werkconferentie examineren taal en rekenen€¦ · examineren taal en rekenen het mbo voert de...
TRANSCRIPT
Werkconferentie
Examineren taal en rekenenHogeschool Domstad Utrecht, 8 juni 2010
Aristo Eindhoven, 17 juni 2010
Examineren taal en rekenen
Het mbo voert de komende jaren stap voor stap centraal ontwikkelde examens (coe’s) Nederlandse taal en
rekenen in. Vanaf 2013/2014 zal deze examinering meetellen voor diplomering op niveau 4. Wat kunnen de
mbo-instellingen van deze toekomstige examens verwachten? En wat wordt er van de instellingen verwacht?
Met de invoering van coe’s komt er veel op de mbo-instellingen af. Ze krijgen te maken met aanpassingen en
veranderingen. Niet alleen onderwijsinhoudelijk, maar ook qua logistiek en ICT. Daarom organiseerden het
College voor Examens, het Steunpunt taal en rekenen mbo en de MBO Raad in samenwerking met de
Herontwerpschool en saMBO~ICT twee keer de conferentie Examineren taal en rekenen. In Utrecht en
Eindhoven kwamen professionals bijeen die afkomstig waren uit drie invalshoeken binnen het onderwijs:
organisatie & logistiek van examens, ICT en taal- en rekenbeleid. Aan hen de uitdaging na te denken over wat
de invoering van coe’s voor hun instellingen met zich meebrengt.
Ochtend
Presentaties
‘Taal en rekenen in de mbo-opleidingen’
door Ingeborg Riedijk van de MBO Raad
Generieke eisenVanaf augustus 2010 vervallen de generieke taaleisen uit het brondocument. Referentieniveaus taal en
rekenen, zoals vastgelegd in de Wet Referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen, komen hiervoor in de
plaats. De generieke eisen voor taal en rekenen zijn vastgesteld op 2F voor mbo niveau 1 tot en met 3, en 3F
voor mbo niveau 4. In de kwalificatiedossiers is een verwijzing naar de wet opgenomen.
Wordt taal nu nog getoetst door middel van instellingsexamens (IE’s), vanaf 2013-2014 gebeurt dat met coe’s
(centraal ontwikkelde examens) én IE’s. Rekenen wordt straks alleen met coe’s getoetst. In de aanloop naar
de nieuwe situatie zal een overgangsregeling van kracht zijn.
BeroepseisenOp dit moment zijn de beroepseisen voor Nederlands en soms ook voor Rekenen in de kwalificatiedossiers
terug te vinden als taal- of rekenprofiel in deel B. Deze eisen zijn vaak ook terug te vinden in deel C.
Vanaf augustus 2010 worden de beroepsgerichte taal- en rekenvaardigheden beschreven in deel C. In veel
kwalificatiedossiers zullen deze eisen beter geformuleerd worden. Deze nieuwe manier van beschrijven heeft
als reden dat deze taal- en rekenvaardigheden een duidelijke koppeling hebben met de
beroepsvaardigheden. Hier worden alleen die vaardigheden beschreven die van belang zijn voor het
uitvoeren van de kerntaken en werkprocessen. Voor de inrichting van het onderwijs is het wel nuttig en
handig om een duiding te hebben van het bijbehorende referentieniveau. Dit is in de kwalificatiedossiers
vanaf 2010 terug te vinden in deel D.
De examinering van de beroepsgerichte taal- en rekenvaardigheden gebeurt nu nog aan de hand van IE’s,
waarbij het CEF niveau moet worden aangetoond. Vanaf cohort 2010 worden die taal- en rekenvaardigheden
getoetst die relevant zijn voor het beroep. Dit kan zowel geintegreerd gebeuren bij het toetsen van de
kerntaken en werkprocessen als door middel van een aparte taal- en rekentoets.
