Haelvoet

Vincent Haelvoet, CEO en Jonathan Ampe, General Manager

De zorgsector heeft de wind in de zeilen

Gezondheidszorg Een geïntegreerde bankstrategie

FiscaliteitProfessioneel en privé-vastgoed

DigitaliseringZ-plus en gezondheidszorg 3.0

Success storyEen topstrategie voor de ziekenhuisgroep CHC Liège

INGOnderneming# 219 juli september 2017

ING219-cover-NL.indd 1 22/06/17 10:23INGN0219_001_AN686493.pdf

Inhoudstafel

Wilt u reageren op een bepaald artikel of ons gewoon een vraag stellen? Stuur dan een mail naar ing-onderneming@ing.be.

Wilt u op de hoogte blijven over wat reilt en zeilt in de onder nemerswereld?Surf naar onze nieuwe LinkedIn-pagina 'ING BE & Ondernemers'. U vindt er interessante artikels, leerrijke tips en nieuws.linkedin.com/company/ing-be-&-ondernemers

19

22

17

14

10

06

News04 In het kort

Actualiteit van het kwartaalEen interessante of verrassende greep uit de economische actualiteit.

Success story06 Haelvoet

De Roemeense kracht van een West-Vlaamse kmo De opening van een bijkomende productiesite in Roemenië gaf deze producent van meubelen voor ziekenhuizen en rusthuizen een tiental jaar geleden een flinke boost.

10 CHC LiègeEen betere aanpak van het zorgaanbod in Luik Na een 'fusiestorm' zit het CHC Liège weer in rustig vaarwater. Momenteel is het een van de meest dynamische spelers in de ziekenhuissector.

Focus9 Betalingsbeheer

Cash is niet langer een probleemTegenwoordig bestaan er heel wat oplossingen om het aantal contante betalingen zoveel mogelijk te beperken.

Insight 13 Vergrijzing

De uitdagingen van de rusthuissector ING vroeg aan studiebureau Probis om de balans op te maken van de toekomstige uitdagingen voor rust- en verzorgingstehuizen.

Tax & Finance14 Vastgoed

Een stabiele basis voor uw gesplitste aankoop Veel artsen overwegen vastgoed aan te kopen om er zowel hun dokterspraktijk als hun privéwoning in onder te brengen. Hoe kunt u er een echt interessante operatie van te maken?

At your side17 Business Bankers

Ten dienste van alle spelers in de gezondheidszorg In de loop der jaren heeft ING een geïntegreerde aanpak ontwikkeld voor het 'ecosysteem' van de gezondheidszorg.

Trends watch19 Digitalisering zorgsector

Z-plus verenigt innovaties in de thuiszorgTwee grote spelers in de thuiszorg hebben een platform opgericht dat aanbieders van zorg wil ondersteunen bij de selectie van innovatieve technologieën.

Event22 Gezondheidszorg

De toekomst van ons ziekenhuissysteem doorgelichtING maakte samen met Antares Consulting een analyse die bij kan dragen aan het collectieve debat over de hervorming van de sector.

ING219-Sommaire-NL.indd 2 22/06/17 10:24INGN0219_002_AN686513.pdf

Edito

RedactiecomitéM. Devillers, G. Gutmann, V. Mol, J. Scevenels, M. Van de Casteele, M. Vandermeulen, L. Violon, F. Wauters

CoordinatieM. Vandermeulen

Hoofdredacteur G. Gutmann

RedactieS. Bauters, P. Segaert, N. Garcia Sequeira, F. Wauters

UitgeverC. Vinkenborg

Foto’sL. Bazzoni, Thinkstock, Hans Stockmans/Utopiix

LayoutM. Bourgois, C. Harmignies

Realisatie Elixis sprlRodenbachstraat 70B-1190 BrusselE-mail: info@elixis.be

©ING OndernemingReproductie is toegestaan, mits bronvermelding. Alle rechten voorbehouden voor de reproductie van foto’s, de lay-out en de illustraties, die eigendom zijn van Elixis. ING Entreprise paraît également en français. ISSN-nummer: 1379-7123

Contactpersoon ING V. Mol, Marnixlaan 24 B-1000 BrusselTel.: 02 547 38 86E-mail: valerie.mol@ing.beInternet: ing-onderneming.be

Verantwoordelijke uitgeverMarie-Noëlle De Greef, Sint-Michielswarande 60, B-1040 Brussel

ING België nvVennootschapszetel: Marnixlaan 24, B-1000 Brussel RPR BrusselBtw BE 0403.200.393Tel.: 02 547 21 11E-mail: info@ing.beWebsite: ing.be BIC: BBRUBEBBIBAN: BE45 3109 1560 2789Verzekeringsmakelaar, ingeschreven bij FSMA onder het codenummer 12381A

* De ING-producten en -diensten, vermeld in dit magazine, worden u aangeboden onder voorbehoud van aanvaarding door ING België (of desgevallend, de betrokken verzekeraar) en mits wederzijds akkoord. De voorwaarden en mo-daliteiten van de ING-producten en -diensten (algemene voorwaar-den of reglementen, essentiële spaarders- of beleggersinforma-tie, productfi ches, tarieven en alle andere aanvullende informatie) zijn beschikbaar in uw ING-kantoor of op ing.be.

03

Philippe Ledent Senior Economist ING België

De gezondheids-zorg: een sector die telt

Beste ondernemers, Dit nummer van ING Onderneming is bijna volledig gewijd aan de

gezondheidssector. Terecht, want het gaat om een uiterst belangrijke tak van onze economie die onlosmakelijk verbonden is met de toekomst van het land! Daar zijn drie redenen voor.

Allereerst zijn op dit moment 614.000 mensen werkzaam in de gezond-heidssector in de strikte zin van het woord. Dat is maar liefst 12,8% van alle werknemers in België. En dan nog is dit cijfer geen volledige weergave van de werkelijkheid. Volledigheidshalve zouden we namelijk ook reke-ning moeten houden met de vele bedrijven waarvan een fl ink deel van de klantenkring actief is in de gezondheidszorg, en er dus indirect van leven. Bijvoorbeeld een bedrijf als IBA, dat medisch materiaal produceert. Of de voor België zo belangrijke farmaceutische industrie. Deze ondernemingen horen volgens de nationale statistieken thuis in de sector 'industrie', terwijl ze een rechtstreekse band hebben met de gezondheidszorg.

Bovendien slorpt de fi nanciering van de gezondheidszorg in ons land een aanzienlijk deel van het overheidsbudget op. Zo gaat er van de totale jaarlijkse uitgaven van 220 miljard euro 28,5 miljard naar gezondheidszorg, oftewel 12,9% van het totaal. Als we alleen de sociale zekerheidsuitgaven in ogenschouw nemen – om en nabij de 103 miljard euro – loopt dat al op tot bijna 30%. De kosten stijgen momenteel zelfs sneller dan het overheidsbud-get zelf. Op termijn staat de sector dus voor belangrijke uitdagingen: ofwel zal de staat nog meer gaten moeten slaan in het inkomen van de Belgen, ofwel – en dat is waarschijnlijker – zal men de sector moeten rationaliseren en moeten besparen, onder meer in de werkingsbudgetten.

Tot slot zal ook de vergrijzing een ingrijpende impact hebben op de sector. Het gaat hierbij niet alleen om de rust- en verzorgingstehuizen (RVT), maar om de sector als geheel. De RVT-sector wordt momenteel al grondig hervormd, zoals blijkt uit de door ING gefi nancierde studie die u in dit maga-zine kunt ontdekken. Een verouderende samenleving heeft immers nood aan meer geneesmiddelen en meer gezondheidszorg.

Om al deze redenen zijn we van mening dat deze sector bijzondere aandacht verdient. Vandaar dat ING heeft besloten om de competenties van sommige van onze bankiers verder te ontwikkelen. Dit is nodig om een geïn-tegreerde aanpak van de sector mogelijk te maken en rekening te kunnen houden met de specifi eke vereisten van de gezondheidssector. Maar ook om ondernemers die de uitdagingen van morgen met succes willen aangaan zo goed mogelijk te kunnen begeleiden.

Veel leesplezier!

ING219-Edito-NL.indd 3 21/06/17 10:57INGN0219_003_AN684198.pdf

INGOnderneming04

News

Fiscaliteit

Is uw onderneming mogelijk doelwit van een belastingcontrole? Zoals elk jaar heeft de FOD Financiën de lijst gepubliceerd van bedrijfscategorieën die in aanmerking komen voor belastingcontrole. Dit jaar richt de fiscus zich vooral op: - ondernemingen die één of meer (gedeelte-

lijke) vrijstellingen van bedrijfsvoorheffing vragen, waarvan de toekenningsvoorwaarden moeten worden nagegaan;

- ondernemingen waarvan de fiscus vermoedt dat ze ten onrechte een btw-krediet hebben gevraagd of geboekt;

- ondernemingen die een verminderde roerende voorheffing hebben betaald op uitgekeerde of toegekende dividenden;

- grote ondernemingen (in de zin van artikel 15 van het Vennootschapswetboek) die geen belastbare meerwaarden hebben aangegeven op aandelenwinsten die ze hebben gerealiseerd;

- ondernemingen die geen belastingaangifte hebben ingediend, ondanks een verstuurde aanmaningsbrief.

Human resources

Telewerk voortaan toegestaan voor alle werknemers De wet op 'werkbaar en wendbaar werk' van minister Peeters heeft een belangrijk gevolg voor bedrijven en hun werknemers. Sinds half maart – de publicatiedatum van de maatregel in het Belgisch Staatsblad – heeft elke werknemer namelijk recht op telewerk. Deze maatregel verschilt van de vroegere wet inzake telewerk van 2005. Ze voert namelijk 'occasioneel' telewerk in, en geen regelmatig telewerk. Met andere woorden: werknemers kunnen voortaan vragen om uitzonderlijk thuis te mogen werken, in geval van overmacht

(verkeersongeval …) of om persoonlijke redenen. De werknemer moet dit wel vooraf en binnen een 'redelijke termijn' aanvragen. De werkgever behoudt de mogelijkheid om de aanvraag te weigeren als de omstandigheden dat vereisen, bijvoorbeeld als de werknemer een belangrijke vergadering heeft met een van de belangrijkste klanten van het bedrijf. Het zou in elk geval goed zijn om zowel het begrip 'persoonlijke redenen' als mogelijke weigerings-motieven te verduidelijken in een collectieve arbeidsovereenkomst.

