· web viewook via sport word je mondiger en weerbaarder. we maken een bruggetje naar het...

10
VERSLAG KLANKBORDGROEP ‘Samen leven in 2050’ ////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Datum: woensdag 27 februari 2019 /////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// 1 INLEIDEND WOORD DOOR TRANSITIEMANAGERS 1.1 Stand van zaken transitie ‘Samen leven in 2050’ Transitiemanagers Carine Boonen en Bart Dierick lichten kort de stand van zaken van de transitieprioriteit ‘Samen leven in 2050’ toe. 1.2 Doel en aanpak bijeenkomst klankbordgroep We verdelen ons in twee gesprekstafels en vertrekken van de 6 inzichten die gedistilleerd werden uit de gesprekstafels op de reflectie- en inspiratiedag op 8 juni 2018. We stellen hierbij volgende drie vragen: - Zijn de gedistilleerde inzichten relevant? Missen we nog belangrijke topics? - Wie/ wat is er nodig om onze plannen te realiseren? - Hoe dient het beleid dit op te volgen? Op korte termijn? Op lange termijn? 2 GESPREKSTAFELS ROND 6 INZICHTEN REFLECTIEDAG 2.1 Nieuw sociaal pact Neerslag tafel 1: Doorheen de geschiedenis werden er op historische momenten een aantal grote basisafspraken gemaakt over hoe wij de samenleving zien. We bepaalden fundamenten voor het vormgeven van de samenleving en herverdeling. Op dit moment ontstaan een aantal fricties hierover en polarisatie en misschien kan je dit doorbreken door het opnieuw eens te worden over een aantal grote fundamenten in de samenleving of toch minstens door de dialoog hierover aan te gaan. Nu hebben we nieuwe thematieken: vandaag zitten we in een totaal andere fase dan na de tweede wereldoorlog met een herverdeling van middelen en het oprichten van de zorgmaatschappij. pagina 1 van 10

Upload: others

Post on 29-Dec-2019

3 views

Category:

Documents


0 download

TRANSCRIPT

Page 1:  · Web viewOok via sport word je mondiger en weerbaarder. We maken een bruggetje naar het activeringsbeleid in het onderwijs: via filosofie, humane wetenschappen, sociaal werk…

VERSLAG KLANKBORDGROEP ‘Samen leven in 2050’//////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

Datum: woensdag 27 februari 2019

///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

1 INLEIDEND WOORD DOOR TRANSITIEMANAGERS

1.1 Stand van zaken transitie ‘Samen leven in 2050’

Transitiemanagers Carine Boonen en Bart Dierick lichten kort de stand van zaken van de transitieprioriteit ‘Samen leven in 2050’ toe.

1.2 Doel en aanpak bijeenkomst klankbordgroep

We verdelen ons in twee gesprekstafels en vertrekken van de 6 inzichten die gedistilleerd werden uit de gesprekstafels op de reflectie- en inspiratiedag op 8 juni 2018. We stellen hierbij volgende drie vragen:

- Zijn de gedistilleerde inzichten relevant? Missen we nog belangrijke topics?- Wie/ wat is er nodig om onze plannen te realiseren?- Hoe dient het beleid dit op te volgen? Op korte termijn? Op lange termijn?

2 GESPREKSTAFELS ROND 6 INZICHTEN REFLECTIEDAG

2.1 Nieuw sociaal pact

Neerslag tafel 1:

Doorheen de geschiedenis werden er op historische momenten een aantal grote basisafspraken gemaakt over hoe wij de samenleving zien. We bepaalden fundamenten voor het vormgeven van de samenleving en herverdeling. Op dit moment ontstaan een aantal fricties hierover en polarisatie en misschien kan je dit doorbreken door het opnieuw eens te worden over een aantal grote fundamenten in de samenleving of toch minstens door de dialoog hierover aan te gaan.

Nu hebben we nieuwe thematieken: vandaag zitten we in een totaal andere fase dan na de tweede wereldoorlog met een herverdeling van middelen en het oprichten van de zorgmaatschappij.

pagina 1 van 10

Page 2:  · Web viewOok via sport word je mondiger en weerbaarder. We maken een bruggetje naar het activeringsbeleid in het onderwijs: via filosofie, humane wetenschappen, sociaal werk…

In deze omgeving: met welke partijen gaan we nu zo’n sociaal pact sluiten? Want de oude partijen zijn niet meer representatief.

