innoveer! nr3 2010
DESCRIPTION
Innoveer brengt innovatie in de praktijk.TRANSCRIPT
Cabin crewprepare for start-up ... !
innoveer!Innovatie in de praktijk › nr 03 2010
Pierre Wind aan de innovatielat › Kenniseconomie in de praktijk › Boot als dvd’tje › 16 pagina’s NEDERLAND KENNISLAND? › Van schoorsteenbouwer tot CO2- specialist
‹
INN03-DEF.indd 1 08-11-10 08:27
Energie Onderzoeksubsidie Dé snelle route naar energie-innovatie voor de MKB-er met een goed idee.www.agentschapnl.nl/eosT +3 1 (0) 88 602 92 00
INN02-DEF.indd 4 10-08-10 14:46 INN03-DEF.indd 3 10-11-10 17:53
VOORWOORD
en nieuwe Gouden Eeuw voor Nederland breekt
aan. Wishful thinking? Nee, feit. Er is groot elan
op het terrein van de bio-based economy. De roep
om verduurzaming van producten wordt wereldwijd
steeds groter en Nederland heeft alles in huis om
een belangrijke rol te blijven spelen bij de ontwik-
keling van deze bio-based technologies. De chemie
staat aan de vooravond van een revolutie. In steeds
meer productiesectoren is ‘groen’, dus duurzaam
hergebruik, recyclebaarheid en cradle to cradle de
basis voor productontwikkeling. De kansen voor ons
land zijn legio: ondanks de achteruitgang van ons
technisch onderwijs is het kennisniveau, met name
op de universiteiten, in Nederland nog steeds hoog.
Verder hebben wij ondanks de fi leproblemen een
goede infrastructuur. Ook kan men positief zijn over
de rol die de overheid speelt. Met allerlei grootscha-
lige initiatieven, waarbij de wetenschap samen met
het bedrijfsleven werkt aan doorbraken in de pro-
ductie van innovatieve high performance materialen,
-chemicaliën en -processen op basis van biomassa,
probeert ze de bio-based economy vooruit te helpen.
Verder zijn we een ondernemend land. Nederlanders
ontdekken graag, vinden graag iets uit. Ook op het
vlak van materialen.
ijn er knelpunten? Natuurlijk. Als je innovatieve
stappen wilt zetten, dan moet je kennis durven
delen. Het volledig mijden van risico is hierbij onmo-
gelijk. Samenwerken en co-produceren zijn essentieel
om nieuwe ontwikkelingen mogelijk te maken. Dat
is in het bedrijfsleven nog niet vanzelfsprekend.
Bedrijfsjuristen dringen in de regel aan om vindingen
te patenteren, of geheim te houden, waarna er ver-
volgens vaak niets mee gebeurt. Verder zullen we de
maakindustrie van een beter imago moeten voorzien.
Jonge mensen moeten weer gretig worden om een
echt specialistisch vak te leren. We hebben behoefte
aan een lts en een mts oude stijl. Zonder makers
komen we niet verder. Ook de overheid kan een
steentje bijdragen door bio-based products aantrekke-
lijk te maken. Bijvoorbeeld door duurzame producten
minder zwaar te belasten, zoals nu met de bijtelling
van schone en energiezuinige auto’s gebeurt.
n Nederland hebben we, in tegenstelling tot de
helaas tanende medische industrie, een bruisende
en goed verankerde chemische sector, die de aanjager
is van allerlei nieuwe innovatieve producten. Laten we
die sector vooral in stand houden, dan komt de nieuwe
Gouden Eeuw eraan.
innoveer! brengt innovatie
in de praktijk. innoveer!
verschijnt één keer
per kwartaal en wordt
gratis verspreid onder
ondernemers.
Uitgever
Syntens
Concept en realisatie
Scripta Media bv
Redactie
Jan Bakker, René Bastiaans,
Bas van den Broek, Ursula
van Kooij, Kasper Marinus,
Houk Nolten, Murk Peutz,
Herman Poos, Sabine
Schlooz-van Wijlick, Jan
Henk Verburg, Peter van
Vuuren, Robin van Wakeren,
Viola Wijnands, Debby van
Wijngaarden
Art direction
Marjolein Rams
Coverfoto
Lars van den Brink
Beeld
Ivo van der Bent, Lars van
den Brink, Jan Dirk van
der Burg, Maurits Giesen,
Maarten Kools, Mammal
Inc., Shootmedia
Traffi c
Jacqueline Konermann
Met medewerking van
Marleen Bakker, Hélène
de Bruin, Rietje Krijnen,
Jacqueline Kuijpers,
Willem van Leeuwen, Ruud
Slierings, Janneke Staats,
Paula Vos
Aanmeldingen,
adres wijzigingen en
opzeggingen
www.innoveermagazine.nl
Lithografi e
Grafi media Amsterdam
Drukwerk
Senefelder Misset
Advertentieverkoop
Zadkine Media BV
010-4369124
Een nieuwe Gouden Eeuw
FOTOGRAFIE MAMMAL INC.
E Z
I
COLOFON › 3Jan Noordegraaf, directeur Synbra Technology in
Etten-Leur, Winnaar MKB Innovatie Top 100
INN03-DEF.indd 3 10-11-10 17:53
www.ndiv.nl
Laat u inspireren door RFID
RFID staat voor Radio Frequency IDentification. Deze technologie maakt
het mogelijk producten, locaties, mensen en dieren draadloos en uniek
te identificeren. Benieuwd naar wat RFID uw bedrijf kan opleveren?
Slimmere bedrijfsprocessen leiden tot kostenbesparingen: RFID in betonelementen verkort doorlooptijd op de bouwplaats
RFID vermindert fouten bij het mengen van veevoeder
Real-time monitoren van geneesmiddelengebruik met RFID
Betere logistieke samenwerking tussen bedrijven: RFID zorgt voor kwaliteit en efficiëntie in de nachtdistributie
RFID op bloemencontainers bespaart tijd en kosten
Snellere en betere service voor uw klant: RFID verbetert samenwerking tussen klant, fietsenmaker
en fabrikant
RFID in SchouwenDuivelandpas biedt toeristen gemak en voordeel
RFID in raamkozijnen voor maatwerk onderhoud
Vanuit het project Nederland Digitaal in Verbinding, waarbij slim digitaal
samenwerken centraal staat, zijn 13 RFID-trajecten begeleid. Bovengenoemde
trajecten zijn verfilmd. U vindt ze per sector op www.ndiv.nl.
Advies
Benieuwd naar de mogelijkheden voor RFID
in úw bedrijf? Bel Syntens 088 444 0 444,
vraag naar Said Akdim.
Mailen kan ook: [email protected],
of bezoek een van de RFID workshops.
Nederland Digitaal in Verbinding (NDiV) stimuleert
samenwerken met inzet van ICT, bijvoorbeeld door
toepassing van RFID, in het Nederlandse MKB. Syntens,
het innovatienetwerk voor ondernemers, is bij NDiV
eerste aanspreekpunt voor MKB-ondernemers.
Het Ministerie van Financiën is initiatiefnemer en financier
van het project. Meer informatie op www.ndiv.nl.
Praktische workshopsVerfilmde praktijkcases
INN03-ADV_P004_CS5.indd 4 10-11-10 17:58 INN03-DEF.indd 5 05-11-10 12:59
INHOUD› › 5innoveer! gebiedende wijs van: innoveren (innoveerde) 1 (overg.; h. geïnnoveerd) als nieuwigheid
invoeren 2 (onoverg.; is geïnnoveerd) zich vernieuwen • (1512) ‹ Fr. innover
3 VOORWOORD Jan Noordegraaf, directeur Synbra Technology
6 INNOVATIELAT De BN’er als ondernemer. Hoe innovatief is Pierre Wind?
8 OUTLOOK Tracking and tracing in de wereld van de watersport
13 MIJN TROTS 07 Bijna 200 keer lichter
14 SCHAKELS Van schoorsteenbouwer tot CO2-specialist
16 STELLING ‘Kennis zit bij ondernemers en niet bij hogescholen en universiteiten.’
17 MIJN TROTS 08 Vlieg op!
18 LEERMOMENT Het onvoorstelbare voorstelbaar; een van de Syntens Breakfast Briefi ngs
20 AGENDA Het nieuwe samenwerken en andere workshops
SPECIAL: NEDERLAND KENNISLAND?24 MIJN VISIE Arno van Mourik, directeur Airborne International, over maakindustrie en innovatie
29 UPDATE Nieuws en inspirerende tips
32 DOSSIER Succesvolle samenwerkingen tussen hogescholen, universiteiten en het MKB
37 MIJN TROTS 09 Stille zee creëer je zelf
38 COLUMN Angéla Kramers, oud-Dolly Dot
06 3724
INN03-DEF.indd 5 05-11-10 12:59
TEKST MARLEEN BAKKER
FOTOGRAFIE JAN DIRK VAN DER BURG
Mozart in de keuken
PIERRE WIND is een energieke alleskunner: hij is smaakambassadeur, kokoloog, voorvechter van smaaklessen in het onderwijs, rector van de Groene Academie.
BruistIK VOEL ME EEN VERNIEUWER,
een crea-teur. Ik weet niet of ieder-
een die met me heeft samenge-
werkt me even aardig vindt – ik ben
geen gemakkelijke man – maar ze
vinden me wél allemaal een gozer
die bruist van de ideeën. Een inno-
vator. Dan moet je een spons zijn, ik
wil alles weten van de wetenschap
van voeding. Als ik vragen heb, bel
ik gerust een hoogleraar voeding
en gezondheid op en zeg: ‘Gooz... ik
zit daar mee’ en vraag hem dan het
hemd van het lijf.
DropsoepIK BEN UIT DE BAARMOEDER
GEROLD om te vernieuwen. Laat
mij de Mozart van deze eeuw
worden op het gebied van voeding.
Ik wil absoluut niet sterven en
vergeten worden, dat is een van
de grootste drijfveren voor mijn
vernieuwingsdrang. Wie bedenkt er
anders in de jaren tachtig drop-
soep? Ik dus. Net als een sorbet
met basilicum.
RealistischHET GEVOEL om de eerste te
zijn, is heerlijk. Dat was heel erg
aanwezig met ‘De grootste keuken
van Nederland’, een culinair feest
voor 9000 kinderen in het ADO
Den Haag-stadion. De Amsterdam
ArenA was mijn eerste wens, maar
soms moet je realistisch blijven.
Denk groot, maar bekijk het klein
als het moet: de smaaklessen
die door 350.000 kinderen in
Nederland, China en Engeland zijn
gevolgd, zijn per slot van rekening
ook op een zolderkamer begon-
nen.
WetenschapDE BOEL OMDRAAIEN: voorgerecht
wordt nagerecht en andersom.
Prachtig. Dat kan alleen maar als
je kennis hebt, anders wordt het
een zootje. Zo ben ik bijvoorbeeld
op zuurkoolijs gekomen. Iemand
zei: ‘Ik lust geen zuurkool.’ ‘Vies
bestaat niet’, antwoordde ik, ‘ik ga
zuurkool lekker maken.’ In dertig
seconden beslis ik dat het kan.
Echt bizar.
