nieuwe tijd - juni 2014
DESCRIPTION
Het ledenblad van ACV-Openbare DienstenTRANSCRIPT
nieuwetijdmagazine voor openbare diensten
maandblad van ACV-Openbare Diensten – juni 2014v.u.: L. Hamelinck, Helihavenlaan 21, 1000 Brussel
ACV Jongeren flitste langs…
In dit nummer
2
COLOFON Redactie Luc Hamelinck | Amélie Janssens | Chris Herreman | Joris Lermytte | Thomas Vael | Ilse Heylen | Marc Saenen | Frédéric De Gelissen | Jan MortierEindredactie Amélie Janssens | Luc HamelinckVormgeving Gevaert Graphics Druk Corelio Printing | www.corelio.be
14
16
17
20
21
04
05
06
08
09
11
10
12
13
durfSTEMMEN
5/5/2014 tot 9/5/2014Stefanie Vermeire
Hilde Dewulf
Verkiezingen Vertegenwoordigers ATP in de Raad van Bestuur191606
ZORGVlaamsE OVERhEiD
Registratie verplicht vóór 1
december 2014 voor de medisch
laboratoriumtechnologen en
technologen medische beeldvorming
bijzondere korpsen
Een job bij de politie? ACV helpt je
hierbij!
De potentieelinschatting
vervoer
Openbaar vervoer Nieuw Vlaams
regeerakkoord? Kaarten op tafel!
Flyeractie Openbaar Vervoer
lokale & regionale besturen
Gent-Eeklo Planning
werkjaar 2014-2015
Eindelijk een tweede pensioenpijler
en toekenning maaltijdcheques
voor personeelsleden IGL
vlaamse overheid
Stefanie Vermeire wint verkiezingen
bij Universiteit Gent
zorg
Verplegend en verzorgend
personeel in ziekenhuizen en
woonzorgcentra krijgen toegang
tot het eindeloopbaanstelsel vanaf
50 jaar
focus
Zesde Staatshervorming: overdrachten
van personeel
Studiedag Europa 7 mei 2014
ACV Jongeren flitste langs…
federale overheid
Evaluatie bij de federale overheid
Eindrapport van Minister Turtelboom
fOcus
durfSTEMMEN
5/5/2014 tot 9/5/2014Stefanie Vermeire
Hilde Dewulf
Verkiezingen Vertegenwoordigers ATP in de Raad van Bestuur
edito 3
Regeringen in de maakOp politiek vlak gaat alle aandacht naar de nieuwe regeringen. ACV-Openbare Dien-
sten volgt die evoluties op de voet op. Want uit ervaring weten we: wat in regeerak-koorden komt wordt ook grotendeels uitgevoerd. De komende regeringen hebben
5 jaar zonder verkiezingen voor de boeg. Dat geeft de politiek vleugels.
Niemand heeft een kristallen bol. Er kan in de wereld van alles gebeuren dat niemand kon voorzien. Maar los daarvan: Algemeen wordt verwacht dat de eerste 3 jaar van die komende regeerperiode de moeilijkste zullen zijn. Het economisch herstel is nog zwak. In ieder geval te zwak om de tewerkstelling aan te zwengelen. In die eerste 3 jaar wil men politiek ‘orde op zaken stellen’, opties nemen en besparingen doorvoeren om tot het begrotingsevenwicht te komen. Voor de laatste 2 jaar hoopt men dat het wat beter gaat met de economie en men meer positieve maatregelen kan nemen. Zodat de mensen tegen de volgende verkiezingen de moeilijke momenten ‘vergeten’ zijn. Het scenario waar we voor staan, zie je zo gebeuren.
De komende tijd krijgen we met de openbare sector en het overheidspersoneel enkele las-tige noten om te kraken. We zullen zeker geconfronteerd worden met besparingen. Enkele Vlaamse topambtenaren hebben al aangegeven dat de ‘kaasschaaf’ niet meer zal volstaan. Er komen dus meer ‘structurele’ maatregelen.
Enkele economen van de Nationale Bank hebben ondertussen de politiek voorgerekend dat besparingen in de pensioenen noodzakelijk zijn als men op termijn de overheidsuitga-ven wil verminderen. ‘De pensioenen moeten verminderen’ lazen we in de kranten. Alsof men niet weet dat de pensioenen in ons land helemaal niet over-dreven zijn, ook niet als men ze internationaal vergelijkt. Ondertussen is ook het rapport verschenen van een expertencommissie pensioenen ingesteld door mi-nister De Croo. Het rapport stelt een verregaande hervorming van de pensioenstelsels voor met lagere ambtenarenpensioenen voor gevolg. Pensioenen worden syndicaal dus opnieuw een zorgenkind.
De economen van de Nationale Bank pleiten ook voor besparingen in de personeelskosten en werking van de overheid. Bij de regeringsonderhandelingen zal men zeker uitmaken welke prioriteiten hierin worden gesteld. Nieuwe lineaire personeelsvermin-deringen? Herstructureringen van de administraties (federaal en Vlaams)? Fusies van ge-meenten? Afschaffing van de provincies? Het personeelsbeleid zal zeker opnieuw worden ‘gemoderniseerd’. Komen de gesco’s onder vuur? … Het lijstje van mogelijkheden die op de onderhandelingstafel zullen liggen kan je gemakkelijk maken.
Redenen genoeg om ons zorgen te maken. Want hoe zullen die nieuwe regeringen zich op-stellen? Als Jantje-Stoer, met een ‘te nemen of te laten’-houding? Of zullen ze ruimte geven voor overleg? Betrokkenheid en constructief sociaal overleg zijn voor ons cruciaal om tot goede beslissingen te komen. We zullen snel weten waar we aan toe zijn. Want deze keer duurt het zeker geen 541 dagen …!
Vriendelijke groeten
Luc Hamelinck, Voorzitter
Deze keer duurt het zeker
geen 541 dagen …
Volg ons op twitter.com/acvopenbaar
Like ons op facebook.com/acv-openbarediensten
www. acv-openbarediensten.be
22
23
22
VERVOER
Werkbaarheid van het werk van
autobus- en autocarchauffeurs
pensioenen
Tweede fase hervormingen
werknemerspensioen
focus
4
Zesde Staatshervorming:
is ondertussen veel veranderd. De laatste jaren
verdienen de federale ambtenaren immers
meer dan de collega’s bij de Vlaamse gemeen-
schap. Die oefening met de ‘rugzak’ is dus niet
eenvoudig, omdat mensen riskeren na hun
overdracht op termijn minder te verdienen of
minder goede voordelen te hebben.”
De onderhandelingen hierover vonden plaats
in het Comité B. “We merkten al snel dat de in-
teresse bij de deelregeringen maar klein was”,
gaat Mark verder.
”Ze waren bovendien niet bereid om extra
inspanningen te doen voor de personeelsle-
den die overgeheveld worden. Na lang on-
derhandelen sloot ACV-Openbare Diensten
Daarvoor moet onderhandeld worden over
de manier waarop personeelsleden van de
federale ministeries overgaan naar de ge-
meenschaps- en gewestregeringen. Marc
Saenen, coördinator van het federaal team bij
ACV-Openbare Diensten legt uit waarover het
gaat.
“Het KB zegt dat de mensen hun voordelen
meenemen die ze op de dag van overdracht
hebben. Dat betekent dus dat er een foto
gemaakt wordt van de dag van overdracht,
maar er geen rekening gehouden wordt met
de volledige film van hun carrière. In 1989 was
het zo dat de statuten (geldelijk en adminis-
tratief) van de federale overheid gelijkaardig
waren aan die van de deelregeringen. Maar er
Amélie JanssensDe Zesde staatshervorming is een belangrijk politiek akkoord dat in het na-jaar van 2011 werd afgesloten. Dit akkoord kwam er niet zomaar: er waren 459 dagen van onderhandelingen nodig. Een onderdeel van dit Vlinderak-koord is de overdracht van een aanzienlijk aantal bevoegdheden van het fe-derale niveau naar de gemeenschappen en gewesten. En bij een overdracht van bevoegdheden hoort natuurlijk ook een overdracht van personeelsle-den. Zo’n 2750 personeelsleden van de federale overheid zullen de overstap maken naar de Vlaamse gemeenschap.
een protocol van niet-akkoord af. En wel om
volgende redenen:
• De minimalistische invulling van de zoge-
naamde rugzak die de personeelsleden
meenemen op datum van de overdracht.
• De manier waarop bepaalde verworvenhe-
den vanuit het Federaal Verlofbesluit niet
verdergezet kunnen worden wanneer deze
geen reglementaire grondslag hebben bin-
nen sommige gefedereerde entiteiten. Bij-
voorbeeld: de halftijdse uitstap op 55 jaar
voorafgaand aan het pensioen bestaat wel
federaal, maar niet bij de Vlaamse gemeen-
schap. Mensen die nu in dit systeem zitten
zouden bij overdracht dan maar voor een
minder voordelig systeem moeten kiezen
of opnieuw voltijds werken.
