studenten stoppen met roken, hilde vandecasteele
DESCRIPTION
Presentatie op het Symposium Gezondheidspromotie 2012: Vlaanderen stopt met roken, Namiddagsessies serie A: Specifieke doelgroepenTRANSCRIPT
• WIV – gezondheidsenquête 2008
• In 2008 was 25 % van de bevolking van 15 jaar en ouder roker waarvan 21 %
dagelijkse roker tegenover 4 % occasioneel roker
• Het percentage rokers bij de 15-24 jarigen bedroeg 25 % (29 % ♂- 21 % ♀)
waarvan 19 % dagelijkse rokers (21 % ♂- 17 % ♀)
• Het aantal rokers bij de 15-24 jarigen in het Vlaams Gewest bedroeg 24 %
(in Brussel 28 % en in Wallonië 25 %)
• Regelmatig roken begint vanaf 17 à 18 jaar
• WIV – gezondheidsenquête 2008 :
percentage rokers van de Belgische bevolking per leeftijdsgroep
Leeftijdsgroep
Momenteel
Dagelijks
18 jaar 22,9 13,6
19 jaar 33,0 25,4
20 jaar 20,0 18,7
21 jaar 32,0 25,3
22 jaar 30,8 23,1
23 jaar 40,0 32,7
24 jaar 35,0 29,7
• Recente cijfers 18+ ?
• VAD-leerlingenbevraging 2009-2010 : 20,1 % dagelijks roken bij 17-18 jarigen
• Rapport HBSC *‘Jongeren en gezondheid 2010: Roken’ Hublet, Vereecken en
Maes, Ugent : aantal dagelijkse rokers bij 17-18 jarigen =15,6 %
• OIVO – Jongeren en tabak (september 2011): schooljaar 2010 16 + > 20 %
rokers
* Internationale studie Health Behaviour in School-aged Children Study van WGO
• Wie als jongere rookt, doet dat als volwassene zeer waarschijnlijk ook.
• 90 % van de volwassen rokers zou beginnen roken zijn voor hun 20e levensjaar
(Escobedo et al, 1990).
• Meerdere studies tonen aan dat het aantal jongeren die roken evenals het aantal
gerookte sigaretten toeneemt tot de post-adolescentie met een piek rond 20 jaar.
De piek van het dagelijks tabaksgebruik zou zich situeren tussen de 24 à 25 jaar
met een stabilisatie van het tabaksgebruik op 25 jaar (Chassin et al, 1996; Chen
et al, 1995; Ellickson et al, 2003)
• De periode tussen 18 en 25 jaar, de jongvolwassenheid, is een belangrijke
kritische fase en dus verschillend van de adolescentie (Arnett, 2000). In een relatief
korte periode naar volwassenheid verandert regelmatig de omgeving (school, werk
en relaties) van de jongvolwassene.
• De schoolomgeving is een geschikte setting om de jongere aan te spreken over het
roken en zijn rookgedrag. De campagnes en (rookpreventie)interventies zijn echter
vaak gericht op jongeren in basis en secundaire scholen en veel minder op 18+ in
hogescholen en universiteiten .
• Media campagnes voor jongeren op Europees vlak (www.help-eu.com)
• ‘HELP for a life without tobacco’ Campaign 2005-2010 (15-25 years)
• 3 principal objectives
• Prevention : encouraging young people not to start smoking
• Cessation : helping smokers to quit
• Passive smoking : raising awareness among young people about the dangers
of second hand smoking
• Vlaamse campagnes in scholen van het secundair onderwijs (VIGEZ-LOGO’s)
• Jongvolwassen rokers zouden vaker proberen te stoppen dan oudere rokers,
maar hun pogingen zouden niet erg succesvol zijn (Curry et al, 2007)
• Jongvolwassenen zouden minder gebruik maken van hulpmiddelen ter onder-
steuning van hun rookstoppoging (Cokkinides et al, 2005)
• Zij zouden ook minder rookstopadvies krijgen vanwege een hulpverlener, minder
geneigd zijn pharmacotherapie* te gebruiken evenals rookstopbegeleiding
(Curry et al, 2007)
*misvatting dat NRT schadelijk zou zijn (Etter et al, 2001; Bansal et al, 2004;
Mooney et al, 2006)
• Hogere succesrates zijn mogelijk indien jongvolwassenen rookstopcounseling in
combinatie met pharmacotherapie krijgen (Rabius et al, 2004)
Vermindering van roken onder jongeren verdient hoge prioriteit. In het huidig aanbod
gaat de aandacht vooral naar adolescenten waarbij gestreefd wordt naar het
voorkomen dat jongeren beginnen roken en op het niet roken.
