downloaden (pdf, 8mb)
TRANSCRIPT
Onafhankelijk vakblad voor lassen, lijmen en snijden Nummer 11 | november 2015
Terugblik Welding Week 2015Innovatieve verbindingstechniekenvoor aluminium en staalInterview Imre Németh
In dit nummer o.a.
www.vakbladlastechniek.nlUitgaveISSN 0023-8694Lastechniek wordt uitgegeven in opdracht van het Nederlands Instituutvoor Lastechniek (NIL) in samenwerking met het Belgisch Instituutvoor Lastechniek (BIL).RedactieBert de Jong, Fleur Maas, Rolf Mul, Leo Vermeulen, Bart Verstraeten,Margriet WennekesEindredactieMargriet Wennekes, Leo Vermeulen (techniek)UitgeverBert de JongAdvertentiesCon-Sell, Rolf MulT 06 12 50 90 58 - E [email protected] Barendse, Ruud van Bezooijen, Tim Blok, Leen Dezillie, Rob Helmich, Marcel Hermans, Michel van ‘t Hof, Piet van der Horst,Michael Jak, Pieter Keultjes, Marco Kraaijeveld, Maurice Mol, Ed Mulder, Johan Schelfhorst, Frank Smit, Wil van der Stap, Erik Steenkist, Gregor Tokarenko, Fred Vasquez, Adriaan Visser
Adressen Nederlands Instituut voor LastechniekPostbus 190 - 2700 AD ZoetermeerT 088 018 70 00 - E [email protected] - www.nil.nl
Belgisch Instituut voor Lastechniek vzwTechnologiepark 935 - B-9052 Zwijnaarde, BelgiëT +32 9 292 14 05 - F +32 9 292 14 01, E [email protected] - www.bil-ibs.be
OPUS communicatie-ontwerpFruitweg 24 j - 2321 GK Leiden, T 071 589 56 44 - F 071 541 41 50E [email protected]
Abonnementen Voor particulieren in Nederland € 62,50 op privé-adres, voor bedrijvenin Nederland per abonnement. Voor studenten en senioren geldt in Nederland een speciaal tarief.
Voor abonnementen in België kunt u contact opnemen met [email protected] zijn excl. btw.
Lastechniek verschijnt tien keer per jaar en wordt toegezonden aandeelnemers van het Nederlands Instituut voor Lastechniek (NIL) en hetBelgisch Instituut voor Lastechniek (BIL) en andere geïnteresseerdenen belanghebbenden in de verbindingstechniek. Voor vragen overabonnementen kunt u terecht bij het NIL of het BIL voor België. Het abonnement geldt voor een geheel jaar. Opzeggingen per aan-getekend schrijven vóór 1 oktober van het lopende jaar.
Verzendadres wijzigen? Stuur dan het etiket met verbeterd adres retour.Alle advertentiecontracten worden afgesloten conform de regels voorhet Advertentiewezen gedeponeerd bij de rechtbanken in Nederland.
Ontwerp en lay-out OPUS communicatie-ontwerp, Leiden.
Hoewel de informatie gepubliceerd in deze uitgave zorgvuldig is uitgezocht en waar mogelijk gecontroleerd, sluiten de uitgever en de redactie uitdrukkelijk iedere aansprakelijkheid uit voor eventuele onjuistheden en/of onvolledigheid van de verstrekte gegevens.
©2015 - Overname van artikelen is slechts mogelijk na verkregen schriftelijke toestemming van de uitgever.
Colofon
In deze editie, de op één na laatste van 2015, blikken weterug op de afgelopen Welding Week in Antwerpen. Orga-nisatoren, exposanten en bezoekers lijken over het alge-meen tevreden over de kwaliteit van dit evenement, ondankshet kleinere beursoppervlak ten opzichte van vier jaar gele-den. Ook het combineren van de vakbeurs met aanvullendeactiviteiten, ‘event in event’, blijkt goed aan te slaan, zoalsblijkt uit de cijfers en reacties.
In Antwerpen gaat binnenkort een ander belangrijk evene-ment voor de laswereld van start, namelijk het BILNIL Las-symposium. In vier sessies, verdeeld over twee dagen,zullen deskundige sprekers lezingen houden rond de the-ma’s NDO-technieken, Schadegevallen, Evolutie in laspro-cessen en Normen. Inschrijven is nog steeds mogelijk, endat kan ook per sessie. Een uitgebreid overzicht van het le-zingenprogramma vindt u in dit blad.
Zoals eerder aangekondigd maken we in dit blad nader ken-nis met Imre Németh, de in september aangetreden direc-teur van het Nederlands Instituut voor Lastechniek. Hij werdstevig aan de tand gevoeld door onze redacteur Jaap vanSandijk, met als resultaat een openhartig interview, waarinImre Németh vertelt wat hij met deze organisatie wil berei-ken. Onder zijn leiding wordt momenteel hard gewerkt aanhet ontwikkelen van een heldere visie en een duidelijke stra-tegie voor de toekomst. “De blik moet naar buiten.” Markt-en klantgerichtheid, de ontwikkeling van de lastechnischemens en het adviseren en kwalificeren van bedrijven en per-sonen zullen het fundament vormen van de vernieuwde ken-nisorganisatie.
Verder in deze Lastechniek de resultaten van een onderzoekvan het Belgische Instituut voor Lastechniek naar innova-tieve verbindingstechnieken voor het verbinden van onge-lijksoortige materialen. Het betreft een onderdeel van hetINNOJOIN-project waarin het verbinden van platen alumi-nium aan staal is onderzocht.
In december staat het thema Snijden centraal. De voorbe-reidingen zijn in volle gang, en het belooft een gevarieerddubbelnummer te worden, waarin het thema van verschil-lende kanten wordt aangesneden.
We wensen u veel leesplezier.
Redactie Lastechniek
Een nieuwe directeur
LASTECHNIEK VOORWOORD - november 2015
Verhindert het aankleven of inbranden van lasspatten
Bergensesteenweg 518 1502 Lembeek (Halle) +32 2 360 10 65 [email protected] www.ferrodur.be
Voor verdere informatie :FERRODUR
SPUTCOAT
SS
SPSPUTC
TOAAT
r dD
g kldhe b
hdle hll
t lj he bn d
g kk
zer dooD
g tidnetsebruutarepmes t ieeg gaae lthcarbegnae aD
an vednarbnf iosirabagsa, lsrebilaksa: lslaoznug knilednahee bwueie nze
t urawh zcsitehtsn eet eemdnevot bfeen hC e°05t 4og tnarevtaaf m- omron veet gfe
eregplut hip dn oettapssan lnahe, b.zn, esegatnomsa, lsppahcsdeeregplue hlln aenn
.thciztit ureeweisorroe cogn hen eeid
n st esavsar, kdras h, igniredn
.nerednihree vp tahcsdeet aee hdnienen tedrod wlednnan an iessat lej hie bin dep
d natsr,tsavtjiln s
n evelknat a,nemog knikremn
ODRRFE
ne iredrer vveooVVogewenetsesengerBRUOD
noha Jreetacton C:eitamrofn2 2 33 +) ellaHk (eebme2 L05 181 5
namegea H
f@anmegeahanho j5 0 60 162 2 3
be.ruodrref.ww web.rudorre
Inhoud #11 november 2015 Lijsten EN 1090-1
LASTECHNIEKwordt uitgegeven door OPUS communicatie-ontwerp in opdracht van het Nederlands Instituut voor Lastechniek in samenwerking met het Belgisch Instituut voor Lastechniek
www.vakbladlastechniek.nl
04 Vanuit de verbindingswereld
12 Programma BILNIL Lassymposium
14 Innovatieve verbindingstechnieken
voor aluminium en staal
20 Terugblik Welding Week
24 De blik moet naar buiten
Typische
doorsnede
van een
wrijvingspuntlas
van aluminium
aan staal 14 28
32
Coverfoto: Welding Week 2015 door EasyFairs
Foto: Verolme Special Equipment
Foto: GTD Welding Emmeloord, www.gtdwelding.nl
28 Laskennis opgefrist
32 Vaktrots
34 Monolyt. Kunst of ambacht?
37 Willem de Welder
38 Brancheregister
Welke onderdelen vallen niet onder de EN 1090-1? Dit was een van de vragen die behandeld werden tijdens een in-
formatieavond, georganiseerd door Bouwen met Staal. In Europa circuleren diverse lijsten, maar slechts één daar-
van is de officiële lijst. Dit is een lijst met onderdelen waarvoor geen CE-markering nodig of mogelijk is, bijvoorbeeld
omdat er al een andere productnorm van toepassing is. Bert van Beek, onder andere lid van de Europese CEN-
commissie voor EN 1090, heeft een Nederlandse vertaling gemaakt van deze lijst.
Zowel de Engels- als de Nederlandstalige versie van de ‘Lijst met onderdelen die niet vallen onder de EN 1090-1’ is
te downloaden als pdf via www.vakbladlastechniek.nl.
8
4
LASTECHNIEK BERICHTEN - november 2015
5
De wereld verandert in rap tempo en ook op het vlakvan de lastechniek zitten er aanzienlijke veranderingenaan te komen. Lastraga/Cryogas organiseerde in sa-menwerking met Vakopleiding Techniek op 16 sep-tember het Lasgala 2015, met als thema Innovatie enAutomatisering. Deze dag, met gastsprekers en de-monstraties, trok veel belangstellenden.
Offline programmeren van lasrobotsStijn Janssen van KUKA Industrial Robots trapte het Las-gala af met zijn presentatie over het offline programme-ren van robots. Hij nam de toehoorders volledig mee inhet speciaal gebouwde softwarepakket waarmee pre-cies kan worden berekend onder welke hoek de robotmoet lassen, maar ook of hij tijdens het lasproces eenstoring tegen zal komen, zoals obstakels of snoeren. Tij-dens de pauze was in de expositieruimte te zien hoe se-cuur de robot beweegt na offline programmering. Detentoongestelde robot begon met het zelf aan- en uit-zetten van het licht, het zelfstandig reinigen van het gas-mondstuk en het secuur lassen van zowel kortelaswerken als ingewikkelde werkstukken. Het grootstevoordeel van het offline programmeren is dat de vol-gende lasactie kan worden geprogrammeerd terwijl derobot nog bezig is met het lassen van de voorgaandewerkstukken.
Moderne lasdradenPeter van Erk van Lincoln Electric hield een lezing overde toepassingsmogelijkheden van moderne lasdradenvoor het lassen van corrosievast staal. Met moderne dra-den kan steeds efficiënter worden gewerkt. De door-looptijd wordt korter en daardoor wordt ook de hoogstekostenpost voor iedere werkgever gereduceerd, name-lijk de arbeidskosten. Een belangrijke ontwikkeling voorde lastechniek dus.
Online instellen en beheersen lasprocesAls laatste spreker kwam de Zweed Jens Eriksson aanhet woord, met een voordracht over de Weldcloud vanESAB. De Weldcloud is één centraal punt van waaruitalle lasprocessen online kunnen worden ingesteld, ge-controleerd en gemonitord. De Weldcloud is vanuitheel de wereld toegankelijk, vooropgesteld dat er eeninternetverbinding is. De spreker benadrukt dat dekennis van een lasser nog nooit zo belangrijk was alsnu. “Het lijkt soms net of lassers, dankzij de ontwikke-ling van handige software en andere hulpmiddelen,geen kennis meer nodig hebben, of dat lassers doormachines gecontroleerd moeten worden op hun werk.Dit is niet de insteek van de Weldcloud. Wanneer eenlasmachine wordt geleverd dan staan de instellingeneen half jaar later vaak nog exact hetzelfde als dedemo-instellingen. Maar wanneer er onregelmatighe-den te zien zijn, kan daarop worden ingespeeld om hetlasproces te optimaliseren. Met dit systeem kan hetbeste uit iedere machine en uit iedere lasser wordengehaald.”
De organisatoren kijken terug op een geslaagd eve-nement. Peter Boeijen van Lastraga/Cryogas: “Hetmeest trots zijn wij op het feit dat de bezoekers er veelaan hebben gehad, gezien de positieve feedback.”
www.lastraga.nl | www.vakopleidingtechniek.nl
Lasgala 2015: themadag overinnovatie en automatisering
Radioactieve bronnenIn uiteenlopende branches werken mensen met ionise-rende straling, zoals in het niet-destructief onderzoek,waar radiografie wordt toegepast voor het onderzoekenvan lasverbindingen. Maar ook in de ijzergieterij wordenradioactieve bronnen gebruikt voor het meten van devullingsgraad in de oven. De regels voor werken metstraling zijn vastgelegd in de Kernenergiewet. Die ver-meldt onder andere in welke gevallen een bedrijf eenvergunning moet hebben om met stralingsbronnen temogen werken.
Straling kan, ook in kleine doses, ernstige schade aande gezondheid veroorzaken. Daarom zijn er strengeregels voor het werken met straling. Werkgevers moe-ten maatregelen treffen om blootstelling van hun me-dewerkers aan straling te voorkomen. De nieuwepublicatie ‘U werkt veilig met straling. Weet u datzeker?’ van Inspectie SZW helpt werkgevers te chec-ken of ze de juiste maatregelen hebben genomen.
Controle door SZWDe Inspectie SZW controleert op het naleven van deKernenergiewet. Bij controles blijkt dat bedrijven vaakniet volledig op de hoogte zijn van wat er van hen ver-wacht wordt. Wanneer zij over de juiste informatie be-schikken, zijn zij meestal snel bereid om hun zaken inorde te maken. Daarom heeft Inspectie SZW deze pu-blicatie ontwikkeld, die werkgevers informeert over de
risico’s van straling en over de regels en de maatrege-len die de gezondheid en de veiligheid van medewer-kers beschermen. Zo staat er onder andere in depublicatie welke deskundigheid bedrijven in huis moe-ten hebben om te mogen werken met radioactieve bron-nen of röntgentoestellen.
De publicatie ‘Gezond en veilig werken met straling’ isals pdf te downloaden via www.vakbladlastechniek.nlonder de button ‘Downloads’.
LASTECHNIEKnovember 2015
Gezond en veilig werken met straling:nieuwe publicatie wijst de weg
www.inspectieszw.nl/e-pubs/veiligwerkenmetioniserendestraling/
Gezonder werkenLasrook bevat stoffen en gassen die schadelijk zijn voorde gezondheid. Te veel lasrook inademen geeft een ver-hoogde kans op astma, bronchitis, COPD en aantastingvan het zenuwstelsel. Daarom zijn er strenge grens-waarden gesteld voor het lasrookgehalte in de lucht. Denieuwe lastoorts vermindert volgens de ontwikkelaarsde hoeveelheid schadelijke rook tijdens het lassen met90 tot 95 procent. Bovendien is met deze toorts een jaar-lijkse besparing mogelijk van € 3.000 per lasser. Dit heeftte maken met het terugdringen van verzuim en uitval,minder productieverlies door beschermingsmaatrege-len, lagere investering in las- en afzuigapparatuur en la-gere ventilatie- en energiekosten.
