stichting hoger onderwijs nederlandin 2009 is gestart met de herstructurering van het...
TRANSCRIPT
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 1 van 70
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Kalenderjaarrekening 2009
Den Haag,
25 maart 2010
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 2 van 70
Inhoudsopgave
1. Verslag Raad van Toezicht ..................................................................................... 3
2. Verslag College van Bestuur .................................................................................. 5
2.1 Bestuurlijk .................................................................................................................. 5
2.2 Onderwijs .................................................................................................................. 7
2.3 Personeel .................................................................................................................10
2.5 Financiële kerngegevens ..........................................................................................13
2.6 De financiële verantwoording....................................................................................14
2.7 Toelichting op de financiële cijfers t.o.v. het vorige kalenderjaar ...............................15
2.8 Studenten .................................................................................................................18
2.9 Holding INHolland B.V. .............................................................................................20
2.10 Samenwerkingsinstituut Kweekschool voor Vroedvrouwen ......................................21
2.11 Treasurybeleid ..........................................................................................................21
2.12 Risicoparagraaf ........................................................................................................22
2.13 Bevestiging bij de jaarrekening .................................................................................24
2.14 Tot slot .....................................................................................................................24
3. Jaarrekening ...........................................................................................................25
3.1 Geconsolideerde balans per 31 december 2009.......................................................25
3.2 Geconsolideerde exploitatierekening 2009 ...............................................................26
3.3 Geconsolideerd kasstroomoverzicht 2009 ................................................................27
3.4 Waarderingsgrondslagen ..........................................................................................28
3.5 Toelichting op de geconsolideerde balans ................................................................35
3.6 Niet uit de balans blijkende rechten en verplichtingen ..............................................43
3.7 Overzicht verbonden partijen ....................................................................................44
3.8 Toelichting op de geconsolideerde exploitatierekening .............................................46
3.9 Enkelvoudige balans per 31 december 2009 ............................................................55
3.10 Enkelvoudige exploitatierekening 2009 .....................................................................57
3.11 Toelichting op de enkelvoudige jaarrekening ............................................................58
3.12 Accountantsverklaring ..............................................................................................61
3.13 Gebeurtenissen na balansdatum ..............................................................................63
3.14 Bestemming exploitatiesaldo ....................................................................................63
4. Bijlagen ...................................................................................................................64
4.1 Specificatie posten OCW ..........................................................................................64
4.2 Notitie Helderheid .....................................................................................................68
4.3 Gegevens van de rechtspersoon ..............................................................................70
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 3 van 70
1. Verslag Raad van Toezicht
In het jaar 2009 heeft de Raad van toezicht zijn statutaire taken en verantwoordelijkheden
uitgeoefend door goedkeuring van de jaarrekening 2008, het jaarverslag 2008, de begroting
2009 – 2010 en de strategische doelstellingen van het College van Bestuur. De Raad van
Toezicht heeft in het afgelopen jaren en aantal positieve ontwikkelingen waargenomen:
In de aanmeldingen is een sterke stijging waarneembaar van 23,8% ten opzichte van vorig jaar.
Er is een goed exploitatieresultaat behaald en er is sprake van een goede financiële
beheersing. De Raad van Toezicht onderschrijft de financiële haalbaarheid van twee
nieuwbouwprojecten voor de vestigingen in Amsterdam en Alkmaar. De Raad van Toezicht
heeft kennis genomen van de situatie met betrekking tot de studentendebiteuren en de
daarvoor genomen maatregelen. Ten aanzien van de samenwerking met Nyenrode is de Raad
van Toezicht het eens met een afbouw hiervan. Deze zal ook financieel worden beëindigd en
afgerond.
De Raad van Toezicht is door middel van voortgangsrapportages voortdurend op de hoogte
gehouden van een groot aantal verbeteringen die zijn neergelegd in de Bestuurlijke Agenda
2008-2010. De Raad van Toezicht is ingenomen met het objectiveerbare systeem van meten
ten aanzien van Proceskwaliteit en volgt de vorderingen. Het College van Bestuur heeft het
voorstel om 16 schools om te vormen tot 6 domeinen en een clustering van diensten ter
goedkeuring voorgelegd aan de Raad van Toezicht. Dit onderwerp is uitgebreid besproken in
de strategiecommissie en vervolgens heeft de Raad ermee ingestemd. Dit proces zal in 2010-
2011 worden afgerond. De Raad heeft kennis genomen van de rapportage “stuwmeer” ten
behoeve van de aanpak van een groot aantal studenten 5e jaars of ouder, die nog een diploma
moeten behalen, en is positief over de genomen maatregelen om dit aantal terug te dringen. Via
triaalrapportages werd de Raad onder meer geïnformeerd over de ontwikkeling van
studentenaantallen, verkregen accreditaties, ontwikkelingen met betrekking tot huisvesting, het
personeelsbeleid en de lectoraten.
Op het onderwijskundig-inhoudelijke vlak is de Raad geïnformeerd over de ontwikkelingen met
betrekking tot internationalisering van het onderwijsprogramma. Doel is dat meer studenten een
stage in het buitenland kiezen ofwel een deel van de opleiding aan een buitenlandse universiteit
of hogeschool volgen. De Raad heeft ingestemd met de gekozen richting en wijst met nadruk
op het belang van focus en uitvoering. De resultaten van het onderzoek naar
studenttevredenheid zijn aan de hand van een presentatie toegelicht. Het INHolland
Studenttevredenheidsonderzoek 2009 laat in de resultaten een stijgende lijn zien.
De Raad kwam in het jaar 2009 vijf maal regulier bijeen. Er is een eerste aanzet gegeven om
het proces van de besluitvorming beter te stroomlijnen. De Raad wil in dit proces meer
structuur aanbrengen. Daartoe heeft een uitgebreide zelfevaluatie plaatsgevonden onder
leiding van een externe deskundige. Alle leden van de Raad zijn uitgenodigd voor een
bijeenkomst met de Hogeschool Medezeggenschapsraad. De voorzitter van de Raad is
aanwezig geweest bij een introductiebijeenkomst voor nieuwe medewerkers en heeft de HBO-
raad bijeenkomst van Raad van Toezicht voorzitters bijgewoond. Diverse leden van de Raad
zijn bij de docentenbijeenkomsten in het kader van de Bestuurlijke Agenda geweest.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 4 van 70
De voorbereiding van de te behandelen onderwerpen vond plaats door daartoe ingestelde
commissies, zoals de auditcommissie, de strategiecommissie en de remuneratiecommissie. De
samenstelling van deze commissies was als volgt:
Strategiecommissie: mw Mulock Houwer (voorzitter), Van der Tak en mw Van Walsum
Auditcommissie: mw Nelisse (voorzitter), Roorda
Remuneratiecommissie: Haveman (voorzitter), Noordzij
Samenstelling Raad van Toezicht
K.J. Noordzij (Karel), voorzitter
Functie: Oud-voorzitter Hoofddirectie PGGM Pensioenfonds, Zeist en oud-president-directeur
a.i. NS Groep, Utrecht, voormalig voorzitter/directeur Transport & Logistiek Nederland,
voorzitter RvC HTM Den Haag, lid RvC Raptim Intercontinental Travel Tilburg
Benoeming: 01-06-2007 tot en met 31-12-2011 *
G.J. (Geert-Jan) Haveman
Functie: Directeur Human Resources Corus Divisie Strip Products en
Directeur Human Resources Corus Nederland
Benoeming: 01-06-2005 tot en met 31-12-2012
Mw. E.J. (Dineke) Mulock Houwer
Functie: Oud-Directeur-generaal Ministerie van Justitie; Oud-directeur-generaal Ministerie
Sociale Zaken
Benoeming: 01-01-2006 tot en met 31-12-2013
Mw. M.M. (Riet) Nelisse
Functie: Directeur-eigenaar van Martin Frank International B.V., directeur van de Saarländische
Ketten-und Eisenwarenfabrik te Homburg, Duitsland
Benoeming: 01-10-2005 tot en met 31-12-2013
P.J.W. (Peter) Roorda,
Functie: Oud-lid Raad van Bestuur Sara Lee International
Benoeming: 01-01-2007 tot en met 31-12-2010 *
J. (Sjaak) van der Tak
Functie: Burgemeester van de Gemeente Westland
Benoeming: 01-01-2005 tot en met 31-12-2012
Mw. S. (Saskia) van Walsum,
Functie: Directeur Concordia Fund bv
Benoeming: 01-01-2007 tot en met 31-12-2010 *
*:herkiesbaar voor een tweede periode
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 5 van 70
2. Verslag College van Bestuur
2.1 Bestuurlijk
INHolland heeft de financieel gezonde situatie van eind 2008 gedurende 2009 weten te
handhaven. De additionele kosten die gemoeid gaan met de grote aanwas van nieuwe
studenten per 1 september 2009 moeten door de t-2 systematiek grotendeels uit eigen
middelen worden voorgefinancierd. Het huidige meerjarenperspectief geeft zowel qua
exploitatie als vermogenspositie voldoende ruimte voor investeringen in onderwijs en onderzoek
en in nieuwbouw te Alkmaar en Amsterdam. Met deze twee nieuwbouw investeringen wordt een
meerjarig programma afgerond welke alle INHolland hoofdvestigingen betrof.
INHolland heeft voldoende bestemmingsreserves voor het investeren in de kwaliteit van het
onderwijs en het borgen van de kwaliteit van het onderwijzend personeel. Deze gelden worden
de komende jaren gericht ingezet.
Het 2009 resultaat van INHolland van € 14,5 mln. werd gunstig beïnvloed door onder andere
een hogere Rijksbijdrage (prijscompensatie € 3,3 mln.), niet-begrote Rijksbijdrage voor
nieuwbeleid (€ 2,7 mln.), vrijval reserveringen ten aanzien Nyenrode (€ 4,4 mln.), resultaat op
de verkoop van de locatie Robonsbosweg te Alkmaar (€ 1,3 mln.) en overige kleine verschillen
(€ 3 mln.). Daarentegen was een extra dotatie van € 1,4 mln. op de bestaande voorziening
studentdebiteuren noodzakelijk.
De toename van de instroom van nieuwe studenten heeft zich in 2009 voortgezet. In aansluiting
op de groei van het aantal aanmeldingen 2008 - 2009 (5,4%) en de stijging van de februari-
instroom 2009 (25%) is het aantal aanmeldingen met 23,8% toegenomen. Het totaal aantal
studenten is gestegen met 4,9%. Per november 2009 bedraagt het totale aantal studenten
33.477.
In het studiejaar 2008-2009 is, net als in het studiejaar daarvoor, succesvol gestuurd op het in
balans brengen van de verhouding tussen studenten en personeel. De begin 2008
geconstateerde disbalans is grotendeels weggewerkt. In studiejaar 2009-2010 liet de
studenteninstroom een aanmerkelijke groei zien. Hierdoor was het noodzakelijk om ook de
formatie mee te laten groeien. Geconstateerd kan worden dat de personele formatie van
INHolland in 2009 een gezonde ontwikkeling doorgemaakt heeft.
De Bestuurlijke Agenda is een actieprogramma met 48 verbeterpunten van Hogeschool
INHolland voor de periode 2008 - 2010, met duidelijke bestuurlijke leidraden:
• Kwaliteit staat voorop, kwantiteit is volgend;
• Keuzes maken en scherp prioriteiten stellen;
• Rust en consolidatie; geen grote vernieuwingen en afmaken wat in gang is gezet;
• Werken aan een organisatiecultuur van samenwerking, openheid, horizontale
verantwoordelijkheid en ‘afspraak is afspraak’.
De Bestuurlijke Agenda is in 2009 in volle vaart voortgezet. Een aantal agendapunten is al in
2009 gerealiseerd. Op de onderdelen die direct de kerntaak van INHolland aangaan -
Onderwijsprogramma, Structuur opleiding, Intake & Convenant en Proceskwaliteit - gaan de
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 6 van 70
ontwikkelingen in rap tempo door. Bovendien liggen de ontwikkelingen in de lijn van een al
ingeslagen richting: de verzwaring van de curricula, een actievere betrokkenheid van studenten
bij de kwaliteitszorg, de geleidelijke invoering van intakegesprekken en een convenant en het
op orde brengen van de cijferverwerking en de roosters. In collegejaar 2009 - 2010 heeft de
implementatie de volle aandacht van het College van Bestuur. Om de Bestuurlijke Agenda
levend te houden voor de hele organisatie zijn verschillende bijeenkomsten georganiseerd: de
nieuwjaarsbijeenkomsten, periodieke agendering in het studentenpanel en
docentenbijeenkomsten gericht op een open gedachtewisseling met docenten over de
Bestuurlijke Agenda.
In 2009 is gestart met de herstructurering van het opleidingsaanbod van zestien Schools naar
zes Domeinen. Ook vindt er een herstructurering plaats van elf diensten naar vier diensten. Dit
proces wordt in collegejaar 2010-2011 afgerond.
In aansluiting op 2008 is er in 2009 opnieuw sprake van een stijging van de tevredenheid onder
studenten en medewerkers. Ook de deskundigen van de VBI’s (Visiterende en Beoordelende
Instanties) die in het kader van de accreditatie onze opleidingen beoordelen, zijn gemiddeld
genomen meer tevreden geworden: het percentage beoordelingen met de kwalificatie
‘onvoldoende’ is afgenomen. In de tabel hieronder is dat zichtbaar:
2007 2008 2009
Goed 41,0% (112) 51,5% (119) 34,5% (181)
Voldoende 58,6% (160) 48,1% (111) 65,3% (343)
Onvoldoende 0,4% (1) 0,4% (1) 0,2% (1)
N (aantal VBI oordelen) 273 231 525
Op 6 maart 2009 is de uitbreiding van het pand aan Posthumalaan in Rotterdam op feestelijke
wijze officieel geopend. Met ingang van het collegejaar 2008 - 2009 is de nieuwbouw in Delft in
gebruik genomen. In dit gebouw is een composietgevel gerealiseerd die samen met de TU Delft
en het bedrijfsleven in het Composietenlab van INHolland Delft is ontwikkeld. Op 19 januari
2010 zal het pand officieel worden geopend. In Alkmaar en Amsterdam heeft een zoektocht
plaatsgevonden naar een geschikte locatie, die past bij de onderwijsvisie van INHolland en
voldoet aan de uitgangspunten zoals die geformuleerd zijn in de vastgoedstrategie en het
huisvestingplan. In Alkmaar is vrijwel zeker overeenstemming over de locatie en in Amsterdam
wordt dit in de komende maanden verwacht.
De uitbreiding in Den Haag was vertraagd als gevolg van juridische bezwaren tegen de
bouwvergunning. Inmiddels is de schorsing opgeheven en de bouw gestart. Naar verwachting
vindt de oplevering medio 2010 plaats. Met ingang van 1 september 2009 is extra ruimte
gehuurd, ten behoeve van de lerarenopleiding aan de Prof. J.H. Bavincklaan 7 in Amstelveen.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 7 van 70
2.2 Onderwijs
Met ingang van het studiejaar 2008/2009 is een start gemaakt met de invoering van het
doorontwikkelde onderwijsconcept: van Backbone naar Backbone 2.0. In deze nieuwe versie
blijft het Competentie Gericht Onderwijs centraal staan, maar op basis van het bestaande
onderwijsconcept zijn kaders uitgewerkt die helderheid bieden over de criteria waarop het
onderwijsconcept getoetst wordt en de mate van vrijheid die er daarbinnen is. Daarmee is het
voor alle verschillende schools en opleidingen binnen INHolland mogelijk om binnen de
gestelde grenzen te variëren naar opleidingsvariant (voltijd / deeltijd/duaal/internationaal) en
naar locatie (couleur locale).
In augustus 2008 was de eerste pilot met het intake-assessment. Dit intake-assessment
bestaat uit een digitaal assessment, waar een gesprek met een StudieLoopbaanBegeleider op
volgt. Deze intakeprocedure is bedoeld om studenten bewuster bezig te laten zijn met hun
studiekeuze om zo vroegtijdige uitval in het eerste studiejaar te voorkomen. Ook biedt het
assessment zicht op mogelijke deficiënties waardoor vroegtijdig advies en ondersteuning
mogelijk is. In 2009 hebben 1675 (toekomstige) eerstejaars studenten een dergelijke
intakeprocedure gevolgd. Intentie van het College van Bestuur is dat vanaf 2010 alle
(toekomstige) eerstejaarsstudenten een intake-assessment doen.
In juni 2009 is de subsidieaanvraag : ‘Routes voor Talent’ goedgekeurd. Deze goedkeuring is
verleend door het Siriusprogramma: Excellentie in het Hoger Onderwijs. Reeds in 2008 was
een Pre-Honours groep studenten gestart: eerstejaars studenten die zich naast het reguliere
opleidingsprogramma willen en kunnen voorbereiden op het Honoursprogramma in jaar 3 en 4.
Dit Honoursprogramma zal starten in september 2010.
Onderwijsaanbod
INHolland heeft in 2009 het onderwijsconcept doorontwikkelt en daardoor worden binnen
INHolland afstudeerrichtingen aangeboden sinds september 2009. De major/minorstructuur is
gehandhaafd, maar het concept biedt nu meer mogelijkheden voor opleidingen om daaraan een
eigen invulling te geven. Een afstudeerrichting bestaat uit de stage, minimaal twee
samenhangende differentiatieminoren en het afstuderen. Per september kent INHolland 37
goedgekeurde afstudeerrichtingen. Opleidingen worden jaarlijks in de gelegenheid gesteld om
nieuwe afstudeerrichtingen aan te vragen. Het onderwijsconcept van INHolland, Backbone, is
verder ontwikkeld.