Rekenen:
• Generiekeeisentaalenrekenen–coe
• Beroepseisen(inclusieftaalenrekenen)–IE
Nederlands:
• Generiekeeisentaalenrekenen–coeenIE
• Beroepseisen(inclusieftaalenrekenen)–IE
‘Referentieniveaus, wat zijn de spelregels?’
door Akke Vos van het Steunpunt taal en rekenen mbo
Geleidelijk invoeringstrajectMet de invoering van de Wet Referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen zal er in het mbo generiek
getoetst worden. Vanaf 2013-2014 gebeurt dat voor rekenen met coe’s en voor taal met coe’s en IE’s. De
invoering van coe’s verloopt gefaseerd en in nauwe samenwerking met mbo-instellingen. Het Steunpunt
taal en rekenen mbo hoopt voor de instellingen hun toeverlaat te zijn bij de uitvoering van dit beleid dat
zich gaandeweg ontwikkelt.
ExamenbesluitDe regels voor examinering zijn vastgesteld in de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB). Het zogenoemde
examenbesluit houdt in dat per onderdeel een IE, coe of beide kan worden afgenomen. Rekenen niveau 4
wordt volledig met een coe getoetst, maar taal niveau 4 slechts gedeeltelijk. Besluitvorming over de examens
op niveaus 1, 2 en 3 moet nog worden ingevuld. Bij de waardering van de examens taal en rekenen 3F vanaf
de verplichte afname in 2013-2014 wordt het eindcijfer bij taal gevormd door het gemiddelde van de coe en
het IE. Bij rekenen geldt het cijfer van de coe als eindcijfer.
Systematiek van waarderenBij de waardering van het IE zijn geen regels voor de weging van (sub)domeinen. Wanneer het verplicht
wordt een coe af te nemen bij taal, moet ook het IE in cijfers gewaardeerd worden. Het resultaat van het IE
telt mee voor de diplomering. Voor een coe moet tenminste één herkansing geboden worden, dus er
moeten tenminste twee examenperiodes binnen de reguliere opleidingsduur vallen. In het examenbesluit
staan geen regels over het aantal herkansingen voor het IE. Hoe daarmee om te gaan valt onder de
professionele verantwoordelijkheid van de mbo-instelling.
Vóór verplichte afname coe (vanaf cohort 2010) geldt:
• Onderwijsrichtenopvereistreferentieniveau
• VereistereferentieniveausexaminereninIE
• Iederewaarderingsvormdaarbijmogelijk
• Resultaatnietvaninvloedopdiplomering
• PilotexamengeldtalsIE
• Bijdeelnameaanpilotcertificaattebehalen
‘De invoering van de centraal ontwikkelde examens’ doorJanPauldeVriesvanhetCollegevoorExamens
College voor Examens (CvE)Het CvE is een zelfstandig bestuursorgaan belast met de uitvoering van centrale examinering in het
onderwijs. Het CvE valt onder het ministerie van OCW en bestaat uit zeven leden uit verschillende sectoren
van het onderwijs. Daaronder bevindt zich een bureau dat de wet- en regelgeving uitvoert en voorbereidt
voor centrale examinering. De examens worden vastgesteld door een commissie. Ook de syllabus, het
schakeldocument tussen referentieniveaus en de toekomstige coe’s, wordt door een commissie gemaakt.
Deze commissies bestaan voor het merendeel uit leden die ervaring hebben in het betreffende
onderwijsveld.HetCvEwerktsamenmetOCW(wet-enregelgeving),MBORaad/AOCRaad/Paepon(hoe
organiseren, draagvlak veld) en Cito (voert constructie uit, leverancier/ontwikkelaar examensoftware).
Reguliere coe’sHet examenbesluit zoals het er nu ligt, treedt per 1 augustus 2010 in werking en zegt iets over mbo niveau 4
in 2013-2014. Namelijk: Er zullen dan drie examenperiodes van twee weken zijn. De onderwijsinstelling krijgt
een set van equivalente examens voor een bepaalde periode. De instelling maakt een eigen rooster voor
afname van het digitale examen. De deelnemer kan binnen de opleidingsduur minstens twee keer examen
afleggen (één keer per periode). Het heeft consequenties voor de diplomering. De programmatuur die
gebruikt wordt is ExamenTester.