EARTO Innovation AwardDe European Association of Research and Technology– EARTO – is in 1999 opgericht en vertegenwoordigt debelangen van technologische onderzoeksinstituten en
Europese prijs voorinnovatieve lastoorts
Lassen en solderen met koper
6
LASTECHNIEK BERICHTEN - november 2015
7
LASTECHNIEKnovember 2015
Europese onderzoeksprogramma’s. De EARTO Innova-tion Award 2015 wordt sinds 2009 uitgereikt om het in-novatieve werk van technologische onderzoeks-instituten te stimuleren en het belang voor de Europeseeconomie aan te tonen. TNO ontving de prijs uit handenvan Carlos Moedas, Europees Com- missaris Onder-zoek, Wetenschap en Innovatie. Van de 26 inzendingenhaalden zes innovaties de finale, verdeeld over twee ca-tegorieën: ‘Impact Delivered’ en ‘Impact Expected’. In-novaties uit de eerste categorie hebben hunmaatschappelijke en economische nut en impact reedsbewezen en zijn op de markt gebracht. In deze catego-rie won de 7XE Extractor het van de innovaties van hetDuitse Fraunhofer Institut en van SP Technical ResearchInstitute of Sweden.
Succes voor TranslasDe prijs betekent een succes voor Translas. Deze fabri-kant van lastoortsen heeft ruim 50 jaar ervaring in hetontwikkelen en produceren van producten voor het las-proces. Deze producten worden via een dealernetwerkin meer dan veertig landen op de markt gebracht. Trans-las besteedt veel aandacht aan de ontwikkeling van in-novatieve producten. Ontwikkeling en productie vindenvolledig plaats in de vestiging in Nieuwegein.
www.translas.com | www.earto.eu
Onder deze titel organiseerde het Welding SolutionCenter van Certilas in Huissen op 17 september jl. eenthemadag. In samenwerking met een groot aantal ex-posanten stonden alle activiteiten in het teken van hetverbinden van en met koper. Een interessante bijeen-komst voor iedereen die zich bezighoudt met het ver-binden van minder voor de hand liggend metaal enmetaalcombinaties.
Waarom het thema koperPeter Gerritsen, CEO van Certilas: “De achterliggendegedachte om meer aandacht te geven aan het lassenmet koper komt voort uit mijn enthousiasme voor devele toepassingen die er zijn en die men eigenlijk niet ofnauwelijks kent of ziet. Koper en koperlegeringen zijninzetbaar om vele materialen met elkaar te verbinden.Denk hierbij aan verbindingen van onder meer staal,roestvast staal en messing. De huidige technologie vande lasapparatuur maakt het mogelijk allerlei verschil-lende materiaalcombinaties door middel van het MIG-solderen met koperlegeringen te verbinden.”
Veel praktische toepassingenIn het eerste gedeelte van de themadag gaf Henk vanZijl een vlotte presentatie over koper. Het materiaalwordt aangeduid als Cu, afkomstig van Cuprum. Deaanduiding is afgeleid van de naam van het eiland Cy-prus, waar in de oudheid het meeste koper vandaankwam. Een hele lijst met bijzondere eigenschappen iser aan koper toe te dichten. De uitstekende geleidbaar-heid is wel de bekendste.
Het industriële belang van koper wordt al snel duidelijk,gezien het grote aantal soorten koperlegeringen. Hier-door kent koper vele praktische toepassingen en aldeze legeringen moeten ook nog eens verbonden kun-nen worden. De las- en soldeerbaarheid van de legerin-gen wordt sterk bepaald door de aanwezigelegeringselementen en de leveringstoestand van hetmateriaal. Hierna presenteert Van Zijl per koperlege-ringstype een groot aantal aandachtspunten voor hetverbinden van deze materialen. Het naleven van dezeadviezen is bepalend voor het succes waarmee de le-geringen gelast en gesoldeerd kunnen worden.
Van vlam tot koude boogDoor middel van een groot aantal demonstraties werdeen goed beeld gegeven van de hedendaagse techno-logie rond het verbinden met koper. De nadruk lag op de
ontwikkelingen in processen die koper gebruiken alstoevoeg- en soldeermateriaal en niet zozeer op de pro-cessen waarmee koperproducten gelast of verbondenkunnen worden. Een demonstratie van het autogeensolderen kon daarbij niet ontbreken. Een techniek die aljaren bestaat en waarvoor vele (koper- en zilver-hard-soldeer)materialen zijn ontwikkeld.
Koper en koperlegeringen spelen ook een belangrijkerol bij het verbinden met een MIG-boog. Er is inmiddelsveel moderne MIG-lasapparatuur ontwikkeld waarmee‘zeer koud’ kan worden gelast. Deze ontwikkelingenhebben geleid tot het beschikbaar komen van eenbreed scala aan materialen en materiaalcombinaties diemet een MIG-boog met elkaar verbonden kunnen wor-den. Een mooi voorbeeld hiervan is de ongelijksoortigeverbinding van gegalvaniseerd staal aan aluminium.Een hoge voortloopsnelheid, een lage warmte-inbrengen een geringe mate van vervorming leiden tot eengroot toepassingsgebied, waaronder de fabricage vanauto’s.
www.certilas.nl
Met de ontwikkeling van de 7XE Extractor, een inno-vatieve lastoorts met bronafzuiging, heeft TNO een Eu-ropese prijs in de wacht gesleept. De toorts is eengezamenlijke ontwikkeling van lastoortsenfabrikantTranslas, het innovatieplatform iTanks en TNO. De prijswerd uitgereikt op 14 oktober, tijdens de jaarlijkseEARTO Innovation Awards Ceremony in Brussel.
Wat is RailsafeRailsafe is de overkoepelende naam van een aantal pro-jecten die tot doel hebben om het opleiden, diplomerenen certificeren van raillassers in Europa te harmonise-ren, zoals dat ook al is gedaan voor andere lasopleidin-gen. Daartoe zijn binnen de EWF (European Federationfor Welding, Joining and Cutting) richtlijnen opgesteldwaaraan de raillasopleidingen moeten voldoen. Zo zijner geharmoniseerde opleidingen ontwikkeld voor ther-mietlassers (EAW), bekistlassers (EAWRJ) en oplassers(EAWRR). Op dit moment is Nederland het enige land inEuropa dat het Railsafe-schema voor opleiden, diplo-meren en certificeren van raillassers uitvoert. Het NIL is
door de EWF geautoriseerd als Railsafe Authorised Na-tional Body (RANB). Spoorwegbeheerder ProRail heeftdit opleidings- en certificeringsschema opgenomen inzijn richtlijnen. Dit betekent dat in Nederland alleen nogaan het spoor mag worden gelast door raillassers dieopgeleid zijn conform het Railsafe-programma. Inmid-dels zijn vrijwel alle raillassers in Nederland daarvoor op-geleid en gediplomeerd door het NIL. Het certificerenvan raillassers zal spoedig volgen.
Het Nederlands Instituut voor Lastechniek heeft in juni2015 een vijfdaagse training verzorgd in Istanboel,waarbij Turkse docenten werden opgeleid om EWF-Raillasopleidingen te kunnen geven in Turkije. Dit ge-beurde in het kader van het Europese projectRailsafe-TR. Met de afronding van dit project wordt Tur-kije na Nederland waarschijnlijk het tweede land waareen ‘Railsafe Authorised National Body’ gaat opereren.
NIL levert belangrijke bijdrage aan Railsafe
8
LASTECHNIEK BERICHTEN - november 2015
9
LASTECHNIEKnovember 2015
Ook in TurkijeIn het kader van verdere harmonisatie is in oktober 2013het project Railsafe-TR gestart om het opleidings- encertificeringsschema voor raillassers ook in Turkije te in-troduceren. Dit gebeurt in een samenwerkingsverbandtussen EWF, TWI (The Welding Institute), TCDD (Turksespoorwegbeheerder), Gedik Universiteit (TechnischeUniversiteit, Turkije) en het NIL. De laatste projectbij-eenkomst vond plaats in oktober 2015 in Ankara. Na deadministratieve afronding wordt Turkije het tweede landwaar een RANB gaat opereren.
Verdere uitbreiding in EuropaDe Europese Commissie wil reizen via het spoor stimu-leren, zodat in 2050 de meerderheid van de reizigers opmiddellange afstanden kiest voor de trein. Naast uit-breiding en onderhoud van het spoorwegnet vraagt ditom goed opgeleid en vakbekwaam spoorwegperso-neel. Volgende stap is om het geharmoniseerde Railsafeopleidings- en certificeringsprogramma ook in andereEuropese landen te introduceren, om zodoende te kun-nen voldoen aan de strategische doelstellingen van deEuropese Commissie. Het NIL kan daaraan bijdragendoor de reeds aanwezige kennis en ervaring op het ge-bied van raillassen te exploiteren.
www.railsafe-tr.net | www.nil.nl
Onlangs bereikte ons het bericht dat onze zeer ge-waardeerde en geliefde ex-collega Wim Pors op vrij-dag 16 oktober is overleden. Hij werd slechts 69 jaaroud. Na een heftige periode waarin hij de toekomstvoor zijn vrouw Gerda heeft weten veilig te stellen, waszijn ongelijke strijd ten einde.
Wim was een enorm toegewijd deskundige in de laswe-reld, gekend en gewaardeerd door iedereen. Gedu-rende zijn hele carrière heeft hij zich naast zijn werk altijdingezet voor de gemeenschap. Voor de lastechniek be-tekende dat het uitdragen en delen van zijn grote kennisen ervaring. Lassend Nederland kent Wim van de ontel-bare regionale voorlichtingsavonden van het NIL waar-aan hij actief deelnam. Op veel voorlichtingsdagen heefthij lezingen verzorgd. Ook is hij auteur van talrijke pu-blicaties en voorlichtingsbladen; waardevolle documen-ten waarin hij zeker zal voortleven.
In memoriam Wim PorsHet beste kennen zijn oud-leerlingen hem. Hij was im-mers vele jaren vast verbonden met de opleidingen Mid-delbaar Lastechnicus en Laspraktijkingenieur, waarvoorhij actief was als docent en als zeer gewaardeerd lid vande examencommissies.
Toen Wim in oktober 1997 bij het NIL in dienst trad, be-tekende dat een enorme versterking van de dienstver-lening aan de leden. Hij was van grote betekenis voor depositie die het NIL tegenwoordig in de Nederlandse las-wereld inneemt. In april 2009 ging Wim met vervroegdpensioen, maar hij ging onvermoeibaar door met zijnactiviteiten ten behoeve van de lastechniek.
We zullen Wim node missen. Zijn kennis, ervaring enpositieve houding zijn een voorbeeld voor velen. Wewensen zijn vrouw, kinderen en kleinkinderen sterktemet het dragen van dit grote verlies.
Bestuur, Raad van Advies en (oud-)medewerkers vanhet Nederlands Instituut voor Lastechniek
10
LASTECHNIEK BERICHTEN - november 2015
Zagen, hechten en aflassenLeon Oerlemans, instructeur werktuigbouwkunde vanROC De Leijgraaf, werd begin 2015 benaderd doorZLTO met de vraag of de leerlingen Techniek mee kon-den helpen om zestig stalen boombeschermers temaken. Oerlemans: “Voor het uitvoeren van het projecthebben we leerlingen van de stichting SMO gevraagddie bij ons de opleiding techniek of de praktijkopleidingBBL niveau 2 volgen. Het zijn leerlingen die direct nahun opleiding op het vmbo de vervolgopleiding op onzeschool doen.” Onder begeleiding van hun instructeurszijn de leerlingen enthousiast aan de slag gegaan methet maken van mallen, het berekenen van benodigdelengtes, het zagen van materiaal, het ponsen van gaten,het hechten van de losse onderdelen en het aflassenvan het eindproduct. Als duurzame afwerking zijn deboombeschermers elders verzinkt.
VervolgDe eerste boombeschermers werden in juni geplaatst,en op 16 oktober jl. Is het project op een feestelijke ma-nier samen met de betrokken leerlingen afgesloten. De leerlingen die enthousiast hebben meegewerkt aanhet plaatsen van de boombeschermers, kijken met veel
plezier terug op het leer-zame project. Als dankvoor hun medewerkingontving de school eenmooi schildje met hetopschrift “Deelnemerfunctioneel erfgroen”.
Oerlemans vertelt dathet voor ROC de Leij-graaf de eerste keerwas dat ze aan een der-gelijk project hebbengewerkt. “We weten nunog niet of er een ver-volgtraject op komt. Welweten we dat onze leer-lingen het erg leuk von-den om hier aan mee temogen werken.”
www.leijgraaf.nl www.leijgraaf.nl/som
Leerlingen van de afdeling techniek van ROC DeLeijgraaf hebben in het voorjaar gewerkt aan eenmooie lasopdracht: het maken van zestig boombe-schermers voor ZLTO, de land- en tuinbouworgani-satie voor Noord-Brabant, Zeeland en Zuid-Gelder-land. Op 16 oktober vond de officiële opleveringplaats in Bernheze.
Lasleerlingen maken boombeschermers voor landbouworganisatie
ErfbeplantingMark van Lieshout van ZLTO licht toe waarom er boom-beschermers nodig waren in de gemeente Bernheze.“Het gaat om de bescherming van bomen die rondomrundveestallen geplant worden om lichthinder voor deomgeving tegen te gaan. Nieuw gebouwde rundvee-stallen zijn open aan de zijkant, om in de stal een zo frismogelijk klimaat te krijgen. Kunstlicht ’s avonds kan aande zijkant een lichtstraat van 3 meter hoog en wel 60meter lang veroorzaken. Erfbeplanting biedt een goedeafscherming tegen dit licht. De boombeschermers moe-ten voorkomen dat de bomen door vee worden aange-vreten.” In samenwerking met ZLTO Bernheze, BrabantsLandschap, gemeente Bernheze en de provincie Noord-Brabant is er subsidie beschikbaar gesteld ten gunstevan het erfbeplantingsplan.
voor vouchers die zij zelf in kunnen zetten voor onder-wijsmodules. Hierdoor worden instellingen gestimuleerdom hun onderwijsaanbod meer op de vraag van dedeeltijdstudenten aan te passen.
IntentieverklaringKoninklijke Metaalunie gaat samen met onderwijsinstel-lingen bekijken hoe vraagfinanciering voor volwassenstudenten vormgegeven kan worden. Metaalunievoor-zitter Fried Kaanen heeft samen met andere branchesen de Vereniging van Hogescholen inmiddels een in-tentieverklaring getekend.
www.metaalunie.nl
Blijven leren is voor werknemers van groot belangom mee te kunnen groeien met de veranderingen inhun baan. Koninklijke Metaalunie wil scholing op dehogere onderwijsniveaus beter bereikbaar makenvoor werkenden. De voorkeur gaat uit naar het sti-muleren van Associate degree opleidingen, omdatdeze het meest geschikt zijn voor werkenden. Mi-nister Bussemaker van Onderwijs heeft toegestemdom met nieuwe onderwijsvormen voor volwassenente experimenteren. In januari 2016 maakt de minis-ter bekend welke opleidingen mogen starten met deexperimenten vraagfinanciering.
