeeld een negatief effect op de biodiversiteit. Ook door opkomende wereldwijde fosfaatschaarste en druk op voedermarkt (bijvoorbeeld soja) neemt de noodzakelijkheid tot kringloopgebruik toe.
Mest en ook rioolslib vormen in potentie een belangrijke van nutriënten zoals fosfaat, stikstof en
kalium (NPK). Fosfaat is een delfstof en de bronnen zijn beperkt. Stikstof zit onbeperkt in de
lucht, maar kost zeer veel energie om vast te leggen in kunstmest. Het terugwinnen van deze
nutriënten uit mest en slib (raffinage) biedt daarom voordeel voor milieu (bijvoorbeeld
verminderde eutrofiëring en uitstoot van broeikasgassen als ammoniak, verminderde
energieverbruik op rioolwaterzuiveringsinstallaties) en economische voordelen, bijvoorbeeld
door het vervangen van kunstmest.
Een mooi en actueel voorbeeld van kringloopcreatie is het onttrekken van fosfaat uit rioolwater.
Verschillende waterschappen zijn daar al mee bezig. Dit teruggewonnen fosfaat kan in Duitsland
al worden ingezet in de landbouw. In Nederland is de wet – en regelgeving op dit front volop in
beweging en de verwachting is dat zo’n kringloop in de komende jaren wettelijk mogelijk wordt.
De technologische ontwikkeling rondom mestverwerking is ook in volle gang en wordt naar
verwachting al in de komende jaren toegepast.
Door de afschaffing van het melkquotum loopt de melk- en dus mestproductie in de
landbouwsector verder op. Ook omdat vanuit de Europese en nationale overheid de
34
mestwetgeving strenger wordt neemt de noodzaak tot kringloopsluiting in de agrarische sector
verder toe. Dus niet zozeer vanwege (fosfaat)schaarste in Nederland, maar vooral vanuit
milieuoogpunt. Een eerste aanzet hiertoe is reeds gegeven door de NFW.
In onderstaande tabel is een overzicht van aantallen bedrijven in verschillende sectoren in
Noordoost. Veeteelt is sterk vertegenwoordigd. Vooral op de kleigronden in de noordelijke helft
van de regio heeft ook de akkerbouw een significant aandeel.
Figuur 6 Aantallen bedrijven landbouwsector, 2012: gewassen, dieren en grondgebruik, bron: CBS/KNN
Zeker in Noordoost Fryslân, waar de agrarische sector een vooraanstaande economische rol
speelt is het hergebruik van regionaal beschikbare nutriënten in toenemende mate noodzakelijk.
Een concreet voorbeeld waar we in onze regio mee aan de slag gaan is dan ook het winnen van
eiwitten en energie uit bermgras (project E1).
Ook binnen de watersector is in toenemende mate aandacht voor het winnen van nutriënten als
fosfaat (en overige grondstoffen) uit rioolwater. Het Wetterskip Fryslân zet zich hier nadrukkelijk
voor in en ziet ook mogelijkheden om hierin gezamenlijk op te trekken in de regio.
In de regio streven we naar een gezamenlijke ontwikkeling tussen veeteelt, akkerbouwers,
waterschappen en overheden op dit vlak. In 2030 is optimalisering van nutriëntstromen in de
regio bereikt. De technologieën die dergelijke kringlopen mogelijk maken zijn volop in
ontwikkeling. Als ANNO-overheden ondersteunen we dit waar mogelijk. Afhankelijk van de mate
van autonome marktontwikkeling op de vlak gaan we na 2016 nadrukkelijker stimuleren om tot
de gewenste kringlopen te komen.
Regionaal lopende ontwikkelingen
Koploperproject en Gemeenten Achtkarspelen en Tytsjerksteradiel
Innovatiehuis Buitenpost
35
Algenkweek Hallum
Kringlooplandbouw NFW
Speelveld
MKB, ondernemingsverengingen, specifiek de overkoepelende Ondernemers Federatie
Noordoost Friesland (ONOF), Omrin, akkerbouwsector, veeteeltsector, LTO Noord, NFW,
Wetterskip Fryslân, Innovatiehuis Lauwersdelta, Dwaande, banken, maatschappelijke
organisaties, gemeenten & provincie, KVK/Syntens.
