grensoverschrijdend ondernemen en exporteren - ria oomen
TRANSCRIPT
Grensoverschrijdend Ondernemen en Exporteren vanuit Nederland
Ria Oomen-Ruijten
Titel: Grensoverschrijdend Ondernemen en Exporteren vanuit Nederland
Auteur: Oomen-Ruijten, M.G.H.CCo-auteurs: Krapels, G.E.A.M. / Smulders, J.R.G. / Lenaers, J.J.M.
Datum: 08/10/2008
ISBN/EAN nummer: 978-90-813167-2-9
1
Inhoudsopgave
1. Inleiding pag. 3
2. Ondernemen in Duitsland pag. 5
2.1 Ondernemingsvormen pag. 5
2.2 Belastingen pag. 7
2.3 Juridische Zaken & Formaliteiten pag.10
2.4 In dienst nemen Duitse werknemers pag. 11
3. Ondernemen in België pag. 12
3.1 Ondernemingsvormen pag. 12
3.2 Belastingen pag. 14
3.3 Juridische Zaken & Formaliteiten pag. 15
3.4 In dienst nemen Belgische werknemers pag. 15
4. One-stop-shops pag. 17
5. Exporteren: naar Duitsland, België, Frankrijk, Luxemburg pag. 18
5.1 Duitsland pag. 18
5.2 België pag. 19
5.3 Frankrijk pag. 20
5.4 Luxemburg pag. 21
6. Exporteren naar de EU: algemene opmerkingen pag. 22
7. Lijst met handige adressen pag. 25
2 3
2 3
1. Inleiding
Beste Limburgse ondernemer,
Het grensoverschrijdend ondernemen neemt in onze provincie een
belangrijke plaats in, maar alles kan beter. Omdat onze regio een
optimale ligging heeft en de interne markt ons het ondernemen over de grens makkelijk
maakt, is er meer profijt te trekken. We liggen als een schiereiland midden in Europa, hebben
een enorm achterland, en derhalve heel veel potentie. Nederland staat momenteel zesde op
de wereldranglijst van exporteurs, met België en Duitsland als de landen waarnaar het meest
geëxporteerd wordt. Limburg heeft daar een belangrijk aandeel in.
Grensoverschrijdend ondernemen en exporteren is eenvoudig wanneer de regels worden
gevolgd. Spelregels die eenvoudig zijn, maar die je moet kennen of bij twijfel weten waar de
informatie gehaald moet worden. In deze brochure heb ik de informatie die nodig is om de
ondernemer succesvol te laten zijn bijeengebracht.
Deze uitgave beschrijft wat u moet weten wanneer u als Nederlander wilt ondernemen in
België en Duitsland. Ook wordt uiteen gezet waaraan gedacht moet worden wanneer u gaat
exporteren naar de nabijgelegen lidstaten België, Duitsland, Frankrijk en Luxemburg. Als
Limburgs volksvertegenwoordiger in Europa gaat mij uw succesvol opereren zeer ter harte.
Graag maak ik u erop attent deze brochure samen met de brochure ‘De Nederlandse
Werkgever en Dienstverlener in Europa’ te lezen. De eerste brochure verschaft informatie
over het aannemen van buitenlandse werknemers door een Nederlandse werkgever en het
tijdelijk detacheren van Nederlandse werknemers in het buitenland.
Weet dat ik graag uw op- en aanmerkingen verneem via: www.riaoomen.nl
Alle succes en heel hartelijke groeten,
Ria Oomen - Ruijten
Lid Europees Parlement voor de EVP-ED fractie
4 5
1. Geconsolideerde versie van het verdrag tot oprichten van de Europese Gemeenschap. Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen C 325/35, 24 december 2002.
2. In Artikel 6 en Artikel 7 van de Dienstenrichtlijn wordt het ‘één-loket’ principe neergelegd, wat het tot taak van de lidstaat maakt ervoor te zorgen dat er één punt is waar de dienstverrichter de procedures en formaliteiten kan afwikkelen die gepaard gaan met grensoverschrijdende dienstverlening en grensoverschrijdend ondernemen. Artikel 8 creëert de mogelijkheid procedures en formaliteiten, die gepaard gaan met een dienstactiviteit, elektronisch te voldoen op afstand. Verder moet door een verhoogde administratieve samenwerking en informatie tussen landen, neergelegd in Artikel 28, de stap naar het buitenland makkelijker worden.
Principes: de vier vrijheden
In 1957 werd met de ondertekening van het Verdrag van Rome1 de Europese Gemeenschap
opgericht. Een belangrijk punt in dit verdrag was de oprichting van een gemeenschappelijke
Europese markt. Om dit te bewerkstelligen werden er vier vrijheden in het Verdrag van Rome
vastgelegd: de vrijheid van verkeer van goederen, diensten, kapitaal en personen. Het recht
van een EU burger om een bedrijf ergens in de Europese Unie op te richten is hier een
onderdeel van en is vastgelegd in Artikelen 43 tot 48: het recht van vestiging. De strekking
van Artikel 43 verbiedt EU lidstaten beperkingen op te leggen wanneer een onderdaan van
een EU lidstaat het ‘recht van vestiging’ wil gebruiken om in het gebied van een andere EU
lidstaat agentschappen, filialen of dochterondernemingen op te richten. Ook het recht van
vrij verkeer van kapitaal is essentieel om te garanderen dat EU onderdanen het vrij verkeer
van vestiging kunnen gebruiken.
Met het aannemen van de Dienstenrichtlijn is een groot deel van bestaande barrières die het
recht van vestiging in de weg stonden weggenomen. Een belangrijk punt van deze richtlijn
voor het ondernemen in het buitenland was de verplichting voor nationale overheden betere
informatie te verschaffen aan de burgers en de mogelijkheid te bieden om elektronisch
informatie aan te leveren2. Met betrekking tot export van goederen zijn de regels hiervoor
neergelegd met het principe van “vrij verkeer van goederen” in Artikel 28 en 29 van het
geconsolideerde Verdrag van Rome. Deze artikelen verbieden beperkingen of barrières op
import en export van goederen tussen lidstaten. De bepalingen van deze richtlijn dienen door
de lidstaten op uiterlijk 28 december 2009 in nationale wetgeving omgezet te zijn.
4 5
3. Deze brochure is slechts een handreiking. Het is aan te raden om samen met een belastingadviseur na te gaan welke rechtsvorm fiscaal en juridisch de beste keuze is.
2. Ondernemen in Duitsland
2.1 Ondernemingsvormen3
In Duitsland zijn verschillende rechtsvormen mogelijk voor het oprichten van een bedrijf.
Men kan als eenmanszaak (Einzelfirma), personenvennootschap en rechtpersoon beginnen.
Hieronder zal op de meest voorkomende vormen worden ingegaan.
Eenmanszaak (= Zelfstandige Zonder Personeel)De zakenman die de eenmanszaak begint is onbeperkt, en met heel zijn vermogen (incl.
persoonlijk vermogen), aansprakelijk voor de verbintenissen die hij is aangegaan. Dit houdt
ook in dat de winst en verlies van de firma de zakenman onmiddellijk wordt aangerekend.
Het jaarresultaat van de onderneming valt verplicht onder de inkomstenbelasting van de
zakenman. Als men een eenmanszaak runt valt men niet onder de sociale verzekerings plicht
wat inhoudt dat het niet verplicht is bijdragen te betalen voor pensioen-, ziekte-, ziektekosten-
en werkloosheidsverzekering. Toch wordt aangeraden een arbeidsongeschiktheids- en ziekte-
kostenverzekering af te sluiten.
Offene Handelsgesellschaft (oHG)Een oHG is vergelijkbaar met een Vennootschap Onder Firma (V.O.F.) in Nederland: vereniging
van minimaal twee personen waarvan het doel moet zijn het exploiteren van een handelsbedrijf
onder een gemeenschappelijke firmanaam. Het is verplicht ‘oHG’ aan de firmanaam toe te
voegen. Wettelijk is geen minimumstartkapitaal voorgeschreven. Het is aan te raden een
schriftelijk vennootschapscontract te tekenen, hoewel dit niet verplicht is.