Hoger onderwijs steeds beter bereikbaarvoor medewerkers in metaalsector
Flexibiliteit in volwassenenonderwijsDoelstelling van de nieuwe onderwijsvormen is het creë-ren van meer flexibiliteit in het volwassenonderwijs. On-derwijsinstellingen zouden hun onderwijsaanbod meerop de vraag van de deeltijdstudenten (en hun werkge-vers) aan kunnen passen. In eerste instantie zullen erflexibiliseringspilots plaatsvinden. Zo wordt er naar de waarde van eerder opgedane ken-nis gekeken om te zorgen voor meer maatwerk. De in-stellingen die meedoen aan de pilots gaan een flexibeleraanbod van onderwijs aanbieden in de vorm van mo-dules. En het onderwijs mag op andere plaatsen wor-den aangeboden, los van de vestigingsplaats van deinstelling, bijvoorbeeld op de werkplek van de deeltijd-student. In tweede instantie vinden er experimentenplaats die gericht zijn op vraagfinanciering. Bij deze ex-perimenten komen volwassen studenten in aanmerking
2-daagse Workshop
LASVERBINDINGENHet visueel beoordelen van
Meer informatie vindt u op www.nil.nl
advertentie
11
LASTECHNIEKnovember 2015
BIL/NIL LASSYMPOSIUM Programma 24 november 2015
SCHADEGEVALLEN
Sessievoorzitter Frans Vos Materials Consult bvba · gastdocent KU Leuven
14u00 Corrosie aan tube-tubenplaat connectie van
52 koelerbundles op naftakraker 3, semi-
gesloten koelwatersysteem
Cornelis Reinhoud · Total Raffi naderij Antwerpen
14u30
Courante schadefenomenen bij
lasverbindingen en hoe ze te vermijden.
Jens Conderaerts · Belgisch Instituut voor
Lastechniek
15u00
Technische beoordeling van een
scheurvormige indicatie in een
hogedruktrommel
Frédéric Vanderlinden · Laborelec, ENGIE
KOFFIEPAUZE
16u00
Microbiologisch Beïnvloede Corrosie (MIC)
in afsluiters
Hans Christ · Endures BV
16u30
Resterende sterkte van gecorrodeerde
omtreklassen uit pijpleidingen
Stijn Hertelé · Laboratorium Soete, Universiteit Gent
17u00
Diverse schadefenomenen in
dredgingindustrie
Arjen Van den Bosch · Jan De Nul
17u30
UITREIKING PROFESSOR SOETE PRIJS
WALKING DINNER
KEYNOTE: DE EWF IN 2015
Ing. Henk J.M. Bodt
President van de European Welding Federation
10u00
NDO TECHNIEKEN
Sessievoorzitter Jan Verkooijen
Voorzitter KINT
10u30
Tangentieel Wervelstroom Matrix Sondes
voor Scheurdetectie en Dimensionering op
Koolstofstalen Lassen
Nicolas Janssens · AIB-Vinçotte International
11u00
Geautomatiseerd ultrasoon onderzoek van
‘dissimilar safe-end’ lassen, met behulp van
phased array sondes: simulatie, kwalifi catie
en inspectieresultaten
Bart Sarens · GDF Suez Laborelec
KOFFIEPAUZE
12u00
Het gebruik van digitale radiografi e
(CR & DR) voor lasserkwalifi caties
Deel 1: basistermen en normvereisten
Luk Persoons · SGS Belgium nv · BANT
Deel 2: praktische implementatie
Kurt Broeckx · VCL · BANT
LUNCH
� Stuurboord / Hangar 26 Rijnkaai 96 - 2000 Antwerpen
r e s e a r c h
Joining your future.
NORMEN
Sessievoorzitter Johan Willems Iemants N.V.
14u00
EN ISO 15614-1
Nieuwe versie EN ISO 15614-1 op komst
Benny Droesbeke · Belgisch Instituut voor
Lastechniek
14u30
EN 1090
EN 1090, veni, vidi, vici? Een markante
terugblik op 2 jaar certifi catie
Raoul Heremans · AIB-Vinçotte International
15u00
EN 1090
Uitvoering van metaalconstructies – Een
overzicht en wat de toekomst zal bieden
Rik Debruyckere · SECO
KOFFIEPAUZE
16u00
De Europese normen aangaande de
verschillende lasactiviteiten bij de Belgische
spoorweginfrastructuur
Dimitri De Spiegeleer · Infrabel · FusionPoint
16u30
EN 15085
Ervaringen binnen NMBS werkplaatsen
Pieter Mechels en Axel De Dobbeleer · NMBS
17u00
AFSLUITENDE NETWERKDRINK
EVOLUTIE IN LASPROCESSEN
Sessievoorzitter Patrick Vanrymenant KU Leuven
09u30
Active Wire Process – een nieuwe dimensie
voor het lassen van dunne materialen
Peter Pittomvils · Valk Welding
10u00
Hoogtemperatuur solderen, een
hoogwaardige verbindingstechniek –
Diffusiesolderen
Erik Schuring · ECN
10u30
How to fi nd the correct fl ux / wire
combination for submerged arc welding
of pressure vessels
Stephan Starck · Air Liquide Welding
KOFFIEPAUZE
11u30
Flexibele Onderpoeder Lastoepassingen
Bart Lourdaux · VSE Technologies
12u00
Weerstandlassen van aluminium aan
verzinkt martensitisch staal met behulp van
processtape
Matthias Smits · KU Leuven
12u30
Een overzicht van de evolutie van orbitaal
pijplassen
Arjen Engelen · Laspartners Multiweld BV
LUNCH
Programma 25 november 2015
Schrijf je in op www.bil-ibs.be
14
PROJECT INNOJOIN - november 2015LASTECHNIEK
15
LASTECHNIEKnovember 2015
Verschillende onderzoeksprojecten bij het Belgisch Instituut voor Lastechniek richtenzich op het ontwikkelen van innovatieve verbindingstechnieken voor het verbinden vanongelijksoortige materialen. Eén van die projecten is het INNOJOIN project. Dit artikelspitst zich toe op het deelonderzoek naar het verbinden van aluminium aan staal doormiddel van elektromagnetisch pulslassen en wrijvingspuntlassen.
druklasprocessen, waarbij een metaalbinding verwezen-
lijkt wordt tussen twee oppervlakken door ze tegen elkaar
te drukken. De vervorming gebeurt met een zeer hoge
snelheid, zoals bij het explosielassen. De explosieve kracht
wordt echter gegenereerd op een veilige manier, namelijk
via een inductiespoel. De magnetische drukkrachten wor-
den opgewekt door het ontladen van een grote hoeveel-
heid elektrische energie in een zeer korte tijdspanne, de
zogenaamde puls. Het is een ‘solid-state’ lasproces, wat
betekent dat de materialen niet tot smelten gebracht wor-
den tijdens de lascyclus. Aangezien het elektromagnetisch
pulslassen géén gebruik maakt van warmte om een ver-
binding tot stand te brengen, biedt deze techniek belang-
rijke voordelen ten opzichte van conventionele
lastechnieken: er ontstaat geen warmte-beïnvloede zone
en het materiaal verliest zijn eigenschappen niet. Hiermee
kunnen verbindingen worden gerealiseerd tussen metalen
e trend in de markt om almaar lich-
tere en minstens even sterke con-
structies of producten te realiseren
blijft zich voortzetten. Voor steeds meer
onderdelen wordt overgegaan van het klas-
sieke laag-koolstofstaal naar hogesterkte-
staalsoorten of non-ferrolegeringen. Het
combineren van klassieke materialen (con-
structiestaal, aluminium) met andere klas-
sieke (roestvast staal) of zelfs nieuwe
materialen (composieten, hogesterktesta-
len) leidt tot uitdagingen op het gebied van
de verbindingstechnologie voor het verbin-
den van ongelijksoortige materialen. Het Europese Cor-
net-project INNOJOIN bestudeert het thermisch
verbinden van plaatmaterialen met behulp van een brede
waaier aan innovatieve verbindingstechnieken, namelijk
elektromagnetisch pulslassen, wrijvingspuntlassen, weer-
stand-elementlassen, weerstandlassen met procestape en
wrijvingselementlassen. Deze technieken worden gebruikt
om een aantal representatieve industriële ongelijksoortige
materiaalcombinaties te verbinden. De doelstelling van
INNOJOIN is het onderzoeken van de mogelijkheden die
deze nieuwe technieken te bieden hebben en de te behalen
laseigenschappen. In het kader van dit project onderzoekt
het BIL de toepasbaarheid van het elektromagnetisch puls-
lassen en het wrijvingspuntlassen voor het verbinden van
aluminium aan staal.
Elektromagnetisch pulslassenElektromagnetisch pulslassen behoort tot de groep van
Ddoor Irene Kwee en Koen Faes (Belgisch Instituut voor Lastechniek)
Innovatieveverbindingstechnieken voor het verbinden van
ongelijksoortige plaatmaterialenen legeringen met onderling sterk verschillende smeltpun-
ten, zoals een verbinding tussen aluminium en staal. Het
elektromagnetisch pulslassen is geschikt voor het lassen
van zowel buisvormig materiaal (figuur 1) als plaatvor-
mig materiaal (figuur 2). Dit laatste is relatief onbekend
terrein, waar nog veel innovatieve ontwikkelingen moge-
lijk zijn.
Plaatvormige stukkenVoor het lassen van plaatvormige stukken wordt een
vlakke spoel gebruikt (figuur 3). Figuur 4 illustreert het
zijaanzicht van de experimentele opstelling voor het lassen
van aluminium aan staal. Wanneer een stroom door de
spoel loopt, ontstaat een elektromagnetische kracht die
het gedeelte van de aluminiumplaat overlappend met de
spoel, met grote impact tegen de staalplaat drukt. De twee
platen worden gescheiden door middel van zogenaamde
‘spacers’. De spacers zorgen voor een zekere afstand tus-
sen beide platen. Deze tussenafstand, samen met de vrije
lengte (zie figuur 4), bepalen de hoek en snelheid waar-
mee de aluminiumplaat tegen de staalplaat wordt gedrukt.
De impacthoek en -snelheid bepalen op hun beurt de kwa-
liteit van de lasverbinding.
Elektromagnetische pulslasverbindingHet verbinden van aluminium (EN AW 1050-H14, plaat-
dikte 1 mm) aan staal (S235JR, plaatdikte 2 mm) met be-
hulp van het elektromagnetisch pulslasproces werd
onderzocht. Verschillende reeksen experimenten werden
uitgevoerd, waarbij drie parameters werden gevarieerd:
het energieniveau, de tussenafstand tussen de te lassen pla-
ten en de overlap tussen de spoel en de aluminiumplaat
(figuur 4). De aluminium-staal-lasverbindingen werden vi-
sueel onderzocht, vervolgens metallografisch geanalyseerd
en tot slot werd de treksterkte bepaald via afschuiftrek-
proeven. Afhankelijk van de geselecteerde lascondities
Figuur 1 Elektromagnetisch pulslassen van buisvormige stukken
Figuur 2 Elektromagnetisch pulslassen van plaatvormige stukken. Bron: Application of magnetic pulse welding for aluminium alloys and SPCC steel sheet joints (T. Aizawa et al.)
Figuur 4 Zijaanzicht van de experimentele opstelling voor het elektromagnetisch pulslassen van een aluminiumplaat aan een staalplaat. Bron: Belgisch Instituut voor Lastechniek
Figuur 3 Vlakke spoel voor het elektromagnetisch pulslassen van plaatvormige stukken. Bron: Belgisch Instituut voor Lastechniek
16
PROJECT INNOJOIN - november 2015LASTECHNIEK
17
LASTECHNIEKnovember 2015
werd een laszone met een bepaalde lasbreedte en -hoogte
verkregen (figuur 5).
Een typische metallografische geëtste doorsnede van een
aluminium-staal-lasverbinding in het centrum van de las-
zone is te zien in figuur 6. Een detailopname van deze
doorsnede toont een intermetallische laag met een dikte
van ongeveer 20 µm (figuur 7). De aanwezigheid van deze
laag kan verklaard worden door mechanische vermenging
en intense plastische vervorming van de twee materialen,
maar ook door lokale smeltfenomenen en opeenvolgende
stolling op submicron-schaal. Wanneer niet-optimale las-
parameters gebruikt worden, kunnen porositeiten en
scheurtjes ontstaan in de intermetallische laag van de las.
De porositeiten zijn het gevolg van lokale smeltfenome-
nen aan de lasinterface. Transversale scheurtjes ontstaan
door afschuifspanningen, die onder andere gegenereerd
worden door verschil in de thermische expansiecoëfficiënt
van aluminium en staal. Wanneer deze afschuifspannin-
gen de sterkte van de intermetallische laag overschrijden,
kunnen transversale microscheuren optreden. De verbin-
dingen werden beproefd via afschuiftrekproeven. Figuur
8 toont de maximale treksterkte in functie van het ener-
gieniveau voor verschillende niveaus van tussenafstand
en overlap. Over het algemeen neemt de trek-sterkte toe
naarmate het energieniveau stijgt. De hoogste treksterkte
(4,6 kN) werd behaald bij een energieniveau van 18 kJ,
een overlap van 10 mm en een tussenafstand van 2 mm,
aangezien bij deze lascondities de grootste laszone ver-
kregen werd.
WrijvingspuntlassenNaast het onderzoek naar lasverbindingen met behulp
van elektromagnetisch pulslassen onderzocht het BIL de
mogelijkheden van wrijvingspuntlassen voor het verbin-
den van aluminium- aan staalplaten. Wrijvingspuntlas-
sen is een nieuw solid-state lasproces, dat gebruikt kan
worden voor overlapverbindingen tussen gelijksoortige
en ongelijksoortige materialen. Het proces maakt gebruik
van wrijvingswarmte en mechanische vervorming om een
verbinding te realiseren. Het resultaat is een puntlasver-
binding, zonder materiaalverlies of eindkrater. Een ander
voordeel van het proces is de korte lastijd. Het is boven-
dien een milieuvriendelijk proces: er worden geen toe-
Figuur 5 Typische lasverbinding tussen een aluminium- en een staalplaat met behulp van elektromagnetisch pulslassen. Bron: Belgisch Instituut voor Lastechniek
Figuur 6 Metallografisch geëtste doorsnede van een aluminium-staal-lasverbinding. Bron: Belgisch Instituut voor Lastechniek
Figuur 7 Metallografisch geëtste doorsnede van een aluminium-staal-lasverbinding. Bron: Belgisch Instituut voor Lastechniek
Figuur 9 Wrijvingspuntlastoestel bij het Belgisch Instituut voor Lastechniek
Figuur 8 Treksterkte versus energieniveau voor aluminium-staal-lasverbindingen met elektromagnetisch pulslassen. Bron: Belgisch Instituut voor Lastechniek
Staal
Figuur 10 Schematische weergave van het wrijvingspuntlasproces. Bron: Helmholtz-Zentrum Geesthacht, Duitsland
voegmaterialen of beschermgassen gebruikt en er komt
geen lasrook, IR- of UV-straling vrij tijdens de lascyclus.
