hydrovisie nummer 1 / jaargang 1 / najaar 2008
DESCRIPTION
HydroVisie is het nieuwe infoblad van HydroScope waarin u wordt geïnformeerd over wijzigingen in de wetgeving, nieuwe ontwikkelingen etc. Het blad komt voor én door u tot stand. Dit komt naar voren doordat u (de klant) aan kan geven welke informatie u graag terug wilt zien in HydroVisie.TRANSCRIPT
Will Scheffer Legionelladeskundige:De hele water-sector heeft de afgelopen jaren keihard gewerkt
En verder: Interview met Mari Verhagen Tweederde minder besmettingen Interview met Woonstichting Union
N U M M E R 1 / J A A R G A N G 1 / N A J A A R 2 0 0 8
H Y D R O V I S I E V E R S C H I J N T 2 K E E R P E R J A A R
INHOUD346812
HydroVisie, voor en door de klant
Met gepaste trots presenteer ik u de eerste uitgave
van HydroVisie. HydroVisie is het nieuwe infoblad
van HydroScope, dat voor én door u tot stand komt.
Een nieuwe naam die hoort bij een vertrouwd
bedrijf. Sinds 2001 is HydroScope uw partner in
water en kunt u bij HydroScope terecht voor al uw
vragen over waterkwaliteit en waterveiligheid.
Om u niet alleen persoonlijk te woord te staan,
maar u ook tijdig te informeren over wijzigingen in
de wetgeving, nieuwe ontwikkelingen enzovoort,
hebben wij HydroVisie in het leven geroepen. Deze
kunt u twee keer per jaar op de mat verwachten.
De klant is koning, dat geldt voor HydroScope en
zeker ook voor HydroVisie. Als klant mag u aangeven
welke informatie u graag terug wilt zien in HydroVisie.
Omdat het persoonlijk contact met de klant bij ons
hoog in het vaandel staat, wil ik u persoonlijk
oproepen ons te voorzien van informatie en uw
ideeën met ons te delen, zodat wij twee keer per
jaar een informatief blad kunnen uitbrengen dat
geschreven is door en voor de klant.
In deze eerste editie treft u niet alleen informatie over wetswijzigingen
aan. Ook delen collega-ondernemers hun ervaringen met u.
Zo ziet u al direct in dit eerste nummer dat wij graag klanten
aan het woord laten om zo hun ervaringen met collega’s
te kunnen delen.
Ik hoop dat u HydroVisie met veel plezier
zult lezen en dat u uitkijkt naar de
volgende editie, die medio maart
2009 zal verschijnen.
Lars Kuipéri,
Directeur
Van de bijna 200 nieuwe klanten die HydroScope
in 2007 heeft bezocht, bleek 23% besmet. Dit komt
redelijk overeen met constateringen van de VROM-
inspectie. Over de jaren 2005 en 2006 heeft 18,5%
van de prioritaire instellingen melding gemaakt
van normoverschrijding. Dat blijkt uit de Evaluatie
Legionellapreventie – Waterleidingwet, RIVM, 2007.
HydroScope hanteert met haar vier-stappenplan
al jaren een unieke aanpak. Ons advies wordt pas
waardevol wanneer het opgevolgd wordt. Met
het vier-stappenplan waarborgen we een goede
opvolging en erkennen we deze door een Legionella
Veiligheidsverklaring af te geven. Dat deze aanpak
werkt, is bewezen. Voor 2007 was, zoals eerder op-
gemerkt, nog 23% besmet. In 2007 is bij de klanten
met de verklaring slechts in 8% van de gevallen
Statistieken
Interview Mari Verhagen, werkzaam bij Harry Immens
Interview met André Gorissenen Peter van Santen vanWoonstichting Union
Will Scheffer, legionelladeskundige
HydroScope algemeen +Colofon
2 - H y d r o V i s i e
V O O R W O O R D
S TAT I S T I E K E N
H y d r o V i s i e - 3H y d r o V i s i e - 32 - H y d r oooooooo VVVVVVVoooooooo i si si ssi sss i ei ei e
Tweederde minder besmettingen door vier-stappenplanJaarlijks bezoekt HydroScope meer dan 3.000 klanten en nemen onze adviseurs zo’n 15.000 legionellamonsters. Zo hebben we een goed inzicht in de besmettingskans op legionella.
Stap 1: Risicoanalyse
Onze adviseurs controleren of groei van legio-
nellabacteriën in uw installatie mogelijk is.
Stap 2: Beheersplan
De risicopunten worden uitgewerkt tot een
uitvoerbaar plan om uw installatie aan te passen,
te beheren en controleren.
Stap 3: Periodieke controle
HydroScope bekijkt periodiek uw installatie,
neemt watermonsters, laat deze analyseren
en vergelijkt de bevindingen met de informatie
uit eerdere controles. Ook temperatuurmetingen
en controles op functionaliteit behoren tot
het proces.
Stap 4: Legionella Veiligheidsverklaring
Als uit de controles blijkt dat uw installatie in
orde is en u het proces beheerst, ontvangt u een
Legionella Veiligheidsverklaring. Niet alleen uzelf,
maar iederéén kan zien dat u veilig en gezond
water belangrijk vindt!
en nemen ben we
Stap 1: Risicoanalyse
Onze adviseurs controleren of groei van legio-
nellabacteriën in uw installatie mogelijk k k k kkkkkkkkkkkkk isisisissisiiisisisisiisssss.
Stap 2: Beheersplan
De risicopunten worden uitgewerkt tot eeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeennnnnn nnnnnnnnnnnnnn
uitvoerbaar plan om uw installatie aan te papapapapapapaaaaapapapapaaaasssssssssssss eneeeeeeeee ,
te beheren en controleren.
Stap 3: Periodieke controle
H d S b kijkt i di k i t ll ti
Het vier-stappenplan
een besmetting geconstateerd. Tweederde minder
besmettingen dus. Het aantal leidingwaterinstallaties
met legionellabacteriën neemt in Nederland niet
duidelijk af. Daardoor is nog geen effect vast te
stellen van het beleid ter
preventie van legionella
in leidingwaterinstal-
laties. Ook dat blijkt uit
de genoemde Evaluatie
Legionellapreventie.
HydroScope laat niet-
temin zien dat een
afname van het
aantal besmettings-
gevallen wel kan
binnen de huidige
wet- en regelgeving.
Percentage per doelgroep die in 2005 en/of 2006 eennormoverschrijding heeft gemeld aan de VROM-inspectie
Campin
gs
40%
30%
20%
10%
0%
Jach
thav
ens
Hotels
Asielzo
eker
scen
tra +
justit
iële i
nrich
tinge
n
Zwem
bade
n
Zorg
inste
llinge
n
INHOUD346812
HydroVisie, voor en door de klant
Met gepaste trots presenteer ik u de eerste uitgave
van HydroVisie. HydroVisie is het nieuwe infoblad
van HydroScope, dat voor én door u tot stand komt.
Een nieuwe naam die hoort bij een vertrouwd
bedrijf. Sinds 2001 is HydroScope uw partner in
water en kunt u bij HydroScope terecht voor al uw
vragen over waterkwaliteit en waterveiligheid.
Om u niet alleen persoonlijk te woord te staan,
maar u ook tijdig te informeren over wijzigingen in
de wetgeving, nieuwe ontwikkelingen enzovoort,
hebben wij HydroVisie in het leven geroepen. Deze
kunt u twee keer per jaar op de mat verwachten.
De klant is koning, dat geldt voor HydroScope en
zeker ook voor HydroVisie. Als klant mag u aangeven
welke informatie u graag terug wilt zien in HydroVisie.
Omdat het persoonlijk contact met de klant bij ons
hoog in het vaandel staat, wil ik u persoonlijk
oproepen ons te voorzien van informatie en uw
ideeën met ons te delen, zodat wij twee keer per
jaar een informatief blad kunnen uitbrengen dat
geschreven is door en voor de klant.
In deze eerste editie treft u niet alleen informatie over wetswijzigingen
aan. Ook delen collega-ondernemers hun ervaringen met u.
Zo ziet u al direct in dit eerste nummer dat wij graag klanten
aan het woord laten om zo hun ervaringen met collega’s
te kunnen delen.
Ik hoop dat u HydroVisie met veel plezier
zult lezen en dat u uitkijkt naar de
volgende editie, die medio maart
2009 zal verschijnen.
Lars Kuipéri,
Directeur
Van de bijna 200 nieuwe klanten die HydroScope
in 2007 heeft bezocht, bleek 23% besmet. Dit komt
redelijk overeen met constateringen van de VROM-
inspectie. Over de jaren 2005 en 2006 heeft 18,5%
van de prioritaire instellingen melding gemaakt
van normoverschrijding. Dat blijkt uit de Evaluatie
Legionellapreventie – Waterleidingwet, RIVM, 2007.