Hoe het momenteel verwoord staat op de samenvatting van de reflectiedag krijgt het een veel te sterke verenging: hoe we dat benoemen en waarover dat pact moet gaan: herdenken van hoe we solidariteit gaan vormgeven in de samenleving.

Misschien gaat het niet zozeer over waarden en normen maar liever spreken over ontwikkelen van een gedeelde cultuur. Gedeeld pact zou beter klinken en is minder statisch dan hoe het er nu staat.

Overheid en industrie lopen achter: burgers lopen voorop.

Betrouwbare info in tijden van fake news is een grote uitdaging.

We evolueren teveel naar een meritocratie en daar moeten we terug een stuk vanaf: er zijn een aantal mensen die vandaag al niet meer kunnen volgen.

Pact is te statisch, zoeken naar een meer dynamische verwoording.

Hoe kunnen we een methodologie ontwikkelen om met die toekomst om te gaan, daar moet wel aan gewerkt worden. Belangrijk om wel voldoende vooruit te kijken: waar willen we naartoe?

Neerslag tafel 2:

Wat is het huidige pact? Waarin moet de vernieuwing dan zitten? Sinds de instelling van de sociale zekerheid is er veel veranderd. We leven ondertussen in een totaal vernetwerkte samenleving.

Bedoeling is om met alle maatschappelijke partners, over gedeelde grenzen, waarden en normen, een sociaal contract af te sluiten, tussen burgers, overheid en middenveld, inclusief ondernemingen. Er is een ander ‘economisch’ denken nodig.

Ook internationale netwerken (buurlanden, internationale bedrijven, …) moeten meegenomen worden. Dit kan en zal de lokale reflex vergroten.

Het voortouw voor participatie wordt nu vaak genomen door ‘sterke’ burgers: de poot ‘burgers’ moet zeker aangedikt worden.

Een nieuw sociaal pact botst op bevoegdheidsverdelingen in België, maar ook op de verzuiling. Er ontbreekt een blokje over ‘deïnstitutionalisering’. En wat bedoelen we dan precies met ontzuiling, met ontschotting?

Anderzijds moeten we ons niet te sterk focussen op wat nog allemaal belemmeringen zijn; we moeten vooral opbouwend aan de slag, iets nieuws gaan doen, draagvlak creëren voor vernieuwing. We moeten een gemeenschappelijk doel hebben, met een gemeenschappelijke taal spreken, in co-creatie aan de slag, over de grenzen van de sectoren en beleidsdomeinen heen. Als je de samenleving anders gaat inrichten, dan kom je vanzelf los van bestaande structuren.

Ook overheden moeten anders georganiseerd worden. We moeten meer in termen van rollen de taken verdelen, i.p.v. via beleidsdomeinen en afdelingen. De overheid moet leiderschap tonen, zich sturend opstellen. Ze loopt vaak achter op evoluties. De rol van de overheid moeten we duidelijk opnemen in het Sociaal Pact en hierbij moeten we mensen ook verantwoordelijkheid kunnen laten opnemen.

Staat co-creatie niet in tegenstelling tot een overheid die leiderschap moet tonen? Nu wordt er al veel vanuit belangengroepen mee gewerkt. De overheid moet ervoor zorgen dat er geen mensen tussen de

pagina 2 van 10

Page 3:  · Web viewOok via sport word je mondiger en weerbaarder. We maken een bruggetje naar het activeringsbeleid in het onderwijs: via filosofie, humane wetenschappen, sociaal werk…

mazen van het net vallen, dat de co-creatie de white privilege overstijgt, dat het algemeen belang voor ogen wordt gehouden. Dit kan een rol zijn voor de lokale overheid. Hoe leiderschap en faciliteren combineren?

- Er moet in een veilige omstandigheid kunnen gedacht worden- Je kan als overheid samenwerking financieren/stimuleren- Geef grote organisaties ruimte voor vernieuwing gedurende enkele jaren, zodat deze kan groeien en

vorm krijgen- De overheid verleent instrumenten.