Figuur 10 toont het principe van wrijvingspuntlassen.
Eerst worden een pin en een huls (sleeve) geroteerd. De
huls maakt het materiaal plastisch, en dit komt terecht in
de ruimte binnenin de huls. De pin beweegt hierdoor naar
boven. Bij een voldoende penetratiediepte wordt de rote-
rende huls teruggetrokken en duwt de pin het plastische
materiaal in de laszone om de verbinding tot stand te
brengen. Het onderzoek richtte zich op het verbinden van
aluminium (EN-AW 5182, plaatdikte 2 mm) aan gegal-
vaniseerd staal (MS-W1200 ZE50/50, plaatdikte 1,5 mm)
met behulp van wrijvingspuntlassen. Hierbij werden drie
parameters gevarieerd, namelijk de rotatiesnelheid, de in-
dringdiepte en de lastijd. Ook in dit onderzoek werden de
gerealiseerde aluminium-staal-lasverbindingen visueel on-
derzocht, vervolgens metallografisch geanalyseerd en on-
derworpen aan een test om de treksterkte te bepalen.
Microstructuren in wrijvingspuntlasEen wrijvingspuntlas bestaat uit drie zones met verschil-
lende microstructuren: de warmte-beïnvloede zone, de
thermo-mechanisch beïnvloede zone en de laslens. De be-
langrijkste lasfouten zijn een onvolledige vulling van de
las, porositeiten, bindingsfouten en een ringvormige groef
aan het bovenoppervlak van de las.
De metallografische doorsnede van een typische wrij-
vingspuntlas is te zien in figuur 11. Deze las bezit het
grootste bindingsoppervlak tussen het aluminium en het
staal en tevens de hoogste trekkracht (9,5 kN). De micro-
structuur vertoont een vergrote korrelstructuur in het bo-
venste en middelste gedeelte van de laslens (figuur 11c) en
aan het scheidingsvlak tussen de twee platen (figuur 11d).
De korrelgrootte neemt toe naarmate meer warmte gege-
nereerd wordt tijdens de lascyclus door een verhoging van
de lastijd, indringdiepte of rotatiesnelheid.
Element mapping van Fe, Al en Zn toonde aan dat er
sprake was van een verlaagde aluminiumconcentratie en
een verhoogde zinkconcentratie in de microstructuren van
figuur 11c en 11d. De aanwezigheid van zink in het alu-
minium is mogelijk te verklaren door de diffusie van zink
dat afkomstig is uit de deklaag van het staal. Deze zink-
diffusie aan het scheidingsvlak wordt geïnitieerd door de
materiaalstromingen die ontstaan door de beweging van
de huls en pin. Verder vond zinkdiffusie plaats in zones
naast de laslens, vooral in het scheidingsoppervlak onder
de klemring. Dit is het gevolg van de hoge druk, uitgeoe-
fend door de klemring en de warmte, gegenereerd in de
laslens. Hieruit kan geconcludeerd worden dat het bin-
dingsoppervlak tussen de twee platen gevormd wordt tus-
sen het Al en de Zn deklaag van het staal. Een sterkere
diffusie van Zn in het Al kan ook resulteren in een groter
bindingsoppervlak en een verhoogde treksterkte.
ConclusieRecente ontwikkelingen in de verbindingstechnologie bie-
den nieuwe mogelijkheden voor het realiseren van kwali-
teitsvolle ongelijksoortige verbindingen.
Aluminimum-staal-lasverbindingen vinden hun toepas-
singen o.a. in de transportsector en de machinebouw,
waar lichtere en performante onderdelen een competitief
voordeel opleveren. De keuze van de meest geschikte tech-
niek is afhankelijk van de toepassing, seriegrootte en aard
van de verbinding (puntlas, overlap, of stomplas).
Momenteel is er weinig objectieve kennis beschikbaar om-
trent de technische haalbaarheid van het gebruik van elek-
tromagnetisch pulslassen en wrijvingspuntlassen voor
bepaalde materiaalcombinaties of producten, noch over
de eventuele verhoging van de productiviteit of over de te
behalen laskwaliteit, en dus over het economisch voordeel
dat de inzet van deze innovatieve processen voor de in-
dustrie kan betekenen.
Het INNOJOIN onderzoeksproject verschaft inzicht in
deze moderne verbindingstechnologieën voor het verbin-
den van ongelijksoortige materialen en stelt bedrijven in
18
PROJECT INNOJOIN - november 2015LASTECHNIEK
19
Figuur 11 Typische doorsnede van een wrijvingspuntlas van aluminium aan staal
(a) Ongeëtste metallografische doorsnede (b) Geëtste metallografische doorsnede
(c) Detail 1 van (b): linker gedeelte van de laslens (d) Detail 2 van (b): scheidingsvlak tussen aluminium en staal
staat de geschikte verbindingstechnologie voor hun pro-
duct te identificeren. Op basis van toegepast onderzoek
worden de verbindingstechnologieën objectief onderzocht,
zodat men een onderbouwde keuze kan maken over het al
dan niet implementeren van een heterogene materiaalver-
binding.
PersonaliaDe auteurs, ir. Irene Kwee en dr. ir. Koen Faes, zijnbeiden werkzaam als onderzoeker bij het Belgisch In-stituut voor Lastechniek. Zij zijn bij het BIL aan-spreekpunt voor het INNOJOIN-project.
Het INNOJOIN consortium bestaat naast het BIL(Zwijnaarde, België) uit: KU Leuven Campus DeNayer (Sint-Katelijne-Waver, België), CEWAC (Ou-grée, België), SLV (Halle, Duitsland) en LWF (Pader-born, Duitsland). Het project wordt uitgevoerd metsteun van het IWT (Agentschap voor Innovatie doorWetenschap en Technologie).
Krachtig, robuust en flexibel: ABIMIG® WT.
Hoog performantevloeistofgekoelde pistolen met snel wisselbare hals
McCorapproved
■ Slechts 3 types met capaciteit van 350 tot 600A
■ Onovertroffen verhouding capaciteit /grootte
■ Snel wisselbare en positioneerbare zwanenhals
■ Groot aantal zwanenhalzen met aangepaste geometrie
T E C H N O L O G Y F O R T H E W E L D E R ’ S W O R L D .
Euroweld is een dynamisch en klantgericht bedrijf. Kiezen voor Euroweld betekent dan ook kiezen voor moderne productietechnieken en voor producten die aan de hoogste eisen en standaarden voldoen.
Dé totaal leverancier voor de verkoop,
verhuur en leasing van lasapparatuur,
manipulatieapparatuur en positionerings
equipment voor de industrie.
Euroweld B.V. | Steenstraat 16 d | 4751 GS Oud Gastel | T 0165 31 78 55 | F 0165 33 00 71 | [email protected] | www.euroweld.nl
Verkoop, Verhuur & Leasing
e betekenis van de vakbeurs is langzaam maar
zeker aan het veranderen. Steeds meer informatie is
altijd en overal direct beschikbaar dankzij de snelle
opmars van internet en alle moderne communicatiemid-
delen. Het was nog nooit zo eenvoudig om in contact te
komen met andere professionals en klanten, waar ook ter
wereld. Toch blijkt het klassieke concept van een vakbeurs
als Welding Week nog wel degelijk te voorzien in een be-
hoefte. Zeker als het beursbezoek gecombineerd kan wor-
den met deelname aan andere, gerelateerde, evenementen
en activiteiten.
Sterke groeicijfersEasyFairs, de organisator van Welding Week & Subcon-
tracting 2015, blikt enthousiast terug op het afgelopen
evenement in Antwerpen als op een driedaags feest, met
“vonken en vuur, volle hallen, masterclasses, een interna-
tionaal networking event, live demo’s, een fotowedstrijd,
fantastisch mooie stands en een geweldige sfeer”. De cij-
fers liegen er dan ook niet om: 4721 professionele bezoe-
kers en 904 studenten bezochten deze driedaagse editie.
Dat is ten opzichte van vier jaar geleden een stijging met
ruim 6% van het aantal professionele bezoekers en een
stijging met 26% van het aantal unieke bedrijven dat
beide events bezocht heeft. “Deze sterke groeicijfers ver-
taalden zich in een grote tevredenheid onder de 150 ex-
posanten”, aldus Dieter Wilssens, Group Event Director
bij EasyFairs.
LASTECHNIEKnovember 2015
20
LASTECHNIEK WELDING WEEK - november 2015
Welding Week 2015 is afgesloten met mooie cijfers. Organisator EasyFairsblikt dan ook tevreden terug op de afgelopen editie. Wat is in deze tijd vanonbegrensde informatievoorziening en communicatiemogelijkheden nog detoegevoegde waarde van een vakbeurs? Om deze vraag te beantwoorden,vroegen we organisatoren, exposanten en bezoekers naar hun beleving vanWelding Week.
Ddoor de redactie, fotografie EasyFairs
Zichtbaar zijnJarenlang was een bezoek aan een vakbeurs voor profes-
sionals essentieel om op de hoogte te blijven van de laat-
ste stand van de techniek en nieuwe innovatieve
producten en diensten. Voor exposanten was het de beste,
misschien wel de enige, mogelijkheid om zichzelf te pre-
senteren aan een groot publiek. Maar deelname aan de
vakbeurs krijgt meer en meer een andere functie. “Vroe-
ger stonden we op de beurs om te laten zien wat we te
bieden hadden, in contact te komen met potentiële
nieuwe klanten en zaken te doen. Nu ontmoeten we er
vooral onze bekende relaties”, vertelt Holger Hartmann
van Optrel. En Jan Laerte van Binzel Benelux: “Aanwe-
zigheid op een vakbeurs als deze is belangrijk; niet al-
leen voor je klanten, maar ook voor je concurrenten.
Door deelname aan de beurs laat je zien dat je bestaat
en een rol van betekenis speelt.” Vooral voor Belgische
bedrijven is aanwezigheid op de beurs in Antwerpen
een vanzelfsprekendheid. Patrick Huysmans van Wel-
ding Company verwelkomt zijn bezoekers in een ruim
opgezette stand: “De beurs vindt zowat plaats in onze
achtertuin. Natuurlijk kunnen we niet ontbreken; we
doen al mee vanaf het begin.” Maar ook verschillende
nieuwkomers op de beurs zien de meerwaarde van deel-
name aan de vakbeurs. Jean Storken en Ed Snippe van
i-Weld Easy: “Er is veel belangstelling voor ons product
en we hebben al goede zakelijke gesprekken kunnen
voeren met partijen die samenwerking zoeken.”
Van vakbeurs naar‘event in event’ Welding Week voorziet nog steeds in behoefte
23
LASTECHNIEKnovember 2015LASTECHNIEK WELDING WEEK - november 2015
AutomatiseringDe bezoekers van Welding
Week komen dankzij de
vakbladen, het internet en
social media goed geïnfor-
meerd naar de beurs, maar
laten zich ook nog graag
verrassen door wat de ex-
posanten allemaal te bie-
den hebben. Wordt de
eerste beursdag vooral be-
zocht door studenten; tij-
dens de tweede en derde
beursdag zien we veel
professionele bezoekers,
zoals werkgevers en
werknemers in de me-
taaltechniek. Verschil-
lende bezoekers die we
spreken zijn vooral ge-
komen uit nieuwsgierig-
heid naar de laatste ontwikkelingen op het gebied van
automatisering. Maar ook wordt gericht gekeken naar an-
dere producten die het werk van lassende bedrijven kun-
nen vereenvoudigen. Lastafels en manipulatoren
bijvoorbeeld, of software die ontwikkeld is om het werk
van een lascoördinator te ondersteunen. De vakbeurs
blijkt daarnaast voor veel bezoekers te voorzien in de be-
hoefte om andere professionals te ontmoeten en nieuwe
ideeën op te doen.
Event in eventLangzamerhand is er een groeiende trend waarbij een vak-
beurs gecombineerd wordt met andere activiteiten, zoals
lezingen, workshops, georganiseerde netwerkactiviteiten
en gerelateerde specialistische beurzen, zoals dit jaar Sub-
contracting. “Event in event”, zoals Dieter Wilssens van
EasyFairs het verwoordt. Deze extra activiteiten blijken
goed aan te slaan.
Opvallend is het grote aantal aanmeldingen voor de mas-
terclasses, die dit jaar voor het eerst worden gegeven. Via
zes masterclasses, georganiseerd in samenwerking met
BIL, NIL, VCL en CLUSTA, krijgen deelnemers informa-
tie over de meest recente ontwikkelingen op een specifiek
vakgebied. Lastechniek woonde een masterclass bij, waar-
over meer op de pagina hiernaast.
Verder hebben veel exposanten gebruik gemaakt van het
B2Match event, georganiseerd door het Enterprise Europe
Network. Doel hiervan was om bedrijven in contact te
brengen met potentiële binnen- en buitenlandse partners.
40 deelnemers uit 6 verschillende landen hebben meer dan
22
44 verschillende afspraken ge-
maakt, goed voor ruim 14 uur aan
businessgesprekken.
FotowedstrijdAls extra publiekstrekker was er de
fotowedstrijd, waarbij de bekende
Vlaamse presentatrice Roos Van
Acker drie publiekswinnaars in het
zonnetje mocht zetten. De prijzen,
met als hoofdprijs een iPhone 6,
werden beschikbaar gesteld door
Valk Welding, Metalas NV en Bel-
confect. In totaal werden 80 verschil-
lende foto’s ingezonden en brachten
9500 mensen een stem uit op één van
deze foto’s - een nieuw record. Fleur
Maas, directeur van het Belgisch In-
stituut voor Lastechniek en Leen De-
zillie, directeur van VCL,
overhandigden jury-awards voor de
meest creatieve en inspirerende foto’s.
