Tentoonstelling
100 jaar Bonifatiuskerk
Spanbroek
2
Bonifatius
„De Weldoener‟
Apostel van Westfriesland.
Op een missietocht
bij Dokkum
in 754 vermoord.
Wat heeft onze voorouders ertoe gebracht
om Bonifatius tot beschermheilige van
de parochiegemeenschap van Spanbroek te
kiezen? Hebben zij zelf in de naam een op-
dracht gezien? Een besef dat men een goed
christen is door „wel te doen‟? Of ligt er een
historische relatie tussen de prediking van
Bonifatius in Westfriesland? Het is niet be-
kend.
Maar in 1125 wordt in de kerkenlijst van
een Egmondse monnik de kerk van Span-
broek genoemd.
De eerste Bonifatiuskerk aan het begin van
de Sapnbroekerweg kwam tijdens de re-
formatie onder protestants beheer. Men
werd toen gedwongen om van „schuilker-
ken‟ gebruik te maken. Eén daarvan stond
vermoedelijk op de plaats waar nu de hui-
dige Bonifatiuskerk staat.
In 1824 werd onder pastoor Zwanenburg op de plaats waar de
kerk nu staat een nieuwe houten kerk gebouwd.
Door de uitbreiding van de parochie werd de kerk diverse malen
vergroot en vernieuwd en in 1909 werd besloten een geheel
nieuwe kerk te bouwen. Onder architectuur van Robbers uit Haar-
lem bouwde aannemer Verberne uit Venhuizen binnen een jaar
voor fl. 67.999,- de kerk.
Pastoor was toen A.G. Stekelenburg.
3
Het interieur van de kerk is voorzien van vele beelden en prach-
tige gebrandschilderde ramen, geschonken door de parochianen
b.g.v. jubilea of feestelijke gebeurtenissen.
Deze „ verbeelding‟ heeft
duidelijk de bedoeling de
gelovigen bekend te ma-
ken met wat de kerk ons
te geloven voorhoudt en
te laten zien wie ons
daarin als voorbeeld zijn
voorgegaan.
Een „Biblia pauperum‟
noemde men dat, zodat
ook de gewone, wat on-
geletterde gelovigen,
zichtbaar kennis konden
nemen van wat de kerk
ons te geloven voorhield.
Onder de beelden tegen
de pilaren staan de na-
men vermeld van de
heiligen die worden
voorgesteld. De beelden
zijn bijna allemaal ge-
maakt door P.J. Maas uit
Haarlem.
Gebrandschilderd raam
in het priesterkoor van de Bo-
nifatiuskerk.
De moord op Bonifatius te
Dokkum in 754
4
Het geboorteraam
De
gebrandschilderde
ramen
rechts in de kerk
hebben betrekking
op het leven van
Christus.
Zijn geboorte,
de opdracht
in de tempel
en zijn onderricht
aan de schriftgeleerden.
Ze zijn bijzonder
fraai en kleurrijk
uitgevoerd.
De opdracht in de tempel
Het onderricht aan
de schriftgeleerden
5
De ramen
aan de linkerzijde
gaan over het
leven van Maria:
haar geboorte,
haar opdracht in de tempel,
haar overlijden
en haar kroning
tot hemelkoningin
6
In het dwarsschip links zien we de nederdaling van de heilige
Geest over Maria en de apostelen.
In het rechter dwarsschip zien we het zogenaamde „Rozenkrans-
raam‟: Maria met heiligen en engelen.
7
Het Maria-altaar
8
Maria heeft in de kerk een grote
plaats gekregen.
Links in het dwarsschip staat
een piëta (de Moeder van
smarten) en achter bij de
doopkapel een beeltenis van
de Moeder van Altijddurende
Bijstand.
Moeder van Smarten
Moeder van Altijddurende Bijstand
Overal waar ruimte was om iets
uit te beelden, werden beelte-
nissen aangebracht.
Van de plaats waar u meestal
zit, het middenschip, kunt u het
meeste zien.
Laten we eens op de achterste
bank gaan zitten.
Vroeger stonden hier de „ar-
menbankjes‟. De mensen die
geen plaats konden kopen bij
de jaarlijkse verkoop van in-
middels opengevallen plaatsen
en die zelfs het dubbeltje plaat-
sengeld, dat gevraagd werd
voor een open plaats, niet konden missen, mochten hier gratis
zitten en knielen. Ze waren ook arm, die bankjes, zonder leuning
of steun waar je je kerkboek op neer kon leggen.
9
De kerk heeft ook veel muurschilderingen.
De voorstellingen in het priesterkoor verbeelden heiligen die al-
lemaal een duidelijke relatie hebben met de Eucharistie.
Ook het hoofdaltaar en de communiebanken getuigen daar-
van met voorstellingen van: het offer van Melchisedech, het offer
van Abraham, het kruisoffer en laatste avondmaal. Verder Mozes
en het manna, Jezus met de Emmausgangers en de wonderbare
broodvermenigvuldiging.
10
In het priesterkoor zien we tenslotte drie prachtige ramen.
Van links naar rechts:
De prediking van De marteldood van De martelaren
Antonius van Padua Bonifatius te Dokkum van Gorcum
Het hoofdaltaar
Tussen de kruiswegstaties, die zijn geschilderd op koperen pla-
ten door de gebroeders A. en P. Windhausen uit Roermond, tref-
fen we de afbeeldingen aan van de grote en kleine profeten en de
evangelisten.
Alle beelden die tot de verbeelding spraken of beschermheiligen
waren van vakgenoten uit het dorp, zijn vertegenwoordigd. En
zelfs enige naam- en patroonheiligen van de gevers.