De realiteit is altijd in evolutie (cf. superdiversiteit). Iedereen heeft ook wisselende rollen. Punt is om tot een gemeenschappelijke visie en taal te komen en constant te bevragen wie de bevolking/burger is (de ‘realiteit’). Hoe laat je iedereen mee participeren? Zeer open, niet directief, niet controlerend. Burgers en middenveld veranderen constant. Medebeheer is al op een laag niveau nodig cf. veel verschillende groepen zullen eigen organisatievormen gebruiken.

Hoe kan je culturele autonomie (= segregatie) combineren met inclusief ‘samen leven’? We moeten zorgen dat verschillende groepen on speaking terms blijven. Er moet gezocht worden naar voldoende verbindende elementen. We redeneren te individualistisch. We moeten ook ondernemers betrekken. Hoe moeten/kunnen we zorg in Vlaanderen leeftijdsonafhankelijk en toegankelijk organiseren met ook gelijke rechten voor iedereen?

Is de link naar Gezondheid verlaten? Cf. we leven in een gezondheidscultuur Nee, we linken naar de samenleving heel breed. Zie ook de andere transities: Slim wonen en leven (cf. burgerinitiatieven); levenslang leren en werken (cf. leergoesting). Bij samenleven ligt het accent op de humanitas.

De 6 speerpunten zijn sterk individueel georiënteerd: we moeten de maatschappelijke vijfhoek meenemen. Soms spreekt men zelfs van de zeshoek, omdat het zinvol is om burgers en middenveld apart te benaderen. Burgerinitiatieven ontwikkelen zich los van het bestaande middenveld en zijn eerder projectgebonden.

Ook financiële instellingen moeten we mee hebben. Vroeger had je een coöperatieve bank, nu een overheidsbank. Moeten we deze opportuniteit niet benutten?

Bottom up initiatieven moeten in dialoog gaan met top-down beleid.

2.2 Lokale initiatieven stimuleren

Neerslag tafel 1:

Kwetsbare doelgroepen zijn er altijd, op zich is dat niet nieuw maar de groep lijkt groter te worden omdat er minder middelen aan worden gegeven.

Solidarisering is door de overheid georganiseerd geworden, wanneer gaat een groep van ouders bijvoorbeeld zelf tot initiatief over? Tot als de stap gezet is dat mensen het zelf in handen nemen omdat het niet meer kan.

Wat is de rol van de lokale overheid? Buurtinitiatieven stimuleren: tegelijkertijd moet de lokale overheid besparen en krijgt ze meer opdrachten van de Vlaamse en federale overheid.

Dat zijn keuzes die de overheid maakt en dan moeten we een hele hoop gaan herdenken.

pagina 3 van 10

Page 4:  · Web viewOok via sport word je mondiger en weerbaarder. We maken een bruggetje naar het activeringsbeleid in het onderwijs: via filosofie, humane wetenschappen, sociaal werk…

Puur menselijk gelijkwaardig ontmoeten: iedereen zou zich veilig moeten voelen als volwaardig mens.

Verbinding leggen en blijven leggen tussen verschillende groepen.

Hoe kunnen we toch met elkaar in gesprek blijven gaan?

In tijden waar er voor middelen gestreden wordt, sprokkelt solidariteit af.

Wij gaan wel sociale interactie nodig hebben en dat kunnen we leren.

De kloof tussen oud en jong is ook een grote uitdaging: daar maatschappelijk debat over voeren.

Welzijn van de persoon, van de buurt, van de netwerken. Allemaal samen vooruit gaan want anders gaan we allemaal achteruit.

Het aspect zorg dragen voor elkaar komt er nu te weinig in voor en daarnaast het samenleven en het verbinding leggen.

Neerslag tafel 2:

De ‘straat’ (120 mensen) is optimaal qua grootte om vrijheid te kunnen combineren met sociale controle, om de kans het grootst te krijgen dat mensen zich betrokken voelen. Slim wonen en leven zet in op de buurt, maar de buurt is mogelijk al te groot om zorg te organiseren. De manier waarop is essentieel. De verantwoordelijken hebben de nodige competenties nodig. De overheid moet dit goed faciliteren.

Goed voorbeeld van beslissing in consensus is die van de persoonsvolgende financiering (cf. het individu is finaal de maatgever van zijn zorg): het concept werd op consensusbasis ontwikkeld; een kleine groep had het mandaat en was bereid om zo ver te gaan. Het middenveld/de voorzieningen betwijfelen nu wel de keuze.