HydroScope hanteert met haar vier-stappenplan
al jaren een unieke aanpak. Ons advies wordt pas
waardevol wanneer het opgevolgd wordt. Met
het vier-stappenplan waarborgen we een goede
opvolging en erkennen we deze door een Legionella
Veiligheidsverklaring af te geven. Dat deze aanpak
werkt, is bewezen. Voor 2007 was, zoals eerder op-
gemerkt, nog 23% besmet. In 2007 is bij de klanten
met de verklaring slechts in 8% van de gevallen
Statistieken
Interview Mari Verhagen, werkzaam bij Harry Immens
Interview met André Gorissenen Peter van Santen vanWoonstichting Union
Will Scheffer, legionelladeskundige
HydroScope algemeen +Colofon
2 - H y d r o V i s i e
V O O R W O O R D
S TAT I S T I E K E N
H y d r o V i s i e - 3H y d r o V i s i e - 32 - H y d r oooooooo VVVVVVVoooooooo i si si ssi sss i ei ei e
Tweederde minder besmettingen door vier-stappenplanJaarlijks bezoekt HydroScope meer dan 3.000 klanten en nemen onze adviseurs zo’n 15.000 legionellamonsters. Zo hebben we een goed inzicht in de besmettingskans op legionella.
Stap 1: Risicoanalyse
Onze adviseurs controleren of groei van legio-
nellabacteriën in uw installatie mogelijk is.
Stap 2: Beheersplan
De risicopunten worden uitgewerkt tot een
uitvoerbaar plan om uw installatie aan te passen,
te beheren en controleren.
Stap 3: Periodieke controle
HydroScope bekijkt periodiek uw installatie,
neemt watermonsters, laat deze analyseren
en vergelijkt de bevindingen met de informatie
uit eerdere controles. Ook temperatuurmetingen
en controles op functionaliteit behoren tot
het proces.
Stap 4: Legionella Veiligheidsverklaring
Als uit de controles blijkt dat uw installatie in
orde is en u het proces beheerst, ontvangt u een
Legionella Veiligheidsverklaring. Niet alleen uzelf,
maar iederéén kan zien dat u veilig en gezond
water belangrijk vindt!
en nemen ben we
Stap 1: Risicoanalyse
Onze adviseurs controleren of groei van legio-
nellabacteriën in uw installatie mogelijk k k k kkkkkkkkkkkkk isisisissisiiisisisisiisssss.
Stap 2: Beheersplan
De risicopunten worden uitgewerkt tot eeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeennnnnn nnnnnnnnnnnnnn
uitvoerbaar plan om uw installatie aan te papapapapapapaaaaapapapapaaaasssssssssssss eneeeeeeeee ,
te beheren en controleren.
Stap 3: Periodieke controle
H d S b kijkt i di k i t ll ti
Het vier-stappenplan
een besmetting geconstateerd. Tweederde minder
besmettingen dus. Het aantal leidingwaterinstallaties
met legionellabacteriën neemt in Nederland niet
duidelijk af. Daardoor is nog geen effect vast te
stellen van het beleid ter
preventie van legionella
in leidingwaterinstal-
laties. Ook dat blijkt uit
de genoemde Evaluatie
Legionellapreventie.
HydroScope laat niet-
temin zien dat een
afname van het
aantal besmettings-
gevallen wel kan
binnen de huidige
wet- en regelgeving.
Percentage per doelgroep die in 2005 en/of 2006 eennormoverschrijding heeft gemeld aan de VROM-inspectie
Campin
gs
40%
30%
20%
10%
0%
Jach
thav
ens
Hotels
Asielzo
eker
scen
tra +
justit
iële i
nrich
tinge
n
Zwem
bade
n
Zorg
inste
llinge
n
H y d r o V i s i e - 3H y d r o V i s i e - 3H y d r o V i s i e - 54 - H y d r o V i s i e
Harry Immens 9000 Installaties BV is in 1965 opgericht en groeide al spoedig uit tot een middelgroot installatiebedrijf. Momenteel zijn er zo’n 75 mensen werkzaam, van wie 40 direct. Met haar medewerkers verzorgt Harry Immens 9000 de aanleg en het onderhoud van installa-ties voor klimaatbeheersing, sanitairtechnische installaties en gebouwbeheersystemen.
Mari Verhagen is vanaf 1969 werkzaam bij Harry
Immens. Hij is begonnen als tekenaar. Momenteel
is hij werkvoorbereider/projectleider. Mari vertelt
ons over zijn werk, over legionellapreventie en de
samenwerking met HydroScope.
Wat vinden jullie van het initiatief van HydroScope
om een nieuwsmagazine uit te brengen?
‘Wij vinden een nieuwsmagazine een goed initiatief,
omdat we van HydroScope als organisatie nog niet
veel weten. We kennen de adviseurs Hans en John,
maar de samenstelling van het bedrijf enzovoort, is
ons nog niet echt bekend. Zaken die we graag terug
zouden willen zien in het magazine zijn wets-
wijzigingen. Ze volgen elkaar snel op en worden
de laatste paar jaar pas aan de orde gesteld.
De inspectie heeft ieder jaar een paar speerpunten.
Momenteel is bijvoorbeeld de controle van keer-
kleppen erg actueel. Wij zouden graag op de hoogte
blijven van dit soort actualiteiten.’
Hoe lang werkt Harry Immens al samen met
HydroScope en hoe is deze samenwerking
tot stand gekomen?
‘Sinds de oprichting van HydroScope in 2001 werken
wij al samen met het bedrijf. De samenwerking is
tot stand gekomen doordat er een risicoanalyse en
beheersplan moest
komen bij een klant.
Voorheen hadden we
hier nog nooit mee te
maken gehad. Door
de adviseur wordt een
bestek gemaakt en
daarin worden de eisen
omschreven waaraan
een installatie moet voldoen. Daar zijn een risicoanalyse en
beheersplan bijgekomen. We proberen HydroScope zoveel
mogelijk vanaf het begin in het traject te betrekken. In het
verleden kwam HydroScope vaak pas bij een installateur als
de installatie klaar was. Nu proberen we HydroScope steeds
vroeger te betrekken in het traject.’
Uit een evaluatie van VROM* uit 2007 blijkt dat het aantal
leidingwaterinstallaties met legionellabacteriën niet afneemt.
Bij een betere naleving van de Waterleidingwet zouden naar
verwachting wel minder legionellabacteriën in de leiding-
waterinstallatie voorkomen. Dat kan als installateurs
consequent leidingwaterinstallaties aanleggen volgens de
voorschriften en de eigenaren preventiemaatregelen tegen
legionella treffen. Dit gebeurt nu nog te weinig, aldus de
onderzoekers. Bent u het eens met de onderzoekers?
‘Ja, ik denk zeker dat installaties niet altijd volgens de voorschriften
zijn aangelegd. Ook bij Harry Immens is dit in het verleden gebeurd,
maar wij denken dat wij dit hebben ondervangen door HydroScope
tijdig in te schakelen om controles uit te oefenen. Vaak is het zo
dat ze inderdaad mankementen vinden. Omdat ze dat doen terwijl
wij werken, kunnen wij de mankementen meteen verhelpen.
Zeker wanneer een gebouw in de opleveringsfase is; dan gaat
dat meestal gelijktijdig. Nogmaals: een tijdige inschakeling van
HydroScope is dus erg belangrijk.’
Wordt er bij Harry Immens voldoende aandacht aan
opleidingen voor installateurs besteed?
‘Bij Harry Immens zijn drie mensen werkzaam die een cursus
legionellabeheersing hebben gevolgd. Zij brengen hun ervaringen
‘Door tijdige inschakeling van HydroScope hadden veel herstelwerkzaamheden voorkomen kunnen worden’
Legionellapreventie is voor ons erg belangrijk en is
niet meer weg te denken uit de installatiewereld
over op de monteurs. Onze monteurs hebben behoefte aan meer
informatie. Zowel over legionellapreventie als over hoe installaties
veilig aan te sluiten. Wellicht kan HydroScope presentaties of work-
shops geven aan monteurs.’
Wat betekent HydroScope voor Harry Immens op het gebied
van legionellapreventie?
‘HydroScope is voor ons een externe adviseur in wie wij een groot
vertrouwen hebben. Bij bepaalde projecten hadden we eerder
om raad moeten vragen, zodat bepaalde herstelwerkzaamheden
voorkomen hadden kunnen worden. We hebben een aantal dingen
moeten veranderen die niet nodig waren.’
