jaarverslag 2014 - wbe broek & duin - wbe broek & duin 2014... · in de alblasserwaard en...
TRANSCRIPT
1
JAARVERSLAG
2014
Weidevogelgroep Duinboeren
2
Inhoudsopgave
3 Voorwoord
4 Resultaten
12 Onderzoek HAS Den Bosch
14 Weidevogelconvenant
15 Seizoen in beeld
17 Waarnemingen
20 Colofon
3
Voorwoord – Record aantal legsels
De weersomstandigheden waren afgelopen voorjaar gunstig voor de weidevogels.
Gemiddeld hoge temperaturen en voldoende regen. Daardoor konden de vogels vroeg
starten met eieren leggen. Het eerste kievitslegsel vonden we op 17 maart, 24 dagen
eerder dan vorig jaar. Er was voldoende voedsel in de grond, dus genoeg energie voor
de “eierproductie”. Iedere vogel doet zijn best om één legsel uit te broeden. De strijd
tegen de natuur is echter hard. Hier geldt “eten en gegeten worden”. Eieren zijn deels
ook prooi voor predatoren zoals kraai, vos en andere roofdieren. Helaas hebben we in
ons gebied daar veel last van. Gelukkig is de kievit in staat, als er voldoende voedsel
is, om bij verlies van een legsel meerdere keren opnieuw te beginnen. Dat is afgelopen
seizoen gebeurd.
Het heeft geresulteerd in en record aantal legsels. Uiteindelijk gaat het om het aantal
eieren dat is uitgekomen. Veel legsels en veel verlies, maar per saldo toch een toename
van het aantal “uit”. Voor het in stand houden van de populatie is het aantal jongen
dat de eindstreep haalt (=vliegvlug en volwassen) bepalend. Ook voor de
overlevingskansen van de jongen waren omstandigheden, warmte en voedsel, gunstig.
Al met al kunnen we vaststellen dat het seizoen 2014 een positieve bijdrage heeft
geleverd aan de weidevogelpopulatie in De Gement en de Zeeg.
Rini van den Boer
Voorzitter Weidevogelgroep Duinboeren
4
Resultaten
De weersomstandigheden waren dit voorjaar gunstig voor de weidevogels.
De winter was zacht en het voorjaar warm. Half maart was het eerste legsel
gevonden en de rest volgde snel. Het resulteerde in een record aantal legsels.
Helaas was het verlies als gevolg van predatie groot. Er moesten dit jaar wel 280
eieren meer gelegd worden om eenzelfde aantal kuikens te krijgen als vorig jaar.
Gelukkig waren de voedselomstandigheden heel gunstig, zodat dat de
oudervogels het ook daadwerkelijk voor elkaar konden krijgen om zoveel meer
eieren te produceren.
Werkgebied
De Zeeg Gement
Aantal boeren 20 35
Gebiedsgrootte 156 ha 312 ha
Aantal vrijwilligers 11 25
Op de kaarten hiernaast
wordt ingezoomd op de
gebieden waar de meeste
legsels zijn gevonden. De
stippen geven de locaties
van de nesten aan.
Kievit=wit
Scholekster=blauw
Grutto=rood
Wulp=bruin
In De Zeeg (bovenste
kaart) was één groep
actief. Het aantal legsels
is erg geconcentreerd op
een beperkt aantal
percelen. Op één perceel
zijn zelfs 38 legsels
gevonden.
In de Gement waren de
nesten meer verspreid.
Er waren vier groepen
actief. In dit gebied
broeden ook nog wulpen
en grutto’s.
De Zeeg
Gement
5
Deze kaart laat het
gebied De Ham zien.
Opvallend is dat ook
Groepsresultaten
Per groep zien we grote verschillen in
aantal legsels en uitkomstpercentage.
Het aantal legsels was redelijk tot groot
vergeleken met de afgelopen jaren,
vooral in De Zeeg, waar tweemaal
zoveel nesten waren als vorig jaar.