• De vermindering of blokkering van de
initiële bezoldiging van de federale per-
soneelsleden die overgaan naar sommige
gefedereerde entiteiten.
• De algemene onduidelijkheden die blijven
voortbestaan binnen dit dossier.”
Ook de andere vakbonden sloten een proto-
col van niet-akkoord af. De onderhandelin-
gen moeten nu verdergezet worden binnen
de sectorcomités van de deelregeringen.
“Hier moeten we nagaan of de voorwaarden
van de Vlaamse overheid effectief overeen
komen en of we er nog iets aan kunnen doen.
We weten nu wel al dat die bereidheid er bij
de Vlaamse overheid niet is. Het worden dus
nog moeilijke gesprekken.”
overdrachten van personeelMensen
riskeren na hun overdracht op
termijn minder te verdienen
5focus
burgerrecht. Wij vragen dat deze sectoren
gevrijwaard worden van privatisering en libe-
ralisering.Dit initiatief werd en overdonderd
succes. We verzamelden bijna het dubbel van
het aantal handtekeningen dat de Europese
grondwet voorziet als drempel (1 miljoen
handtekeningen).
Inmiddels heeft de Europese commissie dit
initiatief aanvaard. Ze onderzoekt nu op
welke wijze ze er verder gevolg aan zal geven.
We stellen vast dat Europa dit nogal schoor-
voetend doet.
Waarom, vragen we ons af, worden kader-
richtlijnen over liberalisering onder politieke
druk in een minimum van tijd aanvaard, ter-
wijl men voor een burgerinitiatief klaarblijke-
lijk ruim zijn tijd neemt om een positie in te
nemen, laat staan om te beslissen.
We stellen ons dan ook de vraag waarom een
burgerinitiatief niet op dezelfde voluntaristi-
sche manier wordt aangepakt door de Euro-
pese regelgevers.
Is het omdat de stem van de Europese burger
eigenlijk niet waard is om gehoord te wor-
den?
Beste Panelleden,
We hebben voor u twee vragen
1/ Hoe zullen de kandidaten voor de Europese
verkiezingen en hun fracties zich opstellen te-
genover het burgerinitiatief ter vrijwaring van
de liberalisering van de drinkwatersector?
Na deze uiteenzetting werden we geboeid
door prof. Heiner Flassbeck (gewezen vice-
minister van financien).
De financiële crisis van 2009 wordt in de
schoenen geschoven van Zuid-Europese lan-
den.
De eerste jaren van de Europese Monetaire
Unie (EMU) was er een perfecte match tussen
de loonkost en de inflatie (van 1999 tot 2007)
Duitsland zette de lonen onder politieke druk
ondanks productiviteitsstijging gelijkaardig
aan de andere landen. Hierdoor kwamen de
andere landen in de problemen. Om uit de
crisis te geraken moet Duitsland de groei-
curve van loonkost en inflatie van ongeveer
1,9% volgen.
In de namiddag was er een politiek debat tus-
sen de verschillende partijen met mogelijk-
heid tot vraagstelling. Als openbare sector
waren we vooral geïnteresseerd in het stand-
punt van de verschillende partijen over het
openbaar ambt en de stand van zaken in het
dossier van het burgerinitiatief rond water als
een mensenrecht.
Onze voorzitster Lieve had volgende vragen:
U herinnert zich zonder twijfel het burgeri-
nitiatief dat wij vorig jaar namen met de Eu-
ropese vakbonden van de openbare sector
om drinkwater van goede kwaliteit en goede
sanitaire voorzieningen te erkennen als een
Peter De PaepeTijdens deze studiedag kwam er heel wat op ons af. het standpunt en de ac-tiviteiten van het EVV verduidelijkten de werking van het Europees vakver-bond. Deze werking lijkt de “ver van mijn bed” show, maar is heel belangrijk voor het sociale Europa, waar we nog ver van af staan. het EVV-plan voor investering, duurzame groei en degelijke banen werd kort toegelicht.
Zullen zij dit burgerinitiatief steunen en welke
initiatieven denken zij hiervoor te kunnen ne-
men in het Europees parlement? Gaan ze zich
blijven verschuilen, zoals ze nu doen, achter
de autonomie van de lidstaten om te libera-
liseren?
2/ Onze tweede vraag is ruimer.
Welke initiatieven zullen de fracties nemen
om de specifieke rol die de openbare diensten
(diensten van openbaar belang) innemen in
het Europees sociaal model te vrijwaren en
te voorkomen dat diensten van openbaar
belang de speelbal worden van commerciële
groepen, denk hierbij aan voorbeelden uit de
zorgsector of openbaar vervoer.
Jammer genoeg was mevr Neyt, die behoort
tot de fractie van de Europese commissaris,
op het moment van de vraagstelling nog niet
aanwezig.
Het is de commissie die mee zal beslissen
over de opstelling tegenover het burgeriniti-
atief en over de problematiek van de libera-
lisering.
De vragen zijn haar schriftelijk overgemaakt,
en we hopen een schriftelijk antwoord te krij-
gen op onze vragen.
Studiedag Europa 7 mei 2014
We waren geïnteresseerd in het standpunt van
de partijen over het openbaar ambt
focus
6
Woon- & Zorgcentrum De mespeleer in OudenaardeDe flitspaal kwam ook langs in het woon- &
zorgcentrum De Mespelaar in Oudenaarde.
Daar zijn Andries Rogge (33) en zijn vrouw
Francoise De Raeve (32) nog maar net mili-
tant. “Er waren nog geen militanten in het
woon - & zorgcentrum. Ik was militant op
mijn vorig werk voor ACV-METEA. Ik vind het
belangrijk dat er militanten zijn. Ik kan moei-
lijk tegen onrecht. Ik besprak het eens met
Françoise en we hebben besloten het samen
te doen”, zegt Andries. “Het is goed dat we
met twee zijn. Ik bereik de verpleegkundigen,
terwijl Andries meer de administratie kan ver-
tegenwoordigen”, voegt zijn vrouw eraan toe.
11 Winnende foto’s werden geselecteerd. De
foto die daarvan op het einde het meeste
‘likes’ verzamelde op facebook won de pizza-
mobiel op het werk en dus gratis pizza’s voor
alle collega’s. Het Woon- & zorgcentrum Zon-
nebloem in Zwijnaarde haalde met 794 likes
de overwinning binnen. Ze hadden een ori-
ginele fotoshoot waarbij de bewoners volop
betrokken werden.
ACV-Openbare Diensten ging achteraf langs
met de pizzamobiel en de troostprijzen. We
zoomen even in op Woon & Zorgcentrum
De Mesepleer in Oudenaarde, het OCMW in
Balen en Infrax Limburg. En uiteraard niet te
vergeten: we gingen pizza eten samen met de
winnaars.
Miet De BruyckerDe jongerenwerking van acV-Openbare diensten bedacht een leuke manier om op de werkvloer langs te gaan en jonge mensen aan te spreken: de flit-spaalactie. Jonge leden, militanten en secretarissen konden ons ‘boeken’. Vervolgens kwamen we langs met de fotoflitspaal om leuke foto’s te nemen van het personeel. Personeelsleden tot 35 konden bovendien met hun foto deelnemen aan de fotowedstrijd en zo de komst van de pizzamobiel winnen.
ACV Jongeren flitste langs…Lekkere
pizza voor de winnaars
Woon- & Zorgcentrum De mespeleer in Oudenaarde
7focus
Het koppel had meteen de handen vol. “Er
kwamen wel heel wat vragen op ons af. Er was
namelijk lange tijd niemand voor het ACV hier
aanwezig. Maar het is leuk werk. De collega’s
zijn zeer enthousiast. Ze zijn vooral blij dat er
mensen zich willen engageren.” Eén van hun
collega’s won een troostprijs die de jonge mi-
litanten in haar naam in ontvangst namen.
OcmW-BalenHet was maatschappelijk assistente Karlien
Berghmans die de kat de bel aanbond: “Ik
had in De Nieuwe Tijd over dit jongereniniti-
atief gelezen en raakte geïntrigeerd. Ik dacht
‘waarom niet?’ en contacteerde meteen onze
centrale met de vraag om ook eens bij ons in
de Kempen langs te komen. Ik kon me niet
goed voorstellen hoe deze actie er precies
zou uitzien, maar als ik nu het resultaat zie,
vind ik het een meer dan leuk initiatief om als
vakbond de werkvloer op te gaan.”
Karine Raus, al heel wat jaren plaatselijk mili-
tant, verwoordde het zo : “Het zou goed zijn
mocht er wat vers en vooral jong(er) bloed
de stap naar militant zetten. Onze militanten-
kern bestaat momenteel nog uit 3 collega’s,
wat voor een organisatie met meer dan 200
personeelsleden toch krap is. Ik stel wel vast
dat het steeds moeilijker wordt om jonge,
nieuwe militanten aan te trekken. Nochtans
zijn de vragen en problemen van syndicale
aard er niet minder op geworden de laatste
jaren.”
infrax limburgInfrax Limburg had geen winnende foto. Toch
denken ze ook daar op een positieve manier
terug aan de actie. Sofie Joris, die ook mee de
jongerenwerking bij ACV-Openbare Diensten
trekt, is militant bij Infrax: “Het was een aan-
gename ervaring, waarbij voornamelijk de
jonge militanten van ACV-Openbare Diensten
extra in de kijker zijn gekomen op de werk-
vloer. De collega’s hebben het over het alge-
meen als een zeer positief initiatief ervaren
en zijn al benieuwd naar onze volgende actie.