Per september 2009 worden er 559 differentiatieminoren aangeboden. Deze zijn als volgt
verdeeld: 439 zijn verdiepend, 102 zijn verbredend en 18 zijn gericht op doorstroom naar een
universitaire master. Een student maakt een gemotiveerde keuze uit het aanbod van
differentiatieminors. Deze keuze moet worden goedgekeurd door de examencommissie.
Onderwijsrendement
Voor niet-westerse allochtone INHolland studenten binnen G4/G5 (grote steden) is het
diplomarendement na 5 jaar gemiddeld 75,8%. De diplomarendementen verschillen per locatie:
in Diemen is het diplomarendement na 5 jaar 71,6%, in Amsterdam is dat 74,1%, in den Haag
77,5% en in Rotterdam heeft 79,2% van de niet westerse allochtonen die in het studiejaar
2004 – 2005 zijn ingestroomd na 5 jaar hun diploma behaald. Het relatief hoge aantal
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 8 van 70
Nederlandse studenten met een niet-westerse achtergrond in de grote steden en daarmee het
hoge percentage studenten met een niet-westerse achtergrond bij INHolland, heeft invloed op
het gemiddelde diplomarendement. De studenten die in het studiejaar 2008-2009 bij INHolland
zijn afgestudeerd, behaalden hun diploma in gemiddeld 49,8 maanden. Landelijk ligt dit op 48,2
maanden.
Accreditatie
In 2009 is accreditatie verleend voor de volgende opleidingen:
• Bouwmanagement en Vastgoed;
• Elektrotechniek;
• HBO Recht;
• Integrale Veiligheid ;
• Leraar Basisonderwijs ;
• Logopedie;
• Sport & Bewegen;
• Advanced Nursing Practitionar (master);
• Physician Assistant (master);
• Leren & Innoveren (master, Toets Nieuwe Opleiding).
In 2009 is accreditatie aangevraagd voor de volgende opleidingen:
• Bedrijfswiskunde;
• Godsdienst- Godsdienst Pastoraal Werk;
• International Business Languages;
• Logistiek & Economie;
• Management Economie en Recht;
• Muziek;
• 2e graads Lerarenopleidingen;
• Pedagogiek;
• Pedagogisch Management Kinderopvang (Toets Nieuwe Opleiding).
De NVAO neemt in 2010 besluiten over deze opleidingen.
Oordelen visitatiepanels
In 2009 zijn 25 bachelor opleidingen gevisiteerd, waarvan 17 tweede graads lerarenopleidingen.
In de onderstaande tabel staan de oordelen van de visitatiepanels over deze opleidingen:
Kwaliteitsoordelen visitatiepanels 2009
Percentage (aantal) facetten beoordeeld als goed 34,5%
Percentage (aantal) facetten beoordeeld als voldoende 65,3%
Percentage (aantal) facetten beoordeeld als onvoldoende 0,2%
Studenttevredenheidonderzoek 2009
In het voorjaar van 2009 werd het jaarlijkse Studenttevredenheidsonderzoek voor de zesde
keer gehouden. De respons vertoonde de afgelopen jaren een stijgende lijn van 15,2% in 2004
naar 26,4% in 2008, maar daalde in 2009 naar 19,8%. Gemiddeld genomen toonden de scores
opnieuw een lichte stijging in vergelijking met 2008: van de stellingen die vergelijkbaar waren,
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 9 van 70
was in 71% van de gevallen sprake van een stijging van de tevredenheid van studenten.
Slechts bij 7% werd een daling zichtbaar (dat was vorig jaar nog 16%).
Hieronder volgen de belangrijkste stijgers en dalers.
Studenten waren in 2009 in vergelijking met 2008 behoorlijk meer tevreden (stijging van + 0.2)
over:
• Hun betrokkenheid bij de verbetering van de opleiding;
• De ruimte voor zelfstudie en samenwerking;
• De informatie van de School en de opleiding;
• De tijdige bekendmaking van de resultaten en het lesrooster;
• De studentenadministratie;
• De naleving van de roosters;
• De bereikbaarheid van de docenten;
• De beschikbaarheid van computers tussen 11.00 – 13.00 uur en 13.00 – 15.00 uur.
De tevredenheid over de kwaliteit van de computers daalde met 0.3 in vergelijking met de
peiling in 2008. Maar dit aspect krijgt van de studenten - met een score van 3.2 - nog steeds
een voldoende.
Alhoewel studenten op een drietal aspecten nog steeds tevreden zijn (ze geven scores tussen
de 3.2 en 4.1 op een vijfpunt schaal) daalt hun waardering dit jaar heel licht (- 0.1) voor de
volgende punten:
• De mogelijkheden van het software aanbod en het functioneren ervan voor het dagelijks
gebruik;
• Hoeveelheid printers;
• Het onderhoud van het gebouw.
Volgens de studenten moet een aantal punten worden verbeterd. Dat kan afgeleid worden uit
de lage scores (< 3.0) die ze op een vijfpuntsschaal ervoor geven. Het zijn veelal dezelfde
punten als vorig jaar, maar op het merendeel daarvan is toch een stijging te zien. Dit betreft:
• Efficiënt kunnen werken op basis van het lesrooster;
• Tijdige bekendmaking resultaten en roosterwijzigingen beschikbaarheid van computers
tussen 11.00 - 13.00 uur en 13.00 - 15.00 uur;
• Informatie over uitkomsten van onderwijsevaluaties;
• Ondersteuning van studieloopbaanbegeleiding bij studie;
• Bewaken van studievoortgang door studieloopbaanbegeleiding;
• Voldoende werken aan verbetersuggesties van studenten;
• Afhandeling van een klacht volgens de procedure;
• Adequate reactie op klachten en problemen.
De activiteiten die vorig jaar in gang zijn gezet in het kader van de verbetering van de aspecten
waar studenten ontevreden over waren, hebben inmiddels de nodige vruchten afgeworpen. Dat
geldt vooral voor de proceskwaliteit en de betrokkenheid van studenten. De gesprekken die
regelmatig plaatsvinden met studentenpanels en de Collegevoorzitter hebben een structureel
karakter gekregen.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 10 van 70
In de Bestuurlijke Agenda zijn ambities aangegeven dat de scores minimaal boven de 3.1
moeten zijn. In dat kader zal aandacht worden gegeven aan:
• Proceskwaliteit; die wordt permanent gevolgd en besproken in de planning en control
cyclus;
• De kwaliteit en functie van de Studie Loopbaan Begeleiding INHolland (SLB);
• In het vervolg van de pilot met intake gesprekken (die zijn bedoeld om samen met
studenten al aan het begin van hun studie de risico’s voor uitval te verkennen) zal begin
2010 nagegaan worden of de uitval na 1 jaar inderdaad minder is geworden.
2.3 Personeel
Formatie
In het studiejaar 2008-2009 is, net als in het studiejaar daarvoor, succesvol gestuurd op het in
balans brengen van de verhouding tussen studenten en personeel. De begin 2008
geconstateerde disbalans is grotendeels weggewerkt. In het studiejaar 2009-2010 liet de
studenteninstroom een aanmerkelijke groei zien. Hierdoor was het noodzakelijk om ook de
formatie mee te laten groeien. Geconstateerd kan worden dat de personele formatie van
INHolland in 2009 een gezonde ontwikkeling heeft doorgemaakt.
Als hoger onderwijsinstelling staat INHolland midden in de samenleving. De organisatie streeft
er dan ook naar om een redelijke afspiegeling van die samenleving te zijn. Dit geldt ook voor de
samenstelling van het personeel. INHolland vindt het van belang een divers samengesteld
personeelsbestand te hebben. Immers een divers samengesteld personeelsbestand heeft een
positieve invloed op de organisatie en zijn resultaten, en biedt een voorbeeld voor studenten.
Daarbij is onder meer de balans tussen mannelijke en vrouwelijke medewerkers en het aantal
medewerkers met een biculturele achtergrond van belang. In dit kader heeft INHolland begin
2009 het Charter Talent naar de Top ondertekend. Het Charter heeft als doelstelling
organisaties uit te dagen om het aantal vrouwen in leidinggevende en hogere posities te
verhogen. INHollands streven is om op middellange termijn het aantal vrouwen en mannen in
deze posities in evenwicht met elkaar te laten brengen.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 11 van 70
Aantal contracten voltijd/deeltijd en verhouding bepaalde en onbepaalde tijd In onderstaande tabel worden de fte’s en aantallen contracten op peildatum 31 december 2009 weergegeven: naar man/vrouw en fte/aantal
2009 2008 2009 2008
FTE Man FTE Vrouw FTE M+V FTE M+V Aantal Man Aantal Vrouw Aantal M+V Aantal M+V
Deeltijd 300 703 1.003 940 496 1.089 1.585 1.501
Voltijd 833 481 1.314 1.193 833 481 1.314 1.193
Omvang Dienstverband 1.133 1.184 2.317 2.133 1.329 1.570 2.899 2.694
AOK 1.104 1.156 2.259 2.133 1.299 1.539 2.838 2.694
Aard van dienstverbanden
Onbepaalde tijd 906 845 1.751 1.704 1.039 1.123 2.162 2.111
Bepaalde tijd 163 268 430 371 239 401 640 556
Bepaalde tijd met uitzicht op 11 11 22 17 15 13 28 20
onbepaalde tijd
Tijdelijke uitbreiding 19 30 49 35 84* 153* 237* 162*
Gedetacheerden 5 2 7 7 5 2 7 7
*aantallen zijn reeds opgenomen in de andere categorieën arbeidsovereenkomsten (AOK)
In onderstaande tabel wordt de totale personeelsformatie (fte), gesplitst naar onderwijzend
personeel en ondersteunend personeel op peildatum 31 december 2009 zichtbaar:
Onderwijs Ondersteuning Totaal
31-12-2009 31-12-2009 31-12-2009
Onderwijzend Personeel 1.138 47 1.185
Ondersteunend en BeheersPersoneel 489 585 1.074
Totaal Intern Personeel 1.627 632 2.259
Begroot 1.615 627 2.242
Extern (gemiddeld) 65 68 134
Ratio *
Totale Personele Bezetting (incl extern) / studenten 1:18,9 1:45,6 1:13,3
Totale Intern Personeel / studenten 1:19,6 1:50,5 1:14,1
* Ratio’s bepaald op studentenaantal per 1-10-2009
INHolland Medewerker Onderzoek
In oktober 2009 is het INHolland Medewerker Onderzoek onder medewerkers afgenomen.
62,6% van de medewerkers heeft de online vragenlijst ingevuld. De resultaten van 2009 laten
over de gehele linie een duidelijke stijging zien ten opzichte van de resultaten uit 2007. De
algemene tevredenheid is gestegen van 3,4 in 2007 naar 3,9 in 2009 (op een vijfpuntsschaal).
Op alle hoofdonderwerpen laat de score een stijging zien ten opzichte van 2007. Deze stijgende
lijn is een voortzetting van de stijging van 2005 ten opzichte van 2007:
Op: “het huidige werk” stijgt de score van 3,6 naar 3,9. De arbeidsomstandigheden stijgen met
0,3 pt van 3,0 naar 3,3. De omgang en het samenwerken met collega’s wordt onverminderd
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 12 van 70
hoog gewaardeerd: van 4,0 naar 4,1. De waardering voor de direct leidinggevende stijgt van
3,6 naar 3,8. De waardering voor de organisatie in het algemeen stijgt met 0,5 pt van 2,9 naar
3,4. De waardering voor de beloning stijgt met 0,1 pt van 3,2 naar 3,3. De waardering door
medewerkers van de diensten is over het algemeen iets hoger dan de waardering van
medewerkers in de schools.
Convenant Leerkracht
In het kader van het Convenant Leerkracht heeft het Ministerie van OC&W hogescholen eind
2009 middelen toegekend ter verbetering van de salarispositie van onderwijsgevend personeel.
INHolland heeft over de inzet van die middelen overeenstemming bereikt met de
vakorganisaties. Schools zijn in het kader van het Convenant Leerkracht gestart met het
plannen van ontwikkeling en bevordering van onderwijsgevend personeel, zodat in 2010
begonnen kan worden aan de daadwerkelijke invulling.
Verzuim
De extra inspanningen om het verzuim te reduceren, hebben in 2009 tot het gewenste resultaat
geleid. Het verzuim over het kalenderjaar 2009 was 4,9%. Dit is een daling met 1,2% in
vergelijking met het kalenderjaar 2008. In 2010 zal op de ingeslagen weg verder gegaan
worden, waarbij het streven is een verdere reductie van het verzuim te bereiken.
2.4 Management Control Systeem, Doelmatigheid en Risicomanagement
Het controlsysteem van INHolland heeft tot doel het mede inrichten en verbeteren van de
beheersorganisatie. De beheersorganisatie is er op gericht de doelstellingen van de organisatie
effectief en efficiënt te bereiken. Het beheersingskader is gericht op het aansturen van de
activiteiten en het gedrag in de organisatie.
INHolland is een open organisatie en een onderdeel van het maatschappelijke bestel. Een
hogeschool dient verantwoording af te leggen over de realisatie van de (maatschappelijke)
doelstellingen. De beheerorganisatie waarborgt de kwaliteit van deze verantwoording. Concrete
beheers- controlemaatregelen zoals de planning en controlcyclus worden vorm gegeven en
onderbouwd vanuit de risico’s die worden onderkend bij de realisatie van de doelstellingen en
de veranderingen. Concreet waarborgt het management control systeem van INHolland onder
meer een doelmatige en doeltreffende besteding van de van rijkswege ontvangen
vergoedingen, ontvangen subsidies, alsmede ontvangen collegegelden. Een ondersteunend
systeem van risicomanagement maakt deel uit van het management control systeem.
Planning- en controlsystematiek
INHolland werkt met een (instellings) plan voor meerdere jaren waarvan de voortgang jaarlijks
wordt bewaakt. In 2008 en 2009 heeft de hogeschool gewerkt met een Bestuurlijke Agenda.
De Bestuurlijke Agenda is een programma met 48 verbeterpunten. In het najaar 2009 is het
proces gestart dat leidt tot een nieuw meerjaren instellingsplan.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 13 van 70
Voor ieder collegejaar wordt in het verlengde van het instellingsplan het jaarplan
vastgesteld. Het jaarplan bestaat uit een vastgestelde kaderbrief, alsmede Management
Agenda’s voor alle School- en Dienstendirecteuren waarin concrete en meetbare (onderwijs-)
doelstellingen zijn vastgelegd.De realisatie van de doelstellingen wordt per triaal gemeten en
besproken in triaalgesprekken. tussen het College van Bestuur en de respectievelijke
directeuren. De administratieve organisatie borgt daarbij de doelmatigheid van de inzet van de
(financiële) middelen.
Scheiding privaat en publiek
INHolland heeft in overeenstemming met wet- en regelgeving een scheiding aangebracht
tussen de publieke en de private activiteiten. De private activiteiten worden uitgevoerd door de
werkmaatschappijen van Holding INHolland B.V. De planning en controlsystematiek voor de
Holding INHolland B.V. is gelijk aan die van INHolland.
Risicomanagement
Risicoanalyses op hogeschoolbrede risico’s zoals financiële risico’s, risico’s op het gebied van
organisatie en sociale veiligheid, risico’s op het gebied van wet- en regelgeving zijn sinds 2007
– 2008 geïntegreerd in één risicorapportage. Het College van Bestuur rapporteert over de
interne risicobeheersing- en controlesystemen aan de Raad van Toezicht en zijn
Auditcommissie.
INHolland heeft het risicomanagementproces tevens geïntegreerd in de planning en
controlsystematiek. In de Management Agenda’s van de Schools en Diensten is een
risicoanalyse opgenomen en over de risico’s en beheersmaatregelen wordt door de Schools en
Diensten per triaal gerapporteerd aan het College van Bestuur.
2.5 Financiële kerngegevens
INHolland heeft ook meer specifieke doelstellingen geformuleerd voor financieel-gerelateerde
kerncijfers:
1) Marktaandeel
Het studentenaantal voor collegejaar 2009 - 2010 is voorlopig vastgesteld op 33.477 en
daarmee 1.562 hoger dan vorig jaar.
2) Verhouding publiek/private inkomsten
INHolland streeft ernaar de afhankelijkheid van de overheid te verlagen en de private omzet
te laten stijgen door actief in te springen op marktontwikkelingen. De totale omzet van
INHolland bedraagt € 263 mln., opgebouwd uit Rijksbekostiging € 187 mln. (71%),
collegegelden € 48 mln. (18%) en overige omzet (waaronder maatwerk, contractactiviteiten,
subsidies) € 28 mln. (11%).
3) Solvabiliteit
INHolland streeft, net als het Waarborgfonds HBO naar een solvabiliteit van minimaal 20%.
De solvabiliteit bedraagt per balansdatum 36,5%.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 14 van 70
2.6 De financiële verantwoording
In onderstaand overzicht zijn de belangrijkste kerncijfers opgenomen waarbij als vergelijking de
cijfers opgenomen zijn zoals deze waren vastgelegd in de begroting voor het jaar 2009:
Werkelijk Begroot
Totale Vermogen (in € 1.000.000) € 267 € 292
Totale Omzet (in € 1.000.000) € 263 € 241
Totale bekostiging in % van de omzet 71,0% 73,6%
Solvabiliteit 36,5% 28,0%
Totale Investeringen in boekjaar (in € 1.000.000) € 31,7 € 38,4
Totaal aantal studenten 2009 - 2010 (voorlopig) 33.477 30.781
Gemiddelde totale personeelslast intern per fte € 71.711 € 75.423
Totale ratio intern personeel/studenten 1:14,1 1:16,1 Het totale vermogen is € 25 mln. lager dan begroot en wordt verklaard doordat de investeringen
in 2009 lager uitvallen dan begroot en of later worden gerealiseerd dan begroot.