De uitkomstpercentages waren echter
bedroevend. In de gebieden van Wim
en Wout gaat het slecht en ook in De
Zeeg is er veel verloren gegaan. Er zijn
grote concentraties kraaien en op een
van de percelen hebben we een
vossenhol aangetroffen. In De Zeeg
heeft een bunzing binnen een week
minimaal tien nesten verorberd. Daar
staat tegenover dat met name in het
gebied van Rini (De Ham) maar heel
weinig predatie is geweest. Het aantal
nesten daar is toegenomen en dat komt
vooral doordat een groter gebied
bekeken is dan de voorgaande jaren.
Wellicht hebben enkele kievitpaartjes in
meerdere gebieden gebroed. Als op een
bepaalde plek een legsel mislukt,
kunnen ze soms een nieuwe locatie
kiezen met de hoop op meer succes.
De Ham Deze kaart laat het gebied
De Ham zien. Opvallend is
dat ook onder op de
kaart, tussen het kanaal
(met hoge begroeiing) en
de Gementweg meerdere
legsels zijn gevonden.
Normaal gesproken
hebben weidevogels
voorkeur voor open
gebied.
6
Legsels Ton H Wout Ton P Wim Rini Totaal
Kievit 179
uit 44 3 16 4 11 78
niet uit 52 14 12 12 1 91
onbekend 5 2 2 1 10
Scholekster 12
uit 3 1 2 6
niet uit 4 4
onbekend 2 2
Wulp 4
uit 3 3
niet uit 0
onbekend 1 1
Grutto 2
uit 1 1
niet uit 1 1 uit
Totaal 2014 108 17 36 21 15 197 88
Totaal 2013 54 12 28 12 12 118 86
Totaal 2012 59 10 19 16 7 111 56
Totaal 2011 41 15 19 9 10 94 49
Niet iedereen heeft last van kraaien. (foto Malachy Burns)
7
Aantal legsels en verlies
Toelichting: Pred=predatie Bew=beweiden Werk=werkzaamheden
Verl=verlaten Onb=onbekend
Het seizoen 2014 kenmerkt zich door
een groot aantal legsels met daar
tegenover een laag uitkomstpercentage.
Het aantal legsels dat door bewerkingen
verloren is gegaan (vijf stuks) is beperkt
gebleven door de inspanningen van de
weidevogelgroep samen met de boeren
en loonwerkers. Veel nesten zijn
gemarkeerd en verlegd. Daarbij is vaak
gebruik gemaakt van mandjes om het
verplaatsen makkelijker te maken.
Sommige legsels zijn wel drie maal
verlegd. In 15 gevallen heeft de kievit
zijn eieren verlaten omdat de onrust
toch te groot zal zijn geworden of
omdat een kievit is gestorven. We
troffen de eieren koud aan in het nest.
De belangrijkste verliesoorzaak is
predatie. Alhoewel de dader lastig is
vast te stellen, zijn vermoedelijk
kraaien en vossen (in groten getale
aanwezig in het gebied) de
boosdoeners. In De Zeeg is ook een
bunzing actief geweest. Hij verraadde
zich door de tandafdruk in de eieren.
Alhoewel predatie een natuurlijk
verschijnsel is, is het verlies in de
Gement en De Zeeg erg groot. We
moeten er vanuit gaan dat de categorie
8
“onbekend” (verliesoorzaak niet vast
kunnen stellen) grotendeels predatie is.
Normaal (gemiddeld in Brabant) komt
zo’n 70% van de eieren uit. In ons
gebied komen we op 47% uit. Gelukkig
is de kievit (geldt niet voor de
scholekster, wulp en grutto) in staat om
een nieuw legsel te produceren. Soms
wel een 3e keer als er voldoende
voedsel is. Toch heeft predatie een
negatieve invloed op de
weidevogelpopulatie in ons gebied. Het
is aannemelijk dat naar verhouding ook
veel jongen worden opgevreten.