SmaakpretparkSAMEN MET MIJN DOCHTER
STERRE schreef ik het boek Het
Smaakpretpark. Dat is pas in-
novatief: samen schrijven met je
dochter. Het werd tot het beste
kinderkookboek van de wereld
uitgeroepen. Andere ideeën liggen
klaar: ik heb al jaren grote plannen
het Smaakpretpark uit te werken
tot een echt park. Het Disneyland
van Scheveningen: spelen bij de
dropfontein, varen in een sui-
kerbootje, je eigen smaklied en
fantastische gerechten maken.
INNOVATIELAT› 6 ›
INN03-DEF.indd 6 08-11-10 08:31
› › 7PIERRE WIND › 1993 introduceert verplichte smaaklessen, inmiddels door 350.000 kinderen gevolgd, in
Nederland, China en Engeland ›1997-2000 presentator De Eetfabriek (NPS), Kookvanjou, Grazend Nederland,
Kerst met Wind, De Avond van de Smaak en De Kookplaat › 2009 boek Het Smaakpretpark, dochter Sterre is
coauteur, beste kinderkookboek van de wereld › oktober 2010 boek Kokologico, keukengeheimen ontrafeld
CV ›
INN03-DEF.indd 7 10-11-10 18:03
OUTLOOK Boot als dvd’tje van
Bol.com
› 8
Innoveren is niet per se hetzelfde als ‘al het oude overboord’. Dat bewijst het project ‘Tracking recreatieve scheepsvaart’, waar
bestaande technologieën zijn samengevoegd. Door het Friese project is een schip
geworden als een dvd’tje besteld bij Bol.com: je weet altijd precies waar het zich bevindt.
INN03-DEF.indd 8 08-11-10 08:36 INN03-DEF.indd 9 08-11-10 08:36
MA
RC
DE
HA
AN
/HH
› › ›9
friesland heeft ruim 2000 vierkante
kilometer aan wateroppervlakte en is
daarmee onbetwist de waterrijkste pro-
vincie. Het komt niet als een verrassing
dat de Friezen ook economisch gezien
op water drijven. Watersport is een
miljoenenbusiness, evenals jachtbouw.
Omdat Nederland ook op het interna-
tionale toneel een grote rol speelt als
het om jachtbouw gaat, is het zaak de
kennis op peil te houden en verder uit te
breiden. Kortom: innoveren.
Rietpol 10
Het komt wel eens voor dat een schip
spoorloos is op een van de waterplas-
sen. Een recreant in nood, bijvoorbeeld.
Tracking & tracing is vanuit die gedachte
ontwikkeld: bepaal de positie van een
vaartuig, op elk gewenst moment. Dat
kan een watersporter zelf allang, met
behulp van kompassen, digitale vaar- of
plotterkaarten. Voor iemand aan wal
was dit minder makkelijk, terwijl die
wens er wel is. Net zoals dat ooit gold
voor postorderbedrijven als Bol.com en
Wehkamp. De postorderbedrijven (in
het geval van de schepen te vergelijken
met de persoon aan boord van een
schip) wisten jaren geleden al real-time
waar een pakketje zich bevond in het
bestelproces, maar de klant niet. Daar
hebben de Bol.coms van deze wereld
verandering in gebracht, zodat de klant
(te vergelijken in deze case met de man
aan wal die wil weten waar een schip
zich bevindt) zijn bestelling ook real-
time kan volgen.
‘Als je iemand op het water wilt tra-
ceren, kun je niet simpelweg zeggen:
we liggen bij rietpol 10 vanaf de kant
gezien’, legt Ernst Jan Voerman de
vinger nog maar eens op de zere plek.
Hij is coördinator bij het Kenniscentrum
Jachtbouw. ‘En toch wil je soms weten
waar iemand zich bevindt. Omdat je
bijvoorbeeld een zeilrace organiseert. Of
omdat je boten verhuurt en je wilt weten
waar iemand met je boot is gebleven.
Nog nijpender wordt het als er medische
spoed is en er dus snel hulp moet zijn
voor iemand die op het water is.’ ›
INN03-DEF.indd 9 08-11-10 08:36
OUTLOOK› 10 ›DIEPTEMETING
Rijkswaterstaat moet regelmatig dieptekaar-
ten updaten omdat de bodem van bijvoorbeeld
IJsselmeer en Waddenzee aan verandering
onderhevig is. Nu moet daarvoor nog apart
onderzoek worden gedaan. Wordt tracking &
tracing gekoppeld aan dieptemeters in boten,
dan kan die informatie naar een centrale com-
puter worden doorgestuurd. Daardoor komt de
meest actuele stand van zo’n gebied in beeld,
die weer terug te koppelen is aan boten die het
water opgaan.
›
›
Koppelen
De voorbeelden die hij geeft, zijn
voortgekomen uit brainstormsessies die
het Kenniscentrum Jachtbouw heeft ge-
houden. Het Kenniscentrum Jachtbouw,
in 2005 opgezet met Europese subsidie
en verbonden aan de NHL Hogeschool in
Leeuwarden. Het doel is om de branche
te helpen de vooraanstaande positie te
behouden die ze nu heeft en zo mogelijk
verder uit te bouwen. Dat gebeurt door
kennis te ontwikkelen en toe te passen.
Contacten met bedrijven in deze sector
zijn belangrijk voor het Kenniscentrum
om nieuwe producten te kunnen ontwik-
kelen of processen effi ciënter te maken.
Welke vragen leven er onder waterge-
relateerde bedrijven of overheidsorga-
nisaties en wat kan een oplossing zijn?
‘De vraag om boten te kunnen traceren,
bleek bij veel bedrijven te leven’, legt
Voerman uit. ‘We zijn vervolgens met
allerlei technieken aan de slag gegaan.
Hoe bijvoorbeeld gps (global positioning
system) te koppelen is aan dataverkeer,
zodat de posities automatisch doorge-
stuurd worden naar één bepaald punt.
Welk punt dat is, is afhankelijk van wat
je met die informatie wilt doen. Die kop-
peling van gps met dataverkeer (GPRS
of UMTS) is niet nieuw. Veel mobiele
telefoons kunnen dat al. De kwestie
was meer: hoe koppelen we vervolgens
die informatie weer goed terug voor
bepaalde toepassingen.’
Toen de basis van tracking & tracing
er eenmaal lag, is het idee verder
uitgewerkt met RAAK SIA-gelden
(Regeling Regionale Aandacht en Actie
voor Kenniscirculatie en de Stichting
Innovatie Alliantie – samenwerkings-
verbanden via het ministerie van
Onderwijs). Dat is gebeurd in nauwe
samenwerking met Geosports en
Syntens. Syntens heeft in die fase
ELEKTRISCH VARENHet Kenniscentrum Jachtbouw is bezig met
een proef rondom elektrisch varen. Door ook
hier weer de tracking & tracing in te zetten is
informatie over elektrisch varen te vergelijken
met traditioneel diesel varen. Gegevens over
besparing komen naar boven, maar ook over
snelheid, afgelegde afstand en de CO2-uitstoot.
Uiteindelijk kan ook zonne-energie op derge-
lijke boten worden ingezet, en bekeken worden
of accu’s op die manier op te laden zijn en wat
de resultaten dan zijn.
PH
OT
OL
IBR
AR
Y
BA
RT
MU
HL
/HH
‘De vraag om boten te kunnen traceren, bleek bij veel bedrijven te leven’ ›
INN03-DEF.indd 10 11-11-10 11:23 INN02-DEF.indd 11 10-08-10 14:47
› › p11
“Dankzij die borgstelling konden we het merk meteen krachtig in de markt zetten”
Ondernemen dankzij een borgstellingskrediet
De opvallende opmars van SapphDress to impress: met grote, spraakmakende billboards werd in 2007 het lingeriemerk Sapph in de markt gezet. Sindsdien verovert Sapph de Nederlandse en Belgische markt. In drie jaar groeide de omzet naar 10,7 miljoen.En het businessplan gaat uit van 33 miljoen omzet in 2013.
Nederland en België worden voor Sapph dan ook te klein; het bedrijf kiest voor internationale expansie. Duitsland en Zwitserland zijn als eerste aan de beurt. Het merk heeft alles in zich om, in navolging van bekende Nederlandse merken als G-Star en Mexx, de wereld te veroveren.
Voor de introductie van Sapph was veel geld nodig. Oprichter Cor van Schoonhoven legde samen met enkele investeerders 2,6 miljoen euro op tafel. Dat bedrag werd het eerste jaar met name besteed aan reclame en marketing. Daarnaast werd er in 2009 een kredietfaciliteit verstrekt van 2 miljoen euro door Van Lanschot Bankiers; voor de helft daarvan staat de overheid borg. Van Schoonhoven: ‘Dankzij die borgstelling konden we het merk meteen krachtig in de markt zetten, dat was ons anders niet gelukt.’
Wilt u als ondernemer ook investeren? Raadpleeg www.agentschapnl.nl om te zien hoe het ministerie van Economische Zaken u kan ondersteunen bij ondernemingsfinanciering.
www.agentschapnl.nl/ondernemingsfinanciering
INN02-DEF.indd 11 10-08-10 14:47
0H
ER
MA
N W
OU
TE
RS
/HH
acquisitie gepleegd onder bedrijven die
iets aan het idee zouden kunnen heb-
ben. Geosports is aan de slag gegaan
om toepassingen te bedenken.
Zeilrace
Een van de eerste toepassingen was, zo
vertelt Dennis Carton van Geosports, de
mogelijkheid om online een race met
boten te volgen. Om uit te leggen hoe
het systeem werkt, laat hij de website
zien waarop het evenement is terug
te kijken. ‘De informatie van de deel-
nemende boten is ingeladen. Gaan ze
varen, dan zijn bewegingen van de boten
zichtbaar op het internet. Je kan ze zo
volgen vanaf een mobiele telefoon met
dataverkeer of achter een computer. Je
kan ook op de hoogte blijven van nieuw-
tjes en zelf reacties toevoegen, fi lmpjes
of foto’s zien. Kortom, een interactief
geheel. Bij het SKS Skûtsjesilen van
2009 zaten we helemaal klaar om het
systeem in de praktijk te zien werken.
We dachten dat we overal aan had-
den gedacht en toen klapte de server
eruit. Met zo’n 20.000 gebruikers was
de toegepaste techniek niet afdoende.
Bovendien was bijvoorbeeld een tele-
foonaanbieder niet berekend op een
piekbelasting van al die mensen die
tegelijkertijd in dat gebied die website
wilden aanspreken via hun smartphone.
Alles ging op zwart. Je wilt natuurlijk
niet dat zoiets gebeurt, maar het is een
wijze les geweest.’
Het overkomt hem nu niet meer. Aan de
webserver zijn hogere eisen gesteld en
het dataverkeer van bijvoorbeeld boten
die deelnemen aan een race gaat in de
toekomst via een ander netwerk dan de
gewone telefoonprovider.
Medische hulp
Het toepassingsgebied van tracking in
recreatieve scheepvaart is inmiddels
enorm uitgebreid. Carton legde zelf
tijdens een van de zeilraces contact met
mensen van het Antonius Ziekenhuis
in Sneek. ‘Zo’n toepassing is natuurlijk
prachtig in medische noodsituaties: je
kan een boot erg goed lokaliseren en
zo snel ter plaatse zijn om medische
hulp te verlenen. Dat was vroeger een
eindeloos gezoek.’