Voor mbo 2 en 3 is in dit examenbesluit nog geen uitspraak gedaan over de wijze van afname en de relatie tot
diplomering.
ImplementatieHet CvE heeft nog veel te doen. Ze moeten zorgen voor een goede toets die past bij wat leerlingen moeten
laten zien op taal- en rekenniveau. Een toets die meet wat er gemeten moet worden. Dat moet nog
uitgeprobeerd worden in de pilotfase. Datzelfde geldt voor de cesuur. Er moeten juiste eisen gesteld worden
en gemeten worden met de juiste meetlat. De pilots zijn nodig om goed te ijken en om ervaring op te doen
met de organisatie van deze vorm van examinering.
InstellingenDe mbo-instellingen moeten zich voorbereiden op de digitale coe’s op het gebied van logistiek & organisatie
en ICT. Zij kunnen ervaring opdoen met examen, logistiek en procedures door mee te doen aan de prepilot
in februari 2011. Deze beperkte steekproef is een eerste meting en beproeft de cesuurbepaling, regels voor
afname, beoordelingsnormen en omzetting scores. Daarnaast wordt ervaring opgedaan op het gebied van
logistiek. Na de prepilot kunnen alle onderwijsinstellingen vanaf maart 2011 een voorbeeldexamen
installeren en naar eigen wens afnemen.
Blijf op de hoogteActuele informatie is verkrijgbaar via het Steunpunt taal en rekenen mbo via hun website, flitsberichten voor
Implementatie, en flitsbijeenkomsten. Instellingen die zich willen opgeven voor deelname aan de pilots
kunnen meer informatie krijgen via het Steunpunt taal en rekenen mbo. Opgave verloopt via Cito.
Fasering
MBO niveau 4:
• Februari2011:prepilot
• Februari2012enzomer2012:2periodespilot1ejaar(alleinstellingen,minimaal1locatie)
• 2012-2013:3periodespilot2ejaar(alleinstellingen,inprincipealledeelnemers)
Principes:
• Opschaling(vooronderwijsinstellingenenanderebetrokkenen)
• Systematischeevaluatiemetallebetrokkenenvan:
- Inhoud examen
- Instrumenten en handreikingen voor logistiek
- Proceduresenregelsvoorafname(examenbesluit)
• Bijstellingopbasisvanevaluatie
Processchema digitale coe’s taal en rekenen mbo in ExamenTester
Voor aanvang van de deelsessies ontvangen alle deelnemers een processchema. Hierin wordt een leerling gevolgd die in 2013 een coe wil afleggen. De
processtappen die genomen moeten worden staan vermeld. De deelnemers worden uitgedaagd te bedenken wat er door de onderwijsinstelling zelf
georganiseerd moet worden vanuit het perspectief van organisatie & logistiek van examens, ICT en taal- en rekenbeleid.
Zie voor het processchema de bijlage.
Middag
deelsessies
Deelsessie ICTIn maart 2011 worden de eerste voorbeeldexamens vrijgegeven. Dan moet het benodigde programma
ExamenTester geïnstalleerd zijn. Hoe werkt ExamenTester? Hoe moet het worden geïnstalleerd? Wat
vraagt dit van het computernetwerk?
‘ICT bij de coe’s Nederlands en rekenen: techniek en logistiek’ doorPaulSchuitmanvanhetCollegevoorExamens
ICT infrastructuurWat heeft een instelling nodig om digitale coe’s te kunnen afnemen? Allereerst een examenomgeving met
genoeg lokalen, computers en headsets (in verband met geluidsfragmenten). Daarnaast is per schoollocatie
een aparte installatie ExamenTester 2.8 met portal account nodig. Met ExamenTester 2.8 op LocalServer en
opslag data op dedicated fileserver. De packages moeten worden geïnstalleerd op de computer van de
examensecretaris (module TestManager), de docent/corrector (module CorrectionManager), en de
computers in examenlokalen voor leerlingen (module TestCenter).