Hoe belangrijk is legionellapreventie voor Harry Immens?
‘Legionellapreventie is voor ons erg belangrijk en niet meer
weg te denken uit de installatiewereld. Vooral met het ontwerp
van de installatie wordt gekeken of deze voldoet aan de eisen
die HydroScope hierin stelt. In het ontwerp wordt hier steeds
meer aandacht aan besteedt en we raken hiermee steeds
meer vertrouwd.’
Op welke punten zou HydroScope zich kunnen verbeteren?
‘Een punt waarop HydroScope zich zou kunnen verbeteren, is
communicatie en informatievoorziening. Zoals ik al eerder aangaf,
zouden we graag wat meer willen weten over wet- en regelgeving
en actuele ontwikkelingen. Een ander punt dat HydroScope nog
kan verbeteren, is de naamsbekendheid. Daarom vinden wij een
nieuwsmagazine een goed initiatief!’
M A R I V E R H A G E N V A N H A R R Y I M M E N S E N H A N S V E R H A G E N V A N H Y D R O S C O P E
*bron: www.vrom.nl
H y d r o V i s i e - 3H y d r o V i s i e - 3H y d r o V i s i e - 54 - H y d r o V i s i e
Harry Immens 9000 Installaties BV is in 1965 opgericht en groeide al spoedig uit tot een middelgroot installatiebedrijf. Momenteel zijn er zo’n 75 mensen werkzaam, van wie 40 direct. Met haar medewerkers verzorgt Harry Immens 9000 de aanleg en het onderhoud van installa-ties voor klimaatbeheersing, sanitairtechnische installaties en gebouwbeheersystemen.
Mari Verhagen is vanaf 1969 werkzaam bij Harry
Immens. Hij is begonnen als tekenaar. Momenteel
is hij werkvoorbereider/projectleider. Mari vertelt
ons over zijn werk, over legionellapreventie en de
samenwerking met HydroScope.
Wat vinden jullie van het initiatief van HydroScope
om een nieuwsmagazine uit te brengen?
‘Wij vinden een nieuwsmagazine een goed initiatief,
omdat we van HydroScope als organisatie nog niet
veel weten. We kennen de adviseurs Hans en John,
maar de samenstelling van het bedrijf enzovoort, is
ons nog niet echt bekend. Zaken die we graag terug
zouden willen zien in het magazine zijn wets-
wijzigingen. Ze volgen elkaar snel op en worden
de laatste paar jaar pas aan de orde gesteld.
De inspectie heeft ieder jaar een paar speerpunten.
Momenteel is bijvoorbeeld de controle van keer-
kleppen erg actueel. Wij zouden graag op de hoogte
blijven van dit soort actualiteiten.’
Hoe lang werkt Harry Immens al samen met
HydroScope en hoe is deze samenwerking
tot stand gekomen?
‘Sinds de oprichting van HydroScope in 2001 werken
wij al samen met het bedrijf. De samenwerking is
tot stand gekomen doordat er een risicoanalyse en
beheersplan moest
komen bij een klant.
Voorheen hadden we
hier nog nooit mee te
maken gehad. Door
de adviseur wordt een
bestek gemaakt en
daarin worden de eisen
omschreven waaraan
een installatie moet voldoen. Daar zijn een risicoanalyse en
beheersplan bijgekomen. We proberen HydroScope zoveel
mogelijk vanaf het begin in het traject te betrekken. In het
verleden kwam HydroScope vaak pas bij een installateur als
de installatie klaar was. Nu proberen we HydroScope steeds
vroeger te betrekken in het traject.’
Uit een evaluatie van VROM* uit 2007 blijkt dat het aantal
leidingwaterinstallaties met legionellabacteriën niet afneemt.
Bij een betere naleving van de Waterleidingwet zouden naar
verwachting wel minder legionellabacteriën in de leiding-
waterinstallatie voorkomen. Dat kan als installateurs
consequent leidingwaterinstallaties aanleggen volgens de
voorschriften en de eigenaren preventiemaatregelen tegen
legionella treffen. Dit gebeurt nu nog te weinig, aldus de
onderzoekers. Bent u het eens met de onderzoekers?
‘Ja, ik denk zeker dat installaties niet altijd volgens de voorschriften
zijn aangelegd. Ook bij Harry Immens is dit in het verleden gebeurd,
maar wij denken dat wij dit hebben ondervangen door HydroScope
tijdig in te schakelen om controles uit te oefenen. Vaak is het zo
dat ze inderdaad mankementen vinden. Omdat ze dat doen terwijl
wij werken, kunnen wij de mankementen meteen verhelpen.
Zeker wanneer een gebouw in de opleveringsfase is; dan gaat
dat meestal gelijktijdig. Nogmaals: een tijdige inschakeling van
HydroScope is dus erg belangrijk.’
Wordt er bij Harry Immens voldoende aandacht aan
opleidingen voor installateurs besteed?
‘Bij Harry Immens zijn drie mensen werkzaam die een cursus
legionellabeheersing hebben gevolgd. Zij brengen hun ervaringen
‘Door tijdige inschakeling van HydroScope hadden veel herstelwerkzaamheden voorkomen kunnen worden’
Legionellapreventie is voor ons erg belangrijk en is
niet meer weg te denken uit de installatiewereld
over op de monteurs. Onze monteurs hebben behoefte aan meer
informatie. Zowel over legionellapreventie als over hoe installaties
veilig aan te sluiten. Wellicht kan HydroScope presentaties of work-
shops geven aan monteurs.’
Wat betekent HydroScope voor Harry Immens op het gebied
van legionellapreventie?
‘HydroScope is voor ons een externe adviseur in wie wij een groot
vertrouwen hebben. Bij bepaalde projecten hadden we eerder
om raad moeten vragen, zodat bepaalde herstelwerkzaamheden
voorkomen hadden kunnen worden. We hebben een aantal dingen
moeten veranderen die niet nodig waren.’
Hoe belangrijk is legionellapreventie voor Harry Immens?
‘Legionellapreventie is voor ons erg belangrijk en niet meer
weg te denken uit de installatiewereld. Vooral met het ontwerp
van de installatie wordt gekeken of deze voldoet aan de eisen
die HydroScope hierin stelt. In het ontwerp wordt hier steeds
meer aandacht aan besteedt en we raken hiermee steeds
meer vertrouwd.’
Op welke punten zou HydroScope zich kunnen verbeteren?
‘Een punt waarop HydroScope zich zou kunnen verbeteren, is
communicatie en informatievoorziening. Zoals ik al eerder aangaf,
zouden we graag wat meer willen weten over wet- en regelgeving
en actuele ontwikkelingen. Een ander punt dat HydroScope nog
kan verbeteren, is de naamsbekendheid. Daarom vinden wij een
nieuwsmagazine een goed initiatief!’
M A R I V E R H A G E N V A N H A R R Y I M M E N S E N H A N S V E R H A G E N V A N H Y D R O S C O P E
*bron: www.vrom.nl
COLOFON
zaal, buitenschoolse opvang en een bibliotheek.
Daarnaast is er ruimte voor sociaal-cultureel werk,
waarin ook diverse cursussen gegeven worden, en
multifunctionele ruimte ‘De Til’, van de gemeente
Korendijk. In het oorspronkelijke woongedeelte is
een hospice ondergebracht, waar terminale patiënten
worden begeleid in hun laatste levensfase. Met legio-
nella hadden we nog weinig te maken gehad, totdat
er problemen kwamen met de installatie
van Dorpzigt. We zijn toen bij Arie Graus van Hydro-
Scope terechtgekomen. Hij heeft enkele monsters
genomen en er werden daadwerkelijk besmettingen
geconstateerd. Vervolgens zijn er veel beheersmaat-
regelen getroffen en we hebben veel aanpassingen
gedaan in de installatie. De besmetting was het
omslagpunt voor ons. Het was de eerste keer dat
we te maken hadden met een prioritaire instelling.
Voor deze periode verhuurden we alleen woningen.
Met een artikel over de zorgplicht en door de besmet-
tingen in Dorpzigt heeft Arie ons wakker geschud.’
Wat typeert de samenwerking met HydroScope?
‘HydroScope is voor ons Arie Graus’, aldus André.
‘Het bedrijf achter hem kennen we niet. Arie maakt
André Gorissen is projectleider Nieuwbouw &
Herstructureringsprojecten bij de afdeling project-
ontwikkeling van Union. Hij is ruim 29 jaar werk-
zaam bij het bedrijf. Zijn collega Peter van Santen is
contractentoezichthouder bij Union. Hij is er ruim 30
jaar werkzaam. Voorheen bekleedde hij de functie
van boekhouder. Union en HydroScope werken nu
ongeveer 2,5 jaar samen. Peter en André vertellen
over hun werk, over de samenwerking met Hydro-
Scope en over legionellapreventie bij Union.