Ook de botenverhuur vaart wel bij de
gekoppelde technieken. Ernst Jan
Voerman: ‘De administratie die normaal
gesproken vastzit aan de verhuur is vrij
omvangrijk. Je wilt namelijk wel dat je
boot op tijd weer terug is. En niet dat er
iets vervelends mee gebeurt. Voorheen
betekende dit ook een grote inzet van
personeel. Dat is nu verleden tijd. Via
een internetsite kun je een bootje huren.
Je boekt online, betaalt met iDeal en
krijgt dan een unlockcode. Daarmee kun
je een paneeltje op de boot bedienen en
je kunt gaan varen. Met de tracker kan
automatisch de positie van de huurder
worden bepaald. En het systeem is zo
ingericht dat de huurder automatisch
een sms krijgt als de huurtijd erop zit.
Het werkt al met al enorm kostenbespa-
rend!’
Zowel Voerman als Carton kan einde-
loos doorgaan met het oplepelen van
toepassingen die de watersport ten
goede kunnen komen. ‘Je hoeft natuur-
lijk niet te stoppen bij deze tracking &
tracing’, zeggen Voerman en Carton. ‘Je
kunt dit verder uitbouwen. Dan moet je
denken aan dieptemeting, energietoe-
passingen en noem maar op. De basis
is gelegd. Hierop kunnen we nog lang
voortborduren.’
ZORGTracking & tracing zoals het nu
in de watersport wordt ingezet,
heeft een enorm breed toepas-
singsgebied. Zoals in de zorg:
dementerende ouderen bijvoor-
beeld kunnen met een speciaal
horloge beter de weg terugvin-
den. Op het horloge zijn allerlei
technieken in te bouwen, zoals
een wegwijzer met instructie.
Als het etenstijd is, kan iemand
zo zelfstandig de weg vinden
naar de eetzaal.
‘De toepassing is prachtig in medische noodsituaties’
›OUTLOOK› 12
INN03-DEF.indd 12 08-11-10 08:54
07
MIJN TROTS› › ICT › 13
Bijna 200 keer lichter
FOTOGRAFIE IVO VAN DER BENT
Zeven jaar geleden sleep-
ten we voor een spraak-
verstaanbaarheidsmeting
een apparaat mee van
25 kilo. Wij hebben die
techniek teruggebracht
tot software voor op de
iPhone, 135 gram. Heel
licht dus en bovendien
is er geen duur meetap-
paraat van €10.000,-
nodig. De prijs van onze
software mag niet uit de
pas lopen met de duurste
apps: zo’n 300 tot 1000
dollar.
Het belangrijkste van
onze innovatie: onze
metingen zijn betrouw-
baarder dan de huidige.
Met een druk op de knop
is duidelijk in welke
mate een omroepbericht
voor het menselijk oor
verstaanbaar is. Het
klinkt eenvoudig, maar
hier hebben we vijftien
jaar onderzoek naar
gedaan. Onze mentor
Herman Steeneken bij
TNO zelfs al vanaf 1973.
In december is het zover:
dan brengen we onze
meetmethode uit. We
richten ons vooral op de
VS. Hun claimcultuur
betekent voor ons een
groeimarkt: na incidenten
is het heel belangrijk om
te kunnen aantonen dat
de verstaanbaarheid van
bijvoorbeeld ontruimings-
installaties goed was.
SANDER VAN WIJNGAARDEN algemeen directeur Embed-
ded Acoustics › product het ontwikkelen van meetapparatuur
voor omroep- en ontruimingsinstallaties › innovatie iSTI,
meetsoftware die spraakverstaanbaarheid meet › verkoop
verwacht in 2011 1500 verkopen meest uitgebreide variant ›
successen in april 2010 met compagnon Jan Verhave begonnen
en nu al vacatures uitstaan, in december komt iSTI op de markt
FOTOGRAFIE IVO VAN DER BENT
INN03-DEF.indd 13 08-11-10 09:06
De ondernemer Rob Ernst (Array Industries) ‘In 1990 startte ik Array Industries als
ingenieursbureau. Door de overname van een schoorsteenbouwbe-
drijf kon ik onze activiteiten uitbreiden van engineering naar ook zelf
vervaardigen. Daarna investeerde ik in kennis, onder andere door de
overname van een ingenieursbureau en het behalen van certifi caten
op het gebied van lassen. In 2008 raakte ik in gesprek met Niklaas
van Hylckama Vlieg. Ik zag op dat moment dat ik markt zou gaan
verliezen in de utiliteitsbouw, omdat mijn verwachting was dat daar
steeds minder behoefte is aan grotere stalen schoorstenen. Ook de
tuinbouwmarkt staat onder druk vanwege de economische recessie.
Daarom besloot ik mijn blik te richten op de industrie. Door maatop-
lossingen te leveren voor een diversiteit aan schoorsteengerelateerde
producten, maar vooral door me te specialiseren in CO2-scheiding en
-afvangst. Niklaas adviseerde me eens met TNO te gaan praten. Dat
heeft enorm veel aan het rollen gebracht. De installaties waar wij nu
aan werken komen als het goed is straks bij de grote energieprodu-
centen van deze wereld terecht.’
De innovatieadviseurNiklaas van Hylckama Vlieg (Syntens) ‘In de tuinbouw is men de
afgelopen jaren massaal overgestapt op warmtekrachtkoppelingsin-
stallaties. Rob stapte daar op het juiste moment in en leverde hiervoor
het engineeringpakket en het rookgassysteem. Hij is een echte
ondernemer. Hij kijkt ver vooruit en zag ook op tijd dat de markt zijn
verzadiging nadert. Hij wilde zijn bedrijf niet terugschalen, maar iets
zoeken in dezelfde sfeer om te kunnen groeien. Rob is zich er sterk
van bewust dat kennis de manier is om het verschil te maken voor je
klant. Als innovatieadviseur heb ik hem in contact gebracht met de
juiste technologiepartner uit ons netwerk, in dit geval TNO. Via mijn
netwerk wist ik dat binnen TNO onderzoek werd gedaan naar tuin-
bouw en CO2-scheiding en stelde Rob voor om eens te gaan praten of
daar interessante kennis voor hem ligt. TNO is geïnteresseerd in het
MKB. Voor ondernemers die willen innoveren liggen er interessante
kansen, want als je als bedrijf investeert in onderzoek verwerf je
rechten voor gebruik in de toekomst. Die voorsprong in technologie is
uiteraard gunstig voor de positie ten opzichte van concurrenten.’
Van schoorsteenbouwer tot CO
2–specialist
p14 › ›
TEKST JANNEKE STAATS ILLUSTRATIE SHOOT MEDIA
INN03-DEF.indd 14 05-11-10 12:55 INN03-DEF.indd 15 05-11-10 12:55
SCHAKELS
Het product TNO en Array Industries werken samen aan onderzoek naar een
nieuwe techniek waarmee de energievoorziening in de glastuin-
bouw effi ciënter en schoner wordt. Bij de huidige energievoor-
ziening is er sprake van een koppeling tussen het produceren van
warmte en CO2. Beide zijn nuttig voor de tuinder, maar niet op
hetzelfde moment: in de nacht is er behoefte aan warmte, overdag
juist aan CO2. Met de nieuwe techniek wordt het verschil op geheven
doordat op elk gewenst moment CO2 of warmte kan worden afgeno-
men, zonder dat energie of CO2 verloren gaat.
Schoorsteenbouwer wordt CO2-specialist. Dat is in het kort het
verhaal van Array Industries, het bedrijf van ondernemer Rob Ernst. Hij investeerde de winst in kennis en ontwikkelde zich zo tot leverancier van hightech CO
2-oplossingen, in samenwerking
met partijen als TNO en ECN.
Meer informatie op:
www.arrayindustries.com
De kennispartnerEsther Hagen (projectleider TNO) ‘Ik ben de schakel tussen ons
onderzoeksteam en Array Industries. Als projectleider moet ik ervoor
zorgen dat we de vraag van de ondernemer goed begrijpen, zodat
we een onderzoeksprogramma kunnen opstellen. Syntens heeft het
contact gelegd en de eerste gesprekken begeleid tussen onze afdeling
scheidingstechnologie en Array Industries. Binnen TNO doen we
vaker co-fi nancieringsprojecten met het MKB. Ondernemers krijgen
hiervoor vanuit de co-fi nancieringsregeling fi nanciële ondersteuning
van de overheid. Wat bijzonder is aan het project met Array Industries
is dat we zeer intensief samenwerken. Rob is buitengewoon betrok-
ken. Op zijn initiatief hebben we hier om de week overleg over de
voortgang. Zijn bedrijf draagt bij aan het onderzoek door het leveren
van materialen. Als Rob zelf niet over bepaalde kennis beschikt, dan
neemt hij een medewerker mee die de kennis wel heeft. We zijn nu
bezig met opschaling van het model. Komende zomer kunnen we de
echte toepassing testen. Nog een jaar verder en dan kan de installatie
commercieel op de markt worden gebracht.’
› p15
INN03-DEF.indd 15 05-11-10 12:55
0
STELLING› 16 ›
RONALD ELBERS eigenaar VSE bv › wat industri-
ele automatisering › sinds 1998
(bestaat sinds 1974) › aantal
medewerkers 25
ennis van innovatie
komt van het be-
drijfsleven. Universiteiten
en hogescholen komen
soms met technisch prach-
tige oplossingen, maar die
leveren niet per se iets op.
Producten zijn immers pas
echt innovatief als ze een
toegevoegde waarde hebben
voor de gebruiker en van de
juiste – dus voor het doel van
het gebruik – kwaliteit zijn.
Dat is waar het bedrijfsleven
sterk in is. Ondernemers zien
welke nieuwe technische
kennis daarvoor in te zetten
is. Voor de toepasbaarheid is
bij universiteiten en hoge-
scholen minder oog. Vanuit
een theoretisch of puur
technisch oogpunt zaken
benaderen, kan voor de
wetenschap heel mooi zijn,
maar in de praktijk spelen
meerdere factoren een rol.
Wetenschap en ondernemers
hebben elkaar dus nodig.’
OLAF KEUReigenaar Keur ICT › wat mobiele
applicaties en softwarepakketten
voor bedrijven en instellingen
› sinds 2007 › aantal medewer-
kers 6
k denk dat bedrijfsleven
en kennisinstellingen veel
van elkaar kunnen leren.
Er zit ongelofelijk veel kennis
bij ondernemers. Voor een
ondernemer is die kennis van
levensbelang, want alleen
met voldoende kennis kun je
een onderscheidend product
leveren en dat bepaalt of
je een factuur kunt sturen
of niet. Uiteraard is er ook
veel kennis bij hogescholen
en universiteiten. Vaak is
het abstractieniveau van
die kennis vrij hoog. Het is
de taak van de ondernemer
om hieruit de informatie
te destilleren die voor zijn
bedrijf van belang is. De kloof
tussen kennisinstellingen
en het bedrijfsleven moet
overbrugd worden. Nu liggen
op universiteiten waardevolle
promotieonderzoeken soms
te verstoffen op de plank. Dat
is doodzonde.’
FRANK VAN DER CHIJS voorzitter United Brains › wat
kennispoort voor MKB › sinds
2005 › aantal medewerkers 18
partijen
nited Brains is een
samenwerkings-
verband van een groot
aantal kennisinstellingen
in Zuid-Nederland, onder
meer TU Eindhoven, Fontys
Hogescholen, TNO, Philips en
de ROC’s van Eindhoven en
Helmond. Onze doelstelling
is de kennis die aanwezig is,
ter beschikking te stellen aan
het MKB om zo te kunnen
innoveren. In het eerste jaar
dat United Brains bestond
kregen we veertig vragen. Nu
krijgen we ruim zeshonderd
vragen per jaar. Ik wil de
stelling dus graag nuance-
ren. Wij merken dat er een
grote behoefte is aan kennis.