ImplementatieHet examenbureau moet samenwerken met de ICT-afdeling voor de installatie van programmatuur op
verschillende computers, het uitvoeren van de systeemcheck en Functionaliteiten Test, en het maken van de
ProefopdeSom(optioneel).Maarzehebbenelkaarooknodigvoorhetinvoerenvandekandidaten,het
maken van de afnameplanning (toewijzing kandidaten aan toets en toewijzen corrector) en het vaststellen
vanhetresultaat.PaulSchuitman:“Hetisbelangrijkomnualgoedtekijkenhoedetoekomstigeafname
van digitale examens georganiseerd moeten worden. Welke rol vervullen de ICT-managers bij examens?
Welke functionarissen zijn vanuit de ICT-organisatie verder betrokken? Welke procedures zijn er ten aanzien
van het installeren van nieuwe applicaties?”.
Procedurele stappen:• Installatiepackages
• FTtest(FunctionaliteitenTestvandewerking,inclusiefsysteemcheck)
• PODS(ProefopdeSom)
• Examenafname
• Correctiegemaakteexamens
• Dataretour
‘Presentatie ExamenTester 2.8: ICT bij coe’s taal en rekenen’ door Nick Harmsen van Cito
ExamenTester infrastructuurExamenTester wordt ook in het vo gebruikt. Deze versie heeft een aantal kleine verbeteringen ondergaan ten
behoeve van stabiliteit. Hoe werkt het? De LocalServer regelt toegang tot de Datamap en kan alleen op een
WindowServer geïnstalleerd worden. TestManager en TestCenter worden geïnstalleerd op werkstations. Zij
communiceren via de LocalServer met de Datamap. De LocalServer en de CorrectionManager communiceren
overpoort443metdeGlobalServervanCitovoorgegevensuitwisselingviasynchronisatieendataretour.Cito
versleutelt hiervoor alle bestanden.
ExamenTester 2.8TestManager
• Installerendemo-package
• Aanmakenleerling
• Aanmakenafnameplanning
TestCenter
• Startengeplandeafname
TestManager
• Aanmakencorrector
• Vrijgevenafnameplanningvoorcorrectie
Vragen1. Kan een leerling ook een laptop gebruiken? Antwoord: Zorg voor een goede verbinding met LocalServer.
Een draadloos netwerk kan problemen opleveren. Doe de systeemcheck!
2. Waarom krijgt school maar fiat voor bepaald aantal leerlingen die gelijk examen mogen afleggen?
Antwoord: Stel de systeemcheck gebeurt met tien leerlingen maar het examen met honderd. Dat is een
andere netwerkbelasting. Vandaar het toegestane aantal leerlingen = aantal leerlingen bij de
systeemcheck.
3. Lopen we de kans dat na een jaar er een webbased systeem komt? Antwoord: Voorlopig zetten we in op
ExamenTester als programmatuur. Voor informatie over de aanbesteding van nieuwe examensoftware,
zie www.cve.nl.
CorrectionManager
• Corrigerenafnameplanning
TestManager
• Sluitencorrectie
• Verzendendataviadataretour
Deelsessie organisatie & logistiekHier gaat het om vragen die de organisatie van de examinering betreffen, zoals: Om hoeveel deelnemers gaat
het? Om hoeveel locaties? Organiseren we de examinering centraal of decentraal? Hebben we voldoende
computers? Wat is aan materiaal en organisatie nodig om een zorgvuldige afname te garanderen?
‘Digitale examinering bij het Clusius College’ door Jan Schrevel, manager I&A
KetenprobleemOp het Clusius College worden circa duizend vmbo’ers digitaal getoetst via Cito software. Daarnaast zijn er
digitaletoetsenvoorCreta(Collectievereken-entaaltoetsenAOC’s)viaQMP(QuestionMarkPerception).
Het Cito systeem is technisch ingewikkeld, want er zijn drie afhankelijkheden: werkstation, server en contact
metdeCitoserver.Daarmeewordteenketenprobleemgecreëerd.QMPiseenvoudiger,omdathetgehost
wordt op een centrale server en aan de gebruikerskant alleen een werkstation met een browser nodig is.