De hogere omzet wordt voornamelijk veroorzaakt door een hogere Rijksbijdrage en overige
baten:
• De Rijksbijdrage is € 10 mln. hoger dan begroot. De Rijksbijdrage voor Verloskunde en
de daarbij behorende afdracht aan de SI KVV is op een andere wijze begroot dan in
werkelijkheid is geboekt. Dit zorgt voor een verhoging van de Rijksbijdrage van € 3,8
mln. en een verhoging van de kosten van € 3,8 mln. Met ingang van september 2009
(collegejaar 2009 – 2010) zijn de baten en lasten ten aanzien van SI KVV juist
opgenomen in de begroting. De extra, niet begrote Rijksbijdrage voor nieuw beleid
(zoals scholing, onderzoek, dag van de leraar) bedraagt € 1,5 mln. en Convenant
Leerkracht € 1,2 mln. Verder is de prijscompensatie € 3,3 mln. hoger dan begroot.
• De overige baten zijn € 9 mln. hoger dan begroot. De extra baten zijn grotendeels te
verklaren vanuit de incidentele baten: de verkoop Robonsbosweg (€ 1,3 mln.), de
uitkering Stichting Vangnet (€ 1,7 mln.) en de verkoop van het semipermanent gebouw
in Rotterdam (€ 0,4 mln.). Daarnaast is de opbrengst uit detacheringen hoger dan
begroot.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 15 van 70
2.7 Toelichting op de financiële cijfers t.o.v. het vorige kalenderjaar
In onderstaand overzicht is het verkorte geconsolideerde kasstroomoverzicht opgenomen.
Werkelijk Werkelijk
2009 2008
Kasstroom uit operationele activiteiten 29.772 23.026
Kasstroom uit investeringsactiviteiten -29.455 -49.200
Kasstroom uit financieringsactiviteiten -1.049 25.301
Mutatie liquide middelen -732 -873
Beginstand liquide middelen 6.752 7.625
Mutatie liquide middelen -732 -873
Eindstand liquide middelen 6.020 6.752
De hogere kasstroom over 2009 ten opzichte van 2008 wordt voornamelijk verklaard door het
hogere exploitatieresultaat over 2009. De negatieve kasstroom uit investeringsactiviteiten komt
voort uit de nieuwbouwactiviteiten in Delft en Den Haag. Deze activiteiten zijn gefinancierd
vanuit de reguliere kasstroom. De kasstroom uit financieringsactiviteiten over 2008 was
aanzienlijk hoger door het aantrekken van een kasgeldlening. In 2009 is deze kasgeldlening
verhoogd met € 4 mln. tot een bedrag van € 43 mln.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 16 van 70
In onderstaand overzicht is de verkorte geconsolideerde balans opgenomen.
Werkelijk Begroot Werkelijk
toelichting 31 december 2009 31 december 2009 31 december 2008
ActivaVaste activa 230.412 253.656 220.250
Vorderingen (a) 30.506 32.000 33.315
Liquide middelen (b) 6.020 6.809 6.752
----------- ----------- ----------
266.938 292.465 260.317
PassivaEigen vermogen (c) 97.511 82.000 83.022
Aandeel derden 391 0 679Voorzieningen 5.627 11.000 9.962
Langlopende schulden 33.282 44.465 37.939
Kortlopende schulden (d) 130.127 155.000 128.715
---------- ----------- ----------
(e) 266.938 292.465 260.317
KerncijfersCurrent ratio (a+b)/(d) 0,28 0,25 0,31
Solvabiliteit (c ) / (e) 36,5% 28,0% 31,9%
Werkkapitaal (a+ b) – (d) -93.601 -116.191 -88.648
Solvabiliteit:
De solvabiliteit ad 36,5% blijft boven de norm van 20%.
Werkkapitaal:
De financiering van de investeringen is in 2009 geheel gerealiseerd middels de operationele
cashflow over het jaar. De in 2008 aangetrokken kasgeldlening van € 39 mln. is in 2009
verhoogd met € 4 mln. ter dekking van de reguliere aflossingen op de langlopende schulden.
Voorzieningen
Onder de post Voorzieningen zijn opgenomen de voorzieningen Wachtgelden, WAO Eigen
Risico, Organisatie & Ontwikkeling, Langdurig zieken en Jubileumuitkering.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 17 van 70
Onderstaand is de geconsolideerde exploitatierekening samengevat.
Werkelijk Begroot Werkelijk
2009 2009 2008
Baten
Rijksbijdragen 186.913 177.151 182.769
Collegegelden 48.113 46.622 45.958
Baten werk i.o.v. derden 7.603 5.244 8.541
Overige baten 20.772 11.604 17.960
Totaal baten 263.401 240.621 255.228
Lasten
Personele lasten 180.512 175.279 184.590
Afschrijvingen 21.473 21.916 19.384
Huisvesting 15.312 15.611 17.750
Overige instellingslasten 28.683 23.243 26.393
Totaal lasten 245.980 236.049 248.117
Saldo baten en lasten 17.421 4.572 7.111
Saldo financiële baten en lasten -2.801 -4.429 -2.588
Resultaat uit gewone bedrijfsv. 14.620 143 4.523
Vennnootschapsbelasting -30 0 -177
Aandeel derden -101 0 -236
Exploitatiesaldo 14.489 143 4.110
Het exploitatieresultaat is ten opzichte van de begroting ca. € 14 mln. hoger. De belangrijkste
afwijkingen ten opzichte van de begroting zijn:
• De Rijksbijdrage is € 11 mln. hoger dan begroot. De Rijksbijdrage voor Verloskunde en de
daarbij behorende afdracht aan de SI KVV is op een andere wijze begroot dan in
werkelijkheid is geboekt. Dit zorgt voor een verhoging van de Rijksbijdrage van € 3,8 mln.
en een verhoging van de kosten van € 3,8 mln. De extra, niet begrote Rijksbijdrage voor
nieuw beleid (zoals scholing, onderzoek, dag van de leraar) bedraagt € 1,5 mln. en
Convenant Leerkracht € 1,2 mln. Verder is de prijscompensatie € 3,3 mln. hoger dan
begroot;
• De overige baten zijn € 9 mln. hoger dan begroot. De extra baten zijn grotendeels te
verklaren vanuit de incidentele baten: de verkoop Robonsbosweg (€ 1,3 mln.), de uitkering
Stichting Vangnet (€ 1,7 mln.) en de verkoop van het semipermanent gebouw in Delft (€ 0,4
mln.). Daarnaast is de opbrengst uit detacheringen hoger dan begroot.
Voor een verdere toelichting op de baten en lasten wordt verwezen naar de toelichting op de
geconsolideerde exploitatierekening.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 18 van 70
Toekomstparagraaf
De Stichting Hoger Onderwijs Nederland begroot een laag positief resultaat voor 2010.
De totale baten zullen in 2010 stijgen ten opzichte van 2009. De instroomstijging per 1 oktober
2009 zorgt voor een stijging van de collegegelden. Het totaal aantal studenten is gestegen met
4,9%. Per november 2009 bedraagt het totale aantal studenten 33.477.
De overige baten zijn per saldo vergelijkbaar met de werkelijke gegevens van 2009.
De totale kosten stijgen vergeleken met de cijfers van 2009. De stijging van het aantal
studenten zorgt voor een stijging van het onderwijzend personeel en dus een stijging van de
personeelskosten. De overige instellingslasten zijn in 2010 vergelijkbaar met 2009.
2.8 Studenten
De ontwikkeling van de studentenaantallen is als volgt:
Studentenaantal per 1 oktober 2008 (peildatum) 31.915
Studentenaantal per 1 oktober 2009 33.477 Met ingang van collegejaar 2006 - 2007 wordt in de aanmeldingen ook de februari-instroom
meegenomen die de peildatum van 1 oktober is gepasseerd.
Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de tabel op de volgende pagina.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 19 van 70
Overzicht studentenaantallen
Studenten
Peildatum Begroot Werkelijk
Schools 1-10-2009 1-10-2009 1-10-2008
School of Agriculture & Technology Delft 1.266 1.175 1.227
School of Communication & Media & Music, A'dam/Diemen 3.367 2.920 2.957
School of Communication & Media, Rotterdam 3.249 2.928 2.795
School of Economics, Amsterdam/Diemen 4.486 4.015 4.543
School of Economics, Alkmaar 994 963 1.084
School of Economics, Den Haag 960 855 847
School of Economics, Haarlem 1.754 1.704 1.750
School of Economics, Rotterdam 3.052 2.738 3.107
School of Education, Haarlem 1.319 1.242 1.305
School of Education, Rotterdam 1.662 1.653 1.754
School of Education, Amsterdam 647 651 533
School of Health, Amsterdam/Diemen 3.070 2.960 2.915
School of Law, Rotterdam 1.708 1.517 1.546
School of Social Work, Haarlem 2.051 1.943 1.849
School of Social Work, Rotterdam 1.665 1.454 1.454
School of Technology, Alkmaar 1.624 1.492 1.578
Academie Verloskunde, Amsterdam / Groningen 358 369 370
Totaal HBO 33.232 30.579 31.614
School of Education, Amsterdam 28 0 0
School of Health, Amsterdam/Diemen 139 132 130
Totaal Masters 167 132 130
School of Social Work, Haarlem 11 10 50
School of Social Work, Rotterdam 67 60 121
Totaal MBO 78 70 171
Totaal 33.477 30.781 31.915
Aanmeldingen (incl. februari instroom) Peildatum
1-10-2009
Begroot 1-
10-2009
Werkelijk 1-
10-2008
HBO 12.533 9.285 10.143
MBO 93 0 0
MAS 3 59 55
Totaal 12.629 9.344 10.198
In bovenstaande tabel staan de aanmeldingen en herinschrijvingen voor 2008 - 2009 en
2009 - 2010 weergegeven.
In aansluiting op de groei van het aantal aanmeldingen 2008 - 2009 (5,4%) en de stijging van
de februari-instroom 2009 (25%) neemt het aantal aanmeldingen met 23,8% toe. Het totaal
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 20 van 70
aantal studenten stijgt met 4,9%. Het totale aantal studenten bedraagt 33.477, terwijl de
begroting 2009 - 2010 gebaseerd is op 30.781 studenten.
2.9 Holding INHolland B.V.
Kerncijfers
Werkelijk Werkelijk
2009 2008
Eigen vermogen 1.028 -5.183
Balans totaal 5.918 6.553
Totale omzet 14.973 15.593
Exploitatieresultaat 211 364
Alle contractactiviteiten van INHolland zijn ondergebracht in de Holding INHolland B.V.
Holding INHolland B.V. heeft zich de afgelopen jaren sterk gericht op het verbeteren van het
rendement. Over het afgelopen collegejaar heeft dit beleid – ondanks de ernstige economische
crisis - geresulteerd in een positief resultaat van € 211.000. Bij INHolland Academy is een
constante omzet gerealiseerd. De effecten van het versterken van de bedrijfsvoering sinds
medio 2008 zijn zichtbaar in het resultaat. Deze lijn zal in 2010 verder gecontinueerd en zelfs
nog versterkt moeten worden, waarbij focus op omzet, effectiviteit en efficiency essentieel zal
blijven. In 2010 zal er een vernieuwde projectadministratie opgezet worden , waardoor wij dit
mede kunnen realiseren.
Met de aandeelhouder van de Holding zijn concrete doelstellingen afgesproken. In 2010 zal er
het businessplan worden geactualiseerd.. De aanhoudende economische crisis zal een druk
blijven geven op de omzet en dus omgebogen moeten worden naar nieuwe kansen om ook
voor de komende jaren een positief resultaat te kunnen realiseren.
Voor 2010 verwachten wij ondanks de aanhoudende laag conjunctuur een lichte stijging van de
omzet. Dit kan gerealiseerd worden door nieuwe leerarrangementen en de benodigde
commerciële acties te bewerkstelligen welke wij in het businessplan 2010 nader zullen
formuleren.
Eind 2009 is een aandelenemissie van € 6,0 mln. uitgevoerd en is de solvabiliteit sterk
verbeterd. Hierdoor heeft Holding INHolland een sterkere positie verkregen bij offertes en
subsidietrajecten omdat de solvabiliteit vaak een selectiecriterium in offertetrajecten is.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 21 van 70
2.10 Samenwerkingsinstituut Kweekschool voor Vroedvrouwen
Per 1 september 2008 is het samenwerkingsinstituut Kweekschool voor Vroedvrouwen (SI KVV)
opgericht. Het SI KVV verzorgt het onderwijs en onderzoekt de komende jaren de
mogelijkheden tot academisering van het curriculum. VUmc, KVV en INHolland nemen deel in
het SI KVV. INHolland beschikt niet over overwegende zeggenschap.
Voor verdere informatie wordt verwezen naar paragraaf 4.2 op pagina 69.
2.11 Treasurybeleid
De Hogeschool INHolland is een organisatie met taken die voornamelijk met publieke gelden
wordt gefinancierd. De treasury-activiteiten liggen in het verlengde hiervan en dat betekent dat
de insteek is op een zodanige wijze te voorzien in financieringsmiddelen op korte en lange
termijn dat de risico’s van rente- en valutaschommelingen zoveel mogelijk beperkt zullen
worden.
Het treasurystatuut geeft richting aan en randvoorwaarden voor de uitoefening van de
treasurytaken. In het treasurystatuut zijn de uitgangspunten, de financiële- en organisatorische
kaders en de doeleinden voor genoemde taken vastgelegd. Het statuut is in 2009 – conform het
bepaalde in het statuut – geactualiseerd. In de herziene versie is de grotere betrokkenheid van
de Raad van Toezicht geformaliseerd. Het treasurystatuut is mede gebaseerd op de
aanschrijvingen van de minister van OCW “Regeling beleggen en belenen door instellingen
voor onderwijs en onderzoek” (kenmerk: FVE 2001/57965N) van 13 juli 2001, aangevuld door
de Regeling van de Minister van OCW “Regeling beleggen en belenen door instellingen voor
onderwijs en onderzoek 2010” (kenmerk: FEZ/CC/150185) van 16 september 2009.
Uitgaande van het treasurystatuut wordt in het treasuryplan op jaarbasis de beoogde realisatie
van de treasurytaken beschreven. In een treasury-overleg wordt periodiek geëvalueerd hoe de
realisatie zich ten opzichte van het treasuryplan ontwikkelt en wordt het beleid eventueel
tussentijds bijgesteld. In 2009 hebben drie treasury-overleggen plaatsgevonden. In 2009 heeft
sturing plaatsgevonden op basis van de liquiditeitsplanningen 2008-2009 en 2009-2010, welke
liquiditeitsplanningen zijn opgesteld conform de begrotingen voor 2008-2009 en 2009-2010.
De opbouw van de financiering sluit aan op het te verwachten verloop van de meerjaren
liquiditeitsplanning. Daarbij mag uit oogpunt van risicospreiding maximaal 15% van de
financieringsinstrumenten in enig jaar vervallen. In het afgelopen kalenderjaar is geheel
conform deze uitgangspunten gehandeld. In het perspectief van de lopende grote investering in
Den Haag (gereed voorjaar 2010) zijn (zullen) derivaten (worden) ingezet om het effect van
toekomstige rentestijgingen te nivelleren.
In verband met de kredietcrisis en de hiermee samenhangende grillige renteontwikkeling is
besloten om in 2009 alleen kasgeldleningen aan te trekken met een looptijd van maximaal één
week, wat heeft geresulteerd in een kasgeldlening, oplopend van € 39 mln. per 1 januari 2009
tot € 43 mln. per 31 december 2009. De korte termijn rente was historisch laag: het gemiddelde
rentepercentage bedroeg 1,015%. De rentedaling, welke in 2008 begon, heeft zich in 2009
voortgezet, wat resulteerde dat in de maand juli 2009 een gemiddeld rentepercentage is betaald
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 22 van 70
van 0,656% op de kasgeldlening. De kasgeldlening dient uiterlijk op 30 juni 2010 te zijn
geconsolideerd, waarbij mede het renterisico zal worden afgedekt.
Door de rentedaling zijn de inkomsten uit de rentecap en renteswaps nihil. De verantwoording
van deze derivaten is gebaseerd op basis van hedge accounting.
2.12 Risicoparagraaf
Analyses op hogeschoolbrede risico’s zoals financiële risico’s, risico’s op het gebied van
organisatie en sociale veiligheid, risico’s op het gebied van wet- en regelgeving zijn in
geïntegreerd in één risicorapportage. Het College van Bestuur rapporteert over de interne
risicobeheersing- en controlesystemen aan de Raad van Toezicht en zijn Auditcommissie.
INHolland heeft het risicomanagement proces tevens geïntegreerd in de planning en
controlsystematiek. In de Management Agenda’s van de Schools en Diensten is
een risicoanalyse opgenomen en de directeuren rapporteren over de risico’s en
beheersmaatregelen per triaal aan het College van Bestuur.
De belangrijkste risicogebieden voor INHolland zijn het aantal ingeschreven studenten, de
bekostiging inclusief de collegegelden, de kwaliteitsborging van het onderwijs, de
financieringspositie, de wet- en regelgeving en tot slot de afhankelijkheid van geautomatiseerde
systemen.
a. Aantal ingeschreven studenten
Het meerjarenperspectief van INHolland gaat uit van een groei op de instroom van
bekostigde studenten. INHolland zal daarom zichzelf in de markt moeten profileren en moeten
borgen dat haar opleidingenaanbod kwalitatief op niveau blijft. De genomen maatregelen zijn
een heroverweging van het opleidingsaanbod alsmede extra nadruk op kwaliteitsmanagement.
Kwaliteit was en is een belangrijke graadmeter binnen de Bestuurlijke Agenda en Management
Agenda’s.
b. Bekostiging (inkomsten vanuit overheid)
De belangrijkste inkomstenbron is de Rijksbijdrage. Deze is slechts deels
(hoeveelheidcomponent) en op termijn (de jaar-2 systematiek) beïnvloedbaar.