Hoewel een oHG wettelijk niet zelfstandig is, is ze in juridische termen in zekere omstandigheden
wel zelfstandig. Onder de firmanaam is het mogelijk voor een oHG om eigendommen te
verwerven, verbintenissen aan te gaan, een rechtsgeding te beginnen en gedaagd te worden.
Het vermogen van de vennootschap is gescheiden van de persoonlijke vermogens van de
vennoten. De vennoten zijn persoonlijk aansprakelijk voor de verplichtingen van de vennootschap.
Ook nieuw toetredende vennoten zijn bij toetreding direct aansprakelijk voor de verplichtingen
die de vennootschap heeft gemaakt vóór toetreding van de nieuwe vennoot.
6 7
Met betrekking tot de winst of het verlies van de vennootschap worden de vennoten
onderworpen aan inkomstenbelasting. Voor sociale zekerheid geldt opnieuw dat dit
niet verplicht is maar dat het afsluiten van een ziekte- en ziektekostenverzekering wordt
aangeraden.
Kommanditgesellschaft (KG)Een KG is vergelijkbaar met de C.V. in Nederland: deze verschilt van de oHG in het feit
dat de KG twee soorten vennoten kent. Het is verplicht dat minstens één van de vennoten
onbeperkt persoonlijk (d.w.z. met heel zijn vermogen) aansprakelijk is, en er ten minste
één andere vennoot is die slechts voor een beperkte geldsom, zoals ingeschreven in het
handelsregister, aansprakelijk is. Deze aansprakelijkheid vervalt op het moment dat deze
vennoot (de commanditaris) dit bedrag heeft betaald. Mocht het bedrag opnieuw worden
uitbetaald aan de commanditaris, dan wordt deze opnieuw aansprakelijk.
Zoals bij een oHG worden de vennoten onderworpen aan inkomstenbelasting en is het voor
hen niet verplicht zich sociaal te verzekeren.
GmbH & Co. KGEen GmbH & Co. KG is een mengvorm van een rechtspersoon en een personenvennootschap.
In principe is een GmbH&Co. KG een Komanditgesellschaft waarbij een GmbH als persoonlijk
aansprakelijke vennoot deelneemt. De anderen zijn commanditaire vennoten. Deze
ondernemingsvorm stelt dat de aansprakelijkheid beperkt wordt tot het kapitaal van de GmbH,
ook al is deze rechtsvorm in principe een personenvennootschap. Deze ondernemings-
vorm levert ook belastingvoordeel op aangezien commanditaire winsten alleen door de
inkomstenbelasting belast worden en niet vallen onder de vennootschapsbelasting. Toch
zijn de fiscale voordelen niet zo hoog meer als ze vroeger waren, omdat de voordelen sinds
begin 2001 zijn afgenomen door een drastische verlaging van de vennootschapsbelasting tot
25% tot en met 2007, en een verdere verlaging naar 15% per 2008.
RechtspersonenIn Duitsland zijn er twee vormen van rechtspersonen: Gesellschaft mit beschränkter Haftung
(GmbH) en Aktiengesellschaft (AG). Deze laatste zal hier niet besproken worden aangezien
dit een rechtsvorm is die beter geschikt is voor grote ondernemingen.
6 7
4. Bron: Oprichten van een onderneming in Duitsland5. Indien de GmbH wordt opgericht door slechts één vennoot, dan moet deze vóór registratie in het handelsregister, het gehele bedrag op een rekening
hebben gestort. Indien de GmbH met meerdere vennoten wordt opgezet, is het mogelijk dat de vennoten bij aanvraag tot registratie de helft van het stamkapitaal storten en de rest pas op aanvraag van de vennootschap.
Een Gesellschaft mit beschränkter Haftung is vergelijkbaar met de B.V. in Nederland. Deze
rechtsvorm kan door één of meerdere vennoten worden opgericht en ontstaat door het
afsluiten van een notariële akte die is vastgelegd in het vennootschapscontract en door de
registratie in het handelsregister4.
Voor het oprichten van een GmbH is een stamkapitaal van € 25.000 benodigd5. Tijdens
de periode voor de registratie van de GmbH in het handelsregister wordt de vennootschap
gezien als een vennootschap in oprichting, en zijn de vennoten persoonlijk en onbeperkt
aansprakelijk als schuldenaar. De GmbH krijgt een eigen rechtspersoonlijkheid na de
registratie in het handelsregister. Dan is de GmbH is met het gehele vermogen aansprakelijk
voor verplichtingen van de vennootschap.
De vennoten zelf zijn niet aansprakelijk, en zijn alleen verantwoordelijk voor het opbrengen van
het stamkapitaal. Over de winsten van de GmbH moet vennootschaps- en bedrijfsbelasting
betaald worden. De winsten die aan de vennoten worden uitbetaald zijn tot op zekere hoogte
aan inkomstenbelasting onderworpen.
2.2 Belastingen
Welke belastingen een onderneming in Duitsland moet gaan betalen hangt af van de grootte
van de onderneming, de vorm die is gekozen en welk beroep wordt uitgeoefend. Toch zijn
er vier soorten belastingen waar een onderneming in Duitsland vaak mee geconfronteerd
zal worden.
(a) Omzetbelasting (Umsatzsteuer); beter bekend als BTW. Dit is belasting die geheven wordt
door de overheid op de verkoop van producten en diensten en bedraagt vanaf 1 januari
2007 19%. Uitzonderingen op deze regel zijn beroepen zoals dokters en fysiotherapeuten.
Een lager belastingtarief van 7% is van toepassing op diensten van artiesten, journalisten
en vertalers.
8 9
6. Voor meer informatie: www.finanzamt.nrw.de/kleve.
Registratie voor een BTW-identificatienummer voor Nederlandse ondernemers komt vaak
voor als de ondernemer goederen wil verkopen in Duitsland. De registratie voor een BTW-
identificatienummer in Duitsland is relatief gemakkelijk en zelf te doen. U kunt hiervoor
terecht bij de Finanzamt in Kleve6.
(b) Handelsbelasting (Gewerbesteuer); een gemeentelijke bedrijfsbelasting. De inkomsten
uit een onderneming worden hieraan vaak onderworpen. Het te belasten voorwerp is niet
de ondernemer of vennootschap als zodanig, maar de ondernemingsactiviteit zelf. Er zijn
nationale regels verbonden aan het heffen van deze belasting, maar de tarieven mogen
door de plaatselijke autoriteit worden vastgelegd. Aangezien dit tarief afhankelijk is van de
locatie waar de onderneming is gevestigd, kan het interessant zijn om uit te zoeken of het
financieel aantrekkelijk is uw bedrijf net buiten de stad te vestigen. In kleine dorpen is de
handelsbelasting vaak lager dan in de steden.
De handelsbelasting is van toepassing op alle ondernemingen, ongeacht hun juridische
vorm. Na deze handelsbelasting moet de onderneming nog vennootschapsbelasting of
inkomstenbelasting betalen, afhankelijk van de juridische vorm van de onderneming.
(c) Inkomstenbelasting (Einkommensteuer). Deze belasting is van toepassing op natuurlijke
personen en ondernemers, zelfs als de Nederlandse ondernemer niet in Duitsland woont.
Particulieren moeten inkomstenbelasting betalen over de collectieve inkomsten uit de volgende
bronnen: arbeid, handel of onderneming, huur- en pachtopbrengsten, vermogensaanwinsten,
incidentele activiteiten of inkomsten uit agrarische activiteiten en bosbouw (bron: Duitsland
dichterbij). Deze belasting moet per kwartaal betaald worden.