Familiebedrijven

Bedrijfsoverdracht: een kwestie van communicatie? Het Institut de l'Entreprise Familiale (IEF) organiseerde onlangs zijn jaarlijkse colloquium. Dit jaar was het belang van communicatie bij de overdracht van een familiebedrijf het thema. De deelnemers konden brainstormen over dit gevoelige onderwerp op basis van een studie van Nathalie Crutzen, hoogleraar aan de HEC in Luik. Zo wijst de studie op de noodzaak om beter te communiceren binnen de familie – onder meer door een 'familie-handvest' op te stellen – en raadt ze aan om het bedrijf zo vroeg mogelijk in het proces op waarde te schatten en zo de onderhandelingen te vergemakkelijken. Een grondiger en beter gestructureerde communicatie binnen het bedrijf zou ook het overdrachtsproces doeltref-fender moeten laten verlopen.Info: insitutentreprisefamiliale.be

Eén op de vier 15-jari-gen is niet in staat om rationeel te beslissen over zijn of haar dage-lijkse uitgaven. Dit is de alarmerende conclusie van een PISA-studie over financiële kennis die in 15 OESO-lidstaten werd uitgevoerd. De studie benadrukt ook dat nauwelijks 10% van alle jongeren inzicht heeft in complexe financiële kwesties, zoals inkomstenbelas-ting. Vlaanderen eindigt in deze test als tweede, vlak na China. Opmerking: 64% van de jongeren die hebben deelgenomen aan het onderzoek genereert al een inkomen uit een (formele of informele) activiteit, terwijl 59% zakgeld krijgt. Info: goo.gl/zOTSeF (snelkoppeling)

25%

Een nieuw systeem tegen cybercriminaliteit De ministerraad heeft groen licht gegeven voor de lancering van een zogeheten Early Warning System. Dit geautoma-tiseerde platform maakt een proactieve uitwisseling van informatie over incidenten en bedreigingen inzake cybervei-ligheid mogelijk. De volgende sectoren zijn erbij betrokken: kritieke infrastructuur, transport, energie, telecommunicatie, financiën, water, internetproviders, gezondheidszorg en de overheid. Dankzij dit systeem zal de overheid vitale secto-ren snel kunnen waarschuwen in geval van bedreigingen of aanvallen, zodat ze doeltreffend kunnen reageren op inbraak, datadiefstal of pogingen tot vernietiging van hun systemen.

Gaan kaartlezers tot het verleden behoren? ING heeft samen met drie andere Belgische banken en drie mobiele providers (Orange Belgium, Proximus en Telenet) itsme gelanceerd, een beveiligde mobiele app om uw online iden-tificatie te vergemakkelijken. Eenmaal geïnstalleerd op een smartphone biedt itsme aan elke gebruiker de mogelijkheid om zijn of haar identiteit in de digitale wereld te waarmerken. Door middel van een geheime code (of een digitale vingerafdruk, als de telefoon is uitgerust met een lezer) kan de gebruiker inlog-gen op websites en online transacties bevestigen. Op termijn zal het zelfs mogelijk zijn om verbinding te maken met officiële applicaties, zoals Taxonweb! Dat betekent dan ook meteen dat identiteitskaartlezers binnenkort tot het verleden zullen behoren.

Buzz

ING219-News-NL.indd 4 21/06/17 16:44INGN0219_004_AN685326.pdf

05

'Smart cities': enorme winsten voor de stadsfinanciën

Volgens consultant Accenture zou de aanstaande lancering van 5G-netwerken het voor steden mogelijk moeten maken om uit te groeien tot 'smart cities'. Aanzienlijke besparingen en een grotere energie-efficiëntie liggen binnen handbereik. Het rapport focust zich op de Verenigde Staten, maar bevat tal van nuttige ideeën en aanbevelingen. Info: https://goo.gl/nJPZyE (snelkoppeling)

Alles weten over Growth Hacking

Airbnb, Pinterest, Uber, Facebook … Al deze bedrijven heb-ben sinds een aantal jaar wereldwijde successen geboekt. Volgens de auteurs is dit succes echter toe te schrij ven aan geluk of een uitzonderlijk goed product. Het is het resultaat van een gron-dige en methodische aanpak. Met als doel een uitzonderlijke groei te realiseren: Growth Hacking. Info : Hacking Growth : How Today’s Fastest-Growing Companies Drive Breakout Success, door Sean Ellis en Morgan Brown, Crown Business, april 2017 (ISBN: 978-1524760007)

Zal het digitale tijdperk een revolutie ontketenen in de Belgische retail?

Consultant PwC heeft een zeer interessante studie gepubli-ceerd over de uitdagingen van de digitalisering voor de retailsector, meer bepaald voor Belgische ondernemingen. Info: https://goo.gl/JWGv3p (snelkoppeling)

Management

Het groeiaandeel meten in plaats van het marktaandeel? Een artikel dat onlangs gepubliceerd werd op de website van de Harvard Business Review spoort bedrijfsleiders aan om een nieuwe prestatie-indicator (KPI) te hanteren: het groeiaandeel. Het doel is om te meten welk groeiaandeel van haar markt de onderne-ming heeft weten te veroveren. Het nut van deze meting is er volgens de drie auteurs van het artikel in gelegen dat het bedrijf op deze manier nog meer gestimuleerd wordt om een groter marktaandeel te veroveren. Ze pleiten er trouwens ook voor om een deel van

de bonussen voor kaderleden en bestuurders te koppelen aan het nieuwe KPI. Volgens de auteurs zal deze bonus niet per se duurder uitvallen, en bovendien zullen de inspanningen de juiste richting ingestuurd worden. Ze citeren daarbij een recente studie die is gebaseerd op 27.000 merken. Slechts 3% daarvan slaagde erin een groter groei- dan marktaandeel te verwerven. Voor de grote meerderheid impliceert dit dus een geleidelijk verlies van marktaandelen. Kortom, een uitdaging die de moeite waard is om aan te gaan.

INGsider350 miljoen euro voor kmo’s ING en de Europese Investeringsbank hebben afgelopen maart een akkoord ondertekend voor steun aan kmo’s in de Benelux. Het akkoord bepaalt dat de EIB 350 miljoen euro op tafel legt voor de financiering van kleine en middelgrote ondernemingen. ING heeft zich ertoe verbonden om dat bedrag te verdubbelen. Op die manier komt er 700 miljoen euro vrij om de groei van kmo’s in de Benelux te ondersteunen.

ING Lease, partner van de Matexpo-beurs Matexpo, de beroepsbeurs voor 'Yellow Goods' als hijskranen en graafmachines, vindt dit jaar van 5 tot 10 september plaats in Kortrijk. Aan de beurs nemen meer dan 360 stand houders deel. ING Lease zal met vier stands de dienstverlening inzake leasing en Vendor Lease uitleggen aan bezoekers en standhouders, net zoals de voordelen van het online platform. Info: matexpo.com

Human resources

Glijdende werkuren worden werkelijkheid Een andere belangrijke maatregel die deel uit-maakt van de wet op 'werkbaar en wendbaar werk' van minister Peeters heeft te maken met bedrijven die beschikken over een presta-tieregistratiesysteem. Deze bedrijven mogen voortaan een stelsel van glijdende werkuren invoeren. De werkgever legt via een collectieve overeenkomst zowel 'vaste' werkuren (waarbij het personeel verplicht aanwezig is) als 'flexi-bele' werkuren vast. Tijdens de flexibele uren is aanwezigheid niet vereist. De werknemers (en de werkgever) mogen het werk organiseren in functie van deze tijdsindeling.

Dubbele limiet In het systeem zit wel een dubbele limiet inge-bouwd om de leefbaarheid te waarborgen:

- Enerzijds mag de werknemer niet meer dan negen uur per dag en niet meer dan 45 uur per week presteren.

- Anderzijds moet hij het gemiddelde aantal werkuren per week halen dat van kracht is binnen de onderneming, gespreid over een kwartaal of een volledig jaar. Meestal is dat 38 uur. Het is de werkgever die de referentieperiode voor het respecteren van de 38-urenweek bepaalt.

Deze maatregel moet werknemers en werkgevers in staat stellen om de werkuren af te stemmen op de werklast. Op die manier kan het aantal overuren worden beperkt en de leefkwaliteit van werknemers worden verbeterd.

Reading tips

ING219-News-NL.indd 5 21/06/17 16:44INGN0219_005_AN685326.pdf

INGOnderneming

Oprichtingsjaar1931 Activiteit Productie van meubilair voor ziekenhuizen en ouderenzorg LocatieTwee productie-vestigingen: Ingelmunster en Jibou (Roemenië)Verkoopkantoren in Ingelmunster, Rijsel (Frankrijk), Fribourg (Zwitserland) en Jibou (Roemenië) Omzet21,5 miljoen euro (2016)

Personeel205 medewerkers

www.haelvoet.be

06

Success story

Haelvoet nv

De Roemeense kracht van een West-Vlaamse kmo

Vijftien jaar geleden pakten donkere wolken zich samen boven Haelvoet. De West-Vlaamse producent van ziekenhuis- en ouderenzorgmeubilair zag zijn toekomst bedreigd door de stijgende Belgische loonkosten en toenemende concurrentie. Maar door een extra productiesite in Roemenië leefde de kmo weer op.

ING219-SuccessSt-NL-NL.indd 6 22/06/17 10:25INGN0219_006_AN686552.pdf

Ondernemers-tips

Stel jezelf voortdurend in vraagMijn grootvader kwam uit een familie van schrijnwerkers. Maar toen in de jaren 1930 de eerste stalen meubelen populair werden, heeft hij niet getwijfeld.

Wees niet bang voor open innovatie Met een collega uit Meulebeke hebben we op een jaar tijd een box-spring ontwikkeld die je in hoogte kan verstellen. We hebben er elk een nieuwe afzetmarkt aan overgehouden. Op ons eentje zou dat veel langer duren.

Durf zelf te produceren en wees niet bang van nieuwe technologieën In plaats van te inves-teren in een nieuwe productiesite in Roemenië, konden we dat uitbesteden en ons beperken tot ontwerp en assemblage. Dat vraagt minder kapitaal, maar je verliest veel aan snelheid, controle en flexibiliteit.

07

Maart 2006. Vincent Haelvoet roept zijn 90 medewerkers bijeen in de eetzaal voor een onprettige boodschap. Het gaat niet goed met de nv Haelvoet. De omzet groeit nog wel, maar de winst en de cashfl ow nemen jaar na jaar exponentieel af. Het familiebedrijf moet op de schop om haar eigen toekomst te verzekeren. De jonge bedrijfsleider kondigt aan dat Haelvoet binnen enkele maanden een extra productieves-tiging opent in Roemenië.

"Je kon een speld horen vallen", herin-nert Vincent Haelvoet zich. "De medewerkers vreesden voor hun job. Ons imago van degelijke, West-Vlaamse kmo met 100 procent werkzeker-heid lag plots aan diggelen. Maar ik beloofde dat er geen naakte ontslagen zouden vallen, en dat we geen machines zouden verhuizen. En aan die belofte hebben we ons ook gehouden. Loyaliteit en rechtlijnigheid zijn belangrijk."

Roemeens avontuurRoemenië bleek een bijzonder groot avon-

tuur. De kmo uit Ingelmunster trok er als een van de eerste West-Europese meubelbedrijven naar toe. In Jibou, een stadje van 10.000 inwo-ners in het noordwesten van het land op 550 kilometer van de hoofdstad Boekarest, sneed Haelvoet als eerste een nieuw bedrijven-terrein aan.

Om de site in Jibou te fi nancieren, toen goed voor een investering van 2,5 miljoen euro bij een jaaromzet van 11,5 miljoen euro, klopte Haelvoet bij ING aan. "ING ging heel enthou-siast mee in ons verhaal. Bovendien bleek dat Roemenië toen al een van hun thuismarkten was. Dat was bijvoorbeeld praktisch voor de transfer van gelden, maar het heeft ook het proces ter plaatse ontzet-tend versneld en vereenvoudigd."