Zelfs de reactie van de directie was positief.
Uiteraard waren we een beetje teleurge-
steld dat wij niet geselecteerd waren, maar
we vinden de winnende organisatie een
terechte winnaar. Het geeft ons ook een
extra motivatie om bij een eventueel vol-
gende actie een extra inspanning te leveren.”
Donderdag 5 juni was het dan zover. We gin-
gen langs met de pizzamobiel in het woon-
& zorgcentrum Zonnebloem in Zwijnaarde.
De pizza’s vielen enorm in de smaak.
Met de flitspaalactie wilden we ons als
vakbond op een andere manier tonen op
de werkvloer. We hopen met Jong-ACV-
Openbare Diensten nog een aantal jonge
militanten aan te trekken die zich willen
engageren voor hun collega’s.
Wil jij militant worden? Of wil je meer in-
formatie? Neem contact op met miet.de-
infrax limburg pizzamobiel in het woon- & zorgcentrum Zonnebloem in Zwijnaarde
Werkt het goed?Het is nog wat vroeg om een evaluatie te
maken van het nieuwe systeem. Daarvoor is
het systeem nog te jong. Maar we hebben de
indruk dat het nieuwe evaluatiesysteem voor-
lopig nog niet heeft geleid tot een sociaal
bloedbad. We merken dat de meeste evalu-
aties afgesloten worden met de beoordeling
‘voldoet aan de verwachtingen’. Dat komt
doordat dit de enige beoordeling is die de
evaluerende chef kan geven. Voor alle andere
beoordelingen moet het dossier naar een ho-
gere chef.
Studies en vergelijkingen met andere over-
heden geven aan dat ongeveer 5 % van alle
evaluaties tot problemen leiden. Dat lijkt een
laag percentage, maar in ons geval zou het
dan gaan over veel meer dan 1000 leden. Dat
is een pak dossiers.
Wijzigt ook de aanpak van acV-Openbare Diensten?De verdediging van ambtenaren die een ne-
gatieve evaluatie krijgen, gebeurde tot nu toe
door de secretarissen. In de toekomst willen
we werken met een verdedigingscommissie
van militanten. Deze mensen worden nu nog
volop opgeleid.
Verder zullen we natuurlijk dit nieuwe evalua-
tiesysteem verder opvolgen en zelf evalueren.
Wat is er veranderd?In het vorige systeem concludeerde men de
evaluatie enkel met ‘goed’ of ‘niet goed’. Bo-
vendien kon men zelf kiezen voor een jaarlijk-
se of tweejaarlijkse evaluatie. In het nieuwe
evaluatiesysteem is de jaarlijkse evaluatie
(gebaseerd op een kalenderjaar) de norm.
Bovendien kan men nu 4 beoordelingen
toekennen: uitzonderlijk, voldoet aan de ver-
wachtingen, te verbeteren of onvoldoende.
Dit nieuwe systeem kwam er omdat Staats-
secretaris Hendrik Bogaert (bevoegd voor
Ambtenarenzaken) af wou van het onhoud-
baar systeem van de competentiemetingen.
Hij wou dit vervangen door een systeem
gebaseerd op de evaluatie van het dagelijks
werk. Dat betekent dat het huidige evaluatie-
systeem ook invloed heeft op het inkomen.
Afhankelijk van de beoordeling kan een amb-
tenaar sneller of trager naar een hogere wed-
denschaal gaan.
Ook het beroep is gewijzigd. Er wordt nu ge-
werkt met 1 grote beroepskamer voor alle ni-
veaus. Dat zorgt ervoor dat de procedure
zwaarder wordt, maar het komt de
objectiviteit wel ten goede.
Mark Saenen en Amélie Janssenssinds november 2013 kent de federale overheid een vernieuwd systeem van evaluatie. Waar de evaluatie vroeger vooral diende om mensen die slecht presteerden te kunnen afdanken, vormt ze nu meer de motor van de carrière van de federale ambtenaar. mark saenen, coördinator federaal team, geeft uitleg bij het nieuwe systeem.
Evaluatie bij de federale overheid
In het nieuwe evaluatiesysteem
is de jaarlijkse evaluatie de norm
federaal
8
Akkoord, ze leefde mee met de beambten
van de gevangenis van Sint-Gillis na de hal-
lucinante raid aan de poort. Ze beloofde on-
verwijld maatregelen na zware incidenten in
onder meer Hasselt en Brugge. Van zodra de
mediastorm luwde bleef het in Brussel ook
windstil.
Akkoord, ze beloofde dat er binnen EPI niet
zou worden bespaard, maar dit bleken ach-
teraf ordinaire leugens te zijn. Daags voor de
verkiezingen kwam ze met een personeels-
plan op de proppen waarop 2% minder per-
soneel stond.
Tot slot willen we jullie nog één voorbeeld
geven van hoever onze overheid gaat met
besparingen. In de gevangenis van Beveren
vond men er niet beter op om zelfs op kabel-
goten te besparen. Men goot er de leidingen
en kabels gewoon in het beton. Benieuwd
wat dit zal geven op het moment dat er her-
stellingen nodig zijn.
Conclusie: Niet geslaagd en hopelijk géén
herkansing.
lintjes doorknippen, familienamen en besparingen op personeelAkkoord, ze heeft heel wat lintjes mogen
doorknippen. In Beveren, Marche en Leuze
opende ze nieuwe gevangenissen en in
Gent een nieuw forensisch psychiatrisch cen-
trum. Misschien dacht ze de pluimen hiervoor
op haar hoed te steken. Maar eigenlijk zijn het
haar voorgangers die alles mogelijk maakten.
Akkoord, het Gerechtelijk ‘landschap’ werd
herverkaveld, maar ook hier was dit het resul-
taat van het vele werk van haar voorgangers.
Akkoord, ze heeft er een wet op de familie-
naam doorgeduwd. Een wet die niemand ei-
genlijk wilde. Bij het ter perse gaan van deze
Nieuwe Tijd werd welgeteld één pasgeborene
met een dubbele familienaam geregistreerd.
Akkoord, ze wilde spreken over onze eisen-
bundels, maar pas toen het einde van haar
legislatuur al lang in zicht was en het kalf al
verdronken was. Bovendien blonk ze telkens
uit door haar afwezigheid aan de onderhan-
delingstafel. Tenzij de pers aanwezig was.
Luc Neirynckaan het einde van het schooljaar worden traditioneel de punten geteld en het eindrapport opgemaakt. Nu de regering in lopende zaken is, kunnen we terugblikken op de legislatuur van onze ontslagnemende minister Turtel-boom. En volgens onze gegevens, valt het resultaat tegen.
Eindrapport van Minister Turtelboom
Conclusie: Niet geslaagd en hopelijk
géén herkansing
9federaal
10
lokale & regionale besturen
De leden van de intersectoriële werking ge-
pensioneerden hebben gevraagd om de or-
ganisatie van een decoratiefeest voor onze
trouwe leden te bekijken (want het is al meer
dan 10 jaar geleden). We gaan alvast eens de
aantallen opvragen en dit verder bespreken.
We gaan ook bijkomende initiatieven uitwer-
ken om onze leden die in de toekomst op
pensioen gaan, te informeren over hun pen-
sioen en over onze werking.
Destijds hebben we naar aanleiding van de
gewijzigde pensioenwetgeving twee info-
iNTERsEcTORiëlE WERkiNG GEPENsiO-
NEERDEN
Op 17 oktober 2014, 16 januari 2015 en 17
april 2015 telkens om 13.30 u. (ACV Gent-
Eeklo, Poel 7 – 9000 GENT) komt de intersec-
toriële werking van de gepensioneerden sa-
men. Op 17 oktober 2014 hebben we op onze
agenda: verlofgeld, overlevingspensioen,
pensioen en werken, pensioen in het buiten-
land en de huldiging van militanten LRB die
op pensioen zijn gegaan.
Peter Wiememomenteel zijn we volop bezig om de planning voor te bereiden voor het komende werkjaar 2014-2015. We zetten onder andere in op in-foavonden, vorming voor nieuwe (jonge) militanten, de vernieuwing van onze instanties in aanloop van het nationaal congres in 2015,… Naast de algemene syndicale werking, voorzien we specifieke initiatieven in onze doelgroepenwerking. het is de bedoeling dat onze doelgroepen maxi-maal inzetten op de versterking van de algemene syndicale werking binnen het gewest Gent-Eeklo.
avonden georganiseerd. We gaan dit onder
de vorm van ‘Info einde loopbaan’ tijdens
komend werkjaar opnieuw organiseren.