2.5 Duurzame gebouwde omgeving
Met het verduurzamen van de gebouwde omgeving valt veel te winnen. Denk bijvoorbeeld aan
energiebesparing in oude woningen. Op dit moment besteedt een gemiddeld huishouden nog
ruim € 2200,- per jaar aan energie. Met de huidige isolatietechnieken kan dit sterk worden
verminderd, waarbij de bewoner direct de voordelen ziet in de vorm van lagere maandlasten en
een comfortabelere woning, terwijl ook de CO2-uitstoot omlaag gebracht wordt. Het opwekken
van duurzame energie in de vorm van zonnepanelen op gebouwen sluit hier naadloos op aan.
Naast woningbouw geldt dit ook voor bedrijven en voorzieningen als scholen, zwembaden,
sportkantines en dorpshuizen. Deze verminderde afhankelijkheid van fossiele brandstoffen -
inclusief bijbehorende (prijs)risico’s – vergroot tevens de financiële toekomstbestendigheid van
de regio en haar inwoners.
Ook de openbare ruimte behoort tot de gebouwde omgeving. Energieverbruik in de openbare
ruimte is aanzienlijk, denk alleen al aan alle openbare verlichting, gemalen en sluizen! Als
overheden hebben we daarin een vooraanstaande rol. Het kiezen voor energiezuinige
technologie, zoals LED-verlichting en (bewegings)sensoren is een aspect dat de diverse
overheden nu al oppakken. Het valt daarmee wel buiten de scope van deze visie, al staan we hier
als regio vanzelfsprekend wel achter!
Behalve energetische maatregelen is ook het omgaan met demografische ontwikkelingen binnen
Noordoost Fryslân een belangrijke opgave in het kader van duurzaamheid. Daarbij gaat het om
aansluiting van vraag op aanbod in de woningmarkt, zowel kwalitatief (bijvoorbeeld
levensloopbestendig) als kwantitatief (bijvoorbeeld als gevolg van krimp).
Ontwikkelrichtingen
De gebouwde omgeving in Noordoost Fryslân bestaat uit koopwoningen (66%), huurwoningen
van woningcorporaties (27%), overige huurwoningen (7%), bedrijfsgebouwen en maatschappelijk
vastgoed. De markt voor nieuwbouw is beperkt, vooral door de huidige economische
36
omstandigheden en meer structureel door demografische ontwikkelingen zoals krimp en
vergrijzing. Voor het verduurzamen van de gebouwde omgeving richten we ons voornamelijk op
de bestaande woningen en gebouwen.
Een belangrijk uitgangspunt is dat de benodigde investeringen moeten worden bekostigd op
basis van de besparing op energie-inkoop van de gebruiker. De praktijk blijkt weerbarstig.
Investeerders (eigenaren) zijn vaak niet diegene die de vruchten plukken van de verlaagde
energierekening (denk bijvoorbeeld aan sociale huur en scholen). We streven als regio naar
projecten waarin de belangen met elkaar verenigd worden en we deze impasse doorbreken.
We richten ons in Noordoost Fryslân nadrukkelijk op de volgende onderdelen:
• Koop- en huurwoningen: energieprestatie (besparing en duurzame opwekking)
• Maatschappelijk vastgoed: energieprestatie (besparing en duurzame opwekking)
• Regionaal waardebehoud van vastgoed en omgeving (zowel financieel als intrinsiek)
Koop- en huurwoningen: energieprestatie
Met het isoleren van een woning verhoogt de energieprestatie. Dit betekent dat de kwaliteit en
betaalbaarheid van een woning toeneemt, zeker wanneer op de langere termijn energieprijzen
verder stijgen. Bovendien is het wenselijk om deze toegenomen kwaliteit te kwantificeren,
bijvoorbeeld op basis van totale maandlasten. Daardoor kan het worden doorberekend in de
woningwaarde bij verkoop.
Als regio gaan we gezamenlijk aan de slag om deze opgave te slechten. We streven naar een
beeld waardoor rond 2030 de totale woningmarkt energetisch verbeterd presteert.
Ruim een kwart van de woningvoorraad in Noordoost Fryslân bestaat uit huurwoningen. Doordat
hier sprake is van bezit bij corporaties is het beter mogelijk grotere stappen te maken. De
corporaties zijn zich bewust van hun maatschappelijke rol, maar kunnen deze uitdaging, mede
37
vanwege de toenemende financiële druk niet alleen aan. Vanzelfsprekend spelen de klanten
(huurders) een belangrijke rol en op een aantal fronten kunnen ook de financiële sector en de
bouwkolom een bijdrage leveren. Als gezamenlijke belanghebbenden gaan we deze uitdaging
aan. Daarbij streven we naar energetische aanpak van de woningen als onderdeel van de
Transitieatlas zoals beschreven in anticipeerregio Noordoost Fryslân (niet formeel vastgesteld)
waarin vooral inspelen op demografische aspecten aan de orde komt.