In Duitsland gelden progressieve inkomstenbelastingtarieven, waarbij sinds 2005 het laagste
tarief 15% en het hoogste tarief 42% bedraagt. Sinds 2007 is het hoogste tarief 45%, maar
dit is niet van toepassing op inkomsten uit een bedrijf. Voor werknemers is deze belasting
beter bekend als loonbelasting (Lohnsteuer), en wordt door de werkgever ingehouden op
het loon van de werknemer.
8 9
7. Bron: Duitsland dichterbij, p.21
Aandachtspunten:• Erzijntweeheffingskortingenvantoepassingopdeloonbelasting:dealgemeneende
arbeidskorting.
• Een kleine onderneming hoeft in Duitsland geen omzetbelasting te betalen indien de
omzet in het vorige jaar niet meer dan € 17,500 was, en de verwachting voor de omzet
voor dit jaar niet hoger dan € 50,000 is.
• Het ismogelijkomdeBTWdieuhebtbetaaldaanuwleveranciersaftetrekkenvan
de BTW die u berekent over uw omzet. Dit mag niet wanneer u gevrijwaard bent van
omzetbelasting, op basis van de bepalingen in het bovenstaande aandachtspunt. Het is
raadzaam van tevoren te berekenen of de mogelijke BTW aftrek van de omzetbelasting
opweegt tegen een vrijwaarding van omzetbelasting. Indien zo, dan is het wellicht
financieel aantrekkelijker om toch omzetbelasting te betalen, ook al is uw bedrijf dit
niet verplicht.
• Indiendeomzetmeerdan€ 500,000 bedraagt of de winst meer dan € 50.000 (sinds
2008), bent u verplicht om gedetailleerd de inkomsten en uitgaven van uw bedrijf in kaart
te brengen: de ‘Bilanzierungspflicht’.
(d) Vennootschapsbelasting (Körperschaftsteuer). Dit is de belasting die betaald moet worden
over de winst van een vennootschap (GmbH, AG). Over de winst moet met ingang van 2008
een belasting van 15% betaald worden, door binnenlandse en buitenlandse belastingplichtigen.
De betaalde inkomsten- of vennootschapsbelasting vormt de grondslag van de zogenaamde
‘Solidaritätssteuer’ in Duitsland. Dit is een toeslag van 5,5% over de af te dragen inkomsten-
en vennootschapsbelasting die dient als bijdrage voor de Duitse eenwording.
Aandachtspunt:• Het is in Duitsland niet mogelijk een geconsolideerde aangifte in te dienen, zoals in
Nederland het geval is bij een ‘fiscale eenheid voor vennootschapsbelasting’7. Het is
wel mogelijk, als twee of meer Duitse ondernemingen eigenlijk samen één onderneming
vormen, de resultaten samen te voegen om voor fiscale doeleinden hun winsten en
verliezen te berekenen.
10 11
8. Voor meer informatie en details over wederzijdse beroepskwalificaties: http://europa.eu/scadplus/leg/nl/cha/c11065.htm9. Het is niet mogelijk deze eisen te stellen voor de beroepen waarvoor de vereiste kwalificaties zijn neergelegd op Europees niveau: dokters, ziekenhuis
zusters, tandartsen, vroedvrouwen, dierenartsen, apothekers en architecten. In dit geval moet de nationale beroepskwalificatie worden erkent in de andere EU landen.
2.3 Juridische Zaken & Formaliteiten
Op Europees niveau is met Richtlijn 2005/36/EG8 het volgende principe neergelegd: indien
men gekwalificeerd is om een beroep uit te oefenen in het land van herkomst, dan is men ook
gekwalificeerd dit beroep uit te oefenen in de andere Europese lidstaten. In Duitsland geldt
dan ook de ‘Gewerbefreiheit’ die neerlegt dat iedereen in Duitsland in principe een bedrijf
mag voeren. Toch, aangezien de vereisten voor een diploma verschillen in de afzonderlijke
lidstaten is het mogelijk om verdere nationale eisen te stellen9. Dit geldt ook voor Duitsland.
Dat is dan als volgt: er is ruimte voor nationale aanvullende eisen wanneer de opleiding
voor een beroep in Duitsland sterk afwijkt van de vereisten in het land waar de opleiding
is genoten. Aangezien Duitsland een sterke gildentraditie kent, zijn er strikte vereisten voor
ambachten, een beroepsgroep die in Nederland de laatste jaren sterk gedereguleerd is.
Zo hebben bedrijven die ambachtelijk werk verrichten een vergunning nodig. Om voor een
dergelijke vergunning in aanmerking te komen moet het bedrijf ingeschreven staan bij de
desbetreffende Handwerkskammer. Als eis geldt dat het bedrijf moet beschikken over een
medewerker die in het bezit is van een Duits Meisterdiploma of voldoet aan de vereisten voor
een uitzonderingsvergunning volgens EU-bepalingen. Een dergelijke uitzonderingsvergunning
wordt door de Kamer van Koophandel in het land van oorsprong opgesteld.
Als betrokkene een lager ingeschaald diploma bezit, kan alsnog toegang worden verleend,
dit afhankelijk van het aantal jaar ervaring dat deze heeft in het uitvoeren van dit beroep.
Mochten de vereisten voor een ambt in Duitsland significant afwijken van de vereisten
voor het ambt in Nederland, dan is het mogelijk voor de Duitse autoriteiten om bewijs van
werkervaring, een proeve van bekwaamheid of een aanpassingsstage te eisen.
Het is in principe in Duitsland niet mogelijk voor rechtspersonen om een vrij beroep uit te
oefenen. Toch bestaan er uitzonderingen voor beroepen als belastingadviseur, accountant en
advocaat. Inschrijving in het handelsregister in Duitsland is van toepassing op iedereen die
een Handelsgewerbe heeft zoals in het Handelsgesetzbuch uiteen is gezet. Inschrijving in
het handelsregister moet plaatsvinden bij het Amtsgericht waar ook de firma is gevestigd.
De Duitse Industrie- und Handelskammer ‘IHK’ controleert en geeft advies.
10 11
2.4 In dienst nemen Duitse werknemers
Wanneer u Duitse werknemers in dienst wil nemen, zijn er een aantal punten waar u rekening
mee moet houden. Wat betreft de sociale verzekeringsplicht voor werknemers geldt een
verplichte verzekering voor: ziekteverzekering (Krankenversicherung), verzorgverzekering
(Pflegeversicherung), pensioenverzekering (Rentenversicherung), ongevallenverzekering
(Unfallenversicherung), en de werkloosheidsverzekering (Arbeitslosenversicherung). De
werknemer en de werkgever betalen ieder de helft van de sociale verzekeringsbijdragen
die verplicht zijn. De werkgever is verantwoordelijk voor het betalen van de premie voor
de ongevallenverzekering. De arbeidsovereenkomst in Duitsland is in principe vormvrij. Een
werkgever dient zich wel aan de Duitse minimale arbeidsvoorwaarden te houden die per
wet of per CAO zijn afgesproken. De toepasbaarheid van Cao’s zijn in Duitsland geografisch
verdeeld en zijn alleen geldig voor een bepaald gebied. Slechts een paar collectieve
loonovereenkomsten zijn landelijk van toepassing. Een voorbeeld hiervan is het minimum
loon voor de postdienstensector dat onlangs in Duitsland is afgesproken.
In het geval dat men een tijdelijke arbeidsovereenkomst wil afsluiten is dit alleen toegestaan
wanneer hiervoor een zakelijke reden bestaat. Een tijdelijk contract zonder zakelijke reden is
alleen mogelijk wanneer het een nieuw in dienst tredende werknemer betreft.
In Duitsland geldt geen wettelijk minimumloon. Het gemiddelde brutosalaris ligt in Duitsland
op ongeveer € 3.100 per maand, maar er moet rekening mee worden gehouden dat er nog
grote verschillen tussen Oost- en West-Duitsland bestaan.