Hoe is de samenwerking met HydroScope tot
stand gekomen?
‘Een aantal jaren geleden kocht Union een monu-
mentale boerderij’, vertelt Peter. ‘Dat was boerderij
Dorpzigt te Zuid-Beijerland. De landbouwschuur van
de boerderij is omgevormd tot een multifunctioneel
centrum met een kleinschalig woonproject met zes
zorgplaatsen en een gezamenlijke woonkamer. Ook
is hier het consultatiebureau van Careyn gevestigd.
Er bevindt zich een kinderdagverblijf, peuterspeel-
André Gorissen is
projectleider Nieuw-
bouw & Herstructure-
ringsprojecten bij de
afdeling projectont-
wikkeling van Union.
Hij is ruim 29 jaar
werkzaam bij het
bedrijf. Zijn collega
Peter van Santen is
contractentoezicht-
houder bij Union.
Hij is er ruim 30 jaar
werkzaam. Voorheen
bekleedde hij de func-
tie van boekhouder.
We willen bij Union zo weinig mogelijk risico lopen. De deskundige adviezen van Arie zijn voor ons dan ook
erg waardevol
We verwachten in dit nieuws-magazine, onder andere, meer te weten te komen over wet- en regelgeving en we zouden die informatie graag naar de
praktijk vertaald zien
6 - H y d r o V i s i e
De samenwerking tussen Union en HydroScope
Union is een woningcorporatie die circa 5.200 woningen, garages en bedrijfspanden verhuurt in de gemeenten Oud-Beijerland, Korendijk
(Nieuw-Beijerland, Zuid-Beijerland, Piershil, Goudswaard) en Cromstrijen (Numansdorp en Klaaswaal). Bij het bedrijf zijn 60 mensen werkzaam. Ongeveer 5 jaar geleden is Union ontstaan uit een fusie van 3 woning-
corporaties: Woonstichting Volksbelang, Woningstichting Cromstrijen en Woningstichting Korendijk.
op een prettige en persoonlijke manier dingen
duidelijk en hij is voor ons het eerste aanspreekpunt.
De betrokkenheid van Arie bij Union is zowel
zakelijk als persoonlijk. We werken samen aan
een gezamenlijk doel.’
Wordt er veel waarde gehecht aan
de adviezen van HydroScope?
‘Jazeker, we willen bij Union zo weinig mogelijk risico
lopen’, zegt Peter. ‘De deskundige adviezen van Arie
zijn voor ons dan ook erg waardevol. We wisten
voorheen weinig van legionella. Zoals al eerder
gezegd, hadden we er weinig mee te maken. Nu
kunnen we in de ontwerpfase al zaken voorkomen,
waar we anders na de oplevering tegenaan zouden
kunnen lopen. Een uurtje in de week zijn we nu on-
geveer kwijt aan beheer. Maar daardoor wordt een
hoop narigheid voorkomen. We staan steeds vaker
stil bij de beleving van de eindgebruiker. Gezondheid
en veiligheid van de gebruikers gaat boven alles.’
Op welke punten zou HydroScope zich nog
kunnen verbeteren?
Peter: ‘We vinden het moeilijk om direct een punt te
noemen, maar wat wij erg belangrijk vinden, is pro-
jectoverdracht. Wanneer een adviseur bijvoorbeeld
voor een lange periode wegvalt, dan vinden wij het
belangrijk dat werk goed overgedragen wordt.’
Wat vinden jullie ervan dat HydroScope een
nieuwsmagazine gaat uitbrengen?
André: ‘Wij waarderen het initiatief. We verwachten
in dit nieuwsmagazine, onder andere, meer te weten
te komen over wet- en regelgeving. En we zouden
die informatie graag naar de praktijk vertaald zien.’
H y d r o V i s i e - 7
W O N I N G B O U W V E R E N I G I N G U N I O N
COLOFON
zaal, buitenschoolse opvang en een bibliotheek.
Daarnaast is er ruimte voor sociaal-cultureel werk,
waarin ook diverse cursussen gegeven worden, en
multifunctionele ruimte ‘De Til’, van de gemeente
Korendijk. In het oorspronkelijke woongedeelte is
een hospice ondergebracht, waar terminale patiënten
worden begeleid in hun laatste levensfase. Met legio-
nella hadden we nog weinig te maken gehad, totdat
er problemen kwamen met de installatie
van Dorpzigt. We zijn toen bij Arie Graus van Hydro-
Scope terechtgekomen. Hij heeft enkele monsters
genomen en er werden daadwerkelijk besmettingen
geconstateerd. Vervolgens zijn er veel beheersmaat-
regelen getroffen en we hebben veel aanpassingen
gedaan in de installatie. De besmetting was het
omslagpunt voor ons. Het was de eerste keer dat
we te maken hadden met een prioritaire instelling.
Voor deze periode verhuurden we alleen woningen.
Met een artikel over de zorgplicht en door de besmet-
tingen in Dorpzigt heeft Arie ons wakker geschud.’
Wat typeert de samenwerking met HydroScope?
‘HydroScope is voor ons Arie Graus’, aldus André.
‘Het bedrijf achter hem kennen we niet. Arie maakt
André Gorissen is projectleider Nieuwbouw &
Herstructureringsprojecten bij de afdeling project-
ontwikkeling van Union. Hij is ruim 29 jaar werk-
zaam bij het bedrijf. Zijn collega Peter van Santen is
contractentoezichthouder bij Union. Hij is er ruim 30
jaar werkzaam. Voorheen bekleedde hij de functie
van boekhouder. Union en HydroScope werken nu
ongeveer 2,5 jaar samen. Peter en André vertellen
over hun werk, over de samenwerking met Hydro-
Scope en over legionellapreventie bij Union.
Hoe is de samenwerking met HydroScope tot
stand gekomen?
‘Een aantal jaren geleden kocht Union een monu-
mentale boerderij’, vertelt Peter. ‘Dat was boerderij
Dorpzigt te Zuid-Beijerland. De landbouwschuur van
de boerderij is omgevormd tot een multifunctioneel
centrum met een kleinschalig woonproject met zes
zorgplaatsen en een gezamenlijke woonkamer. Ook
is hier het consultatiebureau van Careyn gevestigd.
Er bevindt zich een kinderdagverblijf, peuterspeel-
André Gorissen is
projectleider Nieuw-
bouw & Herstructure-
ringsprojecten bij de
afdeling projectont-
wikkeling van Union.
Hij is ruim 29 jaar
werkzaam bij het
bedrijf. Zijn collega
Peter van Santen is
contractentoezicht-
houder bij Union.
Hij is er ruim 30 jaar
werkzaam. Voorheen
bekleedde hij de func-
tie van boekhouder.
We willen bij Union zo weinig mogelijk risico lopen. De deskundige adviezen van Arie zijn voor ons dan ook
erg waardevol
We verwachten in dit nieuws-magazine, onder andere, meer te weten te komen over wet- en regelgeving en we zouden die informatie graag naar de
praktijk vertaald zien
6 - H y d r o V i s i e
De samenwerking tussen Union en HydroScope
Union is een woningcorporatie die circa 5.200 woningen, garages en bedrijfspanden verhuurt in de gemeenten Oud-Beijerland, Korendijk
(Nieuw-Beijerland, Zuid-Beijerland, Piershil, Goudswaard) en Cromstrijen (Numansdorp en Klaaswaal). Bij het bedrijf zijn 60 mensen werkzaam. Ongeveer 5 jaar geleden is Union ontstaan uit een fusie van 3 woning-
corporaties: Woonstichting Volksbelang, Woningstichting Cromstrijen en Woningstichting Korendijk.
op een prettige en persoonlijke manier dingen
duidelijk en hij is voor ons het eerste aanspreekpunt.
De betrokkenheid van Arie bij Union is zowel
zakelijk als persoonlijk. We werken samen aan
een gezamenlijk doel.’
Wordt er veel waarde gehecht aan
de adviezen van HydroScope?
‘Jazeker, we willen bij Union zo weinig mogelijk risico
lopen’, zegt Peter. ‘De deskundige adviezen van Arie
zijn voor ons dan ook erg waardevol. We wisten
voorheen weinig van legionella. Zoals al eerder
gezegd, hadden we er weinig mee te maken. Nu
kunnen we in de ontwerpfase al zaken voorkomen,
waar we anders na de oplevering tegenaan zouden
kunnen lopen. Een uurtje in de week zijn we nu on-
geveer kwijt aan beheer. Maar daardoor wordt een
hoop narigheid voorkomen. We staan steeds vaker
stil bij de beleving van de eindgebruiker. Gezondheid
en veiligheid van de gebruikers gaat boven alles.’