Hoge loonkosten"Alles wel beschouwd, er zou vandaag

geen Haelvoet meer zijn zonder onze vestiging in Roemenië", stelt Vincent Haelvoet. "Tegen 2005 werd de kwaliteit van de internationale concurrentie steeds beter, en dat voor een heel scherpe prijs. Met de hoge loonkosten in ons land konden we daar niet tegenop. Want de lonen maakten in die periode 35 procent van onze totale kosten uit. Dat is immens."

Dankzij Jibou kon Haelvoet weer tegen een goede prijs zorgmeubelen produceren. "Uiteindelijk hebben we een win-winsituatie gecreëerd. In Roemenië gebeurde het stoff eren en later ook de metaalbewerking. Door onze betere prijs konden we terug gezond en gecon-troleerd groeien, zowel in Roemenië als in België. De hogere omzet leidde immers ook tot meer assemblage en logistiek voor de Belgische site.

Haelvoet fl oreertElf jaar later fl oreert de producent van

meubelen voor ziekenhuizen, ouderen-zorg en dokterspraktijken als nooit tevoren. De jaaromzet steeg naar 21,5 miljoen euro. Het aantal medewerkers groeide naar ruim 200 voor de hele groep. Een gloednieuw en strak bedrijfspand verrees op de thuisbasis in Ingelmunster, inclusief twee showrooms, burelen, seminarieruimte, bedrijfsrestaurant en fi tness.

In het najaar van 2017 opent Haelvoet ook een nieuwe productiehal voor de houtafdeling. General manager Jonathan Ampe: "De machi-nes zijn volledig geautomatiseerd en aan elkaar verbonden. Met de nieuwe productielijn kunnen we bijbestellingen aan een gelijkaardige kost-prijs produceren als de initiële reeks. Bovendien kunnen we sneller en fl exibeler schakelen."

Ten slotte staan er voor 2017 nog een nieuwe dispatching hall en een nieuw opslag-magazijn op het programma. De totale investeringsronde van de voorbije jaren is goed voor een bedrag van 13 miljoen euro, volledig met eigen middelen gefi nancierd.

Wie is Vincent Haelvoet?Vincent Haelvoet (44, rechts) is sinds 2000 CEO van de nv Haelvoet. De kleinzoon van oprichter Michel Haelvoet haalde een diploma industrieel ingenieur en een diploma toegepaste economische wetenschappen. Op zijn 25e stapte hij in het bedrijf als verantwoordelijke voor de productie. Een jaar later volgde hij zijn vader Roland Haelvoet op als CEO. Sinds 2013 krijgt hij hulp van algemeen directeur en handelsingenieur Jonathan Ampe voor de verkoop, marketing en administratie.

Wie is Jonathan Ampe?Jonathan Ampe (33, links) is sinds de zomer van 2013 General Manager bij Haelvoet. Daarvoor was hij Senior Associate Corporate Finance bij een Belgische zakenbank, en consultant bij Deloitte. Hij behaalde een diploma handelsingenieur aan de KU Leuven, en studeerde een half jaar in Hong Kong.

transfer van gelden, maar het heeft ook het proces ter plaatse ontzet-tend versneld en vereenvoudigd."

Wie is Vincent Haelvoet?Vincent HaelvoetMichel Haelvoet haalde een diploma industrieel ingenieur en een diploma toegepaste economische wetenschappen. Op zijn 25e stapte hij in het bedrijf als verantwoordelijke voor de productie. Een jaar later volgde hij zijn vader Roland Haelvoet op als CEO. Sinds 2013 krijgt hij hulp van algemeen directeur en handelsingenieur Jonathan Ampe voor de verkoop, marketing en administratie.

Wie is Jonathan Ampe?Jonathan Ampehij Senior Associate Corporate Finance bij een Belgische zakenbank, en consultant bij Deloitte. Hij hij Senior Associate Corporate Finance bij een Belgische zakenbank, en consultant bij Deloitte. Hij behaalde een diploma handelsingenieur aan de KU Leuven, en studeerde een half jaar in Hong Kong.

Wie is Vincent Haelvoet?Vincent HaelvoetMichel Haelvoet haalde een diploma industrieel ingenieur en een diploma toegepaste economische wetenschappen. Op zijn 25e stapte hij in het bedrijf als verantwoordelijke voor de productie. Een jaar later volgde hij zijn vader Roland Haelvoet op als CEO. Sinds 2013 krijgt hij hulp van algemeen directeur en handelsingenieur Jonathan Ampe voor de verkoop, marketing en administratie.

Wie is Jonathan Ampe?Jonathan Ampehij Senior Associate Corporate Finance bij een Belgische zakenbank, en consultant bij Deloitte. Hij

ING219-SuccessSt-NL-NL.indd 7 22/06/17 10:25INGN0219_007_AN686552.pdf

INGOnderneming08

Success story©

Foto

's: H

ans S

tock

man

s/Ut

opiix

, V.R

.

Onderzoek en ontwikkelingVandaag is Haelvoet een van de meest

dynamische kmo’s in het hart van West-Vlaanderen. Ruim vijf procent van de omzet wordt geïnvesteerd in innovatie, en dat is veel voor een meubelbedrijf. Zes medewerkers zijn voltijds bezig met onderzoek en ontwikkeling. Die innovatie is nodig om aan de steeds stren-gere normen te voldoen.

Haelvoet laat de kwaliteit van haar produc-ten certifi ëren door het Duitse keurmerk TÜV. Vincent Haelvoet: "Ik geef het voorbeeld van een ziekenhuisbed. De openingen in onrusthek-ken krijgen een maximale grootte opgelegd en worden getest volgens een specifi eke procedure. Als de onrusthekken afwijken en een patiënt geklemd raakt, is de producent aansprakelijk."

Maar innovatie is ook belangrijk om con-currentieel te blijven. Met een gemiddeld marktaandeel van 30 procent is Haelvoet vandaag een van de grootste spelers in België, maar de concurrentie uit het buitenland is bik-kelhard. "We zijn de laatste Belgische producent van ziekenhuismeubelen en een van de laatste twee producenten van ouderenzorgmeubilair. Toen mijn grootvader begon waren er nog tientallen. 80 procent van de producten die we vandaag verkopen, hebben we pas de voorbije vijf jaar ontwikkeld."

40 procent buitenlandUit besparingsnoodzaak maken ziekenhui-

zen en woonzorgcentra zich op voor een grote fusiegolf. Jonathan Ampe: "Dat betekent dat de omzet van één aanbesteding veel groter aan het worden is, en dus ook het risico als je het contract misloopt. Vandaar dat we óók onze export ontwikkelen en niet al onze eieren in dezelfde mand leggen."

Ter illustratie: 10 jaar geleden ging 10 procent van de omzet naar het buiten-land, nu is dat al 40 procent. Dat moet zo

snel mogelijk naar 60 procent, zonder dat de Belgische afzet in absolute cijfers afneemt uiteraard. Daartoe tekent Haelvoet present op beurzen in Düsseldorf, Parijs en Dubai, maar het verkoopt ook meubilair in landen als India, Brazilië en zelfs Australië.

Een nieuw label: 'Hidden'Ten slotte boort Haelvoet met innovatie ook

nieuwe markten aan. Eind 2015 kwam het met het nieuwe label 'Hidden' op de proppen. "Voor ziekenhuizen en woonzorgcentra gaat functio-naliteit boven design. Onze bedden en zetels zijn daar echte werkpaarden", glimlacht Jonathan Ampe. "Bij Hidden vertrekken we vanuit het design, en verbergen we comfort en functiona-liteit in het hart van het ontwerp. Met dit extra merk mikken we op zorghotels en zelfstandig wonende medioren met behoefte aan extra comfort."

Stuur maar doorWie door het hart van West-Vlaanderen

rijdt merkt de vele reclameborden op, waarop bedrijven zich aanprijzen als een uitstekende werkgever. Vincent Haelvoet bevestigt: "We hebben zes maanden gezocht naar een vrachtwagenchauff eur. De werkloosheidsgraad bedraagt in de driehoek Roeselare - Tielt - Kortrijk minder dan vier procent. Daardoor rijden we voortdurend met de handrem op. Dus mocht je nog een goede kracht kennen, stuur hem of haar gerust onze kant op!"

"Haelvoet denkt altijd vooruit"Tiff any De Smul is sinds eind 2015 Relationship Manager voor Haelvoet nv. "Haelvoet werd klant bij ING in 2003. Drie jaar later deed ING een mooi kredietvoorstel voor de investering in Roemenië, waaruit een groot vertrouwen in Haelvoet bleek", vertelt Tiff any De Smul.

Verplichte delokalisering"Een gedeeltelijke delokalisering van de activiteiten was toen inderdaad nodig. De meubelsector kent een sterke competitie, en bijna alle Belgische meubelproductie verhuisde in die periode naar het buitenland. Goed 10 jaar later is Haelvoet heel solvabel en gezond. Het extra merk 'Hidden', de meest recente innovatie in het productaanbod, toont dat het bedrijf altijd vooruitdenkt en nooit stilstaat. De traditioneel stevige kapitaalstructuur van Haelvoet is de laatste jaren alleen maar verder uitgebouwd."

Tiff any De SmulRelationship ManagerING België

Ruim vijf procent van de omzet wordt geïnvesteerd in innovatie, en dat is veel voor een meubelbedrijf.

ING219-SuccessSt-NL-NL.indd 8 22/06/17 10:25INGN0219_008_AN686552.pdf

09

Focus

Betalingsbeheer

Cash is niet langer een probleem

Voor veel gezondheidsprofessionals zijn contante betalingen vaak eerder een nadeel dan een voordeel. Gelukkig bestaan er vandaag de dag heel wat oplossingen om de nadelen zoveel mogelijk te beperken.

Voor de meeste medische beroepsbeoe-fenaars die in contact staan met patiënten is het beheer van contante betalingen een dagelijkse uitdaging. "Gezondheidsprofessionals krijgen te maken met een organisatie- en een veiligheidsprobleem", aldus Michael Devillers, Category Manager Retail Business Clients bij ING België. "Gelukkig zijn elektronische betalingen sterk geëvolueerd en toegankelijker geworden. Tegenwoordig kunnen ze dan ook de meeste nadelen van cash ondervangen."

Doeltreff ender beheer "Voor veel beroepsgroepen blijven contante

betalingen echter een imperfecte oplossing. De artsen roeien met de riemen die ze hebben", aldus onze gesprekspartner. "Of het nu bij de huisarts of bij de tandarts is, het is voor de patiënt moeilijk om in te schatten hoeveel cash hij precies moet meenemen. Resultaat: in veel gevallen kan de patiënt niet ter plaatse betalen. Of de arts bezorgt hem dan een overschrijvingsformulier, of de patiënt moet terugkomen om zijn rekening te vereff enen. Het gevolg is dat niet alleen de patiënt tijd verliest, maar ook de arts. De arts moet immers tussen twee consulten door tijd maken en een reeks bijkomende administratieve taken verrichten: regelmatige betalingscontrole, eventuele aan-maningsbrieven … Goed voor uren extra werk. Als hij die taken toevertrouwt aan een medisch secretariaat brengt dat aanzienlijke meerkosten met zich mee. Een betaalterminal is tegenwoor-dig echter goed te betalen. Naast de 'vaste'

terminal is er nu ook ActivePay, een oplossing waarbij patiënten kunnen betalen via een termi-nal die via een draadloze verbinding gekoppeld is aan hun smartphone."

