k1m1 vmbo boekje
TRANSCRIPT
1klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 1 vmbo
EXPERIENCEontdek de dader
klas 1 vmbo
2 klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 1 vmbo
Inhoudsopgave
Context 1: ‘Onderzoeksvaardigheden’1 Wie is de dader? 2 Onderzoek doen 3 Tekenen 4 Microscoop
Context 2: ‘Menselijk lichaam’5 Menselijk lichaam 6 Cellen 7 Vingerafdrukken 8 Bloed9 Vezel10 Chromosomen 11 DNA- onderzoek
Context 3: ‘Eindquiz’12 Eindquiz 13 Brander14 Verslag maken Verslag
Colofon
3489
12192529323335
37404447
Experience klas 1 module ‘Ontdek de dader’ vmboDe Passie 2012-2013Auteur: Corine Brouwer, Andrea Stuij & Wouter TerlouwVormgeving: Nick de KoningFoto voorkant: Piet Terlouw
Voor deze module is gebruikt gemaakt van het materiaal van SchoolTV (http://www.schooltv.nl/wieisdedader/).
We hebben getracht de rechtmatige eigenaren van alle afbeeldingen te achterhalen. Mocht u toch van mening zijn dat een afbeelding is gebruikt waarvan u de rechthebbende bent dan verzoeken wij u vriendelijk om contact met ons op te nemen (088 - 33 72 800).
3klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 1 vmbo
Context 1: Onderzoeksvaardigheden
1 Wie is de dader?‘Wie is de dader’ is een spel waarbij jij mag helpen om de dader te vinden. Bekijk met elkaar de introfilm.
Hoewel het maar een spel is, is het toch goed om even stil te staan bij het thema van dit spel: moord. Want een moord is een ernstige zaak. De eerste moord op aarde werd gepleegd door Kain, die zijn broer Abel vermoordde. Kain werd vervloekt: hij en zijn nakomelingen zouden voor altijd zwervers zijn. Eigenlijk heel vreemd, zo’n moord vlak na de schepping.
1 Hoe kan het dat zo vlak na de schepping een moord wordt gepleegd?
2 Lees Mattheus 5:21-22Jullie hebben gehoord dat destijds tegen het volk is gezegd: “Pleeg geen moord. Wie moordt, zal zich moeten verantwoorden voor het gerecht.” En ik zeg zelfs: ieder die in woede tegen zijn broeder of zuster tekeergaat, zal zich moeten verantwoorden voor het gerecht. Wie tegen hen “Nietsnut!” zegt, zal zich moeten verantwoorden voor het Sanhedrin. Wie “Dwaas!” zegt, zal voor het vuur van de Gehenna komen te staan. Wat is de boodschap van de Here Jezus?
Door voor onszelf te kiezen, in plaats van God, is geweld in de mooie schepping gekomen. In de tien geboden die God aan Mozes gaf, verbood hij om te doden.
In ons wetboek van strafrecht is het verboden om iemand te doden. Als je in Nederland een moord heb gepleegd, krijg je de langste straffen die er zijn. De opdrachten in deze module lijken misschien een spelletje, maar het vinden van de dader is dus een serieuze opdracht. Het spel In het Allard Pierson Museum is een misdrijf gepleegd. Een jonge bewaker, Rachid, wordt beschuldigd van moord op een collega. Hij houdt vol dat een mummie het heeft gedaan, hoe onwaarschijnlijk het ook klinkt. Misdaadverslaggever John van den Heuvel gelooft in de onschuld van Rachid. Hij neemt de zaak hoog op en gaat op zoek naar de waarheid. En jij gaat hem daarbij helpen!
WillemFiguur 1
Mens & Natuur
4 klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 1 vmbo
Je kunt hem helpen via www.schooltv.nl/wieisdedader. Als je daar bent, klik je aan de rechterkant op ‘Speel’ (figuur 2). Je komt nu in het kantoor van John van den Heuvel. Dit is de homepage van het spel. Vanuit hier kun je naar andere ruimtes: plaats delict, sectiekamer, forensisch lab en het kantoor van de officier van justitie.
Kantoor van John Ga naar het kantoor van John van de Heuvel. Wat is wat? In het kantoor kun je op verschillende dingen klikken. Zoek ze op en ontdek waar ze voor zijn. Figuur 2
speel de game
Waar kun je op klikken? Waarvoor is het?
1. Mappen in de kast Dossiers met informatie over cellen, huid, bloed, lichaam, enz.
2. Tv op de kast
3. Videobanden op de kast
4. Bewijzenbord
5. Foto plaats delict
6. Computer
2 Onderzoek doenVoordat je John van de Heuvel kunt gaan helpen met het onderzoek naar de dader, leer je eerst hoe je onderzoek moet doen. Bij het doen van onder-zoek is het belangrijk dat je netjes en veilig werkt. Er mogen natuurlijk geen sporen verloren gaan. Je resultaten moet je duidelijk opschrijven of tekenen. Ze dienen als bewijsmateriaal.
De plaats van het onderzoekVoor het doen van het onderzoek heb je verschillende hulpmiddelen nodig. Bij sommige onderzoeken heb je water nodig, of een microscoop. Of je hebt gas nodig om met een gasbrander te kunnen werken. Daarom doen we onderzoek vaak in een practicumlokaal. In een practicumlokaal kun je veiliger werken, dan in een gewoon lokaal. In practicum-lokalen zijn branddekens, brandblussers en een douche.
Mens & Natuur
3 Vul de tabel verder in.
5klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 1 vmbo
Meestal draag je in een practicumlokaal een labjas (labora-toriumjas) (figuur 1). Deze labjas beschermt je kleding. Soms moet je ook een veiligheidsbril (figuur 2) op. Een veiligheids-bril draag je als je stoffen verhit en als je met vloeistoffen werkt. De bril beschermt je ogen tegen opspattende dingen. In een practicumlokaal werk je met allerlei stoffen. Je ge-bruikt elektriciteit en gas. Je moet soms iets verwarmen in een bekerglas of reageerbuis. Als je maar voorzichtig genoeg bent en de aanwijzigen goed opvolgt, kan er weinig misgaan. De regels voor het practicumlokaal vind je terug op de groene kaart. In het practicumlokaal zitten noodknoppen. Als er iets ergs met elektriciteit of gas gebeurt of dreigt te gebeuren, dan kan de docent met de noodknop in een keer alle elektriciteit of gas uitschakelen.
veiligheidsbril
labjas
Figuur 2
Figuur 1
1 Welke drie veiligheidsmiddelen zijn er in een practicumlokaal?
1.
2.
3.
2 Met welke twee middelen bescherm je jezelf?
1.
2.
3 Waar vind je de regels voor het practicumlokaal?
4 Waarvoor is de noodstop?
6 klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 1 vmbo
6 Wat vind jij de belangrijkste regel van de groene kaart?
Vergelijk met je buurman of buurvrouw. Vinden jullie hetzelfde belangrijk?
Waarom vind jij dit de belangrijkste regel?
