literatuuronderzoek-nederlands.pdf

10
8/17/2019 Literatuuronderzoek-nederlands.pdf http://slidepdf.com/reader/full/literatuuronderzoek-nederlandspdf 1/10 ¿ LEMMA boe[<: v oor methoden druk 5 idken lnclusief gratís onderzoekstool ,. i_l.. :: T

Upload: florian-de-schepper

Post on 06-Jul-2018

215 views

Category:

Documents


0 download

TRANSCRIPT

Page 1: Literatuuronderzoek-nederlands.pdf

8/17/2019 Literatuuronderzoek-nederlands.pdf

http://slidepdf.com/reader/full/literatuuronderzoek-nederlandspdf 1/10

¿

LEMMA

boe[<:

v

oor

methoden

druk

5

idken

lnclusief

gratís

onderzoekstool

,.

i_l..

::

T

Page 2: Literatuuronderzoek-nederlands.pdf

8/17/2019 Literatuuronderzoek-nederlands.pdf

http://slidepdf.com/reader/full/literatuuronderzoek-nederlandspdf 2/10

Verzamelen

Objectiviteit

Bij

interviews

staat

de

beleving

van

de

onderzochte

centraal.

Dat

heeft,

zo

lazen

we al

bij

observatieonderzoek,

gevolgen

voor

de

wijze

waarop

onder-

zoekers

met

hun

objectiviteit

omgaan.

objectiviteit

staat

het

open

karakter

van

de

dataverzameling

in

de

weg,

maar

toch

moet

een

z.kerà

afstand

tot

het

onderwerp

en

de

onderzochte

bewaard

worden.

ook

bij

interviews

zijn

er

methoden

om

een

zekere

objectiviteit

te

krijgen.

Dat

gaat

gepaard

met

de

mate

van

standaardisatie.

Het

hebben

van

een

topiclijst

is

een

belangrijke

voorwaarde,

maar

je

kunt

ook

het

gesprek

opnemen.

Ten

slotte

zijn

er

allerlei

gespreksvaardigheden

die

je

kunt

aanleren,

waardoor

je

de

juiste

afstand

tot

de

geïnterviewde

en

het

onderwerp

kunt

bewaren.

le

verzamelÍ.

als

het

ware

 vanaf

de zljlijn

je

gegevens

en

houdt

zo

enige

objectiviteit

in

stand.

Deze

gesprekstechnieken

worden

in

hoofdstuk

7

besproken.

Bij

bureauonderzoek

gaat

een

onderzoeker

niet

echt het

veld

in

om

onder-

zoek

te

doen;

hij

blijft

soms

letterlijk

achter

zh

bureau

zitten.

we

bespreken

een

aantal

vormen

van

bureauonderzoek,

waarbij

we

ons

bewust

zijn

van

het

feit

dat

dit

bij

lange

na

geen

uitputtend

overzicht

is.

over

het

algemeen

maakt

literatuur-

en

archiefonderzoek

deel

uit

van

elk

onderzoek.

voorafgaand

aan

het

hoofdond.erzoek ,

maar

ook

na

het vast-

stellen

van

de

probleemstelling,

is

het

raadzaam

om

na te

gaan

of er

al eerder

onderzoek

naar

je

onderwerp

is gedaan.

verder

kun

je

nagaan

welke

andere

informatie

er over

je

onderwerp

te

vinden

is.

Het

kan

echter

ook

het

hoofdbe-

standdeel

van

je

onderzoeksopzet

vormen.

Daarom

wordt

het

hier

als aparte

methode van datayerzameling behandeld.

Literatuuronderzoek

vindt

plaats

op alle

niveaus.

Zo

kun

je

documenten

zoeken

op

macroniveau,

bijvoorbeeld

rapporten

van

het

sociaal

en

cultu-

reel

Planbureau,

maar

ook

op

individueel

niveau

(microniveau),

bijvoorbeeld

biografieën.

Bij

historisch

onderzoek

is literatuurstudie

een veelgebruikte

methode,

maar

ook

onderzoek

in

archieven

vindt

veelvuldig

plaats.

Het ver-

schil?

Bij

literatuuronderzoek

analyseer

je

teksten,

boeken

en

artikelen

die

zelfal

interpretaties

van

onderzoek

bevatten.