Meer veiligheid "Naast de praktische aspecten verhogen

deze elektronische betaaloplossingen ook de veiligheid", vult Michael Devillers aan. "Ik denk daarbij onder meer aan huisartsen met wacht-dienst. Minder cash op zak of in de praktijk hebben is een echt preventiemiddel." Apothekers die eveneens wachtdiensten moeten draaien kunnen de risico’s verminderen dankzij Payconiq, een app die iedereen makkelijk kan installeren op zijn of haar smartphone. Ze kunnen er betalingen mee aanvaarden zonder fysiek contact. Met andere woorden: zonder dat ze de deur van hun apo-theek open hoeven te doen, en zelfs zonder dat ze een betaalterminal tevoorschijn hoeven te halen."

De apotheek op internet "Daarnaast stellen we apothekers ook ePay

ter beschikking, een elektronische betalings-oplossing voor handelswebsites", vervolgt onze gesprekspartner. "De patiënt bestelt wat er op het voorschrift staat op de website van de apotheker en betaalt de rekening online. Vervolgens hoeft hij alleen nog maar zijn voorschrift op te komen halen uit een beveiligd kluisje aan buitenkant van de apotheek. Apothekers hoeven dus niet langer tot ’s avonds laat open te blijven om patiënten na werktijd te ontvangen. Een echt pluspunt, zowel voor de klanten als voor de apothekers!"

Wilt u hier meer over weten? Neem gerust contact op met uw Business Banker om te praten over de meest geschikte oplossingen voor uw activiteiten.

Michael DevillersCategory ManagerRetail Business Clients – Commercial ApproachING België

© Fo

to’s:

V.R.

ING219-Focus-NL.indd 9 22/06/17 10:27INGN0219_009_AN686621.pdf

INGOnderneming

Oprichtingsjaar2001 Activiteit Ziekenhuisgroep LocatieDe regio Luik

Personeel4050 werknemers en 800 zelfstandigen

www.chc.be

10

Success story

CHC Liège

Een betere aanpak van het zorgaanbod in Luik

In 2001 besluiten twee Luikse ziekenhuisgroepen te fuseren. Een jaar later ontstaat er onrust in de gloednieuwe groep ... Maar dankzij de invloed van Alain Javaux komt het ziekenhuis deze problemen te boven en laat ze zich gelden als een van de meest dynamische spelers in de sector.

ING219-SuccessSt-F-NL.indd 10 22/06/17 12:28INGN0219_010_AN687760.pdf

Ondernemers-tips

Neem tijd voor de strategieWerk regelmatig aan uw strategisch plan: dat moet een echte managementtool worden, en niet zomaar een document om één keer per jaar te herzien en vervolgens onderin de lade te leggen.

Stimuleer diversiteitDe grootste fout die een manager kan maken is het aanwerven van klonen van zichzelf. De rijkdom van een groep komt voort uit de diversiteit van de persoonlijkheden van de teamleden en hun cog-nitief handelen, vooral binnen een directieteam.

Managen op basis van doelstellingenGroepdynamieken leren ons dat een gemeen-schappelijke doelstelling structuur geeft aan een

groep. Leg begrijpe-lijke doelen vast en deel ze op een heldere en duide-

lijke manier mee. Herhaling heeft

een structure-rende rol en is daardoor belangrijk.

11

Op initiatief van Algemeen Directeur Lucien Hénon gaan de Cliniques Saint-Joseph in 2001 een fusie aan met het CHVE (Centre Hospitalier Saint-Vincent - Sainte-Élisabeth). Samen vormen ze het CHC (Centre Hospitalier Chrétien). "Mijn voorgan-ger had goed begrepen dat kleine, afzonderlijke ziekenhuizen gedoemd waren om te verdwijnen of te veranderen in buurtziekenhuizen", legt Alain Javaux uit. Sinds 2002 is hij Algemeen Directeur van het CHC. "Het behoud van zwaar materieel en de geavanceerde technieken die nodig zijn om complexe gevallen aan te pakken vereiste een fusie. Alleen op deze manier werd een aan de noden van de regio aangepaste strategische herstructurering mogelijk. De nieuwe instelling zou ruim 1050 bedden tellen en opgewassen zijn tegen de twee regionale zwaargewichten in de ziekenhuissector: het CHU de Liège en het CHR de la Citadelle. In die tijd was ik net directeur geworden van de Clinique Saint-Joseph. We waren zeer enthousiast, want het project leek ons enorm betekenisvol."

Zwaar weer"Jammer genoeg werd mijn voorganger

in 2002 plots getroff en door een fatale ziekte. Het pas opgerichte CHC zat zonder bestuurder en zonder toekomstvisie", herinnert onze gesprekspartner zich. "Bovendien eindigden de jaarrekeningen van 2001 en 2002 in het rood. We moesten op hetzelfde moment de fi nanciële situatie rechttrekken én een strategisch plan uitwerken waar iedereen achter kon staan. In die tijd bestond het CHC namelijk niet alleen uit ziekenhuizen, maar ook uit poliklinieken en rust- en verzorgingstehuizen. We hadden bijgevolg nood aan een zinvolle strategie om alle neuzen in dezelfde richting te krijgen."

Een andere aanpak met een nieuwe directie

Alain Javaux wordt benoemd tot Algemeen Directeur van de nieuwe speler. "Ik heb me onmiddellijk sterk gemaakt om samen met de directies van de verschillende instellingen een groepsstrategie te defi nië-ren. Van meet af aan hebben we besloten om de plaatselijke besturen te behouden, in plaats van alles te groeperen – zoals dat gebruikelijk is in de sector. Dankzij een centrale directie kon ervoor gezorgd worden dat elke instelling zich aan zou sluiten bij de algemene strategie van de groep. Dit zorgde ervoor dat informatie kon komen bovendrij-ven en leidde tot plaatselijke initiatieven die aansloten op de algemene strategie."

Omgaan met de strategie ...Vanaf 2003 besluit Alain Javaux om stra-

tegische comités aan te stellen die vaak en op gezette tijden bijeenkomen. "Wie manager is heeft snel de neiging om heel geconcentreerd bezig te zijn, ongeacht zijn of haar niveau binnen de organisatie", legt onze gespreks-partner uit. "Toen ik nog bankier was volgde ik een cursus tijdmanagement. Tijdens een gesprek vertelde een mede-cursist me dat hij erin slaagde om wekelijks te gaan zwemmen, ondanks zijn verantwoordelijkheid. Hoe hij dat deed? Elk jaar in januari blokkeerde hij weke-lijks drie middagen in zijn agenda, om er zeker van te zijn dat hij toch minstens één keer per week kon gaan zwemmen. Een goede les: reserveer fl ink van tevoren ruimte in uw agenda voor belangrijke zaken. Ondanks de ups en downs zult u zich er in de meeste gevallen aan kunnen houden."

Wie is Alain Javaux?Na een licentiaat in de psychologie begint Alain Javaux te werken in een psychiatrische instelling. "Na mijn militaire dienst wilde ik de weg van het management inslaan en ging voor een bank werken. Ik ben er 13 jaar gebleven. Na een basisopleiding en stages rond alle denkbare bancaire thema’s werkte ik als adviseur op het gebied van informatica-procedures. Dit was ten tijde van de eerste informatiseringsgolf van bankoperaties en de opkomst van telecommunicatie tussen banken en ondernemingen. Vervolgens werd ik kwaliteitsmanager en daarna manager voor de particuliere markt voor drie provincies. Daarna werd ik HR-manager voor de hele bank."

Een waardevolle ervaring"Toen ik aan de slag ging als directeur van de Clinique Saint-Joseph heb ik een licentiaat ziekenhuismanagement behaald. Maar ik heb nog dagelijks profi jt van mijn ervaring en mijn eerste opleiding: de ideeën over groepsdynamiek die ik bestudeerde als psycholoog zijn nog elke dag bruikbaar. Net zoals mijn ervaring in het bank- en ondernemingswezen."

groep. Leg begrijpe-lijke doelen vast en deel ze op een heldere en duide-

lijke manier mee. Herhaling heeft

een structure-rende rol en is daardoor belangrijk.

de ups en downs zult u zich er in de meeste gevallen aan kunnen houden."

thema’s werkte ik als adviseur op het gebied van informatica-procedures. Dit was ten tijde van de eerste informatiseringsgolf van bankoperaties en de opkomst van telecommunicatie tussen banken en ondernemingen. Vervolgens werd ik kwaliteitsmanager en daarna manager voor de particuliere markt voor drie provincies.

"Toen ik aan de slag ging als directeur van de Clinique Saint-Joseph heb ik een licentiaat ziekenhuismanagement behaald. Maar ik heb nog dagelijks profi jt van mijn ervaring en mijn eerste opleiding: de ideeën over groepsdynamiek die ik bestudeerde als psycholoog zijn nog elke dag bruikbaar. Net zoals mijn ervaring in het bank- en

ING219-SuccessSt-F-NL.indd 11 22/06/17 12:28INGN0219_011_AN687760.pdf

INGOnderneming12

Success story

... in de dagelijkse praktijk"In het CHC besloten we om de veertien

dagen samen te komen met de verschillende directies van de groep, om buitenshuis over onze strategie te praten", gaat Alain Javaux verder. "Die manier van werken verbindt en schept vooral een opvolgingsdynamiek. Ons strategisch plan is niet zomaar een document dat we één keer per jaar uit de kast halen. Het is een echte managementtool die we perma-nent aanpassen en bijwerken, afhankelijk van hoe onze omgeving evolueert. Die aanpassing gebeurt onder meer dankzij de plaatselijke besturen, die voortdurend strategisch toezien op hun werkterrein. Daardoor reageren we sneller en benutten we meer kansen. Dat is vooral van belang omdat daardoor het management de richtsnoeren niet vergeet en deze permanent deelt met de teams. Ik geef nog een ander voor-beeld. Twee keer per jaar organiseren we een middag voor de kaderleden, die hun initiatieven komen uitleggen. Als de vergadering van start gaat leg ik telkens de strategiekaart op tafel, zodat iedereen het als richtsnoer kan blijven gebruiken. Mede daardoor zijn de voorgestelde lokale initiatieven in overeenstemming met de algemene strategie van het CHC."

Een nieuw ziekenhuis"In 2006 nam de raad van bestuur van het

CHC een moedige beslissing, die belangrijk was voor onze toekomst: we gingen drie sites opgeven, waaronder de Clinique Saint-Joseph. De dienstverlening werd gebundeld in een nieuw ziekenhuis, de Clinique du MontLégia. Ondanks de gevoelige uitdaging kwamen de strategi-sche comités gezamenlijk tot het besluit dat het CHC er alle belang bij had om de drie sites te groeperen." Om de hele operatie te fi nan-cieren deed het CHC een beroep op subsidies en bank fi nanciering. "Het is een buitengewoon avontuur, zowel voor ons als voor het bankcon-sortium dat belast is met de fi nanciering. Gezien de kolossale omvang van het budget hebben noch wij noch de banken er belang bij dat het project mislukt. Vanaf het begin zijn we samen vooruit gegaan. Het is een echt partnerschap, en niet zozeer een klant-leverancierrelatie."