Maak een plattegrond van het practicumlokaal. Geef in de plattegrond de veiligheids-middelen aan.
5
VeiligheidsregelsWe gaan eerst de veiligheidsregels van het doen van practicum bestuderen. Achter in je map zitten kaarten voor het doen van practica. Pak de groene kaart ‘veiligheidsregels’ achter uit je map en lees deze goed door!
7klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 1 vmbo
In welke lokalen gelden deze speciale regels?7
Veiligheidsregel dit is zo dit is niet zo
Je mag nooit zomaar een gaskraan opendraaien.Je mag elkaar natspuiten.Proef nooit van een stof.Bij alle stoffen moet je er vanuitgaan dat ze altijd giftig zijn.Laat de brander zolang mogelijk aanstaan.Ruik nooit zomaar aan een stof.Je moet alleen een labjas dragen als je met vuur werkt.Het is belangrijk dat je de opdracht goed doorleest.Het is belangrijk dat je kauwgom in je mond hebt tijdens het practicum.Je tas moet op de gang staan.De docent en/of toa ruimen alles op.
Geef van de veiligheidsregels aan of ze wel of niet gelden in een practicumlokaal.8
9 Wat betekent toa?
11 Na een practicum moet je altijd je handen wassen. Waarom zou dat zijn?
12 In het practicumlokaal mag je niet eten. Waarom zou dat zijn?
10 Wie zijn er op deze school toa en wat is hun taak?
8 klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 1 vmbo
Wanneer je bij practica tekeningen moet maken, dan doen we dit volgens de teken-regels. Deze regels kun je achterin je map vinden op de gele kaart ‘tekenregels’. Pak deze kaart en lees de tekenregels goed door!
3 TekenenBij een misdrijf wordt vaak een schets van de situatie gemaakt. Deze teke-ningen kunnen later gebruikt worden als bewijsmateriaal.
Mens & Natuur
1 Teken je met een pen of met een potlood? Waarom?
2 Waarom probeer je zo weinig mogelijk te gummen?
3 Teken je wijsvinger in het onderstaande tekenvak. Hou je hierbij aan de tekenregels!
4 Wat heb je als opschrift boven je tekenvak gezet?
Welke onderdelen heb je benoemd?5
9klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 1 vmbo
Schrijf alle vetgedrukte woorden uit de tekst hierboven bij de juiste onderdelen in de tekening van de microscoop (figuur 1).
1
De microscoop is een buis met twee lenzen. De buis heet tubus. De bovenste lens wordt oculair genoemd. Het oculair zit boven op de tubus. De onderste lens wordt objectief genoemd. Het objectief bevindt zich onder de tubus. De revolver bestaat uit 3 verschil-lende objectieven. Met de revolver kun je een ander objectief onder de tubus draaien. Je draait de revolver als je een andere vergroting wilt maken. Wat je bekijkt, heet een preparaat. Het preparaat zit onder de klemmen op de microscooptafel. Onder de microscooptafel zit het lampje vast aan de voet. Aan de onderkant van de tafel zit het diafragma. Met het diafragma kun je de hoeveelheid licht regelen. Op de microscoop zitten nog twee draaiknoppen. Dit zijn de scherpstelschroeven. Met de scherpstel-schroeven kun je scherpstellen op het preparaat. Er zijn twee scherpstelschroeven. De grote scherpstelschroef, deze is groot en dicht bij de tubus. En iets lager is nog een kleine scherpstelschroef.
Figuur 1microscoop
4 MicroscoopWanneer je kleine haren of stofjes beter wilt bekijken, kun je gebruik maken van een microscoop.
Mens & Natuur
10 klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 1 vmbo
Practicum Mensenhaar
Wat ga je doen? Bij het rechercheonderzoek worden soms haren gevonden. Deze haren worden ver-volgens onderzocht en kunnen veel vertellen over het slachtoffer, de dader of andere mensen die aanwezig waren.
Wat heb je nodig? • microscoop• objectglas• plakband• haar• gele kaart ‘microscoop’• gele kaart ‘tekenregels’
Aan de slag!• Pak de gele kaart ‘microscoop’ achter uit je map en lees deze goed door! • Pak vervolgens een microscoop en zet hem klaar.
Hoe je met een microscoop moet werken, staat beschreven op de gele kaart ‘micros-coop’ achter in je map. Pak deze kaart en lees hem goed door!
2 Je gaat aan de slag met de microscoop. In welke volgorde moet je de volgende stap-pen uitvoeren? Zet een 1 voor de eerste stap en een 5 voor de laatste stap.
Wat je wilt bekijken, leg je midden boven de opening in de tafel.
Draai het kleinste objectief boven de tafel.
Leg het preparaat tussen de klemmen.
Draai met de grote schroef de tafel helemaal omlaag.
Kijk van opzij en draai de tafel omhoog. Let op dat het preparaat niet tegen het objectief komt!
Je hebt het preparaat tussen de klemmen gezet en de tafel op de juiste hoogte ge-draaid. Je gaat nu het beeld scherpstellen. Met welke scherpstelknop begin je?
3
4 Wat doe je met de andere scherpstelknop?
11klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 1 vmbo
• Kijk eens goed op je kleren of je een haar van jezelf kunt vinden. Zo niet, trek dan voorzichtig een haar uit je hoofd.
• Leg de haar in de lengte midden op het objectglas. Plak de haar met twee kleine stukjes plakband aan het objectglas vast.
• Bekijk de haar met je microscoop. Zorg dat je de haar duidelijk ziet.• Pak de gele kaart ‘tekenregels’ achter uit je map en lees deze goed door!• Maak een tekening van een (stukje) haar. • Bekijk ook een haar van iemand anders uit je klas met een hele andere haarkleur.
12 klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 2 vmbo
Context 2: Menselijk lichaam
5 Menselijk lichaamWe willen weten door wie, hoe en waarom Willem vermoord is. We gaan eerst meer leren over het menselijk lichaam om achter deze dingen te komen!
Wanneer je op het kantoor van John op de tv klikt, kun je verschillende afleveringen bekijken. Klik op ‘Bekijk aflevering 1 De moord van de mummie’.
1 Denk je dat Rachid de dader is? Waarom wel of niet?
Biologie
Onderzoek 1 LichaamHet echte werk gaat nu beginnen. Je kunt nu onderzoek gaan doen naar wie de dader van de moord is. In elk van de volgende hoofdstukken doe je een ander onderzoek. Deze onderzoeken zijn te vinden in ‘Plaats Delict’. Daar kom je door in het kantoor van John van de Heuvel op de foto van het lijk te klikken. Als je op bordje 1 klikt, start onderzoek 1 (figuur 1). Bekijk het filmpje van dit onderzoek en maak de onderstaande vragen. Voordat je het daadwerkelijke onderzoek gaat doen, gaan we eerst nog meer leren over het menselijke lichaam.