Bij

onderzoek

in

archieven

zijn

ì

T

 

t,

Ir

ti

je

bt

d¿

ha

Page 3: Literatuuronderzoek-nederlands.pdf

8/17/2019 Literatuuronderzoek-nederlands.pdf

http://slidepdf.com/reader/full/literatuuronderzoek-nederlandspdf 3/10

5

Kwalitatieve

methoden van

dataverzameling

de

bronnen

vaak

wat oorspronkelíjker,

zoals registers, interviewverslagen,

dagboeken

en dergelijke.

Een

mooi

voorbeeld wordt gegeven door Rijckheyt,

het centrum

voor

Regionale

Geschiedenis in Heerlen, waar

je

een overzicht

vindt

van

de

mogelijkheden

om literatuur-

en

archiefbronnen

voor historisch

onderzoek

in te

zetten

(zie

www.rijckheyt.nl).

Redenen

voor het uitvoeren

van

literatuuronderzoek

Er

kunnen

verschillende

redenen

zijn

om

literatuuronderzoek

uit

te

voeren.

Bijvoorbeeld:

.

bij

beschrijvings-

enlof

vergelijkingsvrage¡

(zoals:

'Welke

kenmerken

komen

uit

de

literatuur

naar voren over

.

.

.?',

'Wat

is in de

literatuur

bekend

over ...?'

of

'Welke

resultaten

uit

eerder onderzoekzljnbekend

over

...?');

.

ter

oriëntatie

op

een probleemsituatie;

.

als

theoretische

onderbouwing

van

{e

onderzoeksopzet.

Veel

praktijkonderzoek

wordt uitgevoerd zonder literatuuronderzoek, bij-

voorbeeld

om

de

kosten

van het

onderzoek te drukken of simpelweg omdat

het

een specifieke

praktijkvraag

betreft.

Wil

je

echter

een

goede

opzet maken

en een gedegen

onderzoek

uitvoeren, ga

dan

niet

zonder

literatuuronderzoek

te

werk.

Gradaties van

literatuur

In hoofdstuk

2 is

al besproken hoe

je

het

beste

naar

literatuur

(of

informa-

tie)

kunt zoeken

en

welke

systematiek

je

daarbij kunt

gebruiken.

Tijdens

je

zoektocht

kom

je

meestal

wel bij de volgende

bronnen uit:

de

bibliotheek,

bestaande

(digitale)

archieven

en

internet

(zie

kader 5.8). Het spreekt

vanzelf

dat

je

altijd

je

eigen

boekenkast

inspecteert op relevante titels. Ga

je

op zoek

naar literatúu¡

dan kun

je

daarin verschillende

gradaties

(zeg

maar

niveaus)

hanteren.

,i:\li

t.:

:

;,,

i

:'

:

í,ì

1,

i

:l

e

f

ï;

:'.-:ì

1ll ii¡

:;+iLli,i ¡44¡tp

Voor

hun onderzoek in

opdracht van ZON

(zie

ook

kader 3.15) deden

Van

Gageldonk

en

Rigter

(1998)

een literatuuronderzoek

naar

het effect

van

preventieve

maatregelen

op

psychische

en

gedragsproblematiek

in de

geestelijke

gezondheidszorg.Zij

gingen

niet zelf

op onderzoek uit,

maar

zochten

naar literatuur waarin verslag werd

gedaan

van

onderzoek

naar de effecten van

preventie.

De onderzoeken die

Van

Gageldonk

en

Rigter

op het

spoor kwamen, waren hoofdzakelijk kwantitatief van aard. Zo von-

?

den

zij

onder

andere

resultaten

van experimenten naar de effecten

van

speciale

Ë

preventiemaatregelen.

Het

literatuuronderzoek

zelf

is

echter

kwalitatief.

De

door de

Page 4: Literatuuronderzoek-nederlands.pdf

8/17/2019 Literatuuronderzoek-nederlands.pdf

http://slidepdf.com/reader/full/literatuuronderzoek-nederlandspdf 4/10

0q

o

 

Y

Verzamelen

.

.

,t,

,

, ,,

onderzoekers

gehanteerde

categorieën

zijn

gelijkaan

de

onderzoeksonderwerpen

in

de

gevonden

literatuur.

Tijdens

de

onderzoeksperiode

zochten

de

onderzoekers

voor-

namelijk

in

elektronische

bronnen

en

bibliotheken

en

via

literatuuropgaven

van

gevon-

den

artikelen.

ln

hun rapport geven

de

onderzoekers

aan

hoeveel

literatuur

er in

de

verschillende

categorieën

is

verschenen

en welke

onderzoeksopzetten

zijn

gebruikt.

