b ra...b ra door bris mahabier sarnami literatuur de orate traditie surinaamse volkscultuur kunst...

4
B RA door Bris Mahabier Sarnami literatuur de orat e traditie Surinaamse Volkscultuur Kunst — in de ruimste zin van het woord speelt in het !evert van alle volken, stammen en bevolkingsgroepen een min of meer belangrijke rol. In de "moderne" maatschappijen houden gespecialiseerde groepen zich (beroeps- matig) met kunst bezig. Ook Suriname kent een kleine groep gespecialiseerde beroepskunsttinaars (schrijvers, schilders, music', acteurs , enz.), maar er zijn ook Surinamers; die ; zich in hun vrije tijd met kunst hezig: hOuden. Hierbij denk ik dan groarietiv en 'inefivic4en- in het 'bitinenlahtl:„. het platteland bditrs) en ,in rie volksbuurten van Paramaiitio: Het be: - treft in deze. de kunstuitingen - Vani "gewone" men*, die niet beroepsma- tig: bezig aijn., Hun kunstactiyiteiten makers deeI- uit vart de Surinaamse- volkscultuur, die zich onderscheidt van de (stedelijke) elite-cultuur: Een opvallend aspect van de yolks- cultuur is, dat deze in origine inhe- rent is verbonden met de masa, d.w.z. met arbeiders en kleine boeren. Delen van de Surinaamse middenklas- se en de elite beschouwen de yolks- cultuur als minderwaardig. Daze dragers van de -"stadscultuur" zijn geneigd om neer te kijken op. de "boiticultuur", de "dehatisenskirti". SomMigen gaan zo ver, dat Re ae Surinaamse volkscultuur als "prirnitie- ve" cultuur aanduiden, die geasso- cieerd wordt met West-Afrika, India en I ndonesill. Ishtar mljn mening is de volkscultuur een respectaheI deei van de Surinaamse cultuot. (Cultuur wordt in dit kader opgevat . als de totale, sociaal bepaalde !even- W."4e van - de SUrinamer en dat deet van het Ieefmilieu, dat voor de mensen is geschapen). De volkscultuur- uitingen dienen= op zijn minst als gelijkwaardig ban de westerse cultuur- elementen te worden beschouwd. Door onst Orale Sarnami literatuur Met literatuur wordt in de tekst het geheel van letterkundige voortbrengse- len bedoeld. Deze (taal-) voortbrengse- len zijn in de eerste pleats geschreven; vandaar de aanduiding "schone lette- ren". lk reken ook de mondelinge (.= orate) titeraire ultingen tot litera- tuur. De "orate literatuur" is dus (nog) niet op schrift gestetd. Voorbeelden van de Surindamse "orate ilteratuur"- (1) zijn o.a. liederen, zoals bitahal - en,sommige sohars en bhajans, it nekelotes, spreekwoorden, raadsels Sarnami-bujhavni's) en verhalen. zanger , die veel zelfgemaakte — VOW geitnprov iseerde Sarnami-liedjes Akigtis,pendit aihati Mangre. Ook qua thernakeuze mbeten vele van zijn tied- jes; Surinaams worden geetiket- teerd: Voor zover na te gaan is, is ge- Oaken; dat zijn, liedjes niet zijn opgete- kend. Tot het genre (ongeschreven) ver- halen behoren o.a.: Anansitori's (= Anansi-verhalen)': jorkatori's (= spookverhalen), fosten- tori's (= verhalen van vroeger) en Sarnami verhalen (= Sarnami khisa's), die vooral door de Kalkattiya's werden verteld. Tot de Sarnami verhalen reken ik in de eerste plaats de verhalen in het Sarnami door Surinamers gemaakt b.v. die van Rabin S. Baldewsingh, Rahi en Jit Narain. In de tweede pleats de door de Kalkattiya's uit India meegebrachte verhaten, maar dan in het Sarnami ver- teld, waarvan enkele door Moti Mat -he zijn gepubliceerd. Wat is Surinaamse literatuur? A.. Waldrecht stelt: "En wij zouden Surinaamse literatuur niet anders willen definieren dan de literatuur, die. door kinderen van het land zelf is voortgebracht". (2) In deze defini- tie wordt uitgegaan van het (juridisch) nationaliteitsbeginset. Surinaamse- li- tetatUur won't. di* door Surinamers en hun nakomelingem in' welk land die . zich ook bevindert yoortge- bracht. Een tweede drit6t*Jen, dat in deze van belang is, is dat Surinaamse literatuur liefst in eon. van de talen, die door. Surinamers worden gespro- ken, geschreven moat zijn. Doze talen kunnen zijn o.a. het Sranen .Torigo of het Sarnami, maar ook hat Nederlands en het Sarnami-Hindi. Krishriedat Bajnath verstaat onder Sarnami literatuur " . • alles- wat er tot nu toe is geschreven door de van India afkomstige contractarbeiders en hun nakomelingen in de- verWante ta- len van wat nu het Sarnamt is". (3) Deze omschrijving is in een opzicht niet juist: de Sarnami literatuur mag niet beperkt warden tat letterkundige uitingen van aen bevolkingsgroep, de Hindoestaanse. Begrijpelijk is, dat in de actuele Surinaamse taalsituatie aanleiding kan worden gevonden voor zo'n begripsbepaling. In dit artikel wordt onder Sarnami literatuur ver- staan de letterkundige voortbrengselen — ook de orate — van Surinamers en hun nakomelingen in het. Sarnami. De Sarnami literatuur is een produkt van Surinamers en dient als een deal van de (totale) Surinaamse literatuur to worden beschouwd. Dehati cultuur Van de 22.614 rits-Indische contract- koelies, die zich. in Suriname blijvend vestigden, behoorden de meesten tot de z.g. lagere kasten. Zij waren voorna- melijk arme analfabete boeren afkom- stig uit de. Gangesvlakte, die "een plattelandscultuurpatroon" (4) mee- 12