11
Het is opvallend dat Antonius
een zeer ruime plaats heeft ge-
kregen in onze kerk. Het krap
weggedrukte devotiealtaar van
Antonius, met alweer zijn beeld,
onderstreept dit nogmaals. An-
tonius de minderbroeder, predi-
kant van Padua die als goede
vriend vaak, misschien ten on-
rechte, werd aangeroepen om
verloren zaken weer te vinden.
Naast Antonius neemt Maria in
de uitbeeldingen in onze kerk
een heel grote plaats in. Die
plaats had ze ook in het leven
van Christus, dus in de kerk, en
die plaats zou ze dus ook nog
steeds bij ons in moeten nemen.
St. Antonius
Bij alle goede gevers kon de burgemeester niet
achterblijven. Maar hij heeft misschien toch een
beetje waar voor zijn geld willen hebben en zijn
eigen patroonheilige en die van zijn vrouw ten
tonele gevoerd: Adrianus, de romeinse veldheer
en Catharina van Alexandrië, de verdedigster
van het geloof. Zij was, zegt de legende, vijftig
wijsgeren te machtig en bracht hen tot bekering.
Keizer Maxentius liet haar daarna martelen op
een wagenrad. Op grond van het rad uit haar
martelgeschiedenis is zij o.a. patrones van alle
ambachtslieden waar draaibewegingen aan te pas
komen zoals molenaars, pottenbakkers, messen-
en scharenslijpers en schoenmakers, maar ook
van scholieren, studenten, docenten, wijsgeren,
filosofen en theologen, juristen, advocaten, nota-
rissen en wetgeleerden. Adrianusbeeld
geschonken door
burgemeester
Adrianus Commandeur
12
Sint Cornelius werd in de Middeleeu-
wen een echte volksheilige. Hij behoorde tot
de zogenaamde “noodhelpers” bij ziekten en
moeilijkheden. Hij werd de patroon tegen
veeziekten.
Door een fout van de metselaar? stond zijn
beeld eerst op de plaats van Bonifatius.
H. Anna
Dan staat daar de H. Anna,
moeder van Maria. Zal zij al
die wonderlijke gebeurtenis-
sen hebben begrepen? Zij
heeft net als alle moeders, in
stilte gebeden, geluisterd en
afgewacht in nederige een-
voud, met een beschermen-
de hand rond haar kind.
Sint Cornelius
Een beschermengel
hebben we allemaal wel
nodig! Nu, hij staat er dan
ook. De engelbewaarder,
de bode die ten dienste
staat van het volk. Een
begeleider zoals iedereen
van aanzien een geleider
heeft. En binnen de ge-
loofsgemeenschap zijn we
allemaal van aanzien.
Beschermengel
13
In de rechterzijbeuk zien we het vervolg van de serie heiligen.
De H. Willibrordus, apostel van Nederland is min of meer familie
van Bonifatius en hoort daarom ook thuis in onze kerk.
1 2 3 4 5
1. Elizabeth van Thüringen 1207 – 1231. Trok zich het lot aan
van hulpbehoevenden en zieken. Elisabeth werd o.a. de
patrones van de charitas, van Hongarije, van ziekenhuizen,
verpleegsters, stervende kinderen, bannelingen, bedelaars,
wanhopige mensen, weduwen, wezen en weduwnaars, en van
de Derde Orde van Franciscus.
2. Thomas van Aquino 1226 – 1274. Theoloog en leraar. Schreef
veel kerkelijke hymnen.
3. Bonaventura 1221 – 1274. Kerkleraar en groot theoloog.
4. Catharina van Siënna 1347 -1380. Verzorgde pestlijders.
Bekend om haar grote naastenliefde.
5. Tarcisius 3e eeuw. Martelaar voor de Eucharistie, patroon van
acolieten en misdienaars.
Boven alles uit en ver van ons weg, ook al door de historie zo
bepaald, staan daar plechtig getooid de twaalf apostelen.
Links: Petrus, Johannes, Philippus, Bartholomeus, Thaddeus en
Jacobus minor.
Rechts: Paulus, Simon, Andreas, Jacobus maior, Mattheus
en Thomas.
14
De apostelen waren minder plechtig dan ze daar staan.
Het waren eenvoudige, noeste werkers, bang voor het onbeken-
de, echte Joden, soms zoekend naar eigen belang, maar toch…
eenmaal door de Geest geraakt, trokken ze met een bijna verme-
tel lijkend vertrouwen de hele toenmalige wereld in, ten koste
van alles wat ze bezaten.
Het Jozef-altaar ziet u hierboven afgebeeld. Sint Jozef is wat in
de vergetelheid geraakt. Zijn feestdag, 19 maart, werd altijd
groots gevierd. Hoofd van het huisgezin en patroon van een zali-
ge dood. De stille zorger voor alle dagelijkse behoeften. We zou-
den hem best wat in ere kunnen herstellen.
15
16
Tot slot
Niet alles kan in dit kort bestek worden vermeld; er is veel te zien
wat ons kan aansporen tot een overweging en bezinning op de
rijkdom van ons geloof.
Heel vluchtig hebben we de beelden en afbeeldingen bezien en de
personen even belicht, die daar achter staan. Ze laten ons men-
sen zien met hun beperktheden van vallen en opstaan, opstan-
digheid en zoeken naar de juiste richting. Door dat zoeken heen
zijn ze tot de heiligen gegroeid die voor ons staan.
Mogen zij bij het feestelijk gebeuren rond onze kerk ons voor de
geest staan en wellicht kunnen ze ook vandaag nog tot voorbeeld
en inspiratie zijn.