Veel nieuwe initiatieven ontstaan decentraal, anarchistisch en zijn challenging. De overheid moet de regelgeving zo ontwikkelen dat de kleinere organisaties ook kunnen meedoen en dat hiervoor ook subsidies mogelijk zijn. Overheid beschouwt momenteel kleinere als moeilijk te plaatsen initiatieven.

2.3 Burgerparticipatie stimuleren

Neerslag tafel 1:

Er moeten keuzes gemaakt worden maar men moet dan wel durven beslissen om (ook financieel) in te zetten op initiatieven die verbinding nastreven.

Fase waar we inzitten: we zoeken naar nieuwe begrippen die we nog niet echt gevonden hebben.

We hebben de juiste terminologie nog niet gevonden

In 2050 zal de superdiversiteit een gegeven zijn: als we het dan niet eens zijn over een aantal fundamenten die voor respect en solidariteit zorgen, zal er geen samenleving zijn: we moeten die fundamenten terug verwoorden zodat we ze ook kunnen aftoetsen en er naar terug kunnen grijpen.

Sociaal pact is een uitkomst maar minstens even belangrijk is het debat en draagvlak dat je daarover creëert (naar een nieuw samenlevingsdenken maar in de inhoud eronder meer nadruk leggen op zorg en solidariteit)

pagina 4 van 10

Page 5:  · Web viewOok via sport word je mondiger en weerbaarder. We maken een bruggetje naar het activeringsbeleid in het onderwijs: via filosofie, humane wetenschappen, sociaal werk…

Welvaartscreatie gepaard met economische groei: dat model staat onder druk hoe gaan we het toekomstig model uitwerken? Moeten we ook geen uitbreiding hebben van het welzijnsbegrip?

Het coöperatieve model is niet nieuw: is ondertussen al geen verdienmodel meer te noemen, wel een economisch model.

Fundamenteel richting 2050: herdenken hoe we inkomen vormgeven in de samenleving: inkomen dat momenteel vooral aan betaalde arbeid wordt verbonden maar dat model zal problematisch worden. We moeten evolueren naar een soort opentrekken van “wat is arbeid?” Ook maatschappelijke arbeid: een van de cruciale elementen om daar naar te kijken. Deze discussie gaat veel ruimer dan basisinkomen.

Solidariteit tussen degenen die werken en degenen die niet werken.

Oplossingen zoeken in urbanisatie en verdichting maar verdichting betekent ook veel meer mensen op een kleine plek samenbrengen en meer mensen dichter bij elkaar resulteert vaak ook in conflicten.

We vertrekken nog wat teveel vanuit de klassieke opvatting dat je burgers inspraak en een stem moet geven terwijl het toekomstgericht gaat over het herdenken van de overheid. Dat komt hier nog niet voldoende naar voren. In de toekomst naar andere governance modellen evolueren waarin de overheid samen met de burger zal proberen een aantal complexe problemen te tackelen. De overheid moet nieuwe partnerschappen aangaan: delibererend karakter voor de overheid waarmee je het algemeen belang ondersteunt: aantal delibererende criteria nodig. Het is daarbij belangrijk om de schakel te maken tussen het ‘what’s in it for me en what’s in it for us’ : gaat over het algemeen belang.

Misschien is burgerparticipatie stimuleren niet aan de orde in 2050: misschien hebben we tegen dan gewoon een ander governance model waarin al die stakeholders met elkaar in dialoog gaan.

Waar zijn de grenzen waarop je dan gaat bonzen? Kun je elk lokaal initiatief faciliteren?

Als het fiscaal aangemoedigd wordt kan je wel zorgen dat er in bepaalde initiatieven geïnvesteerd wordt.

Zou de rol van de overheid niet eerder faciliterend moeten zijn?

De natiestaat is gepasseerd, je zit in een tijd van transnationale uitdagingen.

Het lokale aspect is één ding maar hoe verbind je die dimensie dan met al die andere dimensies?

Samenwerkingsverbanden worden opgezocht maar als al die ondernemers in 2050 nog maar 2 dagen werken heb je een enorm potentieel maar dan heb je ook een ander soort netwerken nodig.

Soort van zelfsturende groepen/ coalities die een budget krijgen om zich in te zetten om een bepaald resultaat te leveren.