Bij

nadere

bestudering

van

dit

onderzoek

valt

op dat

deze

categoríeën

in

nauw

overleg

met

de opdrachtgever

zijn

vastgesteld.

Het

meest

gebruikte

onderscheid

is:

,

Primaire

literatuur

Een

onderwerp

wordt

voor

het

eerst

behandeld,

het is

dus

nieuw.

voor-

beelden

zijn

artikelen

in

internationale

wetenschappelijke

tijdschrift

en.

.

Secundaireliteratuur

Dit

betreft

geen

nieuw

onderwerp,

maar

riteratuur

waarin

door

andere

auteurs

over

al behandelde

onderwerpen

wordt gerapporteerd,

bijvoor-

beeld

op

basis

van

nieuwe

inzichten

of onderzoek.

Hieronder

vallen

ook

handboeken

en encyclopedieën,

evenals

digitale

archieven.

Een

kant-

tekening

is

hier

op z'n

plaats.

steeds

vaker

zie

je

literatuuroverzichten

die

kwantitatief

van

aard

zrjn.

Het

betreft

dan

overstijgende

analyses

van

eer-

dere

onderzoeksresultaten,

zoals

bijvoorbeeld

meta- analyse.s.

we

beperken

ons in

dit

hoofdstuk

echter

tot

kwalitatieve

resultaten.

.

Grijze

literøtuur

Boeken,

rapporten

en

verslagen

die-niet

in

gangbare

boekcollecties

zijn

opgenomen,

bijvoorbeeld

dissertaties

die

binnen

een

onderzoeksinstituut

zijn

uitgebracht,

beleidsstukken

bij ministeries,

enzovoort.

veel

van

d,eze

literatuur

is

via

internet

of in

bibliotheken

van

(ond.erwijs)instellingen

te

vinden.

Een

bekende

internet ibliotheek

voor grijze

literatuur

is

GLIN.

overigens

kan

grijze

literatuur

wel

primair

zijn

ars

er

een

nieuw

onder-

werp

wordt

behandeld.

,

Tertiaireliterøtuur

Er

bestaan

zogeheten

current

contenf-tijdschriften

waarin

een

opsomming

van

verschenen

nummers

van

bepaalde

tijdschriften

(op

onderwerp

of

alfabetische

volgorde)

en

hun

korte inhoud

vermeld

staan.

Deze

zoeksleu-

tels

of

zoekinstrumenten

worden

ook

wel

tertiøire

literatuur

genoemd.

Het

zijn

dus

eigenlijk

geen

echte

bronnen,

maar

verwijzingen

daarnaar.

Eigen-

lijk

is

het

dus

geen

'gradatie

van literatuur',

maar vooruit:

we

vermelden

het

hier

toch.

voor

wetenschappelijke

artikelen

zijn

speciale

indexen

ontworpen,

zoals

de

social

science

cítation

Index

(tegenwoordig

ook

te vinden

onder

1s/

T

s

e

T

d

s(

v¿

al

dr

l"r

So

ee

ga.

Op

ma

In,

tuu

het

vaal

zijn

dair

opg(

lette

Page 5: Literatuuronderzoek-nederlands.pdf

8/17/2019 Literatuuronderzoek-nederlands.pdf

http://slidepdf.com/reader/full/literatuuronderzoek-nederlandspdf 5/10

Page 6: Literatuuronderzoek-nederlands.pdf

8/17/2019 Literatuuronderzoek-nederlands.pdf

http://slidepdf.com/reader/full/literatuuronderzoek-nederlandspdf 6/10

Verzamelen

tijdschriften

met een

hoge

impact

factor.

Dat

is

goed

voor

het aanzien

van

hun

universiteit

en

voor

de loopbaan

Yan

de onderzoeker.

Het

kan

echter

ook

veel

kwaad

doen,

wanneer

de druk

om

te

publiceren

veel

wetenschappers

te

veel

wordt. Sommigen

trekken

zich terug

uit

de wetenschap,

anderen

frauderen.

Gelukkig

speelt dit

probleem

bij

prakti;konderzoek

geen

grote

rol.

Een inhoudsanalyse

is

meer

dan

het

bestuderen

van

gevonden

literatuur

ofhet

lezen

van stukken.