Cito: organisatieHetreserverenvandelokalenenhetgereedmakenvoorexamengebruikvandepc’sisfoutgevoelig.Goed
overleg met betrokken functionarissen (examensecretaris, systeembeheerder, k&o) is nodig. De
communicatie is complex, omdat je te maken hebt met software per vestiging/locatie, verschillende
dyslexievarianten en verschillende planningen per vestiging/locatie.
Aanbevelingen• Strakorganiseren
• Korteperiodes
• Aanmeldinginplannen
• Regelschriftelijketerugkoppelingresultaten
• Organiseerorganisatiebreed->ééninstallatieen
organisatie->minderkansopfouten
• Maakdeafnameperiodezokortmogelijk
• Communicatie
- Met de betrokkenen
- Met de verantwoordelijken op locatie
• Maakeenstappenplan
• Benoemverantwoordelijken
• DoeallesSMART
Vraag1. Zijn bij het Clusius College het examenhandboek en de protocollen aangepast naar aanleiding van de
invoering van digitale examinering? Antwoord: De protocollen zijn niet aangepast, maar het handboek is
aanzienlijk uitgebreid met beschrijvingen van de verschillende processen en de voorwaarden voor een
goed verloop van de digitale examinering.
‘Plan van aanpak vooronderzoek digitale examinering CITO’ door Ingrid Belt, hoofd examenbureau Zadkine
AanpakZadkine deed mee aan het vooronderzoek centrale examinering door de toets voor te leggen aan dertig
kandidaten juridische dienstverlening. Nadat er eerst een team was samengesteld, werden de taken per
functie omschreven. Vervolgens werd er een stappenplan opgesteld door de actie te omschrijven en er een
persoon, locatie en datum aan te koppelen. Aandachtspunten zijn de technische eisen aan de ICT-
infrastructuur (netwerk, apparatuur, software, beveiliging), de logistieke eisen (procedures, planning,
testen, correctie, begeleiding) en de deskundigheid van gebruikers (examensecretaris, systeem- en
applicatiebeheerders, docenten, administratieve functionarissen).
Conclusie IngridBeltnaafloopvanhetvooronderzoek:“Wehebbenhetgoedvoorbereidenhetisgoedverlopen.Ik
bennietspeciaalICT-deskundigenikhaddaarbangeverwachtingenvan.Gelukkigvielhetergmeeenwas
de handleiding heel goed. Ik ben nu erg enthousiast! Dat geldt ook voor de deelnemers. Mijn advies is dan
ook: meteen meedoen met de pilot in 2012. En voor die tijd oefenen met voorbeeldexamens. Volgend jaar
wordtExamentesteropdeinstellingengeïnstalleerd.Danzijnproefsessiesmogelijk.“
Gevaren en risico’s• StoringenaandeICT-infrastructuur:
- niet kunnen installeren/testen van software
• Logistiekeproblemen:
- onvoldoende computers
- te kleine lokalen
- onvoldoende functionarissen
Vragen1. Is het handig om uit voorzorg extra computers neer te zetten? Antwoord: Dat kan altijd. U krijgt
toestemming voor x pc’s, u kunt x + tien neerzetten. Die moeten dan wel voorbereid worden.
2. Hoeveel extra werk heeft het testen Zadkine gekost? Antwoord: twee hele dagen voor het secretariaat, drie
voor ICT en twee uur voor corrector. Meer kandidaten kost niet veel meer tijd, wel voor surveillanten.
3. Welke voorkeur heeft Zadkine: centraal of decentraal organiseren? Antwoord: De regie centraal houden,
maar decentraal uitvoeren.
• Onwetendheidvangebruikers:
- niet op de hoogte zijn van procedures
- onvoldoende scholing en instructie
Deelsessie Taal- en rekenbeleidHierbij gaat het om vragen over de inhoudelijke invoering van de examinering, zoals: Hoe verhouden de
coe’s zich ten opzichte van de IE’s? Hoe handelen we tijdens de overgangsperiode (2010 tot 2013)? Welke
hulpmiddelen zijn er beschikbaar?