In geval van ziekte hebben werknemers in Duitsland wettelijk recht op uitbetaling van 100%
van het loon tot maximaal zes weken na ziekmelding. Heeft uw bedrijf minder dan 30 mensen,
dan betaalt de Krankenkasse (ziekenfondsverzekering) vanaf de eerste dag van ziekteverzuim
het salaris. Indien uw bedrijf groter is, bent u als werkgever verplicht zes maanden salaris
door te betalen.
De regels omtrent ontslag zijn in Duitsland neergelegd in het “Kundigungsschutzgesetz”.
Deze wet bepaalt dat een ontslag pas rechtsgeldig is wanneer deze sociaal gerechtvaardigd
is. Legitieme redenen voor ontslag van de werknemer door de werkgever zijn: dringende
bedrijfseconomische redenen, de persoon van de werknemer en de gedragingen van de
werknemer, waar een schriftelijke vermaning aan vooraf is gegaan. Deze regels zijn niet van
toepassing voor een bedrijf met 10 of minder medewerkers, in welk geval alleen hoeft te
worden voldaan aan de juiste opzegtermijn.
12 13
10. Voor een alomvattende vergelijking tussen België en Nederland, m.b.t. onder andere belastingtarieven, ondernemingsvormen, jaarrekeningen etc. zie: http://www.kpmg.be/detail.thtml/en/services/country/BelHol/publicaties/
11. Voor een uitgebreidere beschrijving van alle ondernemingsvormen kunt u kijken op: http://www.mineco.fgov.be/enterprises/vademecum/home_nl.htm
3. Ondernemen in België 10
3.1 Ondernemingsvormen
Net als in Nederland en Duitsland zijn er in België ook verschillende ondernemingsvormen.
Hieronder worden de meest voorkomende vormen uiteengezet met de bijbehorende voor- en
nadelen11.
EenmanszaakHet voordeel van een eenmanszaak is de administratieve eenvoud, en de beperkte kosten
die dit met zich meebrengt. Het grote nadeel is dat de ondernemer onbeperkt aansprakelijk
is voor zijn schulden. Dit betekent dat schulden kunnen worden verhaald op alle roerende en
onroerende goederen van de ondernemer.
Naamloze vennootschapHoewel de vennootschapsvorm van de NV was uitgedacht als ondernemingsvorm voor
grotere kapitaalkrachtige ondernemingen, kan de NV-vorm ook aangenomen worden
door kleine en middelgrote (familiale) bedrijven. De NV blijft wel op de eerste plaats een
kapitaalvennootschap, m.a.w. een vennootschap die “anoniem” kapitaal zal aantrekken.
Een notariële akte is vereist voor het opzetten van deze rechtsvorm. Ook zijn er strengere
verplichtingen omtrent besluitvorming en boekhoudkundige verplichtingen. In naamloze
vennootschappen zijn de aandelen doorgaans “aan toonder” en dus vrij overdraagbaar. Dit
kan voorkomen worden door aandelen van een NV op naam te stellen en hun overdracht in
de statuten te beperken.
Besloten Vennootschap met Beperkte Aansprakelijkheid (BVBA)Deze vennootschap is opgericht door een of meer personen. De rechten van de vennoten
kunnen slechts onder bepaalde voorwaarden worden overgedragen. Een minimumkapitaal is
vereist van € 18.550. Het voordeel van deze vorm is dat een faillissement geen effect heeft
op het privévermogen van de vennoten. Dit in tegenstelling tot de eenmanszaak.
12 13
Oorspronkelijk bestonden er belangrijke verschillen tussen de BVBA en de naamloze
vennootschap (NV), maar door verschillende wetswijzigingen is het onderscheid vervaagd.
Het belangrijkste juridisch verschilpunt dat overblijft ligt in het “besloten” karakter van
de BVBA. Dit wil zeggen dat de overdracht van aandelen aan strikte regels gebonden is.
Bovendien is het vereiste minimumkapitaal lager in de BVBA dan in de NV. Iedere handelaar,
ondernemer of beoefenaar van een vrij beroep kan ook alleen een vennootschap oprichten.
Deze eenpersoonsvennootschap moet de vorm aannemen van een BVBA. Alle bepalingen
die gelden voor een gewone BVBA blijven in principe gelden voor een eenpersoons-BVBA.
Een voordeel van de BVBA ten opzichte van de NV is dat de structuur en organisatie van de
BVBA eenvoudiger zijn, er minder voorschriften bij de oprichting van toepassing zijn en er
minder publicatieverplichtingen zijn.
Vennootschap Onder Firma (V.O.F.) De vennootschap onder firma is de eenvoudigste vennootschapsvorm. Het is een zuivere
personenvennootschap. Dit betekent dat, in principe, de vennootschap ontbonden wordt door
het overlijden van een vennoot, de vennoten hun aandeel niet kunnen verkopen of schenken
zonder akkoord van de medevennoot en dat alle beslissingen met éénparigheid genomen
worden.
De voordelen van een V.O.F is dat deze via een onderhandse akte kan worden afgesloten.
Er is een minimum aan formele regels en je hoeft geen notaris in te schakelen. Verder, doordat
de aandelen niet overdraagbaar zijn aan derden blijft het familiaal karakter gewaarborgd. Ook
zijn er maar beperkte verplichtingen inzake openbaarmaking van stukken. Het grote nadeel
is dat alle vennoten hoofdelijk en onbeperkt aansprakelijk zijn voor de schulden van de V.O.F.
Ook brengt het faillissement van de V.O.F. eventueel het faillissement van de vennoten met
zich mee.
Elke vennootschap die haar hoofdvestiging in België heeft, is aan de Belgische wet
onderworpen, ook al is de oprichtingsakte in het buitenland opgemaakt. Een buitenlandse
vennootschap heeft in België een bijkantoor of een ‘centrum van werkzaamheid’ wanneer
zij er de handelingen verricht die tot haar maatschappelijke bezigheden behoren en er
vertegenwoordigd is door een lasthebber die bevoegd is haar tegenover derden te verbinden.
Deze personen zijn onderworpen aan dezelfde verantwoordelijkheden als bestuurders van
Belgische vennootschappen.
14 15
Voor buitenlandse bedrijven, gevestigd in België, is het mogelijk om aanspraak te maken
op dezelfde investeringsfaciliteiten als binnenlandse bedrijven. Er wordt investeringssteun
verleend aan onderzoek en ontwikkeling, aan investeringen gericht op minder milieuvervuiling,
aan innovatieve ontwikkelingen en aan startende kleine bedrijven.
3.2 Belastingen
Om dubbele belasting te voorkomen heeft Nederland ook met België een bilateraal
belastingverdrag getekend. Dit verdrag is per 1 januari in herziene vorm in werking getreden.
Een belangrijk punt in deze herziening is de regeling omtrent grensarbeiders.
In België gelden vier verschillende vormen van inkomstenbelasting, namelijk: personenbelasting
(belasting op het totale inkomen van inwoners van België), vennootschapsbelasting, belasting
op inkomsten van niet-inwoners en rechtspersonenbelasting (belasting op inkomsten van
andere Belgische rechtspersonen dan vennootschappen).
Als ondernemer in België bent u verplicht inkomstenbelasting te betalen. Het tarief voor
inkomstenbelasting kent vijf schalen en varieert van 25% voor inkomsten tot € 7.000 tot
50% voor inkomsten vanaf € 31.000.
Afhankelijk van uw activiteiten in België is uw onderneming onderhevig aan vennootschaps-
of rechtspersonenbelasting. Alle vennoten, buitenlands en binnenlands, zijn belastbaar op
het bedrag van de winst. Er zijn bepaalde posten die kunnen worden afgetrokken, zoals
de investeringsaftrek of de compenseerbare verliezen van vroegere jaren. Het tarief van de
vennootschapsbelasting in België is 33%. Een verlaagd tarief van 24,25% op de eerste
€ 25.000 is van toepassing op bepaalde vennootschappen. Het aanslagjaar begint op
1 januari en eindigt op 31 december van hetzelfde jaar.