Upload: others

Post on 14-Mar-2020

10 views

Category:

Documents


0 download

TRANSCRIPT

B RA door Bris Mahabier

Sarnami literatuur de orate traditie Surinaamse Volkscultuur

Kunst — in de ruimste zin van het woord speelt in het !evert van alle volken, stammen en bevolkingsgroepen een min of meer belangrijke rol. In de "moderne" maatschappijen houden gespecialiseerde groepen zich (beroeps-matig) met kunst bezig.

Ook Suriname kent een kleine groep gespecialiseerde beroepskunsttinaars (schrijvers, schilders, music', acteurs , enz.), maar er zijn ook Surinamers; die ; zich in hun vrije tijd met kunst hezig: hOuden. Hierbij denk ik dan groarietiv en 'inefivic4en- in het 'bitinenlahtl:„. het platteland bditrs) en ,in rie volksbuurten van Paramaiitio: Het be:-treft in deze. de kunstuitingen - Vani "gewone" men*, die niet beroepsma-tig: bezig aijn., Hun kunstactiyiteiten makers deeI- uit vart de Surinaamse-volkscultuur, die zich onderscheidt van de (stedelijke) elite-cultuur:

Een opvallend aspect van de yolks-cultuur is, dat deze in origine inhe-rent is verbonden met de masa, d.w.z. met arbeiders en kleine boeren. Delen van de Surinaamse middenklas-se en de elite beschouwen de yolks-cultuur als minderwaardig. Daze dragers van de -"stadscultuur" zijn geneigd om neer te kijken op. de "boiticultuur", de "dehatisenskirti". SomMigen gaan zo ver, dat Re ae Surinaamse volkscultuur als "prirnitie-ve" cultuur aanduiden, die geasso-cieerd wordt met West-Afrika, India en I ndonesill. Ishtar mljn mening is de volkscultuur een respectaheI deei van de Surinaamse cultuot. (Cultuur wordt in dit kader opgevat . als de totale, sociaal bepaalde !even-W."4e van- de SUrinamer en dat deet van het Ieefmilieu, dat voor de mensen is geschapen). De volkscultuur-uitingen dienen= op zijn minst als gelijkwaardig ban de westerse cultuur-elementen te worden beschouwd. Door onst