Because I’m TechieOp dinsdag 20 oktober was Leroy De Ryck te gast. Deze
jonge lasser behaalde tijdens WorldSkills in São Paolo
(Brazilië) een medaille voor uitmuntendheid in zijn vak-
gebied. Uit handen van Wilson De Pril, directeur-generaal
van Agoria Vlaanderen, mocht hij de ‘Because I’m Te-
chieprijs voor beste Belgische jonge lasser’ in ontvangst
nemen. Deze prijs beloont excellentie bij technische be-
roepen op niveau secundair onderwijs en onderstreept het
belang daarvan in het kader van Industrie 4.0. Onder de
noemer ‘Because I’m Techie’ onderneemt en ondersteunt
Agoria acties en initiatieven om jongeren van lagere
school tot secundair onderwijs warm te maken voor tech-
nologie(studies).
Als het aan organisator Easyfairs ligt, is er over vier jaar
opnieuw een Welding Week. Wilssens: “Wij kijken met
veel enthousiasme terug op een super geslaagd dubbel-
event voor een eerder traditionele sector die zich wel in
snel tempo aan het klaarmaken is voor verder automati-
sering, robotisering en innovatie.”
In samenwerking met BIL,NIL, VCL en CLUSTA or-ganiseerde EasyFairs tij-dens Welding Week zesmasterclasses. De on-derwerpen van dezemasterclasses waren uiteen enquête geroldonder specialisten uitde metaal- en lassec-tor. Lastechniekwoonde een sessie bijover trends in apparatuur voor MIG/MAG- lassen enlegde de circa 40 deelnemers na afloop een korte vra-genlijst voor. De uitkomsten hiervan laten zien hoe eenmasterclass meerwaarde kan geven aan beursbezoek.
Moderne procesvariantenColdArc…, ColdMIG…, ControlWeld…, IAC…, Speed-Root…, SP-MAG…, SSA…, SteelRoot…, STT…, Wise-Root…, DeepARC…, ForceArc…, FocusArc…,WisePenetration… Leo Vermeulen, lastechnisch adviseur bij het NIL, begonzijn lezing met het opdreunen van tientallen benamin-gen die verschillende fabrikanten hebben gegeven aangeavanceerde functies op MIG/MAG-apparatuur. Hier-mee illustreerde hij hoe moeilijk het voor de gemiddeldegebruiker van lasapparatuur is geworden om door debomen het bos nog te zien. In het vervolg van zijn lezingbracht Vermeulen de veelheid aan varianten terug tothun essentie. “Moderne MIG/MAG-varianten als twin-arc, tandem-arc en plattedraadlassen, zijn te herleidentot een verhoging van productiesnelheid en neersmelt-snelheid, met name voor het lassen van grote materi-aaldikten.” Andere varianten, zoals STT, CMT en ColdArc, richtenzich juist op het verlagen van de warmte-inbreng, ge-schikt voor het lassen van dunnere materialen. Zo is ervoor elke toepassing een variant ontwikkeld die moetleiden tot de beste laskwaliteit. Om de verschillen tus-sen de varianten van het MIG/MAG-proces te verduide-lijken, ging Vermeulen uitgebreid in op de verschillendeboogtypen, zoals kortsluitboog, sproeiboog, pulsboogen roterende boog.
Profiel deelnemersWie waren de deelne-mers? Waarom schrevenzij zich in voor deze mas-terclass en welke eisenstellen zij zelf aanMIG/MAG-lasapparatuur?Om daar achter te komen,liet Lastechniek de toehoor-ders aansluitend aan demasterclass een korte vra-genlijst invullen. Aan de handvan 29 ingevulde vragenlijs-
ten kregen we een representatief beeld van het profielvan de deelnemers. Veruit de meeste deelnemers (22) waren gebruikers vanlasapparatuur, dat wil zeggen lassers, lastechnici of las-docenten, die lasapparatuur bij hun dagelijks werk ge-bruiken. Daarbij werden veel verschillende merkengenoemd: Castolin, Cloos, EWM, Esab, Fronius, Lin-coln, Lorch, Migatronic, Miller, Panasonic (Valk Wel-ding), Rehm en SAF. De meeste gebruikers vanlasapparatuur bleken tevens (mede-)verantwoordelijkvoor de aankoop van deze apparatuur.
Meer duidelijkheidAanbod is er genoeg, maar wat zijn de belangrijksteeisen die gebruikers zelf stellen aan lasapparatuur? Gebruiksgemak blijkt een belangrijke eis, waarbij een-voudige bediening, begrijpelijke instellingen en duide-lijke afleesbaarheid werden genoemd. Verder moet deapparatuur het voor de lasser eenvoudig maken om metéén machine voor verschillende toepassingen kwalita-tief goed laswerk te leveren. Andere genoemde eisenwaren betrouwbaarheid, robuustheid, ergonomie, pro-ductiviteit, stabiele boog, grote spleetoverbrugging, wei-nig vervorming en spatvrij lassen.14 toehoorders lieten weten dankzij deze masterclasseen betere kijk te hebben gekregen op MIG/MAG-ap-paratuur. Zo bood de lezing van Vermeulen vooral aan-vullende kennis en “meer duidelijkheid in de wirwar vanbenamingen van synergische machines.” Daarmee washet doel van deze sessie bereikt en konden de deelne-mers beter toegerust hun beursbezoek vervolgen.
‘Event in event’ Masterclass MIG/MAG-lasapparatuurbiedt overzicht in wirwar van aanbod
Er is een groeiende trend waarbij
een vakbeurs gecombineerd wordt met
andere activiteiten, zoals lezingen
en georganiseerde netwerkactiviteiten
24
BLIK NAAR BUITEN - november 2015LASTECHNIEK
25
LASTECHNIEKnovember 2015
door Jaap van Sandijk, fotografie Wijnand Geuze, met dank aan De Groot Lasopleidingen, Breda
e najaarszon zet het op acht-hoog gelegen kantoor
van Imre Németh in een aangename warmte. Maar
qua inrichting is er weinig warms te ontdekken in
de werkplek van de nieuwe directeur van het NIL. Op de
vensterbanken staan weliswaar wat laswerkstukken, maar
de witte muren zijn nog volledig kaal. “Ik ben nog niet
toegekomen aan de aankleding van mijn werkplek”, zegt
de kersverse NIL-directeur ietwat verontschuldigend.
Overigens zal de inrichting van zijn kantoor van tijdelijke
aard zijn, want het NIL verhuist in het eerste kwartaal van
2016 naar een nabijgelegen locatie in Zoetermeer. Ver-
huizen is noodzakelijk omdat de verhuurder FME heeft
besloten te vertrekken uit het huidige pand. Een nieuwe
locatie, een nieuwe directeur - het zou zowaar symbool
kunnen staan voor een nieuwe start. Een soort NIL 2.0.
Een beeld dat Németh wel aanspreekt. Hij vindt dat het
NIL op dit moment een “wat onduidelijk imago” heeft en
werkt inmiddels met de organisatie aan een duidelijke
visie en strategie voor de toekomst. “We werken hard aan
het future proof inrichten van een kennisorganisatie waar-
bij markt- en klantgerichtheid, de ontwikkeling van de las-
technische mens en het adviseren en kwalificeren van
bedrijven en personen het fundament zullen zijn.”
OnafhankelijkheidHet NIL en Imre Németh zijn geen onbekenden voor el-
kaar. Németh heeft 21 jaar ervaring opgebouwd in de we-
reld van lasopleidingen en -certificatie. Eerst bij Aval
Lasinstituut en daarna -12,5 jaar - als directeur van WTT
Lasopleidingen, het huidige EQIN Opleidingen. “Het NIL
loopt als een rode draad door mijn zakelijke leven”, zegt
hij. “Ik behaalde er mijn lasdiploma’s en was met mijn vo-
rige werkgevers afnemer van opleidingen en examens. En
nu mag ik de organisatie leiden.”
NieuweNIL-directeur Imre Németh:
Het imago van het NIL is, zo verwoordt de nieuwe directeur Imre Németh het voorzich-tig, “wat onduidelijk”. De op 1 september aangetreden Németh gaat dan ook voort-varend van start met de ontwikkeling van een heldere visie en een duidelijke strategie.En die wordt niet alleen bedacht achter de bureaus van het NIL. “Wij gaan veel vragenen luisteren.”
De eerste zes weken was Németh vooral intern bezig. “In-
lezen en inleven. Mensen en processen leren kennen. En
werken aan openstaande dossiers, daar waren er veel
van.” Maar nu gaat de blik naar buiten. En dat is hard
nodig, vindt hij. Het NIL moet klantgericht worden en
zijn imago versterken. Samenwerken met stakeholders om
succesvol te kunnen zijn. “Wat is onze toegevoegde
waarde voor het onderwijs en voor het bedrijfsleven? Om
dat goed vast te kunnen stellen moeten we gevoed wor-
den vanuit deze sectoren. We gaan dus naar buiten. Na-
tuurlijk, we organiseren al best veel - denk onder andere
‘De blikmoet naar
buiten’
D
Imre Németh werd in 1966 geboren in Gouda. Zijnnaam dankt hij aan zijn vader die in 1956, tijdens deHongaarse opstand, naar Nederland vluchtte. Hij stu-deerde Technische Bedrijfskunde aan de HogeschoolRotterdam en volgde diverse lasopleidingen op prak-tisch en theoretisch vlak, met een afrondende IWE-opleiding in 2008. Németh groeide op in een onder-nemersfamilie en ging op zijn 22ste jaar aan de slagbij een bedrijf dat was gespecialiseerd in het repare-ren en re-conditioneren van onderdelen van scheeps-motoren. In die periode volgde hij de NIL-opleidingenBMBE, TIG en MAG. Daarna had hij verschillendefuncties bij Aval Lasinstituut. De afgelopen 12,5 jaarwas hij directeur van WTT Lasopleidingen (nu EQINOpleidingen). Németh woont met zijn vrouw, dertien-jarige dochter en zestienjarige zoon in Nieuwerkerkaan den IJssel.
Németh was een enthousiast voetballer, maar nameerdere knieoperaties zat die sport er niet meer in.Nu is zijn grote hobby boksen. “De ultieme manierom fit te blijven en mijn hoofd leeg te maken.”
met alle onderwijsinstellingen, toekomstgericht naar kij-
ken en de focus op leggen. Als je het rendement in de las-
techniek binnen de bedrijven wilt verhogen, moet je ook
aandacht besteden aan de totale mens en niet alleen de
handvaardigheid en theoretische kennis. Denk aan men-
taliteit en bewustzijn. Dergelijke soft skills worden on-
derschat. Gelukkig zie ik hier en daar dat scholen daar
aan werken door bijvoorbeeld een onderdeel als presen-
tatietechniek toe te voegen aan het lesprogramma voor
kaderpersoneel.”
Maar de onderwijsmarkt is erg versnipperd. Kan Németh
iedereen wel op één lijn krijgen? “Vergeleken met het bui-
tenland heeft Nederland inderdaad ontzettend veel oplei-
ders. Met een groot risico op wildgroei. Daar ben ik niet
blij mee, want dat gaat ten koste van de kwaliteit van het
onderwijs. Maar in principe hebben we één gemeen-
schappelijk doel: goede vakmensen afleveren. En alle op-
leidingen leiden uiteindelijk naar hetzelfde. De diploma’s
van het NIL. Kernvraag is echter: leren we een kunstje, of
leiden we écht op? Om op dat gebied een helder beleid te
formuleren moeten we alle opleiders bij elkaar brengen.
Een belangrijk thema op de strategische agenda”.
Internationale samenwerkingOok internationaal staan er de komende jaren belangrijke
zaken op de agenda. Németh: “Vanuit een haal-en breng-
plicht zullen we, in nauwe samenwerking met het be-
drijfsleven, vertegenwoordigd binnen onze technische
commissies, en de lasscholen, onze nationale behoeftes en
ervaringen bij het International Institute of Welding – het
IIW – inbrengen en de laatste innovatieve ontwikkelingen
terughalen.” De nieuwe directeur wil ook intensievere in-
ternationale samenwerking. “Denk aan partnerships met
bij het EWF aangesloten Authorised National Body’s in
landen als bijvoorbeeld Duitsland, België en Engeland. We
moeten meer samenwerken op het gebied van projecten
en kennis uitwisselen. Ook internationaal moet de blik
naar buiten.”
Doelstellingen die Németh wil behalen door onder meer
het creëren van draagvlak binnen de eigen organisatie.
“Daar ligt mijn kracht. Ik ben een teamplayer en hou
ervan om gezamenlijk aan een organisatie te bouwen.”
Met als resultaat dat lasminnend Nederland trots kan zijn
op het NIL, aldus de nieuwe directeur. Trots zijn op het
NIL. Bedoelt hij dat daar nu geen sprake van is? “Na-
tuurlijk wel! Als je ziet hoeveel mensen actief voor ons zijn
en ons een warm hart toedragen. Dat geeft ons een goede
basis en vertrouwen voor de toekomst. Maar we sluiten
onze ogen niet voor de kritieken uit de markt. Er is nog
heel veel te doen om te laten zien dat we van nog veel gró-
tere waarde kunnen zijn.”
26
BLIK NAAR BUITEN - november 2015LASTECHNIEK
aan de laswedstrijden voor het vmbo, de Verbindingsweek
en het NILBIL lassymposium. Maar we komen straks ook
meer op bezoek, organiseren evenementen en houden en-
quêtes. We gaan veel vragen stellen en ook goed luisteren.
Het NIL heeft te weinig contact met zijn afnemers en dat
moet veranderen.” Németh noemt dit een vorm van ‘com-
mercieel zijn’. Maar het NIL is toch een neutrale en onaf-
hankelijke stichting? “Vanuit het NIL is de definitie van
het woord commercieel: naar je klant luisteren en toege-
voegde waarde bieden”, pareert hij. Commercieel zijn in
letterlijke zin is voor een onafhankelijk instituut als het
NIL geen uitgangspunt. “We zoeken weleens de grenzen
op maar we zullen bijvoorbeeld nooit de directe concur-
rentie aangaan met opleiders. We moeten blijven letten op
onze onafhankelijkheid. Die onafhankelijkheid is en blijft
een belangrijk thema.”
OnderwijsHet stimuleren en verbeteren van het lastechnisch onder-
wijs is een belangrijke taak van het NIL. Hoe kijkt Né-
meth, als oprichter van de grootste particuliere opleider,
aan tegen die rol? “De lastechniek is een fantastisch vak-
gebied. We moeten jongeren enthousiasmeren en binden
door ze een carrièreperspectief te bieden. Met de juiste wil
en ambitie hoeft de rol van uitvoerende lasser niet het
eindstation te zijn. Functiegerichte opleidingen, maar
zeker ook een sterke integratie binnen het mbo- en hbo-
onderwijs, dragen hier aan bij. Daar moeten we, samen
Het NIL, dat vorig jaar het tachtigjarig bestaan vierde,is letterlijk en figuurlijk een instituut voor de Neder-landse lassector. Elke lasser en lasdeskundige heeftte maken met het NIL. Niet alleen ontwikkelt het NILleermiddelen, ook verzorgt het de examinering en di-plomering van lasprofessionals. Een andere kerntaakvan het NIL is het certificeren van lassers, lasmetho-den, bedrijven en opleidingsinstellingen. Al deze ac-tiviteiten zijn gericht op het continu verbeteren vanhet vakmanschap van lassers en het waarborgen vande kwaliteit van gelaste constructies.