Het eerste legsel hebben we gevonden
op 17 maart. De laatste legsels eind
mei. Dit betreft kieviten die eerder een
legsel verloren hebben. Het kunnen ook
jonge vogels uit 2013 zijn. Na een jaar
zijn ze geslachtsrijp. Het hangt dus af
van de “geboortedatum” in 2013
wanneer ze in 2014 zijn gestart met
eieren leggen.
In de grafiek hiernaast over de legsels
van de kievit is te zien dat er van de
grote hoeveelheid eerste legsels maar
een heel klein deel is uitgekomen.
Eind april zijn er pas 15 nesten uit.
De piek van de kuikens ligt pas eind
mei en loopt door in de hele maand
juni. De kuikens die in april zijn uitge-
komen hebben (als ze niet gepredeerd
zijn) een goede kans om de winter te
overleven. Ze hebben immers vier
maanden de tijd gehad om groot en
sterk te worden. Voor de kuikens die
eind juni uit het ei kropen is die kans
kleiner omdat ze dan pas een paar
weken vliegvlug zijn. Ook nu heeft het
weer goed meegewerkt. Omdat zowel
juli als augustus erg nat was, is er goede
hoop op dat de kuikens overvloedig
hebben kunnen eten en dus sterk aan de
winter konden beginnen.
Een kievitlegsel op de slootrand zien we zelden.
Aan de tandafdruk is te herleiden dat dit ei
door een bunzing is opgevreten.
9
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
2009 2010 2011 2012 2013 2014
Aantal kievitlegsels Gement
Totaal
Uit
0
20
40
60
80
100
120
2009 2010 2011 2012 2013 2014
Aantal kievitlegsels De Zeeg
Totaal
Uit
0
20
40
60
80
100
120
2009 2010 2011 2012 2013 2014
Aantal kievitlegsels De Zeeg
Totaal
Uit
Zowel in De Zeeg als de Gement zien we dat, na een dieptepunt in 2011, het aantal
kieviten langzaam maar zeker weer toeneemt. Het aantal “uit” (respectievelijk groene
en gele balken) is de beste indicatie voor het aantal broedparen.
Kievit man herkenbaar aan langere kuif Kievit verjaagt een kraai (foto Malachy Burns)
Kraaien hebben een groot aandeel in de predatie van eieren. (foto Malachy Burns)
0
20
40
60
80
100
120
2009 2010 2011 2012 2013 2014
Aantal kievitlegsels De Zeeg
Totaal
Uit
0
20
40
60
80
100
120
2009 2010 2011 2012 2013 2014
Aantal kievitlegsels De Zeeg
Totaal
Uit
10
0
2
4
6
8
10
12
2009 2010 2011 2012 2013 2014
Aantal scholeksterlegsels De Zeeg
Totaal
Uit
Scholekster
Een klein aantal scholeksters blijft ieder jaar trouw, vanuit het kustgebied, terugkomen
naar De Zeeg en de Gement. Scholeksters starten later met eieren leggen dan de kievit.
Bij voorkeur op maïsland. Na een mislukt legsel (bijvoorbeeld als gevolg van predatie)
beginnen ze niet opnieuw. De scholekster heeft het moeilijk. Sinds 2009 is het aantal
broedparen afgenomen.
Scholekster heeft soms maar drie eieren.
Scholeksterjong in z’n mandje.
Een scholekster ook wel “bonte piet ”genoemd vanwege zijn uiterlijk en zijn typische roep.
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
2009 2010 2011 2012 2013 2014
Aantal scholeksterlegsels Gement
Totaal
Uit
11
Grutto en wulp
Grutto en wulp broeden in grasland. Ze
profiteren van de maatregelen van het
collectief weidevogelbeheer.