66 % procent van de woningen is particulier bezit. Als ANNO-overheden zien we dat deze groep
verder bediend moet worden. In samenwerking met en ondersteund door de provincie Fryslân
pakken we dit op.
We pakken energetische woningverbetering stapsgewijs op als regio. In aansluiting op de
provinciale doelstellingen zetten we ons de komende jaren in om grondige
‘energieverbouwingen’ te stimuleren. We doen dit door burgers te informeren en te
enthousiasmeren. De succesvolle bestaande energieloketten schalen we op naar regionaal
niveau (project G2). We zetten daarom nadrukkelijk in op het koppelingen met het revolverende
fonds en subsidies van de provincie Fryslân (project G1).
Na 2015 gaan we een stap verder: op basis van technologische en marktontwikkelingen
verwachten we dat energieneutraal-renovatie de norm is en zullen daar is samenwerking met de
provincie Fryslân volop op in zetten. Tot die tijd worden in Fryslân enkele pilots gedraaid. We
streven er naar om één of meerdere van deze pilots in samenwerking met regionale
ondernemers in Noordoost te laten plaatsvinden.
Figuur 7: Woningvoorraden 2011 in Noordoost, bron: CBS, bewerking KNN
Maatschappelijk vastgoed
Naast de bestaande (huur en koop) woningvoorraad verdient ook het maatschappelijk vastgoed
in de regio aandacht. Dorpshuizen, sportkantines, zwembaden, gemeentehuizen,
rioolwaterzuiveringsinstallaties (rwzi’s) en scholen kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan
de duurzaamheiddoelstellingen. Bovendien worden de exploitatielasten van deze voorzieningen
met de juiste maatregelen verlaagd. Daarmee wordt tevens een belangrijke bijdrage geleverd aan
de toekomstbestendigheid van dergelijke voorzieningen (ook een vorm van duurzaamheid).
38
Ook hier geldt dat een slimme aanpak van de maatregelen inclusief financiering noodzakelijk is.
Hoe kunnen de voorinvesteringen worden verrekend met de lagere exploitatielasten? Om dit te
realiseren dienen eigenaren en gebruikers onderling afspraken te maken. Ook worden externe
investeerders betrokken en worden samen met het regionale bedrijfsleven zogenaamde ESCo’s
opgericht worden (project G4)
Wat is een ESCo?16
ESCo staat voor Energy Service Company. Hierbij besteedt een eigenaar/gebruiker van een
gebouw de energievoorziening en het management daarvan uit aan een externe partij met als
doel substantieel op energiekosten te besparen, meer kwaliteit te realiseren, minder
vermogensbeslag te hebben in installaties e.d. en de eigen organisatie te ontlasten. De
contractpartner die de installaties, het energiebeheer en -management, etc. overneemt is meestal
een consortium van partijen bestaande uit een technisch team en een financier die feitelijk een
concessie van de opdrachtgever krijgt en op basis van een prestatiecontract gedurende langere
tijd de integrale energie dienstverlening aan de opdrachtgever teruglevert.
Het maatschappelijk vastgoed dat onder de directe invloedsfeer van de betrokken overheden valt
is voor 2030 energetisch optimaal aangepakt. Voor het overige deel ondersteunen en stimuleren
we als overheden waar mogelijk zoals hierboven beschreven.
Energy Challenges is een wedstrijd onder scholen om energie te besparen van Energy Valley.
Deze challenge is al gestart bij PCBO Tytsjerksteradiel. We maken als regio werk van het uitrollen
naar alle basisscholen en mogelijk ook voortgezet onderwijs in NO Fryslân (als onderdeel van
project G4). De NME-centra vervullen daarin een belangrijke rol.