Ander soort overheid: overheid geeft kader en burger budget en gaat kijken op de outcome of je de doelstelling realiseert of niet en hoe je dat doet maakt niet uit.

We moeten de verhouding tussen de Vlaamse overheid en de lokale overheden gaan herdenken: kaderstellend zonder zich aan de rol van toezicht te onttrekken.

Overheidsmodel: complementariteit tussen beleidsniveaus, de lokale schaal is te klein in vele gevallen en kost ook te veel in vele gevallen maar we hebben niet voor niks de grondwet die ongeacht waar je leeft, een aantal rechten en vrijheden garandeert.

pagina 5 van 10

Page 6:  · Web viewOok via sport word je mondiger en weerbaarder. We maken een bruggetje naar het activeringsbeleid in het onderwijs: via filosofie, humane wetenschappen, sociaal werk…

Kanttekening : veel van de dingen die we opsommen zijn goed voor de mensen die het kunnen organiseren: risico op Mattheus effect maar is een rol van de overheid om ervoor te zorgen dat mensen die minder competenties hebben en niet meekunnen ook volwaardig lid kunnen zijn van de maatschappij.

Hoe ga je iedereen betrekken bij die burgerparticipatie? Het is niet gemakkelijk om wegen te vinden om mensen te laten participeren.

Welke sleutels moet een overheid in de hand houden om uitsluiting te voorkomen?

Maken van transities en omturnen van systemen kost heel veel tijd en energie.

Neerslag tafel 2:

Moet het beleid alleen naar burgers luisteren?

De overheid moet vooral in een veilige context beslissingen nemen en hierbij ook geloven in verandering als iets positief. Met subsidiesystemen kan de overheid evoluties aansturen. Ze kan bv. inzetten op het cement tussen organisaties, experimenteerruimte creëren. De overheid kan ervoor kiezen om een leeftijdsonafhankelijk zorgbeleid uit te stippelen, om resoluut te kiezen voor gelijke rechten voor iedereen. Feit is dat onze voorzieningen nu niet toegankelijk zijn voor mensen uit andere culturen; dat de persoonsvolgende financiering niet bedoeld is voor alle ouderen…. Er zijn al veel niet-blanke buurtgerichte initiatieven die niet passen in het systeem. Het risico is dat we voorbijgaan aan kwetsbare groepen.

Regelgeving moet stadsontwikkeling diverser maken: bv. 20% huisvesting voor maatschappelijk kwetsbare groepen.

Wat is de rol van de overheid? Wat moet de overheid in de toekomst doen? Mensen willen richtlijnen, hebben stimulansen nodig, moeten blijven geloven dat het beter kan. Er is een toenemende vraag naar visie, kwaliteit, … . In Wallonië loopt dit nu al anders dan in Vlaanderen: de overheid organiseert er zelf de zorg.

Initiatiefnemers moeten zich verantwoordelijk voelen: ‘wij zijn/maken de overheid’ cf. ‘Ik ben jeugdbeleid’, in al zijn pluriformiteit. Burgers zetten zich achter de doelstellingen en gaan akkoord met de keuzes De overheid moet wel een ondergrens veilig stellen, over het gelijkheidsbeginsel waken, over gelijkberechtiging cf. een breed sociaal pact.

Vrijbuiters botsen nog te veel op de verkokering. Er is meer experimenteerruimte nodig om vernieuwing mogelijk te maken. Men moet ook uitgaan van vertrouwen.

2.4 Duurzame langetermijnvisie

Neerslag tafel 1:

Herpolitisering nodig van de samenleving: organisatie van de samenleving niet alleen aan de politiek in de klassieke wegen over laten.

Complementeren en verder uitdiepen van de democratie in plaats van volledig nieuwe modellen te gaan uitdenken.

Vanuit Pulse: vaak verbinding tussen het duurzaamheidsvraagstuk en het rechtvaardigheidsvraagstuk: pleidooi voor rechtvaardige duurzaamheid waarbij je uw sociale vraagstukken ook gaat koppelen aan de ecologische vraagstukken.

pagina 6 van 10

Page 7:  · Web viewOok via sport word je mondiger en weerbaarder. We maken een bruggetje naar het activeringsbeleid in het onderwijs: via filosofie, humane wetenschappen, sociaal werk…

Focus gaat over: in 2050 zie ik graag een samenleving die rechtvaardig en duurzaam is.