Orale Sarnami literatuur

Met literatuur wordt in de tekst het geheel van letterkundige voortbrengse-len bedoeld. Deze (taal-) voortbrengse-len zijn in de eerste pleats geschreven; vandaar de aanduiding "schone lette-ren". lk reken ook de mondelinge (.= orate) titeraire ultingen tot litera-tuur. De "orate literatuur" is dus (nog) niet op schrift gestetd. Voorbeelden van de Surindamse "orate ilteratuur"- (1) zijn o.a. liederen, zoals bitahal- en,sommige sohars en bhajans, it nekelotes, spreekwoorden, raadsels

Sarnami-bujhavni's) en verhalen. zanger , die veel zelfgemaakte —

VOW geitnprov iseerde Sarnami-liedjes Akigtis,pendit aihati Mangre. Ook qua thernakeuze mbeten vele van zijn tied- jes; Surinaams worden geetiket- teerd: Voor zover na te gaan is, is ge-Oaken; dat zijn, liedjes niet zijn opgete-kend. Tot het genre (ongeschreven) ver-halen behoren o.a.: Anansitori's (= Anansi-verhalen)': jorkatori's (= spookverhalen), fosten-tori's (= verhalen van vroeger) en Sarnami verhalen (= Sarnami khisa's), die vooral door de Kalkattiya's werden verteld.

Tot de Sarnami verhalen reken ik in de eerste plaats de verhalen in het Sarnami door Surinamers gemaakt b.v. die van Rabin S. Baldewsingh, Rahi en Jit Narain. In de tweede pleats de door de Kalkattiya's uit India meegebrachte verhaten, maar dan in het Sarnami ver-teld, waarvan enkele door Moti Mat-he zijn gepubliceerd.

Wat is Surinaamse literatuur? A.. Waldrecht stelt: "En wij zouden Surinaamse literatuur niet anders willen definieren dan de literatuur, die. door kinderen van het land zelf is voortgebracht". (2) In deze defini-tie wordt uitgegaan van het (juridisch) nationaliteitsbeginset. Surinaamse- li-tetatUur won't. di* door Surinamers en hun nakomelingem in' welk land die. zich ook bevindert yoortge- bracht. Een tweede drit6t*Jen, dat in deze van belang is, is dat Surinaamse literatuur liefst in eon. van de talen, die door. Surinamers worden gespro-ken, geschreven moat zijn. Doze talen kunnen zijn o.a. het Sranen .Torigo of het Sarnami, maar ook hat Nederlands en het Sarnami-Hindi.

Krishriedat Bajnath verstaat onder Sarnami literatuur " . • alles- wat er tot nu toe is geschreven door de van India afkomstige contractarbeiders en hun nakomelingen in de- verWante ta-len van wat nu het Sarnamt is". (3) Deze omschrijving is in een opzicht niet juist: de Sarnami literatuur mag niet beperkt warden tat letterkundige uitingen van aen bevolkingsgroep, de Hindoestaanse. Begrijpelijk is, dat in de actuele Surinaamse taalsituatie aanleiding kan worden gevonden voor zo'n begripsbepaling. In dit artikel wordt onder Sarnami literatuur ver-staan de letterkundige voortbrengselen — ook de orate — van Surinamers en hun nakomelingen in het. Sarnami. De Sarnami literatuur is een produkt van Surinamers en dient als een deal van de (totale) Surinaamse literatuur to worden beschouwd.

Dehati cultuur

Van de 22.614 rits-Indische contract-koelies, die zich. in Suriname blijvend vestigden, behoorden de meesten tot de z.g. lagere kasten. Zij waren voorna-melijk arme analfabete boeren afkom-stig uit de. Gangesvlakte, die "een plattelandscultuurpatroon" (4) mee-

12

Ahirva ke nach in Magentaboiti

13

Bisoen Jiawan van Magentaweg als nagarainuzikant

brachten. Zo hielden de Indische emi-granten zich aan boord bezig met "vertellen, zingen en spelen". (5) Tijdens de maanden durende over-steek leerden vele Kalkattiya's tiental-len "nieuwe" khisa's (= verhalen), die lenge tijd een belangrijk onderdeel vormden van de Surinaamse "orate" literatuur.