De lastechniek staat niet stil, en ook het NIL moetmee met nieuwe ontwikkelingen. Dat zijn niet alleenontwikkelingen op technisch vlak, maar bijvoorbeeldook op het gebied van normering en arbeidsmarkt.Met de blik naar buiten, goed luisterend naar de be-hoeften en wensen vanuit de markt, zal het NIL alskennisorganisatie de komende jaren verder werkenaan het verbeteren van haar diensten. Ook intensie-vere internationale samenwerking staat hoog op deagenda en moet bijdragen aan het versterken van depositie van de Nederlandse lassector.
SPECIALIST INHEAT TREATMENT
• PREHEAT AND STRESS RELIEF
• INDUCTION AND RESISTANCE
• CERTIFIED TECHNICIANS
• RENTAL AND SALES OF EQUIPMENT
• STATIONARY AND MOBILE FURNACES
• DRY OUT AND CURING
WWW.DELTA-HEAT-SERVICES.COM [email protected] +31 (0) 187 - 49 69 40
29
LASTECHNIEKnovember 2015
Ti max. 0,15 OTi max. 0,25 OTi max. 0,35 OTi max. 0,45 OTi 6Al - 4VTi 0,20 O - 0,2 PdTi 3Al - 2,5V
Ti 0,2Pd
Ti 6Al - 4V (ELI*)Ti 6Al - 4V - 0,06Pd
240345450550895345620
240
900900
1234579
11
2325
ASTM Grade
Globale samenstelling
Treksterkte(min) MPa
ERTi-1ERTi-2ERTi-3ERTi-4ERTi-5 ERTi-7ERTi-9
ERTi-11
ERTi-23 (ELI)RTi-25
S Ti 0100S Ti 0120S Ti 0125S Ti 0130S Ti 6402S Ti 2401S Ti 6321
S Ti 2251
S Ti 6408S Ti 6413
Algemene apparatenbouw,offshore platen, strip, buizen,draad en staf
Lucht- en ruimtevaart
Algemene apparatenbouw,offshore platen, strip, buizen,draad en staf, maar metbetere corrosievastheid en hogere sterkte, meestal voorpijpen en buizenAlgemene apparatenbouw,offshore platen, strip, buizen,draad en stafVanwege de allerhoogste corrosievastheid en sterkteook toegepast voor prothesenen implantaten
ToevoegmateriaalAWS A5.16 NEN-EN-ISO 24034
Toepassing
51.151.251.351.4
Puur titaanTitaan met O2 ≤ 0,20%Titaan met 0,20% < O2 ≤ 0,25%Titaan met 0,25% < O2 ≤ 0,35%Titaan met 0,35% < O2 ≤ 0,40%Alfa-legeringen: Ti-0,2Pb, Ti-2,5Cu, Ti-5Al-2,5Sn, Ti-8Al-1Mo-1V,Ti-6Al-2Sn-4Zr-2Mo, Ti-6Al-2Nb-1Ta-0,8MoAlfa-bèta-legeringen: Ti-3Al-2,5V, Ti-6Al-4V, Ti-6Al-6V-2Sn, Ti-7Al-4MoBijna-bèta- en bèta-legeringen: Ti-10V-2Fe-3Al, Ti-13V-11Cr-3Al, Ti-11,5Mo-6Zr-4,5Sn, Ti-3Al-8V-6Cr-4Zr-4Mo
51
52
53
54
Groep Subgroep Type titaanlegering
Tabel 1 Meest toegepaste titaanlegeringen met aanbevolen toevoegmateriaal
Tabel 2 Indeling titaanlegeringen volgens ISO/TR 15608:2013
Foto’s: GTD Welding Emmeloord, www.gtdwelding.nl
*ELI = Extra laag gehalte aan interstitiële elementen (voor hoogste taaiheid).
Toepassingen van titaanTitaan en titaanlegeringen worden vooral toegepast van-
wege eigenschappen als:
•
•
•
Van oudsher worden titaan en titaanlegeringen toegepast
in de lucht- en ruimtevaart en in de apparatenbouw voor
de chemische industrie. Omdat het erg duur is om druk-
houdende apparaten uit massief titaan te bouwen, wordt
vaak gekozen voor een goedkoper metaal (zoals staal),
waarna dit aan de corrosiebelaste zijde wordt voorzien
van een dunne laag titaan. Dit kan een losse bekleding van
titaan zijn (lining), of een titaan-cladlaag. Nu de materi-
aalkosten aanzienlijk gedaald zijn, neemt het gebruik van
titaan ook in andere industriële sectoren toe, bijvoorbeeld
in de offshore- en energiesector.
Structuur en eigenschappenOp basis van hun microstructuur zijn in principe drie le-
geringstypen van titaan te onderscheiden:
•
•
•
Titaan (ook wel titanium genoemd) is een materiaal met unieke eigenschap-pen. Het is net zo sterk als staal, maar slechts half zo zwaar. Verder heeft het een zeer goede corrosiebestendigheid. Om problemen bij het lassen tevoorkomen, wordt aanbevolen titaan uitsluitend te verwerken in een speciaaldaarvoor ingerichte schone ruimte.
Laskennis opgefrist
Lasbaarheid van titaan en titaanlegeringen
24
28
LASTECHNIEK LASBAARHEID VAN T ITAAN - november 2015
een gunstige verhouding tussen sterkte en gewicht(waardoor lichte en sterke constructies mogelijk zijn);een grote corrosievastheid;gunstige mechanische eigenschappen bij verhoogdetemperaturen.
Titaan in handelskwaliteit, met een zuiverheid van 98-99,5% titaan of met kleine toevoegingen van zuurstof,stikstof, koolstof en ijzer voor verbetering van desterkte-eigenschappen. Deze materiaalgroep is goedlasbaar. In figuur 1 wordt geïllustreerd dat met oplo-pend zuurstofgehalte de sterkte van de titaansoortentoeneemt.Alfa-legeringen. Hiertoe behoren de enkelfasige ti-taanlegeringen die tot max. 7% aluminium bevatten,met daarnaast kleine hoeveelheden (< 0,3%) zuur-stof, stikstof of koolstof. Dit legeringstype is lasbaar,mits het basismateriaal in oplosgegloeide toestandverkeert.Alfa-bèta-legeringen. Karakteristiek voor deze lege-ringen is de tweefasen-structuur die ze hebben ge-
kregen door toevoeging van aluminium (max. 6%) incombinatie met bèta-vormende legeringselementenals vanadium, chroom en molybdeen. Deze groepvan titaanlegeringen is redelijk goed lasbaar, mits inoplosgegloeide toestand. Hoe groter het aandeel vande bèta-fase, des te moeilijker wordt het lassen.
Indelingen titaansoortenDe meest gebruikte titaanlegeringen in lasconstructies zijn
de drie ongelegeerde handelskwaliteiten (ASTM grade 1,
2 en 3) en de typen met 6% Al en 4% V (ASTM grade 5
en 23). De laatstgenoemde vooral in de vliegtuigbouw.
Tabel 1 geeft op basis van de ASTM grade een overzicht
van de eigenschappen van een aantal titaansoorten, met
aanbevelingen voor het lastoevoegmateriaal.
Op basis van de lasbaarheid van de verschillende titaan-
soorten is er in de ISO/TR 15608 een aparte groepsinde-
ling gemaakt (zie tabel 2). Deze groepsindeling wordt
gebruikt bij het certificeren van lasmethoden en lassers.
Figuur 1 Sterkte-eigenschappen van ongelegeerdtitaan met oplopend zuurstofgehalte
31
LASTECHNIEKnovember 2015
Deze aflevering in de rubriek 'Laskennis opgefrist' is een bewerking van 'Job Knowledge for Welders Part 24’ uitTWI Connect (TWI Ltd, Cambridge, UK), geactualiseerd in 2015. Met dank aan het BIL en Piet van der Horst.
ruimte geplaatst, waarin zich ook de lastoorts en het even-
tuele lastoevoegmateriaal bevinden. Bij voorkeur wordt
de boog gestart op een separaat titaanplaatje, zodat de
nog in de ruimte resterende zuurstof wordt verbrand en de
concentratie hiervan in de couveuse kan dalen tot onder
20 ppm, voordat aan het echte werkstuk wordt gelast.
Ook lokaal aangebrachte 'couveuses' die afsluiten op het
te lassen titaanoppervlak bieden een inerte lasatmosfeer.
Bij het lassen van titaanbuizen gebruikt men bijvoorbeeld
een laskop die volledig rond de te verbinden pijpeinden
afsluit en waarbinnen de toorts automatisch rond de pijp
draait (orbitaal). Wanneer een dergelijke totale afsluiting
niet mogelijk is, of praktisch niet uitvoerbaar, moeten las-
toortsen worden gebruikt met zogeheten volgsloffen.
Daarbij wordt laminair uitstromend inert gas door de
volgslof gevoerd om de lasomgeving voldoende te be-
schermen tot deze is afgekoeld tot ca. 450 °C.
De vorm en afmetingen van de volgsloffen worden be-
paald door de lasvorm, terwijl de lengte ervan wordt be-
paald door de lasstroom en de lassnelheid. Wanneer niet
in een couveuse gelast wordt, is het ook van belang om de
onderzijde (doorlassingszijde) te beschermen tegen oxida-
tie. Voor rechte naden wordt hiertoe meestal een strip met
groef toegepast waar argon met voldoende flow doorheen
stroomt. In pijp- of kokerverbindingen wordt meestal in-
wendig gespoeld, of over de gehele lengte of over een zone
ter plaatse van de doorlassing. Bij spoelen over de gehele
lengte is het wenselijk om het zuurstofgehalte van het uit-
tredende argon te meten met een zuurstofmonitor, waar-
bij een streefwaarde van max. 30 ppm geldt.
ScheurvormingAls er ijzer- of roestdeeltjes als verontreiniging aanwezig
zijn aan het oppervlak kunnen deze in het smeltbad wor-
den opgenomen, wat leidt tot een drastische afname van
de corrosievastheid en - bij voldoende hoog ijzergehalte -
zelfs tot verbrossing. IJzerdeeltjes op de WBZ zijn al even
schadelijk, omdat deze in gesmolten toestand met titaan
een eutectische verbinding vormen met een laag smelt-
punt. Naast microscheurtjes leidt dit tot een afname van
de corrosievastheid, doordat de ijzer-titaanverbindingen
preferent aangetast worden.
Met andere metaalverontreinigingen op titaan zijn soort-
gelijke schadelijke mechanismen mogelijk. Daarom is het
van het grootste belang dat titaan wordt verwerkt in een
speciaal daarvoor ingerichte, schone ruimte, gescheiden
van andere materialen. Om het inbedden van vreemde me-
taaldeeltjes in het titaanoppervlak te voorkomen, moeten
lassers de volgende voorzorgsmaatregelen in acht nemen:
•
•
•
•
•
•
Meer informatie is te vinden in de praktijkaanbevelingen
voor het lassen van titaan en titaanlegeringen (PA.08.43
2008), beschikbaar als gratis download via www.nil.nl.
Vermijd de verwerking van andere materialen envooral staal in de directe omgeving. Dek titaanoppervlakken zoveel mogelijk af met kar-ton of kunststoffolie. Gebruik geen gereedschappen (vooral staalborstels)die eerder voor de verwerking van andere materialenzijn gebruikt.Loop niet met schoenen over onbedekte titaanop-pervlakken. Gebruik schone, roestvaststalen borstels om de la-snaad en de directe lasomgeving kort voor het las-sen goed te borstelen. Pak titaan nooit aan met vuile handschoenen.
30
LASTECHNIEK LASBAARHEID VAN T ITAAN - november 2015
Lasbaarheid en lastoevoegmaterialenTitaan en titaanlegeringen zijn redelijk goed lasbaar, op
voorwaarde dat de juiste voorzorgsmaatregelen genomen
worden. TIG- of plasmalasprocessen met argon of argon-
helium als beschermgas worden algemeen toegepast voor
materiaaldikten tot 10 mm. Bij het TIG-lassen tot materi-
aaldikten van 3 mm en bij het plasmalassen tot 6 mm
dikte wordt vaak zonder toevoegmateriaal gelast. Bij het
MIG-lassen gaat de voorkeur uit naar pulserend booglas-
sen in plaats van kortsluitbooglassen, omdat er dan min-
der spatten ontstaan.
Titaan en titaanlegeringen worden meestal gelast met toe-
voegmaterialen waarvan de samenstelling overeenkomt
met die van het basismateriaal (zie tabel 1). Voor de hoger
gelegeerde titaansoorten met verhoogde sterkte worden
soms lastoevoegmaterialen gebruikt die lager gelegeerd of
minder sterk zijn, om een hogere taaiheid van het lasme-
taal te bereiken. Zo wordt bijvoorbeeld een ongelegeerde
lasdraad ERTi-2 wel gebruikt als toevoegmateriaal bij het
lassen van Ti-6Al-4V en Ti-5Al-2,5Sn om een goede com-
binatie van lasbaarheid, sterkte en vervormbaarheid te
verkrijgen.
LasonvolkomenhedenDe meest voorkomende gebreken in titaanlasverbindingen
zijn:
•
•
•
Stollingsscheuren of waterstofscheuren zijn hoogst zeld-
zaam in titaanlasverbindingen.
PorositeitHet meest voorkomende gebrek in titaanlasverbindingen
is porositeit in het lasmetaal. De oplosbaarheid voor gas-
sen in de vaste (gestolde) fase is aanzienlijk lager dan in de
vloeibare fase. Porositeit ontstaat door-
dat gassen die tijdens de stolling willen
ontwijken, in de vorm van bellen wor-
den ingesloten. Waterstof is de belang-
rijkste veroorzaker van porositeit. Een
bron van waterstof is waterdamp in de
boogatmosfeer of vocht op het opper-
vlak van het basismateriaal of lastoe-
voegmateriaal. Ook vet en andere
verontreinigingen kunnen een bron van
waterstof zijn.
Voor een goed lasresultaat is het belang-
rijk om de lasomgeving goed te reinigen,
allereerst door te ontvetten met stoom,
een oplosmiddel, alkalisch of via
dampontvetting. Daarna moeten
alle oppervlakte-oxiden grondig
worden verwijderd door beitsen in
een HF-HNO3-oplossing of door
licht schuren of borstelen met rote-
rende, schone, roestvaststalen bor-
stels. Gewone staalborstels zijn
hiervoor niet geschikt. Machinale
lasnaadvoorbewerkingen moeten
zoveel mogelijk 'droog' worden
uitgevoerd. Na deze behandelingen
mag de lasomgeving niet meer met
blote handen worden aangeraakt
voor het lassen.