Op welke punten zou HydroScope zich nog
kunnen verbeteren?
Peter: ‘We vinden het moeilijk om direct een punt te
noemen, maar wat wij erg belangrijk vinden, is pro-
jectoverdracht. Wanneer een adviseur bijvoorbeeld
voor een lange periode wegvalt, dan vinden wij het
belangrijk dat werk goed overgedragen wordt.’
Wat vinden jullie ervan dat HydroScope een
nieuwsmagazine gaat uitbrengen?
André: ‘Wij waarderen het initiatief. We verwachten
in dit nieuwsmagazine, onder andere, meer te weten
te komen over wet- en regelgeving. En we zouden
die informatie graag naar de praktijk vertaald zien.’
H y d r o V i s i e - 7
W O N I N G B O U W V E R E N I G I N G U N I O N
COLOFON
‘Met de hele watersector hebben we de afgelopen jaren keihard gewerkt’
W I L L S C H E F F E R , L E G I O N E L L A D E S K U N D I G E :dat ik in dienst zat, had ik tijd over. In die tijd heb ik veel
geschreven over mijn vak. Ik heb toen geprobeerd een
artikel te maken en op te sturen naar een vaktijdschrift.
Dit sloeg gelijk aan. Mijn eerste artikel werd op 8 mei
1970 gepubliceerd. Ik heb ongeveer 1.500 artikelen
geschreven.’
U zult volgend jaar met vervroegd pensioen gaan.
Hoe zal uw vertrek worden opgevangen?
‘Er komt een vervanger, maar helaas is deze er nog
niet. Zelf heb ik anderhalf jaar geleden al concrete
plannen voorgelegd over de overname. Ik wilde graag
de nieuwe medewerker een jaar de tijd geven om op
te bouwen, waardoor ik zou kunnen afbouwen. Door
allerlei omstandigheden zijn die plannen uitgesteld.
Als het allemaal meezit, begint de beoogde kandidaat
op 1 december. Als het die persoon gaat worden, heb
ik erg veel vertrouwen in een vloeiende overname.
Het belangrijkste is dat er continuering van mijn taken
kan plaatsvinden.’
Sinds het jaar 2000 is er op het gebied van legionella
veel veranderd. Hoe hebt u dit ervaren?
‘In het voorjaar 1999, toen we werden geconfronteerd
met de grootste legionella-epidemie ter wereld,
verantwoordelijk voor de hele ontwerpafdeling en cal-
culatie. Toen ik 29 was, ben ik directeur geworden van
het bedrijf. In 1995 heb ik de overstap gemaakt naar de
brancheorganisatie. Niet uit onvrede, maar omdat ik het
werken aan de ontwikkeling van het vakgebied ontzet-
tend interessant vond. Met leidinggeven van een bedrijf
ben je vooral bezig met managementtaken en kun je je
minder op je vakgebied concentreren.
Dat vond ik jammer. Vooral door zelfstudie heb ik me
op mijn vakgebied weten te ontwikkelen. In de periode
Will Scheffer is
beleidsmedewerker
bij UNETO-VNI en is
verantwoordelijk voor
de sanitaire techniek.
De sanitaire techniek
kent een drietal
deelgebieden: de
aanvoer van water, de
sanitaire faciliteiten
en de afvoer
van water.
Niemand in de hele water-sector heeft zich ooit gereali-
seerd wat de impact van een dergelijke epidemie is. We werden wakker geschud
8 - H y d r o V i s i e
Een gesprek met legionelladeskundige Will Scheffer
Kunt u wat vertellen over uw werkzaamheden
bij UNETO-VNI?
‘Als beleidsmedewerker bij UNETO-VNI ben ik ver-
antwoordelijk voor de sanitaire techniek. De sanitaire
techniek kent een drietal deelgebieden: de aanvoer
van water, de sanitaire faciliteiten en de afvoer van
water. Mijn taak als beleidsmedewerker is zorgen dat
de normen, voorschriften en richtlijnen die voor deze
vakgebieden worden gemaakt, zo goed mogelijk
aansluiten bij de beleving van onze leden.’
Bent u hier al lang werkzaam en kunt u wat
vertellen over uw carrière?
‘UNETO-VNI is voortgekomen uit een fusie van
UNETO en VNI in 2002. VNI was de brancheorgani-
satie voor klimaat- en sanitairinstallateurs. UNETO
voor de elektra-installateurs. Ik werk zelf bij VNI
sinds 1995. Als zestienjarige ben ik begonnen in een
loodgietersbedrijf als leerling-tekenaar. Ik kon daar vrij
snel carrière maken. Toen ik 19/20 jaar was, was ik al
kwamen er al snel vragen los bij mensen. Vragen
als: hoe had dit kunnen gebeuren? Ook bij ons als
brancheorganisatie rezen dergelijke vragen. Dat je
je aan bepaalde regels moest houden, was altijd al
wel bekend, maar niemand in de hele watersector
heeft zich ooit gerealiseerd wat de impact van een
dergelijke epidemie is. We werden wakker geschud.
De toenmalige minister van VROM, Jan Pronk, heeft
toen gezorgd dat er een noodwet kwam. Deze is
later bekend geworden als de Tijdelijke Regeling
Legionellapreventie. Achteraf gezien is het heel knap
geweest hoe alle organisaties binnen de watersector
de krachten hebben gebundeld om te komen tot een
wetgeving en een handleiding voor die wetgeving.
Partijen als VROM, KIWA, de waterleidingbedrijven, het
Ministerie van Volksgezondheid, TNO, UNETO-VNI en
ISSO hebben met elkaar echt keihard gewerkt om zo
snel mogelijk tot invulling te komen van die wetgeving
en de bijhorende handleiding. Tot vandaag is het nog
steeds zo: binnen de watersector weten de partijen
elkaar goed te vinden.’ ‘In 2000 werd de tijdelijke
regeling van kracht’, vervolgt Will na een denkpauze.
‘In die handleiding kwamen een aantal zaken te staan
die voor de installatiesector toch weer nieuw waren.
De grote lijnen waren wel bekend, maar we werden
gedwongen gedetailleerder te gaan kijken. Het hele
begrip van een risicoanalyse maken en beheersplan
opstellen was volkomen nieuw. Het heeft een enorme
impuls gegeven aan het vakgebied. Als installatie-
branche UNETO-VNI hebben we toentertijd de
mogelijkheid gekregen om veel te investeren in
nieuwe kennis. Als je de afgelopen tien jaar bekijkt, is
er op het gebied van kennis veel tot stand gekomen.
Zelfs dit jaar is weer een recordjaar aan nieuwe
publicaties die op het gebied van legionella beschik-
baar komen. Toch is er ook een klein moment van
frustratie opgetreden. Wij dachten dat we veel op
papier hadden staan en dat men die kennis ook wel
tot zich zou nemen, totdat we te maken kregen met
een aantal rapporten van het RIVM. Daar is gekeken
naar de resultaten van de wetgeving en hoe het in
de praktijk gaat met betrekking tot legionellapreventie
en het zorgen voor veilige installaties. Die rapporten
zagen er niet best uit. Uit in 2005 uitgevoerde
controles bleek dat het merendeel van de installaties
niet voldeed. Nou mag je dat zeker niet allemaal
toeschrijven aan de installatiebedrijven. Heel veel
heeft ook te maken met de bestaande installaties die
UNETO-VNI is de ondernemersorganisatie voor de installatiebranche en de technische detailhandel. Legionelladeskundige Will Scheffer is beleidsmedewerker bij UNETO-VNI. In dit interview vertelt hij over zijn carrière, over zijn werkzaamheden en over de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van wet- en regelgeving in de installatiebranche.
H y d r o V i s i e - 9
COLOFON
‘Met de hele watersector hebben we de afgelopen jaren keihard gewerkt’
W I L L S C H E F F E R , L E G I O N E L L A D E S K U N D I G E :dat ik in dienst zat, had ik tijd over. In die tijd heb ik veel
geschreven over mijn vak. Ik heb toen geprobeerd een
artikel te maken en op te sturen naar een vaktijdschrift.
Dit sloeg gelijk aan. Mijn eerste artikel werd op 8 mei
1970 gepubliceerd. Ik heb ongeveer 1.500 artikelen
geschreven.’
U zult volgend jaar met vervroegd pensioen gaan.
Hoe zal uw vertrek worden opgevangen?