Regionaal waardebehoud
Naast energiebesparing en -productie speelt bij verduurzaming in de gebouwde omgeving
behoud van leefbaarheid en vastgoedwaarde een belangrijke rol. Vooral in het licht van de
demografische ontwikkelingen in de regio Noordoost, zoals krimp en vergrijzing, is dit een
belangrijk aspect voor de toekomst. Binnen de Noordoost Friese gemeenten is het aantal
inwoners de afgelopen jaren gelijk gebleven of kent al een lichte krimp. Voor de komende jaren
wordt een doorzetting van deze trend verwacht. Ook het toenemend aantal ouderen heeft
invloed op de woningvraag, vooral op het type huisvesting. Er schuilt een gevaar in dat vraag en
aanbod in de toekomst zowel kwantitatief als kwalitatief minder op elkaar aan sluiten. Naast
deze structurele demografische veranderingen speelt momenteel ook de huidige recessie een rol
in de waardeontwikkelingen. De ANNO-themagroep Sociaal houdt zich nadrukkelijk bezig met dit
16
Bron: http://www.esconetwerk.nl/
39
vraagstuk. We zien vanuit duurzaamheid belangrijke kansen bij de aanpak van dit vraagstuk en
streven daarom naar een integrale aanpak.
Op bepaalde plekken in dorpen/steden en wijken in Noordoost Fryslân resulteert het voorgaande
in woningen waar de particuliere bezitter of woningcorporatie niet meer in investeert. De
woningen zijn afgeschreven, ze voldoen niet meer aan de kwalitatieve of kwantitatieve vraag, of
er zijn simpelweg geen financiële middelen voorhanden. Verloedering van de woning en daarmee
de omgeving ligt op de loer. Ingrijpende fysieke ingrepen als renovatie,
herontwikkeling/herbestemmen of zelfs sloop komen meer in beeld. Het verminderen van het
woningaanbod door sloop geeft een antwoord op krimp en creëert gelijktijdig openbare ruimte
of zelfs uitbreidingsmogelijkheden voor de buren. Ook levensloopbestendig maken is van belang
(project G3). Hoewel dit proces geld kost, levert het behoud van buurtkwaliteit op waardoor ook
de totale vastgoedwaarde op beter peil blijft. Behoud van waarde is van belang voor de
buurtbewoners, de woningcorporatie, banken en de overheid. Deze partijen zijn hierin
gezamenlijk aan zet. Wel verdient dit vraagstuk regionale aandacht door middel van visievorming
en een plan van aanpak. Een integrale aanpak leidt tot het behalen van de doelstellingen voor
leefbaarheid én energieprestatie. We sluiten aan bij de ontwikkelingen binnen de ANNO-
themagroep Sociaal.
Interessante regelingen
Als onderdeel van het in 2013 afgesloten Woonakkoord stelt het rijk 150 miljoen euro
beschikbaar voor een energiebesparingsfonds. De invulling van het fonds wordt in de loop van
2013 duidelijk. Actief gebruik maken van dit nationale fonds en ook van provinciaal beleid zoals
eerder beschreven is doorslaggevend voor het behalen van de doelstellingen in de gebouwde
omgeving in Noordoost Fryslân.
Aanvalsplan herstructurering Friese woningvoorraad met daarin opgenomen de verdeling van ISV
III-gelden (Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing). Dit fonds dient onder andere ter
ondersteuning van stedelijke vernieuwing en herstructurering en loopt tot en met 2014. De
provincie is voornemens17
ook daarna langjarig middelen ter beschikking te stellen voor deze
opgave. In de uitvoering van deze visie wordt het gebruik maken van dergelijke fondsen als
uitgangspunt opgenomen.
17
Aanvalsplan herstructurering Friese woningvoorraad
40
Regionaal lopende ontwikkelingen
Energieloket Tytsjerksteradiel
Duorsum Dwaande mei wenjen – Gemeente Achtkarspelen
Energieconsortium ‘Goed Bezig’ – Gemeenten Dantumadiel en Dongeradeel
Plan van Aanpak Woningen Kollumerland c.a. (wordt 31 mei besproken met de provincie)
Energy Challenges, De wedstrijd onder scholen om energie te besparen van Energy
Valley. Start bij PCBO Tytsjerksteradiel. Uitrollen naar alle basisscholen en mogelijk ook
voortgezet onderwijs in NO Fryslân
Speelveld
Eigenaren, aannemers, huurders, bouwbedrijven, architecten, banken, installateurs,
energieadviseurs, makelaars, woningcorporaties Thús Wonen & WoonFriesland, gemeenten &
provincie, dorpsbelangen.
Uitvoeringsplan duurzaamheid in Noordoost Fryslân
Het uitvoeringsplan is de concretisering van deze visie. Hierin zijn de projecten voor de komende
jaren, tot en met 2016, beschreven. Ook wordt een vooruitblik gegeven op projecten die voor de
opvolgende periode, dus na 2016, in beeld zijn. Het uitvoeringsplan is als separaat document
beschikbaar.