Uiteraard moeten - gezien de specifieke re-
gelingen in de diverse sectoren - hierover
afspraken gemaakt worden met de verant-
woordelijke secretarissen.
Ook bieden we naast algemene informatie
over de pensioenwetgeving, individuele in-
formatie aan (wetgeving, individuele bereke-
ning,…).
JONGEREN
Op 28 mei 2014 kwamen onze jongeren sa-
men om afspraken te maken over de orga-
nisatie van onze PIZZA mobiel in het OCMW
WoonZorgCentrum Zonnebloem te Zwijnaar-
de en om te werken aan hun jaarprogramma
voor het komende werkjaar. Onze jongeren
zetten voornamelijk in op het organiseren
van infoavonden (bv. rond het thema loop-
baanonderbreking, ouderschapsverlof,…).
De initiatieven worden uitgewerkt om zo alle
doelgroepen te bereiken binnen onze syn-
dicale werking. Ook zal er voor onze nieuwe
(jonge) militanten een specifiek vormings-
programma worden uitgewerkt.
Bent u geïnteresseerd om mee te werken
aan onze syndicale werking, aarzel niet om
ons te contacteren op (09) 265 43 30 of stuur
een mailtje naar [email protected].
Ook kan u informatie terug vinden op www.
acv-lrb-gent.be of op onze blog www.acv-lrb-
gent.blogspot.be
Gent-EekloPlanning werkjaar 2014-2015
Er zal voor onze nieuwe (jonge) militanten
een specifiek vormings-programma worden
uitgewerkt
sectorale akkoorden uit de LRB. Hier blijft het
dansen op een slappe koord.
Tot op heden bleven de personeelsleden van
IGL verstoken van een tweede pensioenpijler
en de toekenning van maaltijdcheques. Ge-
lukkig bracht VIA 3 + VIA 4 een oplossing, het
was nu of nooit.
Op 31 mei werd in het Vlaams Comité C voor
de provinciale en plaatselijke overheidsdien-
sten een akkoord afgesloten over VIA 4 en de
verdere uitvoering van VIA 3, voor de open-
bare sector. Het akkoord bevatte maatregelen
voor uitbreiding, kwaliteit en koopkracht.
Het was ACV-Openbare Diensten dat zowel
in het overleg op Vlaams niveau als op instel-
lingsvlak binnen IGL zeer sterk aangedrongen
heeft om te komen tot een systeem van twee-
de pensioenpijler, ook voor de personeelsle-
den van IGL.
Door de toekenning van de middelen van VIA
3 en VIA 4, zijn we erin geslaagd om van start
te gaan met een systeem van tweede pen-
sioenpijler vanaf 1/1/2014. Daarnaast wor-
den ook maaltijdcheques toegekend vanaf
1/1/2014, voor een waarde van 2,50 euro.
ACV-Openbare Diensten, is fier dat we voor
het personeel van IGL Ter Heide en Azertie, dit
resultaat hebben kunnen neerzetten.
Ondertussen telt IGL 4 instellingen voor op-
vang van personen met een mentale en/of
fysieke beperking. Ter Heide in Genk, Zonho-
ven, Hoepertingen (Borgloon) en Tongeren
waar een 400-tal bewoners worden opgevan-
gen. Verder is er nog Azertie, een gespeciali-
seerd centrum voor opleiding, begeleiding en
bemiddeling van personen met een handicap
in Zonhoven. Voorts is er ook nog een school
voor bijzonder onderwijs, De BUSO Wissel in
Genk, met ongeveer 100 personeelsleden die
vallen onder het onderwijsstatuut.
In totaal stelt IGL Ter Heide en Azertie meer
dan een 600 personeelsleden te werk (voltijds
en deeltijds), 461 fulltime equivalenten.
In een ver verleden waren de loon- en ar-
beidsvoorwaarden afgestemd op de statu-
ten van de lokale besturen. Maar dit kwam
niet overeen met de subsidiëring vanuit het
toenmalig Vlaams Fonds. Meer dan 10 jaar ge-
leden werd er overgeschakeld naar de loon-
en arbeidsvoorwaarden die meer afgestemd
waren op de subsidiëring van het Vlaams
Agentschap voor Personen met een Handi-
cap. Gezien IGL een intercommunale vereni-
ging is, blijft het een openbare instelling, die
deels haar personeelsbeleid afstemt op de
privé-opvoedingsinstellingen. Toch blijven
er een aantal problemen i.v.m. financiering
en toepasbaarheid van CAO’s uit de privé en
Jean-Pierre TommisseniGl is een intercommunale vereniging voor hulp aan gehandicapten in lim-burg, opgericht door de limburgse gemeenten en het Provinciebestuur van limburg.
Eindelijk een tweede pensioenpijler en toekenning maaltijdcheques voor personeelsleden IGL
ACV-Openbare Diensten is fier dat
we dit resultaat hebben kunnen
neerzetten.
11lokale & regionale besturen
Gent-EekloPlanning werkjaar 2014-2015
vlaams
12
Stefanie Vermeire wint verkiezingen bij Universiteit GentIn de week van 5 mei vonden de verkiezin-
gen plaats voor de vertegenwoordigers van
het personeel en de studenten in de Raad van
Bestuur, de Sociale Raad en de Raden van de
faculteiten.
Het aantal stemgerechtigden bedroeg 2534,
het aantal geldige stemmen 1333.
Stefanie Vermeire en plaatsvervanger Hilde
Dewulf haalden het van de tegenstanders
met 347 stemmen. Een mooie overwinning.
Er zetelen vanaf volgend academiejaar elf
mannen en evenveel vrouwen in de raad van
bestuur van de Gentse universiteit UGent.
Met die gelijke verdeling doet de universiteit
het beter dan het streefcijfer. Van de Vlaamse
overheid moet een derde van het bestuur uit
vrouwen bestaan en van Europa moet dit in
de toekomst veertig procent zijn. Daar vol-
doet de UGent nu al aan.
Hiermee hebben we vooral een historische
overwinning behaald!
Dank aan onze leden, zonder jullie was dit niet
mogelijk!!
We hebben vooral een historische
overwinning behaald!
durfSTEMMEN
5/5/2014 tot 9/5/2014Stefanie Vermeire
Hilde Dewulf
Verkiezingen Vertegenwoordigers ATP in de Raad van Bestuur
13
gelgeving enkel van toepassing is op de ver-
pleegkundigen en het verzorgend personeel
in de ziekenhuizen, de rusthuizen en de rust-
en verzorgingstehuizen.
Een resem bijkomende voorwaardenEr zijn nog tal van andere voorwaarden waar-
aan het personeelslid moet voldoen. Zo moet
het zwaar beroep uitgeoefend zijn gedu-
rende minstens 5 jaar in de voorafgaande
10 jaar of gedurende 7 jaar in de daaraan
voorafgaande 15 jaar.
Daarnaast is er ook de bijkomende voorwaar-
de van ‘zwaar beroep’, wat betekent dat het
moet gaan om ofwel:
• Werk in wisselende ploegen
Waarmee dan weer wordt bedoeld dat de
arbeid moet worden verricht in minstens
2 ploegen:
- met elk minstens 2 werknemers;
- die hetzelfde werk doen, zowel qua in-
houd als qua omvang;
- die elkaar in de loop van de dag op-
volgen, zonder onderbreking tussen
de opeenvolgende ploegen en zonder
overlapping die 1/4 van hun dagtaak
overschrijdt;
- de werknemer beurtelings van ploeg
wisselt.
• het werk in onderbroken diensten
Het gaat om arbeid waarbij de betrokken
Even terug in de tijdIn uitvoering van het regeerakkoord werd
vanaf 1 september 2012 de leeftijd om toe-
gang te krijgen tot het tijdskrediet en de spe-
cifieke loopbaanonderbreking op het einde
van de loopbaan en het recht op verhoogde
uitkeringen op 55 jaar gebracht voor het 1/5de
tijdskrediet en voor het halftijdse tijdskrediet.
Uitzonderingen konden worden voorzien bij
koninklijk besluit voor zware beroepen die
tegelijk knelpuntberoepen zijn.
afwijkingen op deze regelDe federale regering heeft nu uiteindelijk ook
in uitzonderingen voorzien voor de openbare
zorgsector. In navolging van de private sector
verscheen op 27 mei laatstleden in het Bel-
gisch Staatsblad het koninklijk besluit van 12
mei 2014 dat voorziet voor welke zware be-
roepen er een significant tekort aan arbeids-
krachten bestaat:
• verpleegkundigen en het verzorgend per-
soneel in de ziekenhuizen;
• verpleegkundigen en het verzorgend per-
soneel in de rusthuizen en de rust- en ver-
zorgingstehuizen.