‘Er komt een vervanger, maar helaas is deze er nog
niet. Zelf heb ik anderhalf jaar geleden al concrete
plannen voorgelegd over de overname. Ik wilde graag
de nieuwe medewerker een jaar de tijd geven om op
te bouwen, waardoor ik zou kunnen afbouwen. Door
allerlei omstandigheden zijn die plannen uitgesteld.
Als het allemaal meezit, begint de beoogde kandidaat
op 1 december. Als het die persoon gaat worden, heb
ik erg veel vertrouwen in een vloeiende overname.
Het belangrijkste is dat er continuering van mijn taken
kan plaatsvinden.’
Sinds het jaar 2000 is er op het gebied van legionella
veel veranderd. Hoe hebt u dit ervaren?
‘In het voorjaar 1999, toen we werden geconfronteerd
met de grootste legionella-epidemie ter wereld,
verantwoordelijk voor de hele ontwerpafdeling en cal-
culatie. Toen ik 29 was, ben ik directeur geworden van
het bedrijf. In 1995 heb ik de overstap gemaakt naar de
brancheorganisatie. Niet uit onvrede, maar omdat ik het
werken aan de ontwikkeling van het vakgebied ontzet-
tend interessant vond. Met leidinggeven van een bedrijf
ben je vooral bezig met managementtaken en kun je je
minder op je vakgebied concentreren.
Dat vond ik jammer. Vooral door zelfstudie heb ik me
op mijn vakgebied weten te ontwikkelen. In de periode
Will Scheffer is
beleidsmedewerker
bij UNETO-VNI en is
verantwoordelijk voor
de sanitaire techniek.
De sanitaire techniek
kent een drietal
deelgebieden: de
aanvoer van water, de
sanitaire faciliteiten
en de afvoer
van water.
Niemand in de hele water-sector heeft zich ooit gereali-
seerd wat de impact van een dergelijke epidemie is. We werden wakker geschud
8 - H y d r o V i s i e
Een gesprek met legionelladeskundige Will Scheffer
Kunt u wat vertellen over uw werkzaamheden
bij UNETO-VNI?
‘Als beleidsmedewerker bij UNETO-VNI ben ik ver-
antwoordelijk voor de sanitaire techniek. De sanitaire
techniek kent een drietal deelgebieden: de aanvoer
van water, de sanitaire faciliteiten en de afvoer van
water. Mijn taak als beleidsmedewerker is zorgen dat
de normen, voorschriften en richtlijnen die voor deze
vakgebieden worden gemaakt, zo goed mogelijk
aansluiten bij de beleving van onze leden.’
Bent u hier al lang werkzaam en kunt u wat
vertellen over uw carrière?
‘UNETO-VNI is voortgekomen uit een fusie van
UNETO en VNI in 2002. VNI was de brancheorgani-
satie voor klimaat- en sanitairinstallateurs. UNETO
voor de elektra-installateurs. Ik werk zelf bij VNI
sinds 1995. Als zestienjarige ben ik begonnen in een
loodgietersbedrijf als leerling-tekenaar. Ik kon daar vrij
snel carrière maken. Toen ik 19/20 jaar was, was ik al
kwamen er al snel vragen los bij mensen. Vragen
als: hoe had dit kunnen gebeuren? Ook bij ons als
brancheorganisatie rezen dergelijke vragen. Dat je
je aan bepaalde regels moest houden, was altijd al
wel bekend, maar niemand in de hele watersector
heeft zich ooit gerealiseerd wat de impact van een
dergelijke epidemie is. We werden wakker geschud.
De toenmalige minister van VROM, Jan Pronk, heeft
toen gezorgd dat er een noodwet kwam. Deze is
later bekend geworden als de Tijdelijke Regeling
Legionellapreventie. Achteraf gezien is het heel knap
geweest hoe alle organisaties binnen de watersector
de krachten hebben gebundeld om te komen tot een
wetgeving en een handleiding voor die wetgeving.
Partijen als VROM, KIWA, de waterleidingbedrijven, het
Ministerie van Volksgezondheid, TNO, UNETO-VNI en
ISSO hebben met elkaar echt keihard gewerkt om zo
snel mogelijk tot invulling te komen van die wetgeving
en de bijhorende handleiding. Tot vandaag is het nog
steeds zo: binnen de watersector weten de partijen
elkaar goed te vinden.’ ‘In 2000 werd de tijdelijke
regeling van kracht’, vervolgt Will na een denkpauze.
‘In die handleiding kwamen een aantal zaken te staan
die voor de installatiesector toch weer nieuw waren.
De grote lijnen waren wel bekend, maar we werden
gedwongen gedetailleerder te gaan kijken. Het hele
begrip van een risicoanalyse maken en beheersplan
opstellen was volkomen nieuw. Het heeft een enorme
impuls gegeven aan het vakgebied. Als installatie-
branche UNETO-VNI hebben we toentertijd de
mogelijkheid gekregen om veel te investeren in
nieuwe kennis. Als je de afgelopen tien jaar bekijkt, is
er op het gebied van kennis veel tot stand gekomen.
Zelfs dit jaar is weer een recordjaar aan nieuwe
publicaties die op het gebied van legionella beschik-
baar komen. Toch is er ook een klein moment van
frustratie opgetreden. Wij dachten dat we veel op
papier hadden staan en dat men die kennis ook wel
tot zich zou nemen, totdat we te maken kregen met
een aantal rapporten van het RIVM. Daar is gekeken
naar de resultaten van de wetgeving en hoe het in
de praktijk gaat met betrekking tot legionellapreventie
en het zorgen voor veilige installaties. Die rapporten
zagen er niet best uit. Uit in 2005 uitgevoerde
controles bleek dat het merendeel van de installaties
niet voldeed. Nou mag je dat zeker niet allemaal
toeschrijven aan de installatiebedrijven. Heel veel
heeft ook te maken met de bestaande installaties die
UNETO-VNI is de ondernemersorganisatie voor de installatiebranche en de technische detailhandel. Legionelladeskundige Will Scheffer is beleidsmedewerker bij UNETO-VNI. In dit interview vertelt hij over zijn carrière, over zijn werkzaamheden en over de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van wet- en regelgeving in de installatiebranche.
H y d r o V i s i e - 9
1 0 - H y d r o V i s i e
slecht beheerd worden. Het zijn dus eigenaren van installaties
die daar in eerste instantie op aangesproken moeten worden.
Maar, toegegeven, ook de nieuwe installaties bleken lang niet
altijd in orde te zijn. Dat vonden wij toch erg jammer. Tege-
lijkertijd realiseerden wij ons dat de rapporten, die pas medio
2007 beschikbaar kwamen, om een onderzoek gingen uit
2005. We concludeerden dat we op papier veel hadden bereikt,
maar dat dit blijkbaar nog niet in de praktijk tot uiting was
gekomen. Daarom hebben we een actieplan gemaakt:
het Actieplan Veilige Leidingwaterinstallaties.’
Het Actieplan Veilige Leidingwaterinstallaties?
‘De installatiesector, UNETO-VNI, personenvereniging TVVL en ISSO
werken samen aan een Actieplan Veilige Leidingwaterinstallaties.
Ze zijn van start gegaan in augustus 2007. In december 2008 moet
het plan voltooid zijn. Het bestaat uit verschillende activiteiten.
De eerste activiteit was het ontwikkelen van het zogeheten
Kleintje Legionellapreventie: een handzaam boekje voor monteurs.
De kennis bleef vaak in de bovenlagen van de installatiebedrijven
hangen. We hebben geleerd dat je nog zulke goede kennisdocumen-
ten en afspraken kunt hebben, maar 1 klein foutje op de werkvloer
kan alles veranderen. Daarom hebben we ons toegelegd op het
maken van een zakboekje. Het boekje is toegankelijk voor installateur
en monteur. Met fi nanciële hulp van Het Opleidings- en ontwikke-
lingsfonds voor het Technisch Installatiebedrijf is ervoor gezorgd
dat elk erkend installatiebedrijf een Kleintje Legionellapreventie
kreeg. Het is belangrijk dat iedere monteur zo’n zakboekje krijgt.
Ik schat dat er zo’n 15000 exemplaren verkocht zijn.’
Is het succes van ‘Kleintje Legionella’ al merkbaar?
‘We kunnen dat nu nog niet meten. Wat we wel kunnen meten is
hoeveel mensen dit boekje hebben. Het boekje moet echter ook
gelezen worden. Daarom zijn instructiebijeenkomsten ontwikkeld.