‘Op weg naar coe’ door Rianne Reichardt van het Steunpunt taal en rekenen mbo
Rol bij voorbereidingHet doel van de workshop is deelnemers na te laten denken over hun rol bij de voorbereiding op de
invoering van de coe’s in 2013-2014. Er is veel aandacht voor wat de examenbureaus en de ICT-mensen
moeten doen. Welke rol hebben beleidsmedewerkers in dit proces? Wat en wie zijn er nodig om die rol te
kunnen vervullen?
Uit de discussie blijkt dat het wenselijk is dat de beleidsmedewerkers een duidelijke informatieve,
intermediaire, coördinerende en soms ook sturende rol hebben. Wat ze daarvoor nodig hebben is mandaat
en draagvlak in de organisatie.
‘Instellingsexamens taal en rekenen. Handreiking bij keuzes’
doorEdOlijkanvandeCEDGroep
Inhoud digitale examineringHet invoeringsschema is bekend, maar wat er precies in de coe en wat in de IE moet komen nog niet. De
keuze een toets zelf te ontwikkelen of een bestaande toets in te zetten is afhankelijk van een aantal factoren,
zoals validiteit, betrouwbaarheid, de consequentie van element tijdelijkheid, de aansluiting bij inhoud
opleiding/beroep, de aansluiting bij pedagogisch-didactische benadering, de mogelijkheid accenten aan te
brengen en het kostenaspect. De aanwezigen vinden aansluiting bij de pedagogisch-didactische visie een
belangrijk criterium, evenals toetsen die echt op het goede niveau zitten (2F of 3F). Daarnaast is
toetsdeskundigheid een aandachtspunt. Verder worden als criteria genoemd: de beperkte periode waarvoor
instellingsexamens nodig zijn; de dekking van de domeinen en de toetsen die op de markt zijn; maatwerk
kunnen leveren; geïntegreerd examineren (binnen het beroep) of apart.
Praktische consequenties bestaande toetsen inzetten/zelf ontwikkelenAlgemeen:
• Hoebreedinsteken;voorwieontwikkelje;watnodigbijafname(spreken/gespreksvaardigheden…)
Bestaande toetsen:
• Hoekomjetotkeuzeenwiebetrekjedaarbij?
• Hoemaakjeervalideenbetrouwbaarexamenvan?
Zelf ontwikkelen:
1. Wie gaan het doen; wat hebben zij nodig?
2. Hoe zorg je ervoor dat examens de toets der kritiek doorstaan?
Vragen1. Welke domeinen worden centraal geëxamineerd en welke niet? Antwoord: Centraal geëxamineerd
worden alle domeinen van rekenen en de (sub)domeinen lezen en luisteren van taal. De overige (sub)
domeinen van taal worden via instellingsexamens geëxamineerd.
2. Hoe tellen de resultaten mee voor 2013-2014 en daarna? Antwoord: Voor 2013-2014 zijn de resultaten van
de examinering taal en rekenen nog niet voorwaardelijk voor het diploma. Vanaf 2013-2014 wel.
3. In veel gevallen zijn de beleidsmedewerkers de centrale contactpersonen. Moeten die ook de
wachtwoorden verdelen en alles coördineren? Antwoord: Dat is niet nodig. Dit gebeurt door de mensen
die de examens installeren. Dit kunnen contactpersonen zijn per locatie waar examens worden
afgenomen. Wel zouden de beleidsmedewerkers hierin een coördinerende rol kunnen spelen.
Iedere deelnemer zoekt nu zijn of haar collega’s op die de andere twee deelsessies hebben bijgewoond. Aan de hand
van hun ingevulde processchema’s kijken ze wat er bij hun mbo-instelling allemaal moet gebeuren als voorbereiding
op de centrale examinering. Op de foto’s een bloemlezing van de opbrengsten.
Middag
Opbrengsten
Tekst: Annelies Kant [kantekst.nl] Fotografie en lay out: Rolf Resink [hetismooiwerk.nl]
Bijlage
1
Processchema digitale coe’s t&r mbo in ExamenTester (volgens huidige stand van zaken, d.d. juni 2010)
Situatie: Het is oktober 2013. Student X is een deelnemer mbo-4 op Instelling Y. Zij wil een coe taal en een coe rekenen afleggen.