Het koninklijk besluit, dat in werking treedt
per 1 juli 2014, maakt het ook mogelijk om
de maatregelen uit te breiden tot een door
de federale ministerraad goedgekeurde lijst
van knelpuntberoepen. Tot op heden is er
nog geen dergelijke lijst, zodat de nieuwe re-
Jan MortierVanaf 1 juli 2014 zal het verplegend en verzorgend personeel in ziekenhui-zen en woonzorgcentra toegang krijgen tot het eindeloopbaanstelsel vanaf 50 jaar. slechts wanneer het arbeidsregime van het verplegend of verzor-gend personeelslid aan strikte voorwaarden voldoet, kan beroep gedaan worden op deze regeling. in deze bijdrage geven we een overzicht van de belangrijkste voorwaarden.
persoon permanent werkt in dagpresta-
ties waarvan de begintijd en de eindtijd
minimum 11 uur uit elkaar liggen, met een
onderbreking van minstens 3 uur en mini-
mumprestaties van 7 uur.
- onder permanente tewerkstelling
wordt verstaan: de onderbroken dienst
moet het gewone regime zijn en geen
occasioneel arbeidsregime;
- onder dagprestaties wordt verstaan: de
prestaties worden uitsluitend verricht
tussen 6 uur ‘s ochtends en midder-
nacht.
• het arbeidsregime met nachtarbeid
Het betreft hier prestaties die gewoonlijk
worden verricht in arbeidsregimes met
prestaties tussen 20 uur en 6 uur ’s och-
tends.
Een eerste stap in de goede richtingACV-Openbare Diensten vindt deze regeling
alvast een eerste stap in de goede richting
maar vreest dat heel wat personeelsleden die
tewerkgesteld zijn binnen de gezondheids-
zorg van deze nieuwe regeling geen gebruik
zullen kunnen maken. ACV-Openbare Dien-
sten blijft dan ook pleiten voor een verdere
uitbreiding van de doelgroep.
zorg
Verplegend en verzorgend personeel in ziekenhuizen en woonzorgcentra krijgen toegang tot het eindeloopbaanstelsel vanaf 50 jaar
ACV-Openbare Diensten blijft pleiten
voor een verdere uitbreiding van de
doelgroep
zorg
14
Jan MortierVanaf 2 december 2014 moet iedereen die werkt als medisch laboratorium-technoloog (mlT) of als technoloog medische beeldvorming (TmB) in het bezit zijn van een erkenning of een afwijking. De fOD Volksgezondheid wil met de verplichte registratie deze beroepen wettelijk beschermen. Voor de patiënten moet dit dan weer een garantie zijn op kwaliteitsvolle professio-nele dienstverlening.
Registratie verplicht vóór 1 december 2014voor de medisch laboratoriumtechnologen en technologen medische beeldvorming
Personen die tewerkgesteld zijn als medisch
laboratoriumtechnoloog of als technoloog
medische beeldvorming hebben dus nog
enkele maanden de tijd om de erkenning en
het visum te bekomen. Belangrijk is dat de
regelgeving in een aantal overgangsmaatre-
gelen voorziet voor personen die momenteel
deze functies uitoefenen maar niet in het
bezit zijn van het specifieke diploma. Zij kun-
nen beroep doen op verworven rechten. Na 1
december 2014 worden er geen afwijkingen
meer toegestaan!
De verplichte erkenning geldt voor alle me-
disch laboratoriumtechnologen en techno-
logen medische beeldvorming. Hierbij speelt
het geen rol in welke sector zij tewerkgesteld
zijn en ook niet onder welk statuut (werk-
nemer, ambtenaar of zelfstandige) ze hun
beroep uitoefenen. De verplichte registratie
geldt niet voor verpleegkundigen.
lijst van paramedische beroepen Artikel 22bis van het koninklijk besluit van 10
november 1967 (het zogenaamde KB 78) be-
paalt dat de lijst van paramedische beroepen
door de Koning wordt vastgesteld.
Reeds met het KB van 2 juni 1993 (BS van 10
juli 1993) werd vastgelegd dat het beroep
van medisch laboratoriumtechnoloog een
paramedisch beroep is en werden de kwalifi-
catievereisten en de lijst van de handelingen
waarmee de medisch laboratoriumtechno-
loog door een arts kan worden belast, vast-
gelegd.
Met het KB van 28 februari 1997 (BS van 7 juni
1997) gebeurde dit voor het beroep van tech-
noloog medische beeldvorming.
De belangrijkste voorwaarden zijn in beide
gevallen:
• Houder zijn van een specifiek diploma ho-
ger onderwijs met volledig leerplan van
minstens drie jaar in het hoger onderwijs;
• Met vrucht een specifieke stage hebben
doorlopen;
• Beroepskennis en vaardigheden via bij-
scholing onderhouden en bijwerken om
een beroepsuitoefening op een optimaal
kwaliteitsniveau mogelijk te maken.
Waarom wordt dit nu actueel?De procedure van de erkenning van de beoe-
fenaars van de paramedische beroepen werd
vastgelegd bij KB van 18 november 2004 (BS
van 21 december 2004).
Met twee KB’s van 7 november 2013 (BS van 12
december 2013) werd uiteindelijk uitvoering
gegeven aan de bepalingen uit voornoemd
KB met betrekking tot de uitoefening van het
beroep van medisch laboratoriumtechnoloog
en technoloog medische beeldvorming.
Alle medewerkers die handelingen verrich-
ten die als MLT of TMB kunnen worden be-
schouwd, moeten uiterlijk op 1 december
2014 een erkenningsaanvraag indienen, bij
voorkeur langs elektronische weg (www.ge-
zondheid.belgie.be). Iemand die niet beschikt
over het vereiste diploma maar wel een oplei-
ding heeft genoten van het niveau dat beant-
woordt aan de bekwaamheidseisen kan een
voorlopige erkenning bekomen. Deze perso-
nen hebben dan de tijd tot 1 december 2019
om het vereiste diploma van technoloog te
behalen.
Indien u niet voldoet aan de diplomavoor-
waarde maar vóór 10 juli 1993 wel reeds 3
jaar aan het werk was als medisch laborato-
rium technoloog (of vóór 7 juni 1997 reeds 3
jaar als technoloog medische beeldvorming)
Wij adviseren iedereen om vóór 1 december 2014 een aanvraag in
te dienen
15zorg 15
en u kunt dit staven aan de hand van een
attest ondertekend door de bevoegde arts,
die u de handelingen heeft toevertrouwd of
die uw prestaties als technoloog heeft voor-
geschreven, kan u een afwijking (derogatie)
bekomen. De lijst van de uitgevoerde han-
delingen en prestaties zal bij de aanvraag
tot afwijking moeten worden gevoegd. Voor
technologen medische beeldvorming is er
daarenboven eveneens een derogatie moge-
lijk voor zij die de handelingen van een tech-
noloog medische beeldvorming uitvoerden
op het ogenblik waarop de eerste diploma’s
werden uitgereikt (2002).
Wij proberen één en ander wat duidelijker te
maken aan de hand van onderstaand schema
(aanvraag tot erkenning of derogatie van een
technoloog medische beeldvorming).
Welke zal uw situatie zijn op 2 de-cember 2014?• U beschikt over een diploma van TMB:
erkenningsaanvraag -> erkenning -> be-
roep mag worden uitgeoefend vanaf da-
tum erkenning
• U beschikt niet over een diploma van TMB:
- U voerde op 7 juni 1997 sinds minstens
3 jaar handelingen en prestaties als
TMB uit en kunt dit ook bewijzen?
§ Ja -> aanvraag ten laatste op 1 de-
cember 2014 -> partiële derogatie
-> mag verder worden tewerkge-
steld maar enkel voor de voorheen
toevertrouwde handelingen
§ Neen
· Was u tussen 1 januari 2001 en
31 december 2002 werkzaam als
TMB op een dienst en kunt u dit
ook bewijzen?
o Ja -> aanvraag ten laatste op
1 december 2014 -> parti-
ele derogatie -> mag verder
worden tewerkgesteld maar
enkel voor de voorheen toe-
vertrouwde handelingen
o Neen - > geen mogelijkheid
meer om vanaf 1 december
2014 nog tewerkgesteld te
worden als TMB (tenzij hier-
onder)
· Beschikt u over een diploma dat
deels overeenstemt met dat van
de TMB (elke aanvraag wordt in-
dividueel bekeken)?
o Ja - > aanvraag ten laatste op
1 december 2014 -> voorlo-
pige erkenning -> mag ver-
der werken op voorwaarde
dat u uw diploma TMB (of
verpleegkunde) behaalt
tegen uiterlijk 1 december
2019
o Neen -> u voldoet ook niet
aan de andere voorwaarden
-> geen tewerkstelling meer
mogelijk op 2 december
2014 of vroeger wanneer de
aanvraag negatief werd be-
antwoord
De regeling voor de medisch laboratori-
umtechnoloog is vrij analoog, zij het dat de
personen die niet over een diploma van MLT
beschikken, zullen moeten bewijzen dat ze
op 10 juli 1993 (i.p.v. 7 juni 1997 voor de TMB)
minstens drie jaar als MLT waren tewerkge-
steld. Er is hier geen sprake van derogatie
voor personen die tussen 1 januari 2001 en 31
december 2002 tewerkgesteld waren als MLT.