Kennisinstellingen als ho-
gescholen en universiteiten
kunnen die kennis leveren.
En dat komt overigens ook
het onderwijs ten goede. Bij
ongeveer een derde van de
vragen uit het MKB worden
studenten ingeschakeld!’
MURK PEUTZregiodirecteur Zuid Syntens,
innovatienetwerk voor
ondernemers
ennis is pas wat waard
als er een gebruiker is.
Als er iemand is die het nodig
heeft. “Nice to know” is iets
anders dan “need to know”.
Alles wat mensen bij een
kennisinstelling weten, of
kunnen weten, krijgt waarde
door middel van gebruikers.
In het economisch domein
zijn dat uiteindelijk onder-
nemers. Niet universiteiten
valoriseren, maar onderne-
mers zetten kennis om in
economische waarde. In de
praktijk lukt dat valoriseren
het beste als ondernemers
zelf al redelijk innovatief zijn
én al met de gewenste kennis
bezig zijn. Ondernemers die
verdiepende kennis zoeken
en over voldoende innova-
tievermogen beschikken zijn
daarom zeer welkom op ’s
lands kennisinstellingen.’
‘K ‘I ‘U ‘K
‘Kennis zit bij ondernemers en niet bij hogescholen
en universiteiten
INN03-DEF.indd 16 10-11-10 18:09
FERDIE KEIZER directeur Ware Care Pest Control
(Beuningen) › product ongediertebestrijding › innovatie
On Top Pro, een vliegenvanger in het systeemplafond
bedacht en ontwikkeld door het Beuningse bedrijf Ware
Care › verkoop met name in Frankrijk, Italië, Benelux,
Duitsland, Engeland, Spanje en Tunesië. Beperkte
aantallen in Turkije en Noord-Amerika › successen
Nominatie Horecava Innovation Award (2008)
08
› › › 17MIJN TROTS› › handel › 17
‘Vliegen kunnen onze
klanten – bakkers, slagers
of andere verkopers van
levensmiddelen – niet
bij hun verkoopwaar
gebruiken. Maar met de
bestaande vliegenvangers
voor aan de wand had een
klant van ons problemen:
ze nemen kostbare ruimte
in en zijn bovendien
onsmakelijk voor con-
sumenten, dode vliegen
aan de muur klevend. Wij
hebben de vliegenvangers
onzichtbaar gemaakt door
ze in systeemplafonds
te verwerken. Verder is
de toepassing gelijk: we
maken gebruik van uv
A-licht om de vliegen
aan te trekken en een
lijmplaat om ze te vangen.
Eigenlijk een cosmetische
innovatie dus. We waren
zelf ook verbaasd dat deze
toepassing nog nergens
in de wereld beschikbaar
was. Uiteindelijk is het
een unique selling point geworden. We trekken
hiermee klanten aan
die vervolgens ook onze
andere producten en
diensten afnemen ter
voorkoming van overlast
van plaagdieren. Syntens
heeft ons in de opstartfase
geholpen met het octrooi,
de licenties en de ver-
plichte CE-markering.
Vlieg op!
FOTOGRAFIE IVO VAN DER BENT
INN03-DEF.indd 17 08-11-10 09:12
LEERMOMENT› 18 › ›
Met een sterke focus op producenten en ondernemers is de Horti Fair hét platform voor nieuwe producten, uitwisseling van kennis en concreet zaken doen. De Breakfast Briefi ng Het onvoorstelbare voorstelbaar, informeerde over de waarde van scenarioplanning. ‘Want in deze branche is in elk geval één ding zeker: onzekerheid!’
›
Het onvoorstelbare voorstelbaar
INN03-DEF.indd 18 08-11-10 09:28 INN03-DEF.indd 19 10-11-10 18:12
› › › 19
Robbert van Willegen van VGB ‘Binnen
de Vereniging van Groothandelaren in
Bloemkwekerijproducten (VGB) werken we in-
tensief met de visie op het heden en de toekomst
van de sierteeltsector. De dynamiek in de sector
beïnvloedt niet alleen het perspectief voor de
groothandel, maar voor álle ketenpartijen. Ik denk
dat scenarioplanning een goed instrument is om
de toekomst van onze keten te onderzoeken. Als
branchevereniging heb je de verantwoordelijk-
heid om de onzekerheden te benoemen. Stel dat
de retail echt dominant wordt? Wat betekent dat
voor de rolverdeling in de keten? Hoe kunnen we
daarop inspelen? Je kunt pas beleid maken en
strategie ontwikkelen als je die onzekerheden
onderzoekt. En scenarioplanning lijkt mij daarbij
een zinnig middel.’
Leo van Marrewijk van KP Holland ‘Aan het
begin van de workshop vroeg ik me af of ik na
deze workshop alle onzekerheden kan tackelen.
Maar nu vraag ik me eerlijk gezegd af of ik al die
onzekerheden wel wil weten. Het maakt je ook
onzeker als je alles ontmaskert wat op je pad zou
kunnen liggen. Als we alles van tevoren hadden
geweten, dan liepen we misschien allemaal nog
in berenvellen…
Natuurlijk biedt scenarioplanning handvatten
bij voorbereiding op de toekomst. En ik denk
dat ik wel een moment vrij ga maken om onze
onzekerheden eens op een rijtje te zetten. Maar
zelf heb ik meer aan de sterkte-zwakteanalyse.
Wat gaat goed? Wat kan beter? Op deze vragen
kunnen onze medewerkers ook inhoudelijk goed
en concreet antwoord geven. Soms passen we de
SWOT-analyse ook toe tijdens de kwartaalbespre-
kingen. Daar heb ik echt wat aan!’
TEKST HÉLÈNE DE BRUIN
FOTOGRAFIE JAN DIRK VAN DER BURG
Workshopsleiders Feike Oosterhof (linksboven,
Oosterhof Organisatieadvies) en Bert de Wild
(Kenlog):‘Bij scenarioplanning gaat het om het
benoemen van onzekere trends. Als je namelijk
een redelijke zekerheid hebt, is scenarioplanning
niet zo interessant: dan maak je daar een strate-
gie op.
Scenarioplanning bestaat uit het benoemen
van twee onzekere trends om daaruit vier toe-
komstbeelden te halen. Een voorbeeld. Op de
horizontale as zet je de onzekere energieprijzen
uit. Aan de linkerkant torenhoge prijzen en aan de
rechterkant “gratis” energie. Op de verticale as
die je er recht doorheen trekt, zet je de onzekere
regelgeving: van totale overheidsbemoeienis
bovenaan tot vrije markt onderaan. Zo schets je
met vier kwadranten vier totaal verschillende
scenario’s, die dienen als discussiestuk voor het
management.
Het is goed – en leuk – om met een man of tien
twaalf scenario’s te schetsen en te bediscus-
siëren. Scenarioplanning is een simpel instru-
ment dat een bedrijf beter voorbereidt op de
toekomst. En dat levert concurrentievoordeel
op. Brancheorganisaties en overheden zetten dit
instrument al in om hun achterban voor te lichten
of om beleid te maken. Uit hun scenarioplanning
kun je overigens ook veel onzekerheden halen en
het onvoorstelbare meer voorstelbaar maken.’
naar online dossier
www.syntens.nl/
hortifair
INN03-DEF.indd 19 10-11-10 18:12
AGENDA› 20 › ›
IN ÉÉN DAG een compleet overzicht van praktijkverhalen en kennis op het gebied
van slim digitaal samenwerken. Dat krijgt u tijdens de manifestatie ‘Het nieuwe
samenwerken, groei-impuls voor het MKB’ op 8 december bij Media Plaza te
Utrecht. Naast een plenair programma met inspirerende sprekers delen MKB-
ondernemers, die dankzij het project Nederland Digitaal in Verbinding (NDiV) zijn
gaan samenwerken, hun ervaringen in 40 praktische workshops. We kijken niet
alleen terug, maar ook vooruit: trendwatcher en futuroloog Richard Lamb besluit
het evenement met de Trendtalk; wat staat ons in 2022 te wachten op het gebied
van elektronisch zakendoen?
UTRECHT > 8 DECEMBER De workshops zijn per sector gerangschikt.
Kies wat voor u interessant is en meld u aan op
www.mkbstaatsamensterk.nl
› Een aantal workshops en evenementen uitgelicht van de ruim 1000 die Syntens jaarlijks organiseert.
Kijk voor alle workshops en evenementen in uw regio op www.innoveermagazine.nl.
Slimmer digitaal werkenLaat u in deze workshop samen met
collega-ondernemers gedurende een
kort dagdeel inspireren. U ontdekt
hoe u met ICT-middelen meerwaarde
kunt creëren voor uw klanten en zo uw
concurrentiepositie kunt versterken.
ROERMOND > 14 december 2010
Het nieuwe samenwerken
Masterclass toegepaste nanotechnologie We staan aan het begin van een tijdperk waarin nanotechnologie gaat zorgen voor
ongekende ontwikkelmogelijkheden. Wilt u op een ongedwongen manier verken-
nen hoe u nanotechnologie kunt toepassen in uw eigen bedrijf? Kom dan naar
deze masterclass.
DELFT > 30 NOVEMBER
DELFT > 14 DECEMBER
Entrepreneurial growth sales workshopHoe werkt het klassieke salesproces nou precies? U krijgt de kans technieken te
oefenen en gaat naar huis met nieuwe inzichten en kennis van verkoopprocessen.
UTRECHT > 1 december
INN03-DEF.indd 20 05-11-10 12:56
Marktintroductie, hoe doe ik dat nu? In deze workshop maakt u een overzichtelijk
promotieplan waarin in één oogopslag duidelijk is wat
uw toekomstige communicatieactiviteiten zullen zijn en
vooral… wat u dus níét gaat doen.
ROERMOND > 2 december
Dutch Life Sciences & Health ConferenceHet programma bestaat uit een plenair gedeelte,
workshops, een informatiemarkt, een investeerders-
forum en de NGI Venture Challenge Award. Alle
deelnemers krijgen een SpotMe-device waarmee op
een zeer interactieve en effi ciënte wijze netwerk- en
matchmakingactiviteiten verricht kunnen worden.
AMSTERDAM > 8 december
Workshop kennismaken met sociale netwerkenTwitter, blogs, forums, en beeld en geluid delen
via internet zijn ontwikkelingen die u als MKB-
ondernemer niet kunt negeren. Maar wat houdt het
precies in? Hoe kunt u deze toepassingen slim laten
werken voor uw bedrijf?
EINDHOVEN > 20 JANUARI 2011
Wie baas is, bakt koekIn een grensverleggende workshop leert u om uw ei-
gen mensen zo te sturen dat er daadwerkelijk gebeurt
wat u wilt dat er gebeurt.
BOSCH EN DUIN > 2 december
Praktijkconferentie Twente onderneemt duurzaam Jaarlijks no-nonsense event voor ondernemers en
ondernemende managers in de regio Twente over het
leveren van prestaties van ondernemers en kennis-
instellingen die duurzaam ondernemen.