Vraag: hoe moeten we duurzaam definiëren?

Duurzame samenleving is er een waar de 5 pijlers in balans zijn.

In all policies: niet alleen een opdracht van 1 segment maar van alle segmenten.

Gelijkwaardigheid van de verschillende maatschappelijke partners.

Wat is een gelijkwaardige inspanning? Misschien beter anders formuleren.

Alle actoren moeten inspanningen leveren in functie van de draagkracht, vertrekkend van hun mogelijkheden en ook in functie van de gevolgen om een duurzame samenleving te realiseren.

Overheid nodig die een regierol op zich neemt en die vooral in haar regierol niet zozeer bestraft maar de hefbomen die ze heeft gebruikt om stimulerend te werken om in een bepaalde richting te evolueren.

Langetermijnvisie: iedereen moet zich daarop aligneren en iedereen moet die ook kennen: pro actief werken: je moet niet wachten tot de problemen er zijn maar al in gang schieten vooraleer ze er zijn.

Voorbeeld van de Green deal: je kan aan de lijst zelf zien wie er niet op intekent, je kan die dan wel benaderen en er op inwerken.

Heel oplossingsgericht durven denken en daar ook in investeren.

Duurzame langetermijnvisie: dan mogen we ook aan onze overheden vragen: waar willen jullie met ons naartoe? Is er een visie? Het vraagt ook moed om die visie dan te realiseren.

Doordat het een langetermijnvisie is kunnen alle stakeholders zich ook voorbereiden en daaraan meewerken: we doen nu dingen om daar dan te geraken.

Eigenlijk zijn al de 6 pijlers lange termijn dus moet niet enkel in dit blokje staan.

Toekomstverkenningsaspecten nodig : stabiel instituut nodig voor toekomstvoorspelling en objectief wetenschappelijk belangrijk voor het realiseren van een toekomstbeeld.

Neerslag tafel 2:

= vermijden van verspilling cf. consuminderen

’florerende samenleving’ cf. circulaire economie

Vanuit de erfgoedsector komt de suggestie om tegen 2030 klaar te staan met een agenda voor de volgende SDG’s. Het internationaal congres in 2027 zal hier op inspelen

Het woord ‘duurzaamheidsreflex’ is te zwak. Duurzaamheid moet de regel worden, een norm. Burgers en bedrijven moeten energieneutraal gaan bouwen! Duurzaamheid betekent ook het vermijden van verspilling.

Veel meer werken met toekomstscenario’s van minstens 15 jaar, zoals in Nederland, en zo agenda’s vastleggen.

pagina 7 van 10

Page 8:  · Web viewOok via sport word je mondiger en weerbaarder. We maken een bruggetje naar het activeringsbeleid in het onderwijs: via filosofie, humane wetenschappen, sociaal werk…

2.5 Kritische reflectie

Neerslag tafel 1:

Mediawijsheid en zorggeletterdheid zijn individuele competenties en we missen daar heel vaak het hand in hand gaan met regulering, maatschappelijke spelers en bedrijven in.

Als je enkel werkt aan die mediawijsheid maar de samenleving daarrond niet mee is dan wekt dat enkel wantrouwen. Je moet ook iets hebben om in te vertrouwen op een wijze manier: welke spelers gaan daarmee om?

Deze pijler is zeer individueel geformuleerd en de maatschappelijke rol komt hier niet naar voren.

Gaat ook meer over reflexiviteit dan over reflectie: een soort vaardigheid die je je eigen maakt; op een gegeven moment even stilstaan bij wat je aan het doen bent maar daar heb je kapstokken voor nodig. Hoe ga je daar dan mee om?

Nieuwe leren: hoe kan dat eruitzien?

Niet enkel voor jongeren : kennis, begrijpen waarover het gaat is nog een stap die voorafgaat aan kritische reflectie.

Kritische reflectie niet verengen tot een individuele competentie maar ook het publiek debat in de samenleving koesteren, dingen in vraag stellen, verbeelding aan de macht laten, belang van het publieke debat: aanvullen naast die individuele competentiebenadering.

Neerslag tafel 2:

Is essentieel

Empowerment heeft zijn beperkingen: kritische reflectie moet ook het netwerk meenemen. Hierbij ook nadenken over zij die niet zullen participeren.