Het

is een

vorm

van

kwalitatiefbureauonderzoek

waarin

documenten

of,

zoals

swanborn

zegt,'de

neerslag

van verbaal

gedrag'

(Swanborn,

1987,

p. 220;'t

Hart,

Van

Dijk,

De

Goede,

fansen

&

Teunissen,

1993,

p. 297)

worden

geanalyseerd

op

de

betekenis

van

en

relatie

tussen

de

gebruikte

woorden.

Deze analyses

kunnen

zo diep

en

zo uitgebreid

worden

als

je

zelf

wilt

.ze zijnniveauonafhankelijk,

wat

wil

zeggen

dat

ze op

elk

niveau

kunnen

worden

verricht,

van

overheid

en organisaties

tot

aan

individuen,

van

macro-

tot microniveau.

Een

voorbeeld

van

dat

laatste

is

autobiografrsch

onderzoek,

een

documentana

 

e

naar

de

levensloop

van

één

persoon.

Overi-

gens

hoeft een

inhoudsana

 

e

niet

uitsluitend

betrekking

te hebben

op

docu-

menten

met

geschreven

tekst.

Ook

video-opnames,

bandopnames

en

derge-

lijke kunnen

als

gegevens

dienen

bij

een

onderzoek.

TøaI

is het

uitgangspunt

van de

analyse

(zie

kader 5.9).

ferr

abel

ond

te

tr

vool

anal

beh¿

Naar

waal

kenn

prob

moet

maal

ligt

d

Hoe,

melir

zoeke

inhou

lingsr

Met

e

blijkt

titatie

Heinze

Oost deed onderzoek

naar de

kwaliteit

van

probleemstellingen

in dissertaties.

Dat zijn de verslagen

van

promotieonderzoeken.

Hij

verzamelde

een

groot

aantal

dis-

sertaties van

Nederlandse

promovendi

uit de

jaren

1994en

1995,

op

zes

wetenschaps-

gebieden.

Deze

dissertaties

onderwierp

hij aan

een intensieve

analyse.

Hij keek

daarbij

naar de belangrijkste

vraag

waarop deze

onderzoeken

antwoord

geven.

Deze

analy-

seerde hij op een aantal

kenmerken,

zoals

onderwerp

en

aansluiting

bij

de

gevraagde

onderzoeksopzet.

Verder beoordeelde

hij

onder

andere

de

precisie van de

vragen,

de

relevantie, de

herkenbaarheid,

enzovoort.

Een typisch

voorbeeld

van

kwal¡tat¡ef

bureauonderzoek

(Oost,

1999).

q

o

 

Y

Voor

een

goede analyse

van

documenten

is een

systeem

van

kwalitatieve

vari-

abelen

een

handig hulpmiddel.

Van

tevoren bepaal

je

welke

kenmerken

van

de

documenten

je

onderzoekt

(zeg

maar'variabelen')

en

welke

categorieën

(zeg

maar'aspecten')

van

deze kenmerken

je

gebruikt.

Omdat

het

hier

niet om

cij-

Page 7: Literatuuronderzoek-nederlands.pdf

8/17/2019 Literatuuronderzoek-nederlands.pdf

http://slidepdf.com/reader/full/literatuuronderzoek-nederlandspdf 7/10

hun

veel

veel

5

Kwal¡tat¡eve

methoden

van

dataverzameling

fermatige

gegevens

gaat,

noemen

we

de variabelen

kwalitatief.

Met

deze vari-

abelen

bestudeerje

de

teksten.

fe

maakt

groepen

van

de gevonden

gegevens,

je

onderzoekt

relaties

en

betekenissen

en

je

probeert

op basis

daarvan

conclusies

te

trekken

over de

strekking

van de

tekst.

In

hoofdstuk

9

wordt

een

methode

voor

analyse

van

documenten

besproken.

ook

wordt

daar

een

korte

tekst-

analyse

gegeven

en

aan

de

hand

van

specifieke

theoretische

uitgangspunten

behandeld.

Naast

deze

kwalitatieve

analyse

is

er

ook

een

meer

kwantitatieve

variant,

waarbij

je

in

de

bron

(document,

tekst,

band

en

dergetijke)

telt

hoe

vaak

een

kenmerk

voorkomt

(zie

kader

5.t0).

swaïborn

spreekt

in

dit

geval

over

een

probleem

dat

bij

inhoudsanalyse

optreedt:

de

steekproeftrekking.