Verschillende projectenMaar het nieuwe ziekenhuis is niet het enige

ontwikkelingsplan van het CHC. "Een andere sterke groeipool is die van de rust- en verzor-gingstehuizen (RVT’s). In 2002 beheerden we ongeveer 350 plaatsen in RVT’s. Vandaag zijn dat er al meer dan 700 en in sommige tehuizen bestaan er uitbreidingsplannen. In Ans komt er trouwens een nieuwe vestiging, wat het totaal aantal plaatsen op 900 moet brengen", verduidelijkt onze gesprekspartner. "Een ander ontwikkelingsplan betreft de kinderdagverblij-ven. Waarom? Niet alleen omdat pediatrie een van de medische pijlers van het CHC is, maar ook omdat de kinderen van ons personeel terecht kunnen in de crèche. Op fi nancieel vlak blijft het een uitdaging om de rekeningen van een kinderdagverblijf in evenwicht brengen. En toch rechtvaardigt het huidige tekort aan crèches die investering. We weten dat we inspringen op een reële nood binnen de plaatse-lijke gemeenschappen."

Een samenwerking die al heel lang duurtDe relatie tussen ING en het CHC stamt uit de tijd van de Saint-Vincent en Sainte-Élisabeth ziekenhuizen. "Bij de oprichting van het CHC liep de samenwerking gewoon verder", benadrukt Eric Vereecken, Relationship Manager Institutional bij ING België. "We hebben dus een aandeel gehad in de fi nanciering van het nieuwe MontLégia ziekenhuis. Het is een grote investering – naast de Europese Investeringsbank zijn er vier banken bij betrokken – en vooral een mooi project. Het ziekenhuis werd van a tot z ontworpen op basis van de behoeften van de patiënten en andere noden. Zo is de ergonomie van de kamers het onderwerp van een proefproject in een ander ziekenhuis van de groep."

Dagelijkse contactenING beheert ook een deel van de dagelijkse verrichtingen van het CHC. "Bijvoorbeeld de fi nancieringen die verband houden met het medisch materieel en de inrichting van de andere instellingen van de groep", verduidelijkt Eric Vereecken. "Bovendien hebben we regelmatig contact om de resultaten van de groepsstrategie te bespreken, zoals we dat ook doen bij bedrijven. Die communicatie is bijzonder belangrijk, omdat ze zich afspeelt op lokaal niveau. Onze benadering is dat we altijd zo dicht mogelijk bij onze klanten willen staan."

© Fo

to's:

Laet

izia

Bazz

oni

Eric VereeckenRelationship Manager InstitutionalING België

Een gemeenschappelijke doelstelling geeft structuur aan een groep.

ING219-SuccessSt-F-NL.indd 12 22/06/17 12:28INGN0219_012_AN687760.pdf

13

Insight

Vergrijzing

De uitdagingen van de rusthuissector

De zesde staatshervorming en de vergrijzing hebben een aanzienlijke impact op de evolutie van rusthuizen en rust- en verzorgingstehuizen. ING heeft aan studiebureau Probis gevraagd om een balans op te maken van de huidige situatie en de uitdagingen voor de toekomst te schetsen.

Het eerste deel van de studie over de sector van de rusthuizen (RH’s) en de rust- en verzor-gingstehuizen (RVT’s) bestaat uit interviews die afgenomen werden in de drie gewesten. "Alle geïnterviewden benadrukken de budgettaire uitdagingen die de regionalisering met zich meebrengt", aldus Jeroen Trybou, hoogleraar aan de UGent en Senior Advisor bij studie-bureau Probis, dat de studie leidde. "Ondanks de al door gevoerde besparingen zullen ze nog meer moeten doen met hetzelfde budget. Dat betekent dat er zich twee trends aandienen: enerzijds een grondige hervorming van de sector, anderzijds een verlenging van de periode van thuiszorg, om de opname in een RH of een RVT zo lang mogelijk uit te stellen."

De regels consolideren en eenvormig maken

De hervorming van de sector vereist een consolidering. "De situatie is ietwat bijzonder. Zo vinden we in de sector zowel commerciële bedrij-ven als overheids- en non-profi tinstellingen", licht professor Trybou toe. "Op alle fronten is het hervormingsproces ingezet. Bij de commerciële bedrijven gaat het meer om een consolidatiegolf, bij de overheids- en non-profi tinstellingen om samenwerkings- en hergroeperingsovereen-komsten. In de drie gevallen is het doel hetzelfde: schaalvoordelen nastreven en expertise bundelen binnen eenzelfde structuur. Maar de hervorming moet nog verder gaan en tot eenvormige regels leiden, zodat alle instellingen op voet van gelijkheid behandeld worden. In combinatie met

een betere meting van de zorgkwaliteit zal deze uniformisering bovendien meer transparantie en een nog betere aanpassing van de zorg aan de profi elen van de bewoners mogelijk maken. Technisch gezien zou een persoons- in plaats van een instellingsgerichte fi nanciering die trend moeten bevorderen, maar er ook voor moeten zorgen dat ouderen zo lang mogelijk thuis kunnen blijven. Dat zou ertoe moeten leiden dat de evolutie van de vraag naar bedden minder automatisch gekoppeld is aan de toename van de vergrijzing."

Een groter zorgbudget Een becijferde analyse van het tweede en

het derde deel van de studie brengt nog meer interessante trends aan het licht. De omkade-ring is bijvoorbeeld groter in Vlaanderen (met 12,3 voltijdse equivalenten (VE) per bewoner) dan in Brussel (10,1 VE) en in Wallonië (9,2 VE). Eén van de verklaringen voor die trend is dat er in Vlaanderen historisch gezien meer rust- en verzorgingstehuizen zijn dan in de andere regio’s. Hierdoor verblijven in Vlaanderen meer cliënten die zorg behoeven, hetgeen meer personeel vereist. "We zien in de drie gewesten een boeiende trend. Meer dan 75% van de instel-lingen hebben hun investeringen in personeel sterker verhoogd dan de fi nancieringsenveloppe vereist. De gemiddelde verhoging bedraagt 805 euro extra loonkosten per bewoner per jaar, en 25% van de instellingen haalt zelfs een bedrag tot 2949 euro. De sector investeert dus massaal in de zorgkwaliteit voor de patiënt."

Jeroen TrybouHoogleraar UGentSenior Advisor Probis

© Fo

to's:

V.R.

Bent u geïnteresseerd in deze studie?Als u de volledige studie wenst te ontvangen en op de hoogte wenst te blijven van onze evenementen of initiatieven rond gezond-heidszorg, neem dan contact op met uw Relationship Manager of laat het ons weten via e-mail: socialprofit.and.publicsector@ing.be.

ING219-InSight-NL.indd 13 20/06/17 16:42INGN0219_013_AN683339.pdf

INGOnderneming

Tax & Finance

14

Vastgoed

Een stabiele basis voor uw gesplitste aankoop

Heel wat artsen overwegen om vastgoed aan te kopen en er zowel hun dokterspraktijk als hun privéwoning in onder te brengen. Of die keuze nu al dan niet fiscaal van aard is, de zaken correct aanpakken is belangrijk om er een écht interessante operatie van te maken …

Een van de traditionele oplossingen bij de aankoop van gemengd vastgoed (privé/professio-neel) bestond erin de aankoop te laten doen door zijn of haar medische vennootschap. Enerzijds stelde het bedrijf in kwestie de woning gratis ter beschikking en gaf het bij de fiscus aan als toe-kenning van een voordeel van alle aard, waarover de arts belastingen moest betalen. Anderzijds kon de onderneming de kosten en de afschrijvingen voor het gebouw aftrekken, en op die manier de belastbare grondslag aanzienlijk drukken. Door de sterk toegenomen fiscale druk met betrek-king tot voordelen van alle aard is die oplossing minder interessant geworden. Toch situeert het probleem zich ergens anders. Aangezien het pand

ondergebracht is binnen de vennootschap is een eventuele uitstap onmogelijk zonder negatieve fiscale gevolgen, bijvoorbeeld na overdracht van de activiteiten. Het gaat dan onder meer over een meerwaardebelasting.

Vruchtgebruik en blote eigendom Vandaar dat er andere opties zijn ontwik-

keld. Een van de meest populaire opties is om de eigendom te splitsen van het vastgoed, een operatie die 'vruchtgebruik' of 'gesplitste aankoop' werd gedoopt. "Het principe is een-voudig", aldus François Collon, advocaat-fiscalist bij Hirsch & Vanhaelst. "Bij de aankoop wordt de eigendom van het goed in twee delen gesplitst:

De gesplitste aankoop van een gemengd pand blijft een interessante optie, op voorwaarde dat u voorzich­tig bent.

U kunt daarbij maar beter de eisen van de belasting­administratie inwilligen.

Advies van één of meer deskundigen (advocaat, vastgoedexpert, fiscalist) is daarbij een absolute must.

ING219-TaxFin-NL.indd 14 21/06/17 11:06INGN0219_014_AN684373.pdf

15

vruchtgebruik en blote eigendom (zie kadertekst). De vennootschap verwerft het vruchtgebruik, waardoor ze gedurende een vaste termijn kan profi teren van het pand. Deze termijn is vastge-legd in de aankoopakte. De arts koopt de blote eigendom. Hij heeft niet het vruchtgebruik van het goed, maar heeft wel de volle eigendom tot het vruchtgebruik afl oopt."

De fi scale voordelen van deze aankoopfor-mule zijn aanzienlijk. Zo heeft de arts de waarborg dat hij op de vervaldag van het vruchtgebruik de volle eigendom van het pand verwerft, zonder op dat moment vergoedingen, belastingen of registratierechten te moeten betalen. De ven-nootschap mag van haar kant de kosten van het gebouw (onroerende voorheffi ng, onderhouds- en herstellingskosten, fi nanciële lasten, enzovoort) aftrekken als beroepskosten, en kan de waarde van het vruchtgebruik afschrijven voor de vastge-legde termijn (zonder enige andere beperking).

De fi scus houdt een oogje in het zeil …

Deze gunstige context leidde echter tot een aantal misbruiken die de belastingadministratie snel ter ore zijn gekomen. De verhoogde waak-zaamheid van de fi scus heeft de operatie niet complexer gemaakt, maar de betrokkenen zijn wel gewaarschuwd om voorzichtiger te zijn bij het maken van hun keuzes. Mits enkele voorzorgs-maatregelen worden genomen is deze constructie nog altijd interessant. Om de operatie zo water-dicht mogelijk te maken moet wel voldaan worden aan de vereisten van de fi scus. De Dienst Voorafgaande Beslissingen in fi scale zaken van de FOD Financiën is belast met het opmaken van rulings (www.ruling.be): bindende voorschriften voor de administratie over de fi scale verwerking van een operatie. De dienst heeft een 'prefi -ling-procedure' voor vruchtgebruikconstructies in het leven geroepen, nog voor de indiening van een offi ciële rulingaanvraag. Of de administratie vooraf haar goedkeuring verleent hangt voortaan volledig af van de motivering van de operatie. De arts moet bewijzen dat het om een concreet en goed onderbouwd project gaat. Vandaar dat het belangrijk is om constructies die elke fi nanciële en economische logica missen te vermijden. Om welke motiveringen gaat het precies?