VerbrossingBrosheid van de lasverbinding kan
het gevolg zijn van verontreinigin-
gen in het lasmetaal, hetzij door
gasopname (zuurstof en stikstof),
hetzij door opname van stof, zoals
ijzerdeeltjes op het oppervlak.
Bij materiaaltemperaturen boven
500 °C vertoont titaan een grote
affiniteit tot zuurstof, stikstof en
waterstof. Het smeltbad, de WBZ
en het afkoelende lasmetaal moeten
daarom door toevoer van een inert
gas worden beschermd tegen de omringende atmosfeer.
Onvoldoende afscherming leidt tot oxidatie van het las-
oppervlak en de directe lasomgeving. Zo'n dunne oxide-
laag op het oppervlak vertoont een zogeheten
interferentiekleur, afhankelijk van zijn dikte, dat wil zeg-
gen van de ernst van de oxidatie. Uit deze interferentie-
kleur kan men afleiden of de gasbescherming voldoende is
geweest of dat verontreiniging is opgetreden. Een zilver-
kleurig of strogeel lasoppervlak wijst
op een goede tot voldoende gasbe-
scherming. Een grijs of wit lasuiter-
lijk wijst op ontoelaatbare veront-
reiniging door zuurstof. Een don-
kerblauwe kleur is voor sommige
toepassingen nog net acceptabel,
maar vraagt om een verbetering van
de gasbescherming.
CouveuseVoor kleinere producten is het 't vei-
ligst om in een zogeheten couveuse
te lassen. Het product wordt dan ge-
heel in een met inert gas gevulde
porositeit in het lasmetaal;verbrossing;scheurvorming door verontreinigingen.
Foto couveuse: Laspartners Multiweld
Foto: GTD Welding Emmeloord, www.gtdwelding.nl
LASTECHNIEKnovember 2015
33
VAKTROTS - november 2015LASTECHNIEK
32
vraagde functies.” Adriaenssen meldde zich aan bij De
Groot Lasopleidingen in Breda en behaalde daar de di-
ploma’s TIG 1, TIG 2 RVS, TIG 3 RVS, MAG 2 en MAG
3. Daarna certificeerde hij zich voor alle diameters voor
TIG RVS en voor TIG koolstofstaal.
Ook IWP en IWSNa zijn handvaardigheidopleidingen – in september 2013
– kon hij aan de slag in Moerdijk, bij Verolme Special
Equipment BV, dat is gespecialiseerd in het bouwen van
high-end procesapparatuur. Het bedrijf werkt veel voor
de petrochemische industrie. Groot voordeel voor Adria-
enssen was dat Verolme Special Equipment een officieel
assen – jarenlang leek het hem helemaal niks. “Ik
zag mijn vrienden wel eens prutsen, maar het trok
mij nooit. Lassen was voor mij: spetters, vies wor-
den, kans op verbranden.” Adriaenssen ging op jonge leef-
tijd zijn vader achterna en koos voor de bouw. “Metselen,
tegelen, stuken, vloeren leggen.” Werk waarin je altijd fy-
siek bezig bent. En daar hield Barry – een echte ‘doener’ –
wel van. Maar in januari 2013 kwam daar een einde aan.
Door de economische malaise werd Adriaenssen ontsla-
gen en voor hij het wist stond hij bij het UWV op de stoep.
Omdat stilzitten niet in zijn natuur zit, ging hij meteen
praktisch te werk. “Ik onderzocht in welke sector ik de
meeste kans op werk had. Lassers en fitters waren veelge-
door Jaap van Sandijk, fotografie Verolme Special Equipment
L leerbedrijf is. Hierdoor kon hij direct aan de slag en kreeg
hij de mogelijkheid om zijn kennis verder uit te breiden.
“Ik ging daar meteen leren voor BMBE. Binnen drie
maanden laste ik volledig mee in de productie. Daarna
begon ik aan de opleiding IWP en behaalde ik ook mijn
IWS-diploma.”
Blijven oplettenAdriaenssen is vooral actief op het gebied van Hot Wire
TIG (HWT). Momenteel last hij dikwandige rompen voor
een reactorvat aan elkaar. Verolme Special Equipment
heeft hiervoor unieke en zeer specialistische methodes ont-
wikkeld. “Aan één romp werk je met één ploeg gedurende
“Ach, ik had een beetje mazzel”. Barry Adriaenssen is nogal nuchter als het over zijncarrièreswitch gaat. Toch maakte de 36-jarige kersverse lasser best een bijzondereoverstap. Hij ontdekte er zijn verborgen talent mee en werd zelfs lasdocent.
drie weken. Zo’n vat heeft drie rompen, dus daar ben je
wel een tijdje mee bezig.” Een uitdagende klus die hem
vervult van trots? Zeker wel! “Het lijkt misschien steeds
hetzelfde werk, maar je moet wel blijven opletten en goed
op je scherm blijven kijken. En het is natuurlijk bijzonder
dat je iets maakt wat maar heel weinig bedrijven kunnen.”
Als hij mag kiezen, dan gaat de voorkeur van Adriaenssen
uit naar elektrodelassen. “Dat is pas écht lassen. Daar zit
een bepaalde moeilijkheidsgraad in en leer je ook posities
kiezen. Omdat ik wil blijven leren vraag ik hierbij dan ook
altijd de hulp van ervaren collega’s.” Want, zo vindt hij, je
moet altijd streven naar perfectie. “Het resultaat telt. Het
werk moet er goed uitzien en foutloos zijn.” Waarmee hij
meteen een belangrijk verschil met de bouw aanstipt. “Je
kunt daar eigenlijk niks moois meer maken. Alles moet zo
goedkoop mogelijk. Ook heb je daar minder verantwoor-
delijkheid voor je werk dan in de laswereld. Hier word ik
afgerekend en gecontroleerd op parameters. Alleen jij bent
verantwoordelijk voor het werk dat je doet. Dat vind ik
prettig. Ik weet wat ik kan en ik heb graag de controle
over mijn werk.”
De cirkel is rondTrots is Adriaenssen ook op zijn werk als docent bij De
Groot Lasopleidingen – het lasopleidingscentrum waar hij
twee jaar geleden zelf zijn papieren haalde. “Ik werd er-
voor gevraagd”, zegt hij enthousiast. “En dat vond ik echt
een hele eer. Ik ben docent TIG 1 en 2 en MAG 1 en 2.
Mijn docent van toen is nu mijn collega. Voor mijn gevoel
is de cirkel nu helemaal rond.”
Ondertussen is de economische misère goeddeels voorbij
en veert ook de bouwproductie weer op. Maar heimwee
naar zijn oude werk heeft Adriaenssen niet. Oké, als hij
het werk van een lasser vergelijkt met dat van een metse-
laar kan hij één nadeel bedenken. “In de bouw beweeg je
meer en hier sta op één plek.” Hij lacht: “Ik ben de afge-
lopen twee jaar dertien kilo aangekomen.” Maar dat na-
deel valt in het niet tegenover de vele voordelen van het
prachtige lasvak, verzekert hij.
Een uitdagende klus die hem vervult
van trots? Zeker wel! “Het lijkt misschien
steeds hetzelfde werk, maar je moet wel
blijven opletten en goed op je scherm
blijven kijken. En het is natuurlijk
bijzonder dat je iets maakt wat maar
heel weinig bedrijven kunnen.”
‘Ik hebgraagdecontroleovermijn werk’
35
LASTECHNIEKnovember 2015
34
LASTECHNIEK LASSEN EN PRODUCT DESIGN - november 2015
door Margriet Wennekes, fotografie Monolyt
n een oud bedrijfspand aan de Nieuwe Kade in Arn-
hem begonnen Iwan Boverhof en Barry Rengelink an-
derhalf jaar geleden aan een samenwerking die
langzamerhand aan het uitgroeien is tot een succesvolle
onderneming. Iwan, die na zijn lasopleidingen de kunst-
academie voltooide, werkte als zelfstandig lasser regel-
matig voor vormgevers en kunstenaars. Op die manier
kwam hij in contact met Barry, ook afkomstig van de
kunstacademie en werkzaam als zelfstandig productont-
werper, gespecialiseerd in constructies van hout. De man-
nen besloten samen te gaan werken onder de naam
Monolyt. Inmiddels werkt ook Wouter Viëtor mee als
technisch tekenaar. Hij begon als stagiair bij Monolyt en
is vorig jaar afgestudeerd als industrieel productontwer-
per. Wouter is de specialist die een ontwerp met behulp
van speciale 3D-ontwerpsoftware tot in detail uittekent.
Hij zorgt bijvoorbeeld voor het aanleveren van werkteke-
ningen aan de diverse bedrijven die alle snij- en zetwerk-
zaamheden uitvoeren.
Combinatie van talentenWat maakt Monolyt? In de werkplaats staat een onder-
deel van een stalen bar, op een werkbank liggen sierlijk
gevormde bloemen uit metaal die bedoeld zijn ter decora-
tie van een hekwerk. “In principe maken we alles, van een
balkonhekje of een trap tot complete horeca-inrichting.
Op dit moment gaat het daarbij om een combinatie van
hout en staal, maar in principe kunnen we met elk mate-
riaal uit de voeten. Uiteindelijk begint elk ontwerptraject
met de wens van een klant. Aan de hand van die wens
gaan we nadenken over het ontwerp, waarbij we ook al
rekening houden met de manier waarop we het product
willen construeren”, vertelt Barry. “De kracht van ons be-
drijf zit in de combinatie van onze verschillende talenten”,
vult Iwan aan. “We onderscheiden ons van andere bedrij-
ven doordat we alles in eigen hand houden, van idee tot en
met realisatie. Maar daarin schuilt meteen ook de beper-
king. “De tijd die ik in de werkplaats besteed aan lassen,
kan ik niet gebruiken om te ontwerpen. Daarom huren
we zzp’ers in voor de productie van grotere aantallen.”
I
Functionele maar vooral fraai vormgegeven producten maken uit metaal en hout, datis waar Monolyt Interieur & Product Design voor staat. De mannen achter deze jonge onderneming combineren handvaardigheid en technisch vernuft met creativiteit en een groot gevoel voor vormgeving en schoonheid. “De kracht van ons bedrijf zit in decombinatie van onze verschillende talenten.”
“Een mooi voorbeeld is een trap die we gemaakt
hebben voor een grachtenpand in het centrum
van Amsterdam. Een trap is niet gemakkelijk, we
gaan ter plaatse kijken en meten. Tijdens het ont-
werpen bedenken we hoe we de constructie gaan
opbouwen en anticiperen we op eventuele pro-
blemen; hierin schuilt onze kracht. Alles wat we
bedenken is technisch realiseerbaar.”
v.ln.r. Barry, Wouter en Iwan
Uit de kunst
Het is november als u mijn column leest, maar ik loopecht geen maand achter, zoals de titel doet vermoeden.In de derde week van oktober kwamen “De Grote enKleine Hamersma” uit. Twee gidsen waarin wijnen vansupermarkten en speciaalzaken worden besproken.Hamersma is daar in 2002 mee begonnen en zijn gidsis inmiddels een begrip geworden. Nu ben ik meer eenbier- dan wijndrinker. Als je teveel bier drinkt moet jehoogstens een keer extra naar het toilet. Uiteindelijkword je dronken, maar veel last heb je er niet van. Al-leen comazuipen geeft problemen, maar die tijd heb ikgehad. Teveel wijn drinken geeft echt een kater. Je krijgter op zeker moment ook genoeg van en de volgendedag koppijn van de sulfiet en tannine. Dus geef mijmaar een biertje. Wijn is een duur drankje, zegt mijnschoonzusje altijd.
Toch mag ik graag de gids over de beste wijnen door-bladeren en ik kan me kostelijk vermaken met de om-schrijving van de diverse wijnen. Die meneerHamersma moet een flinke slok op gehad hebben, toenhij de omschrijvingen maakte voor de door hem ge-proefde wijnen, en een geweldige fantasie. Heeft u ove-rigens wel eens naar zijn neus gekeken? Het is duidelijkdat hij al teveel wijn heeft gedronken. Voor zijn om-schrijvingen van wijnen kan ik soms bewondering heb-ben, dat wel. Wat opvalt is dat aan wijnen menselijkeeigenschappen worden toegedicht. Wijnen zijn joviaal,vrolijk, stoer, onbekommerd, zwierend en ga zo maardoor. Zo is van een wijn het alcoholpercentage niet zozwaar op de hand. Ik begrijp best wel wat Hamersma
bedoelt, maar dit is toch complete nonsens. Wie neemtdit nu serieus? Stel je eens voor dat je een bier zo zouomschrijven. Net als gebeurde met Buckler, koop je datmerk toch nooit meer? Opvallend in de omschrijvingenvan de wijnen zijn de verkleinwoorden. De wijnen heb-ben een zoetje, een fris bittertje, een pepertje, makeneen handstandje in het kruidenrek en wisselen kwink-slagen met bramen en pruimen. Deze laatste wijnsmaakt dus naar bramen, pruimen en kruiden. Dandenk ik: zeg dat dan gewoon en doe niet zo idioot. Dateen wijn een bepaalde smaak heeft zal duidelijk zijn,maar dat een wijn gelijktijdig kan smaken naar rijp geelfruit, peer, suikermeloen, honing en milde specerijen isvoor mij een raadsel. Een andere wijn smaakt volgensde auteur van de gids naar bessen, bramen, pruimen,peper, laurier en cacao. Je vraagt je af, hoe krijgen zeer al die smaken in? Het leukste komt nog. Een Pino-tage smaakt naar onthaarde bramen, ontpitte kersenen dikke pruimen. Dat de kersen ontpit moeten zijn, lijktme logisch, maar dat je proeft dat de bramen onthaardzijn en de pruimen dik, is gewoon idioot.
De avonden worden langer en een glas wijn op zijn tijdis niet verkeerd. Voor nog meer drankgenot raad ik uaan één van de twee gidsen er op na te slaan voor deomschrijving. Veel leesplezier en proost!
Oktober wijnmaand
Lastechniek #12
Voor redactionele bijdragen en advertenties kunt u ons bellen071 589 56 44 of mailen naar [email protected]
Themanummer SNIJDEN
37
LASTECHNIEKnovember 2015 COLUMN
PuzzelDe ontwerpers hebben al verschillende mooie projecten
op hun naam staan en ze hebben een eigen stijl ontwik-
keld. “Veel producten construeren we als een soort bouw-
pakket, zodanig dat het materiaal zelf een puzzel is die in
elkaar valt”, vertelt Wouter. “Een mooi voorbeeld is een
trap die we gemaakt hebben voor een grachtenpand in het
centrum van Amsterdam. Een trap is niet gemakkelijk, we
gaan ter plaatse kijken en meten. Tijdens het ontwerpen
bedenken we hoe we de constructie gaan opbouwen en
anticiperen we op eventuele problemen; hierin schuilt onze
kracht. Alles wat we bedenken is technisch realiseerbaar.”