Ook zorg dragen voor het erfgoed, het geheugen, het denken van de samenleving

Is er dan een probleem? De huidige generatie jongeren is toch kritisch en mondig?!

Er is gewoon steeds meer info, invloeden, digitalisering, globalisering; de wereld is complexer dan vroeger (cf. surveillance maatschappij). We moeten leren omgaan met nieuwe vormen van informatie vergaren.

Als dit een pijler wordt in het samenleven, dan moet er ook expliciet op ingezet worden. cf. eindtermen in het onderwijs. Ook via sport word je mondiger en weerbaarder. We maken een bruggetje naar het activeringsbeleid in het onderwijs: via filosofie, humane wetenschappen, sociaal werk… Zingeving eerder vertalen in cultuur dan in eindtermen, want jongeren dienen meer en meer klaargestoomd te worden voor de arbeidsmarkt Door deze scheiding hoeft niet alles in functie te zijn van iets.

De rol van cultuur m.b.t. zingeven, stimuleren van verbeelding, creativiteit, spel… niet vergeten.

Oppassen voor instrumentalisering.

Ook het middenveld heeft een rol m.b.t. kritische reflectie: ze zijn te veel bezig met subsidies verzamelen (cf. vermarkting van het middenveld, wordt op output gecontroleerd. Vroeger mochten ze misschien meer een zootje ongeregeld zijn), terwijl ze net de motor moeten zijn naar verandering cf. ‘glokaal’ handelen. Hart boven Hard trekt resoluut deze kaart.

pagina 8 van 10

Page 9:  · Web viewOok via sport word je mondiger en weerbaarder. We maken een bruggetje naar het activeringsbeleid in het onderwijs: via filosofie, humane wetenschappen, sociaal werk…

Vraag is hoe we ons moeten verhouden tot dienstverlening door het middenveld. Cf. Open source werken, In een nieuw sociaal pact moeten we vooral partners worden. Bij echte burgerparticipatie, moet de overheid voldoende transparant zijn, zich kwetsbaar durven opstellen. Subsidiëring van koepels fnuikt nu soms hun vrije gedachten. De koepels moeten niet (enkel) uitvoerder zijn van overheidsbeleid en de overheid moet ook de agenda van de koepels niet bepalen. Dit wordt best ook ergens opgenomen zodat dit helder is en die veilige, maar vrije context terug ontstaat. Cf. in Frankrijk stellen syndicale organisaties zich veel kritischer op, omdat ze geen dienstverlenende taken op zich nemen

Cf. Natuurpunt dat lokaal een samenwerking aangaat met de overheid voor beheerswerken

Cf. corporatisme in de zorg

Conclusie: de rollen moeten duidelijk blijven. De mensen die je betrekt moeten de juiste informatie hebben (cf. Inspraak zonder inzicht, leidt tot …). De overheid moet ook transparant zijn t.a.v. de burger en zich kwetsbaar opstellen. de overheid moet de burger ook correct informeren of zorgen dat er correcte en (wetenschappelijk) onderbouwde informatie beschikbaar is. Op die manier kan iedereen onderbouwd beslissen met kennis van zaken. Er moet voldoende en langdurig onderzoek gebeuren. Onderzoek is nu te veel ad hoc en kortlopend. De Vlaamse overheid heeft gedesinvesteerd in langetermijnonderzoek. Er zijn geen steunpunten meer, de studiedienst van de Vlaamse Regering is gekortwiekt. Graag politici en burgers die hier belang aan hechten.

Cf. Sociaal-economisch planbureau in Nederland: zoiets hebben wij niet!

2.6 Toegankelijkheid + bereikbaarheid garanderen

Neerslag tafel 1:

Door actief om te gaan met… die zin hoort eigenlijk beter bij het eerste blokje (sociaal pact) want anders ga je diversiteit verengen tot toegankelijkheid.

Feit dat iedereen kansen krijgt is een moeilijke formulering: want als je die kans dan niet gegrepen hebt, moet je er dan zelf de gevolgen van dragen?

Je moet opletten hoever je gaat in een disciplinerende benadering (Uitpas bijvoorbeeld).