Desondanks blijft het aantal broedparen
beperkt. In de Gement vertoeven al
enkele jaren twee à drie gruttopaartjes.
Dit seizoen hebben we twee legsels
gevonden. Eén ervan is uitgekomen,
de ander is gepredeerd. Ondanks alle
inspanningen zijn de jongen helaas
gesneuveld bij het gras maaien. Het
vraagt veel afstemming tussen boer en
weidevogelgroep om dit te voorkomen.
De jongen verplaatsen zich continu.
We hebben vier nesten van wulpen
getraceerd. Op één na zijn ze uitge-
komen. Mogelijk hebben meer wulpen
in ons gebied gebroed in het gebied van
Natuurmonumenten. We zijn daar als
weidevogelgroep niet actief omdat er in
het broedseizoen geen bewerkingen
plaatsvinden.
Overige soorten
Behalve de vier grote soorten (kievit, scholekster, wulp, grutto) broeden ook
verschillende kleinere vogels in ons gebied. De meest voorkomende zijn: graspieper,
gele kwikstaart, veldleeuwerik, roodborsttapuit. Door het tijdstip van broeden en of de
plek van het nest (perceelrand en slootkant) zijn ze minder kwetsbaar voor
bewerkingen. Ze doen het goed en we zien ieder jaar behoorlijk wat broedpaartjes.
Een vogel met insecten in z’n bek duidt op een nestje met jongen.
Net als vorig jaar hebben we ook een broedsel van een kleine plevier gevonden.
Een wulp broedt graag in ruig grasland.
12
Onderzoek studenten HAS Hogeschool 2014
Een groep afstudeerders van de opleiding Plattelandsvernieuwing heeft in opdracht
van "stichting de Groene Vesting", een gebiedsvisie geschreven gericht op recreatie en
toerisme. Deze visie is goed ontvangen door veel betrokken partijen. Erg positief van
deze visie is dat het belang van de weidevogels goed is meegenomen. De centrale
insteek is geworden: Recreatie langs de randen en rust en openheid in het centrale
deel. Deze visie sluit goed bij onze wensen aan omdat de randen van het gebied toch al
minder aantrekkelijk zijn voor de weidevogels en de rust in het centrale deel, waar ze
wel zitten gewaarborgd wordt.
Weidevogelvoedsel op zand- en
veengrond
Een groepje van drie eerste jaars
studenten Toegepast Biologie-
onderzoek (TB1), Pim Somers,
Anneloes Turrer, Maarten Vervoort,
heeft een heel interessant onderzoek
uitgevoerd naar verschillen tussen
een perceel langjarige weidegrond
in de Alblasserwaard en drie
percelen van Jan de Ruijter in de
Gement.
Volgens verwachting troffen ze veel meer wormen en andere beestjes aan in plaggen
die ze in het veenweidegebied hebben gestoken dan in de plaggen in de Gement. Om
zo goed mogelijk te achterhalen wat de oorzaak kan zijn, is gekeken naar verschillende
parameters. Zoals in het grafiekje te zien is, is de hoeveelheid vocht op de momenten
dat gekeken is, niet het grote probleem. Op twee van de Gement-percelen was de
bodem net zo vochtig als in de Alblasserwaard. Ook de verschillen in organisch stof
en zuurgraad waren beperkt. Wel zagen ze grote verschillen in de
nutrientenhuishouding. Op de percelen met weinig fosfaat en relatief veel nitraat
werden de meeste beestjes gevonden. Ook de bodemstructuur was duidelijk
verschillend.
Jaarproject beestjes in de bodem van maïsvelden
Een groep tweedejaarsstudenten TB heeft van november tot mei elke maand
onderzocht hoeveel beestjes (= weidevogelvoedsel) er in de toplaag zaten en hoeveel
er op de bodem liepen. Daarbij werden grote verschillen gevonden. Het perceel met de
meeste beestjes in de bodem is perceel 22. Vooral de percelen 8 en 10 hebben weinig
beestjes in de bodem. Op de bodem zijn vooral bij perceel 3 en 11B veel beestjes te
vinden, helaas zijn er te veel gegevens verloren gegaan bij perceel 22 om hier iets
zinnigs over te zeggen.