2 Er zijn door de bewakingscamera’s geen opnames gemaakt van de moord. Wat is hiervan de oorzaak?A de band is per ongeluk gewistB iemand heeft de camera’s afgedekt met een doekC er zat die avond geen band in de videorecorderD iemand heeft de band gestolen
het plaats delictFiguur 1
13klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 2 vmbo
Een anatoom is iemand die verstand heeft van het lichaam, de anatomie. In het film-pje gaat het over twee soorten patholoog-anatoom. Een gewone patholoog-anatoom en een forensisch patholoog-anatoom. Wat doet elke patholoog-anatoom?
3
Organen Het lichaam van Willem is in de borstholte geraakt. Daar liggen enkele organen. Elk orgaan heeft een speciale taak. In figuur 2 is de romp van een mens afgebeeld. De romp bestaat uit de borstholte en de buikholte. Deze twee holten worden gescheiden door het midden rif. Sommige organen liggen in de borstholte, andere liggen in de buikholte.
f\\de romp van de mens
Figuur 2
Je kent vast al een aantal organen. Schrijf ze hier op.
4
gewone patholoog-anatoom
forensisch patholoog-anatoom
Liggen deze organen in de romp, of in een ander gedeelte van het menselijk lichaam?5
OrgaanstelselsHoewel elk orgaan een eigen taak heeft, werken ze ook samen als onderdeel van een groep. Zo vormen ze samen een combinatie van organen. Zo’n combinatie noemen we samen een orgaanstelsel. Op de volgende pagina zie je een aantal orgaanstelsels met bijbehorende organen afgebeeld.
14 klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 2 vmbo
2. Het spijsverteringssysteem met onder andere slokdarm, lever, maag, galblaas, alvleesklier, dunne en dikke darm.
1. Het bloedvatenstelsel vormt de bloedsomloop.
3. Het ademhalingsstelsel met onder an-dere strottenhoofd, luchtpijp en longen.
4. Het spierstelsel bestaat uit spieren, pezen en banden.
5. Het uitscheidingsstelsel bestaat uit de nieren, de urineleiders, de blaas en de plas-buis.
6. Het zenuwstelsel bestaat uit de hersenen, het ruggenmerg en de zenuwen.
Hoe noem je een combinatie van organen?6
15klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 2 vmbo
Uit welke organen bestaat het spijsverteringsstelsel?
In welk orgaanstelsel zitten de hersenen, het ruggenmerg en de zenuwen?
Wat hoort er niet bij? Nieren, blaas, spieren en plasbuis.
Leg je antwoord uit.
7
8
9
Verteringsstelsel
Spierstelsel
Bloedvatenstelsel
Ademhalingsstelsel
Zenuwstelsel
Uitscheidingsstelsel
10 Zet de juiste organen bij de onderstaande orgaanstelsels.hart – lever – hersenen – blaas - dikke darm – maag – longen – ruggenmerg – zenuw – nier – bloedvat – strottenhoofd – slokdarm – armspier – dunne darm – luchtpijp
16 klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 2 vmbo
Organen in de borstholte Organen in de buikholte
12 Welke organen liggen in de borstholte en welke in de buikholte? Vul de tabel in.
Ga naar http://www.bioplek.org/animaties/longen/borstholte.html. Op deze website vind je de verschillende organen die in de borstkas en de buikholte zitten (figuur 3). Noteer deze organen bij de figuur hieronder.
11
f\\de organen in de borstkas
Figuur 3
A
B
C
D
E
F
17klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 2 vmbo
Orgaan Functie
Longen Hier gaat zuurstof vanuit de lucht het bloed in, en koolstof-dioxide vanuit het bloed de lucht in.
Hart Pompt het bloed, met zuurstof en voedingsstoffen door je hele lichaam.
Lever Helpt bij het verteren van vet en zuivert het bloed. Al het bloed gaat door de lever.
Maag Hierin wordt je eten tijdelijk bewaard en verteerd. De maag-inhoud is zuur.
Dunne darm Hierin wordt je eten verteerd en voedingsstoffen opgenomen in het bloed.
Dikke darm Zorgt ervoor dat onverteerbare afvalstoffen verder worden gebracht naar de anus.
Het hartzakje is een deel van het hart. Wanneer dit zakje beschadigd is, stroomt het vol met bloed. Hierdoor kan het hart niet meer werken. Waarom is dit levens-gevaarlijk?
16
Functies van organenEen misdrijf, zoals in het Allard Pierson Museum, kan een orgaan zo beschadigen, dat het niet meer de normale taak kan uitvoeren. In de onderstaande tabel staan een aantal organen uit de romp met de functie die ze in het lichaam vervullen.
Wat doet het hart?
Wat zuivert de lever?
13
14
Waar wordt je eten verteerd?15
18 klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 2 vmbo
Willem, het slachtoffer, is overleden na een messteek in zijn borst. Geef aan welke organen wel of niet beschadigd konden worden en waarom. Denk hierbij aan de ligging van de organen in het lichaam.De lever kon wel/niet beschadigd worden, want ...
17
De longen konden wel/niet beschadigd worden, want ...
De nieren konden wel/niet beschadigd worden, want ...
Het hart kon wel/niet beschadigd worden, want ...
Wat zal de doodsoorzaak geweest zijn?18
Keer terug naar de Plaats Delict door op ‘Afsluiten’ te klikken. Je kunt ook direct naar het kantoor van John, door op ‘Kantoor John’ te klikken.Kijk ook eens naar het bewijzenbord, in het kantoor van John van den Heuvel.
Ga opnieuw naar het ‘Plaats Delict’, klik op bordje 1. Je kunt het filmpje nu met het kruisje wegklikken. Klik op ‘Start het onderzoek’. Je ziet nu het lichaam van Willem en de wond. Onderzoek met de volgende vragen waar Willem gestoken is en wat de doodsoorzaak zal zijn.
19klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 2 vmbo
6 CellenHaren die tijdens het onderzoek gevonden worden, bevatten cellen. Deze cellen kunnen aanwijzingen geven voor het onderzoek.
Biologie
Onderzoek 2 HaarGa naar het ‘Plaats Delict’. Klik op bordje 2 en bekijk het filmpje voorafgaand aan het onderzoek. Maak de onderstaande vragen. Voordat je het daadwerkelijke onderzoek gaat doen, gaan we eerst nog meer leren over cellen.
Waarmee zit de haar vast in je hoofd?2
Leg het verschil uit tussen een mensenhaar en een konijnenhaar.3
Hoeveel chromosomen heeft een mens?5
Waarvoor gebruik je de microscoop?1
Wat zit er in de cellen dat ook gebruikt kan worden om te kijken of het een mensen of dierenhaar is?
4
CellenJe hebt geleerd om met een microscoop te werken. Als je een haar onder een micro-scoop legt, kun je de haarwortel zien. De haarwortel bevat cellen. Die cellen kun je nog beter met de microscoop bekijken (figuur 1).Menselijke cellen en dierlijke cellen lijken erg veel op elkaar. Plantaardige cellen zien er iets anders uit. De verschillen tussen dierlijke en plantaardige cellen zie je in figuur 2 en figuur 3.
f\\cellen bekeken onder de microscoop
Figuur 1
20 klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 2 vmbo
f\\plantencel
Figuur 2 f\\dierencel
Figuur 3
Hoe kun je cellen bekijken?