Niet zozeer vraagstuk van de toegankelijkheid maar feit dat de cultuursector geen aansluiting krijgt bij bepaalde groepen: cultuurparticipatie is decennialang al een hardnekkig probleem, vanuit de bestaande canon.

De canon van gezondheid zie je ook voortdurend verschuiven.

Misschien beter titel veranderen naar inclusieve samenleving of iets soortgelijks.

Mensen die hun eigen patiëntendossier niet kennen en het zelfs niet mogen inkijken: ze hebben bepaalde rechten maar ze kennen die niet: dan moet er ook wel iemand zeggen dat je die rechten hebt.

Wat is de hoofdgedachte hier? Inclusie realiseren. Dan leg je de verantwoordelijkheid bij alle actoren om een context te creëren waarin inclusie zoveel mogelijk gerealiseerd kan worden.

Je ziet de nieuwe breuklijnen al komen, grote verschuivingen binnen de arbeidsmarkt waardoor grote cohorten meerdere jobs gaan moeten doen om een bepaalde levensstandaard te kunnen behouden.

Is alles wat technologisch mogelijk is ook wenselijk? Ethische vraagstukken

pagina 9 van 10

Page 10:  · Web viewOok via sport word je mondiger en weerbaarder. We maken een bruggetje naar het activeringsbeleid in het onderwijs: via filosofie, humane wetenschappen, sociaal werk…

Neerslag tafel 2:

Het begrip gaat teveel uit van de ontvangende cultuur en het bestaande aanbod. Vanuit andere culturen komen andere initiatieven en een ander aanbod. Klassieke machten houden kleine, burgerinitiatieven tegen, omdat ze disruptief zouden zijn, terwijl ze in tegendeel meer ruimte zouden moeten krijgen.

We moeten niet alleen drempels wegnemen, maar het aanbod zelf laten aansluiten. We moeten de maatschappelijke realiteit inbrengen in de aanbodzijde (cf. SARC) bv. waarom sturen mensen hun kinderen niet naar het kleuteronderwijs? We moeten eerder vertrekken van de vraag van de klant: leren luisteren naar wat er leeft, naar de behoefte van mensen. We moeten hierbij ook dezelfde taal spreken en mensen meenemen in een verhaal.

Cf. in de toekomst zullen mensen zoveel mogelijk ambulant verzorgd worden (cf. hospitals of the future) mobiliteit is nog steeds het grootste probleem voor ouderen en mensen met een handicap zelfsturende auto’s zullen dit allemaal oplossen.

De vorm waarin het aanbod wordt gepresenteerd moet flexibeler zijn en innovatie toelaten. Het aanbod moet ook aansluiten bij de manier van leven van àlle bevolkingsgroepen.

Hoe moeten we omgaan met mensen die niet mee willen met de inclusievere samenleving? Segregatie wordt niet getolereerd! Er zullen copingstrategieën nodig zijn om samenleven/sociale cohesie mogelijk te maken. We moeten vertrekken van reële maatschappelijke problemen: armoede, racisme, woonproblematiek. Hier is niemand tegen. Niet meteen de diversiteitskwestie willen oplossen: dit veroorzaakt veel opwerpingen, verzandt al snel in een wij-zij verhaal. Diversiteit mag niet als probleem voorgesteld. Is eerder een kwestie van autonomie van verschillende bevolkingsgroepen.

Ook opletten voor ideologische breuklijnen: bv. ‘armoede is je eigen fout! Je hebt alle kansen die je moet grijpen’; opletten voor subsidies die initiatieven tegen elkaar opzetten: nieuwe projecten die ten koste gaan van bestaande ondersteuning. Je mag inderdaad niet uitgaan van steeds meer middelen, maar bestaande initiatieven kunnen wel gestimuleerd worden om zich op te stellen voor andere doelgroepen.

Hoe kan je ‘inerten’ stimuleren? Via health literacy: zorgen dat mensen het aanbod kennen, gezondheidsvaardig zijn.

Zorg en onderwijs evolueren naar inclusiviteit. Cultuur en dergelijke is eerder een keuze, waardoor het daar minder is ‘door te voeren’. Aanbod moet gecreëerd worden voor iedereen.

Om innoveren te stimuleren laat je best:- De traditionele actoren innoveren- Projectsubsidies invoeren met de belofte voor structurelere subsidies

pagina 10 van 10