0
20
40
60
80
100
120
140
160
180
0 10 20 30 40
aantal beestjes - vochtigheid bodem (vol%)
Alblasserwaard
Gement-west
Gement-Oostnoord
Gement Oost-zuid
13
0
50
100
150
200
250
300
3 10A 10B 11B 11C 20 33 55 71A 71B
Beestjes op de bodem ( gecorrigeerd)
overig vliegen/larve kevers/larve potworm regenworm spin
Opvallend is dat het aantal beestjes in
de bodem op veel percelen in de loop
van het jaar afneemt tot nul. Het aantal
beestjes op de bodem neemt juist toe in
de loop van het jaar. Op grond van
hun gegevens lijkt er een relatie tussen
het aantal beestjes in de bodem van het
perceel en het aantal nesten op ditzelf-
de perceel. Een relatie met de beestjes
op de bodem is (nog) niet gevonden.
0
10
20
30
40
50
60
70 3
8A
8B
10
A
10
B
11
B
11
C
20
22
33
55
57
71
A
71
B
Verdeling beestjes in de bodem Vliegen(larve)
kevers(larve)
Nematode
potworm totaal
regenworm totaal
0,0
200,0
400,0
600,0
800,0
1000,0
nov jan feb mrt apr mei
aan
tal b
eest
jes
Verloop aantal beestjes in en op de bodem
totaal corr in
totaal corr op
14
Weidevogelconvenant
Het weidevogelconvenant dat we met gemeenten, landbouw, waterschap en
natuurmensen hebben afgesloten, was officieel verlopen. Dit jaar is er hard gewerkt
(vooral door Anja Popelier) om een nieuwe versie van het convenant te maken.
De grootste verandering is dat inmiddels ook de gemeente Heusden een van de
convenantpartners is geworden. Daarnaast zijn op verschillende punten
verduidelijkingen en concretere acties toegevoegd.
Van de weidevogelgroep wordt verwacht dat we vooral doorgaan met wat we nu doen
(legsels beschermen, communiceren met de agrariërs en excursies organiseren). Wel is
gevraagd of we ook serieus willen kijken naar weidevogeltellingen en het volgen van
de kuikens. Hierover zullen we het komende seizoen nadere afspraken maken.
Van alle partijen (maar vooral van de weidevogelgroep) wordt verwacht dat ze
nadenken over maatregelen die het leven van de weidevogels in de Gement
aangenamer maken voor de weidevogels. Het convenant zal in 2015 worden
ondertekend.
Een van de maatregelen, een akkerrand, die het gebied mooier en aantrekkelijker maakt voor weidevogels.
15
Seizoen in beeld
Traditiegetrouw doen we mee aan de
zwerfvuildag van de gemeente Vught.
Daarbij wordt “onze” Gement netjes
opgeruimd.
Dit jaar was de startavond op 5 maart.
De voorbereidingen werden getroffen
voor het nieuwe seizoen staat.
Het eerste kievitslegsel is het begin van
de lente. Dat was dit jaar vroeg: op 17
maart, 24 dagen eerder van vorig jaar.
Het jaarlijks uitstapje was dit jaar naar
de Langakkers in Leende. Een prachtig
natuurgebied waar we helaas door het
regenachtige weer beperkt van konden
genieten .
Ook dit jaar heeft weer een kleine
plevier gebroed in ons gebied. Deze
keer in De Zeeg.
16
Steeds meer maken we gebruik van
mandjes. Kieviten storen zich er niet
aan en het maakt het verleggen van
nesten een stuk makkelijker.