De Indiase bioskoopfilm heeft een concurrerende invloed op de Sarnami khisa's uitgeoefend. Door o.a. de ver-westersing, de verstedelijking, de Hindi dominantie, de intellectuele en sociaal-economische elitevorming nam de betekenis van de uit India meege-brachte en de in Suriname ontstane "volkscultuur" af. Een enkele maal kwam het voor, dat een aantal families, dat tot dezelfde "kaste" behoorde zich in dezelfde boiti (= dorp) vestigde (6). Zo ont-stond er in Magentaboiti, langs het Pad van Wanica, een concentratie van ahirs (= veehouders) en kurmi's (= landbou-wers). Mede hierdoor nam Magenta-boiti een toonaangevende pleats in op het gebied van birha's en "ahirva ke nach". Slechts enkele jongeren van Kofraul boiti houden deze traditie nog in ere .. .

De laatste jaren is er — ook in Neder-land — een ontwakende belangstelling voor Surinaamse volksculturele

uitingen te constateren. Middels dit artikel doe ik een poging om birha's en "ahirvan ke nach" onder de aan-dacht van een groo't lezerspubliek te brengen.

Sarnami rituele en volksliederen

Liederen, die (Hindoestaanse) Surina-mers zingen, kunnen in de volgende groepen onderscheiden worden.

1. Indiase liederen

De rituele en volksliederen zonder een geschreven tekst b.v. sohars en pachras's. De traditionele liederen uit boeken: — de oude religieuze liederen ge-

schreven door o.a.: Goshvami Tulsidas (schreef de Ramacharit-Manas in het Avad-hi, in Suriname bekend als "Hindi"-Ramayan en het lange gedicht "Hanuman-Chalisa"). Kabir Das (schreef in Brajbhasa; zijn liederen worden door Suri-naamse Kabirpanthi's gezongen) en Sura Das,

— de relatief moderne Sanatani-bhaktiliederen b.v. bhajans en

— de liederen van de "jonge" Arya Samajbeweging.

2. Surinaamse composities, die geih-spireerd werden door o.a. de boven-genoemde liederen.

Biraha's

Reeds in het depot (= dipu) in Calcut-ta hielden sommige contractanten zich

bezig met o.a. biraha's. C.J.M. de Klerk schrijft in een voetnoot over birha's het volgende: "Biraha is afgeleid van het Sankrit-woord viraha = scheiding, afwezigheid, in het bijzonder van geliefden. Van-daar is de biraha een treurzang over de afwezigheid van een geliefde . . . die Radha in de mond worden gelegd over de afwezigheid van Krishna" (5).

Biraha is een populaire genre in Suri-name; vooral onder de "gewone" mensen in de boiti's (= platteland). Velen beschouwen de biraha — zoals reeds gesteld — als primitief. Ushar-budh Arya stelt, dat het vraag- en ant-woordelement en de competitievorm in de birha, behoren tot een zeer oude Indiase traditie. Hij stelt, dat er voor het vraag- en antwoordelement verge-lijkbare vormen in de Rig Veda Samhita te vinden isl Ook in de Mahabharata zijn er passages met discussies in vraag- en antwoordvorm, bijvoorbeekl tussen Astavakra en Bandi en Yudhisthira en een .yaksa. Wellicht kunnen sommige panditsbrab-hens en anderen in het bovenstaande een reden zien om tot een positieve waardering van de biraha te geraken.

De biraha is een lied, dat door mannen (en vrouwen?) gezongen wordt. Er is ruime improvisatiemogelijkheid. Deze behoort tot de biraha traditie. Daarom kan een biraha over een actueel, lokaal thema handelen. Over elk gewenst on-derwerp kan een biraha worden ge-maakt. Zo kan een biraha een protest-lied zijn tegen gesignaleerde wantoe-standen en corrupte personen.

a.

b.