Dat zijn landelijke instructiebijeenkomsten waarin Kleintje Legio-
nellapreventie is toegelicht, samen met de relevante Waterwerk-
bladen 1.4G en 3.8, met alle beheers- en onderhoudsaspecten en
de beveiligingstoestellen. Deze instructiebijeenkomsten worden
afgesloten met een soort CITO-toets. De bijeenkomsten lopen goed,
maar kunnen beter. Er zijn tienduizenden monteurs, maar het aantal
deelnemers tot op heden is 600 à 700. Dat vinden we tegenvallen.
In principe zijn de bijeenkomsten voor 1 jaar gepland. Daarna is het
de bedoeling dat ze geëvalueerd worden en dat de eindresultaten
beschikbaar gesteld worden aan reguliere opleidingsinstituten.
De bedoeling is dat er een permanente opleiding komt die installa-
teurs kunnen volgen. Dat is tevens een onderdeel van het actieplan.’
Richt het actieplan zich alleen op monteurs en installateurs?
‘Nee, we hebben ook te maken met adviseurs in legionellapreventie.
Zij hebben ook een opleidingsmogelijkheid. Er zijn drie instituten:
Kenteq, KIWA en de Stichting Wateropleidingen die cursussen geven
voor het uitvoeren van een risicoanalyse, het opstellen van een
beheersplan en het maken van een logboek. Omdat er ontzettend
veel gewijzigd is in wet- en regelgeving zijn deze cursussen gescreend
door onafhankelijke deskundigen. Er bleken bij diverse cursussen
aanpassingen nodig en die zijn inmiddels dan ook doorgevoerd. Wij
ontwikkelen overigens ook een cursus in samenwerking met Stichting
Wateropleiding. Een cursus met examen voor het beheer en onder-
houd van een collectieve leidingwaterinstallatie. Deze is gekoppeld
aan een nieuwe publicatie: ISSO 55.5. Deze moest eerst ontwikkeld
worden. De ontwikkeling is door TVVL en UNETO-VNI gefaciliteerd.
ISSO was er uiteraard ook bij betrokken. De ISSO-publicatie 55.5 is nu
in concept gereed. Eind deze maand hopen we dat de Raad van Bege-
leiding van ISSO kan instemmen met het concept 55.5. Hetzelfde geldt
voor publicatie 55.4 die over alternatieve preventietechnieken gaat. De
ontwikkeling daarvan hebben we parallel laten lopen aan de totstand-
koming van de KIWA Beoordelingsrichtlijnen voor de apparaten van
alternatieve technieken.’
Verder nog activiteiten omtrent het actieplan?
‘De laatste activiteit waar nog heel hard aan gewerkt wordt, is een IS-
SO-SBR publicatie. SBR is het kennisinstituut voor de bouwsector. ISSO
heeft van ons de opdracht gekregen om samen met SBR integrale
oplossingen op papier te zetten zodat ongewenste opwarming van
drinkwater voorkomen wordt. Integraal, daarmee bedoelen we: vanuit
de bouwkundige kant, vanuit de verwarmingstechniek én vanuit de
waterleidingtechniek. Want wij kunnen dat probleem alleen onmogelijk
oplossen. Dat kunnen alleen alle betrokkenen samen. Slechts dan zijn
we in staat om installaties te realiseren waarin ongewenste opwar-
ming niet of slechts beperkt zal voorkomen. Hieraan wordt momenteel
nog heel hard gewerkt. Zo hebben we een pakket van allemaal nieuwe
publicaties. Dat moet dan allemaal dit jaar klaar zijn, want het actiepro-
gramma loopt december 2008 af.’
Bent u tevreden over het verloop van het actieplan tot dusver?
‘Over de resultaten ben ik erg tevreden. Er is keihard gewerkt en ook
ISSO verdient een compliment. Ook TVVL, de mensen in werkgroepen,
diverse rapporteurs, hebben jaarrond keihard gewerkt. Ik ben over het
totale resultaat heel enthousiast. Het belangrijkst is dat we over een
paar jaar kunnen zeggen: het is allemaal onder controle; legionella is
beheersbaar. We zien gelukkig het aantal meldingen in de registratie
van legionella teruglopen. Ik kan en ik mag helemaal niet zeggen dat
dit door onze inspanningen komt, maar ongeacht de
oorzaak: het aantal legionella-uitbraken loopt terug.
Dat is goed nieuws. Een ramp als in 1999 mag niet
nogmaals gebeuren. Legionella is iets dat altijd dreigt
en daar moet op gehamerd worden.’
Wat vindt u van onafhankelijke adviesbureaus als
HydroScope?
‘Zolang adviesbureaus zich alleen op het terrein
bevinden om te adviseren, kan er nog wel eens een
heel goede samenwerking tot stand komen. Ik besef
dat er installatiebedrijven zijn die moeite hadden al
die processen en ontwikkelingen te volgen én dat zij
de nodige steun konden krijgen bij de adviesbureaus.
In eerste instantie ben ik wat argwanend geweest
tegenover adviesbureaus. Later hebben we gezegd:
we pakken het anders aan. Nu ben ik van mening dat
adviesbureaus en installatiebedrijven elkaar tot steun
zijn. En die wederzijdse steun is hard nodig, vanwege
de terugtrekkende beweging van het waterleidingbe-
drijf, die zo’n twintig jaar geleden werd ingezet.
Een beweging, overigens, die ik altijd heb betreurd.
Ik ben altijd een voorstander geweest van de contro-
lerende taak van de waterleidingbedrijven. Ik ben dan
ook blij dat in het Waterleidingbesluit de controletaak
van de waterleidingbedrijven is opgenomen.’
Wat is het hoogtepunt in uw carrière geweest, terug-
kijkend op al die jaren?
‘Er zijn meerdere hoogtepunten waar ik trots op ben.
Ik heb een aantal mooie prijzen mogen ontvangen.
Mijn eerste, mooie prijs was de gouden TVVL-penning
in 1999. Deze prijs wordt eens in de vijf jaar uitgereikt
aan iemand die zich op een bijzondere manier heeft
onderscheiden op het gebied van wetenschap en tech-
niek binnen de installatiesector. Ook heb ik de Legio-
nella Award ontvangen. Deze is tot op heden nog maar
twee keer uitgereikt. Ik heb deze in december 2006
mogen ontvangen. Heel bijzonder aan deze prijs is dat
deze wordt uitgereikt door de Stichting Veteranenziek-
te, dus door de slachtoffers zelf. Ruim een jaar geleden
werd ik nogmaals verrast. Toen kreeg ik de BJ Max-prijs,
een jaarlijkse prijs die een stichting ter bevordering
van wetenschap en techniek uitreikt aan iemand uit de
installatiesector. Die prijzen zijn erg bijzonder voor mij.
Ze zijn blijken van waardering voor je werk.’
We hebben geleerd dat je nog zulke goede kennisdocumenten
en afspraken kunt hebben, maar één klein foutje op de werkvloer
kan alles veranderen
H y d r o V i s i e - 1 1
1 0 - H y d r o V i s i e
slecht beheerd worden. Het zijn dus eigenaren van installaties
die daar in eerste instantie op aangesproken moeten worden.
Maar, toegegeven, ook de nieuwe installaties bleken lang niet
altijd in orde te zijn. Dat vonden wij toch erg jammer. Tege-
lijkertijd realiseerden wij ons dat de rapporten, die pas medio
2007 beschikbaar kwamen, om een onderzoek gingen uit
2005. We concludeerden dat we op papier veel hadden bereikt,
maar dat dit blijkbaar nog niet in de praktijk tot uiting was
gekomen. Daarom hebben we een actieplan gemaakt:
het Actieplan Veilige Leidingwaterinstallaties.’
Het Actieplan Veilige Leidingwaterinstallaties?
‘De installatiesector, UNETO-VNI, personenvereniging TVVL en ISSO
werken samen aan een Actieplan Veilige Leidingwaterinstallaties.
Ze zijn van start gegaan in augustus 2007. In december 2008 moet
het plan voltooid zijn. Het bestaat uit verschillende activiteiten.
De eerste activiteit was het ontwikkelen van het zogeheten
Kleintje Legionellapreventie: een handzaam boekje voor monteurs.
De kennis bleef vaak in de bovenlagen van de installatiebedrijven
hangen. We hebben geleerd dat je nog zulke goede kennisdocumen-
ten en afspraken kunt hebben, maar 1 klein foutje op de werkvloer
kan alles veranderen. Daarom hebben we ons toegelegd op het
maken van een zakboekje. Het boekje is toegankelijk voor installateur
en monteur. Met fi nanciële hulp van Het Opleidings- en ontwikke-
lingsfonds voor het Technisch Installatiebedrijf is ervoor gezorgd
dat elk erkend installatiebedrijf een Kleintje Legionellapreventie
kreeg. Het is belangrijk dat iedere monteur zo’n zakboekje krijgt.