Welke problemen kunnen zich voor-doen?• Het is vooralsnog onduidelijk hoeveel per-
sonen, die als technoloog zijn tewerkge-
steld (en geen verpleegkundige opleiding
hebben genoten), niet beschikken over
het vereiste diploma. Wij vermoeden dat
heel wat mensen die als technoloog zijn
tewerkgesteld ook niet zullen voldoen aan
de vrij strikte overgangsmaatregelen.
• Zullen de hogescholen de toenemende
vraag wel aankunnen?
• Wat als er onvoldoende gekwalificeerd
personeel is op 1 december 2019? Zal de
termijn kunnen worden verlengd?
Wij adviseren iedereen die handelingen
uitvoert in een gezondheidsinstelling als
medisch laboratoriumtechnoloog of als
technoloog medische beeldvorming om
vóór 1 december 2014 een aanvraag in te
dienen, zelfs indien er zou zekerheid zijn
dat men niet voldoet aan de voorwaarden.
Slechts op die manier kan er tot een duidelijk
overzicht worden gekomen van de toepas-
singsproblemen in de praktijk.
Voor verdere inlichtingen of bespreking van
uw individuele situatie kan u terecht bij het
gewestelijk secretariaat of de bevoegde
secretaris of consulent van ACV-Openbare
Diensten.
ACV-Openbare Diensten zal in ieder geval
deze problematiek op de voet volgen en de
toepassingsproblemen die ons ter kennis
worden gebracht, overmaken aan de minis-
ter.
16
bijzondere korpsen
Een job bij de politie? ACV helpt je hierbij!
En inderdaad, veel jongeren voelen zich nog
steeds geroepen voor een job bij de politie,
gezien de overweldigende opkomst voor
deze 2-daagse.
Er werd gekozen voor een uniek concept
waarbij de klemtoon in hoofdzaak kwam te
liggen bij participatie van iedere deelnemer
en dit aan de hand van diverse workshops en
groepsopdrachten.
Zachtjes maar behoedzaam werden deelne-
mers ondergedompeld in een bad van infor-
matie, nuttige tips en praktische oefeningen
ter voorbereiding van de selectieproeven bij
de politie.
Samen met de Bijblijfconsulenten van ACV
kunnen we dan ook terugblikken op een zeer
geslaagd initiatief en kijken we reeds vooruit
naar het plannen van dit event in andere pro-
vincies.
We houden jullie hiervan uiteraard op de
hoogte.
Hierbij enkele sfeerbeelden.
Stijn Kwanten en Jan AdamWil je graag bij de politie werken? Dit was de titel van de uitnodiging voor de infosessies als voorbereiding op de selectieproeven voor het basiskader van de politie die plaatsvonden op 17 en 24 mei te Oostende, georganiseerd door acV Politie en de Bijblijfconsulenten van acV.
17bijzondere korpsen 17
Walter Van den Broeckhet nieuwe statuut G1 voorziet dat voor bepaalde kandidaten een potenti-eelinschatting moet plaatsvinden. hieronder lichten we deze nieuwe vorm van evalueren verder toe.
Wat is een potentieelinschatting ?
De potentieelinschatting is een onderzoek
om meer inzicht in persoonlijkheid, capacitei-
ten en doorgroeimogelijkheden te bekomen
en wordt uitgevoerd door een assessor. De
assessor is een militair of burgerspecialist die
gevormd is om de gedragsvaardigheden in
verschillende beoordelingssituaties te beoor-
delen.
Tijdens de potentieelinschatting wordt op
een gestructureerde en systematische manier
door de assessor informatie verzameld en
geanalyseerd over de capaciteiten en vaar-
digheden van de militair.
De potentieelinschatting is een evaluatie-
proces gebaseerd op een reeks gestandaar-
diseerde oefeningen om na te gaan of de
vaardigheden in de competentieprofielen,
aanwezig zijn. De potentieelinschatting biedt
een duidelijk inzicht over de sterke en zwakke
punten van de betrokken militair met betrek-
king tot deze competentie en laat toe om de
verdere ontwikkelingsmogelijkheden van
deze militair in te schatten.
Doel van een potentieelinschattingBij bevorderingen wordt de bevorderings-
voordracht niet vervangen door een poten-
tieelinschatting, maar deze laatste kan wel
bijkomende informatie geven over de kan-
didaten. De huidige evaluaties geven weer
wat in het verleden gepresteerd werd. Een
Depotentieelinschatting
potentieelinschatting geeft meer objectieve
informatie over wat in de toekomst nog kan
gepresteerd worden.
Bij mogelijke dienstaanwijzingen wordt met
competentieprofielen de meest relevante
competenties begrepen die terug te vinden
zijn op de postbeschrijving.
Voor de sociale promoties wordt met compe-
tentieprofielen de meest relevante compe-
tenties begrepen die overeenstemmen met
de beoogde structurele rol en graadniveau.
Rolprofielen zijn gedefinieerd en worden
steeds meer verfijnd voor alle structurele
rollen en graadniveaus. Gezien enerzijds de
talrijke competenties en rollen en, anderzijds,
de beperkte meetmomenten is het de bedoe-
ling om de belangrijkste en meest relevante
gedragscompetenties te hernemen in de
competentieprofielen.
De assessorEr bestaat geen algemeen aanvaarde defini-
tie van een assessor.
Een assessor is geen psycholoog maar wel
een specialist. Die specialiteit moet blijken uit
een ernstige vorming met aflevering van een
certificaat.
Defensie zal zoals voorzien in het nieuwe sta-
tuut G1 de voorkeur geven aan een externe
organisatie om de assessoren te vormen en
De potentieel- inschatting is een onderzoek
om meer inzicht in persoonlijkheid, capaciteiten en
doorgroeimogelijkheden te bekomen
in specifieke gevallen te leveren. Bove-
nop de garantie op neutraliteit en onpar-
tijdigheid biedt dit als voordeel dat Defensie
niet belast zal worden met het vormen en
behouden van de expertise van assessor, wat
organisatorisch en budgettair wel zwaar kan
vallen.
Toch zal Defensie over een beperkt aantal
(4F+4N ?) militaire assessoren moeten bes-
chikken om rekening te kunnen houden met
de militaire specificiteit (specifieke compe-
tenties, interpretatie van antwoorden en hou-
ding eigen aan het Mil milieu...) gedurende
de potentieelinschatting.
Wie wordt onderworpen aan een potentieelinschatting? De Officieren voortgezette vorming (VKHO)
en de Onderofficieren voortgezette vorming
(VKHOO).
Daar de potentieelinschatting voor de VKHO
en VKHOO de grootste organisatorische
impact heeft, zal de potentieelinschatting
eerst rond die populaties ontwikkeld worden.
Bovendien bieden de vormingen de moge-
lijkheid om alle kandidaten in gelijke omstan-
digheden te bereiken.
De kandidaten sociale promotie en bijko-
mende populaties (voor speciale posten zoals
RSM, CO, …) .
Het is de bedoeling om gebruik te maken van
de potentieelinschatting voor de kandidaten
sociale promotie of voor speciale posten.
De potentieelinschatting zou niet alleen die-
nen voor bevorderingen naar hoofdOfficieren
of hoofdonderofficieren maar dan ook in het
kader van selecties voor dienstaanwijzingen
die zeer specifieke competenties vereisen.
Potentieelinschatting - meetmomentenEen minimum van drie meetmomenten
wordt voorzien om over geldige observaties
door kruiscontrole te beschikken. De sprei-
ding van die meetmomenten moet rekening
houden met het principe van gelijkheid van
behandeling van de kandidaten.
algemene principes:
• Meerdere assessoren observeren meer-
maals meerdere competenties.
• Elke competentie wordt meermaals geob-
serveerd door meerdere assessoren.
Om de kwaliteit van de observaties te kunnen
garanderen wordt aangeraden om het aantal
competenties per assessor en per meetmo-
ment te beperken tot Max 5, idealiter 3. Die
meetmomenten kunnen verschillende vor-
men aannemen: individueel, in groep, schrif-
telijk, mondeling, interview, screening, pc-test,
situational testing. De keuze zal afhangen van
wat bestaande instellingen voorstellen.
Verslag van elk beoordelingsmomentEr wordt een verslag opgemaakt dat door
de assessoren zal worden ondertekend. Dit
verslag omvat tenminste de sterke en zwakke
punten van de militair met betrekking tot de
gedragscompetenties die waargenomen wer-
den gedurende de meetmomenten. Indien
nuttig voor het vormen van een algemeen
beeld van de militair, en indien relevante
observatie het toelaat, mag het verslag een
andere gedragscompetentie evalueren dan
wat oorspronkelijk voorzien was in de lijst
van de assessor, voor zover die competentie
hernomen wordt in de competentieprofiel
waar de potentieelinschating voor dient.
De sterke en zwakke punten hebben enkel
betrekking tot de mate waarin de militair
de bepaalde gedragscompetenties bezit. De
mate wordt dan ook bepaald aan de hand
van het vereiste niveau van de gedragscom-
petentie (zoals beschreven in het competen-
tiewoordenboek) voor de beoogde functie of
het beoogde graadniveau.