De hoeveelheidcomponent wordt ook beïnvloed door de onderwijsvraagfactor waarop
INHolland stuurt. De hoogte van de Rijksbijdrage wordt ook bepaald door de prijscomponent.
Ten aanzien van de prijscomponenteffecten volgt INHolland nauwlettend de politieke
discussies. Aanpassingen in het prijspeil worden direct verwerkt in het meerjaren scenariomodel
en vertaald in effecten en noodzakelijke interne reallocatie van middelen. Vanaf 2011 wordt een
ander bekostigingsmodel ingevoerd. Het effect op het bekostigingsniveau van INHolland is met
simulatietools in beeld gebracht. Op het gebied van onderwijsrendement heeft INHolland zowel
vanuit onderwijskundige aansturing als vanuit de interne budgetsystematiek instrumenten om
deze te verbeteren en te beheersen. Vanuit de Bestuurlijke Agenda is extra aandacht voor
tijdige diplomering van de oudere jaarstudenten. De tweede belangrijkste inkomstenstroom zijn
de collegegelden. INHolland hanteert een voorzichtig beleid qua nog te ontvangen gelden.
Onzekerheid bestaat over op welke wijze de overheidsbezuiniging van € 35 mlrd. voor het
onderwijs uitpakt.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 23 van 70
c. Kwaliteitsborging van het onderwijs
De belangrijkste succesfactor van INHolland voor het borgen van de kwaliteit van het onderwijs
zijn de medewerkers. De personele kosten vormen een belangrijk deel van de uitgaven van
INHolland. INHolland loopt het risico dat de stijging van de salariskosten (vanuit CAO-overleg)
en stijging sociale lasten (vanuit o.a. overheid en ABP) niet gedekt worden door indexatie in de
bekostiging en het voltijds collegegeld. INHolland gaat daarom uit van een voorzichtige
budgettering om tijdig te kunnen bijsturen. INHolland werkt met een flexibele schil van
medewerkers, niet alleen om flexibel te kunnen zijn maar ook om frictie in het
personeelsbestand te kunnen aansturen.
Het risico dat extra kosten ontstaan uit hoofde van toename van het verzuim, (tijdelijke)
arbeidsongeschiktheid (Wet WIA) en het betalen van wachtgeldverplichtingen (eigen
risicodrager) wordt gemitigeerd door een PCM cyclus, het monitoren van het ziekteverzuim en
het creëren van een stimulerende werkomgeving. Een actief communicatiebeleid, het betrekken
van medewerkers in de ontwikkeling, aanvullende scholing en uitwisseling van ervaringen
moeten de tevredenheid van medewerkers verbeteren. INHolland voert een actief carrière-,
reïntegratie- en herplaatsingbeleid. Om de mobiliteit te bevorderen is een Employability Centre
opgericht dat medewerkers begeleidt bij de realisatie van hun ambities. In het kader van het
Covenant Leerkracht zijn de carrièremogelijkheden voor het onderwijzend personeel
toegekomen. INHolland voert vanaf 2009 een actief beleid om een doorstroom naar hogere
schalen te realiseren.
d. Financiering
Uit het kasstroomoverzicht blijkt dat INHolland een omvangrijke geldstroom kent zowel in de
exploitatie als in de investeringen. De treasury volgt de financiële markten nauwlettend in
verband met de renteontwikkelingen. Gezien de ontwikkelingen op de financiële markten blijven
de risico’s van financiering tegen acceptabele condities een belangrijk aandachtspunt. De
treasuryfunctie werkt met een meerjaren prognose model met verschillende scenario’s, waaruit
het meerjaren liquiditeitsplan en jaarlijkse treasurybeleidsplan worden afgeleid. Op basis van
deze plannen zijn afspraken gemaakt over het ter beschikking stellen van liquiditeiten op korte
en lange termijn.
e. Wet- en regelgeving
INHolland heeft te maken met een complex van wet- en regelgeving. Wetgeving op gebied
van bekostiging (WHW), subsidieregelingen, arbeidsrecht en fiscaliteiten zijn voortdurend
onderhevig aan wijzigingen. Gezien de omvang van INHolland zijn de belangrijkste onderdelen
van bovengenoemde onderwerpen belegd bij specifiek hiertoe opgeleide medewerkers en waar
nodig ondersteund met externe expertise. Daarnaast zijn er procedures opgesteld en
geïmplementeerd die de naleving van specifieke regelgeving moeten borgen.
f. Informatietechnologie
Eén van de belangrijkste pijlers van het onderwijs wordt gevormd door de ondersteunende
informatietechnologie in de vorm van digitaal portfolio, elektronische leeromgeving, e-mail etc.
Daarnaast is de gehele bedrijfsvoering afhankelijk van de ICT-omgeving. Het risico bestaat dat
de continuïteit, betrouwbaarheid en de beschikbaarheid van informatietechnologie onvoldoende
is gewaarborgd. INHolland heeft een intern strategisch adviesorgaan (Information Strategy
Board) geïnstalleerd rondom de gehele geautomatiseerde informatievoorziening.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 24 van 70
2.13 Bevestiging bij de jaarrekening
Het bevoegde gezag heeft aan de accountant de Letter of Representation d.d. 20 april 2010
afgegeven. In de Letter of Representation verklaart het College van Bestuur, dat zij alle
bekende informatie, die van belang is voor de accountantsverklaring, heeft verstrekt en dat het
College van Bestuur niet betrokken is geweest bij onregelmatigheden (waaronder verstaan
wordt: handelen in strijd met de wet- en regelgeving of andere gedragingen die erop gericht zijn
de rijksbijdrage op oneigenlijke manier op positieve wijze te beïnvloeden).
2.14 Tot slot
Deze jaarrekening is vastgesteld door het College van Bestuur in haar vergadering van
25 maart 2010 en goedgekeurd door de Raad van Toezicht in haar vergadering van
20 april 2010.
Den Haag, 25 maart 2010
College van Bestuur INHolland
Geert Dales, voorzitter
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 25 van 70
3. Jaarrekening 3.1 Geconsolideerde balans per 31 december 2009
1 Activa Werkelijk Werkelijk
31 december 2009 31 december 2008
Vaste activa1.1 Immateriële vaste activa 578 1.0391.2 Materiële vaste activa 227.376 216.7921.3 Financiële vaste activa 2.458 2.419
Totaal vaste activa 230.412 220.250
Vlottende activa1.5 Vorderingen 30.506 33.3151.7 Liquide middelen 6.020 6.752
Totaal vlottende activa 36.526 40.067
Totaal activa 266.938 260.317
2 Passiva
2.1 Eigen vermogen 97.511 83.0222.2 Aandeel derden 391 6792.4 Voorzieningen 5.627 9.9622.5 Langlopende schulden 33.282 37.9392.6 Kortlopende schulden 130.127 128.715
Totaal passiva 266.938 260.317
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 26 van 70
3.2 Geconsolideerde exploitatierekening 2009
Werkelijk Begroting Werkelijk
2009 2009 2008
3 Baten3.1 Rijksbijdragen 186.913 177.151 182.7693.3 Collegegelden 48.113 46.622 45.9583.4 Baten werk i.o.v. derden 7.603 5.244 8.5413.5 Overige baten 20.772 11.604 17.960
Totaal baten 263.401 240.621 255.228
4 Lasten
4.1 Personele lasten 180.512 175.279 184.5904.2 Afschrijvingen 21.473 21.916 19.3844.3 Huisvestingslasten 15.312 15.611 17.7504.4 Overige instellingslasten 28.683 23.243 26.393
Totaal lasten 245.980 236.049 248.117
Saldo Baten & Lasten 17.421 4.572 7.111
5 Financiële baten en lasten5.1 Financiële baten 108 303 9705.2 Financiële lasten -2.948 -4.732 -3.5445.3 Resultaat Deelneming 39 0 -14
Totaal financiële baten en lasten -2.801 -4.429 -2.588
Resultaat uit gewone bedrijfsvoering 14.620 143 4.523
Vennootschapsbelasting -30 0 -177Aandeel derden -101 0 -236
Exploitatieresultaat 14.489 143 4.110
Resultaatbestemming
Werkelijk Begroting Werkelijk
2009 2009 2008
Toevoeging / onttrekking aan algemene reserve 14.489 143 4.110Toegevoegd aan bestemmingsreserve 0 0 0
Exploitatieresultaat 14.489 143 4.110
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 27 van 70
3.3 Geconsolideerd kasstroomoverzicht 2009
Werkelijk Werkelijk
2009 2008
Kasstroom uit operationele activiteitenExploitatieresultaat 14.489 4.110Afschrijvingen 19.293 18.206
Mutaties werkkapitaal
- Vorderingen 2.809 2.376 - Kortlopende schulden -2.588 -2.124
Mutaties Eigen vermogen 104 236Mutaties Voorzieningen -4.335 222
29.772 23.026
Kasstroom uit investeringsactiviteitenImmateriële vaste activa -211 -411Materiële vaste activa -29.205 -48.795Financiële vaste activa -39 6
-29.455 -49.200
Kasstroom uit financieringsactiviteitenLanglopende schulden -657 25.301Betaalde dividend minderheidsbelang derden -392 0
-1.049 25.301
Mutatie liquide middelen -732 -873
Beginstand liquide middelen 6.752 7.625
Mutatie liquide middelen -732 -873
Eindstand liquide middelen 6.020 6.752
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 28 van 70
3.4 Waarderingsgrondslagen
Algemeen
De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen
van Titel 9 Boek 2 BW en de stellige uitspraken van de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving,
die uitgegeven zijn door de Raad voor de Jaarverslaggeving. Deze bepalingen zijn van
toepassing op grond van de Regeling Jaarverslaggeving Onderwijs.
De waarderingsgrondslagen zijn eveneens van toepassing voor de geconsolideerde
rechtspersoon: Holding INHolland B.V. De jaarrekening is opgesteld op basis van historische
uitgaafprijzen. Tenzij anders vermeld, zijn de activa en passiva opgenomen tegen de nominale
waarde. De jaarrekening is opgesteld in euro’s, afgerond op bedragen x €1.000.
Waarderingsgrondslagen en vergelijkende cijfers
De gehanteerde grondslagen van waardering en resultaatbepaling zijn ongewijzigd ten opzichte
van het voorgaande jaren. De classificatie van sommige vergelijkende cijfers is aangepast
consistent met de huidige presentatie. Deze reclassificaties hadden geen effect op het resultaat
of eigen vermogen.
Waarderingsgrondslagen Consolidatie
In de consolidatie zijn opgenomen de entiteiten die behoren tot de economische groep van de
Stichting en waarover de Stichting overwegende zeggenschap uitoefent. Dit betreft hier:
Holding INHolland B.V. INHolland heeft een 50% deelneming met invloed van betekenis in de
joint venture Nyenrode Business Universiteit B.V. Daarom wordt deze deelneming tegen netto-
vermogenswaarde gepresenteerd en toegelicht in een bijlage.
Verbonden partijen
Alle groepsmaatschappijen, zoals opgenomen in paragraaf 3.8, evenals de deelnemingen,
worden aangemerkt als verbonden partij. Transacties tussen groepsmaatschappijen worden in
de consolidatie geëlimineerd.
Schattingen
Om de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening te kunnen toepassen, is
het nodig dat de leiding van de instelling over verschillende zaken zich een oordeel vormt en
dat de leiding schattingen maakt die essentieel kunnen zijn voor de in de jaarrekening
opgenomen bedragen. Indien voor het geven van het in art. 2:362 lid 1 BW vereiste inzicht
noodzakelijk, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende
veronderstellingen opgenomen bij de toelichting op de betreffende jaarrekeningposten.
Immateriële vaste activa
Het betaalde gebruiksrecht/eigendom in verband met het gebruik van software wordt
geactiveerd en in drie jaar ten laste van het resultaat gebracht. Bedragen boven de € 12.500
worden geactiveerd. Alle andere (software) licenties worden beschouwd als vooruitbetalingen
en gedurende de looptijd als vooruitbetaalde kosten onder de vorderingen opgenomen.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 29 van 70
Gebouwen en terreinen
De gebouwen en terreinen waarvan het economische claimrecht door het Ministerie van OCW
op 31 december 1993 is overgedragen aan INHolland, zijn in de balans opgenomen tegen de
bruto deelnamesom die door het Ministerie is vastgesteld. Gebouwen en terreinen verkregen na
31 december 1993 worden geactiveerd tegen verkrijgingprijs onder aftrek van de jaarlijkse
afschrijvingen.
Op de gebouwen, die tot en met 2000 in gebruik genomen zijn, wordt lineair in 30 jaar
afgeschreven. Voor gebouwen die na 2000 in gebruik genomen zijn, wordt een onderverdeling
gemaakt in investeringsgroepen.
Casco 60 jaar
Afbouw 30 jaar
Inbouwpakket 15 jaar
Technische installaties 15 jaar
Terreinvoorzieningen op sportterreinen 10 jaar, overige 30 jaar.
Op gebouwen in eigendom waarbij het sterke voornemen aanwezig is om deze op korte termijn
te verkopen wordt, indien aannemelijk is dat de te verwachten opbrengstwaarde de resterende
boekwaarde ruim overtreft, niet meer afgeschreven.
Op grond wordt niet afgeschreven. Gebouwen in aanbouw (geen afschrijving)
Zolang een gebouw niet is opgeleverd, worden investeringsfacturen op het moment dat deze
worden ontvangen opgenomen onder gebouwen in aanbouw. Op het moment van oplevering
vindt er een overboeking plaats naar de post gebouwen.
In de toelichting wordt de totale aanneemsom vermeld.
Verbouwingen (10 jaar)
Onder de post verbouwingen worden investeringen opgenomen die te maken hebben met
uitbreiding of wijziging van de bestemming van bestaande gebouwen.
Inventaris
De aankoop van inventaris in gebouwen die niet aard- en nagelvast zijn, worden geactiveerd
onder inventaris. Hieronder vallen ook infrastructurele voorzieningen zoals netwerkbekabeling
en de telefooncentrales. Deze investeringen worden afgeschreven in 7 jaar. Afwijking is
toegestaan als de economische levensduur daadwerkelijk korter is. De grens voor activeren is
€ 2.500 per investering/bestelling.
Apparatuur
Onder de post apparatuur worden die investeringen opgenomen die geen inventaris zijn en
deze betrekking hebben op ICT-investeringen, audiovisuele middelen en andere technische
gebruiksapparatuur in het onderwijs. De afschrijvingstermijn is 3 of 4 jaar. De grens voor
activeren is € 2.500 per investering/bestelling.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 30 van 70
Vervoermiddelen
Vervoermiddelen die eigendom van INHolland zijn, worden geactiveerd inclusief BTW, BPM en
accessoires. De afschrijvingstermijn is 4 jaar.
Deelnemingen
Deelnemingen worden gewaardeerd op basis van de netto vermogenswaarde. Bij het ontstaan
van een negatieve netto vermogenswaarde wordt er in de enkelvoudige jaarrekening een
voorziening deelnemingen gevormd, indien de hogeschool het noodzakelijk acht dit vermogen
aan te zuiveren. Deze voorziening wordt niet gesaldeerd met de netto vermogenswaarde van
de overige deelnemingen, maar separaat op de balans opgenomen.
Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa
Door de instelling wordt op iedere balansdatum beoordeeld of er aanwijzingen zijn dat een vast
actief aan een bijzondere waardevermindering onderhevig kan zijn. Indien dergelijke indicaties
aanwezig zijn, wordt de realiseerbare waarde van het actief vastgesteld. Indien het niet mogelijk
is de realiseerbare waarde voor het individuele actief te bepalen, wordt de realiseerbare waarde
bepaald van de kasstroomgenererende eenheid waartoe het actief behoort. Van een bijzondere
waardevermindering is sprake als de boekwaarde van een actief hoger is dan de realiseerbare
waarde; de realiseerbare waarde is de hoogste van de opbrengstwaarde en de bedrijfswaarde.
De opbrengstwaarde is vastgesteld met behulp van de bepalingen van de actieve markt. Voor
de bepaling van de bedrijfswaarde is voor de contantmaking van de kasstromen een
disconteringsvoet gehanteerd van 4%. Een bijzondere waardeverminderingsverlies wordt direct
als een last verwerkt in de staat van baten en lasten.
Indien wordt vastgesteld dat een bijzondere waardevermindering die in het verleden
verantwoord is, niet meer bestaat of is afgenomen, dan wordt de toegenomen boekwaarde van
de desbetreffende activa niet hoger gesteld dan de boekwaarde die bepaald zou zijn indien
geen bijzondere waardevermindering voor het actief zou zijn verantwoord.
Ook voor financiële instrumenten beoordeelt de instelling op iedere balansdatum of er
objectieve aanwijzingen zijn voor bijzondere waardeverminderingen van een financieel actief of
een groep van financiële activa. Bij aanwezigheid van objectieve aanwijzingen voor bijzondere
waardeverminderingen bepaalt de instelling de omvang van het verlies uit hoofde van de
bijzondere waardeverminderingen, en verwerkt dit direct in de staat van baten en lasten.
Bij financiële activa die gewaardeerd zijn tegen geamortiseerde kostprijs wordt de omvang van
de bijzondere waardevermindering bepaald als het verschil tussen de boekwaarde van het
actief en de best mogelijke schatting van de toekomstige kasstromen, contant gemaakt tegen
de effectieve rentevoet van het financiële actief zoals die is bepaald bij de eerste verwerking
van het instrument. Het waardeverminderingsverlies dat daarvoor opgenomen was, dient te
worden teruggenomen indien de afname van de waardevermindering verband houdt met een
objectieve gebeurtenis na afboeking. De terugname wordt beperkt tot maximaal het bedrag dat
nodig is om het actief te waarderen op de geamortiseerde kostprijs op het moment van de
terugname, als geen sprake geweest zou zijn van een bijzondere waardevermindering. Het
teruggenomen verlies wordt in de staat van baten en lasten verwerkt.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 31 van 70
Bij een investering in eigenvermogensinstrumenten op kostprijs wordt de omvang van de
bijzondere waardevermindering bepaald als het verschil tussen de boekwaarde van het
financieel actief en de best mogelijke schatting van de toekomstige kasstromen, contant
gemaakt tegen de actuele vermogenskostenvoet voor een soortgelijk financieel actief. Het
bijzondere waardeverminderingsverlies wordt slechts teruggenomen indien het wegnemen van
de indicatie van een bijzondere waardevermindering objectief waarneembaar is.