Voor jongeren die universitaire- en hogere beroepsopleidingen volgen worden minder
activiteiten hierrond georganiseerd (secundiaire preventie). Nochtans is het in deze
levensfase dat de jongere regelmatiger en dagelijks begint te roken (het kotleven,
het studentenleven, meer vrijheid).
1 MAAND 2 MAANDEN 4 MAANDEN
7 MAANDEN
INSCHRIJVINGONTWENNINGS-
FASEVOLHARDINGS-
FASEINTERVIEWVOORBEREIDINGS-
FASE
- 2 sessies; 1 uur- wekelijkse bijeenkomsten
BLIJVEN ROKEN
- 7 sessies; 1 uur- wekelijkse bijeenkomsten
ROOKSTOPnicotine vervangende
middelen
- 4 contacten (sms/mail)- eindevaluatie 7e maand
groep
lichamelijk afhankelijk
geen medische tegen-indicatie
• 45 minuten
Communicatie rond project
• Materiaal : brochures, affiches
• Website Bordet (www.bordet.be)
Voor Vlaanderen via
• STUVO - Dienst Studentenvoorzieningen (website, brochures, affiches)
• LOGO’s
• Tot op heden hebben we in totaal met 87 studenten contact gehad (per mail, per
telefoon of via info sessies), waarvan 32 NL (21 ♀ - 11 ♂) en 55 FR (28 ♂ - 26 ♀
en 1 NA). Meer deelnemers indien ‘sleutelfiguren’ meer communicatie verspreiden
rond het project.
• 50 % hebben een individueel gesprek gehad
•Dagelijks aantal gerookte sigaretten : 25 % (10s/d); 12,5% (15s/d); 62,5%
(20 of meer s/d)
•Ontwenningsverschijnselen indien langere tijd niet roken : 50 %
•Eerdere rookstoppogingen (1 d tot 6 maand) : 68 %
•Eerste sigaret op 14 à 15 jaar : 56 %
•37,5% verborgen hun dagelijks tabaksgebruik voor hun ouders
• 40 % van de studenten wensten deel te nemen aan de begeleiding
• Redenen om te stoppen: financieel, gezondheid (lichamelijke ongemakken),
meer aan sport willen doen, partner gestopt met roken, rookvrije stages
• Risicosituaties tot herval : uitgaan, examenperiode, stress, gewichtstoename,
rokende vriendenkring
• NRT gebruik : 61,5 %
• In totaal zijn 10 groepen opgestart (3 NL en 5 FR)
• NL : 69 % verandering in rookgedrag
• Einde ontwenningsfase : 10 tot 12 weken waarvan 39 % rookvrij en 30 %
afgebouwd
• % na (verlof – tweede zit )?
‘Knelpunten’ bij uitvoering van project op terrein :
• Cooperatie van STUVO’s : vooroordelen, communicatie
• Flexibiliteit : agenda
• Beschikbare tijd : 60 minuten ?
Aandacht voor confidentialiteit
• De schoolsetting
• Rookbeleid en implementatie van activiteiten op de campus verbeteren en
uitbreiden
• Intermediairen : sensibiliseren (werken rond vooroordelen)
• Studenten
• Meer onderzoek is vereist naar rookgedrag en effectiviteit van interventies bij
studenten
• Het aanbod toegankelijk maken
• Begeleiding op maat van de jongvolwassene (aandacht voor stresshantering en
copingvaardigheden: omgaan met negatieve gemoedstoestanden, vergroten van
weerbaarheid, ...)
• Verlaging drempel gebruik van farmacotherapie