1. De rentabiliteit van het project aantonen

De toekomstige blote eigenaar moet bewijzen dat hij niet de belastingen wil omzeilen, maar een rendabel vastgoedproject op poten wil zetten. Hij moet aantonen dat de investering niet ten koste gaat van de vennootschap. Stel dat een derde er de bestuurder van was, zou de gesplitste aankoop dan nog een economisch nut hebben gehad? Deze vraag is niet gemakkelijk te beantwoorden … Een fi nancieel plan opmaken kan nuttig zijn, met name om te bewijzen dat de huur opbrengsten die de vennootschap int hoger liggen dan de vastgoedkosten.

Voordelen van alle aard: opgelet! Een van de bedoelingen van deze constructie is dus om de arts en zijn gezin te laten wonen in het pand. Deze beschikbaarstelling wordt door de administratie gezien als een voordeel van alle aard (VAA) dat door de vennootschap wordt toegekend. Momenteel kan de forfaitaire bepaling van dit VAA soms negatief uitvallen voor de belastingplichtige. Om dat te voorkomen kan de arts huur betalen aan de vennootschap. Om door de fi scus aanvaard te worden moet die huurprijs echter voldoende hoog zijn. Voorzichtigheid blijft hoe dan ook geboden. Zo is het aan te raden om de gangbare huurprijs voor een gangbare marktprijs te laten bepalen door een vastgoedexpert, en om de huurovereenkomst te laten registreren. Een andere mogelijkheid is een vermindering van het privéaandeel van het pand … en een verhoging van het beroepsgebruik van het goed!

François CollonAdvocaat-fi scalist Hirsch & Vanhaelst

ING219-TaxFin-NL.indd 15 21/06/17 11:06INGN0219_015_AN684373.pdf

INGOnderneming

Tax & Finance

16

2. Het vruchtgebruik economisch valoriseren

Een tweede belangrijke hinderpaal was vaak de spreiding van de waarde van de eigendom tussen vruchtgebruik en blote eigendom. "Een te lage waardering van de blote eigendom betekent dat het grootste deel van de aankoopkosten wordt afgewenteld op de vennootschap", verduidelijkt François Collon. "Dat verklaart waarom de fiscus lange tijd sceptisch heeft gestaan tegenover deze constructies, temeer omdat veel belas-tingplichtigen genoegen namen met een ietwat gewaagde schatting: 80% van de volle eigendom van het goed voor het vruchtgebruik, en 20% voor de blote eigendom. Maar zowel de fiscus als de rechtbanken hebben intussen orde geschapen en benadrukken dat de waarde van het vruchtgebruik economisch gerechtvaardigd moet worden."

Concreet bestaan er verschillende formules. Ze zijn gebaseerd op de geactualiseerde netto-waarde van het bruto huurrendement gedurende de looptijd van het vruchtgebruik. Daarvan worden de door de vruchtgebruiker te betalen kosten afgetrokken. Bovendien moet er rekening gehouden worden met de algemene toestand van het gebouw, de uit te voeren werken, de kosten van de vruchtgebruikconstructie en de daadwerkelijke bestemming die de vennootschap geeft aan het goed. De Dienst Voorafgaande Beslissingen (DVB) eist vaak dat een onafhankelijk expert een rapport opmaakt van die schatting. Deze aanpak mag dan omstreden zijn, ze heeft tenminste het voordeel dat ze vlot wordt goedge-keurd door de belastingadministratie …

3. Een correcte schatting maken van de looptijd

Ook de duur van het vruchtgebruik is discuta-bel. De voorbije jaren heeft de DVB hierover met twee monden gesproken met als doel om vrucht-gebruikconstructies die de vruchtgebruiktermijn tot slechts 8 à 10 jaar beperkten tegen te gaan. Na een poging om 30 jaar als norm te stellen heeft de DVB de minimumperiode op dit moment vastgelegd op 20 jaar, in sommige gevallen zelfs op 15 jaar. Een soepele regeling waarvan u beter geen misbruik maakt, want alles wordt telkens geval per geval onderzocht. Temeer omdat een 'billijke duur' niet zonder voordelen is. Zo beschermt een billijke duur de blote eigenaar op de vervaldag tegen een belasting op het vrucht-gebruik vanwege een te korte looptijd. De fiscus zou een overwaardering van het vruchtgebruik in combinatie met een te korte looptijd immers kunnen beschouwen als een voordeel van alle aard, dat de vennootschap met het vruchtgebruik toekent aan de blote eigenaar.

4. Een optimale professionele bestemming toekennen

De vruchtgebruikconstructie heeft alleen zin als de arts er daadwerkelijk zijn praktijk vestigt. Hoe groter het professionele gedeelte, hoe meer kosten de vennootschap mag aftrekken en hoe lager het belastbare VAA. Uiteraard moet de

bestemming redelijk blijven en onderbouwd worden met overtuigende argumenten: een huurovereenkomst tussen vennootschap en beheerder met beschrijving van het privége-deelte, een binneninrichting die in verhouding staat tot de gekozen verdeling, enzovoort. Voor dit laatste punt telt de oppervlakte van de vertrekken die specifiek bestemd zijn voor de praktijk: het kantoor, de behandelkamer en de wachtzaal. Plus een percentage van de toiletten, de garage, de kelder en de inkomhal. Maar let op: overdrijf niet met de aangegeven bestemmingen. Zo voorkomt u dat u de fiscale administratie op uw dak krijgt. Bij een geschil ligt de bewijslast immers bij de arts …

5. Letten op het verband tussen de lasten en het maatschappelijk doel van de vennootschap

De aftrekbaarheid van de kosten voor het vruchtgebruik is een cruciale kwestie (vooral de afschrijving). Want ondanks verschillende arresten van het Hof van Cassatie blijft de fiscus eisen dat de kosten niet alleen bestemd zijn "om belastbare inkomsten te verwerven of te behouden", maar ook samenhangen met het maatschappelijk doel van de vennootschap. Om die reden is het erg belangrijk dat de vennootschap grondig en nauwkeurig haar statuten opstelt. Daarin moeten onder meer de activiteiten vermeld worden die verband houden met vastgoedoperaties en het vermogensbeheer.

© Fo

to's:

V.R.

Een beetje juridisch jargon … In een vastgoedcontext betekent vruchtgebruik het recht om een goed te gebrui­ken en er de inkomsten van te innen. De vruchtgebruiker heeft zowel recht op het gebruik als op de opbrengst. Hij heeft dus de keuze: ofwel het gebouw betrekken zonder huur te betalen, ofwel het gebouw huren en de huurprijs ontvangen.

Omgekeerd betekent blote eigendom: over een goed beschikken en het bijvoor­beeld mogen verkopen, maar zonder over het gebruik te mogen beschikken (het vruchtgebruik in juridische termen) of inkomsten te mogen verwerven.

Wanneer de vastgoedrechten op die manier verdeeld worden tussen vrucht­gebruiker en blote eigenaar spreken we van de 'splitsing' van de eigendom. Wanneer een vastgoedaankoop neerkomt op de splitsing van de eigendom in vruchtgebruik en blote eigendom, spreken we van een gesplitste aankoop.

ING219-TaxFin-NL.indd 16 21/06/17 11:06INGN0219_016_AN684373.pdf

17

At your side

Business Bankers

Ten dienste van alle spelers in de gezondheidszorg

In de loop der jaren heeft ING een geïntegreerde aanpak ontwikkeld voor het 'ecosysteem' van de gezondheidszorg. Iedereen profiteert hiervan, van artsen tot ziekenhuisinstellingen, rusthuizen en ziekenfondsen.

In sommige sectoren van de economie is er zo'n sterke symbiose tussen spelers van verschillende grootte dat er objectief van een ecosysteem gesproken kan worden. "Dat is in het bijzonder het geval in de gezondheids­sector", aldus Saskia Bauters, Head of Public Sector & Social Profit bij ING. "Neem nu een ziekenhuis: enerzijds zijn er zeer sterke banden met tal van artsen, of ze nu een zelfstandige praktijk of een vennootschap hebben. Maar ook met de ziekenfondsen, die op hun beurt banden hebben met artsen, tandartsen, kinesitherapeuten of zelfstandige verpleeg­kundigen … Hetzelfde geldt bijvoorbeeld voor rusthuizen. De interacties in de wereld van de gezondheidszorg zijn talrijk en complex, en ook de farmaceutische sector is sterk verweven met dit ecosysteem."

Lokale expertise, nationale steun ING ontwikkelt al sinds jaren een speci­

fieke en meer geïntegreerde aanpak van de sector. "Uiteraard willen we in de eerste plaats onze cliënten centraal blijven stellen", verdui­delijkt onze gesprekspartner. "Niet voor niets werken we enerzijds met onze gespecialiseerde Relationship Managers, die de dagelijkse leefwe­reld van hun cliënten goed kennen. Anderzijds werken we met een nationaal kenniscentrum. De experts die daar werkzaam zijn kennen de sector door en door en ondersteunen de Relationship Managers. Indien nodig gaan ze mee naar cliënten voor belangrijke strategische vergaderingen. Ze trekken ook enorm veel tijd uit om alle betrokken partijen te ontmoeten, en stellen zelfs 'inhoudelijke' ideeën voor die het volledige ecosysteem kunnen interesseren."

Van zelfstandigen tot grote instellingen: ING biedt een geïntegreerde aanpak voor de gezondheidssector. De grote symbiose tussen alle actoren heeft tot een ecosysteem geleid dat ING zo goed mogelijk wil kennen. De persoonlijke aanpak blijft centraal staan, met voor elke cliënt een contact­persoon die sector goed kent en samenwerkt met huisexperts.

ING219-AtYourSide-NL.indd 17 21/06/17 11:07INGN0219_017_AN684429.pdf

INGOndernemingINGOnderneming18

At your side©

Foto

's: V.

R.

Zeer populaire studies Sinds begin dit jaar heeft ING in samen­

werking met gespecialiseerde consultants drie uitvoerige studies verricht over de uitdagingen die de sector te wachten staan. "De eerste studie is uitgevoerd in samenwerking met het Antares Consulting en biedt een grondige verkenning van het Belgische ziekenhuisland­schap", aldus Saskia Bauters. "We hebben de sector bestudeerd en vergeleken met andere Europese landen die hervormingen hebben doorgevoerd. De conclusies en best practices zouden we in België kunnen overnemen. De studie werd voorgesteld tijdens een evenement (zie het artikel op pagina 22, nvdr), waar­voor we onder meer vertegenwoordigers van beroeps federaties en vertegenwoordigers van de overheid hadden uitgenodigd. We krijgen momenteel vanuit het hele ecosysteem aanvra­gen voor exemplaren van de studie, bijvoorbeeld van artsenforums, ziekenhuisleveranciers en vertegenwoordigers van de farmaceutische sector. Daarnaast zijn er twee andere studies uitgevoerd met betrekking tot ouderenzorg, in samenwerking met het studiebureau Probis. In het brede kader van onze aanpak kunnen deze studies onze geloofwaardigheid versterken. Zo kunnen we meer dan een traditionele bankiers­rol vervullen en onze cliënten ondersteunen. Kortom, we bewijzen dat we de sector en bijhorende uitdagingen perfect kennen en als partner inzicht hebben in de strategische uit­dagingen en langetermijnredeneringen waarop de projecten van onze cliënten gebaseerd zijn. We stellen vast dat die aanpak werkt: alleen al de afgelopen vijf jaar is onze kredietportefeuille met bijna 40% gestegen, net als ons marktaan­deel. En we krijgen heel wat positieve reacties van onze cliënten, die ontzettend blij zijn dat ze in hun bankier ING de gesprekspartner vinden die hen begrijpt, hun uitdagingen kent en weet waarover hij het heeft."