Indien twee assessoren van mening verschil-
len over éénzelfde gedragscompetentie, zul-
len beide meningen hernomen worden. Een
eindbeslissing zal in een latere fase worden
genomen.
Er wordt geen oordeel geveld over het al dan
niet ‹slagen› van een proef. Hoewel de oefe-
ningen vaak doelstellingen zullen vooropstel-
len, is het bereiken ervan minder relevant dan
het streven ernaar en de manier waarop.
Verslag van de potentieelinschattingHet verslag omvat tenminste de sterke en
zwakke punten van de militair.
De sterke en zwakke punten hebben enkel
betrekking tot de mate waarin de militair de
verschillende gedragscompetenties bezit die
hernomen worden in de competentieprofiel.
Het verslag velt geen oordeel over het al dan
niet ‘slagen’ met de potentieelinschatting, of
geschikt zijn voor een post of een functie-
19bijzondere korpsen
profiel. De potentieelinschatting is één van
de elementen waarmee rekening gehouden
moet worden bij sociale promotie of waarbij
rekening mag gehouden worden bij dien-
staanwijzing, bevordering,… .
Met ‘tenminste’ wordt de mogelijkheid be-
houden om bijkomende informatie te leve-
ren om een meer genuanceerd of uitgebreid
beeld te geven aan de instanties belast met
het uitbaten van de informatie in het verslag.
Zo zou de commissie kunnen melden dat
(voorbeelden):
• de militair overduidelijk een ‘slechte dag’
had
• de beoordeling van een competentie een
compromis is van uiteenlopende observa-
ties
• een competentie sterk (of zwak) is in zeer
specifieke omstandigheden of materie
Een termijn van Max 10 dagen na de inschat-
ting wordt voorzien teneinde te garanderen
dat de redenen tot beslissing nog vers blijven
in het geheugen van de leden van de com-
missie. Dit laat een gefundeerde potentiee-
linschattingsgesprek toe.
Een verweerschrift wordt voorzien zodat de
militair niet alleen bezwaren maar dan wel
bijkomende elementen kan geven waarvan
hij van mening is dat die de potentieelins-
chatting hebben kunnen beïnvloeden.
Het verweerschrift wordt toegevoegd aan
het dossier van de militair zodat hiermee
rekening gehouden kan worden door de ins-
tanties belast met het uitbaten van de poten-
tieelinschatting.
GeldigheidOmdat kandidaat hoofdofficier en kandidaat
hoger onderofficier voor een bevordering
met elkaar vergeleken kunnen worden, zul-
len alle kandidaten een potentieelinschatting
ondergaan hebben, en zullen de competen-
tieprofielen bijgevolg vast moeten staan en
blijven.
De geldigheidsperiode mag tien jaar niet
overschrijden. (Tien jaar wordt specifiek be-
paald in functie van de kandidaat hoofdoffi-
cier). Na enige ervaring opgedaan te hebben
met 10j geldigheid en na een kosten/baten
analyse kan overwogen worden om de gel-
digheidsduur te evalueren. Dit zou inhouden
dat een kandidaat na bijvoorbeeld vijf jaar
een nieuwe potentieelinschatting zou moe-
ten ondergaan.
Desalniettemin, mag na vijf jaar, de offi-
cier of onderofficier die werd geëvalueerd
gedurende zijn voortgezette vorming, een
nieuwe potentieelinschatting vragen.
De commissie voor potentieelinschattingEén commissie per taalstelsel laat toe om re-
kening te houden met de verschillende cultu-
ren en het genuanceerde taalgebruik, alsook
de werklast te verdelen. De voorzitters van de
commissies worden door DGHR aangewezen
voor een periode van één jaar. Het is de
bedoeling om een militair aan te duiden als
voorzitter, waardoor er rekening gehouden
zal worden met de militaire specificiteit bij het
nemen van beslissingen in het verslag.
Om de onpartijdigheid en de neutraliteit te
garanderen mag de voorzitter niet betrok-
ken geweest zijn bij de evaluaties van de
competenties (meetmomenten). Daar hij de
gesprekken aanstuurt als voorzitter, en zijn
stem doorslaggevend is bij gelijkheid van
stemmen, moet de voorzitter assessor gecer-
tificeerd zijn.
Daar de stem van de voorzitter van de com-
missie doorslaggevend is bij gelijkheid van
de stemmen (uiteenlopende observaties en
meningen van assessoren), is deze de meest
geschikte persoon om het verweerschrift te
behandelen.
Een secretaris wordt aangewezen door DGHR:
dit garandeert een optimale steun vanuit
DGHR en zou leiden tot een vorm van admi-
nistratieve expertise bij betrokkene.
Procedure potentieelinschattingDe potentieelinschatting verloopt in vers-
chillende stappen. Deze zijn:
• verschillende beoordelingsmomenten (of
beoordeling op verschillende tijdstippen)
• commissie voor de potentieelinschatting
• opstellen van het verslag van de poten-
tieelinschatting
• betekenen aan de betrokken militair
• potentieelinschattingsgesprek
• eventueel indienen van een verweer-
schrift
• afsluiten van de potentieelinschatting
De sterke en zwakke punten hebben
enkel betrekking tot de mate waarin de militair de bepaalde gedragscompetenties
bezit
20
vervoer
Openbaar vervoerNieuw Vlaams regeerakkoord? Kaarten op tafel!
minder overheidEerst en vooral is het duidelijk dat beide par-
tijen ‘minder’ overheid willen. Zij willen min-
der overheidsbeslag. Hierdoor willen zij, zoals
tijdens de laatste legislatuur, besparingen rea-
liseren. Hoe zwaar wil men hier gaan snoeien?
De dotatie (werkingsmiddelen die de Vlaam-
se overheid ter beschikking stelt) van De Lijn
staat sinds lange tijd onder druk. Besparingen,
luidde het ordewoord. We verwijzen naar de
vermindering van het aanbod, de wervings-
stop, de herstructureringen, de besparingen
op het ‘apparaat’…
Het is zeker dat dit soberheidsbeleid de ko-
mende vijf jaar zal worden verdergezet. Vraag
is alleen: hoe diep zal men gaan snijden? Zal
het decreet ‘basismobiliteit’ worden herschre-
ven? Wij zijn daar zeker geen voorstander
van.
Indien dat gebeurt dan staat niets in de weg
om verder de dienstverlening af te bouwen
in vervoersarme gebieden. Aangezien de
beleidsmakers alternatieve vormen van col-
lectief zullen voorstellen, staan meteen ook
de loon- en arbeidsvoorwaarden onder druk,
zowel bij De Lijn als bij de pachters. En kan er
misschien sprake zijn van een vermindering
van het chauffeursbestand.
Tarieven verhogen?Tijdens ons verkiezingsdebat van mei in
Utopolis Mechelen, sprak de NV.A -vertegen-
woordiger zich duidelijk uit voor een verho-
ging van de kostendekkingsgraad. Hij heeft er
Jan CoolbrandtDe kiezer heeft de kaarten geschud. het is nu aan de politieke partijen om onderhandelingen op te starten voor een stabiele Vlaamse en federale regering. Bij het ter perse was het resultaat van de onderhandelingen op Vlaams niveau tussen NV.a en cD&V nog niet bekend. Wij zijn benieuwd en bezorgd over de uitkomst van deze onderhandelingen en de gevolgen voor het toekomstig Openbaar vervoerbeleid.
ACV zoekt naar een leidraad
voor de werknemers, maar ook voor de
werkgevers
alleen niet bij verteld hoe dat dan kan worden
gerealiseerd.
Nog verder snoeien in de uitgaven? De ta-
rieven verhogen? Slimme koppen bij De Lijn
hebben berekend dat een stijging van de
kostendekkingsgraad met meerdere volle
procenten een paar honderden miljoenen
bijkomende besparingen betekent? Is dit re-
alistisch? Onze mening: neen!
Een tariefverhoging kan misschien best. De
afschaffing van het Gratis vervoer staat waar-
schijnlijk in het nieuwe Vlaamse regeerak-
koord. Maar dat zal ook niet volstaan om de
kostendekkingsgraad betekenisvol te laten
stijgen.
Wat gaat men hier doen op het vlak van een
sociaal aanvaardbaar tarievenbeleid?
De politieke partijen zullen tijdens de komen-
de legislatuur De Lijn moeten aanduiden als
interne operator. Wij verwijzen hier naar de
Europese regelgeving en de discussie rond
de liberalisering van het Openbaar vervoer,
w.o. het spoor en de regionale tram- en bus-
bedrijven. In Brussel en Wallonië is, respectie-
velijk de MIVB en de SRWT-Tec aangeduid als
interne operator. Waarop wacht de Vlaamse
regering om hetzelfde te doen? Kunnen wij
er van uit gaan dat dit in het regeerakkoord
wordt vastgeklikt?