Aandachtspunt:• Sinds1januari2006kentBelgiëeeninterestaftrekvoorrisicokapitaal,beterbekendals
notionele interestaftrek. Dit is een fiscale stimuleringsmaatregel voor zowel Belgische als
buitenlandse vennootschappen. Het idee hierachter is dat de discriminatie tussen vreemd
en eigen vermogen wordt weggewerkt.
14 15
3.3 Juridische Zaken en Formaliteiten
Wanneer men in België een onderneming opent, moet men zich inschrijven bij de
Kruispuntbank van de Ondernemingen. Hierna ontvangt men een ondernemingsnummer
dat belangrijk is voor toekomstige communicatie met de overheid.
Ook is het nodig u in te schrijven bij de BTW-administratie. Zo wordt het ondernemingsnummer
ook als BTW-nummer geactiveerd. Ook dient men zich als zelfstandige of werkgever te
verzekeren. Het is verplicht voor zelfstandigen zich aan te sluiten bij een erkend sociaal
verzekeringsfonds. Indien u reeds aangesloten bent bij een ziekenfonds, dan volstaat het
om verandering van statuut te melden.
Als zelfstandige in België moet men kunnen aantonen over genoeg kennis van bedrijfsbeheer
te beschikken. Dit kan worden aangetoond door een erkend diploma voor te leggen of door
aan te tonen genoeg relevante ervaring te hebben. Zoals hierboven in de Duitse context
al was besproken, heeft België het recht om extra scholing te vragen of u aan een test
te onderwerpen indien de vereisten voor uw beroep in uw thuisland sterk afwijken van de
vereisten in België. De vereiste kennis die u hebt en die nodig is in België wordt gecheckt
bij de ondernemingsloketten op het moment dat u zich inschrijft in de Kruispuntbank
Ondernemingen.
3.4 In dienst nemen Belgische werknemers
Als werkgever moet u, samen met uw werknemer, sociale zekerheidspremies ten gunste van
uw werknemer betalen aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ). Werknemers moeten
zich bij de socialenverzekeringsinstellingen in België identificeren met een Identificatienummer
Sociale Zekerheid (INSZ).
Uw Belgische werknemer heeft ook recht op terugbetaling van de medische kosten op basis
van de verplichte verzekering in België. Deze verzekering is onafhankelijk van de loonhoogte.
Indien langdurige ziekte van de medewerker optreedt, is de werkgever verplicht maximaal
1 maand loon door te betalen. Na deze maand kan de werknemer een uitkering aanvragen
bij het Fonds voor Arbeidsongevallen of het Fonds voor Beroepsziekten.
16
12. Zie website: http://www.svb.nl/internet/nl/digitaal_loket/formulieren_en_brochures/bureau_voor_belgische_zaken/index.jsp.
Als een werknemer het slachtoffer wordt van een arbeidsongeval heeft deze het recht
op een uitkering van de verzekeringsmaatschappij waarbij de werkgever een particuliere
arbeidsongevallenverzekering heeft afgesloten. Als werkgever bent u verplicht deze
verzekering af te sluiten bij een in België toegelaten verzekeringsmaatschappij.
In geval dat u uw werknemer wilt ontslaan, moet u dit kenbaar maken bij de RSZ en
bij de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (RVA). De werknemer kan vervolgens een
werkloosheidsuitkering aanvragen bij de Hulpkas voor Werkloosheidsuitkeringen (HVW).
Uw werknemer heeft recht op 20 dagen vakantie wanneer deze 12 maanden minstens
5 dagen per week werkt. Als werkgever betaalt u over het loon van de werknemer die u
hebt aangesloten bij het vakantiefonds de ´bijdrage voor de jaarlijkse vakantie´ aan de RSZ.
Aangezien het vakantiefonds het vakantiegeld uitkeert aan uw werknemer op het moment dat
de vakantie begint is het noodzakelijk dat de datum van deze vakantie 6 weken voor aanvang
aan hen is medegedeeld.
Aandachtspunt:• Werkgevers inBelgië hebben veel verplichtingen ten aanzien van de premies voor de
verschillende verzekeringen voor de werknemer. Omdat deze verplichtingen omvangrijker
zijn dan in Nederland, is het sterk aan te raden om u voorafgaand goed te informeren.
Informatie hierover is duidelijk uiteengezet op de website van het Bureau voor Belgische
Zaken en is tevens na te vragen bij het kantoor12.
17
13. Informatie per staat kan worden opgezocht op de website: http://www.einfach-gruenden.org
4. ‘One-stop-shops’
De Europese Commissie heeft een actief beleid gevoerd om het starten van een
onderneming te vergemakkelijken. Het opzetten van de zogenaamde “one-stop-shops”
(ondernemingsloketten) zouden hieraan moeten bijdragen.
In België is een compleet systeem van ondernemingsloketten, de Kruispuntbank
Ondernemingen (KBO), opgezet met de wet van 16 januari 2003. De KBO heeft tot doel
de administratieve procedures voor ondernemingen te vereenvoudigen door middel van een
eenmalige gegevensinzameling en verder bij te dragen aan een doeltreffendere organisatie
van de overheidsdiensten. Het is de bedoeling op deze manier de oprichting van nieuwe
ondernemingen te bevorderen en de administratieve lasten waaronder ondernemingen
gebukt gaan sterk te verminderen.
In Duitsland zijn deze ondernemingsloketten ook opgezet, maar kunnen minder formaliteiten
verrichten dan de ondernemingsloketten in België. Ook kunnen de diensten die worden
aangeboden door ondernemingsloketten verschillen per federale staat13.
Op dit moment is het voor het oprichten van een bedrijf in beiden landen nog nodig dat
de entrepreneur lijfelijk aanwezig is om de formaliteiten uit te voeren. Dit zal veranderen
wanneer de Dienstenrichtlijn op 1 januari 2010 volledig geïmplementeerd is. Vanaf dan zal
het mogelijk zijn om alle formaliteiten elektronisch te regelen.
AandachtspuntOp dit moment is er in de EU regelgeving in ontwikkeling die moet leiden tot een nieuw statuut
voor een Europese besloten vennootschap, zodat dergelijke vennootschappen in alle lidstaten
volgens dezelfde principes kunnen worden opgericht en geëxploiteerd. Dit moet een oplossing
bieden voor de huidige, kostbare verplichtingen voor kleine ondernemingen die de grens
over willen en die nu in alle lidstaten waar zij actief willen zijn dochterondernemingen moeten
oprichten, met uiteenlopende bedrijfsvormen. In de praktijk kunnen deze ondernemingen
straks hun bedrijf als Europese besloten vennootschap opzetten, ongeacht of zij in eigen
land of in een andere lidstaat actief zijn. Dit vereist minder juridisch advies, management en
administratie en spaart de ondernemer dus tijd en geld. Het is dan ook zeker aan te raden
om deze ontwikkelingen in de gaten te houden.
18 19
5. Exporteren naar Duitsland, België, Frankrijk, Luxemburg
5.1 Duitsland
Wanneer men goederen naar Duitsland wil exporteren zijn er een aantal zaken waar rekening
mee moet worden gehouden.
A. BelastingverdragenOm dubbele belasting te vermijden wanneer men goederen naar het buitenland exporteert is
sinds 16 juni 1959 een belastingverdrag tussen Nederland en Duitsland van kracht.
Zoals eerder vermeld werd is het basistarief van de omzetbelasting in Duitsland 19%. Voor
intracommunautaire leveringen, namelijk wanneer Nederlanders goederen exporteren naar
ondernemers binnen de EU, hoeft er geen BTW in rekening te worden gebracht. Mocht de
Nederlandse ondernemer, indien deze niet onderhevig is aan omzetbelasting in Nederland,
kosten maken in Duitsland dan heeft de ondernemer recht op een teruggaaf van deze kosten
door middel van een teruggaafverzoek. Een teruggaafverzoek kan worden ingediend bij de
Bundeszentralamt für Steuern (zie adressenlijst).