ENSCHEDE > 9 december 2010
ILLUSTRATIE SHOOTMEDIA
Masterclass foodserviceHoe krijgt u uw product optimaal vermarkt in de
professionele markt van eten en drinken? Welke
segmenten zijn het meest interessant voor uw product
en hoe bereikt u deze segmenten? De masterclass
bestaat uit in totaal vier middagbijeenkomsten.
EINDHOVEN > donderdag 20 januari 2011
EINDHOVEN > donderdag 3 februari 2011
EINDHOVEN > donderdag 17 februari 2011
EINDHOVEN > donderdag 17 maart 2011
› › › 21
INN03-DEF.indd 21 05-11-10 12:56
Vergroot je succes. Kies voor een topper uit het HBO of universiteit!
www.kennisbruggen.nl Dit project is mede
gefinancierd met steun van
het Europees Fonds voor
Regionale Ontwikkeling van
de Europese Commissie
INN02-DEF.indd 22 10-08-10 20:59 INN03-DEF.indd 23 05-11-10 13:00
SPECIAL
innoveer!p24 › Mijn visie / Van de werkzame beroeps bevolking is een derde hoog opgeleid en dit aandeel neemt verder toe / p29 › Update / De totale uitgaven aan research & development in Nederland bedroegen in 2008 ruim 10 miljard euro. Internationaal gezien is dat gemiddeld / p32 › Dossier / Een steeds groter deel van R&D-uitgaven wordt gedaan door het bedrijfsleven en een relatief kleiner deel door overheidsinstellingen / p37 › Mijn Trots / R&D-bedrijven kenmerken zich door een hogere innovatiegraad. Bijvoorbeeld productinnovaties en meer samenwerking met leveranciers / p38 › Column / Van de werkzame beroepsbevolking is een derde
NL KEN
NISL
AND?
INN03-DEF.indd 23 05-11-10 13:00
MIJN VISIE› 24 › ›
‘Eerst vraag, dan pas
innovatie’Het persbericht in augustus dit jaar was veelzeggend: Airborne International trekt negen miljoen euro uit de kapitaalmarkt aan om de groei en expansie van het Nederlandse bedrijf te versnellen. Airborne wil topspeler worden in Europa op het gebied van de ontwikkeling en productie van composietcomponenten voor industriële toepassingen. Crisis? Hoezo crisis? Directeur Arno van Mourik over innovatie, groei en de noodzaak om de maakindustrie in ons land te behouden.
TEKST WILLEM VAN LEEUWEN
FOTOGRAFIE MAURITS GIESEN
INN03-DEF.indd 24 10-11-10 18:29
› 26 › ›
irborne International heeft zich sinds
de oprichting in 1995 ontwikkeld tot
een toonaangevend design and build-
bedrijf op het gebied van high-end
vezelversterkte kunststoffen. Airbor-
ne ontwikkelt en produceert com-
posietproducten voor uiteenlopende
markten zoals luchtvaart, ruimte-
vaart, astronomie, olie en gas en
hoogwaardige machine-industrie. Het
bedrijf is de verwezenlijking van een
idee van Arno van Mourik en Marco
Brinkman, twee voormalige studen-
ten lucht- en ruimtevaarttechniek. Het
hoofdkantoor staat in Den Haag en het
bedrijf heeft ook een vestiging in Spanje.
Met het nieuwe kapitaal wordt de eerste
fabriek ter wereld neergezet voor de
continue vervaardiging van hoogwaar-
dige thermoplastische composietbuizen
met een volledig versmolten wand voor
de olie- en gasindustrie.
Hoe heeft Airborne zich ontwikkeld? ‘Na ons afstuderen in 1995 startten
Marco Brinkman en ik een ingenieurs-
bureau. Toen nog zonder doorwrochte
strategie, iedereen die advies nodig
had op het gebied van composieten of
geavanceerde machines kreeg dat. We
zagen al snel dat je daarmee niet ver
kwam, je moet de producten ook kun-
nen prototypen en uiteindelijk maken.
Vervolgens zijn we dat gaan doen, we
maakten alles wat mogelijk was, vooral
voor de olie- en offshoremarkt. De
tweede vijf jaar zijn we ons meer gaan
focussen en werden we een design and build-bedrijf puur op het gebied van
composiet. Dat was best risicovol, we
stootten een belangrijk winstgevend
onderdeel af en vergeet niet dat van
composieten vijftien jaar terug hoge
verwachtingen bestonden, maar dat er
behalve in de vliegtuigindustrie nog bijna
niemand die toegepaste producten kon
maken. De markt trok een vacuüm. Het
eerste bedrijf dat producten zou kunnen
ontwerpen, bouwen en leveren zou een
zeer robuuste positie kunnen verwer-
ven.’
Dat werd Airborne International. De
kern van het bedrijf werd het ontwikke-
len en bouwen van tastbare oplossingen
voor de klant. De prototype-productie en
het ingenieursbureau werden samen-
gevoegd en het bedrijf verhuisde naar
Ypenburg, aan de rand van Den Haag.
Wat is het geheim van het succes van Airborne? ‘Ons model is heel simpel:
er is een technologie-as, de kennis en
kunde die je in huis hebt of ontwikkelt
waardoor je marktpotentie hebt. Daar-
naast is er de as van marktevidence. De
composietmarkt is een nieuwe markt.
Ontwerp, materiaalkeuze, bouw, logis-
tiek, alles is nog geïntegreerd, dit in
tegenstelling tot bijvoorbeeld de staal-
markt, die volledig is uitontwikkeld. Dit
betekent dat je klanten moet duidelijk
maken, bewijzen, dat je het volledige
proces onder controle hebt en een
kwalitatief hoogwaardig product kunt
leveren. Daarbij heb je ook de fi nanci-
ele robuustheid nodig. Marktevidence bouw je op door projecten te draaien. De
laatste as is cruciaal: Airborne wil een
enabler zijn voor de klant, een produc-
tenbouwer die het de klant mogelijk
maakt een sprong voorwaarts te maken.
Wij maken bijvoorbeeld kunststof buizen
die het afhanggewicht voor olieboorplat-
forms met 50 procent kunnen reduce-
ren. Daardoor kan er twee keer zo diep
worden geboord, of kunnen er twee
keer meer buizen aan het schip worden
gehangen.’
Maar dan zou je dus in nog veel meer markten kunnen stappen. Zoals wind-energie. ‘Grappig dat je dit noemt. Want
dat is nu juist een markt waarin wij die
enabler op dit moment helemaal niet
zien. Wij kunnen niets toevoegen aan de
windmolenindustrie, waardoor zij een
INN03-DEF.indd 26 08-11-10 09:32
MIJN VISIE› › › 27
extra stap kunnen zetten. Deze industrie
heeft behoefte aan andere kennis en
producten: hoe kun je betere generato-
ren bouwen, of traploze overbrengingen
realiseren? Composiet draagt hier niets
aan bij. Dat is voor ons steeds essenti-
eel, wij moeten een wezenlijke bijdrage
kunnen leveren.’
Airborne werkt in verschillende markten, zoals luchtvaart, ruimtevaart, astronomie, olie en gas. Hoe krijg je daarin vaste voet? ‘Je moet de goede
keus maken, met het businessmodel
als uitgangspunt. vervolgens moet je
het –gecalculeerde – risico nemen en je
productiestructuur en je organisatie op
die markt afstemmen. Klanten willen
zien dat je tegen hun standaard kunt
leveren. General Dynamics accepteert
echt geen kwaliteitsfoutjes meer in zijn
astronomiesystemen omdat wij nog een
jong bedrijf zijn. Als je in de wereld van
de grote jongens speelt moet je mee
kunnen doen. Anderzijds hebben zij veel
tijd en effort gestoken in het borgen van
de kwaliteitsprocedures van de pro-
ducten die wij voor hen maken. Puur
co- makership en co-makerdevelopment.
Om dat te bereiken moet je heel trans-
parant durven werken. Bij iedere com-
plicatie in ontwerp of productie zoeken
wij daarom contact met onze klant en
leggen onze oplossingen voor.’
In Nederland verstaan we onder ken-niseconomie vooral het ontwikkelen
ARNO VAN MOURIK Samen met studiegenoot Marco Brinkman richtte Van
Mourik in 1995 Airborne op, direct na hun studie Luchtvaart- en Ruimtevaart-
techniek. Zij zagen wel wat in composietmaterialen. Vijfi en jaar na dato wordt
het duo door tientallen personeelsleden bijgestaan.
‘Als je in de wereld van de grote jongens speelt, moet je mee kunnen doen’
CV ›
›
NL
KENNIS
LAND?
INN03-DEF.indd 27 08-11-10 09:32
van kennis. In jullie kennisbedrijf zit duidelijk ook de productiecomponent. ‘Daarmee raak je precies de kern van
de misvatting rond kenniseconomie.
Technologie in zichzelf vertegenwoordigt
maar een beperkte waarde. Je bouwt
technologie op omdát het nodig is om
te kunnen leveren aan klanten. Eerst
moet er industriële vraag zijn, er moet
capaciteit gecreëerd worden om aan
die vraag te kunnen voldoen. Het gaat
om innovatievraag en niet om zoiets
onduidelijks als innovatieaanbod. Als
je de verkiezingsprogramma’s van de
partijen naast elkaar legt en je kijkt
onder het kopje innovatie, dan verstaat
vrijwel iedereen daar scholing onder.
Alsof scholing ervoor zorgt dat de
industrie dan producten gaat aanbie-
den waarvoor innovatie nodig is. Het is
omgekeerd: eerst is er een vraag en die
moet beantwoord worden in de vorm van
innovatieve producten. Nu is het zo dat
innovatie wordt gemeten naar het aantal
universiteiten en kenniscentra. Waar het
om gaat is dat je eerst bedenkt hoe je
met innovatie geld kunt verdienen.’
Kan de overheid daarin überhaupt wel een bijdrage leveren? ‘De overheid
moet industriepolitiek voeren als ze de
kenniseconomie wil stimuleren. In de
eerste plaats betekent dat dat ze moet
erkennen dat de maakindustrie een
belangrijke rol speelt op het gebied van
innovatie. Dat betekent verder dat ze
moet zorgen dat bedrijven die hoog-
waardige producten maken worden
gefaciliteerd. Subsidie is nog niet eens
het voornaamste. Zorgen dat innova-
tieve industrieën zich makkelijk kunnen
vestigen op de plek waar ze het best
gedijen. Daar moet ruimte voor worden
gecreëerd, regels moeten wat worden
versoepeld. Een collega-bedrijf van ons
wilde een productielijn bijbouwen en dat
hebben ze uiteindelijk niet gedaan. Ze
zijn uitgeweken naar Amerika, omdat
ze het met de welstandscommissie niet
eens konden worden over het uiterlijk
van het gebouw. Je leest met regelmaat
dat bedrijven hun R&D-afdelingen in
Nederland sluiten. Niet heel verbazing-
wekkend: als je je productiefaciliteit
verhuist, dan kun je op je vingers natel-
len dat de R&D-afdeling vroeger of later
volgt.’