Je hebt mensencellen, dierencellen en plantencellen. Welke soorten cellen lijken erg op elkaar?
6
7
bladgroenkorrel
Plantaardige cellenPlantencellen worden vaak plantaardige cellen genoemd. In figuur 2 zie je zo’n plant-aardige cel schematisch getekend.Elke cel bevat cytoplasma. Dat is een stroperige vloeistof, die bestaat uit water met daarin allerlei opgeloste stoffen. Om het cytoplasma zit een dun vlies: het celmembraan. In het cytoplasma bevindt zich de celkern. De celkern regelt wat er in een cel gebeurt. Om de cel heen zit een stevig laagje: de celwand. Celwanden zorgen ervoor dat de plant-aardige cel stevig is. In het cytoplasma zitten soms ook bladgroenkorrels. Deze zorgen er voor dat de bladeren van een plant groen zijn. In deze bladgroenkorrels maakt de plant zijn eigen voedsel. In een plantencel zit vaak een vacuole. Dit zijn blaasjes in de cel met daarin water met opgeloste stoffen. Ook zorgt de vacuole voor stevigheid.
Wat is cytoplasma?8
21klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 2 vmbo
Dierlijke cellenMensencellen en dierencellen worden vaak dierlijke cellen genoemd. In figuur 3 zie je een dierlijke cel schematisch getekend. Een dierlijke cel bestaat voor het grootste deel uit cytoplasma. Het buitenste laagje van het cytoplasma is het celmembraan. In het cytoplasma ligt de celkern.
Wat doet de kern?9
Wat zorgt ervoor dat de cel stevig blijft?10
Wat is de functie van de bladgroenkorrels?11
Waar zorgt de vacuole voor?12
Welke twee onderdelen van een plantaardige cel geven de cel stevigheid? 13
1.
2.
1.
2.
14 Uit welke drie onderdelen bestaat een dierlijke cel?
1.
2.
3.
22 klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 2 vmbo
Cellen liggen in groepjes bij elkaar. Dit noem je een weefsel. Noteer de volgende woorden van klein naar groot. Zet een 1 bij het kleinste onderdeel en een 4 bij het grootste.
cel
orgaanstelsel
weefsel
orgaan
16
Je hebt geleerd dat er bij plantencellen onderdelen voor kunnen komen die niet bij dierlijke cellen voorkomen. Zet een kruisje als het onderdeel bij de cellen voorkomt.
15
Onderdeel Komt voor bij plantaardige cellen Komt voor bij dierlijke cellen
CelkernCelmembraanCelwandCytoplasmaBladgroenkorrelsVacuole
Practicum Cellen bekijken
Wat ga je doen?Je gaat met de microscoop de cellen van een ader en een wortelpunt bekijken.
Zijn de cellen van een ader en wortelpuntcellen plantaardige of dierlijke cellen?
adercellen
wortelpuntcellen
17
Wat heb je nodig?• microscoop• preparaatglaasje met adercellen• preparaatglaasje met wortelpuntcellen• potlood• gele kaart ‘microscoop’• gele kaart ‘tekenen’
23klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 2 vmbo
Aan de slag!• Pak de gele kaart ‘microscoop’ en de gele kaart ‘tekenregels’ achter uit je map en lees
deze goed door..• Bekijk met de microscoop de wortelpuntcellen. Zorg dat je één cel goed, groot ge-
noeg en scherp kunt zien.• Teken deze cel en benoem de volgende onderdelen: bladgroenkorrels, celkern,
celmembraan, cytoplasma, celwand en vacuole.
• Bekijk met de microscoop de adercellen. Zorg dat je één cel goed, groot genoeg en scherp kunt zien.
• Teken deze cel en benoem de volgende onderdelen: celkern, celmembraan en cyto-plasma.
24 klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 2 vmbo
ChromosomenIedereen heeft eigenschappen geërfd van zijn ouders. Jij hebt bijvoorbeeld de kleur van je haar, de kleur van je ogen en de vorm van je gezicht, geërfd van je vader en van je moeder. En zo zijn er nog duizenden eigenschappen die je geërfd kunt hebben. De informatie voor deze eigenschappen ligt in de celkern. In elke celkern liggen chromosomen (figuur 4). Chromosomen zijn langgerek-te dunne draden. Met de microscopen op school kun je de chromosomen niet zien. Met betere, sterkere microscopen kun je de chromosomen wel zien. In de celkernen van alle cellen van een mens liggen evenveel chromosomen, namelijk 46. Iedere menscel heeft dus een kern met 46 chromosomen.
f\\celkern met chromosomen
Figuur 4
Keer terug naar de Plaats Delict door op ‘Afsluiten’ te klikken. Je kunt ook direct naar het kantoor van John, door op ‘Kantoor John’ te klikken.Kijk ook eens naar het bewijzenbord, in het kantoor van John van den Heuvel.
Ga opnieuw naar het ‘Plaats Delict’, klik op bordje 2. Je kunt het filmpje nu met het kruisje wegklikken. Klik op ‘Start het onderzoek’. Aan de linkerkant zie je een miscroscoopbeeld. Met de plus en de min kun je inzoomen en uitzoomen. Vergelijk de haar met de haren aan de rechterkant.
Wat is de functie van de chromosomen?18
Op welk van de negen haren lijkt de haar onder de microscoop het meeste?19
Klik nu op het plusje totdat je de chromosomen ziet. Tel het aantal chromosomen om te onderzoeken van welk organisme de haar is.
Hoeveel chromosomen tel je?20
Kijk in de tabel. Met welk soort komt het aantal chromosomen overeen?21
25klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 2 vmbo
VingerafdrukOp de dolk is een vingerafdruk gevonden. Dit is een belangrijk bewijsstuk voor het opsporen van de dader. Een vingerafdruk wordt gevormd door papillairlijnen. Het zijn lijnvormige verhogingen in de huid (figuur 1). Ze ontstaan tijdens de ontwikkeling in de baarmoeder. Wanneer er tussen twee afdrukken genoeg overeenkomsten zijn, kun je aannemen dat het om dezelfde vingerafdruk gaat. Vingerafdrukken (figuur 2) zijn onveranderlijk en persoonsgebonden. Iedere persoon heeft zijn eigen unieke vingerafdrukken. Vingerafdrukken zijn niet erfelijk, je kunt niet de vingerafdruk van je ouders erven. Een vingerafdruk op een object (deur, glas etc.) ontstaat doordat zweet uit de poriën via de papillairlijnen over de vingertop wordt verspreid en zo een afdruk achterlaat.
f\\vinger
Figuur 1
f\\vingerafdruk
Figuur 2
7 VingerafdrukkenWanneer je iets oppakt, laten je vingers een afdruk achter. Deze afdruk is voor iedereen uniek. Bekijk elkaars vingers maar eens!