Organisatie aangestuurd door CvE/Cito: ………. Instelling beschikt over CvE regeling waarin bekend gemaakt is wanneer de
periode van afname is en overige regelingen volgens Examenbesluit beroepsopleidingen WEB (c.q waarin bekend gemaakt wordt wanneer en hoe die regelingen in een later stadium, rondom de afname bekend gemaakt zullen worden);
IT-manager en Examensecretaris bezoeken voorlichtingsbijeenkomst (regionaal) georganiseerd door CvE en Cito over activiteiten rondom installatie en afname digitale coe’s.
Onderwijsinstelling ontvangt CD-roms met examensoftware (juiste versie van ExamenTester), handleidingen voor IT, examensecretaris en docent/corrector, het Functionaliteiten Test Examen (FT examen) als onderdeel van de systeemcheck;
IT voert installatie uit volgens protocol met systeemcheck en FT . School krijgt fiat voor maximaal tegelijk in te zetten computers tijdens een afname
op basis van resultaten systeemcheck (terugkoppeling vanuit Cito). Instelling ontvangt voorbeeldexamens om met kandidaten te oefenen (Proef op de
Som, is niet verplicht). ……..
Door instelling te organiseren:
2
Processchema digitale coe’s t&r mbo in ExamenTester (volgens huidige stand van zaken, d.d. juni 2010)
Stap 1: X schrijft zich in voor het coe van de eerstvolgende periode bij het Examenbureau……
Dit veronderstelt binnen de onderwijsinstelling: ………. (PM: aanmelding kandidaten) Instelling kan met kandidaten oefenen met voorbeeldexamen als Proef
op de Som (is niet verplicht). Instelling krijgt packages met equivalente toetsen die tijdens periode x
van het coe ingezet kunnen worden. Examensecretaris ontvangt wachtwoorden voor installatie van
ontvangen examen (packages). IT installeert de examens met behulp van verkregen wachtwoorden. Examenbureau maakt planning voor periode qua lokalen en computers. Examenbureau maakt rooster voor periode. Examenbureau voert kandidaten in. Examenbureau maakt afnameplanning en koppelt kandidaten aan toets
en afnamemoment. Voor toets met open vragen wordt een corrector ingevoerd en
gekoppeld aan toets en kandidaat.. ……….
Door instelling te organiseren:
3
Processchema digitale coe’s t&r mbo in ExamenTester (volgens huidige stand van zaken, d.d. juni 2010)
Stap 2: X maakt op vastgestelde tijdstip de toets op de computer.
Dit veronderstelt binnen de onderwijsinstelling: ………. Instelling voert examenprotocol voor afname uit conform regeling CvE
(volgens Examenbesluit beroepsopleidingen WEB). Examenbureau geeft toets vrij voor correctie (bij open vragen). Corrector beoordeelt (volgens voorschrift van CvE) en sluit correctie
af. Examenbureau stelt behaalde score vast. Examenbureau voert dataretour uit van gegevens naar Cito i.v.m.
empirische verwerking en beleidsrapportage. Examensecretaris zendt vastgestelde scores van kandidaten naar Cito
via dataretour. Examenbureau zet score om in cijfer volgens regels van CvE. Betrokkenen (kandidaten docenten/correctoren,examensecretarissen en
IT) vullen evaluatieformulieren in over examen en over procedures. Behaalde cijfer wordt bekend gemaakt aan kandidaat. Examenbureau levert overige gevraagde evaluatiegegevens over de
toets op aan Cito/CvE. ……..
Door instelling te organiseren:
4
Processchema digitale coe’s t&r mbo in ExamenTester (volgens huidige stand van zaken, d.d. juni 2010)
Overige aandachtspunten binnen de onderwijsinstelling:
… ….. ….. …… …… …… …… …… ……. ……..
Stap 3: X heeft voor rekenen een 6 en voor taal een 4 gehaald en besluit in de volgende periode een herkansing voor taal te doen.
(zie stap 1)