Vorderingen
De vorderingen worden gewaardeerd op de nominale waarde. Er wordt een voorziening
opgenomen voor mogelijke oninbaarheid van deze vorderingen: Hierbij wordt de volgende
grondslag gehanteerd:
Vordering 3 - < 6 maanden 50%
Vordering 6 - < 9 maanden 75%
Vordering ≥ 9 maanden 100%
Afwijking van deze grondslag is mogelijk indien uit statistische toetsing van individuele posten
blijkt dat de getroffen voorziening geen getrouw beeld geeft van het aanwezige inningsrisico.
Voorraden
Voorraden in de zin van syllabi, leermateriaal etc. worden niet gescheiden opgenomen. De
posten worden indien materieel (groter dan € 25.000) opgenomen onder de vorderingen.
Liquide middelen
Liquide middelen bestaan uit kas, banktegoeden en direct opeisbare deposito’s met een looptijd
korter dan twaalf maanden. Rekening-courantschulden bij banken zijn opgenomen onder
schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden.
Eigen vermogen
Het eigen vermogen bestaat uit algemene reserves en bestemmingsreserves en/of -fondsen.
Hierin is tevens een segmentatie opgenomen naar publieke en private middelen.
De bestemmingsreserves zijn reserves met een beperktere bestedingsmogelijkheid, welke door
het bestuur zijn aangebracht,
De bestemmingsfondsen zijn reserves met een beperktere bestedingsmogelijkheid, welke door
derden zijn aangebracht.
Minderheidsbelang derden
Het minderheidsbelang derden als onderdeel van het groepsvermogen wordt gewaardeerd
tegen het bedrag van het nettobelang in de desbetreffende groepsmaatschappijen.
Voor zover de betreffende groepsmaatschappij een negatieve nettovermogenswaarde heeft,
worden de negatieve waarde alsmede eventuele verdere verliezen niet toegewezen aan het
minderheidsbelang derden, tenzij de derden-aandeelhouders een feitelijke verplichting hebben
en in staat zijn om de verliezen voor hun rekening te nemen. Zodra de nettovermogenswaarde
van de groepsmaatschappij weer positief is, worden resultaten toegekend aan het
minderheidsbelang derden.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 32 van 70
Voorzieningen
Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare of feitelijke verplichtingen die op de
balansdatum bestaan, waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen noodzakelijk
is en waarvan de omvang op betrouwbare wijze is te schatten.
De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de beste schatting van de bedragen die
noodzakelijk zijn om de verplichtingen per balansdatum af te wikkelen.
De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de contante waarde van de uitgaven die naar
verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen af te wikkelen, tenzij anders vermeld. Hierbij
wordt een rekenrente van 4% gehanteerd. Wanneer de verwachting is dat een derde de
verplichtingen vergoedt, en wanneer het waarschijnlijk is dat deze vergoeding zal worden
ontvangen bij de afwikkeling van de verplichting, dan wordt deze vergoeding als een actief in de
balans opgenomen.
De instelling heeft een pensioenregeling welke is ondergebracht bij het ABP. Deze
pensioenregeling moet worden aangemerkt als een toegezegd-pensioenregeling. Onder een
toegezegd-pensioenregeling wordt verstaan een regeling waarbij aan de werknemers een
pensioen wordt toegezegd, waarvan de hoogte afhankelijk is van leeftijd, salaris en dienstjaren.
De instelling heeft de toegezegd-pensioenregeling bij het bedrijfstakpensioenfonds verwerkt als
zou sprake zijn van een toegezegde-bijdrageregeling. In geval van een tekort bij het
bedrijfstakpensioenfonds heeft de instelling geen verplichting tot het doen van aanvullende
bijdragen in het geval van een tekort, anders dan hogere toekomstige premies.
Indien op balansdatum verplichtingen bestaan tot het in de toekomst doorbetalen van
beloningen aan personeelsleden die op balansdatum naar verwachting blijvend geheel of
gedeeltelijk niet in staat zijn om werkzaamheden te verrichten door ziekte of
arbeidsongeschiktheid. Voor deze verplichtingen is een voorziening opgenomen. De
verplichting is een beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de desbetreffende
verplichtingen per balansdatum af te wikkelen.
De voorziening jubilea wordt opgenomen voor verwachte lasten gedurende het dienstverband
van de werknemers.
De overige voorzieningen worden opgenomen tegen nominale waarde.
Leasing
De instelling least een deel van de ICT infrastructuur; hierbij heeft de instelling grotendeels de
voor- en nadelen verbonden aan de eigendom van deze activa. Deze activa worden
geactiveerd in de balans op het tijdstip van het aangaan van het leasecontract tegen de reële
waarde van het actief of de lagere contante waarde van de minimale leasetermijnen. De te
betalen leasetermijnen worden op annuïtaire wijze verdeeld in een aflossings- en een
rentecomponent, gebaseerd op een vast rentepercentage. De leaseverplichtingen worden
exclusief de rentevergoeding opgenomen onder de langlopende schulden. De rentecomponent
wordt naar gelang van de leasetermijnen verantwoord in de staat van baten en lasten. De
relevante activa worden afgeschreven over de resterende economische levensduur of, indien
korter, de leasetermijn.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 33 van 70
Grondslagen voor bepaling van het resultaat
De baten en lasten worden toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben.
Winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn verwezenlijkt. Verliezen en
risico’s die hun oorsprong vinden voor het einde van het verslagjaar, worden in acht genomen,
indien zij voor het vaststellen van de jaarrekening bekend zijn geworden.
Opbrengstverantwoording
Opbrengsten uit het verlenen van diensten geschieden naar rato van de geleverde prestaties,
gebaseerd op de verrichte diensten tot aan de balansdatum in verhouding tot de in totaal te
verrichten diensten.
Overige bedrijfsopbrengsten bestaan uit baten uit verhuur, detachering en overige baten.
Exploitatiesubsidies worden als bate verantwoord in de staat van baten en lasten in het jaar
waarin de gesubsidieerde kosten zijn gemaakt of opbrengsten zijn gederfd, of wanneer een
gesubsidieerd exploitatietekort zich heeft voorgedaan. De baten worden verantwoord als het
waarschijnlijk is dat deze worden ontvangen en de instelling de condities voor ontvangst kan
aantonen.
Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa
Immateriële vaste activa inclusief goodwill en materiële vaste activa worden vanaf het moment
van ingebruikneming afgeschreven over de verwachte toekomstige gebruiksduur van het actief.
Over terreinen wordt niet afgeschreven.
Indien een schattingswijziging plaatsvindt van de economische levensduur, dan worden de
toekomstige afschrijvingen aangepast.
Negatieve goodwill valt vrij in de staat van baten en lasten voor zover lasten en verliezen zich
voordoen, indien hier bij de verwerking van de overname rekening mee is gehouden en deze
lasten en verliezen betrouwbaar zijn te meten. Indien geen rekening is gehouden met
verwachte lasten of verliezen, dan valt de negatieve goodwill vrij in overeenstemming met het
gewogen gemiddelde van de resterende levensduur van de verworven afschrijfbare activa.
Voor zover de negatieve goodwill uitkomt boven de reële waarde van de geïdentificeerde niet-
monetaire activa wordt het meerdere direct in de staat van baten en lasten verwerkt.
Boekwinsten en -verliezen bij verkoop van materiële vaste activa zijn begrepen onder de
afschrijvingen.
Personeelsbeloningen
Lonen, salarissen en sociale lasten worden op grond van de arbeidsvoorwaarden verwerkt in de
staat van baten en lasten voor zover ze verschuldigd zijn aan werknemers.
De instelling heeft de toegezegd-pensioenregelingen bij bedrijfstakpensioenfonds verwerkt als
zou sprake zijn van een toegezegde-bijdrageregeling.
Voor toegezegde-bijdrageregelingen betaalt de instelling op verplichte, contractuele of vrijwillige
basis premies aan pensioenfondsen en verzekeringsmaatschappijen. Behalve de betaling van
premies heeft de instelling geen verdere verplichtingen uit hoofde van deze
pensioenregelingen.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 34 van 70
De premies worden verantwoord als personeelskosten als deze verschuldigd zijn.
Vooruitbetaalde premies worden opgenomen als overlopende activa indien dit tot een
terugstorting leidt of tot een vermindering van toekomstige betalingen.
Bijzondere posten
Bijzondere posten zijn baten of lasten die voortvloeien uit gebeurtenissen of transacties die
behoren tot het resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening, maar die omwille van de
vergelijkbaarheid apart toegelicht worden op grond van de aard, omvang of het incidentele
karakter van de post.
Financiële baten en lasten
Rentebaten en rentelasten worden tijdsevenredig verwerkt, rekening houdend met de effectieve
rentevoet van de betreffende activa en passiva. Bij de verwerking van de rentelasten wordt
rekening gehouden met de verantwoorde transactiekosten op de ontvangen leningen.
Belastingen
De belasting over het resultaat wordt berekend over het resultaat voor belastingen in de staat
van baten en lasten, rekening houdend met beschikbare, fiscaal compensabele verliezen uit
voorgaande boekjaren (voor zover niet opgenomen in de latente belastingvorderingen) en
vrijgestelde winstbestanddelen en na bijtelling van niet-aftrekbare kosten. Tevens wordt
rekening gehouden met wijzigingen die optreden in de latente belastingvorderingen en latente
belastingschulden uit hoofde van wijzigingen in het te hanteren belastingtarief.
Vreemde valuta
Vorderingen, schulden en verplichtingen in vreemde valuta worden omgerekend tegen de koers
per balansdatum.
Toelichting op het kasstroomoverzicht
Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. De geldmiddelen in het
kasstroomoverzicht bestaan uit de liquide middelen. Kasstromen in vreemde valuta zijn
omgerekend tegen een geschatte gemiddelde koers. Koersverschillen op geldmiddelen worden
afzonderlijk in het kasstroomoverzicht getoond. Ontvangsten en uitgaven uit hoofde van
interest, ontvangen dividenden en winstbelastingen zijn opgenomen onder de kasstroom uit
operationele activiteiten. Betaalde dividenden zijn opgenomen onder de kasstroom uit
financieringsactiviteiten. De verkrijgingsprijs van de verworven groepsmaatschappij is
opgenomen onder de kasstroom uit investeringsactiviteiten, voor zover betaling in geld heeft
plaatsgevonden. De geldmiddelen die in de verworven groepsmaatschappij aanwezig zijn, zijn
van de aankoopprijs in aftrek gebracht. Transacties waarbij geen instroom of uitstroom van
kasmiddelen plaatsvindt, waaronder financiële leasing, zijn niet in het kasstroomoverzicht
opgenomen. De betaling van de leasetermijnen uit hoofde van het financiële leasecontract zijn
voor het gedeelte dat betrekking heeft op de aflossing als een uitgave uit
financieringsactiviteiten aangemerkt en voor het gedeelte dat betrekking heeft op de interest als
een uitgave uit operationele activiteiten.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 35 van 70
3.5 Toelichting op de geconsolideerde balans
Immateriële vaste activa
Verkrijgings-
prijs t/m
Afschrijvingen
t/m
Boekwaarde Investeringen Des-
investeringen
Afschrijving &
Waardeverm.
Boekwaarde Afschrijvings-
percentage
31-12-2008 31-12-2008 31-12-2008 2009 2009 2009 31-12-2009
Vergunningen en rechten 6.863 5.824 1.039 211 0 672 578 9,50%
Assurantieportefeuille 100 100 0 0 0 0 0 0,00%
Totaal 6.963 5.924 1.039 211 0 672 578
Onder vergunningen en rechten wordt onder andere verstaan de rechten om gebruik te maken
van generieke bedrijfsapplicaties en de overname van een assurantieportefeuille t.b.v. Allrisk
Shop, onderdeel van Holding INHolland B.V.
Materiële vaste activa
Verkrijgings-
prijs t/m
Afschrijvingen
t/m
Boekwaarde Investeringen Des-
investeringen
Afschrijving &
Waardeverm.
Boekwaarde Afschrijvings-
percentage
31-12-2008 31-12-2008 31-12-2008 2009 2009 2009 31-12-2009
1.2.1 Gebouwen en terreinen
1.2.1.1 Gebouwen 219.079 68.604 150.475 29.384 1.712 8.563 169.584 3,45%
1.2.1.2 Terreinen 12.564 0 12.564 0 468 0 12.096 0,00%
1.2.1.3 Gebouwen in uitvoering 26.212 0 26.212 -9.256 0 0 16.956 0,00%
Totaal 257.855 68.604 189.251 20.128 2.180 8.563 198.636
1.2.2 Inventaris en apparatuur 141.919 114.378 27.541 11.335 76 10.057 28.741 6,56%
Totaal 399.774 182.982 216.792 31.463 2.256 18.620 227.377
De investering in gebouwen betreft grotendeels de investering in de nieuwbouw Delft op het
terrein van de TU Delft. Het pand is in september 2009 in gebruik genomen. De desinvestering
bij gebouwen en terreinen wordt veroorzaakt door de verkoop van het terrein aan de
Robonsbosweg te Alkmaar. De negatieve investering bij gebouwen in uitvoering wordt
veroorzaakt door het grotendeels activeren van de nieuwbouw in Delft.
Investeringen in inventaris en apparatuur hebben vooral betrekking op de inrichting van de
nieuwbouw in Rotterdam en een aantal vervangingsinvesteringen op ICT-gebied.
Over 2009 zijn er desinvesteringen in inventaris en apparatuur geweest, met name afgestoten
leasecontracten en ICT apparatuur.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 36 van 70
Verzekerde en OZB-waarde gebouwen en terreinen
x € 1.000 Bedrag Peildatum
1.2.a.1 OZB-waarde gebouwen en terreinen 162.028€ 01-01-2008
1.2.a.2 Verzekerde waarde gebouwen 265.503€ 31-12-2009
INHolland heeft tegen de OZB-waardering van verschillende terreinen en gebouwen bezwaar
aangetekend. In deze jaarrekening gaan wij uit van de OZB-waarde per de laatst
geaccordeerde datum. Onafhankelijke taxateurs bepalen de verzekerde waarde van de panden
en inventaris middels een gedeeltelijk roulerende systematiek over alle panden.
Financiële vaste activa
Deelnemingen
Boekwaarde Investeringen Desinvesteringen Resultaat Boekwaarde
31-12-2008 2009 2009 2009 31-12-2009
1.3.1 Deelnemingen
Nyenrode Business Universiteit 2.393 0 0 39 2.432
Totaal 2.393 0 0 39 2.432
Mutaties
Voor een overzicht van de verbonden partijen wordt verwezen naar paragraaf 3.7 op pagina 45. Overige leningen u/g
Boekwaarde Investeringen Afboeking Boekwaarde
31-12-2008 2009 2009 31-12-2009
1.3.3 Overige leningen u/g
Lening Renforce B.V. 18 0 0 18
Lening Novitas Haarlem 0 0 0 0
Lening Amphitrite 8 0 0 8
Totaal 26 0 0 26
Mutaties
De lening aan Renforce B.V. wordt in 2013 volledig afgelost. Jaarlijks wordt een rente van 5%
betaald. In collegejaar 2007 – 2008 is een lening verstrekt aan roeivereniging Amphitrite.
Novitas is in 2007 failliet gegaan. Voor deze lening is een voorziening gevormd en de vordering
is bij de curator ingediend.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 37 van 70
Vorderingen
1.5.1 Debiteuren 4.699 4.923Voorziening Incourant -716 -1.205
3.983 3.718
1.5.2 OCW 88 1.602
1.5.4 Studentdebiteuren 21.664 21.869Voorziening Incourant -3.262 -1.865
18.402 20.004
1.5.5 Overige vorderingen
Voorschotten personeel 37 65Te ontvangen subsidies 840 410Overige 919 922
1.796 1.397
1.5.6 Overlopende activa
Vooruitbetaalde kosten 3.834 3.545Borgsommen 13 46NS abonnementen 1.262 1.101Nog te ontvangen bedragen 0 127Nog te factureren bedragen 1.130 1.808Overige -2 -33
6.237 6.594
Totaal vorderingen 30.506 33.315
31 december 2009 31 december 2008
Debiteuren
De voorziening incourant is aanzienlijk gedaald door het optimaliseren van het interne
aanmaanproces bij de afdeling debiteurenbeheer in afgelopen jaar.
OCW
Vanaf 2006 is de afrekensystematiek met OCW inzake cursusgelden (MBO) vervallen. Na
overleg met OCW is gebleken dat de vorderingspositie oude jaren niet meer vorderbaar is.
INHolland heeft deze ultimo 2009 afgeboekt.
Studentdebiteuren
De voorziening incourant (€ 3,3 mln.) is ten opzichte van voorgaand jaar met € 1,4 mln.
gestegen. Per 1 september 2007 zijn de geldende (wettelijke) regels met betrekking tot
gespreide betaling collegegelden gewijzigd en de gegarandeerde incasso is hierdoor komen te
vervallen. De voorziening incourant is vanaf september 2007 gevormd en tot en met 2009
consistent berekend; een cumulerend effect in de ouderdom van de openstaande vorderingen
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 38 van 70
wordt nu inzichtelijk. Aanzienlijke inspanningen om deze vorderingen te incasseren en het risico
te beperken blijven noodzakelijk.