Biologie
Onderzoek 3 VingerafdrukGa naar het ‘Plaats Delict’. Klik op bordje 3 en bekijk het filmpje voorafgaand aan het onderzoek. Maak de onderstaande vragen. Voordat je het daadwerkelijke onderzoek gaat doen, gaan we eerst nog meer leren over vingerafdrukken en de huid.
1 Welke vier categorieën vingerafdrukken heb je?
1.
2.
3.
4.
Hoe ontstaan vingerafdrukken?2
26 klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 2 vmbo
De huidDe huid is bij de mens het grootste orgaan. De huid bestaat uit twee delen: de opperhuid en de lederhuid (figuur 3). De opperhuid wordt gevormd door de hoornlaag en de kiemlaag.
f\\schematische weergave van de huid
Figuur 3
Hoe ontstaan vingerafdrukken op een ruit?3
Geef aan of onderstaande beweringen juist of onjuist zijn.Papillairlijnen zijn groeven in de huid juist / onjuistVingerafdrukken veranderen als je ouder wordt juist / onjuistVingerafdrukken zijn niet erfelijk bepaald juist / onjuistPasgeboren baby’s hebben nog geen vingerafdruk juist / onjuist
4
Ga opnieuw naar het ‘Plaats Delict’, klik op bordje 3. Je kunt het filmpje nu met het kruisje wegklikken. Klik op ‘Start het onderzoek’. Vergelijk de gevonden vingerafdruk met de vingerafdrukken van Willem, Rachid, Martha, Theo en Sophie.
Van wie kan de vingerafdruk zijn?5
Keer terug naar de Plaats Delict door op ‘Afsluiten’ te klikken. Je kunt ook direct naar het kantoor van John, door op ‘Kantoor John’ te klikken.Kijk ook eens naar het bewijzenbord, in het kantoor van John van den Heuvel.
27klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 2 vmbo
De hoornlaag is het bovenste stukje huid, dat beschermt tegen beschadiging, uitdroging en ziekteverwekkers. Het bestaat uit dode, verhoornde celresten. Een heel dikke hoornlaag wordt eelt genoemd. De kiemlaag bestaat uit levende cellen. De onderste laag van deze cellen vernieuwt steeds, waardoor de steeds afslijtende hoornlaag wordt aangevuld (figuur 4).
f\\schematische tekening van de hoornlaag en de kiemlaag
Figuur 4
In de kiemlaag zitten uitstulpingen. Dit zijn haarzakjes. Elk haarzakje bevat een haar en talgklieren. Talg houdt de haren en hoornlaag soepel.De lederhuid bevat zintuigen, zenuwen, haarspiertjes, bloedvaten en zweetklieren. De uiteinden van zenuwen worden pijnpunten genoemd. Ze nemen pijn waar en komen overal in het lichaam voor. Zweetklieren produceren zweet. De uiteinden van zweetklieren heten poriën. Via deze poriën komt het zweet op de huid te liggen. Door de verdamping van zweet koelt het lichaam af.
6 Uit welke twee delen bestaat de huid?
1.
2.
7 Door welke twee delen wordt de opperhuid gevormd?
1.
2.
Vul verder in.8
Huid -
- - hoornlaag
- kiemlaag
28 klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 2 vmbo
Wat is GEEN onderdeel van de huid?A haarzakjeB hormoonklierC porieD talgklier
10
Hoe heet het onderdeel van de opperhuid dat bestaat uit resten van dode cellen?11
Wat is de functie van de poriën?13
Wat produceren de zweetklieren?14
Wat houdt de haren en de hoornlaag soepel?12
9 Wat zit er allemaal in de lederhuid?
1.
2.
3.
4.
5.
Wat trekt in de huid samen als je kippenvel krijgt?15
6.
29klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 2 vmbo
8 BloedWanneer er bij een moordzaak bloed wordt gevonden, wordt dit bloed goed onderzocht. Zo wordt gekeken of het bloed van de dader of van het slachtoffer is.
Biologie
Klik in het kantoor van John op de tv. Klik vervolgens op ‘Bekijk aflevering 2 De dolk van de dood’.
1 Welke vijf vragen zijn belangrijk bij rechercheonderzoek?
1.
2.
3.
4.
5.
Welke personen vertellen er allemaal iets over Rachid?2
Onderzoek 4 BloedGa naar het ‘Plaats Delict’. Klik op bordje 4 en bekijk het filmje voorafgaand aan het onderzoek. Maak de onderstaande vragen. Voordat je het daadwerkelijke onderzoek gaat doen, gaan we eerst nog meer leren over bloedgroepen.
Welke vier bloedgroepen kennen we?3
1.
2.
3.
4.
30 klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 2 vmbo
BloedgroepOp de kleding van Willem is belangrijk bewijsmateriaal gevonden, namelijk bloed. Deze bloedsporen zouden van het bloed van de dader kunnen zijn. Om dat te onderzoeken gaan we naar een bepaalde cel uit het bloed kijken, namelijk de rode bloedcel. Er zijn vier verschillende soorten rode bloedcellen. We noemen ze A, B, AB, en O. Je bloedgroep is erfelijk bepaald. De letters A, B en O staan voor de uitsteeksels op de bloedcel (figuur 1).Je lichaam herkent cellen die andere uitsteeksels hebben dan je eigen cellen als ‘vreemd’, en zal dus aanvallen alsof het ziektekiemen zijn. Het vreemde bloed gaat dan klonteren. Daarom kan iemand met A-uitsteeksels geen bloed krijgen van iemand met B-uitsteeksels en iemand met B-uitsteeksels geen bloed van iemand met A-uitsteeksels. Bij bloedgroep AB heb je twee uitsteeksels, een A-uitsteeksel en een B-uitsteeksel. Bloedgroep O heeft geen uitsteeksels. O is eigenlijk nul, deze bloedsoort heeft geen uitsteeksels.
f\\Figuur 1
Wanneer gaat bloed klonteren?6
Hoeveel soorten uitsteeksels heeft bloedgroep AB?
Hoeveel soorten uitsteeksels heeft bloedgroep O?
4
5
BloedgroepbepalingDe verschillende soorten bloed klonteren met verschillende stoffen samen. Op deze manier kun je testen welke bloedgroep iemand heeft. De stoffen die gebruikt worden heten anti-A en anti-B. De stof anti-A laat bloed met A-uitsteeksels klonteren, anti-B doet hetzelfde met bloed met B-uitsteeksels.Op de volgende manier kun je bepalen om welke bloedgroep het gaat:• onbekend bloed klontert niet -> bloedgroep O• onbekend bloed klontert met alleen anti-A -> bloedgroep A• onbekend bloed klontert met alleen anti-B -> bloedgroep B• onbekend bloed klontert met anti-A en anti-B -> bloedgroep AB
Welke bloedgroep gaat nooit klonteren?A AB BC ABD O
7
31klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 2 vmbo
In figuur 2 zie je een voorbeeld van een testresultaat. Bij bloedgroep O zie je geen klonten. Bij bloedgroep A zie je alleen klonten bij anti-A, bij bloedgroep B zie je alleen klonten bij anti-B. Bij bloedgroep AB zie je zowel klonten bij anti-A als anti-B, deze bloedgroep heeft namelijk A-uitsteeksels én B-uitsteeksels.