InvoerreglementeringOp intracommunautaire transacties worden geen invoerrechten geheven, en sinds de
oprichting van de interne markt in 1993 worden intracommunautaire transacties niet meer
onderworpen aan grenscontroles. Het volstaat in dit geval gewoon om een factuur naar de
ondernemer te sturen.
Vergunningen zijn alleen verplicht voor ondernemers uit de EU lidstaten die strategische
goederen zoals wapens en militair materieel exporteren. De instantie verantwoordelijk voor
deze vergunningen is de Belastingdienst/Centrale Dienst voor In- en Uitvoer (CDIU) in
Groningen.
Wanneer het goederen betreft die niet onder de regels van het vrije verkeer van de EU
vallen, kunnen nationale bepalingen van toepassing zijn. Deze bepalingen staan vermeld in
het ‘Aussenwirtschaftgesetz’ (AWG) en de ‘Aussenwirtschaftverordnung’ (AWV). In de bijlage
18 19
van deze wet is een ‘Einführliste’ opgenomen, waarin per goederensoort uiteen wordt gezet
welke bepalingen van toepassing zijn bij invoer uit derde landen. Deze bepalingen kunnen
betrekking hebben op invoervergunningen, contingenteringen, oorsprongsverklaringen,
regelingen inzake de gemeenschappelijke marktordening en alle overige invoerregelingen
zoals accijnzen, omzetbelasting en invoerrechten.
Aandachtspunt:Verbruiksbelastingen (Verbrauchsteuern) wordt geheven in Duitsland op: minerale oliën,
tabak, elektriciteit, alcoholhoudende dranken, koffie.
5.2 België
Voor België geldt, net als voor alle andere EU landen, dat er vrij verkeer van goederen is
en dat het Europese importregime wordt toegepast. Een invoervergunning is alleen voor
sommige goederen (zoals wapens en militair materieel) een vereiste. Deze vergunningen
worden in Nederland afgegeven door de Centrale Dienst voor In- en Uitvoer (CDIU).
Bij het verkopen van goederen in België is men verplicht zich te laten registreren. Het is sinds
kort niet meer nodig een lokale fiscale vertegenwoordiger aan te stellen. Wel is het nodig om
de nationale gezondheids- en etiketteringvoorschriften in acht te nemen.
Verbruiksbelasting of accijnzen worden geheven op alcoholhoudende producten, niet-alcohol
houdende dranken, minerale oliën (benzine, kerosine, stookolie, gasolie) en tabaksproducten.
Ook wordt voor sommige producten een bijkomend bijzonder accijns geheven. Verder
heft België op een groot aantal producten en voorzieningen (milieu)belastingen, d.m.v.
bijvoorbeeld belasting op motorbrandstoffen, belasting op drinkwatervoorzieningen en
motorrijtuigenbelasting. Verder is een ecotax op verpakkingen van toepassing.
De BTW-tarieven in België verschillen per activiteit. Het normale BTW-tarief bedraagt 21% maar
daarnaast bestaan er drie verlaagde tarieven van 12%, 6% en 0%. Voor landbouwproducten,
bepaalde voedingsmiddelen, alcoholvrije dranken en bepaalde geneesmiddelen geldt een
tarief van 6%. Voor dagbladen en bepaalde weekbladen geldt een 0% tarief. Het tarief van
12% geldt vooral voor bepaalde energiebronnen (steenkool), kijk- en luistergeld en sociale
huurwoningen.
20 21
5.3 Frankrijk
Gezien het feit dat Frankrijk ook onderdeel is van de interne markt, is er vanaf 1 januari 1993
geen grenscontrole meer op leveringen uit andere EU lidstaten. Een factuur met het BTW-
identificatienummer van afnemer en leverancier is voldoende. Vergunningen zijn alleen vereist
voor strategische goederen (wapens en militair materieel), culturele erfstukken, medicijnen,
organen, radioactief afval en levende dieren en planten.
Belangrijk is te weten dat de wet ´Loi Toubon´ producenten verplicht de Franse taal te
gebruiken in onder andere gebruiksaanwijzingen, handleidingen en op verpakkingen. Ook
voor facturen en kwitanties is deze regel voorgeschreven.
Om dubbele belasting te voorkomen bestaat sinds 1973 een “Overeenkomst tot het vermijden
van dubbele belasting”. Het verdrag geldt voor de Franse inkomstenbelasting (l´impôt sur
le revenu), vennootschapsbelasting (l´impôt sur les sociétés) en de belasting op natuurlijke
personen en rechtpersonen die commerciële, industriële of professionele activiteiten verrichten
(taxe professionelle). Het standaardtarief voor de vennootschapsbelasting bedraagt 33,33%.
Als de omzet gelijk of hoger dan € 7.630.000 is geldt dit tarief. Indien de omzet lager is kan
een verlaagd tarief van toepassing zijn.
Het standaard BTW-tarief (Taxe sur la valeur ajoutée) bedraagt 19,6%. Op levensmiddelen,
water, reizigerstransport, hotels, boeken en renovatiewerkzaamheden aan huizen ouder dan
2 jaar geldt een verlaagd BTW-tarief van 5,5%. Op farmaceutische producten, tijdschriften
en kranten geldt een BTW-tarief van 2,1%. Net als in Duitsland kan een Nederlandse
ondernemer BTW terugvragen voor gemaakte kosten voor een activiteit waarvoor het bedrijf
geen omzetbelasting hoeft te betalen.
Accijnzen worden geheven op minerale oliën, tabak en tabaksfabrikanten, alcohol en
alcoholhoudende dranken.
20 21
5.4 Luxemburg
Ook Luxemburg maakt sinds 1 januari 1993 deel uit van de interne markt. Hierdoor vindt geen
grenscontrole meer plaats op leveringen uit andere EU lidstaten. Een factuur met het BTW-
identificatienummer van afnemer en leverancier is voldoende. De wettelijke betalingstermijn
van dertig dagen geldt na ontvangst van de factuur. Enkel voor strategische goederen, zoals
wapens en militair materieel, zijn vergunningen vereist. De Centrale Dienst voor In- en Uitvoer
(CDIU) is in Nederland verantwoordelijk voor de afgifte van dergelijke vergunningen.
Voor het exporteren en verkopen van goederen in Luxemburg, en voor het verlenen van
bouw- of installatiediensten moet een Nederlandse ondernemer zich laten registreren en een
BTW-identificatienummer aanvragen.
In Luxemburg worden buitenlandse vennootschappen onderworpen aan vennootschaps-
belasting als zij een vaste inrichting in Luxemburg hebben. Drie verschillende tarieven voor
vennootschapsbelasting zijn in Luxemburg van toepassing: 20% over inkomsten tot € 10.000,
€ 2.000 plus 26% van inkomsten tussen de € 10.000 en € 15.001, en 22% op inkomsten
hoger dan € 15.000. Tevens heffen de gemeenten impôts commercial communal (gemiddeld
7,5%) en zijn bedrijven verplicht 4% van de winst af te staan aan het werkgelegenheidfonds
(fonds pour l´emploi). In totaal worden bedrijven gemiddeld onderworpen aan een
belastingpercentage van 30,38%. De inkomstenbelasting kent 17 verschillende schalen,
variërend van 8 tot 38%. Net als voor de voorgaande landen heeft Nederland een bilateraal
belastingverdrag gesloten met Luxemburg om dubbele belasting te voorkomen.
Het standaard BTW-tarief, dat wordt geheven over alle leveringen van goederen en diensten
in Luxemburg, bedraagt 15% en is op zeer veel producten van toepassing. Daarnaast
bestaan er verlaagde tarieven van 12%, 6% en 3%. Het tarief van 3% wordt geheven op
passagiersvervoer, watervoorziening, voedingsmiddelen, boeken, hotelverblijf, sportfaciliteiten
en medische zorg. Het tarief van 6% geldt onder meer voor aardgas en elektriciteit, terwijl
er een speciaal tarief van 12% van toepassing is op onder meer minerale brandstoffen,
bepaalde wijnen en schoonmaakmiddelen.