Immers,

je

moet een

aantal

documenten

(kranten,

tijdschriften

en

dergelijke)

selecteren,

maar

welke

en

hoeveel

(swanborn,

20i0)?

wanneer

is

het voldoende?

verder

ligt

de

analysemethode

niet

echt

väst,

er is geen

vaste

set

regels

voor.

Hoe

kun

je

de

kwaliteit

van

je

resultaten

dan

waarborgen?

Door

.ataverza-

meling

en

analyse

te

herhalen

(iteratie),

door te

overleggen

met

collega-onder-

zoekers,

door

je

werk

door

collega's

te laten

beoordelen,

enzovoort.

Kortom,

inhoudsanalyse

is

een

complexe

en

intensieve

methode,

en

als dataverzame-

lingsmethode

bepaald

niet gemakkelijk.

Met

een

inhoudsana e

kunnen

ook

jaarcijfers

worden

vergeleken,

zoars

blijkt

uit

kader

5.11.

zo'nvergelijking

kan zowel

een

kwalitatief

als een

kwan-

titatief

karakter

hebben.

de

o

o

E

o

Y

:

..,'

..

:

r

:r_:

::,

,ii

'

.,

:,

:l_

:;tt1:

,t..

',r.

.-

.

.

ln

paragraaf

5.3

werd

als

voorbeeld

aangehaald

het

literatuuronderzoek

van

Van

Gageldonk

en

Rigter

(1998)

naar

de

effecten van

preventieve

maatregelen

op

psychische

en

gedragsproblemen.

De

onderzoekers

zochten

niet alleen

naar

literatuuç

zij

analyseerden

die ook met behulp van inhoudsanalyse.zij

onderzochten

de

alge-

hele

methodologische

kwaliteit

per

onderzoeksopzet

met

behulp van

een

schaal. Voor

experimentele

opzetten

werden

criteria

van de Randomized

ControlTrials

(Jadad,

199g)

gebruikt.

verder

werd afgegaan

op

de

gebruikte

kenmerken

in het

desbetreffende

onderzoek

of

werd

a

priori

een set

andere

criteria vastgesteld

(van

Gageldonk

& Rigter,

1998).

Daarmee

werd

deze

inhoudsanalyse

toch

enigszins

kwantitatiel

als

gevolg

van

de

genoemde

codering.

I

i

I

.j

.

¡

;

1

;

i

Page 8: Literatuuronderzoek-nederlands.pdf

8/17/2019 Literatuuronderzoek-nederlands.pdf

http://slidepdf.com/reader/full/literatuuronderzoek-nederlandspdf 8/10

u

 

Y

N

ø

o

)¿

Verzamelen

Gouden

handdrukken hebben

de topinkomens in het Nederlandse

bedrijfsleven vorig

jaar

explosief

doen stügen. ln 2001

stegen de

gemiddelde

loonkosten voor bestuurders

van

de

grootste

bedrijven nog met

8,5

procent,

vorig

jaar

was d¡t

20,0

procent.

Dit

bl¡jkt

uit het

beloningsonderzoek

d atdeVolkskrantjaarlijks u¡tvoert aan de hand

van de

jaar-

verslagen

van ruim tweehonderd

bedrijven.

Bron: de Vo

Ikskrant, 24 mei 2oo3

In

kader

5.I2

zelten

we de

kenmerken van

de

inhoudsanalyse nog

eens

op

een

rijtje.

De kenmerken

zijn:

.

weergave

van

gedrag

in tekst-, beeld- en/ofgeluidsdocumenten;

.

veelal

gebruikvan

bestaande

gegevens;

-

betekenisgeving

van taal;

.

verkennend

(exploratief)

van

aard;

.

gebruikvankwalitatieveanalysetechnieken;

.

niveau-onafhankelijk.

De

steekproef kan variëren van

één

(gevalsstudie)

tot

talloze

documenten.

wo

lin¡

Rec

pol

kw,

  fr

me'

Hel

een

lin¡

kur

bij r

woI

doe

ope

het

getr

ontl

Ink

5. i.-j :pecialc

:/ûii)ia;

rnr,

¡,¡ ¡,.:ltisr.::a.tt'::'-:

Er

zljn

vele

vormen van inhoudsâna e

denkbaar, waarbij

methoden elkaar

deels

overlappen. We bespreken nu

twee speciale

vormen

van

inhoudsanalyse:

tekstsociologie en

kwalitatieve

secundaire ana e.