Liquide middelen
31 december 2009 31 december 2008
1.7.1 Banken 6.015 4.747
1.7.2 Kasmiddelen 5 5
1.7.3 Deposito's 0 2.000
Totaal liquide middelen 6.020 6.752
Alle liquide middelen staan ter directe beschikking van de stichting.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 39 van 70
Eigen vermogen
Bestemming
resultaat
Overige
mutaties
Algemene reserve
2.1.1 Algemene reserve 62.008 14.278 76.286
Bestemmingsreserve (publiek)
2.1.2 Onderwijs algemeen 14.000 14.000
Organisatieontwikkeling 10.500 10.500
24.500 24.500
Bestemmingsreserve (privaat)
2.1.3 Deelneming Holding INHolland B.V. -5.183 211 -4.972
Bestemmingsfonds (publiek)
2.1.4 Waarborgfonds 1.697 1.697
Totaal vermogen 83.022 14.489 0 97.511
Stand per
31-12-2009
Mutaties
Stand per
31-12-2008
De bestemmingsreserve is gevormd voor de directe besteding aan het kwaliteitsbehoud en -
verbetering van onderwijs en onderzoek binnen INHolland. In het kader van het instellingsplan
zal het College van Bestuur ter aanwending van de reserve een voorstel doen.
Het bestemmingsfonds is gevormd omdat INHolland is aangesloten bij de Stichting
Waarborgfonds HBO. Deze stichting heeft zich garant gesteld ter waarborging van de financiële
verplichtingen van de instelling, die voortvloeien uit de bouwfinanciering. In de overeenkomst
met het Waarborgfonds is bepaald dat voor de afgegeven garanties een voorziening /
reservering wordt gevormd waarop een beroep kan worden gedaan in de situatie van landelijke
financiële deconfitures.
Minderheidsbelang derden
2.2.1 Minderheidsbelang derden in deelneming:
2009 2008
ASA Student Campus 391 679
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 40 van 70
Voorzieningen
Saldo Dotaties Onttrekkingen Vrijval Saldo
31-12-2008 2009 2009 2009 31-12-2009 < 1 jaar 1-5 jaar > 5 jaar
2.4.2 Personeelsvoorzieningen
Wachtgelden 3.769 715 -955 -526 3.003 1.182 1.722 99
WAO Eigen Risico 595 73 -195 -329 144 19 68 57
Langdurig zieken 1.953 133 -202 -1.097 787 760 27
Jubileumuitkering 1.625 209 -112 -549 1.173 120 350 703
Totaal personeelsvoorzieningen 7.942 1.130 -1.464 -2.501 5.107 2.081 2.167 859
2.4.3 Overige voorzieningen
Organisatieontwikkeling 2.020 0 -1.200 -300 520 520
Totaal overige voorzieningen 2.020 0 -1.200 -300 520 520 0 0
Voorzieningen 9.962 1.130 -2.664 -2.801 5.627 2.601 2.167 859
Mutaties Onderverdeling saldo
31-12-2009 naar looptijd
Wachtgelden
Deze voorziening dient ter dekking van de ingeschatte kosten van:
• Werkloosheidsuitkeringen voor ex-medewerkers, die op 1 januari 2007 van de
werkloosheidsregeling gebruik maakten of vanaf 1 januari 2007 in die regeling terecht
zijn gekomen;
• Pensioenpremies voor ex-medewerkers met een WW uitkering;
• Bovenwettelijke werkloosheidsuitkeringen voor ex-medewerkers;
• Re-intergratie, INHolland heeft als WW-ERD een re-integratieverplchting;
• Ex-medewerkers die nà 30 juni 1996 in de wachtgeldregeling terecht zijn gekomen;
• Ex-medewerkers die vóór 1 juli 1996 in de wachtgeldregeling terecht zijn gekomen.
WAO Eigen Risico
INHolland is eigenrisicodrager geworden voor de WAO. Deze voorziening dient er toe om de
reëel ingeschatte kosten voor de WAO verplichtingen te kunnen opvangen voor medewerkers
die na 1 januari 2001 in de WAO zijn terechtgekomen. Conform de regels voor het
eigenrisicodragerschap, heeft INHolland een garantie moeten afgeven dat zij aan haar
verplichtingen kan voldoen. Dat risico is via een verzekeringspolis afgedekt.
Langdurig zieken
Op balansdatum heeft INHolland verplichtingen staan tot het in de toekomst doorbetalen van
beloningen aan personeelsleden die op balansdatum naar verwachting blijvend geheel of
gedeeltelijk niet in staat zijn om werkzaamheden te verrichten door ziekte. Voor deze
verplichtingen is een voorziening opgenomen berekend uiterlijk tot twee jaar na de eerste
ziekmelding. De verplichting is een schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de
desbetreffende verplichtingen per balansdatum af te wikkelen. De voorziening is gewaardeerd
tegen nominale waarde per ultimo.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 41 van 70
Jubileumuitkering
De werkgever kent de werknemer, volgens de CAO-voorwaarden, bij het bereiken van een 25-
jarig, een 40-jarig en een 50-jarig ambtsjubileum een gratificatie toe ter grootte van
respectievelijk 50%, 100% en 100% van zijn inkomen per maand. De rechten die elke
werknemer opbouwt ten aanzien van deze uitkeringen zijn opgenomen in een voorziening.
Organisatieontwikkeling
INHolland heeft in het kader van de Bestuurlijke Agenda in 2008 een werkgroep geïnstalleerd
die uitgaven meer in balans moest brengen met de ontvangsten die in de loop van de jaren
door het afnemend aantal studenten zijn gedaald. Deze balans heeft zich in de loop van 2008
en 2009 sneller hersteld dan verwacht. Eind 2009 moet er nog beperkte uitstroom van
boventallige formatie worden gerealiseerd. Besluitvorming ten aanzien uitstroom heeft in 2008
plaats gevonden.
Langlopende schulden
Bedrag lening Aangegane Aflossingen Saldo Resterende Rente
31-12-2008 leningen o/g 31-12-2009 looptijd % (*)
2.5.2 Kredietinstellingen
BNG 8.948 0 639 8.309 8-13 jr 3,50%
Rabobank (Hypotheek) 12.309 0 1.135 11.174 8-17 jr euri + 0,3%
Rabobank (Hypotheek) 8.625 0 1.500 7.125 8-17 jr euri + 0,25%
WUH / ING Real Estate 3.430 0 858 2.572 8-9 jr 6,35%
Leaseverplichtingen 1.358 1.108 1.500 966 3 jr 2,152% - 4,71%
34.670 1.108 5.632 30.146
2.5.3 Langlopende schulden aan OCenW
Liquiditeitsbijdrage 1998 3.136 0 0 3.136 n.v.t 0,00%
3.136 0 0 3.136
2.5.4 Overigen
Verplichting aan oud CvB-lid 133 0 133 0 1 jr 0,00%
133 0 133 0
Totaal langlopende schulden 37.939 1.108 5.765 33.282
(*) De vermelde rentepercentages zijn gebaseerd op de afgesloten leningscontracten inclusief de daarop van toepassing zijnde aanvullende rente financieringscontracten.
De liquiditeitsbijdrage 1998 heeft het Ministerie van OCW verleend om liquiditeitsproblemen te
voorkomen in verband met de regeling gespreide inning collegegelden.
In het kader van het risicomijdend beleggen en belenen maakt INHolland gebruik van
renteswaps en een rentecap, die erop gericht zijn om het gemiddelde rentepercentage te
maximaliseren op 4%. Het renterisico betreft de verandering van het renteresultaat als gevolg
van een stijging of daling van de geld- en/of kapitaalmarktrente en is een groot risico.
INHolland maakt gebruik van kostprijshedging. Ultimo 2009 bedraagt de marktwaarde van de
renteswaps € 2,2 mln. negatief en de rentecap € 0,2 mln. positief.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 42 van 70
Kortlopende schulden
31 december 2009 31 december 2008
2.6.1 Kredietinstellingen (kortlopende deel) 47.264 43.270
2.6.1 Leaseverplichtingen (kortlopend deel) 1.421 2.039
2.6.3 Crediteuren 12.559 10.722
2.6.6 Belastingen en premies sociale verzekeringen 7.946 6.274
2.6.7 Schulden terzake pensioenen 2.154 1.893
71.344 64.198
2.6.8 Overige kortlopende schulden
Nog verschuldigde salarissen 53 123
2.6.9 Overlopende passiva
Vakantiegeld 5.419 4.794
Vakantiedagen 870 846
Nog te betalen eindejaarsuitkering 27 0
Vooruitontvangen doelsubsidies OCW 3.638 2.766
Vooruitontvangen overige subsidies 3.704 4.108
Ontvangen borgsommen 10 24
Vooruitontvangen overige bedragen 217 433
Vooruitontvangen collegegelden (HBO) 34.692 34.332
Vooruitontvangen cursusgelden (MBO) 22 306
Vooruitontvangen cursusgelden (Privaat) 2.558 3.281
Overige overlopende passiva 7.573 13.504
58.730 64.394
Totaal kortlopende schulden 130.127 128.715
De post kredietinstellingen (kortlopend deel) is hoger dan voorgaand jaar. Dit wordt veroorzaakt
door het verhogen van de kortlopende kasgeldleningen met € 4 mln. Ultimo december totaal
voor een bedrag van € 43 mln.
Stijging van belastingen en premies sociale verzekeringen wordt voornamelijk veroorzaakt door
de hogere afdracht loonheffing over december (€ 1,6 mln.). Over 2009 is namelijk de
eindejaarsuitkering verhoogd met 2,6% naar een volledig maandsalaris.
De overige overlopende passiva is ten opzichte van ultimo december 2008 gedaald met € 2,7
mln. en wordt verklaard door afname van opgenomen reserveringen.
Voor het overzicht geoormerkte subsidies OCW en LNV (model G) wordt verwezen naar bijlage
Model G - Geoormerkte subsidies OCW en LNV op pagina 67 en 68.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 43 van 70
3.6 Niet uit de balans blijkende rechten en verplichtingen
Huurcontracten
De huurcontracten zijn opgenomen in onderstaande tabel en te verdelen in 2 categorieën:
Huurcategorie < 1 jr < 5 jr > 5jr
Studentenhuisvesting 364.967 0 0
Huisvesting onderwijs/ondersteuning 3.663.021 15.677.945 2.913.512
Totaal 4.027.988 15.677.945 2.913.512
Bankgaranties
Per 31 december 2009 bestaat de volgende categorie bankgaranties:
• Huurovereenkomsten; bedrag € 0,6 mln.
• Claims, geschillen en rechtsgedingen € 0,5 mln.
Investeringsverplichtingen
Ultimo kalenderjaar 2009 zijn ten behoeve van de aanbouw op locatie Den Haag verplichtingen
aangegaan ter hoogte € 4,4 mln.
Overeenkomst van borgtocht
Als gevolg van de gesloten standaardovereenkomst van borgtocht artikel 7 heeft INHolland zich
verbonden niet zonder schriftelijke toestemming van de Stichting Waarborgfonds HBO, de aan
INHolland toebehorende registergoederen te vervreemden of met enig recht te bezwaren.
Voorts dient INHolland, indien zij haar verplichtingen uit de geborgde overeenkomsten niet kan
nakomen, een recht van hypotheek aan de Stichting Waarborgfonds HBO te verstrekken tot
zekerheid van het regresrecht van de Stichting Waarborgfonds HBO.
Stichting Universiteit Nyenrode
Per 1 januari 2005 is INHolland een joint venture aangegaan met Stichting Universiteit
Nyenrode onder de naam Nyenrode Business Universiteit B.V. INHolland neemt voor 50% deel
in de joint venture. INHolland heeft de verplichting om vanaf 2005 maximaal 4 jaar lang per jaar
een bijdrage van circa € 2,5 mln. per jaar (maximaal € 10 mln. inclusief BTW) te besteden ter
financiering van HBO-gerelateerde onderzoek- en onderwijsactiviteiten. In 2008 is circa € 2,3
mln. besteed aan deze activiteiten. Tot en met 2008 is ca € 7,6 mln. besteed.
Eigenrisicodragerschap Wet Arbeidsongeschiktheid
Conform de regels voor het eigenrisicodragerschap heeft INHolland een garantie moeten
afgeven dat INHolland aan haar verplichtingen kan voldoen. Dit risico is middels een
verzekeringspolis afgedekt.
Rechten doorverkoop Spirea Dordrecht
INHolland heeft het pand aan de Spirea in Dordrecht verkocht. Onderdeel van deze verkoop is
dat bij doorverkoop van de huidige eigenaar INHolland nog recht heeft op een deel van de extra
verkoopopbrengst. Er is geen zekerheid of en op welk moment eventuele extra inkomsten
gerealiseerd zullen worden.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 44 van 70
Intentieverklaring verkoop Wildenborch
Door het College van Bestuur is een intentieverklaring getekend om de gebouwen aan de
Bergwijkdreef en Wildenborch te Diemen op korte termijn te verkopen. De afwikkeling van de
Bergwijkdreef heeft plaatsgevonden in februari 2007. Omdat het gebouw aan de Wildenborch
de komende jaren nog gebruikt zal worden voor onderwijsdoelstellingen heeft een nieuwe
toetsing plaatsgevonden van de waarde van dit pand. Deze toetsing heeft niet tot aanpassing
van de boekwaarde geleid.
3.7 Overzicht verbonden partijen
Meerderheidsdeelneming (BV of NV)
Juridische
vorm
Statutaire
zetel
Code
activiteiten
Eigen
vermogen 31-12-2009
Exploitatie-
saldo 2009
Omzet
2009
Verklaring
art. 2:403 BW
Consolidatie
ja/nee
Deelname-
percentage
Holding INHolland B.V. BV Rotterdam 1 / 4 1.028 211 14.973 N J 100%
Stichting Fonds Akademie voor Gezondheidszorg Kennemerland Stichting PM 4 PM PM PM N N n.v.t.
Stichting Filmfactory Rotterdam Stichting Rotterdam 4 PM PM PM N N n.v.t.
Stichting het Jong Noorden Stichting Rotterdam 4 PM PM PM N N n.v.t.
Stichting Hoger Beroepsonderwijs Suriname Stichting PM 4 PM PM PM N N n.v.t.
Totaal 1.028 211 14.973
Overige verbonden partijen (minderheidsdeelneming)
Juridische
vorm
Statutaire
zetel
Code
activiteiten
Nyenrode Business Universiteit B.V. BV Breukelen 1 / 2
Samenwerkingsinstituut Kweekschool voor Vroedvrouwen Stichting Amsterdam 4
Toelichting code activiteiten 1 = contractonderwijs; 2 = contractonderzoek; 3 = onroerende zaken; 4 = overig. Holding INHolland B.V.
INHolland is voor 100% eigenaar van Holding INHolland B.V. In deze vennootschap zijn de
private activiteiten van INHolland ondergebracht. De activiteiten bestaan voor 67% uit
contractonderwijs (code 1) en voor 33% uit overige zaken (code 4).
Nyenrode Business Universiteit B.V.
De joint venture tussen INHolland en Stichting Universiteit Nyenrode, Nyenrode Business
Universiteit B.V., is een joint venture waarin de onderzoek- en onderwijsactiviteiten van
Nyenrode zijn opgenomen. INHolland neemt deel voor 50% deel in Nyenrode Business
Universiteit B.V.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 45 van 70
De samenwerking met Nyenrode is effectief beëindigd per 31 december 2009. Daartoe is in
februari 2010 een verkoopovereenkomst afgesloten. Hogeschool INHolland draagt haar
aandelen Nyenrode Business Universiteit B.V. in februari 2010 over aan de andere
aandeelhouder Stichting Nyenrode. Partijen verlenen elkaar over en weer finale kwijting voor
hun verplichtingen uit de bestaande en beëindigde samenwerkingsovereenkomst.
Samenwerkingsinstituut Kweekschool voor Vroedvrouwen
Per 1 september 2008 is het samenwerkingsinstituut Kweekschool voor Vroedvrouwen (SI KVV)
opgericht. Het SI KVV verzorgt het onderwijs en onderzoekt de komende jaren de
mogelijkheden tot academisering van het curriculum. VUmc, SI KVV en INHolland nemen deel
in het SI KVV. INHolland beschikt niet over overwegende zeggenschap. INHolland ontvangt de
bekostiging en is als zodanig het formele aanspreekpunt voor OCW (zie het Onderwijsprotocol
en de Richtlijn Jaarverslag). Verder is INHolland de formele licentiehouder en in die rol
aanspreekpunt voor de NVAO als het gaat om accreditatie. Verantwoording aan OCW en
NVAO loopt formeel via INHolland, bijvoorbeeld via het jaarverslag.
Transacties verbonden partijen
De transacties ten aanzien van onder anderen omzet, managementvergoeding, rente tussen de
instelling en de met haar verbonden partijen zijn:
Werkelijk Werkelijk
2009 2008
Holding INHolland B.V. 7.782 6.446
Nyenrode Business Universiteit B.V. -350 -2.300
SI Kweekschool voor Vroedvrouwen -5.093 -1.705
2.339 2.441
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 46 van 70
3.8 Toelichting op de geconsolideerde exploitatierekening
Rijksbijdragen
Werkelijk Begroot Werkelijk
2009 2009 2008
3.1.1 (Normatieve) Rijksbijdrage OCW / LNV 185.943 174.958 181.192
3.1.2 Overige subsidies OCW / LNV 970 2.193 1.577
Totaal rijksbijdragen 186.913 177.151 182.769
De Rijksbijdrage wordt vastgesteld op basis van het studentenaantal t-2. De toename van de
Rijksbijdrage ten opzichte van de begroting wordt veroorzaakt door extra rijksbekostiging die is
ontvangen voor prijscompensatie, extra middelen voor het bestrijden van uitval, kwaliteitsimpuls
en de ontvangst van de rijksbekostiging voor het SI KVV (€7,9 mln.).