Het lijkt alsof in de politiek het beeld ontbreekt van hoe een kenniseconomie er in de praktijk uit zou zien. ‘Dat is
juist. Kijk naar de duurzame-energie-
industrie. Daar moeten we naartoe, zegt
de politiek. De energie van windmolens,
getijdencentrales, zonnepanelen, noem
maar op. De investeringen die moeten
worden gedaan om een infrastructuur
en productiefaciliteit op te bouwen zijn
enorm. Maar Nederland faciliteert die
investeringen niet. Tegelijkertijd vinden
we dat Nederland een kenniseconomie
moet hebben, wat een voortrekkersrol
impliceert. Inmiddels is de kennis ver-
dwenen naar Denemarken en Duitsland.
De verbinding kennis met industrie
wordt niet gelegd. De politieke wil ont-
breekt ook, zo lijkt het.’
Wat is er nodig om innovatieve bedrij-ven de stap te laten maken die Airborne
inmiddels heeft kunnen zetten? ‘Laten
we niet te negatief zijn over de overheid.
Ze bouwt inmiddels wel een effectief
instrumentarium op het gebied van
fi nanciële ondersteuning. Wij hebben
van de overheid een uitbreidingskrediet
gekregen waarmee we een pilot-lijn
konden bouwen om composietbuizen te
fabriceren. Daarmee hebben we kunnen
bewijzen dat we competent zijn, waarna
we investeerders hebben weten aan te
trekken. We lossen die lening nu af. Die
push van de overheid is dus echt belang-
rijk geweest en ook effectief. Dat zou op
grotere schaal moeten gebeuren. Geen
subsidie dus op kennisontwikkeling,
maar mede risico dragen op productie-
investeringen. De maakindustrie moet
weer hoog in het vaandel. Ik weet dat
in China de loonkosten een stuk lager
zijn dan hier, maar ze zullen zeker nog
fl ink stijgen. In ons land moeten meer
bijzondere, hoogwaardige producten
worden gemaakt waarbij er meteen voor
moet worden gezorgd dat ze industrieel
gezien ook op de lange termijn rendabel
zijn. Wij zijn druk bezig met de opzet
van een volautomatische productielijn
van onderdelen die nu nog met de hand
worden gemaakt. Daarmee voorkomen
we dat de loonkosten ook in de toekomst
leidend zijn. Zo kun je een tegenwicht
bieden aan de economische grootmach-
ten.’
MIJN VISIE› 28 › WAARDEVOLLE INTERACTIE‘Marco Brinkman en Arno van Mourik vormen
een bijzonder team’, zegt Paul Asselbergs,
innovatieadviseur bij Syntens. ‘We waren hun
allereerste opdrachtgever. Wat op mijn netvlies
gebrand staat, is dat ze steeds op een positieve
wijze inspeelden en reageerden op initiatieven
en ideeën van onze kant. Dat leidde tot waar-
devolle interactie, die in de beginfase op een
aantal momenten best belangrijk was voor het
bedrijf en die nu al meer dan vijftien jaar duurt.
Airborne maakt onder meer op een proactieve
wijze gebruik van de projecten die Syntens
organiseert. In het prille begin hadden wij het
gevoel dat Airborne succesvol zou kunnen wor-
den. Het is dan ook heel mooi om te zien waar
het bedrijf nu staat en welke kansen er liggen
in de nabije toekomst’, aldus Asselbergs.
‘De overheid moet industrie-politiek voeren als ze de kenniseconomie wil stimuleren’
INN03-DEF.indd 28 05-11-10 12:57
‘DE ZORG KAMPT MET GROTE UITDAGINGEN ZOALS STIJGENDE KOSTEN EN EEN
DREIGEND TEKORT AAN ARBEIDSKRACHTEN. HIERVOOR ZIJN INNOVATIEVE
OPLOSSINGEN NODIG. HET MKB KAN DAAR EEN BELANGRIJKE ROL IN SPELEN,
MAAR DAARVAN WORDT NOG TE WEINIG GEBRUIK GEMAAKT’, ALDUS WILLO
EURLINGS, DIE BIJ SYNTENS HET CLUSTER CARE2BUSINESS AANSTUURT.
‘Binnen Care2Business brengen we zorgpartijen in contact met bedrijven die produc-
ten voor de medische sector ontwikkelen, om samen oplossingen te bedenken voor
vraagstukken in de zorg.’ Voor ondernemers is het vaak nog lastig om de specifi eke
spelregels van deze complexe sector te doorgronden. Daarom ontwikkelde adviseur
Martijn Hessels de ‘Care2Business Scan’. Martijn Hessels: ‘Samen met het bedrijf
dat een product ontwikkelt, doorlopen we van tevoren het hele traject. Niet alleen
de techniek maar bijvoorbeeld ook juridische aspecten, fi nanciering en marketing.
We gaan na waar men kennis, faciliteiten of kapitaal tekort zou kunnen komen en
zoeken daar dan oplossingen voor, bijvoorbeeld samenwerking met derden.’ De
Care2Business Scan is op 7 september gelanceerd. Vijftien bedrijven met een sterke
businesscase gaan de bijbehorende masterclass doorlopen, deelname aan de scan
staat ook voor andere bedrijven open.
Meer informatie:
Martijn Hessels, [email protected] en Willo Eurlings, [email protected].
WIE WINT DE MKB INNOVATIE TOP 100 IN 2011?MKB-ondernemingen
kunnen zich weer
inschrijven voor
innovatief strijdtoneel
op www.syntens.nl/
innovatietop100.
MKB helpt de zorgCARE2BUSINESS
› 29UPDATE
NL
KENNIS
LAND?
INN03-DEF.indd 29 05-11-10 12:57
BEDRIJVEN DIE VAN ELKAAR
WILLEN LEREN EN TEGELIJKERTIJD
GEBRUIK WILLEN MAKEN VAN
DE KENNIS VAN DE HOGESCHOOL
VAN AMSTERDAM, KUNNEN
DEELNEMEN AAN EEN MOVING
BORDERS ONDERNEMERSKRING. DIT
PROGRAMMA IS VOORAL GERICHT OP
ONDERNEMERS IN DE METAAL- EN
ELEKTROTECHNISCHE SECTOR IN
NOORD-HOLLAND EN FOCUST OP
NIET-TECHNISCHE THEMA’S.
Ongeveer acht MKB-ondernemers,
de lector, docenten en studenten van
het lectoraat Technisch Innoveren en
Ondernemen van de Hogeschool van
Amsterdam en experts uit het netwerk
van Syntens. Dat zijn de ingrediënten van
een ondernemerskring. Elke onder-
nemerskring wordt geleid door een
adviseur van Syntens. Jacques Walinga,
projectleider van Moving Borders: ‘In
deze ondernemerskringen brengen we
bedrijven bij elkaar die geen concur-
renten zijn maar wel voor hetzelfde soort
uitdagingen staan. Ze kunnen elkaar
helpen door met elkaar mee te denken.
Daarnaast brengen de experts en de
Hogeschool extra kennis in en kunnen
zij bijvoorbeeld vervolgonderzoek doen.
Het enige dat we van de bedrijven vragen
is een open mind en hun eigen vraag-
stukken.’ Een ondernemerskring duurt
gemiddeld zes maanden, waarin de
ondernemers vijf tot zes keer bij elkaar
komen voor workshops en overleg. Er
zijn drie ondernemerskringen per jaar:
‘Strategisch Innoveren’, ‘Marktgericht
ondernemen’ en ‘Diensteninnovatie’.
Belangstellenden kunnen contact opnemen
met projectleider Jacques Walinga, (088) 444
02 78 of [email protected]
Moving borders:leren van elkaar
UPDATE› 30
Nederlands AT daagt Apple uitIN OKTOBER LANCEERDE het
Nederlandse Ambiance Technology de
AT-tablet. Het product was al in ontwik-
keling toen de iPad uitkwam, maar men
heeft na lancering van de iPad zorg-
vuldig alle bezwaren van het Apple-
apparaat bestudeerd. En ondervangen.
Directeur Eric Schouten: ‘Deze tablet is,
meer dan de iPad, bedoeld voor men-
sen die er ook echt op willen werken.
Daarom draait hij op Windows 7, zodat
je er met alle Offi ce-applicaties op kunt
werken. Ook heeft hij USB-ingangen
voor bijvoorbeeld een extern toetsen-
bord of andere externe hardware. Er zit
een grotere harddisk in, hij heeft een
camera, en een direct geïntegreerde
3G-aansluiting, waardoor je met een
gewone simkaart het internet op
kunt. Natuurlijk kun je op deze
tablet ook gewoon een boek
lezen, foto’s kijken en internet-
ten. We hebben goed gekeken
naar de iPad, vervolgens goed
geluisterd naar de bezwaren van
gebruikers, en hiervoor oplos-
singen ontwikkeld. We kiezen
hiermee niet frontaal de aanval
op Apple, maar spreken met
dit apparaat een andere,
bredere doelgroep aan.’
De tablet wordt verkocht
bij The Phone House en
diverse webwinkels.
INN03-DEF.indd 30 08-11-10 09:38
› › 31
Heeft uw bedrijf een idee voor een innovatief
product, maar hebt u hulp nodig bij de uitwerking?
Loopt u tegen een technisch ontwerpprobleem aan?
Of hebt u assistentie nodig bij het maken van een
model of prototype? Met dergelijke vragen kunt u
terecht bij het InnovatieLab. Het is speciaal opgezet
voor MKB-ondernemers, maar ook uitvinders, tech-
nostarters of ingenieursbureaus kunnen er terecht.
Het InnovatieLab is een initiatief van de Hogeschool
van Amsterdam (domein Techniek) en diverse
partners waaronder Syntens. In het InnovatieLab
werken docenten en studenten van verschillende
engineeringsopleidingen samen met ondernemers
om technische vraagstukken op te lossen. Zij
hebben een creatieve ruimte tot hun beschikking
met speciale apparatuur voor materiaalonderzoek
en ‘rapid prototyping’, waaronder een 3D-printer,
lasersnijder, CNC-freesmachine en een digitale
meetbank.
Een succesvol voorbeeld van een vraagstuk dat
via het InnovatieLab werd opgelost is dat van de
PharmaShaker, een apparaat dat medicijnen oplost
in water. Het werktuigbouwkundig bedrijf dat de
shaker bedacht en bouwde, had hulp nodig voor de
ontwikkeling van de elektrotechnische component.
Syntens-adviseur Jacques Walinga bracht hen in
contact met het InnovatieLab.
U kunt uw eigen vraagstuk via de website
indienen. www.innovatielab.hva.nl
Innovatielab
MINOR ‘INNOVATIE-CONSULTANTEN’
Al sinds enige jaren heeft de
NHL Hogeschool in Leeuwar-
den een ‘minor’ (semester)
‘Innovatieconsultant’ voor de
vierdejaars. Vanaf 2010 wordt het
praktische deel hiervan begeleid
door adviseurs van Syntens.
Adviseur Robert Witmond
initieerde de samenwerking: ‘De
minor loopt elk jaar van augustus
tot december, in 2010 doen er
35 studenten aan mee. Het vak
bestaat uit een theoretisch deel
en praktische opdrachten die
studenten bij bedrijven uitvoeren.
Ik kwam hiermee in contact toen
ik er vorig jaar een bedrijf voor
aandroeg. Ik realiseerde me dat
we bij Syntens veel kennis en
ervaring in huis hebben die de
studenten kunnen helpen. Wij
weten waar bedrijven tegenaan
kunnen lopen en waar je op moet
letten als je een innovatietraject
ingaat. De NHL Hogeschool stond
open voor de samenwerking en
nu begeleiden drie adviseurs van
Syntens de bedrijfstrajecten. Dit
jaar zijn dat er negen. Daarnaast
geven we gastcolleges en dragen
we externe sprekers aan. Deze
vorm van samenwerking past
prima in de ambities van hoge-
school en bedrijfsleven om struc-
tureel kennis uit te wisselen.’