De heren kijken vooral tevreden terug op het maken van
een modulaire stalen bar met een eikenhouten blad en bij-
passende krukken. “Alles wat ons werk bijzonder maakt
zit in dat project: het is mooi vormgegeven en het zit ook
technisch perfect in elkaar.” Iwan wijst op een ander ont-
werp waar nog veel uitdagingen in zitten. Het gaat om een
trap voor een restaurant met verschillende rondingen, die
compleet gesneden en daarna gewalst moet gaan worden.
“We willen laten zien dat we dit ontwerp kunnen realise-
ren zonder traditioneel smeedwerk.”
LassenHet laswerk wordt al in de beginfase in kaart gebracht en
er wordt gekeken of de lassen in het zicht komen. Vaak is
de las niet bepalend voor de technische constructie. Iwan:
“Als we zichtbare lassen leggen moeten het mooie lassen
zijn, die onderdeel uitmaken van het ontwerp, bijvoor-
beeld repeterende lassen. In de horeca slijpen we veel las-
sen glad, omdat het product moet voldoen aan de
HACCP-eisen (red. hygiënecode voor de horeca).” Maar
niet alleen in de horeca, ook bij het maken van andere
producten, zoals trappen, worden de lassen gladgeslepen.
Uiteraard is de laskwaliteit wel belangrijk, en moeten ze
voldoen aan alle richtlijnen. “Sinds kort zijn we aange-
sloten bij Koninklijke Metaalunie. Via die weg krijgen we
de informatie die voor ons van belang is.”
LASTECHNIEK LASSEN EN PRODUCT DESIGN - november 2015
Nieuw hoofdstukHet is hard werken en alles wordt geïnvesteerd in de eigen
onderneming. Intussen weten steeds meer klanten Mono-
lyt te vinden. Momenteel werken de partners voor het
eerst aan een opdracht waarbij grotere aantallen gevraagd
worden. Het gaat om het ontwerp en de productie van
roestvaststalen vleesspiezen, stalen spieshouders en lam-
pen voor een keten van restaurants voor Albron. “Voor
ons begint daarmee een nieuw hoofdstuk”, vertelt Iwan.
“We hopen met deze grotere opdracht betrouwbare part-
ners te vinden voor de productie, zodat we ons kunnen
toeleggen op het ontwerpen. Uit elke opdracht ontwikke-
len we informatie die ook voor volgende projecten inzet-
baar is.
Kunst of ambachtKijkend naar het portfolio van Monolyt, getuigen alle pro-
ducten van creativiteit en gevoel voor schoonheid, maar
ook van technisch inzicht en vakmanschap.
Hoe zien de makers zichzelf: vooral als kunstenaar of als
ambachtsman? Het antwoord blijkt voor alle drie gelijk
te zijn: als ontwerpers. Wat ze maken moet vooral schoon-
heid uitstralen; ze zijn niet snel tevreden. Iwan: “Als ik
kijk naar de bar die we gemaakt hebben, vind ik hem het
meest interessant op het moment dat er niemand aan de
bar zit, zodat je de detaillering in vorm, kleur en verhou-
ding goed ziet. Toch is het de gebruiker die een product
bestaansrecht geeft. Barry vult aan: “Een kruk bijvoor-
beeld, moet goed zitten en soms moet er technisch iets
worden verbeterd. Voor die informatie heb je de gebruiker
nodig.”
De combinatie van verschillende kwaliteiten maakt Mo-
nolyt tot een unieke eenheid, die recht doet aan de naam
van de onderneming. Want zoals Iwan uitlegt: “Een mono-
liet is een op zichzelf staande steen die boven de rest uit-
steekt. We zijn niet per definitie beter, maar door
competentieverschillen niet te vergelijken met anderen.”
“Als we zichtbare lassen leggen moeten
het mooie lassen zijn, die onderdeel
uitmaken van het ontwerp, bijvoorbeeld
repeterende lassen. In de horeca slijpen
we veel lassen glad, omdat het product
moet voldoen aan de HACCP-eisen.”
36
Lincoln Smitweld B.V.Lincoln Electric Europa B.V. Nieuwe Dukenburgseweg 206534 AD NijmegenPostbus 253 - 6500 AG NijmegenT 024 352 29 11 - F 024 352 22 02E [email protected]
ADVIES en CONSULTANCY AFZUIGINSTALLATIES ENLUCHTBEHANDELING
GEAUTOMATISEERD SNIJDEN
LASAPPARATUUR ENANDERE TOEBEHOREN
Air Liquide Welding Nederland B.V.Rudonk 6b - 4824 AJ BredaPostbus 6902 - 4802 HX BredaT 076 541 00 80 - F 076 541 58 96E [email protected]
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E [email protected]
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E [email protected]
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
AIB-Vinçotte Nederland B.V.Takkebijsters 8 - 4817 BL BredaPostbus 6869 - 4802 HW BredaT 076 571 22 88 - F 076 587 47 60E [email protected]
Air Liquide Welding Nederland B.V.Rudonk 6b - 4824 AJ BredaPostbus 6902 - 4802 HX BredaT 076 541 00 80 - F 076 541 58 96E [email protected]
Air Liquide Welding Nederland B.V.Rudonk 6b - 4824 AJ BredaPostbus 6902 - 4802 HX BredaT 076 541 00 80 - F 076 541 58 96E [email protected]
Zekeringstraat 33 - 1014 BV AmsterdamT +31 (0)20 556 35 55E [email protected] 18 - 4824 GN BredaT +31 (0)76 5424 300E [email protected]
Locaties Benelux: Amsterdam, Antwerpen, Beek, Breda,Hengelo, Rotterdam, Veendam.
Nederman Nederland BVWiekenweg 33 - 3815 KL AmersfoortPostbus 2646 - 3800 GD AmersfoortT 033 298 81 22 - F 033 201 12 10E [email protected]
KEURINGEN
HoofdkantoorDukdalf 11 - 9206 BE DrachtenPostbus 505 - 9200 AM DrachtenT 0512 52 40 08E [email protected]
Kwaliteitsmanagement |Lasconsultancy | Inspectie
Drachten | Zutphen | Rotterdam
HoofdkantoorDukdalf 11 - 9206 BE DrachtenPostbus 505 - 9200 AM DrachtenT 0512 52 40 08E [email protected]
Kwaliteitsmanagement |Lasconsultancy | Inspectie
Drachten | Zutphen | Rotterdam
Lincoln Smitweld B.V.Lincoln Electric Europa B.V. Nieuwe Dukenburgseweg 206534 AD NijmegenPostbus 253 - 6500 AG NijmegenT 024 352 29 11 - F 024 352 22 02E [email protected]
Lincoln Smitweld B.V.Lincoln Electric Europa B.V. Nieuwe Dukenburgseweg 206534 AD NijmegenPostbus 253 - 6500 AG NijmegenT 024 352 29 11 - F 024 352 22 02E [email protected]
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E [email protected]
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E [email protected]
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
Air Liquide Welding Nederland B.V.Rudonk 6b - 4824 AJ BredaPostbus 6902 - 4802 HX BredaT 076 541 00 80 - F 076 541 58 96E [email protected]
LASTOEVOEGMATERIALEN MANIPULATOREN ENMECHANISATIE
MECHANISATIE EN AUTOMATISERING
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00F 0251 26 29 09E [email protected]
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
Dumeta import / export B.V.Marconistraat 26 - 7575 AR OldenzaalT 0541 53 33 69 - F 0541 53 33 71E [email protected]
Zekeringstraat 33 - 1014 BV AmsterdamT +31 (0)20 556 35 55E [email protected] 18 - 4824 GN BredaT +31 (0)76 5424 300E [email protected]
Locaties Benelux: Amsterdam, Antwerpen, Beek, Breda,Hengelo, Rotterdam, Veendam.
Lorch Lastechniek B.V.Postbus 5 - 2200 AA NoordwijkT 071 362 56 27 - F 071 362 38 85E [email protected]
Magnatech International B.V.De Amer 24 - 8253 RC DrontenT 0321 38 66 77 - F 0321 31 41 65E [email protected]
LASKWALIFICATIES/CERTIFICERING
38 39
Materiaal Metingen Testgroep B.V.MME GroupRietdekkerstraat 16 - RidderkerkPostbus 4222 - 2980 GE RidderkerkT 0180 48 28 28 - F 0180 46 22 40E [email protected]
Zekeringstraat 33 - 1014 BV AmsterdamT +31 (0)20 556 35 55E [email protected] 18 - 4824 GN BredaT +31 (0)76 5424 300E [email protected]
Locaties Benelux: Amsterdam, Antwerpen, Beek, Breda,Hengelo, Rotterdam, Veendam.
NDO/DO ONDERZOEK ONDERHOUD EN NIEUWBOUWINSPECTIE
3P Project Services B.V.Nijverheidsweg 4 - 4854 MT BavelT 0161 43 85 00 - F 0161 43 85 01E [email protected]
Totaalproject in inspectie, lastechnischeondersteuning en projectmanagement
De Groot Lasopleidingen B.V.Weidehek 24 - 4824 AS BredaT 076 541 07 20 - F 076 542 72 95E [email protected]
Lastechnische opleidingen, adviseringen certificering.
LASTECHNIEK BRANCHEREGISTER - november 2015 LASTECHNIEKnovember 2015
HELP VAKCOLLEGA’S IN AFRIKA!
O
AKVHELP
odneeteM
INS’OLLEGACAK
kiurbegwufoeitano
!AAFRIKIN
tplehpahcsdeeregtk
niicinhcet-agellocut
a kirfAn
edeogneeG.keinhcetetraantehhcsdeerGe
emasfeGedihk
obetpotsmokeoteazpahcsdeereGdereG
nenelohcsehcsinhce!tkrewpa
sdeerGederGetemntt
poneetemnewuonipahcsdeeregtlemamenrednoednetrats
unaagnilluvnipahcskfjiijdbf’ll
naabneenegnidielsrevnepotidtpank,nsgnilekkiwtnonisrem
ekjiijleppahcstaamwuddditk
e dnint peehcs. nednal
korteb -dl
nediehnek
kueohkjKiij
ereg.www
wutemnemasnuets
:poneplehtnuk
av/ln.pahcsdeeregde
kavfjiijrdebfos’’sagellocw
namka
edrededninetonegk
. dlerew
ROBOTS EN ROBOTISERING
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E [email protected]
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
VOORBEWERKINGSAPPARATUURVOOR PIJP EN PLAAT
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E [email protected]
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
ORBITAAL EN APPARATUUROPLEIDINGEN EN CURSUSSEN
De Groot Lasopleidingen B.V.Weidehek 24 - 4824 AS BredaT 076 541 07 20 - F 076 542 72 95E [email protected]
Lastechnische opleidingen, adviseringen certificering.
Hogeschool Utrecht, Centrum voor Natuur & Techniek en ROC Midden NederlandNIL erkende opleidingen voor alle niveau’s en processen. • International Welding Engineer (IWE/ LPI)
• International Welding Technologist (IWT/ MLT)
• Verkorte combinaties van IWT met Inspectie en
keuring mogelijk.
• Lastechnisch construeren, Workshop lasnormen,
Lasopleidingen MIG/MAG, BMBE, TIG, Autogeen,
Laskwalificalties/ certificeringen, SMLT
Ook cursussen op gebied van Materia-len, Procestechnologie, Onderhoud &Inspectie, Engineering, Bedrijfskunde(hbo, post-hbo en masterniveau).
Meer informatie CvNT Lenneke KokT 088 481 88 88E [email protected]
Meer informatie ROC Joost ZijderveldT 030 754 69 03E [email protected]
Lashuis HaprotechRooswijkweg 2001951 MD Velsen-NoordT 0251 26 29 00 - F 0251 26 29 09E [email protected]
Totaalpakket in lastechniek,opleidingen, training en consultancy
Magnatech International B.V.De Amer 24 - 8253 RC DrontenT 0321 38 66 77 - F 0321 31 41 65E [email protected]
Rolan Robotics B.V.De Corantijn 6 - 1689 AP ZwaagPostbus 135 - 1620 AC HoornT 0229 24 84 84 - F 0229 27 27 07E [email protected]
WEERSTANDLASSEN
Laskar Puntlastechniek B.V.Avelingen West 26 - 4202 MS GorinchemPostbus 3604 - 4200 EB GorinchemT +31 (0)183 61 88 88F +31 (0)183 66 61 01E [email protected]
Puntlas- en ProjectielasmachinesRolnaadlas- en Stuiklasmachines
Puntlaselektroden | ComponentenStiftlasmachines en bouten
Automatisering en mechaniseringTraining, onderhoud en Verhuur
PUNTLASSEN
Laskar Puntlastechniek B.V.Avelingen West 26 - 4202 MS GorinchemPostbus 3604 - 4200 EB GorinchemT +31 (0)183 61 88 88F +31 (0)183 66 61 01E [email protected]
Puntlas- en ProjectielasmachinesRolnaadlas- en Stuiklasmachines
Puntlaselektroden | ComponentenStiftlasmachines en bouten
Automatisering en mechaniseringTraining, onderhoud en Verhuur
STIFTLASSEN
Laskar Puntlastechniek B.V.Avelingen West 26 - 4202 MS GorinchemPostbus 3604 - 4200 EB GorinchemT +31 (0)183 61 88 88F +31 (0)183 66 61 01E [email protected]
Puntlas- en ProjectielasmachinesRolnaadlas- en Stuiklasmachines
Puntlaselektroden | ComponentenStiftlasmachines en bouten
Automatisering en mechaniseringTraining, onderhoud en Verhuur
40
LASTECHNIEK BRANCHEREGISTER - november 2015
WARMTEBEHANDELING
Delta Heat Services B.V.Scheelhoekweg 2 - 3251 LZ StellendamPostbus 52 - 3250 AB StellendamT 0187 49 69 40 - F 0187 49 68 40E [email protected]
• Elektrisch voorwarmen en gloeien• Inductie verwarmen• Stationaire gloeiovens• Mobiele gloeiovens• Uitdrogen beton / coatings• Verhuur / verkoop• Advisering
In de lasindustrie gaat vaak veel tijd verloren met het positioneren
van grote werkstukken. Kostbare tijd, waarin de lasser moet wach-
ten tot hij verder kan met zijn werk.
Met een relatief kleine investering in een manipulator of rolstelling
is dit probleem verleden tijd. Zo kan de lasser zijn tijd en energie
optimaal benutten en comfortabel zijn werk doen.
Kies ook voor gemak en efficiëntie op uw werkvloer.Kies voor Dumeta.
• Manipulatoren, draaitafels, lasrolstellingen, klauwplaten, etc.• Lage investeringskosten, hoge kwaliteit• Oplossingen op maat• Goede tussenstap naar verdere automatisering