NAGARA Tekening: GANG KALPOE

Een biraha bestaat uit drie delen. 1. Een biraha begint met een doha of

een sumiran. Meestal is het een doha van Kabir of Tulsidas, maar het kan evengoed een eigen compo-sitie zijn, waarin de gunst van God of Sarasvati of een guru of de eigen (Door-) ouders wordt afgesmeekt. Vooral bij de biraha in wedstrijd-vorm smeken de beide zangers of groepen om zegen en inspiratie. In de volgende sumiran wordt Mahavi-ra — ook wel Hanuman Svami ge-noemd — aangeroepen: "bira bakhanu Mahabira ke, jo parbata para dara kinha siya khojana ke karana, sanghari, lanka dahana kara dinha, to nischya prema pratita se binaya ham kariya sanamana tina ke karaja sakala subha u to siddha karata hanuma-na". (6)

In de volgende sumiran wordt Aum, de absolute Brahman aangeroepen: "pahile mai sumiran onkar bhagvan javan rachale hai sakala jahana ..." (7).

2. Het tweede deel van een biraha heet lachari of alchari. Dit is het hoofd-bestanddeel van het lied, gewijd aan het bezongen onderwerp. Bij een lange biraha in een wedstrijd wordt de sumiran alleen in het begin ge-zongen en een aantal lachari's wordt achter elkaar — zonder on-derbrek ing — gezongen.

3. Jachani of bisarjan is het slot van een biraha. In dit laatste deel van de biraha wordt de in de sumiran aan-geroepene zeer nadrukkelijk be-dankt. Daarom worden een of twee regels van de sumiran herhaald. Dit slotdeel kan uit een doha met een moraliserende inhoud bestaan. Ook is het mogelijk, dat de zanger zich-zelf in de bisarjan, dus aan het eind van zijn lied, introduceert. Zulks ge-beurt in de volgende bisarjan.

"Hansu sahar guljar hai more bhaiya aba basti hai aparampar o Paramaribo sahar ke habara me more bhaiya aba prema ke lage bajar hare Mariyambog aisa kothi na dekha kantorau ke age dukan aba Hansu aisa gauv na dekha jaha charahan ke adhikara

are Ramharakh Hansu ke rahvaiya ham to aili Divakar aj . . ." (8)

Ahirva ke nach

In Suriname zijn biraha's onlosmake-lijk met ahirva ke nach (dans van ahirs, veehouders, een boerendans). Deze dans is een niet-religieuze, amuse-mentsdans, die veel lichamelijke be-hendigheid en uithoudingsverrnogen vereist. De dansersgroep kan bestaan uit twee of meer personen, altijd (7) jongens of mannen, gek feed in janghiya's, geborduurde rode,. korte broeken met dhoti (= lendedoek) als onderkleding en kurta's zonder mou-wen. De broek is meestal van kleine koperen belletjes voorzien. Om de beide enkels dragen de dansers/zangers ghungru's. Om het middel wordt een fraaie, smalle twee meters lange doek gebonden, waarvan een deel als schou-derdoek wordt gebruikt, ter verrui-ming van de expressiemogelijkheid van de dansers.

De dansers worden door nagaramuziek begeleid. De nagara bestaat uit twee slaginstrumenten, een grote, die op zijn kant wordt gelegd en een kleine met het aangezicht near boven (zie te-kening). de nagara wordt bespeeld met danka, een grote stok en' een chob, een kleine stok. Ook de naga-ramuziek bestaat uit drie delen, die samen de hath worden genoemd. — De chalta, het begin, dat corres-

pondeert met de sumiran van de biraha.

— De theka, dat overeenkomt met de alchari.

— En de chapka, dat te vergelijken is met de bisarjan van de biraha.