Allround bankiers Op dit moment is de doelgerichte aanpak

uitgebreid naar de hele sector. Alle kleine structuren werden gehergroepeerd binnen een specifi eke pool, 'Medicalis'. Medicalis werd begin 2017 offi cieel gelanceerd, na een testjaar in de drie gewesten van het land. "Onze aanpak is vergelijkbaar met de methode die we hebben ontwikkeld voor de grote instellingen in de sector. We hebben een team van gespeciali­seerde Business Bankers opgericht. Dit team zal het bevoorrechte aanspreekpunt van onze cliënten worden", licht Philippe Hugon toe, directeur Retail Sales Zone Zuid bij ING België. Deze gespecialiseerde bankiers beperken zich echter niet uitsluitend tot de beroepsactiviteit van hun cliënten. "Ze dienen ook als tussenper­soon voor vragen in verband met de privésfeer. Gezondheidsprofessionals zijn immers zeer drukbezette mensen die veel investeren in de relatie met hun patiënten. Daardoor is hun vrije tijd beperkt en is het voor hen zinvol om al hun noden te bespreken op het moment dat ze een afspraak hebben met hun bankier. We volgen hun logica."

Meer dan bankiers Net als de gespecialiseerde bankiers van het

team 'Public sector and social profi t' nemen de Business Bankers van Medicalis geen genoegen met hun bankiersrol. "We zijn er ook om exper­tise en een netwerk te leveren wanneer daar behoefte aan is", vervolgt Philippe Hugon. "We willen advies geven en aangepaste oplossingen bieden op elk belangrijk moment in hun carrière. Dat begint bij de artsenstage, waarbij we vooral hun privérekeningen beheren. En het krijgt een vervolg op het moment dat ze zich vestigen, een vennootschap oprichten of zich associëren. We zijn er bijvoorbeeld ook om apothekers te helpen bij de overname van een zaak, of kinesithera­peuten bij de lancering van hun activiteit. We stellen niet alleen producten op maat voor, maar brengen onze cliënten op verzoek ook in contact met boekhouders of fi scalisten die de gezondheidssector goed kennen." Hoewel deze benadering nog maar van recente datum is werpt ze nu al haar eerste vruchten af. Dit bevestigt het gevoel dat de gezondheidssector wel degelijk een complex ecosysteem is dat een gediff erentieerde aanpak verdient.

Drie studies om een beter inzicht te krijgen in het ecosysteem - De uitdagingen van het Belgische ziekenhuissysteem in het licht van

internationale ervaringen (studie in samenwerking met ANTARES)- De sector van de rusthuizen onder de loep: trends, uitdagingen en indicatoren

(studie uitgevoerd in samenwerking met PROBIS) - De markt van de servicefl ats: beschrijving, succesfactoren en vergelijkende

analyse (studie uitgevoerd in samenwerking met PROBIS)

Wilt u een exemplaar van een van deze studies ontvangen of op de hoogte te blijven van evenementen en initiatieven die te maken hebben met de gezondheidssector? Neem contact op met uw Relationship Manager of stuur een e­mail naar socialprofi t.and.publicsector@ing.be.

Saskia BautersHead of Public Sector & Social Profi tING België

Philippe HugonDirecteur Retail Sales Zone Zuid ING België

Onze aanpak is vergelijkbaar met de

methode die we hebben ontwikkeld voor de grote instellingen in de sector

ING219-AtYourSide-NL.indd 18 21/06/17 11:07INGN0219_018_AN684429.pdf

19

Trends watch

Digitalisering zorgsector

Z-plus verenigt innovaties in de thuiszorgTwee grote spelers in de thuiszorg hebben het initiatief genomen om Z-plus op te richten: een platform dat innovatieve technologieën in de zorgsector verenigt en aanbieders van zorg wil ondersteunen bij de selectie ervan.

Digitalisering in de zorgsector: het is een evolutie die al lang aan de gang is. Belgische hightechbedrijven als Imec en Fifthplay zijn al heel wat jaren bezig met de ontwikkeling van nieuwe technologieën, zoals sensoren die suikerspiegel en bloeddruk kunnen opmeten. Of wearables om ouderen of zorgbehoevenden thuis op te volgen. Het aanbod in de zorgsector is dermate groot dat Thuishulp vzw (de thuis-zorgdienst van de Socialistische Mutualiteit) en Solidariteit voor het Gezin vzw, samen met de thuisverplegingsdiensten Sovervlag en Thuisverzorging in Solidariteit, Z-plus hebben opgericht om nieuwe technologie beschikbaar te maken in de thuiszorgsector.

Thuiszorg evolueert"We leven in een 24-uurseconomie waarin

patiënten de klok rond een beroep moeten kunnen doen op interventies van professione-len", aldus Erwin Devriendt, Algemeen Directeur van Solidariteit voor het Gezin. "Daarenboven zien we dat de organisatie van de digitalisering van de zorg nog geoptimaliseerd moet worden. En er kunnen ook nieuwe digitale innovaties ingezet worden."

"De partners van Z-plus merkten afzon-derlijk van elkaar dat er een probleem was om tegemoet te komen aan de grote vraag aan thuiszorg", zegt Karin Van Mossevelde, Directeur Gezondheid bij de Socialistische Mutualiteiten.

Z-plus wil iedereen de mogelijkheid geven om zo lang mogelijk thuis te blijven wonen, met de grootst mogelijke autonomie. Het platform heeft een dispatching- en ondersteu-ningsfunctie. Z-plus richt zich op woon-zorgcentra, huisartsenprak-tijken, assistentiewoningen, OCMW’s en mutualiteiten.

ING219-TrendsW-NL.indd 19 21/06/17 11:08INGN0219_019_AN684502.pdf

INGOnderneming

Trends watch

20

"Mensen blijven langer en vaker thuis, worden ouder en krijgen te maken met een complexere zorgproblematiek. Mensen wachten vaak langer om naar een woonzorgcentrum te gaan of vertrekken sneller uit het ziekenhuis. Daarnaast wordt het moeilijker om personeel met speci-fi eke vaardigheden te vinden."

Pluralistische coöperatieveDaarom lanceerden de vier spelers in de

thuiszorgsector in maart 2017 Z-plus. De ‘zorg-centrale van de toekomst’ is een pluralistische coöperatieve die ook openstaat voor nieuwe aandeelhouders. "Nog niet zo veel thuiszorg-bedrijven zijn met die nieuwe technologieën vertrouwd. Om hen te ondersteunen wilden we dit proactieve en zuiloverschrijdende initiatief opstarten, om zo een professionele uitbouw van zorg op maat mogelijk te maken", stelt Devriendt.

Wat houdt Z-plus juist in? Z-plus verenigt tal van innovatieve technologieën in de zorg, neemt de organisatie en dispatching van de mogelijk-heden op zich en ondersteunt de doelgroepen. Momenteel profi leert het initiatief zich als een alarmcentrale die 24 uur op 24 en 7 dagen op 7 bereikbaar is, maar op langere termijn wil het platform diensten als zorg op afstand, telemoni-toring en zelfs valpreventie en dwaaldetectoren aanbieden.

Telemonitoring en valpreventie"Een van de zaken die wij bij de sterkte-

zwakte-analyse hebben opgemerkt, is dat de nabijheid van familieleden niet meer zo vanzelf-sprekend is. De klassieke alarmcentrale, waarbij drie mensen uit de directe omgeving bij een probleem met de oudere of zorgbehoevende

worden opgebeld, werkt dus niet meer altijd. Met onze zorgcentrale bieden we de garantie dat er op elk moment van de dag een zorg-verlener kan langskomen", legt Karin Van Mossevelde uit. "Vanaf volgend jaar willen we een digitaal model uitrollen dat hightechappa-ratuur kan verbinden met de thuisomgeving van de patiënt, via een app of tablet bijvoorbeeld", zegt Erwin Devriendt. "Door het gebruik van slimme sensoren, wearables en telemonitoring kunnen we de patiënt perfect medisch opvol-gen. Uiteraard is het niet de bedoeling om in het vaarwater van een arts te komen, we zullen de klant enkel naar hen doorsturen. Een van de projecten is diabetesbegeleiding, waarbij het insulineniveau op afstand kan worden gemeten. In een latere fase worden die diensten uitgebreid met valpreventie en dwaaldetec-toren. Denk daarbij aan sensoren die een sein geven aan de centrale wanneer een bejaarde of zorgbehoevende ’s nachts al een uur uit bed is." Ook zorg op afstand is een van de doelstel-lingen in het businessplan, dat een periode van drie jaar bestrijkt. "Door zorg op afstand sta je met iemand in verbinding via de pc of tablet en kunnen een aantal dienstverleningen digitaal gebeuren. We denken bijvoorbeeld aan een goe-dedagfunctie", zegt Van Mossevelde. "Mensen worden een of twee keer per dag opgebeld om te vragen hoe bijvoorbeeld hun nachtrust was of wat de dagplanning is. Zo is het mogelijk in te grijpen wanneer iemand zegt dat hij die dag nog niet gegeten of gedronken heeft."

Geen concurrentieHet was een bewuste keuze om samen een

coöperatieve op te richten in plaats van een vzw. "Als je de Vlaamse markt bekijkt weet je wie welk percentage van de markt van dienst-verlening aan huis in handen heeft. De markt is verdeeld en veel uitbreiding is niet meer mogelijk", legt Van Mossevelde uit. "Daarom hebben we ervoor gekozen om de digitalise-ring van de markt als een nieuw terrein te zien dat we samen gaan aanpakken. We willen de markt zoals ze nu bestaat respecteren, en zullen nooit via Z-plus face to face thuiszorgdiensten aanbieden en concurreren met onze klanten. De ziekenhuizen, mutualiteiten en woonzorgcentra waarmee we zullen samenwerken behouden

Hoe zit het met de privacy?Via het platform worden er ook medische gegevens uitgewisseld tussen de partners van Z-plus. Wat betekent dat voor de privacy? "Omdat het over vertrouwelijke gegevens van patiënten gaat, moet er een protocol worden gevolgd. We werken momenteel protocollen voor de processen binnen Z-plus uit", zegt Erwin Devriendt. "Het is op termijn ook de bedoeling om de e-Health database van de overheid te koppelen aan onze centrale, waardoor die wetgeving ook van toepassing zal zijn op ons. De klant zal toestemming moeten geven om data uit te wisselen."

In functie van de dienstverleningAlles hangt af van het type dienstverlening. "Wanneer je gegevens van een patiënt in een database opslaat, zoals medicatie of ziekteproblematiek, valt dat onder de privacywetgeving", legt Karin Van Mossevelde uit. "Maar met een alarmsysteem, dat een signaal geeft, worden er geen gegevens uitgewisseld en vallen we niet onder die wetgeving. Wanneer we onze dienstverlening uitbreiden met monitoring, zullen we uiteraard bekijken hoe we conform de privacywetgeving kunnen handelen."