Welke bloedgroep heeft iemand als zijn bloed alleen klontert met anti-A?8
f\\bloedgroepbepaling
Figuur 2
Ga opnieuw naar het ‘Plaats Delict’, klik op bordje 4. Je kunt het filmpje nu met het kruisje wegklikken. Klik op ‘Start het onderzoek’. Onderzoek welke bloedgroep het bloed heeft dat op het slachtoffer is gevonden.
Keer terug naar de Plaats Delict door op ‘Afsluiten’ te klikken. Je kunt ook direct naar het kantoor van John, door op ‘Kantoor John’ te klikken. Ga naar het bewijzenbord, in het kantoor van John van den Heuvel. Wanneer je op de verdachten klikt, krijg je informatie over deze persoon. Ook de bloedgroep staat bij deze gegevens.
Welke bloedgroep heeft het bloed dat op het slachtoffer is gevonden?
Van wie kan het bloed geweest zijn?
9
10
32 klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 2 vmbo
Deskundige verklaring KunstkennerGa naar het bewijzenbord in het kantoor van John. Open links onderin de verklaring van de kunstkenner.
Wat is de conclusie van zijn onderzoek?11
9 VezelsScheikunde
Bij het slachtoffer is ook een vezel gevonden. Zou deze vezel van de mummie zijn?
Waar of niet waar?De gevonden vezel is 2000 jaar oud. waar / niet waar
2
Onderzoek 5 VezelGa naar het ‘Plaats Delict’. Klik op bordje 5 en bekijk het filmje voorafgaand aan het onderzoek. Maak de onderstaande vragen en doe het onderzoek.
1 Welke drie soorten vezels worden in het filmpje genoemd?
1.
2.
3.
Van welke stof zal de gevonden vezel zijn?3
33klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 2 vmbo
10 ChromosomenOpnieuw is er een haar gevonden. Wij gaan onderzoeken van wie deze haar is.
Biologie
Ga naar het ‘Plaats Delict’. Klik op bordje 6a en bekijk het filmje voorafgaand aan het onderzoek. Voordat je het daadwerkelijke onderzoek gaat doen, gaan we eerst nog meer leren over chromosomen.
ChromosomenDe cellen van de haarwortel kun je van nog dichterbij bekijken met een speciale microscoop. Je hebt geleerd dat in iedere cel een celkern zit. De celkern heeft als taak alles in de cel te regelen. In de celkern liggen chromosomen. In de chromosomen liggen de erfelijke eigenschappen die je van je vader en moeder hebt gekregen. Elk levend wezen heeft een ander aantal chromosomen. Door de chromosomen te tellen weet je dus met welk levend wezen je te maken hebt. Een ander woord voor levend wezen is organisme. Een mens, een paardenbloem en een konijn zijn dus voorbeelden van organismen.
Ga opnieuw naar het ‘Plaats Delict’, klik op bordje 6a. Je kunt het filmpje nu met het kruisje wegklikken. Klik op ‘Start het onderzoek’. Aan de linkerkant zie je een miscroscoopbeeld. Met de plus en de min kun je inzoomen en uitzoomen. Vergelijk de haar met de haren aan de rechterkant.
Op welk van de negen haar lijkt de haar onder microscoop het meeste?3
Klik nu op het plusje totdat je de chromosomen ziet. Tel het aantal chromosomen om te onderzoeken van welk organisme de haar is.
Hoeveel chromosomen tel je?4
Wat liggen er in de celkern?
Wat is een organisme?
1
2
34 klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 2 vmbo
Geslachtschromosomen In figuur 1 zijn die chromosomen in paren gerangschikt. Je noemt dit een karyogram. Je ziet dat chromosomen twee-aan-twee paren met elkaar vormen. Die twee chromosomen hebben dezelfde vorm en lengte. Dat geldt voor 22 paren, maar voor één paar geldt dat niet: dat zijn de geslachtschromosomen. Die chromosomen zijn bij een man niet gelijk. De grootste van deze twee chromosomen noemen we het X-chromosoom, de klein ste het Y-chromosoom. Een vrouw heeft wel twee dezelfde chromosomen. En vrouw heeft twee keer een X-chromosoom. Het 23ste chromosomenpaar is dus bij mannen en vrouwen verschillend. Dit chromosomenpaar bepaalt of iemand een man of vrouw is. Figuur 2 laat het verschil zien tussen twee X chromosomen (XX vrouw) en een X en een Y chromosoom (XY man).
f\\karyogram van een man
Figuur 1
Onderzoek 6b Cellen op vezelsKeer terug naar de Plaats Delict door op ‘Afsluiten’ te klikken. Klik op bordje 6b om de gevonden cellen te onderzoeken. Bekijk het filmpje en beantwoord de volgende vragen. Voordat je het daadwerkelijke onderzoek gaat doen, gaan we eerst nog meer leren over chromosomen.
Kijk in de tabel. Met welk soort komt het aantal chromosomen overeen?5
Welke twee soorten cellen heb je?6
1.
2.
Bij de mens zitten in de normale cellen 46 chromosomen. In de geslachtscellen is dit de helft. Hoe heten de geslachtscellen van de man en van de vrouw?
7
vrouw
man
f\\de man heeft XY chromosomen en de vrouw heeft XX chromosomen
Figuur 2
35klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 2 vmbo
Wat zijn de geslachtschromosomen van de vrouw?
Wat zijn de geslachtschromosomen van de man?
8
9
Chromosomen komen in paren voor. Hoeveel PAAR chromosomen heeft een mens?10
Ga opnieuw naar het ‘Plaats Delict’, klik op bordje 6b. Je kunt het filmpje nu met het kruisje wegklikken. Klik op ‘Start het onderzoek’. Aan de linkerkant zie je een miscroscoopbeeld. Met de plus en de min kun je inzoomen en uitzoomen.
Zijn de cellen die op de vezel gevonden zijn plantaardige of dierlijke cellen? Leg je antwoord uit!
11
Hoeveel chromosomen hebben deze cellen?12
Van welk organisme zouden deze cellen kunnen zijn ?13
11 DNA-onderzoekEr zijn ook nog huidschilfers gevonden. Deze zijn van een mens, maar van wie? We proberen er achter te komen!
Biologie
Klik in het kantoor van John op de tv. Klik vervolgens op ‘Bekijk aflevering 3 De wraak van de farao’.
36 klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 2 vmbo
f\\onderzoek 7
Figuur 1
Er zijn twee typen cellen gevonden. Wat voor type cel is de cel op de microscopische foto?
3
Op de stof waren ook huidcellen gevonden. Wat doet de forensisch analist met de huidcellen?