Ondertussen werkt De Lijn naarstig verder
aan zijn reorganisatie ‘de toekomst van De
Lijn’.
Dit geeft meteen aan wat op het spel staat!
Op onze websites www.acvdelijn.be en
www.acvbuscar.be leest u meer over onze
standpunten!
21vervoer
Openbaar vervoerNieuw Vlaams regeerakkoord? Kaarten op tafel!
✔ Meer nieuwe bussen en trams
✔Meer aanbod in de (voor)stedelijke gebieden
✔Snelle en efficiënte doorstroming
✔Behoud van de basismobiliteit in de landelijke gebieden
✔Meer financiële middelen
✔Veilig en betaalbaar openbaar vervoer
✔Geen sociale afbraak in het openbaar vervoer
Wilt u nog meer lezen over onze standpunten?
www.redjebus.be
Nie
t op
de
open
bare
weg
goo
ien
a.u.
b
Flyeractie Openbaar VervoerDorien De WitVorige maand, op woensdag 21 mei, stond acV Openbare Diensten te flyeren aan een twintigtal bus- en treinstations in Vlaanderen en Brussel. in navolging van ons memoran-dum en net voor verkiezingszondag zagen wij dit als het ideale moment om onze vervoersstandpunten nog eens in de verf te zetten.
Daarnaast vonden de lezers een link naar onze website www.redjebus.be
waar ze werden uitgenodigd om hun mening te geven over onze stand-
punten. Verschillende reacties kwamen bij ons binnen waardoor we alleen
maar konden besluiten dat het een geslaagd initiatief was.
22
vervoer
Werkbaarheid van het werk van autobus- en autocarchauffeurs
OnderzoekVia een uitgebreide analyse wil de sector (‘het
sociaal fonds’) van de privé autobus- en auto-
carondernemingen dan ook te weten komen
in welke mate de werkstress, het gebrek aan
motivatie, de onvoldoende aanwezigheid aan
leermogelijkheden en de balans tussen werk
en privé, deze knelpunten veroorzaken. Het
Europees Sociaal Fonds erkende de noodzaak
van deze vraag, en ondersteunt het onder-
zoeksproject rond Werkbaar Werk in de Belgi-
sche autobus- en autocarsector.
arbeidsomstandigheden vormen het probleem
ACV BusCar zal intensief
meewerken aan dit
onderzoek. Als wij
bij onze militanten
en leden op het
terrein polsen naar
Thomas Vaelhet totaal aantal werknemers valt de laatste twee jaar licht terug in de sec-tor van het autobus- en autocarvervoer door besparingen en de impact van de crisis. het blijft in vele Vlaamse regio’s een uitdaging om kwaliteitsvolle en gemotiveerde chauffeurs te vinden. Ook slaat de vergrijzing in de sec-tor hard toe en blijft een chauffeur gemiddeld slechts negen jaar in dienst. Bovendien verlaten jaarlijks maar liefst 750 chauffeurs (11%) de sector. We kunnen op basis van deze gegevens dus allerminst spreken van een duur-zame tewerkstelling, zeker niet met het oog op de toekomstige arbeids-marktuitdagingen.
De arbeidsom- standigheden waarmee chauffeurs in de sector worden geconfronteerd vormen veel vaker het
probleem.
de redenen van vertrek, van absenteïsme en
van lage werkvoldoening, draait het immers
zelden in de eerste plaats om de arbeids-
voorwaarden. Veel vaker vormen de arbeids-
omstandigheden waarmee chauffeurs in de
sector worden geconfronteerd het probleem.
Een groot aantal chauffeurs vertoont tekenen
van psychische vermoeidheid, een gering
welbevinden op het werk, een gebrek aan
carrièremogelijkheden en een zeer moeilijke
combinatie van de uit te voeren diensten met
gezin en sociaal leven.
Deze mogelijke problemen zal de sector on-
derzoeken via een vragenlijst bij een grote
steekproef werknemers. De bedoeling is om
de aanwezigheid ervan in de verschillende
doelgroepen en sub-sectoren (geregeld, bij-
zonder geregeld, ongeregeld vervoer) in kaart
te brengen. De resultaten van deze bevraging
zullen vervolgens ook getoetst worden bij
een steekproef werkgevers. Daarnaast zal een
analyse van een aantal ‘goede voorbeelden’
gemaakt worden over welke acties op be-
drijfsniveau bepaalde problemen (deels) weg
kunnen werken.
Uiteraard zal ACV BusCar het onderzoek van
nabij opvolgen, en zullen de resultaten en
aanbevelingen de leidraad vormen bij het
uitwerken van concrete syndicale voorstellen
en acties.
Tweede fase hervormingen werknemerspensioen
pensioenen 23
Joris LermytteVoor de verkiezingen werden in extremis nog een aantal hervormingen van het werknemerspensioen door het parlement geloodst. hiermee komt de regering een aantal beloftes uit het regeerakkoord na. De hervormingen gaan in op 1 januari 2015. Ze zijn van toepassing op de contractuelen in de openbare sector, maar hebben ook gevolgen voor statutairen met een ge-mengde loopbaan.
hervorming overlevingspensioenHet overlevingspensioen wordt hervormd. De
kern van het overlevingspensioen blijft even-
wel behouden. Enkel wie op jonge leeftijd te
maken krijgt met het verlies van een partner
zal voortaan een overbruggingsuitkering ont-
vangen. Men wil zo vermijden dat een jonge
langstlevende echtgenoot moet kiezen tussen
een job en het overlevingspensioen. We heb-
ben de hervorming dan ook gesteund.
Bij overlijdens vanaf 1 januari 2015 wordt het
overlevingspensioen geschorst wanneer de
gerechtigde jonger is dan 45 jaar. Die leeftijd
wordt jaarlijks opgetrokken met zes maan-
den tot 50 jaar in 2025. De schorsing geldt
tot het ogenblik waarop men gerechtigd is
op een rustpensioen of tot de leeftijd van 65
jaar. Wanneer men zelf met pensioen is, stopt
de schorsing van het overlevingspensioen en
ontstaat de mogelijkheid om het overlevings-
pensioen te cumuleren met het eigen rust-
pensioen.
Bij de schorsing van het overlevingspensioen
verwerft men het recht op een overgangsuit-
kering. Het bedrag van de overgangsuitkering
is gelijk aan het overlevingspensioen. De over-
gangsuitkering kan onbeperkt gecumuleerd
worden met beroepsinkomsten, sociale uit-
keringen of een pensioen wegens lichame-
lijke ongeschiktheid. De overgangsuitkering
wordt toegekend gedurende 12 maanden of
24 maanden bij kinderlast. Na de periode ge-
dekt door de overgangsuitkering verwerft wie
werkloos is het recht op werkloosheidsuitke-
ringen.
Een zelfde hervorming voor de overheidspen-
sioenen werd goedgekeurd, maar was bij de
opmaak van dit artikel nog niet gepubliceerd.
ingangsjaar pensioen levert ook pensioen opIn het werknemersstelsel worden de presta-
ties tijdens het jaar van de pensionering voort-
aan meegeteld bij de berekening van het
pensioen. Op heden is dat nog niet het geval
en gingen die prestaties verloren. Om dat te
voorkomen kon men best in het begin van het
jaar met pensioen gaan. Vanaf volgend jaar is
dat niet langer nodig.
meer dan 45 loopbaanjaren meetellen voor het pensioenHet beginsel van eenheid van loopbaan be-
Soms kan een pensioen wegens
lichamelijke ongeschiktheid nog vermeden worden
Werkbaarheid van het werk van autobus- en autocarchauffeurs
paalt dat men maximum een pensioen kan
ontvangen voor 45 loopbaanjaren. In een
loopbaan van 46 jaar ging hierdoor één jaar
verloren. Om dat te vermijden wordt het be-
ginsel van eenheid van loopbaan versoepeld.
Men zal het beginsel van eenheid van loop-
baan niet meer tellen in jaren, maar in dagen.
Het maximum van 45 jaar wordt vervangen
door 14.040 loopbaandagen. Hierdoor kan
iemand met meer dan 45 onvolledige loop-
baanjaren eerst die jaren vervolledigen. Enkel
wanneer men een loopbaan heeft van meer
dan 14.040 dagen (45 volledige jaren) zullen
nog dagen geschrapt worden.
Opgepast: voor de uitvoering van deze wet-
geving zijn nog uitvoeringsbesluiten nodig.
V.U
.: D
omin
ique
Ley
on -
Haa
chts
este
enw
eg 5
79 -
103
0 B
russ
el -
ww
w.a
cv-o
nlin
e.be
- g
evae
rtgr
aphi
cs.b
e
ACV wenst iedereen een goede vakantie
www.hetnieuwestatuut.be
prettige vakantie
V.U
.: D
omin
ique
Ley
on -
Haa
chts
este
enw
eg 5
79 -
103
0 B
russ
el -
ww
w.a
cv-o
nlin
e.be
- g
evae
rtgr
aphi
cs.b
e
ACV wenst iedereen een goede vakantie
www.hetnieuwestatuut.be
prettige vakantie