We verrichten baanbrekend werk omdat we het eerste pluralistische platform op

het vlak van zorg op afstand in Vlaanderen zijn

Karin Van MosseveldeDirecteur GezondheidSocialistische Mutualiteiten

Erwin DevriendtAlgemeen DirecteurSolidariteit voor het Gezin vzw

ING219-TrendsW-NL.indd 20 21/06/17 11:08INGN0219_020_AN684502.pdf

21

© Fo

to's:

V.R.

hun leden en klanten. De zorgcentrale komt niet op de voorgrond, de dienstverlening wel." Z-plus is volop partners aan het zoeken. "Zo creëren we draagvlak bij eindklanten die aan de zorgcen-trale worden gelinkt", zegt Erwin Devriendt. "We zijn een B2B-organisatie. We willen de grotere spelers in de zorgsector aan ons platform kop-pelen, niet de particulieren."

Producten testenMomenteel zijn er onder meer gesprekken

aan de gang met OCMW’s, woonzorgcentra, GAW’s (Groep van Assistentiewoningen) en Mederi (Netwerk van zelfstandige praktijken thuisverpleging). "Er is een grote nood aan ons product en we geloven dat het zal aanslaan", zegt Devriendt. "Bovendien verrichten we baan-brekend werk omdat we het eerste pluralistische platform op het vlak van zorg op afstand in Vlaanderen zijn."

Het is niet de bedoeling dat Z-plus zelf technologische producten zal ontwikkelen. "We blijven een dienstverlening die bestaande producten wil aanbieden. Wel kunnen we een product verbeteren: we kunnen iets laten testen bij onze doelgroep en zo het product op punt stellen door opmerkingen door te geven aan de producenten."

KostenbesparingOf de digitalisering in de zorgsector ook

zal leiden tot een kostenbesparing moet de toekomst uitwijzen. "De bedoeling is om een efficiënte inzet van mensen en middelen te

genereren", zegt Van Mossevelde. "Of dit een kostenbesparing oplevert is nu nog niet duide-lijk. Een huis inrichten dat is gericht op detectie en preventie vraagt ook investeringen. We zijn er wel van overtuigd dat er een vorm van subsidiëring door het RIZIV moet komen. Een zorgkundige heeft nu soms maar een bezoek van vijftien minuten nodig, maar moet wel voor een uur betaald worden. Misschien kunnen we de zorgkundige dagelijks maar een kwartier laten komen en werken met een maandelijks bedrag voor zorg op afstand?"

"Toch willen we benadrukken dat we door een uitgebreide zorgondersteuning mensen de zekerheid willen geven dat ze langer thuis kunnen blijven", zegt Devriendt. "Omdat ze niet naar het ziekenhuis hoeven kan dit een kostenbesparing betekenen. Bovendien kunnen we preventief te werk gaan, waardoor dure operaties misschien vermeden worden."

Hoe zit het met de terugbetaling?Een dringende medische interventie via de alarmcentrale van Z-plus kost 75 euro. Een niet dringende interventie zal 55 euro kosten. Sommige ziekenfondsen betalen al een stuk daarvan terug. "Werkgroepen bij het RIZIV en het kabinet van minister Maggie De Block zijn een eventuele terugbetaling aan het bekijken. In Nederland bestaat die terugbetaling al. Wij hopen dat België volgt, zodat we een financieel aantrekkelijk maar efficiënt product kunnen aanbieden", zegt Erwin Devriendt.

Dankzij de snelle technologische vooruitgang is het tegenwoordig mogelijk om systemen voor thuismonitoring te koppelen aan het medisch patiëntendossier.

ING219-TrendsW-NL.indd 21 21/06/17 11:09INGN0219_021_AN684502.pdf

INGOnderneming

Event

22

Gezondheidszorg

De toekomst van ons ziekenhuissysteem doorgelicht

ING wil bijdragen aan een nog betere gezondheidszorg in België en stelde hierover een studie voor, in samenwerking met Antares Consulting. Het is een analyse die bijdraagt aan het collectieve debat in het kader van de hervorming van de sector. Voorstelling van een studie,

uitgevoerd in samenwerking met Antares Consulting: 'De uitdagingen van het Belgische ziekenhuissysteem in het licht van internationale ervaringen'

8 februari 2017

De hoofdzetel van ING

De hervorming van het Belgische ziekenhuis-landschap is onder leiding van minister Maggie De Block definitief in gang gezet. Het doel: met succes de uitdagingen die zich aandienen aangaan, of ze nu demografisch, epidemiolo-gisch, sociaal, technologisch of financieel zijn. Als belangrijke speler bij de financiering van de ziekenhuissector wil ING een actieve en positieve bijdrage leveren aan het debat. De bank is aan-wezig in 80% van de ziekenhuizen en heeft in totaal 2 miljard euro aan kredieten toegekend.

Een sterke toename van de gezondheidsuitgaven

"Hoe evalueren we onze gezondheidszorg in een internationale context?" en "Welke lessen kunnen we trekken uit de hervormingen die zijn doorgevoerd in landen die vergelijkbaar zijn met België?". Dat zijn de twee kernvragen van de studie die ING samen met Antares Consulting uitvoerde. Een van de belangrijkste vaststellingen is de aanzienlijke toename van het gezondheidsbudget in de afgelopen jaren

ING219-Events-NL.indd 22 21/06/17 11:05INGN0219_022_AN684338.pdf

23

© Fo

to's:

V.R.

(75% tussen 2000 en 2015). Toch geeft België ondanks alles minder uit dan zijn buurlanden en blijven de gezondheidskosten evenredig stijgen met de economische groei. België is ook het land waar de rechtstreekse bijdrage van de patiënt het hoogst is, zowel via directe uitgaven (out of pocket) als via de hoge belas-tingtarieven. Ons systeem heeft een van het hoogste aantal acute ziekenhuisbedden per duizend inwoners, maar wordt ook gekenmerkt door een vrij lange gemiddelde opnameduur. Daarnaast heeft België een vrij laag aantal artsen per inwoner en een klein verpleegkader. Wel blijft onze gezondheidszorg zeer toeganke-lijk in vergelijking met de andere onderzochte landen.

Zwakheden van het systeem en uitdagingen

"Het einddoel van de hervorming is de modernisering van het ziekenhuissysteem", aldus Eduard Portella, geassocieerd directeur van Antares Consulting. "Het doel is om de sector te kunnen laten omgaan met de uitdagingen waarmee het te maken krijgt, en zich aan te passen aan de nieuwe eisen van de bevolking." De duidelijke zwakheden waarmee het systeem kampt hebben onder meer te maken met de institutionele complexiteit en het gebrek aan fl exibiliteit, veroorzaakt door overregulering: een structurele handicap die het vinden van gepaste antwoorden op de huidige uitdagingen – zoals fragmentering van de zorg en kostenstijgingen als gevolg van de vergrijzing – in de weg staat. "Eén van de grootste pijnpunten is de moeilijk- of zelf onmogelijkheid om ziekenhuisnetwerken of medisch-sociale netwerken op te richten om de continuïteit van de zorg te waarborgen", benadrukt Eduard Portella. "De andere cruciale kwestie is de geleidelijke – en noodzakelijke – mutatie van het ziekenhuisfi nancieringsmodel."

Inspiratie vinden bij onze buren Frankrijk en Zwitserland zijn in dit opzicht

interessante voorbeelden. Zo hanteert Frankrijk een fi nancieringsmodel dat gebaseerd is op een 'tarifi catie per activiteit' (forfaitisering). Dit model heeft over het algemeen een positief eff ect gehad op de productiviteit van zieken-huizen, de vermindering van de gemiddelde opnameduur en het aantal ziekenhuisbed-den. Het heeft ook de spontane vorming van netwerken en de specialisatie van het zorgaanbod bevorderd, daar waar verschil-lende ziekenhuizen naast elkaar bestaan. Zwitserland lanceerde in 2012 een model dat tegelijk de gemiddelde opnameduur en het aantal vereiste bedden omlaag bracht, dankzij een betere integratie van ziekenhuis-netwerken en medisch-sociale netwerken. In Canada ten slotte zorgde het succes van de 'digitale gezondheidszorg' voor een drastische

vermindering van het aantal nutteloze onderzoeken, vooral via het aanmaken van elektronische medische dossiers. Dat leverde tussen 2006 en 2012 een besparing op van 1,3 miljard dollar.

Forfaitisering, netwerken en pay for value

Een absolute voorwaarde voor een doel-treff ende hervorming van het Belgische ziekenhuissysteem is ongetwijfeld een eenvoudiger institutioneel beheer van de gezondheidszorg. Maar ook al is globaal bestuur een belangrijke pijler, de sector zou ook baat hebben bij een verder doorgevoerde forfaitisering, met name om onze zieken-huisinstellingen aan te moedigen om zich te groeperen in netwerken. Een fi nancie-ringsformule per forfait zou ook een betere risico-overdracht mogelijk maken, waarbij de risico’s in de eerste plaats gedragen worden door de ziekenhuizen. Bovendien lijkt de oprichting van netwerken, die fungeren als communicerende vaten, cruciaal om de conti-nuïteit van de patiëntenzorg en de algemene doeltreff endheid van het systeem te garan-deren. Elk nieuw fi nancieringsmodel moet ook rekening houden met de kwaliteitsbenadering. Met andere woorden: we moeten overscha-kelen van pay for volume naar pay for value, omwille van drie doelstellingen: de samenwer-king tussen dienstverleners bevorderen, hun gemeenschappelijke verantwoordelijkheid op het vlak van kwaliteit versterken en bijdragen tot een doeltreff ender middelenbesteding. Tot slot is het voor de algehele samenhang van het systeem wenselijk en noodzakelijk dat het bereik van de hervormingen wordt uitgebreid naar andere actoren en sectoren, naast alleen de ziekenhuizen.

Een onafhankelijke bijdrage aan het debat over de gezondheidssector De presentatie van de studie op 8 februari jongstleden "werd bijzonder positief onthaald", benadrukt Eduard Portella. Een goede gelegenheid om aan de talrijke genodigden die actief zijn in het ziekenhuisecosysteem (ziekenhuisbeheerders, verantwoordelijken van ziekenhuisfederaties, consultants, ziekenfondsen, vertegenwoordigers van de ministeriële kabinetten, enzovoort) de belangrijkste resultaten voor te stellen van deze structurele analyse, in het licht van de hervormingen die zijn doorgevoerd in andere landen. Daarbij werden verschillende belangrijke vaststellingen geformuleerd en tegelijk een aantal mogelijke hervormingen geschetst.

Interesse voor de studie? Wenst u een exemplaar van de studie te ontvangen of op de hoogte te blijven van projecten en initiatieven in de gezondheidszorg? Neem dan contact op met uw adviseur of stuur een mail naar socialprofi t.and.publicsector@ing.be.

Eduard PortellaGeassocieerd directeurAntares Consulting

Een van de basisvoor-

waarden voor de toekomst

van de sector? De geleidelijke

hervorming van het ziekenhuis-fi nancierings-

model

ING219-Events-NL.indd 23 21/06/17 11:05INGN0219_023_AN684338.pdf