4
DNA-onderzoekOp de stof zijn huidcellen gevonden. In die huidcellen zitten celkernen, dus chromosomen. Die chromosomen bevatten DNA. DNA is zo bijzonder, omdat dat bij ieder mens uniek is. Bij ieder mens is het DNA in de cellen dus een klein beetje anders.
Onderzoek 7 Cellen op rol lappen Ga naar het ‘Plaats Delict’. Klik op bordje 7. Kun je deze vinden? Klik op het kastje rechts boven het lijk (figuur 1). Bekijk het filmje voorafgaand aan het onderzoek.
Als het DNA van de huidcel nauwkeurig bekeken is, wat moet de forensisch laborant dan vervolgens doen om de dader op te sporen?
5
Waar zit DNA?1
Schrijf van groot naar klein: DNA, cel, celkern, chromo-somen.
2
Keer terug naar de Plaats Delict door op ‘Afsluiten’ te klikken. Je kunt ook direct naar het kantoor van John, door op ‘Kantoor John’ te klikken. Kijk nog eens naar het bewijzenbord, in het kantoor van John van den Heuvel.
37klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 3 vmbo
Context 3: Eindquiz
12 EindquizWie is de dader?Wat weet je allemaal al? Beantwoord de volgende vragen.
Mens & Natuur
1 Welk bewijs wijst Rachid niet als verdachte aan?A bloedB DNA-profielC haar op lichaam WillemD vingerafdruk
2 Er zijn door de bewakingscamera’s geen opnames gemaakt van de moord. Hoe komt dat?A de band is per ongeluk gewistB iemand had de camera’s afgedekt met een doekC er zat die avond geen band in de videorecorderD iemand heeft de band gestolen
3 Waardoor kan de patholoog-anatoom vaststellen dat de dolk hoogstwaarschijnlijk het moordwapen is geweest?
4 Hoeveel chromosomen bevat een normale cel van een Es?
Hoeveel chromosomen bevat een geslachtscel van een Es?
5 Behalve menselijke haren werden er op de plaats delict ook haren van een dier gevonden.Van welk dier?
Hoe kon je bepalen van welk dier de haar was?
Welke verdachte kan deze haren meegebracht kan hebben? Leg je antwoord uit.
38 klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 3 vmbo
6 Van welke lichaamscellen werden DNA-profielen gemaakt?
7 De haar, gevonden op het lichaam van Willem, was:A blond en van een manB blond en van een vrouwC zwart en van een manD zwart en van een vrouw
8 Hoe kun je zien of een haar van een man of een vrouw is? Leg je antwoord uit.
9 Welke organen zijn door het moordwapen geraakt?A dikke darmB dunne darm C hartD leverE linkerlongF rechterlongG maag
10 Welke informatie over de dolk is belangrijk, bij het vaststellen van het motief van de dader?
11 Welke cellen zijn op de rol lappen en op de vezel op de plaats delict gevonden?
Zijn dit belangrijke aanwijzingen voor het vinden van de dader?
Waarom wel/niet?
39klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 3 vmbo
12 Hoe heb je kunnen vaststellen dat de haar op het lichaam van Willem niet dezelfde was als de haar die gevonden was op de vezel? Leg je antwoord uit.
Ga naar het kantoor van John en klik op de computer om de eindquiz te doen (figuur 1).
13 Wat was het oordeel van de officier van justitie?
Bekijk ook de reconstructie.
f\\Figuur 1
40 klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 3 vmbo
13 BranderScheikunde
In context 1 ‘Onderzoeksvaardigheden’ heb je al het een en ander geleerd voor het doen van practicum. Je leert nu ook met de brander te werken en een verslag te maken.
Hoe werk je met een brander? Met een brander kun je verschillende soorten vlammen maken. De grootte van de vlam regel je met de gasschroef. Hoe meer gas, hoe groter de vlam wordt. Je regelt de hitte van de vlam met de luchtring. Als je de luchtring omlaag draait, dan komt er steeds meer lucht bij de vlam. Hoe meer lucht er bij het gas komt, hoe beter het gas verbrandt. De vlam wordt dan ook heter. De vlam is dan blauw. Een blauwe vlam gebruik je om te verwarmen.
1 Met welke kleur vlam verwarm je iets?
In figuur 1 zie je dat de luchtring van de brander helemaal omhoog is gedraaid. Er is dan geen spleet waar lucht doorheen kan. Je krijgt dan een gele vlam. Een gele vlam geeft veel roet en mag je niet gebruiken om te verwarmen. De gele vlam is goed zichtbaar. Zodra je stopt met verwarmen, moet je daarom de luchtring omhoog draaien. Om deze reden wordt de gele vlam ook wel de pauzevlam genoemd. Zodra je niets meer hoeft te verwarmen, doe je de brander uit.
f\\brander
Figuur 1
2 Hoe noem je de gele vlam?
3 Wanneer gebruik je een gele vlam?
41klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 3 vmbo
In figuur 2 zie je van links naar rechts: 1. De gele vlam
De luchtring is dicht. Een gele vlam zie je goed. Je gebruikt een gele vlam als je de brander even niet gebruikt.
2. De blauwe vlam De luchtring staat een beetje open. Een blauwe vlam gebruik je als je iets ver-warmt.
3. De ruisende vlam met kern De luchtring is helemaal open. De ruisende vlam is de heetste vlam.
f\\branders met verschillende soorten vlammen
Figuur 2
5 Geef van de volgende beweringen aan of ze goed of fout zijn. Een gele vlam is heter dan een blauwe vlam. goed / fout Een gele vlam heet ook wel pauzevlam. goed / foutHoe meer lucht er bij gas komt, hoe slechter het gas brandt. goed / foutAan een brander zit maar één draaiknop. goed / fout
4 Welke vlam is het heetst?A blauwe vlamB gele vlamC ruisende vlam
Kijk goed naar de luchtregelschijf! Teken en kleur de juiste vlam boven elke brander in figuur 3 hieronder.
6
f\\Figuur 3
42 klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 3 vmbo
Practicum Werken met een brander
Pak achter uit je map de groene kaart ‘veiligheidsregels’. Lees deze nog eens goed door voordat je aan het practicum begint!
Wat ga je doen? Je gaat leren om met een brander te werken. Je gaat de brander veilig aansteken, de verschillende vlammen bekijken en de brander weer veilig uitzetten.
Wat heb je nodig? • brander • gasslang • lucifers• groene kaart ‘veiligheidsregels’• rode kaart ‘brander’
Aan de slag• Pak de rode kaart ‘brander’ achter uit je map en lees deze goed door!
De brander bestaat uit een schoorsteen, een gasregelknop en een luchtregelschijf. Benoem de onderdelen in figuur 4.
7
f\\Figuur 4
43klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 3 vmbo
8 Je gaat aan de slag met de brander. In welke volgorde moet je de volgende stappen uitvoeren? Zet een 1 voor de eerste stap en een 5 voor de laatste stap.
Steek de lucifer aan en houd de lucifer bij de brander.
Open de gaskraan op de tafel.
Zet allereerst een veiligheidsbril op.