Wanneer u BTW terug wilt vragen, kunt u een formulier downloaden van de website:
https://saturn.etat.lu/etva/formsServe2.do. Het formulier dient daarna naar het AED gestuurd
te worden (zie lijst met handige adressen).
22 23
6. Exporteren naar de EU: algemene opmerkingen
OvereenkomstenVan export naar andere EU-lidstaten is al sprake bij verkoop aan afnemers in een andere
lidstaat via internet (webwinkel). Voor deze vorm van verkoop gelden Europese regels. Denk
dan aan het verzenden van reclame en het doen van aanbiedingen via e-mail, maar ook
aan het aanleggen van een adressenbestand van afnemers. Bij export kan ook gebruik
worden gemaakt van een handelsagent in een andere EU-lidstaat. Zo’n handelsagent is geen
afnemer van uw producten, maar iemand die tegen provisie uw producten verkoopt aan
afnemers. Maar ook het distribueren van uw producten via andere ondernemers binnen de
EU, die dat voor eigen rekening en risico doen, is een veel voorkomende manier van export.
Voor welke exportmethode u ook kiest (welke keuze van meerdere factoren afhankelijk zal
zijn): het is altijd raadzaam om te werken met schriftelijke contracten, waarin u betalings-
en leveringsvoorwaarden opneemt. Belangrijk aandachtspunt daarbij is dat u de verkoop
en export zoveel mogelijk binnen de Nederlandse rechtssfeer houdt. Dat kan door in uw
voorwaarden op te nemen dat het Nederlands recht van toepassing is en dat, ingeval
van een geschil met uw afnemer, de Nederlandse rechter bevoegd is om van dat geschil
kennis te nemen. Ook betalingsafspraken, die hierna nog aan de orde komen, kunt u in uw
voorwaarden opnemen.
VerzekeringenVoor export naar andere EU lidstaten is het in sommige gevallen aan te raden een verzekering
af te sluiten, om uzelf in te dekken in het geval dat uw afnemer niet kan betalen. Een dergelijke
kredietverzekering, waaraan kosten zijn verbonden in de vorm van premies, wordt gebaseerd
uw omzet. Of een kredietverzekering in uw geval interessant is hangt af van de marge die u
op uw producten hebt, maar als maatstaf kunt u zeggen dat het lucratief is een verzekering af
te sluiten bij een omzet boven de € 500.000. Let op, de meeste exportkredietverzekeraars
betalen uitsluitend wanneer er onmacht bestaat aan de kant van de afnemer en niet in geval
van onwil. Een transportverzekering is wenselijk wanneer de kosten en het transport voor uw
rekening zijn.
22 23
14. Deze informatie staat vermeld in de brochure: Starten met Internationaal ondernemen, uitgegeven door het Ministerie van Economische Zaken.
Administratieve verplichtingenHet is belangrijk u te houden aan de regels die opgesteld zijn voor het maken van een factuur.
De vermelding van gegevens op papieren en elektronische factuur is in de EU bij wet (Richtlijn
2001/115/EG) geregeld sinds 1 januari 2004. Het volgende moet worden vermeld14:
• HetBTW-nummervanuwbedrijfenhetBTWnummervandeafnemeralshetomeen
intracommunautaire levering gaat.
• Dedatumvaneventuelevooruitbetaling
• Deeenheidsprijsexclusiefomzetbelastingeneventuelekortingendienietbijdeprijszijn
inbegrepen.
• Eenverwijzingnaareentoegepastevrijstellingofverleggingregeling.
• Demaatstafvanheffingvoorelktariefofelkevrijstelling
• Handelsregisternummervanuwbedrijf.
BetalingenHet is belangrijk goede afspraken te maken over de betalingen. Al hangt de wijze van betaling
af van het land waarnaar u exporteert, de branche en de kredietwaardigheid van uw cliënt. De
meest voorkomende vormen van betaling zijn: open account, cheques, documentair incasso
en “Letter of Credit (L/C)”.
Betalen via open account houdt in dat het product wordt geleverd en er vervolgens een
factuur van u naar de afnemer wordt gestuurd. Deze betaalt dan per giro of bank. Dit is
een goedkope transactievorm maar biedt de minste zekerheid op daadwerkelijke betaling.
In uitzonderlijke gevallen kan dit risico worden verminderd door middel van de vereiste dat
de afnemer een deel vooruitbetaalt, een zogenaamde bankgarantie. Dit is een goedkopere
oplossing dan te kiezen voor een L/C en biedt lagere administratieve lasten.
Met een L/C (documentair bankkrediet) betaalt de afnemer de koopprijs in ruil voor
nauwkeurig voorgeschreven documenten (bijv. facturen, verzekeringspolissen). Het voordeel
voor de exporteur is dat deze niet meer afhankelijk is van de bereidheid tot betalen van de
afnemer. Het voordeel voor de afnemer is dat er pas betaald wordt als alle van te voren
afgesproken documenten gecontroleerd en in orde zijn. Het nadeel is dat de kosten voor een
L/C hoog zijn en er daardoor binnen de Benelux weinig gebruik van wordt gemaakt.
24 25
Onder andere bij betaling via documentair incasso en L/C wordt vaak gebruik gemaakt
van cheques en wissels (beslaat 20% van het betalingsverkeer in Frankrijk). Het is goed te
weten dat dit slechts een waardepapier is waarin de afnemer erkent dat hij schulden aan u
moet voldoen maar dat hiermee nog niet betaald is. Tevens is het incasseren van wissels in
Nederland een dure oplossing. Mocht er vaak met wissels worden betaald, dan is het aan te
raden een bankrekening in Frankrijk te openen om deze kosten te vermijden.
Ook kan worden gekozen om onder rembours te betalen. Dit houdt in dat de afnemers
betalen op het moment dat de goederen zijn ontvangen. Wel is het riskant de koerier het geld
mee te laten nemen. Beter is het in veel gevallen de afnemer elektronisch het geld over te
laten maken naar uw rekening bij ontvangst van het product of van een documentair incasso.
Een documentair incasso biedt meer zekerheid dan betaling per rekening courant, maar biedt
geen zekerheid dat betaald wordt. De afnemer kan betaling of acceptatie weigeren.
Houdt bij betalingen ook rekening met de wisselkoersen,in de landen waar de euro (nog) niet
is ingevoerd. Zo is de Deense kroon wel aan de euro gekoppeld, maar geldt dit niet voor de
Engelse pond.
Voor intracommunautaire leveringen, namelijk wanneer Nederlanders goederen exporteren
naar de ondernemers binnen de EU, hoeft geen BTW in rekening te worden gebracht.
BetalingstermijnenAangezien de meeste bedrijven 30 dagen na ontvangst van de factuur betalen is het zaak
de factuur zo snel mogelijk uit te sturen. Let op, deze betalingstermijn geldt voor Nederland.
In Frankrijk is een termijn van 60 dagen gebruikelijk. Dit is iets wat u zeker in de gaten moet
houden bij het exporteren van goederen, aangezien dit een grotere liquiditeit vereist van
uw kant.
ProducteisenOp Europees niveau zijn veel kwaliteits- en producteisen geharmoniseerd. Zo zijn de regels
op het gebied van cosmetica, geneesmiddelen en milieukeur inmiddels geharmoniseerd.
Dit maakt het vrij verkeer van goederen makkelijker omdat een product in elk EU land mag
worden verkocht wanneer het voldoet aan de op Europees niveau afgesproken veiligheids-,
gezondheids- en milieueisen en eisen ten aanzien van de consumentenbescherming.
24 25
7. Lijst met handige adressen:
Algemene informatie over ondernemen/exporteren naar EU lidstaten in het algemeen,
en België en Duitsland in het bijzonder.