Tekstsociologie

Tekstsociologie

is een methode

voor autobiografisch

onderzoek.

Daarbij

ana-

lyseert

de onderzoeker de betekenis

van woorden in autobiografische teksten

en hun

onderlinge relaties.

Deze

betekenis

wordt niet zozeer

in de

geschiede-

nis van

de

taal gezocht, maar

meer

in het

heden,

in de interpretatie

binnen

het

huidige

taalsysteem.

Onderzoek naar

levensverhalen

is daar

een

mooi

voor-

beeld

van. Aan

de

hand

van

analyse

van

(autobiografrsche)

levensverhalen

Page 9: Literatuuronderzoek-nederlands.pdf

8/17/2019 Literatuuronderzoek-nederlands.pdf

http://slidepdf.com/reader/full/literatuuronderzoek-nederlandspdf 9/10

16

i.

5

Kwalitatieve

methoden

van

dataverzameling

wordt

een

beeld

van

een

bepaald

tijdperk

of

een

maatschappelijke

ontwikke-

ling

geschetst

(Nijhof,

2000).

Secundaire

analyse

van

bestaande

kwalitatieve

gegevens

Recente

ontwikkelingen

in

kwalitatief

onderzoek

laten

een

toenemende

populariteit

zien

van

het

analyseren

van

bestaande

gegeYens.

Bij secundaire

L* htuti lr

ana e

wordt

gebruikgemaakt

van bestaande

gegevens

die reeds

eerder voor

onilerzoeksdoeleinden

zijn

verzameld.

ze

worden

geanalyseerd

met

een

nieuwe

probleemstelling,

vanuit

een

nieuw

perspectief'

Het

analyseren

van bestaande

gegevens,

zo

zageîwe

al

in

hoofdstuk

4,

kan

een

goedkope

en efficiënte

oplossing

zijn

voor

problemen

met

dataverzame-

ling.

zo ook

met

kwalitatieve

gegevens.

Bestaande

kwantitatieve

gegevens

kunnen

worden

gebruikt

voor

lrct

opnieuw

toetsen

van

hypothesen.

Dat

is

bij

kwalitatief

onãerzoek

lastig,

omdat

daar

inductief

(dus'theorie vormend')

wordt

geanalyseerd

en

niet deductief

(theorie

toetsend).

wat

je

echter

wel kunt

doen,

is deze

gegevens

opnieuw

kwalitatief

analyseren,

bijvoorbeeld

in

een

open

benadering.

De

gefundeerde

theoriebenadering

geeft

richtlijnen

voor

h.t

sa*envatte¡L

coderen

en Structureren

van

gegevens'

waaruit

conclusies

getrokken

kunnen worden

(Glaser

&

Strauss,

I967;Boeije,2005)' Zegmaar:

er

ántstaat

theorie.

Deze

benadering

wordt

in

hoofdstuk

9

uitgebreid

behandeld.

In

kader

5.13

vind

je

een

voorbeeld

van

deze

methode.

Dat interessante

kwal¡tatieve

analyses

kunnen

worden

verricht

op

basis

van

bestaande

bestanden,

blijkt

uit het

onderzoek

dat

door

de

onderzoekers

van

het

veteranen-

instltuut

is verricht.

Onder

de

titel

'Veteran

Tapes'

is

een

groep

onderzoekers

afkomstig

uit

verschillende

richtingen

aan

de slag

gegaan met

êen

collectie

interviews

van mili-

ta¡re

veteranen.

Zij hebben

deze

interviewverslagen

opnieuw

geanalyseerd,

maar

nu

met

een

ander

perspectief. De

resultaten

geven een

beeld

van

de

beleving

van

vetera-

nen

van hun

uitzendtijd,

vanaf

de Tweede

wereldoorlog

tot

hedendaagse

missies

zoals

in

Afghanistan,

De onderzoekers

beschreven

deze

beleving

aan

de

hand

van onder-

fr

werpen

als

moraliteit,

religie,

beleving

van

schokkende

gebeurtenissen,

beleving

van

 

de

thuiskomst,

enzovoort

(Van

den

Berg,

Stagliola

&

Wester'

2010)'

6

Wat

veteranen

vertellen

Page 10: Literatuuronderzoek-nederlands.pdf

8/17/2019 Literatuuronderzoek-nederlands.pdf

http://slidepdf.com/reader/full/literatuuronderzoek-nederlandspdf 10/10