Controleer of de gasregelknop en de luchtregelschijf op de brander dicht zijn.
Open de gaskraan van de brander zodat de brander aangaat.
• Draai de gasschroef en de luchtring van de brander dicht. • Sluit de slang aan op de gaskraan. • Draai de gaskraan waar je de brander op hebt aangesloten open. • Steek een lucifer aan.• Draai langzaam de gasschroef open.
• Steek het gas aan. De brander brandt nu met een goed zichtbare, gele vlam (zoals in figuur 1).
• Draai de luchtring een beetje open. De brander brandt met een slecht zichtbare, blauwe vlam (zoals in figuur 2, middelste brander). Deze blauwe vlam is veel heter dan de gele vlam.
• Draai de luchtring helemaal open. De brander brandt nu met een ruisende, blauwe vlam (zoals in figuur 2, rechter brander). Deze vlam is het heetste van de drie.
• Draai de luchtring helemaal dicht. Je hebt nu een pauzevlam. Loop niet zomaar bij de brander vandaan als de brander met een blauwe vlam brandt, maak eerst een pauzevlam.
• Doe de luchtring dicht, daarna de gaskraan op je tafel dicht en tenslotte de gasschroef dicht. De brander is nu uit.
Wat zijn je waarnemingen? (Wat heb je allemaal gezien?)
44 klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 3 vmbo
Wat is je conclusie?
Je maakt een gele vlam
Je maakt een blauwe, niet ruisende vlam
Je maakt een blauwe, ruisende vlam
14 Onderzoek doen en verslag makenEen practicum doe je niet voor niets. Een verslag is een manier om je onderzoek te beschrijven en de resultaten in te leveren.
Mens & Natuur
Een onderzoek kun je verdelen in drie stappen:• Voorbereiding
Je bedenkt wat je wilt weten. Je stelt een onderzoeksvraag. Je bereidt je onderzoek voor. Je bedenkt wat je nodig hebt en wat je wilt gaan doen. Je maakt een onderzoeksplan.
• Uitvoering Je voert je onderzoek uit.
• Afronding Je sluit je onderzoek af met een verslag. In dit verslag schrijf je welk onderzoek je hebt gedaan, hoe je dat hebt gedaan en wat de resultaten zijn.
Om te oefenen met onderzoek doen hebben we de voorbereiding meestal beschreven. Hieronder volgt een practicum waarbij we de drie stappen van onderzoek gaan gebruik-en. Lees goed pagina 44-50 door voordat je het practicum gaat uitvoeren.
VOORBEREIDINGMeestal staat in het boekje duidelijk wat je moet doen. Voordat je aan de slag gaat, lees je dit eerst goed door om te kijken of je alles begrijpt. Als alles duidelijk is, kun je aan de slag!
Wat ga je doen?Je gaat onderzoeken wat er gebeurt als je water verhit in een vlam. Blijft er nog iets achter na het verdampen van het water?
Wat heb je nodig?• brander• gasslang• lucifers• reageerbuis met ongeveer 2 cm water• reageerbuisknijper• rode kaart ‘brander’
Hoe ga je het doen?• Steek de brander aan volgens de stappen op de rode kaart ‘brander’.• Maak een lichtblauwe vlam.• Houd de reageerbuis met de knijper in de blauwe vlam. • Beweeg voorzichtig. Dit noem je kwispelen. Zorg ervoor dat het water niet te snel gaat
koken!
45klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 3 vmbo
Je gaat het water verdampen. Verwacht je dat alles uit de reageerbuis verdampt? Of blijft er nog wat achter?
1
UITVOERINGVoorafgaand aan het practicum moet je de groene kaart ‘veiligheidsregels’ en de rode kaart ‘brander’ weer even gelezen hebben. Weet je alles nog? Dan kun je aan de slag! Voer het practicum uit zoals beschreven staat bij ‘Hoe ga je het doen?’.
AFRONDINGAls je dit onderzoek hebt uitgevoerd kun je een verslag maken. Een verslag van een onderzoek maak je altijd op dezefde manier. Iemand die er niet bij is geweest, moet pre-cies kunnen begrijpen wat je allemaal hebt gedaan. Zorg er altijd voor dat je verslag er netjes uitziet. Hoe je een verslag maakt, staat beschreven op de gele kaart ‘verslag’ . Pak deze kaart achter uit je map en lees deze goed door!
Deze keer wordt je geholpen bij het maken van het verslag. Op de volgende pagina’s zie je een verslag dat al voor een deel gemaakt is. Sommige stukjes moet je nog invullen.Wanneer je klaar bent met je verslag, haal je het ingevulde verslag uit je map en lever je het in bij je docent!
46 klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 3 vmbo
47klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 3 vmbo
Verslag Water verhitten
Water verhitten
Naam:
Klas:
Datum:
Ik heb bij deze proef samengewerkt met:
Tip: plak hier een leuk plaatje! :)
48 klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 3 vmbo
1. InleidingIn dit practicum hebben we onderzocht wat er gebeurt als je water verhit. We hebben gekeken of er na het verdampen nog iets overblijft in de reageerbuis. Voor het verhitten van het water in de reageerbuis hebben we gebruik gemaakt van een brander.
2. OnderzoeksvraagBlijft er na het verdampen van het water uit de reageerbuis nog iets in de reageerbuis achter?
3. Hypothese (‘wat je verwacht’) Wat verwachtte jij als antwoord op de onderzoeksvraag? Kijk ook nog even bij vraag 1 op pagina 45.
4. WerkplanMateriaal
Werkwijze
Als eerste is de brander aangestoken volgens de stappen op de rode kaart.
De brander is met de luchtregelschijf ingesteld op de lichtblauwe vlam.
Vervolgens is de reageerbuis met een knijper in de blauwe vlam gehouden.
Al kwispelend is het water verwarmd.
Toen al het water verdampt was, is de reageerbuis uit het vuur gehaald.
De brander is weer uitgezet volgens de stappen op de rode kaart.
49klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 3 vmbo
TekeningTip: denk aan de tekenregels!
6. OnderzoeksresultaatBeschrijf hieronder hoe de reageerbuis er voor, tijdens en na het practicum uit zag.
Wanneer Hoe ziet de reageerbuis er uit?
Voor De reageerbuis is helder. Er zit water in de reageerbuis.
Tijdens
Na
50 klas 1 module ‘Ontdek de dader’ context 3 vmbo
Het verwarmen van het water was best lastig. Zo ging het water soms heel snel koken, waardoor het water er een beetje uitspatte. Het is daarom belangrijk om heel voorzichtig te kwispelen en de reageerbuis niet midden in de vlam te houden, maar aan de rand.
Uit de resultaten wordt duidelijk dat als al het water verdampt is, er nog wel stoffen overblijven in de reageerbuis. Deze stoffen vormen een witte aanslag op de reageerbuis. Dit zijn misschien stoffen die opgelost zijn in het water, maar dit kunnen we niet precies bepalen.
7. Discussie en conclusieBeschrijf of je verwachting klopte.