Bedrijven in Noord-Nederland
die meer willen weten kunnen
contact opnemen met Syntens-
adviseur Robert Witmond (rfm@
syntens.nl) of met NHL Hoge-
school, docent Ton de Winter
PH
OT
OL
IBR
AR
Y
NL
KENNIS
LAND?
INN03-DEF.indd 31 08-11-10 09:38
portoutfi ts die je koel
houden? Het kan. Het
is de allernieuwste
toepassing van zoge-
noemde smart mate-rials: materialen die
onder invloed van een
prikkel uit de omgeving
andere eigenschappen
ontwikkelen. Het sportshirt is
gemaakt van Phase Change Materials,
die warmte kunnen opslaan en afgeven.
Naarmate de sporter het warmer krijgt
koelt het shirt verder af, zodat de huid-
temperatuur daalt. Kortom: een echte
innovatie voor de sportwereld.
De wieg van deze innovatie staat in
het oosten van het land: op het Saxion
Kenniscentrum Design & Technologie.
Studenten en docenten hebben het
project uitgevoerd samen met een
aantal MKB-bedrijven in de regio (onder
meer Capzo International), in het kader
van het innovatieprogramma RAAK-SIA
Materialen in Ontwerp.
Dat is RAAK!
De RAAK regeling (Regionale Aandacht
en Actie voor Kenniscirculatie) fi nan-
ciert onderzoeksprojecten die de uitwis-
seling van kennis tussen hogeschool
en MKB bevorderen. Het programma
wordt uitgevoerd door SIA, de Stichting
Innovatie Alliantie. Daarin zijn onder
andere MKB Nederland, VNO NCW,
HBO Raad, TNO en Syntens vertegen-
woordigd. SIA toetst aspirant-projecten
op haalbaarheid, praktisch nut voor de
ondernemer(s) en de (blijvende) waarde
voor de kennisinstelling.
‘Op dit moment hebben wij meer dan
300 programma’s goedgekeurd’, vertelt
Ignace Karthaus. Hij is manager strate-
gische relaties bij Syntens en vanuit die
functie betrokken bij SIA. ‘Die pro-
gramma’s worden onder penvoerder-
schap van een hogeschool uitgevoerd.
Er zijn 4500 bedrijven en instellingen
bij betrokken, waarvan twee derde uit
het MKB. We zijn dus op de goede weg,
maar we zijn er nog niet. Ons doel is het
DOSSIER› 32 › ›
De kunst van het verzilveren
›
Nederland barst van de succesvolle
initiatieven om de samenwerking
tussen hogescholen, universiteiten en het
MKB te stimuleren. Wat nu nog een zandpad
vol hobbels is, moet een snelweg naar innovatie worden.
TEKST JACQUELINE KUIJPERS
FOTOGRAFIE MAARTEN KOOLS
INN03-DEF.indd 32 05-11-10 12:57 INN03-DEF.indd 33 08-11-10 09:41
HENK JANSSENdirecteur/eigenaar Indes,
Enschede › product ontwik-
kelt en produceert innovatieve
producten op het gebied van
zorg, veiligheid en comfort ›
aantal medewerkers 35 in
Enschede, 22 in China
‘Vorig jaar hebben wij de
Sprizer (kort voor Surprise
Riser) op de markt gebracht,
ofwel het hoog/laag-bed.
Een vinding voortgekomen
uit trends in de zorg: steeds
meer mensen moeten thuis
verpleegd worden en de ver-
pleging moet, vanuit de Arbo,
de patiënt op hoogte verzor-
gen. Wij hebben een luchtma-
tras ontwikkeld die je tussen
de spiraal en de matras legt.
Het bestaat uit meerdere
lagen, die je naar behoefte
vult. In een halve minuut kun-
nen wij een bed 50 centimeter
verhogen. Syntens heeft ons
in contact gebracht met de
branchevereniging van de
thuiszorg. Vervolgens hebben
we met Saxion Hogeschool
onderzocht welke voordelen
een bed moet hebben wil het
daadwerkelijk gebruikt gaan
worden in de zorg. Op basis
hiervan hebben studenten van
de Noordelijke Hogeschool
Leeuwarden een aantal test-
modellen gemaakt. Daar is
de Sprizer uit voortgekomen
en nu wordt het matras volop
in ons bedrijf geproduceerd.
Al met al zijn we bijna 10
jaar met de ontwikkeling
van dit idee tot product
bezig geweest. Je
moet soms wel
een lange adem
hebben.’
›
Uitkomst voor de zorg: de Sprizer
› › › 33
NL
KENNIS
LAND?
INN03-DEF.indd 33 08-11-10 09:41
DOSSIER› 34 › ›
PAUL GROENLAND (FOTO) EN DICK VAN DER PIJL R&D, Focal Meditech, Til-
burg › product ontwikkelt,
produceert en distribueert in-
novatieve hulpmiddelen voor
mensen met een beperking ›
aantal medewerkers: 35
‘Vogels! is een driedimensi-
onale revalidatiegame voor
ouderen met een halfzijdige
verlamming. De techniek heb-
ben wij ontwikkeld: armon-
dersteuningen waarvan de
beweging driedimensionaal
uitleesbaar zijn. Ons idee was
om daar een serious game
bij te ontwikkelen. Maar daar
hebben wij geen verstand
van. Dus zijn we met een
innovatievoucher naar de
Hogeschool voor de Kunsten
in Utrecht gestapt. Twee
docenten hebben dit direct
enthousiast opgepakt en een
groep studenten verzameld:
afstudeerders Game Design
and Development van de HKU
en Game and Media Tech-
nology van de Universiteit
Utrecht. In zes maanden tijd
hebben zij Vogels! ontwikkeld.
Daarin vertalen de armbe-
wegingen van de patiënt zich
naar de beweging van het
hoofdpersonage, een vogel.
Voor de studenten was dit
traject een eye-opener. Geen
vechtspelletjes, maar een
innovatieve game die zinvol
gebruikt wordt. Die combina-
tie is waar het voor ons om
draait.’ Vogels! is tijdens het
Festival of Games in Utrecht
bekroond met de Diamond
Trophy 2010 voor de Beste
game van de show.
Serious revalidatiegame: Vogels!
INN03-DEF.indd 34 08-11-10 09:57 INN03-DEF.indd 35 05-11-10 12:57
aantal structurele relaties tussen ken-
nisinstellingen – met name hogescholen
– en het MKB verdubbelen van 10.000
naar 20.000.’
Het initiatief voor zo’n project kan
vanuit ondernemers komen. Vaak ook
spelen lectoren van een hogeschool in
de projectontwikkeling een initiërende
rol. Zij hebben de taak bruggen te slaan
tussen bedrijfsleven en hogescholen en
formuleren vaak in samenwerking met
Syntens de programmadoelstellingen
die zij willen realiseren. Vervolgens
gaan zij gezamenlijk op zoek naar de
juiste (consortium)partners om dit uit te
voeren. Wordt een project goedgekeurd
dan gaat het consortium veelal onder
leiding van de lector aan de slag.
‘De RAAK-projecten geven studenten
inkijk in de huidige stand van zaken in
hun vakgebied, en dat is een belangrijke
voedingsbodem voor het realiseren
van innovatie in de toekomst’, aldus
Karthaus. ‘Tegelijkertijd leidt de samen-
werking van bedrijven en hogescholen
tot implementatie van nieuwe kennis in
producten en diensten. En het heeft een
positief effect op de kwaliteit van het on-
derwijs en de onderzoeksprogramma’s
van de hogescholen. Het mes snijdt dus
aan twee kanten.’
Nieuwe onderzeeër
Met de RAAK-regeling zijn verschillende
innovatielabs ontwikkeld waar studen-
ten vragen van ondernemers onderzoe-
ken. Zoals het Composietenlab van de
hogeschool INHolland, dat een centrale
rol speelt in het RAAK-project ‘Nieuwe
materialen voor defensie en veiligheid’.
Hierin is de Stichting Nederlandse
Industrie voor Defensie en Veiligheid
(NIDV) de trekker. In het lab wordt met
gespecialiseerde apparatuur onder-
zoek gedaan naar composietcilinders
die grote druk kunnen weerstaan. De
materialen zijn bedoeld voor een nieuw
te ontwikkelen onderzeeër.
Naast de RAAK-regeling zijn er nog
andere initiatieven die laten zien dat de
overheid, en betrokken partijen, ken-
nisvalorisatie als een speerpunt zien
voor Nederland als kennisland. Denk
aan de diverse campussen in den lande
waar kennisinstellingen en bedrijfsleven
letterlijk bij elkaar gaan zitten om kruis-
bestuiving te faciliteren. Een voorbeeld
is de Chemelot Campus in Geleen,
verzamelplaats van chemische bedrij-
ven. Andere initiatieven zijn de 3TU-
experimenten, waarin de Technische
Universiteiten van Eindhoven, Twente en
Delft hun krachten bundelen (www.3TU.
nl) en de technologiestichting STW die
de kennisoverdracht tussen technische
wetenschappers en gebruikers reali-
seert (www.STW.nl).
Spronginnovatie
‘Wij weten maar zo weinig van wat er te
weten is’, zegt Henk Janssen, directeur/
eigenaar van Indes in Enschede over
waarom hij tijd en geld investeert in
zijn contacten met kennisinstellingen.
‘Je moet open staan voor de kennis en
deskundigheid van partijen in je om-
geving. Sterker nog: die moet je actief
opzoeken. Dat is een voorwaarde voor
succes.’ Indes ontwikkelt en produceert
innovatieve hulpmiddelen voor zorg en
veiligheid. ‘Wij zijn altijd bezig met de
volgende generatie producten. Daarom
houden we voortdurend contact met
hogescholen en universiteiten. Een
deel van de kansen die wij zien voor
die “spronginnovatie” komt uit lopend
onderzoek. Want nieuwe technologische
ontwikkelingen maken dingen mogelijk
die voorheen niet mogelijk waren.’
Indes heeft in verschillende RAAK-
programma’s geparticipeerd en zet
ook kennisvouchers in om gericht
onderzoek te fi nancieren. Hierin
draagt de overheid € 5.000,- bij en de
MKB-er € 2.500,-. Overigens stopt
de verzilvering van kennis niet bij de
landsgrenzen. Maar hoe vind je binnen
Europa zakenpartners die iets voor jou
kunnen betekenen? Yvette Aldenhoff,
directeur van Interface Biomaterials,
dat onderzoek doet naar innovatieve
toepassingen van polymere materialen:
‘Syntens heeft ons in contact gebracht
met EEN, Enterprise Europe Network.
Dat is een netwerk van 600 organisaties
in 40 landen. Op deze manier hebben
wij een hernieuwd contact opgebouwd
met een Ierse onderzoeksgroep en zijn
we in contact gekomen met een Duits
MedTech-bedrijf waarmee we een haal-
baarheidsstudie hebben uitgevoerd.’