De nagara was/is het typische instru-ment van Ahirs en Kurmi's. De nagara-muziek is kilometers ver te horen. De beste nagaraspeler is ongetwijfeld

S. Bukhan van Meerzorg, terwijl Banwari Jiawan van Magentaweg thans de bekendste ahirvadanser is. Tot de Haagse ahirvadansers behoorden de Arische pandit, wijlen Rambaran en wijlen Bindraban. Thans zijn actief o.a. Suchit Baba, Suchit jr. en de jonge gebroeders Rangoe.

Sarnami woorden

dehati plattelander, dorpeling boiti = platteland, dorp sanskirti = cultuur. Sanskirti wordt

dikwijls verward met Sanskrit, de oudste, In-diase literatuurtaal, die de basis vormt van de Vedische literatuur.

sohars rituele liederen door vrouwen gezongen o.a. bij de geboorte van een kind nI. bij chhatti en muran.

bhajans religieuze liederen, hym- nen

Kal kattiya's Brits-lndische immigran-ten in Suriname. Dit woord is afgeleid van Calcutta, vanwaar de contractkoelies naar o.a. Suriname vertrokken.

bujhavni's raadsels pandit religieuze geleerde (op

basis van scholing en opleiding)

Ahirs en Kurmis zijn twee kasten in India,

die tot de Vaisya-varna behoren.

doha een dichtvorm sumiran een vorm van meditatie bhakti devotie, verering en over-

gave aan (een aspect van) God

Hindi = de officiele taal van In-dia. Het Hindi is beslist geen moedertaal van de (H indoestaanse) Surina-mers Hun moedertaal is Sarnamil

14

7. Arya, U., Noten

1. Godijn, W., Encyclopedie van. Suriname, samensteller Elseviers, Amsterdam

1977, blz. 71, 376 en 273.

2. Waldrecht, A., Het goud van Suriname, Minov, Paramaribo 1970, blz. 13.

3. B ajnath, K., Sarnami Literatuur, Rahman Khan: de grond-legger van de schriftelijke traditie, in "Aisa Same' char", 4e jg. nr. 3, mei 1978, blz. 17.

4. Adhin, J.H., Beginnend Surinaams-H indostaanse literatuur, in Soela nr. 4-5, Parama-ribo 1963, blz. 32.

Ritual songs and folk-songs of the Hindus of Surinam, E.J. Brille, Lei-den 1968, biz. 8-9, 10-37, 141 en 156-157. Usarbudh Arya, een In-digo-, deed met financiele steun van het Ministerie van Onderwijs en Weten-schappen en de Sticusa in Amsterdam een onder-zoek in Suriname. Hij verbleef !anger dan een jaar in ons land. Na zijn huwelijk met een Guya-nese emigreerde U. Arya naar Canada, waar hij momenteel verblijft.

Het gedeeite over biraha is voor een belangrijk deel op het proefschrift van Arya gebaseerd.

partner, Lanka verwoestte. Zeker met eerbied en liefde (voor Sita), die ik abso-luut trouw ben. leders goede voornemens zul len door Hanuman gezegend worden.

sub 7

Eerst roep ik AUM aan, die de totale kos-mos heeft geschapen

sub 8

Hansu is een bloeiende "stad", mijn brae-der. De occupatie is onmetelijk. Aan de overkant van de stad Paramaribo, mijn broeder... Is er een centrum van liefde en vriendschap. Oh, een "plantage" als Marienburg heb ik niet gezien. Met een winkel voor een kantoor. I k heb nergens zo'n "dorp" gezien, waar het recht van veehouders zo groot is.

5. Klerk, C.J.M. de,

De Immigratie der Hindo-stanen in Suriname, Urbi et Orbi, Amsterdam 1953, blz. 70, 78, 167.

6. I bid

Vrije vertaling van Sarnamiteksten: sub 6

1k vertel (u) met lof (over) de dappere Mahavira Hanuman) die een bergpiek• opnam. Die bij de nasporing van Sita, o

Oh, ik ben Ramharakh, een bewoner van Hansu. 1k ben vandaag naar Devakar ge-komen

Den Haag, 17 juni 1984 Bris Mahabier