Ik schat dat er zo’n 15000 exemplaren verkocht zijn.’
Is het succes van ‘Kleintje Legionella’ al merkbaar?
‘We kunnen dat nu nog niet meten. Wat we wel kunnen meten is
hoeveel mensen dit boekje hebben. Het boekje moet echter ook
gelezen worden. Daarom zijn instructiebijeenkomsten ontwikkeld.
Dat zijn landelijke instructiebijeenkomsten waarin Kleintje Legio-
nellapreventie is toegelicht, samen met de relevante Waterwerk-
bladen 1.4G en 3.8, met alle beheers- en onderhoudsaspecten en
de beveiligingstoestellen. Deze instructiebijeenkomsten worden
afgesloten met een soort CITO-toets. De bijeenkomsten lopen goed,
maar kunnen beter. Er zijn tienduizenden monteurs, maar het aantal
deelnemers tot op heden is 600 à 700. Dat vinden we tegenvallen.
In principe zijn de bijeenkomsten voor 1 jaar gepland. Daarna is het
de bedoeling dat ze geëvalueerd worden en dat de eindresultaten
beschikbaar gesteld worden aan reguliere opleidingsinstituten.
De bedoeling is dat er een permanente opleiding komt die installa-
teurs kunnen volgen. Dat is tevens een onderdeel van het actieplan.’
Richt het actieplan zich alleen op monteurs en installateurs?
‘Nee, we hebben ook te maken met adviseurs in legionellapreventie.
Zij hebben ook een opleidingsmogelijkheid. Er zijn drie instituten:
Kenteq, KIWA en de Stichting Wateropleidingen die cursussen geven
voor het uitvoeren van een risicoanalyse, het opstellen van een
beheersplan en het maken van een logboek. Omdat er ontzettend
veel gewijzigd is in wet- en regelgeving zijn deze cursussen gescreend
door onafhankelijke deskundigen. Er bleken bij diverse cursussen
aanpassingen nodig en die zijn inmiddels dan ook doorgevoerd. Wij
ontwikkelen overigens ook een cursus in samenwerking met Stichting
Wateropleiding. Een cursus met examen voor het beheer en onder-
houd van een collectieve leidingwaterinstallatie. Deze is gekoppeld
aan een nieuwe publicatie: ISSO 55.5. Deze moest eerst ontwikkeld
worden. De ontwikkeling is door TVVL en UNETO-VNI gefaciliteerd.
ISSO was er uiteraard ook bij betrokken. De ISSO-publicatie 55.5 is nu
in concept gereed. Eind deze maand hopen we dat de Raad van Bege-
leiding van ISSO kan instemmen met het concept 55.5. Hetzelfde geldt
voor publicatie 55.4 die over alternatieve preventietechnieken gaat. De
ontwikkeling daarvan hebben we parallel laten lopen aan de totstand-
koming van de KIWA Beoordelingsrichtlijnen voor de apparaten van
alternatieve technieken.’
Verder nog activiteiten omtrent het actieplan?
‘De laatste activiteit waar nog heel hard aan gewerkt wordt, is een IS-
SO-SBR publicatie. SBR is het kennisinstituut voor de bouwsector. ISSO
heeft van ons de opdracht gekregen om samen met SBR integrale
oplossingen op papier te zetten zodat ongewenste opwarming van
drinkwater voorkomen wordt. Integraal, daarmee bedoelen we: vanuit
de bouwkundige kant, vanuit de verwarmingstechniek én vanuit de
waterleidingtechniek. Want wij kunnen dat probleem alleen onmogelijk
oplossen. Dat kunnen alleen alle betrokkenen samen. Slechts dan zijn
we in staat om installaties te realiseren waarin ongewenste opwar-
ming niet of slechts beperkt zal voorkomen. Hieraan wordt momenteel
nog heel hard gewerkt. Zo hebben we een pakket van allemaal nieuwe
publicaties. Dat moet dan allemaal dit jaar klaar zijn, want het actiepro-
gramma loopt december 2008 af.’
Bent u tevreden over het verloop van het actieplan tot dusver?
‘Over de resultaten ben ik erg tevreden. Er is keihard gewerkt en ook
ISSO verdient een compliment. Ook TVVL, de mensen in werkgroepen,
diverse rapporteurs, hebben jaarrond keihard gewerkt. Ik ben over het
totale resultaat heel enthousiast. Het belangrijkst is dat we over een
paar jaar kunnen zeggen: het is allemaal onder controle; legionella is
beheersbaar. We zien gelukkig het aantal meldingen in de registratie
van legionella teruglopen. Ik kan en ik mag helemaal niet zeggen dat
dit door onze inspanningen komt, maar ongeacht de
oorzaak: het aantal legionella-uitbraken loopt terug.
Dat is goed nieuws. Een ramp als in 1999 mag niet
nogmaals gebeuren. Legionella is iets dat altijd dreigt
en daar moet op gehamerd worden.’
Wat vindt u van onafhankelijke adviesbureaus als
HydroScope?
‘Zolang adviesbureaus zich alleen op het terrein
bevinden om te adviseren, kan er nog wel eens een
heel goede samenwerking tot stand komen. Ik besef
dat er installatiebedrijven zijn die moeite hadden al
die processen en ontwikkelingen te volgen én dat zij
de nodige steun konden krijgen bij de adviesbureaus.
In eerste instantie ben ik wat argwanend geweest
tegenover adviesbureaus. Later hebben we gezegd:
we pakken het anders aan. Nu ben ik van mening dat
adviesbureaus en installatiebedrijven elkaar tot steun
zijn. En die wederzijdse steun is hard nodig, vanwege
de terugtrekkende beweging van het waterleidingbe-
drijf, die zo’n twintig jaar geleden werd ingezet.
Een beweging, overigens, die ik altijd heb betreurd.
Ik ben altijd een voorstander geweest van de contro-
lerende taak van de waterleidingbedrijven. Ik ben dan
ook blij dat in het Waterleidingbesluit de controletaak
van de waterleidingbedrijven is opgenomen.’
Wat is het hoogtepunt in uw carrière geweest, terug-
kijkend op al die jaren?
‘Er zijn meerdere hoogtepunten waar ik trots op ben.
Ik heb een aantal mooie prijzen mogen ontvangen.
Mijn eerste, mooie prijs was de gouden TVVL-penning
in 1999. Deze prijs wordt eens in de vijf jaar uitgereikt
aan iemand die zich op een bijzondere manier heeft
onderscheiden op het gebied van wetenschap en tech-
niek binnen de installatiesector. Ook heb ik de Legio-
nella Award ontvangen. Deze is tot op heden nog maar
twee keer uitgereikt. Ik heb deze in december 2006
mogen ontvangen. Heel bijzonder aan deze prijs is dat
deze wordt uitgereikt door de Stichting Veteranenziek-
te, dus door de slachtoffers zelf. Ruim een jaar geleden
werd ik nogmaals verrast. Toen kreeg ik de BJ Max-prijs,
een jaarlijkse prijs die een stichting ter bevordering
van wetenschap en techniek uitreikt aan iemand uit de
installatiesector. Die prijzen zijn erg bijzonder voor mij.
Ze zijn blijken van waardering voor je werk.’
We hebben geleerd dat je nog zulke goede kennisdocumenten
en afspraken kunt hebben, maar één klein foutje op de werkvloer
kan alles veranderen
H y d r o V i s i e - 1 1
8 - H y d r o V i s i e
COLOFONHydroVisie verschijnt 2x per jaar.
Wilt u reageren? U kunt uw reactie sturen naar: HydroScope, Postbus 3238, 4800 DE BredaOf mail naar: [email protected]
Redactie: Sylvia Bennaars, Henk Peelen, Arie Graus, Kevin Kanters, Joyce Michielsen
Nummer: Nummer 1, oktober 2008Oplage: 1500 stuks
Fotografi e: Arie GrausOntwerp: Scheepens reclame adviseursDrukwerk: Lecturis Grafi groep
HYDROSCOPEHydroScope maakt voor bedrijven en instellingen de totale waterhuishouding beheersbaar. Waterkwaliteit,- veiligheid en kostenbesparing zijn dan ook de basiselementen van ons advies. Als onafhankelijke en betrouwbare partner staan wij persoonlijk voor u klaar.
HYDROSCOPE BVMinervum 7181, 4817 ZN BredaPostbus 3238, 4800 DE BredaTelefoon: + 31 (0) 76-572 77 87Fax: +31 )0)76-572 77 77Internet: www.hydroscope.nle-mail: [email protected]