Collegegelden
Werkelijk Begroot Werkelijk
2009 2009 2008
3.2 Collegegelden 48.113 46.622 45.958
De stijging van de opbrengst collegegelden wordt veroorzaakt door de toename van de
studentaantallen. In de opbrengst zijn tevens verantwoord de collegegelden voor het SI KVV
(€ 0,5 mln.).
Baten werk i.o.v. derden
Werkelijk Begroot Werkelijk
2009 2009 2008
3.3 Opbrengst werk i.o.v. derden
3.3.1 Contractonderwijs / Contractonderzoek 7.603 5.244 8.541
Totaal baten werk i.o.v. derden 7.603 5.244 8.541
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 47 van 70
Overige baten
Werkelijk Begroot Werkelijk
2009 2009 2008
3.4 Overige baten
3.4.2 Verhuur onroerende zaken 2.140 2.312 1.872
3.4.3 Detachering personeel 7.487 1.401 6.880
3.4.4 Schenking en sponsoring 714 64 189
3.4.5 Overige
Subsidies (niet OCW) en bijdragen 3.936 3.720 4.186
Studentbijdragen 1.514 1.824 1.710
Overige 4.981 2.283 3.123
Totaal overige baten 20.772 11.604 17.960
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 48 van 70
Personele lasten
4.1.1 Lonen en salarissen 125.566 121.695 120.379
4.1.2 Sociale lasten 27.555 25.096 23.775
153.121 146.791 144.154
4.1.3 Overige personele lasten
4.1.3.1 mutatie voorziening
Wachtgeldregelingen 189 1.278 3.743
WAO Eigen Risico -256 0 -3
Jubileumuitkeringen -452 0 31
Langdurig zieken -1.166 0 17
Organisatieontwikkeling -1.500 -7.914 2.020
4.1.3.2 Uitzendkrachten, inhuur derden 22.240 25.321 26.915
4.1.3.3 Overige 8.941 9.899 8.614
27.996 28.584 41.337
4.1.4 Uitkeringen (-/-) -605 -96 -901
Totaal personele lasten 180.512 175.279 184.590
Werkelijk
2008
Werkelijk
2009
Begroot
2009
De stijging van de lonen en salarissen wordt voornamelijk verklaard door de CAO-verhoging.
Per 1 oktober 2009 zijn de salarissen met 1% verhoogd en is de opbouw eindejaarsuitkering
vanaf 1 januari 2009 verhoogd naar 8,3% (2008: 5,7%). Daarnaast leidt de jaarlijkse
beoordelingsronde tot een stijging van de gemiddelde personele last.
Het personeel (deel van) van SI KVV is in dienst van INHolland. De kosten zijn verantwoord
onder de loonkosten (€ 3,2 mln.). Het saldo (€ 5,1 mln.) wordt verrekend met SI KVV. In de
exploitatie van INHolland is dit saldo resultaatneutraal verantwoord.
Onder de post ‘Wachtgeldregelingen’ en ‘WAO Eigen Risico’ zijn - naast de reguliere
kalenderjaaruitgaven – ook de dotaties en onttrekkingen aan de daarvoor aangehouden
voorzieningen opgenomen.
De post ‘Overige’ bevat ondermeer scholingskosten (€ 2,7 mln.), reis- en verblijfskosten
werknemers (€ 2,8 mln.), teambijeenkomsten (€ 0,8 mln.) en wervingskosten personeel (€ 0,4
mln.).
Gemiddeld aantal werknemers
Het gemiddeld aantal werknemers bedraagt in 2009: 2.797 (2008: 2.787).
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 49 van 70
Toelichting op de bezoldiging van het College van Bestuur
De onderstaande informatie is in overeenstemming met de wet- en regelgeving zoals
vastgelegd in de “Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens”
(WOPT) en de branchecode Governance van de HBO-raad.
Conform de brief van het Ministerie van BiZa d.d. 17 april 2008 moet voor de WOPT worden
uitgegaan van een rapportage over de volgende beloningscomponenten: het belastbaar loon,
de totale pensioenafdracht (werknemers- en werkgeversdeel),alle overige voorzieningen
betaalbaar op termijn en ontslagvergoedingen voor zover ze geen deel uitmaken van het
belastbaar loon. Het belastbaar loon in voormeld overzicht bestaat uit: bruto looncomponenten
+ variabele beloning + eventuele bijtelling leaseauto + sociale premies -/- inhouding
pensioenpremies werknemersdeel. Het normbedrag voor de WOPT voor het jaar 2009 bedraagt
€ 188.000. De bezoldiging van het College van Bestuur heeft zich in het kalenderjaar 2009 als
volgt ontwikkeld:
Pensioen Var.beloning Totaal Pensioen Var.beloning Totaal
afdracht geen Ln v LH afdracht geen Ln v LH
incl bijtelling excl bijtelling incl bij telling excl bijtel ling
Functie fte auto vd zaak auto vd zaak fte auto vd zaak auto vd zaak
Voorzitter * 1,0 171.029 171.029 52.278 - 223.307 1,0 184.434 184.434 35.887 - 220.321
Vice-voorzitter 1,0 161.731 149.594 48.583 - 210.314 1,0 193.139 180.893 35.328 - 228.467
Lid 1,0 154.000 149.689 50.492 - 204.492 1,0 155.458 151.147 31.454 - 186.912
3,0 486.760 470.312 151.353 - 638.113 3,0 533.031 516.474 102.669 - 635.700
Gemiddelde beloning 212.704 211.900
2009 2008
Belastbaar loon Belastbaar loon
* geen privé-gebruik dienstauto
Variabele Beloning College van Bestuur De Raad van Toezicht heeft op verzoek van het College van Bestuur in 2008 de verhouding
tussen het vaste en variabele salaris aangepast, waarbij het vaste salaris is verhoogd en het
variabele deel is verlaagd. In de toelichting op de jaarrekening over het kalenderjaar 2008 is
vermeld dat in 2008 de variabele beloningen over het studiejaar 2006 - 2007 en 2007-2008 zijn
uitgekeerd. Naast de verhoging van het vaste salaris per 1 september 2008 en de hiervoor
geschetste uitbetaling van de variabele beloning in 2008 betekende dat in 2008 de totale
beloning van de collegeleden éénmalig hoger was dan normaal gesproken verwacht mocht
worden. Gelet op het gegeven dat het hier ging om extra pensioengevend inkomen voor de
leden van het College van Bestuur, heeft de hogere beloning alleen voor 2009 direct effect
gehad op de hoogte van het jaarloon ABP (peilmaand januari 2009). Voor 2010 betekent het
dat het Jaarloon ABP met ingang van januari weer naar beneden wordt bijgesteld (peilmaand
januari 2010).
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 50 van 70
Het overzicht van de ontwikkeling van de variabele beloning over de periode 2007 - 2009 is
weergegeven in de onderstaande tabel.
Uitgekeerd in Kalenderjaar 2009 2008 2008 2007
dec dec jan
Over de periode 2008-2009 2007-08 2006-07 2005-06
Voorzitter 10.540 34.040 3.600 -
Vice-voorzitter 9.486 30.636 22.594 17.692
Lid 9.303 30.043 21.340 11.494
Voormalig voorzitter - - 26.373 25.350
Totaal 29.329 94.719 73.907 54.536
Toelichting Bezoldiging van de Raad van Toezicht
De bezoldiging van de Raad van Toezicht is gebaseerd op het brutosalaris van het maximum
van schaal 12 van de CAO HBO 2007-2010. Het overzicht van de bezoldiging van de Raad van
Toezicht (inclusief betalingen per factuur) over de kalenderjaren 2008 en 2009 is weergegeven
in de onderstaande tabel.
fte Vergoeding fte Vergoeding
Voorzitter 1,0 16.853 1,0 16.323
Auditcommissie 2,0 26.965 2,0 26.117
Overige leden 4,0 40.448 4,0 39.175
Totaal 7,0 84.266 7,0 81.615
Gemiddeld 12.038 11.659
2009 2008
Opgave overige personeelsleden Conform artikel 8 van de WOPT moet er melding gemaakt worden van werknemers die in het
afgelopen jaar een belastbaar inkomen boven het gemiddelde belastbare loon van “Onze
Ministers” uitkomt. Zie voor de rapportagevereisten beloningscomponenten WOPT en de
hoogte van het normbedrag voor 2009 de vermelding hierover bij het hoofdstuk “Toelichting op
de bezoldiging van het College van Bestuur”. Naast de leden van het College van Bestuur heeft
geen van de overige personeelsleden van Stichting Hoger Onderwijs Nederland in 2009 een
inkomen hoger dan de vastgestelde norm genoten.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 51 van 70
Afschrijvingen
Werkelijk Begroot Werkelijk
2009 2009 2008
4.2.1 Immateriële vaste activa 672 500 726
4.2.2 Gebouwen 8.560 9.002 7.584
4.2.3 Inventaris en apparatuur 10.061 12.414 9.896
Afschrijvingen 19.293 21.916 18.206
Afwaarderingen, afstotingen 2.180 0 1.178
Totaal afschrijvingen incl. afwaardering 21.473 21.916 19.384
De afschrijvingen blijven achter op begroting. Voornamelijk verklaard door het nog niet of later activeren van nieuwbouwprojecten. Daarnaast dragen ook uitgestelde ICT-projecten bij aan deze afwijking. Huisvestingslasten
Werkelijk Begroot Werkelijk
2009 2009 2008
Huisvestingslasten
4.4.1 Huur 5.595 6.767 8.089
4.4.3 Klein onderhoud en exploitatie 2.588 1.906 2.349
4.4.4 Energie en water 2.529 2.310 2.454
Schoonmaakosten 2.761 3.023 2.933
4.4.5 Heffingen 880 514 343
Overige huisvestingslasten 959 1.091 1.582
Totaal Huisvestingslasten 15.312 15.611 17.750
Door opzegging van een aantal huurpanden in o.a. Rotterdam en Delft zijn de huurkosten € 1,5 mln. lager ten opzichte van 2008.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 52 van 70
Overige instellingslasten
Werkelijk Begroot Werkelijk
2009 2009 2008
4.4 Overige Instellingslasten
4.4.7 Administratie- en beheerslasten
Administratie en beheer 5.159 3.909 5.152
Reis- en verblijfkosten 1.385 842 1.204
Overige beheerslasten 2.049 408 4.968
8.593 5.159 11.324
4.4.7 Inventaris, apparatuur & leermiddelen
Inventaris en apparatuur 969 1.067 1.193
ICT lasten 3.595 3.926 4.299
Leer- en hulpmiddelen 2.701 3.247 1.840
7.265 8.240 7.332
4.4.6 Mutatie overige voorzieningen 1.048 -2.068 -2.859
4.4.7 Overigen
Studentenvoorzieningen 2.207 3.174 1.954
Wervingskosten 6.583 5.730 5.806
Uitbesteed werk 939 1.127 983
Telefoon/internet 2.048 1.881 1.853
11.777 11.912 10.596
Totaal Instellingslasten 28.683 23.243 26.393
De overige beheerslasten zijn in 2009 € 2,9 mln. lager dan in 2008 doordat in 2008 de
inhouding ad € 3,1 mln. (besluit terugvordering OCW en LNV van 24 oktober 2005) is afgeboekt
en verantwoord onder de overige beheerslasten. Daarnaast is in 2008 eenzelfde bedrag
onttrokken aan de voorziening claims en geschillen en verantwoord onder ‘mutatie overige
voorzieningen’. In september 2008 heeft het College van Bestuur namelijk besloten geen hoger
beroep aan te tekenen.
.
Accountantshonoraria Werkelijk Werkelijk
2009 2008
Controle van de jaarrekening 190 251
Andere controlewerkzaamheden 92 56
Fiscale advisering 109 93
Andere niet-controlediensten 89 81
480 481
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 53 van 70
Financiële baten en lasten
Werkelijk Begroot Werkelijk
2009 2009 2008
5.1 Financiële baten
5.1.1 Rentebaten 108 303 970
5.1.2 Overige financiële baten 0 0 0
108 303 970
5.2 Financiële lasten
5.2.1 Rentelasten -2.874 -4.632 -3.450
5.2.2 Overige financiële lasten -74 -100 -94
-2.948 -4.732 -3.544
5.3 Resultaat Deelneming
5.3.1 Deelnemingen 39 0 -14
Saldo fin. baten en lasten -2.801 -4.429 -2.588
De rentebaten zijn in 2009 € 0,9 mln. lager ten opzichte van 2008. Naast het feit dat er minder
deposito’s zijn weggezet, heeft dit ook te maken van de daling van de rentetarieven op
creditgelden. Hierdoor brachten de rentecaps minder op dan in voorgaande jaren en heeft
INHolland rente moeten betalen in plaats van een rentevergoeding op afgesloten rentebaten.
De post resultaat deelnemingen bestaat uit het resultaat van Nyenrode Business Universiteit
B.V.
Belastingen resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening
Werkelijk Werkelijk
2009 2008
Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening voor belastingen 14.519 4.287
Belastingen resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening -30 -177
14.489 4.110
De fiscale eenheid vennootschapsbelasting bestaat in 2009 uit de volgende vennootschappen:
• Holding INHolland B.V. (moeder);
• Commerciële HBO-opleidingen INHolland B.V. (handelend onder de naam INHolland
Select Studies);
• Zakelijke Dienstverlening B.V.;
• AllRisk-Shop B.V.;
• Contractgroep INHolland B.V. (handelend onder de naam INHolland Academy);
• Participatiemaatschappij Holding INHolland B.V.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 54 van 70
HBO Services B.V. voor 51% in handen is van de Participatiemaatschappij Holding INHolland
B.V. en maakt om die reden geen onderdeel uit van de fiscale eenheid voor de
vennootschapsbelasting.
Per 31 december 2008 bedraagt een totaal van € 4,9 mln. als beperkt voorwaarts te
compenseren verlies met toekomstige winsten van de fiscale eenheid. Voor 2009 zal een
bedrag van € 120.862 van deze verliezen worden verrekend. Dit houdt in dat er ultimo 2009
€ 4,8 mln. aan beperkt voorwaarts te compenseren verlies resteert. De aangiften
vennootschapsbelasting van de fiscale eenheid tot en met 2006 zijn definitief. De aangiften
vennootschapsbelasting van de fiscale eenheid voor 2007 en 2008 zijn aangeboden aan de
belastingdienst.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 55 van 70
3.9 Enkelvoudige balans per 31 december 2009
1 Activa
Vaste activa 31 december 2009 31 december 2008
1.1 Immateriële vaste activa 578 1.039
1.2 Materiële vaste activa
1.2.1 Gebouwen en terreinen
Gebouwen 169.569 150.457
Terreinen 12.096 12.564
Gebouwen in uitvoering 16.956 26.212
1.2.2 Inventaris en apparatuur 28.697 27.484
227.318 216.717
1.3 Financiële vaste activa
1.3.1 Deelnemingen 3.460 2.393
1.3.2 Leningen aan verbonden partijen 0 227
1.3.3 Overige leningen u/g 26 26
3.486 2.646
Totaal vaste activa 231.382 220.402
Vlottende activa1.5 Vorderingen
1.5.1 Debiteuren 2.186 2.333
1.5.3 Verbonden partijen 312 5.331
1.5.4 Studentdebiteuren 18.402 19.634
1.5.5 Overige vorderingen 1.878 2.969
1.5.6 Overlopende activa 5.453 4.898
28.231 35.165
1.7 Liquide middelen 5.503 4.643
Totaal vlottende activa 33.734 39.808
Totaal activa 265.116 260.210
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 56 van 70
2 Passiva31 december 2009 31 december 2008
2.1 Eigen vermogen 97.511 83.022
2.4 Voorzieningen 5.627 15.145
2.5 Langlopende schulden
2.5.2 Kredietinstellingen 30.146 34.803
2.5.3 Langlopende schulden aan OCW 3.136 3.136
33.282 37.939
2.6 Kortlopende schulden
2.6.1 Kredietinstellingen 48.685 45.309
2.6.3 Crediteuren 12.133 10.145
2.6.4 Kortlopende schulden aan OCW 0 0
2.6.5 Verbonden partijen 2.755 771
2.6.6 Belastingen en premies sociale verzekeringen 7.695 5.885
2.6.7 Schulden terzake pensioenen 2.151 1.870
2.6.8 Overige kortlopende schulden 33 33
2.6.9 Overlopende passiva 55.244 60.091
128.696 124.104
Totaal passiva 265.116 260.210
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 57 van 70
3.10 Enkelvoudige exploitatierekening 2009
Werkelijk Begroting Werkelijk
2009 2009 2008
3 Baten3.1 Rijksbijdragen 186.913 177.151 182.769
3.2 Collegegelden 48.113 46.622 45.958
3.3 Baten werk i.o.v. derden 4.363 5.244 5.214
3.4 Overige baten 16.811 11.604 15.342
Totaal baten 256.200 240.621 249.283
4 LastenLoonkosten, externe medewerkers, overig 176.405 175.279 179.043
Voorziening Organisatie ontwikkeling 0 0 2.020
4.1 Personele lasten 176.405 175.279 181.063
4.2 Afschrijvingen 21.458 21.916 19.345
4.3 Huisvestingslasten 15.327 15.611 18.109
4.4 Overige instellingslasten 25.904 23.243 24.385
Totaal lasten 239.094 236.049 242.902
Saldo baten en lasten 17.106 4.572 6.381
5 Financiële baten en lasten5.1 Financiële baten 74 303 901
5.2 Financiële lasten -2.941 -4.732 -3.522
5.3 Resultaat Deelneming 250 0 350
Saldo fin. baten en lasten -2.617 -4.429 -2.271
Exploitatieresultaat 14.489 143 4.110
Resultaatbestemming
Werkelijk Begroting Werkelijk
2009 2009 2008
Toevoeging / onttrekking aan algemene reserve 14.489 143 610Toegevoegd aan bestemmingsreserve 0 0 3.500
Exploitatieresultaat 14.489 143 4.110
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 58 van 70
3.11 Toelichting op de enkelvoudige jaarrekening
De enkelvoudige jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen
van Titel 9 Boek 2 BW en de stellige uitspraken van de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving,
uitgegeven door de Raad voor de jaarverslaggeving. Deze bepalingen zijn van toepassing op
grond van Regeling Jaarverslaggeving Onderwijs. De jaarrekening is opgesteld in euro’s,
afgerond naar € x 1.000. In de toelichting op de enkelvoudige balans en exploitatierekening
wordt met uitzondering van de post financiële vaste activa, het eigen vermogen en
voorzieningen, verwezen naar de toelichting bij de geconsolideerde balans en
exploitatierekening.