Worsteling
Het verzilveren van kennis stond hoog
op de agenda van het deze zomer op-
geheven Innovatieplatform: ‘Er worden
kansen gemist om de investeringen
in kennisontwikkeling economisch en
maatschappelijk te laten renderen.’ En:
‘Investeringen in kennisontwikkeling
renderen niet als de benutting van ken-
nis wordt verwaarloosd.’
De crux zit hem in (het gebrek aan)
interactie tussen kennisinstel-
lingen, bedrijfsleven, overhe-
den en maatschappelijke
› › › 35
‘Je moet open staan voor de kennis en deskundigheid van partijen in je omgeving’
NL
KENNIS
LAND?
INN03-DEF.indd 35 05-11-10 12:57
0
instellingen. Sterker: MKB-ers praten
over een ‘worsteling’ als ze het heb-
ben over de samenwerking met ken-
nisinstellingen. Oorzaak: de cultuur
van een hogeschool en met name een
universiteit verschilt wezenlijk van de
MKB-cultuur. Staat voor de MKB-er de
praktische toepasbaarheid van onder-
zoek voorop, voor de kennisinstelling
draait het om kwalitatief goed onder-
zoek en, daaruit volgend, onderwijs.
‘De echte vraagsturing ontbreekt’, zegt
Paul Groenland, eigenaar van FOCAL
Meditech in Tilburg, gespecialiseerd
in de ontwikkeling en productie van
innovatieve hulpmiddelen voor de zorg.
Hij pleit voor een tandem van theorie en
praktijk. ‘Wij komen met ons bedrijf bij
honderden mensen met functionerings-
problemen, zien bij uitstek waar de zorg
de technologie ontmoet. Dat kruispunt
is waar innovatie zich op moet richten.
Want je kunt prachtige complexe
sturingssystemen ontwikkelen, maar
zonder de link naar de mens heb je een
niet-werkend product.’
Twee werelden
Leo Koole van Interface Biomaterials zit
wat dit betreft in een betere positie. Hij
werkt parttime voor zijn bedrijf en part-
time als hoogleraar aan de Universiteit
Maastricht. ‘Daardoor kan ik op een
informele manier veel kennis delen met
collega’s en anderen in mijn netwerk.’
Juist door zijn positie weet hij hoe ver de
twee werelden uit elkaar liggen. Hij legt
de vinger op een andere zere plek: ‘In
de academische wereld wordt kennis-
valorisatie niet gewaardeerd, laat staan
beloond. Het enige waarop je wordt
beoordeeld is het aantal artikelen dat je
publiceert. Dat zou moeten veranderen.
Het bedrijfsleven en de kennisinstel-
lingen zijn twee verschillende werelden.
Er valt veel te winnen als we vaker bij
elkaar over de muur kijken.’
DOSSIER› 36
YVETTE ALDENHOFF (FOTO) EN LEO KOOLEdirecteurs/eigenaars van
Interface Biomaterials (voor-
heen Celsus Biomat) op de
Chemelot Campus, Geleen ›
product innovatieve toepas-
singen van polymere materia-
len › aantal medewerkers 3
‘We ontwikkelen onder meer
een nieuwe therapie voor de
bestrijding van niet-operabele
tumoren in de lever. Kort ge-
zegd gaat het om het injecte-
ren van polymere bolletjes in
het vaatbed van de tumor, die
vervolgens door gebrek aan
bloedtoevoer verschrompelt.
Die techniek bestaat al, maar
wij werken aan nieuwe eigen-
schappen van het materiaal
om het op beeld zichtbaar
te maken voor de arts die de
behandeling uitvoert. Die ont-
wikkeling doen wij zelf, maar
vervolgens trekken we op met
de Universiteit Maastricht
voor het doen van experimen-
ten. Als dat goed verloopt
gaan we naar het Academisch
Ziekenhuis Maastricht met de
vraag of zij met ons die kennis
willen voort ontwikkelen door
het op een beperkte groep
patiënten uit te proberen. Het
aantrekkelijke voor hen is dat
zij erover kunnen publice-
ren. Voor onderzoek naar
de grootschalige productie
van het materiaal hebben we
samenwerking gezocht met
de TU Eindhoven en Aken.
En met Basic Pharma, een
bedrijf hier op de Chemelot
Campus, onderzoeken we
welke protocollen gelden voor
de productie en het transport
van dit nieuwe geneesmid-
del. Kortom: we benutten een
heel netwerk om van idee tot
product te komen.’
Verbeteringen in therapie leverkanker
‘Er valt veel te winnen als we vaker bij elkaar over de muur kijken’
INN03-DEF.indd 36 08-11-10 09:59
0INN03-DEF.indd 37 08-11-10 10:02
ERIK HESSELS directeur SMST › product diepwaterkranen en
transporttoepassingen voor de offshore-industrie › innovatie
actieve deiningcompensatie op ultradiep water, pipe handling
systems, plet handling systems en pipe lay systems › verkoop
orders voor 18 kranen › successen: product van het jaar
09
MIJN TROTS› › logistiek › 37
Stille zee creëer je zelfStel je voor: een kraan op
een schip plaatst een con-
structie op de zeebodem
drie kilometer beneden
zich. Dat is ongeloofl ijk
nauwkeurig werk. En
vooral lastig omdat het
schip en de kraan op de
golven meedeinen. Tenzij
je die bewegingen kunt
opheffen en als het ware
een stille zee creëert:
dat doen wij met actieve
deiningcompensatie, de
inzetbaarheid van de
schepen en kranen stijgt
daardoor van 60 naar 90
procent.
De bewegingen van het
schip en de kraan zetten
we supersnel om naar de
hijslier, zodat de tonnen-
zware last nagenoeg stil
blijft hangen. Secundaire
hydraulica is onze troef:
daardoor zit er geen ver-
traging tussen de meet-
en regeltechniek. Binnen
een tiende van een se-
conde reageert de kraan
op deining. De beweging
van de last wordt enorm
gereduceerd: drie meter
brengen wij terug tot tien
centimeter. De meeste
kranen hebben nog geen
deiningcompensatie,
maar wij verwachten dat
vrijwel alle constructie-
schepen die krijgen.
FOTOGRAFIE IVO VAN DER BENT
NL
KENNIS
LAND?
INN03-DEF.indd 37 08-11-10 10:02
COLUMN› 38 ›
NL
KENNIS
LAND?
n ineens sta je voor de keuze: zo, wat
nu? Na het uiteenvallen van de Dolly
Dots brak er een totaal nieuwe fase
in mijn leven aan. Weg structuur.
Het was een prachtige tijd, maar ik
was mezelf een beetje kwijtgeraakt.
En behalve zingen en dansen kon
ik eigenlijk niets. Ik had ooit een
opleiding tot receptioniste gevolgd,
maar daar wilde ik niet mee verder.
Wat ik wel wilde: met mensen werken.
Bij de Dolly Dots ging het om entertainen, nu
had ik de diepe wens de gevoelskant te ontdekken. Ik
volgde massage- en yogaopleidingen, ben daar echt
ingedoken: leren, ervaren, praktiseren, overdragen.
En hoewel het imago van yoga destijds niet best was
– geitenwollensokkentypes in een achterafzaaltje –
voelde ik: dít ben ik.
MAAR OUDE LIEFDE roest niet, dus ook de stem en de
dans kwamen weer in beeld. Samen met twee vrien-
dinnen ontwikkelde ik Wild Voice: daarbij gebruik je de
stem niet zozeer om een herkenbaar lied te zingen,
maar meer om expressie te geven aan je gevoel. Zoals
muzikanten interactief kunnen jammen, zo ben ik met
mensen aan het zingen, soms heel mooi, dan weer
rauw en hard. De hele wereld komt voorbij in zulke
stemsessies. De manier waarop ik nu yogales geef – in
mijn eigen studio of bij www.thehumanacademy.nl – is
anders dan gebruikelijk. Het is energiek, er zit zang en
dans in verweven. Het is een soort theater, maar dan
sterk vanuit de eigen emoties ingezet en gericht op je
gevoel.
SINDS ENIGE TIJD ben ik ook bezig een boek te
schrijven over yoga en de kracht van dieren. Elk dier is
een gateway, een poort naar een kwaliteit; houdingen,
bewegingen en stemgeluiden kunnen je in de energie
van dat dier brengen. Op een vergelijkbare manier
brengt de Stichting Sam kinderen in contact met dolfi j-
nen via een therapie die de persoonlijke ontwikkeling
sterk stimuleert. Dat werkt echt fantastisch.
IN HET BOEK beschrijf ik twaalf dieren en hoe je
die interactie krijgt. Een praktijkboek, maar ook
een persoonlijk verhaal omdat veel beschrijvingen
samen hangen met periodes in mijn leven. Ik had nooit
gedacht dat ik het zou kunnen, schrijven, en dat ik het
zo leuk zou vinden. Het is net beeldhouwen. Je combi-
neert gevoel en techniek, je creëert iets, laat het even
liggen, gaat het verfi jnen, voegt nog wat toe, totdat je
denkt: dít is het. En het mooie is dat twee uitersten
samenkomen: het gaat over intuïtie, over gevoel, maar
de wijze waarop ik dat beschrijf is structurerend en
analyserend. Waaruit weer eens blijkt dat die twee
kanten in de mens – structuur en intuïtie, kennis en
gevoel – samengaan. Of beter nog: elkaar versterken.
ANGÉLA KRAMERS, tot 1988 zangeres van de Dolly Dots, is yogalerares en mede-oprichtster van de
Stichting Sam die zich inzet voor kinderen met het syndroom van Down of met een autistische stoornis.
Het is net beeldhouwen
INN03-DEF.indd 38 12-11-10 09:46 INN02-DEF.indd 39 10-08-10 14:50
VOOROP › ›RIES VRIEND (rechts) directeur Amsterdam Software › EDWIN NIEMOLLER
(midden) FBO Director KLM › HOUK NOLTEN (links) innovatieadviseur van Syntens
›
Slim verbindenJuist die verbindingen met andere partijen maakt het
systeem zo uniek. De verbinding met de Europese
verkeersleiding Eurocontrol zorgt voor de meest ac-
curate vluchttijden en de verbinding met fl eet owners
voor het elektronisch boeken van werkorders en het
snel afhandelen van facturen. De volgende stap is nog
meer verbindingen leggen naar partijen in de keten.
Syntens fungeert hierbij als klankbord. Bij KLM Jet
Center is er sprake van een echte nichemarkt die wij
alleen kunnen bedienen in nauwe samenwerking met
de industrie zelf. Door het aangaan van dit partner-
ship dienen Amsterdam Software, KLM Jet Center en
diverse andere ketenspelers hun eigen maar ook het
gemeenschappelijk belang: de klant.’
Klanttevredenheid vliegend vooruit‘KLM Jet Center verzorgt de grondafhandeling van business- en
privéjets in Amsterdam en Rotterdam. Dit is een fi jnmazig logistiek
proces dat direct van invloed is op de klanttevredenheid van jet owner
en passagier. Amsterdam Software onderzocht de software die de
grondafhandeling ondersteunt, zodat KLM Jet Center de kwaliteit van
haar dienstverlening kon verhogen. Dit leidde tot het systeem “FBO
One”, dat front- en backoffi ceprocessen integreert. KLM Jet Center
bracht branchespecifi eke kennis in en haar netwerk in de industrie.
Amsterdam Software het vermogen om partijen slim digitaal met el-
kaar te verbinden.
Vliegensvlug op de hoogte
INN03-DEF.indd 40 08-11-10 10:03