Economische Voorlichtingsdienst (EVD)Juliana van Stolberglaan 148
Postbus 20105
2500 EC Den Haag
(070) 778 88 88
Belastingdienst - Team Grensoverschrijdend Werken en Ondernemen (GWO)Terra Nigrastraat 10
Postbus 5750
6202 MB Maastricht
Telefoon vanuit Nederland: 0800 - 024 12 12
Telefoon vanuit België: 0800 - 90 220
Telefoon vanuit Duitsland: 0800 - 101 13 52
www.belastingdienst.nl/overig/gwo/
NUFFIC (Informatie over internationale diplomawaardering)Postbus 29777
2502 LT Den Haag
Telefoon (070) 426 02 60
Telefax (070) 426 03 99
http://www.nuffic.nl/nederlandse-organisaties/services/diplomawaardering/waardering-
van-nederlandse-diplomas-1
KPMG Belgiumwebsite: www.kpmg.be
Twee brochures over ondernemen in Duitsland en België zijn te vinden onder:
http://www.kpmg.be/index.thtml/en/services/country/German/Publications/
26 27
Belastingdienst/Centrale Dienst voor In- en Uitvoer (CDIU)Uitgifte vergunningen in Nederland
Engelsekamp 2
Postbus 30003
9700 RD Groningen
Tel: (050)5232300
Fax: (050) 5260698
Email: [email protected]
internet: www.douane.nl
Informatieve brochures• “BuurmarktBelgië;Praktijkverhalenoverzakendoen”,
Internationaal Ondernemen, door MKB Nederland en ABN AMRO.
• “DuitslandDichterbij;Praktijkverhalenoverondernemen”,
Internationaal Ondernemen, door MKB Nederland en ABN Amro.
• “InvestmentinBelgium”,KPMG(2003)
• “InvestmentinGermany”,KPMG(2003)
Duitsland
1. Oprichting van een Onderneming in Duitsland Kreishandwerkerschaft Borken
Wessumer Strasse 30
D - 48683 Ahaus
Tel: (0049)-(0)256193980
2. Bureau voor Duitse Zaken (SVB)Takenhofplein 4
6538 SZ Nijmegen
Telefoon: 024 - 343 19 00
Website: www.svb.nl/bdz
26 27
3. Finanzamt KleveOmzetbelastingaangelegenheden Nederlandse Ondernemers
Emmericher Str. 182, 47533 Kleve
Tel: 0049-2821/803-1020
Fax : 0049 2821/803-1201
Website: www.finanzamt.nrw.de/kleve
4. Handelsregister - Amtsgericht Hagen Heinitzstr. 42, 58097 Hagen
Tel: +49-2331/36748-0
Telefax: +49-2331/985-749
E-Mail: [email protected]
Website: www.handelsregister.de
5. Bundeszentralamt für SteuernTeruggaafverzoek Duitsland
Dienstsitz Schwedt
Passower Chaussee 3b
16303 Schwedt/Oder
Internet: www.bzst.bund.de
6. Bundesministerium für Wirtschaft und TechnologieDiplomawaardering
Mrs. Kirsten Glückert
Referat EA3
Scharnhorststraße 34 - 37
D-10115 Berlin, Germany
Tel: +49 30 2014 7694
Fax: +49 30 2014 5379
E-Mail: [email protected]
Websites:Bundesagentur für Arbeit: www.arbeitsagentur.de
Industrie- und Handelskammer: www.dihk.de
28 29
België
1. Bureau voor Belgische ZakenRat Verleghstraat 2, Breda
Postbus 90151
4800 RC Breda
Tel: 076-5485840
www.bbz.nl
2. Vlaams Agentschap ondernemenKoloniënstraat 56
1000 BRUSSEL
tel.: 02/227 60 20
fax: 02/227 60 11
e-mail: [email protected]
3. Federale Overheidsdienst (FOD) voor Economie, KMO, Middenstand en Energie Economisch Potentieel, KBO-Beheerscel - VergunningenUitgebreide informatie over het starten van een onderneming
Leuvenseweg 44
1000 Brussel
Tel.: (02) 2 548 66 32
Fax: (02) 2 548 68 77
website: www.mineco.fgov.be
4. Kruispuntbank van OndernemingenFederale Overheidsdienst (FOD) voor Economie, KMO, Middenstand en Energie Economisch
Potentieel, KBO-Beheerscel - Vergunningen
Tel.: 0 800 120 33
Fax: (02) 277 50 82
E-mail: [email protected]
28 29
5. Nederlandse Kamer van Koophandel voor België en Luxemburg (NKVK)Tervurenlaan 168
B-1150 Brussel
BELGIË
Tel: +32-(0)2-219.11.74
Fax: +32-(0)2-218.78.21
www.nkvk.be
6. Unie van Zelfstandige Ondernemers (UNIZO)Belgische equivalent van MKB-Nederland
Tweekerkenstraat 29
1000 Brussel
Tel: 02/238.07.02
Fax: 02/230.52.54
www.unizo.be
7. Belgische ambassade in Den HaagAlexanderveld 97
2585 DB Den Haag
Tel: (070)3123456
Email: [email protected]
www.diplomatie.be/thehaguenl
8. NARIC-VlaanderenDiplomawaardering België
Administratie Hoger onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek
Hendrik. Consciencegebouw, Toren A 7.
Koning Albert II-laan 15
B – 1210 BRUSSEL
Tel.: +32-2-553.98.19 / Fax : +32-2-533.98.45
E-mail: [email protected]
30 31
Frankrijk
Direction Générale des Impôts Service de Remboursement de TVA des assujettis étrangersBelastingteruggaaf Frankrijk
10, rue du Centre
TSA 60015 93465 Noisy-le-Grand Cedex
Frankrijk
Tel: +33 1 5733 8400
Email: [email protected]
Luxemburg
Chambre de Commerce LuxemburgEspace Entreprises
7, rue Alcide de Gasperi, Luxembourg-Kirchberg
tel: +352 423 939330
fax: +352 438 326
Email: [email protected]
www.cc.lu
AED (Administration de l´Enregistrement et des Domaines)Bureau d´Imposition Luxembourg
1-3, rue Guillaume
Boîte Postale 31, L-2010 Luxembourg
Tel: +352 4 490 5401
email: info@aed,public.lu
30 31
Grensarbeid België & DuitslandSteunpunt Grensoverschrijdend Werken en Ondernemen (GWO)
Terra Nigrastraat 10
6216 BL Maastricht
Telefoon: 0800 - 024 12 12
Website: www.belastingdienst.nl
Websites grensarbeidNederland-België-Duitsland: www.eures.info
Algemeen: www.fnv.nl (zie Europa)
Algemeen: www.grensarbeider.nl
Duitsland: www.grenzpendler.nrw.de
Duitsland: www.veg-eu.org
België: www.acvgrensarbeiders.be
België: www.grensarbeiders.be
België: www.werkenoverdegrens.org
Websites Europa
Vrij verkeer van dienstenhttp://europa.eu/scadplus/leg/nl/s70002.htm
Vrij verkeer van werknemershttp://europa.eu/scadplus/leg/nl/s02305.htm
Coördinatie van de socialezekerheidsstelsels www.tress-network.org
http://europa.eu/scadplus/leg/nl/s02309.htm
32
Kantoor gegevens Ria Oomen-Ruijten Brussel
Ria Oomen-Ruijten
Europees Parlement
Rue Wiertz
Bureau ASP 12E108
B-1047 Brussel
Tel: 0032 2 28 47863
Fax: 0032 2 28 49863
Email: [email protected]
DisclaimerBij het opstellen van de inhoud van deze brochure is de grootst mogelijke zorgvuldigheid
betracht. Desondanks kan geen garantie worden gegeven voor de juistheid, actualiteit en/of
volledigheid van de informatie en wordt aansprakelijkheid uitgesloten. Beslissingen op basis
van de gepresenteerde informatie zijn geheel voor eigen risico. Informatie dient altijd door de
gebruiker op juistheid te worden gecontroleerd.
5 6
Grensoverschrijdend Ondernemen en Exporteren vanuit Nederland