Financiële vaste activa
Deelnemingen
Boekwaarde Investeringen Des-
investeringen
Resultaat Boekwaarde
1.3.1 Deelnemingen 31-12-2008 2009 2009 2009 31-12-2009
Holding INHolland B.V. -5.183 6.000 0 211 1.028
Nyenrode Business Universiteit B.V. 2.393 0 0 39 2.432
Totaal deelnemingen -2.790 6.000 0 250 3.460
De netto vermogenswaarde van de deelneming Holding INHolland B.V. was tot eind 2008 negatief. In 2009 heeft er een aandelenemissie van € 6,0 mln. plaatsgevonden. Dit heeft geresulteerd in een positieve vermogenswaarde ultimo 2009. Leningen
Boekwaarde Aangegane Aflossingen Boekwaarde
31-12-2008 leningen afboeking 31-12-2009
1.3.2 Leningen aan verbonden partijen
Holding INHolland B.V. 227 0 227 0
1.3.3 Overige leningen u/g
Lening Renforce B.V. 18 0 0 18
Lening Novitas Haarlem 0 0 0 0
Lening Amphitrite 8 0 0 8
26 0 0 26
Totaal fin. vaste activa 253 0 227 26
INHolland heeft in het verleden aan Holding INHolland B.V. een langlopende lening
verstrekt. De hoofdsom bedroeg destijds € 1,13 mln. ( ƒ 2,5 mln.). De aflossing vindt met
jaarlijkse termijnen van € 113.445 ( ƒ 250.000) plaats. De rente door Holding INHolland
B.V. verschuldigd, bedraagt 0,30% boven het 1-maand Euribor-tarief. De Holding INHolland
B.V. heeft in 2009 het restant van de lening volledig afgelost.
De overige toelichtingen hebben plaatsgevonden bij de geconsolideerde jaarrekening.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 59 van 70
Eigen vermogen
Bestemming
resultaat
Overige
mutaties
Algemene reserve
2.1.1 Algemene reserve 62.008 14.278 76.286
Bestemmingsreserve (publiek)
2.1.2 Onderwijs algemeen 14.000 14.000
Organisatieontwikkeling 10.500 10.500
24.500 24.500
Bestemmingsreserve (privaat)
2.1.3 Deelneming Holding INHolland B.V. -5.183 211 -4.972
Bestemmingsfonds (publiek)
2.1.4 Waarborgfonds 1.697 1.697
Totaal vermogen 83.022 14.489 0 97.511
Mutaties
Stand per Stand per
31-12-2008 31-12-2009
De bestemmingsreserve is gevormd voor de directe besteding aan het kwaliteitsbehoud en -
verbetering van onderwijs en onderzoek binnen INHolland.
Het bestemmingsfonds is gevormd omdat INHolland is aangesloten bij de Stichting
Waarborgfonds HBO. Deze stichting heeft zich garant gesteld ter waarborging van de financiële
verplichtingen van de instelling, die voortvloeien uit de bouwfinanciering. In de overeenkomst
met het waarborgfonds is bepaald dat voor de afgegeven garanties een voorziening /
reservering wordt gevormd waarop een beroep kan worden gedaan in de situatie van landelijke
financiële deconfitures.
Toelichting op de post “Overige voorzieningen”:
31 december 2009 31 december 2008
Totaal geconsolideerde balans 5.627 9.962
Voorziening Deelneming 0 5.183
Totaal enkelvoudige balans 5.627 15.145
In 2009 heeft bij de Holding INHolland B.V. een aandelenemissie van € 6,0 mln. plaatsgevonden. Dit heeft geresulteerd in een positieve vermogenswaarde ultimo 2009, waardoor de voorziening deelneming van ultimo 2008 is overgegaan in een positieve deelnemingswaarde.
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 60 van 70
Het resultaat is als volgt te splitsen:
2009 2008
Resultaat:
Eigen bedrijfsvoering 14.239 3.760
Holding INHolland B.V. 211 364
Nyenrode Business Universiteit B.V. 39 -14
Exploitatieresultaat 14.489 4.110
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 61 van 70
3.12 Accountantsverklaring
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 62 van 70
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 63 van 70
3.13 Gebeurtenissen na balansdatum
Verkoop aandelen Nyenrode Business Universiteit B.V.
In 2009 hebben onderhandelingen plaatsgevonden over de verkoop van de aandelen (50%)
van Nyenrode. De samenwerking met Nyenrode is effectief beëindigd per 31 december 2009.
Daartoe is in februari 2010 een verkoopovereenkomst afgesloten. Hogeschool INHolland draagt
haar aandelen Nyenrode Business Universiteit B.V. in februari 2010 over aan de andere
aandeelhouder Stichting Nyenrode. Partijen verlenen elkaar over en weer finale kwijting voor
hun verplichtingen uit de bestaande en beëindigde samenwerkingsovereenkomst. Het resultaat
op de verkoop van aandelen bedraagt € 2,7 mln. Verwerking van deze verkoop zal worden
verantwoord in de jaarrekening 2010.
3.14 Bestemming exploitatiesaldo
Het exploitatieresultaat van € 14,5 mln. is toegevoegd aan de algemene reserve.
Den Haag, 25 maart 2010
College van Bestuur INHolland
Geert Dales, voorzitter
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 64 van 70
4. Bijlagen 4.1 Specificatie posten OCW
Gebouwen volgens vastgestelde afschrijvingstermijnen
Verk rijgings-
prijs t/m
Afschrijvingen
t/m
Boekwaarde Investeringen Des inv. of
overb.
Afschrijvingen Boekwaarde Afschrijvings -
percentage
31-12-2008 31-12-2008 31-12-2008 2009 2009 2009 31-12-2009
1.2.1 Gebouwen 219.079 68.604 150.475 29.384 1.712 8.563 169.584 3,45%
Vordering op OCW 1.5.2 Vordering op OCW
HO/BL/2007/30708 Imam opleiding 88
Totaal vordering op OCW 88
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 65 van 70
(Normatieve) Rijksbijdragen 3.1.1 Rijksbijdragen
HBO 2009
BEK/BPR-2008/142366 M 170.962
HO&S-11192 -183
BEK/BPR-2009/492225 M 7.801
DL/A/169569 1.555
BEK/BPR-2009/137384 M 348
180.483
MBO 2009
BEK-2008/146253 M 942
BEK-2009/6806 M 141
BEK-2009/37890 M 13
BEK-2009/73277 M 45
BEK-2009/131556 M 8
BEK-2009/137601 M 3
BEK-2009/130003 M 31
1.183
LNV 2009
CFI/BEK-2008/126967 M 4.106
CFI/BEK-2009/78321 M 171
4.277
Totaal Rijksbijdragen 185.943
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 66 van 70
Model G - Geoormerkte subsidies OCW en LNV 1 Geoormerkt en aflopend op 31-12-2009
Jaar en
kenmerk
Bedrag van
toewijzing
Ontvangen/t
oekenning
t/m 2008
Besteed t/m
2008
Saldo
31-12-2008
Ontvangen/t
oekenning
jan t/m dec
2009
T.b.v.
exploitatie
jan t/m dec
2009
T.b.v.
derden/invest
jan t/m dec
2009
Saldo
31-12-2009
1734 Opfriscursus 07-08 BGS/UBT-08/50454U 31 29 28 2 0 2 0 0
0900 Innovatiebox 2007 BHV/BVE-07/110542M 149 149 0 149 -149 0 0 0
2173 Business Game á la Carte BGS/UBT-2007/99646M 1.168 975 765 210 193 403 0 0
1256 LNV Kenniscentrum groene onderwijs TRCDWK/2004/3291 125 125 63 61 -61 0 0 0
1256 LNV Regeling innovatie groen onderwijs RIGO/2004/1/040 76 63 70 -7 61 0 54 0
1873 LNV Rigo 2006 RIGO/2006/KC/094-02 06290 36 15 0 15 -15 0 0 0
1873 LNV Rigo 2006 RIGO/20068KC/096-02 06290 93 37 0 37 -37 0 0 0
1873 LNV Rigo 2006 RIGO/2006/OV/093-02 06290 117 94 0 94 -94 0 0 0
2285 LNV kennisverspreiding en innovatie RIGO/2007/KC/04-034 32 0 0 0 32 32 0 0
2288 LNV kennisverspreiding en innovatie RIGO/2007/KC/09-036 49 30 21 9 12 21 0 0
2292 LNV kennisverspreiding en innovatie RIGO/2007/KC/13-032 80 0 0 0 6 6 0 0
0211 LNV Regeling kennisverspr en innovatie KIGO/2008/06-036 61 61 8 52 0 52 0 0
0210 LNV Regeling kennisverspr en innovatie KIGO/2008/04-034 60 60 7 54 0 54 0 0
2277 Leren Toekomst Dier Extern RIGO/2006/KC/094-02 31 16 0 16 0 0 16 0
2275 Smaaklessen RIGO Extern RIGO/2006/KC/096-02 93 56 0 56 0 0 56 0
Totaal aflopend 2.201 1.710 962 748 -52 570 127 0
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 67 van 70
2 Geoormerkt en dóórlopend na 31-12-2009Jaar en
kenmerk
Bedrag van
toewijzing
Ontvangen/t
oekenning
t/m 2008
Besteed t/m
2008
Saldo
31-12-2008
Ontvangen/t
oekenning
jan t/m dec
2009
T.b.v.
exploitatie
jan t/m dec
2009
T.b.v.
derden/invest
jan t/m dec
2009
Saldo
31-12-2009
I054 Feasibilty Study FTO/TPK-2000/209058 U 32 20 2 18 0 0 0 18
1337 Aansluiting VO-HBO FTO/TPK-2000/197245 98 64 0 64 0 0 0 64
0900 Stagevergoeding 2006 BVH/BHO-2005/188673M 608 633 303 330 -136 22 18 154
1931 Talenten op het Spoor BGS/UBT-06/100128 U 260 261 181 79 -65 12 0 2
2308 LNV Groene Impuls 2007 TRCDK/DH/07/3339; verpl.nr 2904517 235 235 11 224 0 93 0 131
2307 LNV Internationalisering groen onderwijs TRCDK/DH/07/3339; verpl.nr 2904518 42 42 2 40 0 17 0 23
0214 LNV kennisverspreiding en innovatie KIGO/2008/01-033 60 60 0 60 0 29 0 31
0215 LNV Regeling kennisverspr en innovatie KIGO/2008/07-035 100 100 2 98 -40 23 0 34
2382 OCW Overeenkomst dig. Leeromgeving OND/ODB-2008/142388 M 341 0 0 0 219 82 0 137
2482 LVN Praktijkleren Groen Onderwijs CFI/BEK-2009/18999 M 159 0 0 0 159 75 0 84
2483 LVN Praktijkleren Groen Onderwijs CFI/BEK-2009/18999 M 27 0 0 0 27 2 0 25
2488 LNV Programma Tuinbouw KIGO/2009/07-066 218 0 0 0 65 14 0 51
2489 LNV Agrologistiek KIGO/2009/01-034 200 0 0 0 80 10 0 70
2492 LNV Expertisecentrum Groene Ruimte KIGO/2009/08-035 101 0 0 0 40 21 0 19
2455 CFI Sirius Programma OND/ODB-09/69862 M 757 0 0 0 118 0 0 118
2459 G4-G5 Taalproject 65 0 0 0 65 0 0 65
2296 Deelname Programma's 0 0 0 0 8 6 0 2
2587 LNV Food Academy TRCDKI/09/2249 800 0 0 0 200 0 0 200
1773 LNV KIGO vergoeding 1 0 0 0 1 0 0 1
2581 Impuls 2010 School als kenniscentrum TRCDKI/2009/2364 180 0 0 0 180 0 0 180
2582 Impuls 2010 Professionalisering TRCDKI/2009/2364 43 0 0 0 43 0 0 43
2583 Impuls 2010 Internationalisering TRCDKI/2009/2364 32 0 0 0 32 0 0 32
2586 Bouwimpuls LNV TRCDKI/2009/2246 1.948 0 0 0 1.559 0 0 1.559
2584 Groene- plus lectoraat Greenport DK/2009-2194 480 0 0 0 120 0 0 120
Totaal doorlopend 6.786 1.415 502 913 2.675 407 18 3.164
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 68 van 70
4.2 Notitie Helderheid Uitbesteding van onderwijs aan bekostigde hogeschool
Op 31 mei 2007 zijn INHolland en Noordelijke Hogeschool Leeuwarden een samenwerking
overeengekomen ten aanzien van de bacheloropleiding Scheepsbouwkunde. Het Ministerie van
OCW heeft INHolland op 21 februari 2007 toestemming gegeven om de opleiding, naast de
oorspronkelijke vestigingsplaats Delft, in Leeuwarden aan te bieden. Het onderwijs in
Leeuwarden is in september 2007 gestart. Per 31 augustus 2009 is de samenwerking met
Noordelijke Hogeschool Leeuwarden ten aanzien van de bacheloropleiding beëindigd.
Uitbesteding van onderwijs aan een private entiteit
Per 1 september 2008 is het samenwerkingsinstituut Kweekschool voor Vroedvrouwen (SI KVV)
opgericht. Het SI KVV verzorgt het onderwijs en onderzoekt de komende jaren de
mogelijkheden tot academisering van het curriculum. VUmc, KVV en INHolland nemen deel in
het SI KVV. INHolland beschikt niet over overwegende zeggenschap.
INHolland ontvangt de bekostiging en is als zodanig het formele aanspreekpunt voor OCW (zie
het Onderwijsprotocol en de Richtlijn Jaarverslag). Verder is INHolland de formele
licentiehouder en in die rol aanspreekpunt voor de NVAO als het gaat om accreditatie.
Verantwoording aan OCW en NVAO loopt formeel via INHolland, bijvoorbeeld via het
jaarverslag.
De Rijksbijdrage en collegegelden worden ontvangen bij INHolland en zijn als zodanig verwerkt
in de baten. Het personeel (deel van) is in dienst van INHolland. De kosten zijn verantwoord
onder de loonkosten. Het saldo wordt verrekend met SI KVV. In de exploitatie van INHolland is
dit saldo resultaatneutraal verantwoord.
Werkelijk Werkelijk
2009 2008
Baten
Rijksbijdragen OC&W 7.951 2.565
Collegegelden 534 184
Totaal baten 8.485 2.749
Lasten
Personele lasten 3.243 1.017
Overige instellingslasten 149 27
Totaal lasten 3.392 1.044
Te verrekenen met SI KVV 5.093 1.705
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 69 van 70
Eigen personeel in het onderwijs
43 medewerkers van INHolland volgen een opleiding bij INHolland, waarbij de opleiding wordt
gefinancierd door INHolland.
Scheiding publiek en privaat onderwijs
INHolland heeft middels de inrichting van een Holding B.V. de scheiding tussen publiek en
privaat vormgegeven. In de jaarrekening van de Stichting zijn zowel de enkelvoudige cijfers
(zonder privaat) en de geconsolideerde cijfers (publiek en privaat) opgenomen. INHolland heeft
geen onderwijsprogramma's uitbesteed aan private organisaties.
Corporate Governance
De regels met betrekking tot corporate governance van INHolland zijn neergelegd in de statuten
van de Stichting Hoger Onderwijs Nederland, het bestuursreglement en het huishoudelijk
reglement van de Raad van Toezicht (code of conduct corporate governance). INHolland past
tevens de branchecode Governance van de HBO-raad toe.
Maatwerktrajecten INHolland heeft met de volgende bedrijven maatwerktrajecten afgesloten. Het aantal daarbij
betrokken studenten in het collegejaar 2009 - 2010 en 2008 - 2009 is vermeld.
Aantal studenten Aantal studenten
2009 - 2010 2008 - 2009
Albert Heijn Management, economie en recht - 2
Nationale Nederlanden Financial services management - 6
Totaal 0 8
Naam bedrijf Naam opleiding
Kalenderjaarrekening INHolland 2009
Stichting Hoger Onderwijs Nederland Pagina 70 van 70
4.3 Gegevens van de rechtspersoon
Rechtspersoon
Stichting Hoger Onderwijs Nederland (marktnaam: Hogeschool INHolland)
Postadres: Postbus 95597, 2509 CN Den Haag
Bezoekadres: Theresiastraat 8, 2593 AN Den Haag
College van Bestuur
Geert Dales, voorzitter
Lein Labruyère, vicevoorzitter
Joke Snippe, lid
Roelof Eleveld, waarnemend secretaris
Brinnummers
27PZ Hogeschool INHolland
21KC Hogeschool INHolland MBO
Kamer van Koophandel
Dossiernummer 37.099.586 Kamer van Koophandel Haaglanden
Telefoonnummer / Faxnummer
070 - 312 32 00 / 070 – 312 32 11
Internetsite
http://www.INHolland.nl/
Contactpersoon
Rob Boekhout, directeur Finance Hogeschool INHolland
Bereikbaar onder telefoonnummer 070 - 312 32 05 en faxnummer 070 – 312 32 88
E-mailadres: [email protected]