Als we een legsel vinden op een perceel
waar nog meerdere bewerkingen
volgen, worden de eieren in een mandje
gelegd. Het nest is dan makkelijker te
verplaatsen. Sommige legsels zijn wel
drie maal verlegd.
Bij bewerkingen kunnen legsels worden
verlegd. Probleem is dat de jongen zich
steeds verplaatsen. Om te voorkomen
dat ze slachtoffer worden van een
machine worden ze verzameld in een
emmer om ze na de bewerking weer vrij
te laten.
Als de loonwerker aan de slag gaat, in
dit geval met het injecteren van mest,
dan is het zaak om de nesten tijdig te
verleggen. De medewerking van boeren
en loonwerkers daarbij is prima.
17
Datum 13-3 20-3 27-3 3-4 10-4 17-4 24-4 1-5 8-5 13-5 22-5 29-5 6-6 12-6 19-6
Aalscholver
Blauwe reiger
Buizert
Canadese gans
Fazant
Gele kwikstaart
Gierzwaluw
Graspieper
Grauwe gors
Grutto
Holenduif
Houtduif
Kauw
Kiekendief blauw
Kievit
Kleine zwaan
Knobbelzwaan
Koekoek
Kokmeeuw
Koolmees
Koperwiek
Kramsvogel
Kwartel
Meerkoet
Nijlgans
Ooievaar
Patrijs
Rietgors
Ringmus
Roodborsttapuit
Scholekster
Slechtvalk
Spreeuw
Tapuit
Torenvalk
Veldleeuwerik
Visdiefje
Waterhoen
Watersnip
Wilde eend
Witte kwikstaart
Wulp
Zilvermeeuw
Zilverreiger
Zwarte kraai
Waarnemingen Tijdens het veldwerk zijn we vooral gefocust op de weidevogels. Maar er zijn ook veel andere soorten te
bewonderen. In totaal hebben we, op de momenten dat we in het veld waren, 45 soorten gezien. In de tabel
een overzicht de data waarop ze zijn waar genomen. Een uitzondering is de kwartel. Die hebben we niet
gezien maar wel gehoord. Met z’n typische roep “kwikwidik” hadden we hem soms dicht in de buurt.
Maar hij liet zich niet zien.
18
Tijdens ons veldwerk troffen we Malachy Burns. Een natuurliefhebber die in de
Gement natuurfoto’s maakt. Enkele prachtige plaatjes hebben we in dit jaarverslag
opgenomen. Werkelijk schitterende foto’s van diverse soorten.
Grauwe gans
Zilverreiger Ooievaar
Grutto
19
Torenvalk Haas
Karekiet Tapuit
Vos Vos Bunzing
20
Colofon
De Weidevogelgroep Duinboeren is een werkgroep van Stichting De Duinboeren.
Voorzitter Rini van den Boer
Secretariaat Margreet van Mensvoort
St.-Lambertusstraat 50
5266 AG Cromvoirt
Gegevensverwerking Ingrid Meuwissen
Coördinatiepunt coördineert de weidevogelbescherming in Noord-Brabant
Landschapsbeheer en begeleidt ook de Weidevogelgroep Duinboeren
Brabants Landschap
Coördinator Jochem Sloothaak
Veldmedewerker Anja Popelier
De weidevogelgroep werkt samen onder de naam "Natuurlijk Vught" met andere organisaties in
Vught die zich bezig houden met de natuur.
Foto’s
De foto’s in dit jaarverslag zijn gemaakt in de Gement en De Zeeg, door vrijwilligers van de
weidevogelgroep, tenzij anders aangegeven.
Relevante websites www.brabantslandschap.nl
www.duinboeren.nl
www.weidevogelbescherming.nl
www.nmvught.nl
Onze website www.brabantslandschap.nl/zelf-aan-de-slag/vrijwilligers paginas-
weidevogels/weidevogelgroep-duinboeren/
Met dank aan onze sponsors: