queen of arts

84
Issue April 2011 Price: € 6,50 11526834QOA

Upload: thomas-more-journalistiek

Post on 09-Mar-2016

221 views

Category:

Documents


0 download

DESCRIPTION

Magazine over kunst, mode, muziek, fotografie, film en alles wat underground is.

TRANSCRIPT

Page 1: Queen of Arts

1Issue April 2011

Price: € 6,50 11526834QOA

Page 2: Queen of Arts

2Sylvia Persoons

Freya Broos

Hilke Charels

Page 3: Queen of Arts

3

QUEEN OF ARTS is een magazine over kunst, muziek, mode, fotografie en alles wat underground is. In deze eerste editie besteden we veel aandacht aan het werk van jonge kunstenaars, voornamelijk studenten. Breng ook zeker een bezoek aan onze website www.queenofarts.be, hier vind je extra foto’s, videoclips en ieder artikel wordt er begeleid door een sound die volgens ons de juiste sfeer schept. Voor de kunstliefhebbers die zich graag outdoor begeven zijn er de rubrieken Day en Night voorzien. Je vindt er artikelen en recensies over de must-see tentoonstellingen en must-attend feestjes. Hope you all enjoy! Hilke, Sylvia en Freya

AARRTT

Page 4: Queen of Arts

4

6 12

16

28

24

40

44 46

Page 5: Queen of Arts

5

50 58

64 74

MUSIC

6 Interview met DJ Raoul 10 Nieuw album 13 and God 12 Interview met Jealov 14 Polkageist 16 Fotoreportage Obsessed

FASHION

24 Interview Achraf Amiri 28 Fotoreportage Caoutchouc

FILM

40 Interview met Bilall Fallah 44 Recensie Black Swan

PHotoGRAPHy

46 Portret Jasper Léonard 50 Fotoreportage Bruxelloise

NIGHt

58 Reportage Tresor Berlin 64 Berlin By Night

DAy

74 Artefact-festival 78 Recensie museum für fotografie 80 Recensie Bauhaus museum 82 Recensie C/O Berlin

Page 6: Queen of Arts

6

Interview: DJ Raoul Belmans viert porseleinen jubileum

‘Ik VoelDe me Al-TIJD EEN BEETJE EEN BlANke NeGeR’Raoul Belmans, dj Raoul of Raoul Lambert zijn wel degelijk één en dezelfde persoon. Geen paniek als de naam u onbekend is, maar Raoul Belmans is een oude rot in zijn vak, ‘le père du House music’ en dat al twintig jaar lang. Hierna vergeet u hem wellicht nooit meer. Door Sylvia PerSoonS · Foto: Wim DemeSSemaekerS · er: Hilke CHarelS

Raoul Belmans (*1974) nam in 1991 de belang-rijkste beslissing van zijn leven, hij liet namelijk zijn kans om grafisch ontwerper te worden liggen en begon als 16-jarige jongen plaatjes te draaien. Het was een vliegende start, zo draaide Raoul van meet af aan in de hippe clubs van Leuven en Brus-sel in plaats van op de plaatselijke fuiven. Negen jaar lang was hij resident bij Food, een house night dat ook in de Fuse kwam draaien, waar hij ook een korte tijd resident DJ was. In 1997 richtte hij samen met Dimitri Dewever het bekende Swirl People op en vanaf 2000 begon House muziek in België hip te worden. Hij werkte vijf jaar voor Stu-dio Brussel als DJ voor het programma Switch en begon zijn eigen platenlabel Aroma Records, dat elf jaar lang bestond.

Raoul had het nooit verwacht, maar op zijn zesen-dertigste is hij nog altijd een goed draaiende DJ. Tegen het advies van zijn ouders in stopte hij met studeren en ging hij zich concentreren op de mu-ziek. ‘Ik voel dat ik nog niet uitgeblust ben, dus zo-lang ik het nog kan, wil ik dit blijven verder doen. Het is nog steeds in de eerste plaats een hobby, maar ik besef ook dat er ooit een einde aan zal

komen.’ Wat Raoul na zijn DJ-carrière gaat doen, weet hij nog niet precies. Zijn interesse voor gra-fisch ontwerp is nog steeds aanwezig en misschien gaat hij wel aan de slag in een reclame- of marke-tingbureau.

the porcelain tourRaoul draait nu 20 jaar, maar hij ziet dit niet als een eindpunt, doch eerder als een rustpunt. ‘Ik ben nog een jong veulen. Het is de bedoeling dat ik dit jaar een tour doe rond heel de wereld: ‘The Por-celain Tour’. Mijn porseleinen jubileum.’ In ‘The Porcelain Tour’ krijgen ook jonge talenten een kans, opkomend talent mag even mee aan de DJ-tafel muziek komen maken. Raoul start zijn tour in België en draait in de clubs Decadance,H20, Silo enzovoort. ‘Het is een geschenk uit de hemel dat ik het laatste weekend voor de sluiting van de club Silo mag komen draaien vermits het een soort van thuishaven is.’ Daarna vertrekt Raoul naar het buitenland en bezoekt hij onder meer Korea, Japan, Italië en Nieuw-Zeeland. Bij een promotour hoort natuurlijk ook een nieuwe single (Porcelain EP), deze komt uit op 16 maart 2011 onder zijn eigen naam ‘Raoul Belmans’. Op het einde van het

MMUUSSIICC

Page 7: Queen of Arts

7Raoul: ‘ik voel dat ik nog niet uitgeblust ben, dus zolang ik het nog kan, wil ik blijven verder doen’

Page 8: Queen of Arts

8

jaar maakt hij een compilatie van nieuwe en oude eigen num-mers.

Hij koos voor een meer un-derground muziekgenre en dit levert zijn sound vaak de vergelijking met Chicago-house op terwijl Raoul meer een soort eigen, typische Belgische sound creëerde. Hij haalt inspiratie uit al de bezochte steden en DJ-sets die hij te horen kreeg. ‘Maar Amerika onthaalt House niet zo goed, de scene is er te klein en elektronische muziek vindt er zijn gading niet. Japan daarentegen, dat is waanzin als ik daar draai. Ze ontvangen me als een god, iedereen gaat uit

de bol en ze appreciëren dat je er bent.’

raoul who?In België is Raoul Belmans vrij onbekend of is het DJ Raoul? En wie is dan DJ Raoul Lambert?

‘In het begin was het DJ Raoul, elke DJ gebruikte gewoon zijn voornaam. Maar eens je in het buitenland bent, is dat niet ge-noeg.’ De naam Raoul Lambert is bekend sinds 2002 en begon als een grapje. Raoul draaide in het S.M.A.K. museum op het feestje Belmondo, een feestje van de gasten van Eskimo Re-cordings van de Culture Club. Alle dj’s hadden een andere naam gekregen. ‘Raoul Lambert is een bekende voetballer. Het is begonnen als een grap maar Lambert vormt nu mijn alter-ego. Raoul Belmans draait vooral House en is hierom bekend. Ra-oul Lambert gaat breder, trager maar nog steeds House draaien in combinatie met andere gen-res. Ik heb het mezelf moeilijk gemaakt, maar ik vond dat ik dat moest doen! Het is een uit-daging en je hoort het verschil, maar het opent vooral nieuwe deuren in het buitenland. Veel mensen leggen de link nog niet en hierdoor krijg ik het gevoel dat ik helemaal opnieuw moet beginnen. Dát is juist het leuke eraan!’

tegenwindVeel dj’s hebben de sprong naar de ‘elektrotrein’ gewaagd omdat het toen hip was en hun boo-

kings deed stijgen, maar Raoul heeft geen seconde getwijfeld.‘Ik vond het gewoon niet goed, mijn achtergrond is altijd ‘ black music’ geweest, zoals in de ja-ren ’80 met Michael Jackson als mijn superheld.‘Als kind dacht ik, die zwarte mannetjes kunnen stevig zin-gen, maar vooral hun muziek heeft iets. Ik heb me altijd al een beetje een blanke neger gevoeld. Dat bedoel ik zeker niet negatief, maar ik voelde me niet thuis in de elektro scene.’ Tegenwind kwam er langs ver-schillende kanten en daarom richtte Raoul zich ook meer naar het buitenland. Als een dj succes heeft in het buitenland heeft dit altijd een goede werking op het binnen-land, want als je in het buiten-land iets bereikt mag je terugko-men naar eigen bodem.

In Miami wordt er elk jaar een Winter Music Conference ge-houden en van over heel de wereld komen verschillende DJ’s samen. Raoul nam zo in 2002 een vlucht van Amsterdam naar Miami en kwam terecht in een vliegtuig met de bekendste Dj’s ter wereld. MCM, de MTV van Frankrijk vroeg om een reporta-ge te maken over Raoul met een paar shotjes in en achter het vliegtuig, met zijn bagage, op de feestjes zelf enz. ‘MCM kon je enkel nemen op de televisie in Leuven en Wallonië en had een grotere impact op mijn carrière dan verwacht. Ze speelden het dagelijks meerdere keren af en hierdoor werd ik bekender. Ik werd vaker en vaker aangespro-ken op straat. Achteraf gezien vond ik het wel grappig dat ze mij gekozen hadden aangezien David Guetta toen met zijn vrouw een rij achter ons in het vliegtuig zat en op hem geen enkele journalist afgestapt is.’

raoul: ‘ik ben nog een jong veulen.’

‘Als kind dAcht ik, die zwArte mAnnetjes kunnen

stevig zingen, mAAr voorAl hun muziek heeft iets.’

MMUUSSIICC

Page 9: Queen of Arts

9

Page 10: Queen of Arts

10

13 AND GoD Stelt NIeUW AlBUm VooROp donderdag 19 mei stelt 13 and God in de labozaal van het kunstencentrum STUK in Leuven zijn nieuwe album Own Your Ghost voor. 13 and God is een samenwerking tussen de Duitse in-die-electronicagroep The Notwist en het Amerikaanse Themselves, een donker hiphop-collectief. Deze combinatie lijkt misschien wat bizar, maar hun samenwerking is dan ook gebaseerd op puur toe-val. In 2004 waren The Notwist en Themselves samen aan het tou-ren en 13 and God werd geboren toen de tourbus stuk ging. De naam 13 and God komt van het concept van de twaalf apostelen en Jezus, die een groep vormen die bestaat uit dertien sterfelijke mensen en God. De vraag blijft natuurlijk of God nu The Notwist of Themselves is. Anders dan de naam doet vermoeden is het geen christelijke band. Ze werken eerder rond elementen uit de filosofie, spiritualiteit en het existentialisme. Op 6 mei ligt hun nieuwe album in de winkel. Het album werd zowel in Oakland als in de studio van The Notwist in Weilheim opgenomen. Tickets voor het concert zijn te verkrijgen in STUK (Naamsestraat 69, Leuven). Surf naar www.queenofarts.be voor een klein voorsmaakje.

Tracklist Own your ghostzvw01 Its Own Sun

 02 Death Major

 03 Armored Scarves

 04 Janu Are

 05 Oldage

 06 Et Tu

 07 Death Minor

 08 Sure As Dept

 09 Beat On Us

 10 Unyoung

MMUUSSIICC

Page 11: Queen of Arts

11

13 AND GoD Stelt NIeUW AlBUm VooRtekSt: Hilke CHarelS · Foto: 13 anD goD · er: Sylvia PerSoonS

Page 12: Queen of Arts

12

Drie jonge mensen met een passie voor muziek en de zin om hiermee te experimenteren.

‘JeAloV IS SomeWHeRe BetWeeN HeRe & NoW. SomeWHeRe BetWeeN oNe eAR & tHe otHeR’ Let’s go back! Jealov begon met hun verschillende muzikale achtergronden gestolen uit herinneringen uit hun kindertijd. Rick was beïnvloed door Hip Hop en Alternatieve Rock, Yann gepassioneerd door akoestische muziek en Mathieu hield zich bezig met zijn Electro-project, Soda ’n Suds.

Maar ook technisch gezien passen ze perfect bij elkaar: Mathieu maakt elektronische muziek, ter-wijl Rick als drummer Jealov kan voorzien in een ruime keuze aan beats. Yann maakt de puzzel compleet door zijn kunnen in het bespelen van verscheidene instrumenten.

Maar Jealov houdt zich niet alleen bezig met het maken van muziek. Ze zien het veel breder. Cul-turele duizendpoten zijn het: Mathieu heeft een overvloed aan ideeën, Yann bezit een mathemati-sche geest en dat alles in combinatie met de foto-grafie skills van Rick. Een balans tussen fotografie, video, kunst en muziek. ‘We zijn ongecontroleerd, er zijn geen regels.’

genreHun muziek kan je niet beschrijven, dat kunnen ze zelf trouwens ook niet. Ze zitten meer tussen verschillende sounds in, dan binnen één bepaald genre. ‘Geen idee waar Jealov voor staat qua stijl. Er is enorm veel goede muziek de laatste tijd die je niet kunt labelen, dat kunnen we ook niet met Jealov. We maken muziek die deels gemakkelijk is en toch bizar, comfortabel maar ook ongemak-kelijk. Onze muziek bestaat grotendeels uit beats,

soms ook uit vocalen. We spelen met visuals en fotografie, met video’s en fantasie.’

Ze maken remixen van liedjes die hun jaar ge-maakt hebben. Niet de nieuwste of de best ont-haalde, maar eerder de muziek die ze graag horen en op ‘replay’ zetten voor dagen, zelfs maanden. Dat kan gaan van de Londense dubstep tot de zonnige, naïeve sound van LA, samen in een cocktail gemixt met alle mogelijke muziek uit de rest van de wereld. In hun mixes vind je Four Tet, Gold Panda, Flying Lotus en Nosaj Thing te-rug, maar ook Beyoncé en Sean Paul.

SoundcloudDat het internet de laatste jaren een enorme invloed heeft op het leven van muzikanten moeten we u niet vertellen. Zo ging het ook met Jealov. Na het maken van een Soundcloud werden ze ontdekt door ‘Haus Magazine’, verscheidene blogs en een platenlabel. ‘Op dit moment zijn we aan het praten met een Amerikaans label, maar meer kan ik je daarover nog niet vertellen. Ik kan je enkel verklap-pen: hou de media in het oog de komende weken’, lacht Rick.

Hun twee eerste EP’s zijn al gemixt en zullen waarschijnlijk verschijnen midden 2011. Eén album zal alleen maar remixes bevatten en zal ‘Transla-tions Series’ heten, de andere EP zal zich meer fo-cussen op het eigen werk. Hun optredens zijn nog maar kleinschalig en voornamelijk underground en sub-radar. Maar hoe dan ook, u zal nog van ze horen! ‘We zullen altijd onderweg zijn op zoek naar nieuwe ideeën en we kijken nu al uit naar meer non-stop studio-tijd’, vertelt Rick.

More info: www.jealov.be

tekSt: Sylvia PerSoonS · Foto: riCk roelS · er: Hilke CHarelS

MMUUSSIICC

‘We spelen met visuals en fotografie,

met video’s en fantasie’

Page 13: Queen of Arts

13Jealov. Jealous lovers of Rick, mathieu and yann.

Page 14: Queen of Arts

14

onverwachte muzikale ontdekking: Polkageist

‘HEEL SOMS LOOPT HET FoUt AF, mAAR DIt lIGt VAAk AAN Het PUBlIek’

Op weg naar Tresor Berlin stopte ik aan metrohalte Kotte om over te stappen. Ik wist niet goed wat ik hoorde of zag. Dertig à veertig man ging compleet uit zijn dak met allen een bierflesje in hun hand in de kleine ondergrondse metrohalte. Het leek wel een groot folklorefestival.

Aan de kant van de roltrap zag je een vijfkoppige band staan, ze spelen muziek waar je spontaan van staat te huppelen en te glimlachen. Het krie-belde, ik moest hun aanspreken.

clandeStien‘We heten Polkageist, komende van Polka en Geist. En een verwijzing naar onze grote liefde, Polka mu-ziek.’ Ze promoten hun concert dat plaatsvindt op 23 april. Ze brengen ook een EP uit die ze in mei gaan opnemen.

Polkageist speelt ongeveer een jaar samen, maar ze zijn al tien jaar beste vrienden. Elk hebben ze hun eigen instrument dat ze werkelijk beminnen. ‘We spelen niet elke avond in een metrostation, maar wel enkele keren per week. We zijn hiermee begonnen in december en we nemen telkens een ander metrostation als dekmantel voor de politie. Heel soms loopt het fout af, maar dit ligt vaak aan het publiek. Ze gingen zo hard uit hun dak dat het er te bont aan toe ging. Maar toch, we houden van het publiek!’

groupieSTwee van de vier studeren nog, voor de andere twee is het hun broodwinning. ‘It makes good mo-ney, so everything is fine!’

Op de vraag of ze af en toe na een concert een telefoonnummer toegeschoven krijgen, antwoord-den ze kort maar krachtig. ‘Of course the ladies like us. We are singles so we are using the numbers the groupies give us. Where can we find the article? Maybe we can have your number? (lacht).’ Toch heb ik het gevoel dat ze al een paar pintjes op heb-ben.

tekSt: Sylvia PerSoonS · Foto’S: Sylvia PerSoonS · er: Hilke CHarelS

MMUUSSIICC

“we nemen telkens een Ander metrostAtion Als dekmAntel voor de politie”

Page 15: Queen of Arts

15‘It makes good money, so everything is fine

Page 16: Queen of Arts

16

Page 17: Queen of Arts

17

obSeSSeD.Foto’s: Sylvia Persoons

Page 18: Queen of Arts

18

Page 19: Queen of Arts

19

Page 20: Queen of Arts

20

Page 21: Queen of Arts

21

Page 22: Queen of Arts

22

Page 23: Queen of Arts

23illuStratie: aCHraF amiri

Page 24: Queen of Arts

24

FFAASSHHII

OONN

Achraf: ‘Ik vind het beangstigend hoe serieus mensen omgaan met vergankelijke dingen.’

Page 25: Queen of Arts

25

‘WIe FeeDBAck WIlt, moet cHoqUeReN’

marokkaanse illustrator Achraf Amiri stopt zwarte humor in mode

Veel mensen die in de modewereld werken, houden van jouw werk. Dat is toch het tegenovergestelde van wat je beoogt?Ik ben er zeker van dat die mensen begrijpen wat ik bedoel en dat ze mijn werk respecteren. Ik geloof dat de meerderheid van de mensen die in de mo-de-industrie werken niet achterlijk zijn. Of ze doen toch goed alsof. (lacht)

Wat inspireerde jou om Big Trashion Book te maken? Ik besefte plots hoeveel illustraties ik had gemaakt over de modewereld. Alle illustraties die ik apart had gemaakt, kwamen perfect in harmonie samen in dit boek. Misschien heb ik het ook gedaan om een einde te maken aan het thema mode in mijn werk.

Is het de bedoeling de mensen te choqueren met je illustraties?Als je wat feedback wilt krijgen, moet je het publiek nu eenmaal choqueren. Elke keer als het mij lukt het publiek te choqueren met slechts één illustratie, dan beschouw ik mezelf als een meester.

Je kiest er duidelijk vaak voor om dingen te tekenen vanuit een duister perspectief.Ik hou niet van het woord duister, ik verkies de term drama. Wanneer ik dramatisch te werk ga, helpt me dat om de emoties die ik wil weergeven te ac-

centueren. Tekenen is overigens mijn levenstherapie. Ik teken zeven dagen op zeven. Misschien is dat wel de reden waarom ik niet rook. (lacht)

Wat bedoel je met ‘Don’t let fashion smoke you’?Ik weet het zelf niet goed eigenlijk, het was de eerste zin die in me opkwam toen ik die illustratie had afgewerkt. Mijn onderbewustzijn legt mij op dat ik moet benadrukken dat mensen meer alert moeten zijn bij wat ze zien. Maar ik pretendeer niet Athena, godin van de wijsheid, te zijn.

Je levert dus kritiek op de modewe-reld.Het is absoluut niet mijn intentie de mode-industrie te bekritiseren, het is gewoon mijn manier om er plezier aan te beleven. Als ik iets wil bekritiseren, dan is het wel het feit dat velen mode veel te serieus nemen. Ik vind het beangstigend hoe serieus som-mige mensen omgaan met vergankelijke dingen.

‘ Ik hou niet van het woord duister,

ik verkies de term drama. ’

Achraf Amiri (23) is een Marokkaanse art director en illustrator die onlangs Big Trashion Book uitgaf, een bundeling van zijn il-lustraties waarin hij op artistieke wijze de spot drijft met het mode-landschap. Hij vindt dat mode veel te serieus wordt genomen en wilt dit met wat cynische humor illustreren, letterlijk en figuurlijk. tekSt: Hilke CHarelS · Foto: aCHraF amiri · er: Sylvia PerSoonS

Page 26: Queen of Arts

26

FFAASSHHII

OONN

Page 27: Queen of Arts

27

Is het jouw bedoeling het kapitalis-me aan te vechten op een artistiek niveau?Als het dat is dat mensen door mijn werk kunnen zien, ben ik heel blij. Het antwoord is een dikke JA.

Je wordt vaak vergeleken met Tim Burton. Wat is de reden om die spe-cifieke stijl van tekenen te kiezen?Veel mensen zien Tim Burton in mijn schetsen. Maar om heel eerlijk te zijn ben ik geen grote fan van zijn werk. Soms kan ik wel eens een film van hem bekijken, maar ik bekijk ze zeker geen tweede keer. Het is wel waar dat hij een goede en creatieve illustrator is. Ik zag zijn schetsen pas een hele tijd nadat ik zelf al in mijn eigen stijl aan het tekenen was. Ik moet wel toegeven dat zijn tekeningen veel gelijkaardige kenmerken hebben met de mijne. Maar Tim Burton is zeker geen inspiratiebron van mij. Ben je tegenwoordig aan een project bezig? Zo ja, kan je voor ons een kleine tip van de sluier oplichten?Het enige wat ik u al kan zeggen is LAE.

Page 28: Queen of Arts

28

FFAASSHHII

OONN

Page 29: Queen of Arts

29

Caoutchouc.Foto’S: Hilke CHarelS · moDel: tineke van rillaer

Page 30: Queen of Arts

30

Page 31: Queen of Arts

31

Page 32: Queen of Arts

32

Page 33: Queen of Arts

33

Page 34: Queen of Arts

34

Page 35: Queen of Arts

35

Page 36: Queen of Arts

36

Page 37: Queen of Arts

37

Page 38: Queen of Arts

38

www.jealov.be

Page 39: Queen of Arts

39

Page 40: Queen of Arts

40

Bilall: ‘Ik zie mezelf eigenlijk niet als een regisseur’

FFIILL

MM

Page 41: Queen of Arts

41

Interview Bilall Fallah (26), kortfilmregisseur en mede-oprichter marifa Arts

FILMS MAKEN IS MIJN moUNt eVeReSt

Bilall Fallah en Adil El Arbi zijn twee laatstejaarsstudenten Film aan Sint Lukas. Ze willen bewijzen dat allochtonen ook kunst kunnen maken, wonnen reeds verschillende prijzen met hun kortfilms en kregen voor hun kortfilm Astaghfiro een speciale vermelding op het Internationaal Kortfilmfestival in Gent.

Waarom werk je met Adil samen en niet met iemand anders?Adil en ik hebben besloten samen te werken omdat we zagen dat we uiteindelijk altijd praktisch het-zelfde maakten als we een opdracht kregen. We komen ook echt heel goed overeen, ik beschouw hem als mijn tweelingbroer. En als we samen wer-ken, zijn we gewoon beter. Wij kunnen echt uren aan een stuk praten en beginnen brainstormen over onze films. Als wij twee samen brainstormen dan blijven de ideeën maar komen, dan is dat echt massaproductie.

Zoals bij Ikea?Haha neen, eerder zoals goede ham-burgers van de Quick.Maken jullie nooit ruzie tijdens de productie?Wij maken wel ruzie, maar nooit op de set. Eerder als ik te laat ben, of als het gaat over geld lenen. Wij staan altijd open voor elkaars visies en meestal zijn die gewoon dezelfde. Zoals ik al zei, Adil is gewoon mijn tweelingbroer. Soms kan ik wel eens zeggen van kom, we gaan uit. Maar hij wilt altijd blijven werken. Ik ben wel de onzekere van de twee. Als ik aan onze films denk, dan denk ik per definitie aan de fouten die erin zitten. Ik ben heel perfectionistisch en ik denk ook steeds aan de andere shots die ik in gedachten had, aan de alternatieven. Ik probeer Adil dan te overtuigen om uiteindelijk twee versies van de films te maken, maar hij moet mij dan in toom houden en praat het uit mijn hoofd.

Van waar kwam het idee om een eigen audiovisueel bedrijf op te richten?Adil en ik hebben Marifa Arts opgericht met twee andere vrienden, ook allochtonen. Een danser en een grafisch ontwerper. Wij willen bewijzen dat wij ook kunst kunnen maken en dat wij goed Neder-lands praten. Als kind zagen wij nooit iemand van onze kleur op TV, tenzij als crimineel of ‘the good guy’ die niets misdoet. Dat komt niet erg geloof-waardig over. Wij willen kleur brengen in de witte media.

Heb je soms last van vooroordelen omdat je een allochtoon bent?

Natuurlijk heb ik vaak het gevoel dat mensen voor-oordelen hebben omdat ik een allochtoon ben. Maar ik besef dat er zo gemakkelijk vooroordelen ontstaan, ook als je bijvoorbeeld dik of kaal bent. Dus ik kan dat wel relativeren. Ik heb mij wel vroe-ger vaak ‘anders’ gevoeld. Bijvoorbeeld wanneer mijn vrienden varkensvlees aten of alcohol dronken. En soms merk je gewoon dat mensen je niet moeten omdat je een allochtoon bent. Vroeger had ik daar veel last van, maar uiteindelijk is alles gewoon per-ceptie. Alles is subjectief en het hangt er allemaal van af hoe je het benadert. Dat willen we ook dui-delijk maken in onze kortfilms.

tekSt: Hilke CHarelS · Foto: aDil el arbi · er: Sylvia PerSoonS

‘Wij maken wel ruzie, maar nooit op de set’

Page 42: Queen of Arts

42

Jullie willen Vlaanderen dus door een andere bril laten kijken.Dat is een onrechtstreeks doel van ons. Het is niet met die intentie dat we onze films maken, het is niet ons hoofddoel. We doen het eerder vanuit een per-soonlijke impuls, omdat we ons artistiek willen uiten. Maar onze ervaringen als allochtonen beïnvloeden ons werk natuurlijk ook. Het liefst van al willen we van die vooroordelen af en willen we gewoon een harmonieuze samenleving en een betere integratie. Dat is echt Utopia.

Welke kortfilm is jouw persoonlijke favoriet?Dat kan ik echt niet zeggen. Het zijn onze kinde-ren. Je kan ook niet zeggen ‘ik zie mijn zoon liever dan mijn dochter.’ Astaghfiro en Coupe Ghoroto zijn allebei totaal anders, maar ze hebben elk hun charmes.

Verdienen jullie al veel met jullie kortfilms?Niet echt, we zijn platzak. Maar we beseffen dat we nog maar studenten zijn, dus we moeten ge-woon veel ervaring opdoen.

Hoe lang duurt de realisatie van zo’n kortfilm?Coupe Ghoroto hebben we op één dag opge-nomen, Astaghfiro duurde vier dagen. Maar met monteren erbij ingerekend duurt dat toch gemakke-lijk een maand. Soms is het beter om na het filmen een paar maanden pauze te nemen vooraleer je begint te monteren. Zo krijg je een beter beeld van het geheel door het van op een afstand te beschou-wen.

Hoe ziet jouw ideale toekomst als regisseur eruit?Ik zie mezelf eigenlijk niet als een regisseur. Ik vind het altijd zo raar om te zeggen ‘ik ben een regis-seur’. Als ik aan dat woord denk, denk ik natuurlijk meteen aan de grote namen. Films maken is mijn Mount Everest, ik moet nog klimmen en ik ben nog maar op de heuvels in België. Maar mijn ideale toekomst is HOLLYWOOD, Oscars, Cannes. Ik zou ook graag een langspeelfilm maken, science fiction. Nu houden we het bij drama en komedie. Marifa Arts bestaat voor vijftig procent uit drama en voor

vijftig procent uit komedie. Drama is veel gemakke-lijker. Bij komedie werk je echt voor een niche. Wat voor mij grappig is, is dat niet per se voor jou.

Wat inspireert jou?Soms word ik wakker en dan droomde ik die nacht bepaalde beelden waarvan ik denk ‘ja daar kan ik echt iets mee doen’. Vaak is het door met mensen te praten die mij intrigeren of wanneer ik uitga en er een bepaalde sfeer heerst. Dan heb ik het gevoel dat beelden op mij afkomen en dan probeer ik die zo goed mogelijk te realiseren. Een script schrijven gebeurt natuurlijk ook niet op één dag. Het is een proces en er komen altijd stukjes bij.

En wat doe je als je geen inspiratie hebt?Als het niet gaat, dan moet ik er gewoon mee stop-pen. In het verleden dwong ik mijzelf er soms toe om alsnog aan mijn script te werken als ik geen inspiratie had. Dat trok dan altijd op niets en dan dacht ik ‘Bilall, wat is dit?!’ Ofwel schrijf ik echt zever, ofwel is het direct goed. Iets ertussen bestaat voor mij niet. En ik heb ook nog geen trucjes ge-vonden om dat writer’s block tegen te gaan.

Ben je tevreden van de opleiding aan St Lukas?Het leuke aan de opleiding aan Sint Lukas is dat je vrij bent. Je bent vrij om vrijwel alles te doen. Ze staan voor veel open en stimuleren je ook om crea-tief en anders te zijn. Wij maken auteursfilms, geen commerciële films, en de beoordeling daarvan is natuurlijk subjectief. Wij zijn geen wiskundigen die een vaste formule gebruiken om de oplossing te vin-den. De docenten sturen je soms wel als je fouten maakt, maar we luisteren daar dan ook naar. Ik zit momenteel wel met een groot dilemma. Ik krijg de kans om mee te werken aan projecten van mijn ido-len. Maar ik neem altijd te veel hooi op mijn vork en ik zou eigenlijk een secretaresse moeten hebben, want ik weet niet wat ik allemaal nog moet doen. Ik zou dus graag aan die projecten meewerken, het zou goed zijn voor mijn carrière, maar dan zou ik moeten stoppen met school. Ik pieker er veel over en ben er helemaal nog niet uit.

FFIILL

MM

Page 43: Queen of Arts

43

Om Coupe Ghoroto te bekijken, surf naar www.youtube.com/watch?v=8GrbymWWtvw

Page 44: Queen of Arts

44

Recensie nieuwe film Darren Aronofski

BlAck SWANPerfection. I’ve felt it.

tekSt: Hilke CHarelS · Foto: Fox SearCHligHt · er: Sylvia PerSoonS

Ik was gewaarschuwd: Black Swan kruipt onder je huid en stelt je zenuwen op de proef. Maar ik had niet durven vermoeden dat een film over ballet mij tot twee maal toe op het punt zou doen staan de ci-nemazaal te verlaten. Black Swan is zo intens, puur en afgrijselijk dat het emoties teweeg brengt waar zelfs geen woorden voor bestaan. Darren Aronofski (Requiem for a dream, The Wrestler, Pi) heeft zich-zelf opnieuw overtroffen in een psychologische thril-ler die zijn kracht haalt uit de atypische koppeling van een zachtaardig concept als ballet aan waan-zin, schizofrenie en ruwe seks. En dit op zo een subtiel opdrijvende manier dat je mee durft gaan in de gedachtegang van het duister hoofdpersonage en je haar strijd en ondergang zelf voelt.

De oscarwinnende Natalie Portman speelt de rol van Nina Sayers, een topballerina in een presti-gieus danscollectief uit New York. Thomas Leroy (Vincent Cassel) kondigt aan het begin van de film aan dat het balletseizoen geopend zal worden met een opvoering van zijn interpretatie van Tchaikovs-ky’s Het Zwanenmeer. De vertolking van de Swan Queen - de rol van zowel de onschuldige White Swan als haar tweelingzus, de wulpse Black Swan - is niet voor Nina weggelegd. Thomas vertelt haar dat ze perfect geschikt is voor de rol van de White Swan, maar dat ze te gecontroleerd, perfectionis-tisch en frigide is om ook de Black Swan te kunnen vertolken. Nina is een kindvrouw die thuis woont bij haar dominante moeder (Barbara Hershey) en die duidelijk in haar roze fase is blijven steken. Uiteindelijk weet ze Thomas te overtuigen, op voor-waarde dat ze zichzelf leert te verliezen, dat ze zich seksueler opstelt en Thomas geeft hierbij de sexy ballerina Lily (Mila Kunis) als levend voorbeeld: ‘She’s not faking it.’ Nina moet en zal de Swan Queen dansen en zal een perfecte belichaming

van zowel de White Swan als de Black Swan zijn. Krakende botten, gescheurde pezen, omgeslagen enkels en bloedende teennagels houden haar niet tegen. Nina doet inspiratie op bij Lily, haar grootste concurrente, en ontdekt haar onderdrukte duistere alter ego, haar Black Swan. Nina krijgt waanvoor-stellingen, verliest compleet de controle en haar zelfverwezenlijking als ballerina is tegelijkertijd haar zelfvernietiging als persoon. Ze offert zichzelf aan het ballet en aan haar liefde voor perfectie. Deze liefde overstijgt zelfs de liefde voor zichzelf en dat maakt deze film zo romantisch, poëtisch en duister. Zelfbehoud is zelfdestructie en deze gruwe-lijke paradox vat voor mij de waanzin en de kracht van de hele film samen.

Cinematografisch gezien is deze film een ruwe dia-mant. Aronofski maakt gebruik van het handcame-ra-effect door met een schoudercamera te werken in plaats van met een statief. We zien ook hiphop-montages en extreme close-ups die we kennen uit Requiem for a dream. Het handcamera-effect zorgt voor een hoog vérité-gehalte en dit staat in sterk contrast met de optische illusies en manipulaties die Aronofski creëert op de momenten dat Nina hal-lucineert. Voorts wordt de film nog kracht bijgezet door de prachtige soundtracks van Aronofsky’s vas-te componist Clint Mansell. De soundtrack Perfec-tion begint als porselein, zo zacht en puur. Het zou een Disney Soundtrack van Sneeuwwitje kunnen zijn. Het wordt geleidelijk aan opgezweept tot een zwaar geladen, haast ondraagelijke, melancholi-sche melodie om dan op de climax open te barsten en perfect voort te lopen in Thaikovsky. Nooit eer-der klonk Het Zwanenmeer zo overrompelend!

FFIILL

MM

‘She’s not faking it’

Page 45: Queen of Arts

45

Black Swan is gruwelijk en tegelijkertijd betoverend. Ik kon niet kijken, maar toch moest ik kijken. Je wordt in de film gezogen. Aronofski gunt je geen seconde adempauze, geen milliseconde ontspan-ning. Hij attaqueert het publiek met beelden en het enige wat je kan doen is quasi verlamd en ge-hypnotiseerd toekijken. Natalie Portman gaat even diep op in haar rol van Nina als Nina zelf in de rol van de Zwarte Zwaan. Betoverend diep, beang-stigend diep. Rond de Oscar die Natalie Portman

voor haar vertolking van Nina in de wacht sleepte heerst wel een grote controverse. Na de Oscars bleek ze een doublure te hebben ingeschakeld voor het moeilijke dans- en voetenwerk. Ik vond het al onwaarschijnlijk dat ze na slechts een jaar intensief trainen zo’n niveau had bereikt. Maar deze infor-matie doet voor mij absoluut geen afbreuk aan de film. Ik verliet de zaal met een gevoel van complete verslagenheid, verbijstering en het voornemen mijn dochters nooit ballet te laten dansen.

Page 46: Queen of Arts

46

Portret: Jasper léonard vertelt over studeren aan Sint lucas Antwerpen

“90 PRoceNt VAN De DINGeN DIe Je mAAkt IS BULLSHIT”‘Je moet je onderscheiden.’ Getalenteerde, originele en unieke mensen lopen niet met hopen rond op de wereld. Jasper Léonard (25) behoort met volle overtuiging tot deze gelukkigen. Hij straalt dat ook uit in zijn hele zijn. Van zijn Citroën 2PK - een geit - tot zijn opleiding grafische vormgeving. Jasper Léonard heeft er geen moeite mee zich te onder-scheiden van de massa.

Een citroën 2PK zie je niet vaak meer rondrijden. Ben je in de buurt van Antwerpen, en je ziet een lichtblauwe geit. Dan mag je er zeker van zijn dat het Jasper is. ‘Vorige zomer heb ik een roadtrip naar Portugal gemaakt met mijn geitje. We zijn één keer in panne gevallen omdat we een klein stroom-probleem hadden. De voorruit was op een gegeven moment kapot. We hebben ze eruit gehaald en nog drie uur verder gereden tot bij vrienden die ik ken in Frankrijk. We reden rond met maskers en een zonnebril op.”

Jasper studeerde aan Sint Lucas af in grafische vormgeving: ‘Dat is eigenlijk een richting waarbij je totaal geen diploma nodig hebt als je dat echt goed doet. Ik kende iemand die in het middelbaar al grafische had gedaan en dan bij ons op Sint Lu-cas kwam. Na twee maanden is hij gestopt want hij leerde op zichzelf sneller dan op school. Hij werkt nu zelfstandig. Ik denk niet dat Sint Lucas hem tevreden had kunnen stellen. En er zijn wel meer mensen voor wie afstuderen geen meerwaarde biedt. Bijvoorbeeld voor striptekenaars die aan Sint Lucas studeren en heel goed zijn in hun ding. Zij moeten ook een onderzoeksproject doen omdat het academische opleidingen zijn. Die tekenaars heb-ben veel problemen met theoretische vakken en met

correct uit hun woorden geraken. Zeker voor een jury oog je snel fout.’

Probleem met kunstonderwijs Biedt hoger kunstonderwijs nu een meerwaarde of niet? Jasper ziet zowel voor- als nadelen. ‘In mijn ogen is het probleem met kunstonderwijs het veel-voud aan slechte leerkrachten. Je wordt een hele tijd van hier naar daar gestuurd. In het tweede jaar was er een leerkracht die mij lui vond en waarbij ik niets goed kon doen. Ik liet een logo zien dat vol-gens haar op niets trok. Ik moest het bespreken met mijn leerkracht typografie. Volgens mijn leerkracht typografie zag dat logo er goed uit. Uiteindelijk maak je vijf of zes andere versies en keurt ze dat wel goed omdat je er zo veel werk in steekt. Ze zien wel dat je moeite doet en experimenteert.’ Met werken alleen haal je het echter niet op St Lucas. Jasper: ‘het belangrijkste op St Lucas blijft je uitleg. Hoe je iets aanbrengt, hoe je leerkrachten opwarmt en iets laat zien. Dat maakt alles. Leerkrachten be-handelen je zoals in de beroepswereld. Als je een logo maakt, is de kans klein dat het direct goedge-keurd wordt, dus trainen je leerkrachten je voor de echte wereld. Ze zijn hard voor jou, maar dat is er-gens nodig omdat dat in de echte wereld ook zo is. Je moet voor jezelf even hard zijn als de docenten.’

tekSt: Freya brooS · Foto: Freya brooS · er: Hilke CHarelS

PPHHOOTTOOGGRRAAPPHHyy

Page 47: Queen of Arts

47Jasper: ‘Vorige zomer heb ik een roadtrip naar Portugal gedaan met mijn geitje’

Page 48: Queen of Arts

48

15 minuten juryIn Jaspers vierde jaar grafische vormgeving maakte hij een fotografisch eindwerk. Hij kreeg 15 minuten om dat te verdedigen. ‘Ik ben er zeker van dat veel mensen met mijn eindwerk niet hadden kunnen sla-gen. Je moet dat echt kunnen verkopen. Dat klinkt misschien stom, maar het is uiteindelijk wel heel belangrijk dat je dat kan. Er is bestaat geen ‘juist’ of ‘fout’ in kunst. Dat is het probleem met kunston-derwijs. Als je zoveel heen en weer gestuurd wordt, leer je voor jezelf wel te oordelen wat goed is. En je kweekt dat gevoel wel door de jaren heen.

‘Toen ik in het begin van het schooljaar zei dat ik iets fotografisch wou doen voor mijn eindwerk raadden mijn leerkrachten dat af.’ Drie maanden voor de deadline ging Jasper er toch mee door: ‘De eerste resultaten vonden ze zo boeiend dat ik toch mocht verder doen. Mijn conclusie is: doe ge-woon waar je zelf in gelooft.’ Jasper kreeg uitein-delijk veel positieve reacties van de juryleden: ‘De juryleden waren echt gefascineerd en vonden het boeiend. Ze vonden zeker dat ik daar mee verder kon. Dat is aan de andere kant het leuke aan St lucas, dat het zo breed is en dat je kan doen wat je wilt.’

paSSie voor fotografieJasper begon zijn fotografisch eindwerk met het vastleggen van zijn persoonlijk leven: ‘Ik documen-teerde mijn slaapplekken. Vervolgens heb ik de kus gefotografeerd. Wanneer ik andere mensen kuste, omdat dat een heel intiem beeld is. Dan ben ik ver-der gegaan met hoe anderen fotografie gebruiken. Hoe anderen zichzelf profileren aan de hand van fotografie en hoe dat geëvolueerd is van een ana-loog naar een digitaal tijdperk. Sociale netwerksites droegen daar ook aan bij. De mensen stralen een soort intimiteit uit op de foto’s die telkens terugkomt. Dat ben ik gaan documenteren en analyseren.’

Hij probeerde mensen te fotograferen, maar hij vond het niet leuk dat die telkens gingen poseren voor de foto. Zo kwam Jasper terecht bij een spio-nagelens. Een lens waar een spiegel in zit zodat je naar rechts fotografeert in plaats van rechtdoor. ‘Ik

vond dat enorm boeiend en ik kon dat zelf maken. Ik heb in totaal een stuk of acht lenzen gemaakt. Soms met een vergrootglas dat ik van mijn groot-vader geërfd had of met een rioolverbindingsstuk. Ik heb ook een tilt shift lens kunnen namaken waar-mee alles een maquette lijkt. Ik heb nu een verza-meling lenzen.’

St lucaS vormt je Na een diploma grafische vormgeving studeert Jasper nu fotografie. ‘Fotografie staat wel goed op mijn cv als extra diploma. Ik wil wel verder gaan met grafische vormgeving in de reclamewereld, maar door die fotografie heb ik wel een idee van wat mogelijk is. Ik weet ook door mijn stage dat er in de reclamewereld constant fotografen nodig zijn, voor reportages, zakelijke portretten en jaarversla-gen,... En dat kost veel geld. Fotografie als extra diploma is dus zeker een groot pluspunt. Je moet je onderscheiden. Ik ben eigenlijk nog van plan web-design te doen in avondschool, dan ben ik eigenlijk al een reclamebureau op mezelf’, vertelt Jasper. ‘Uiteindelijk ben ik wel blij dat ik die opleiding ge-daan heb. Dat heeft me heel hard gevormd. Harder dan ik had gedacht eigenlijk. Het gekke is dat do-centen je op zich nooit echt iets hebben bijgeleerd. Je hebt jezelf gewoon veel bijgeleerd door alle ‘st-ruggles’ die je onderweg hebt meegemaakt. Het is niet de meest efficiënte manier van leven, maar het is toch wel een manier om jezelf te ontwikkelen. En om bezig te blijven.’

PPHHOOTTOOGGRRAAPPHHyy

‘Ik heb in het to-taal een stuk of acht lenzen ge-maakt’

Page 49: Queen of Arts

49Jasper Léonard met een zelf gemaakte tilt shift lens

Jasper creëert het fisheye-effect met een pollepel

Page 50: Queen of Arts

50

PPHHOOTTOOGGRRAAPPHHyy

Page 51: Queen of Arts

51

Bruxelloise.Foto’s: Hilke charels

Page 52: Queen of Arts

52

Page 53: Queen of Arts

53

Page 54: Queen of Arts

54

Page 55: Queen of Arts

55

Page 56: Queen of Arts

56

Page 57: Queen of Arts

57

Page 58: Queen of Arts

58

Reportage: bezoek aan Tresor Berlin, hét mekka voor technoliefhebbers

‘Ik WIl GeWooN NAAR HUIS GAAN eN eeN lIJN

SPeeD leGGeN’Tresor Berlin doet bij menig technoliefhebber denken aan een donker feestje om nooit te vergeten. Maar wat is techno nu eigenlijk en als je naar Berlijn komt, moet je dan wel in Tresor zijn? Ik vroeg het aan Marco Hoffmann, de nightmanager van Tresor die zelf al een lang technoverleden heeft.tekSt: Sylvia PerSoonS · Foto’S: Sylvia PerSoonS · er: Hilke CHarelS

Zaterdag 26 maart 2011, elf uur dertig ‘s avonds, ik verlaat het Winterhotel en begeef me samen met Mieke Claes en Dries Crabbé naar de metrohalte Heidelberger Platz. Mieke en Dries zijn absolute anti-techno jongeren. Er staat me een lange en spannende trip te wachten en ik heb nog nooit de Berlijnse metro genomen.

Wachtend op de metro tijdens een overstap hoor ik in de verte muziek, met een nieuwsgierige blik daal ik van de trappen en kom ik terecht in een onder-grondse metroruimte. Een dertigtal dertig jongeren was aan het dansen op polka muziek, gespeeld door een groepje straatmuzikanten genaamd Pol-kageist. De sfeer zit zo goed dat het irreëel lijkt!

‘Sheisse!’ Ik heb mijn metro gemist, na een kleine zoektocht naar een taxi zet ik mijn reis verder rich-ting Tresor. ‘De beste technoclub van het land’.

angStIk loop de parking op, zie een enorm groot pand en een struise bodyguard die me verbiedt mijn foto-toestel te gebruiken. Protesteren zit er niet in vermits hij zo breed is dat hij letterlijk niet eens dwars door de deur kan. De angst voor het onbekende staat op mijn gezicht af te lezen.

Vlak voor het binnen gaan pols ik bij Mieke en Dries naar hun verwachtingen en gedachten. ‘Ik vind het wel een enorm cool gebouw, dat had ik nooit verwacht. Voor de rest weet ik niet wat mij te wachten staat’, vertelt Mieke. Dries weet nu al dat

het zijn ding totaal niet is: ‘het ziet er niet echt iets uit waar ik naartoe zou trekken’. Ze voelen hun bei-den duidelijk niet op hun plaats. Als ik hun vraag wat ze van de muziek verwachten, zeggen ze over-tuigd en in koor: eentonige muziek!

iedereen StaartNa het nemen van een trap kom ik terecht in een grote ruimte, de architectuur is adembenemend. De club heeft zo een donkere, kille sfeer and I like it! Er staat nog maar vijf man op de dansvloer, wanneer ik deze oversteek kom ik aan het lounge gedeelte met de bar. Ongeveer iedereen staart me aan, zeer waarschijnlijk door de stresserende blikken op mijn gezicht en het fototoestel aan mijn zijde.

Wanneer ik de trappen naar beneden aan de an-dere kant van de zaal neem, kom ik in een kleine hal terecht vol graffiti en neonlampen. Het is een robuust gebouw met absoluut geen mooie, dure af-werking wat het interieur betreft. Je voelt het vuil op de grond aan je schoenen plakken en de belichting werkt hypnotiserend. Ik besluit even naar het toilet te gaan. ‘Lang leve Tresor’ staat op de toiletdeur geschreven, snel probeer ik een foto te trekken, maar laat van zenuwachtigheid mijn lenzenkap in het toilet vallen. Goed bezig Persoons!

‘Ik kom uit Turkije, waar ik werk voor een bedrijf dat een zetel heeft in Berlijn en ik verblijf hier nu de komende drie maanden.’ Alija, vijfentwintig, komt voor het eerst naar Tresor en is verliefd op de loca-tie. ‘Het post- apocalyptische gebouw trekt me meer

NNIIGGHHTT

Page 59: Queen of Arts

59Marco: ‘mensen lachen vaak als ik zeg dat ik gepromoveerd ben tot nightmanager’

Page 60: Queen of Arts

60 marco: ‘van mij mogen ze alle soorten drugs doen’

‘lang leve tresor’ staat op de toiletdeur geschreven, snel probeer ik een foto te trekken, maar laat van zenuwachtigheid mijn lenzenkap in het toilet vallen

Page 61: Queen of Arts

61

aan dan de muziek.’ Alija geeft toe dat hij vooral uitgaat op techno wanneer hij gedronken heeft of high is. ‘Als ik wakker word moet je me geen portie techno voorschotelen, dan wil ik iets rustig. En geef me voor de rest maar de muziek van de Chemical Brothers! (lacht)’ Fred, een student van drieëntwintig kan elk moment van de dag naar techno luisteren. Hij is een enorme fan van ‘Infected Mushroom’, ‘DJ Rush’ en ‘Sven Väth’. ’Ik ben hier nog nooit geweest, maar ik las op het internet dat deze club de hoogste ratings had en wou eens komen kijken of ze die honderd punten wel verdienen. Het is nu twee uur maar het volk moet precies nog toekomen. In Frankrijk, waar ik woon, zou het feestje al volop aan de gang zijn. Op dit moment scoren de gewel-dige locatie en de muziek toch al een negenenne-gentig op honderd voor mij!’.

Ik ga op zoek naar Marco Hoffman, ‘nightmana-ger’ van Tresor. Hij neemt me mee langs verschei-dene louche achterdeuren en zo kom ik aan in het hart van de club, een kantoor dat doet denken aan een jeugdige, doorrookte studio.

connectieS‘Het is zo een stressvolle avond, we werken uit-zonderlijk met minder volk en dat weegt door. Het liefst van al wil ik gewoon naar huis, een lijn speed nemen, douchen en gaan slapen’, klaagt Marco. Hij moet de hele avond alles draaiende houden. Gaande van de controle over de bars tot het be-talen van de DJ’s en het zoeken naar security en dergelijke meer. Hij werkt nu drie jaar voor Tresor, maar begon in de vestiaire waar hij na drie maan-den hoofd van de vestiaire werd. ‘Mensen lachen vaak als ik hun zeg dat ik een jaar later gepro-moveerd ben tot ‘nightmanager’, maar je mag die job niet onderschatten. Als je in de vestiaire werkt, heb je goede relaties met de DJ’s en de mensen die achter de bar staan. Je moet geliefd zijn bij ieder-een en je mag vooral niet te verlegen zijn. De con-necties komen me nu goed uit als nightmanager.’

Marco vertel me dat Tresor twintig jaar bestaat, de club werd in 1991 geopend, vlak na de val van de Berlijnse muur. Maar techno had al een relatief lange voorgeschiedenis voor de opening van Tre-sor. Het ontstond in de jaren zeventig en kende een hoogtepunt in Amerika en Duitsland. In de jaren tachtig ontwikkelde techno zich in Detroit en Frank-furt. In Duitsland kent het vooral een industriële sound terwijl het in Amerika meer melodie bevat. Het woord ‘techno’ komt uit het boek van de Ameri-kaanse futuroloog Alvin Toffler die in zijn boek ‘The Third Wave’ gebruik maakte van de term ‘Techno-logy’ omdat Detroit sterk ontwikkeld was.

Na de val van de Berlijnse muur in 1989 was er nog geen ‘echte vrijheid’, maar wel een verlan-gen naar vernieuwing. Marco vertelt me dat men behoefte had aan een nieuwe sound en in Oost-Berlijn stonden verschillende panden leeg. Zo werd Potsdammer Platz het centrum voor liefhebbers van elektronische muziek en ontstond de underground scene. Het gevoel van ‘alles kan, alles mag’ was groot.

‘Tresor was the first club where it actually worked that east and

west could party together. The hardest atmosphere with the

hardest music!’ DJ TANITH, Berlin

In 1988 startte het muzieklabel Interfisch de club UFO te Berlijn, maar door financiële problemen werd deze gesloten. Dimitri Hegemann, de baas van Interfisch, vond een nieuwe locatie in de kel-ders van de Wertheim-warenhuizen. Deze waren gelegen in het Berlijnse stadsgedeelte Mitte, het centrum van het oude Oost-Berlijn. In de kelders van deze warenhuizen vond men oude kluizen en zo onstond Tresor, wat in het Duits kluis betekent.

‘We couldn’t believe something like this could happen, the room was just filled with safety deposit boxes. It was a culture shock for everybody who went to the club!’ DJ ROK , BER-LIN (DJ, PRODUCER)

Het opstarten van een clublabel in 1992 was dan ook een logisch gevolg. Het groeiende contact met de verschillende techno dj’s zorgde voor het label ‘Tresor Records’ waarbij artiesten zoals Blake Bex-ter, Jeff Mills en Cristian Vogel een plaat uitbrach-ten.

Op zestien april 2005 vond het laatste feestje plaats op de oude locatie van Tresor. ‘We werden al een paar jaar gewaarschuwd door de overheid dat er nieuwe kantoorgebouwen kwamen in de wijk en dat Tresor moest verhuizen. Zo hebben we twee jaar zonder locatie gezeten en verhuisden we elke week naar een andere club’, vertelt Marco.

Sinds 2007 vonden ze een nieuwe locatie en ging de nieuwe Tresor open. De nieuwe club, ook ge-legen in Mitte, bestaat uit tweeëntwintig vierkante meter. Het is een oude energiecentrale aan de Köpenicker Straße. De locatie is even koud en rauw

Page 62: Queen of Arts

62

en weeral wordt de muziek het hoogtepunt van de club.

In de nieuwe, maar ook in de oude Tresor, zijn er twee ruimtes: Globus, waar er house music wordt gedraaid en dan Tresor zelf, waar je kan genieten van harde techno.

langSte feeStje ooitDe deuren van de club openen pas om twaalf uur. ‘Ik denk dat het iets typisch is aan Berlijn, als ik met toeristen spreek vallen ze altijd uit de lucht om-dat bij hun de feestjes op dreef geraken wanneer er bij ons pas volk toekomt. We sluiten vaak ook pas tegen tien uur in de ochtend. Zo lang als het publiek zich amuseert, dat is voor ons het belang-rijkste, blijven wij open.’ Zo was er in Tresor met de Love Parade een van de langste feestjes ooit: Tresor opende de deuren op vrijdagavond en sloot ze pas zondagavond. Maar voor Marco betekent een technofeestje alleen maar werken. Als hij een vrije avond heeft, zit hij liever rustig thuis. Toen hij jong was ging hij vaak naar Tresor, ook door de diversiteit van het volk. Je had er homo’s, toeristen, Duitsers, Aziaten enzovoort.

‘Iedereen weet dat techno niet kan leven zonder drugs. Ik ben ook jong geweest en heb hier ook mee geëxperimenteerd. De muziek is dan veel intensiever. Van mij mogen ze alle soorten drugs pakken die ze maar willen, zo lang er maar niet gedeald wordt. Zo is het ooit fout afgelopen, een razzia met vierhonderd politieagenten vielen bin-nen in de oude Tresor. Iedereen moest zich identifi-ceren en het feestje was over.’

welke climax?Mieke en Dries zien er al een pak gelukkiger uit, dit ligt niet aan de muziek, maar zeer waarschijnlijk aan de tien gratis drankbonnetjes die Marco ons meegaf na het interview. We begeven ons op de dansvloer en als technoliefhebber ga ik natuurlijk uit mijn dak. Dries vraagt meerdere malen of het toch niet stilaan tijd is om door te gaan. Hij staat er nogal statisch bij en is zich zeer duidelijk aan het vervelen. Als ik pols naar wat ze vinden van de climax die gaat komen in het lied en wat ze nu van techno vinden, krijg ik een duidelijk antwoord. ‘Eentonig. En over welke climax heb je het? Ik hoor er helemaal geen!’ Mieke gooit af en toe een heup los, het zint haar precies toch iets meer. ‘Ik luister quasi altijd naar ‘drum and bass’ en ik hoor hier nog gelijkaardige beats in. Ik kan het dus nog wel appreciëren, alleen ben ik meer beats per minute gewend.’

Een tweede overtuigingspoging tot langer blijven dan maar: het aanbieden van een nieuw drankje. Het levert mij welgeteld een halfuur langer genieten op. Ik laat me helemaal meeslepen door de muziek en moet Josh Wink gelijk geven. Ik zit precies op een zilverkleurige wolk na het nemen van verschei-dene verboden middelen. Héérlijk.

“It’s very creepy but perfect, I don’t do drugs but it feels like I’m

on drugs when I’m there!”JOSH WINK (DJ, producer)

NNIIGGHHTT

Page 63: Queen of Arts

63‘Wij sluiten vaak pas tegen tien uur in de ochtend’

Page 64: Queen of Arts

64

Page 65: Queen of Arts

65

BeRlIN By NIGHtFoto’s: Freya Broos

Page 66: Queen of Arts

66

Page 67: Queen of Arts

67

Page 68: Queen of Arts

68

Page 69: Queen of Arts

69

Page 70: Queen of Arts

70

Page 71: Queen of Arts

71

Page 72: Queen of Arts

72

Page 73: Queen of Arts

73

Page 74: Queen of Arts

74

music promotor Gilke: ‘De muziek moet een metafoor zijn voor de technieken die de kunstenaars gebruiken’

yyAADD

Page 75: Queen of Arts

75

ARteFAct-FeStIVAl COMBINEERT KUNST EN MEDIAtekSt: Hilke CHarelS · Foto’S: Hilke CHarelS · er: Sylvia PerSoonS

Van 15 tot 24 februari kan je in het kunstencen-trum STUK in Leuven de gratis tentoonstelling The Emerge of Things bijwonen. De tentoonstelling maakt deel uit van het ARTEFACT-festival voor kunst en media. Dit jaar focust de tentoonstelling op het werk van een twintigtal kunstenaars die de com-ponenten van media en technologie analyseren. Emergence heeft hier naast de letterlijke betekenis ‘het verschijnen’ ook de meer diepgaande weten-schappelijke en filosofische betekenis gekregen. Die verwijst naar complexe systemen en patronen die zijn ontstaan uit een veelvoud van kleine handelin-gen. Zo ontstaan er bij het geheel eigenschappen die niet zichtbaar zijn in de afzonderlijke niveaus.

Subjectief/objectiefSommige kunstenaars vertrekken hierbij vanuit een socio-politiek standpunt en benaderen media en technologie als middelen die bepaalde machts-structuren met zich meebrengen. Zo bijvoorbeeld plaatste kunstenaar YoHa een oude stoommachine op het binnenplein van STUK. Deze genereert elek-triciteit voor een computer aanwezig in de tentoon-stelling. Nog steeds wordt veertig procent van onze elektriciteit voorzien door steenkool, de nadelige gevolgen misschien niet genoeg in achting nemend. YoHa’s kunstwerk ‘Coal Fired Computers’ focust hierbij op de zwarte longen van arbeiders in verre landen zoals China. Als metafoor gebruikt hij een

varkenshart dat aangedreven wordt door de com-puter, die op zijn beurt wordt aangedreven door de stoommachine. Andere kunstenaars bekijken het thema eerder objectief en conceptueel. In ‘Dear Steve’ toont kunstenaar Herman Asselberghs met behulp van een projector de ontrafeling van een MacBook Pro. Hij wil ons zo doen herinneren aan de vaak vergeten materialiteit van onze onmisbare computers. Allemaal nemen de kunstenaars en hun kunstwerken je terug mee naar de basics van me-dia en technologie, wat voor een leek veel inzichten en structuur schept.

internationaalBij de kunstenaars zijn ook enkele internationale namen, waaronder de invloedrijke Amerikaanse kunstenaar Robert Morris. Hij staat bekend als ver-tegenwoordiger van de minimal art en is beroemd geworden met zijn uitspraak ‘Simplicity of form is not necessarily simplicity of experience’. Het werk ‘Box with the Sound of its Own Making’ werd in 1961 door Morris gemaakt. Uit een houten kistje weerklinkt een drie uur durende geluidsopname van het eigen productieproces van dat kistje. Dit geeft een extra tijdsdimensie en maakt het werk zo poëtisch en treffend. De meeste van zijn werken kunnen geplaatst worden binnen de ‘process art’. Deze stroming zegt dat het proces van het maken van kunst het hoogste goed is, niet het eindproduct.

Page 76: Queen of Arts

76

Dit doet ook denken aan de stellingen van filosofen Freud en Plato over genot: genot is een overgang, niet het uiteindelijke resultaat.

performance en muziekHet ARTEFACT-festival zet ook enkele performan-ces en concerten op het programma. Zo kun je bijvoorbeeld de installaties van Kris Verdonck gaan bekijken en een live-optreden van de experimentele dubstep-DJ Gold Panda bijwonen. Kris Verdonck zoekt in zijn performance ACTO#1 naar de essen-tie van de schepping. In drie delen brengt hij een rookwolk, een mannequin en een springveer tot leven. Hij laat zien hoe deze objecten kunnen ont-roeren en menselijk zijn en creëert zo vraagtekens rond onze eigen schepping als mens. Gold Panda is een Londense DJ met een opmerkelijke stijl. Hij recycleert samples van oude platen naar nieuwe sounds. Gilke Vanuytsel is music promotor van STUK en zij stond in voor het regelen van de DJ’s. ‘De muziek moet een metafoor zijn voor de technie-ken die de kunstenaars gebruiken op de expositie. Daarom koos ik voor elektronische, experimentele muziek’, vertelt Gilke. Op de affiche staan onder andere Frederik Croene, Biosphere en Amiina. Zelf vindt Gilke de tentoonstelling veel te ingewikkeld: ‘het is allemaal nogal wetenschappelijk en bij som-mige werken moest ik drie keren de uitleg krijgen vooraleer ik snapte hoe het in elkaar zat, mijn col-lega’s trouwens ook.’

More info: www.artefact-festival.be

yyAADD

Page 77: Queen of Arts

77coal Fired computers: een varkenshart wordt aangedreven door een computer, die wordt aangedreven door een steenkoolgenerator

‘Dear Steve’ door Herman Asselberghs toont de volledige ontrafeling van een MacBook Pro

Page 78: Queen of Arts

78

Recensie Museum für fotografie

“HIS ImPReSSIVe WoRk WAS A GReAt HelP to US BotH IN OUR CAREER AND IN OUR DRAWINGS” (Dolce & Gabbbana)

niet naar haar leven. De collectie is zeer talrijk. Je krijgt een duidelijk beeld van haar stijl van fotograferen. In een verloren hoekje van de zaal vind je nog een tentoonstelling van June Newton, Helmuts vrouw. Hier hangen weinig foto’s, maar de gelijkenis met de stijl van Helmut is groot. Waarom bevindt deze tentoonstelling zich dan niet op dezelfde verdieping als die van Helmut? Daar zou deze reeks veel meer tot zijn recht komen, in plaats van in een verloren hoekje bij de tentoon-stelling van Alice Springs.

Op de bovenste verdieping van het museum is een enorme zaal te vinden. Het licht in deze zaal is sterk gedimd. De foto’s in deze zaal zijn oud. De zwakke lichtinval heeft hier zowel een positief als negatief effect op. Positief, omdat de verouderde kleuren van de foto’s nu nog meer verouderd overkomen. Negatief omdat de tentoonstelling snel je aandacht kwijt raakt. De zaal is enorm en er hangt een groot aantal foto’s. De tentoonstelling neemt je mee op wereldreizen met de eerste foto-toestellen. Jammer genoeg is deze tentoonstelling te groot met te weinig attractieve punten om je aandacht te houden.

Over het algemeen kan ik besluiten dat het Berlijn-se fotomuseum niet de naam fotomuseum waardig is. De tentoonstelling van Helmut Newton, Alice Springs en June Newton in het verloren hoekje zijn zeker de moeite waard. Maar wanneer ik aan een fotomuseum denk verwacht ik meer dan het werk van drie fotografen.

In 2004 richtte de Helmut Newton Foundation een fotomuseum op in hartje Berlijn. Het gebouw dat ooit voor enterainment zorgde bij Duitse officie-ren, herbergt nu meerdere fototentoonstellingen. Helum Newton, een Duitse fotograaf, versiert de permanent aanwezige tentoonstelling. Op de eerste verdieping is er plaats voor een wisselende tentoonstelling om dan te eindigen op de tweede verdieping met een reis doorheen de gescheidenis van fotografie.

De meeste aandacht in het museum gaat naar Helmut Newton. Niet dat Helmut Newton dit niet verdient, maar moet het museum dan nog een fotomuseum genoemd worden? Nadat je de Newton tentoonstelling hebt gezien, kan je je wel een beeld vormen van de man. Het zijn niet enkel zijn werken die worden tentoongesteld. Ook zijn levensstijl hebben ze proberen te portretteren. Je wordt betrokken, meegesleurd in zijn denken, in zijn leven. Newton stierf in 2004 na een succesvol leven. Heel aangrijpend zijn de brieven van men-sen waar hij mee samen had gewerkt, zoals Dolce & Gabbana. Newton was gekend in de modefo-tografie met zijn controversiële beelden. Veel van deze modefoto’s worden tentoongesteld samen objecten van op de foto. Naast foto’s hangen er ook veel posters en kalenders. Zo heb je een beter beeld voor welke doeleinden Newton’s werk werd gebruikt.

Naast Newton’s werk is er ook een ruime tentoon-stelling van Alice Springs. Bij deze tentoonstelling gaat de aandacht naar de foto’s van Springs zelf,

tekSt: Freya brooS · Foto’S: Freya brooS · er: Hilke CHarelS

yyAADD

Page 79: Queen of Arts

79

Page 80: Queen of Arts

80

Recensie Bauhaus museum

“oNly AN IDeA HAS tHe PoWeR to SPREAD SO FAR”Mies van de Rohe

Bauhaus was van 1919 tot 1933 een gereno-meerde kunstschool in Duitsland. Het was de belangrijkste school voor architectuur, design en kunst in de 20ste eeuw. Het museum is gevestigd in een gebouw ontworpen door Walter Gropius, een bekende naam in architectuur en tevens een van de stichters van de school. Het Bauhaus Archive/Museum of Design in Berlijn geeft de geschiedenis en invloed van deze school weer. Hoewel het slagen van dit doel betwijfeld kan worden.

Wanneer je het Bauhaus museum langs buiten bekijkt, zie je een prachtig gebouw. Passend bij de naam die de school kreeg door de geschiede-nis heen. Je wordt naar de ingang geleid terwijl je over het gebouw stapt en komt terecht op een binnenplaats. Een oase van rust. Al het positieve aan het museum houdt hier jammer genoeg op. Zo gerenomeerd de naam van de school is, zo klein is de doeltreffendheid van het museum.

In het museum worden de verschillende richtin-gen die gedoceerd werden aan Bauhaus weer-gegeven. Daar blijft de indeling van het museum bij. Het gebouw lijkt langs de buitenkant zo groot en toch is de tentoonstellingsruimte erg klein. Alle afdelingen staan tegen elkaar gedrukt. De werkstukken kunnen niet tot hun recht komen. De verschillende afdelingen zijn daardoor ook niet duidelijk van elkaar te onderscheiden.

Naast het feit dat er geen structuur zit in de ruimte en de tentoonstelling, staat ook het infor-matiegehalte op een laag pitje. Bij de panelen van de verschillende kunststromingen is uitleg te

vinden over de docent, werkwijze en dergelijke. Daar blijft het geven van informatie bij. Wil je meer informatie krijgen, dan ben je verplicht een audiogids aan te schaffen waar je natuurlijk voor moet betalen.

De objecten die tentoon gesteld worden zou-den ook beter kunnen zijn. Ook bij de manier waarop ze tentoon gesteld staan is veel ruimte voor verbetering. Het grootste gedeelte van de ruimte gaat naar 3D-design en architectuur. Jam-mer genoeg is de belichting en vormgeving van de ruimte bij 3D-design maar flauw. Daar staan dan voor jou stoelen die een geschiedenis heb-ben. Jammer genoeg heb je zonder audiogids geen idee wat er zo speciaal is aan die stoel. En waarom hij daar helemaal scheef staat met slechte belichting is ook een raadsel.

Fotografie behoort ook tot een groot deel van de Bauhaus opleiding. Dit is dan terug te vinden op een klein stukje muur, zonder uitleg. Tussen het koperbewerken en het weven in. Naast de per-manente tentoonstelling is er ook ruimte voorzien voor gasttentoonstellingen. Ook hier vinden we weer een warboel terug. De museumshop is nog een stap verder in het uitbuiten van de grootste kunstschool van Europa.

Het museum is een grote teleurstelling in vergelij-king met de Bauhaus kunstschool. Het museum is al open sinds 1979 en is dringend toe aan ver-nieuwing. Dat een school die net alles met kunst, architectuur en vormgeving te maken had, zo een ongestructureerd en onvolledig museum kan zijn , is een zware teleurstelling.

tekSt: Freya brooS · Foto’S: Freya brooS · er: Hilke CHarelS

yyAADD

Page 81: Queen of Arts

81

Page 82: Queen of Arts

82

Recensie C/0 Berlin

“I AlWAyS tHoUGHt I WAS GooD. tHAt’S WHy It WAS So FRUStRAtING WHeN otHeR Peo-Ple DoN’t AGRee” Robert Mapplethorpe

Een bekende speler in het cultuurlandschap van Berlijn is het oude postgebouw nabij het Tacheles Kunsthaus. Het postgebouw werd in 2000 gedoopt als C/O, International Forum For Visual Dialogues. De stichters zien Berlijn als een laboratorium waar geëperimenteerd wordt met de grenzen van creati-viteit. Zij zien het als hun opdracht om via tentoon-stellingen het artistieke leven naar voor te brengen. Zeker op vlak van fotografie waar tot 2000 nog geen plaats voor was in Berlijn. Fotograaf Stephan Erfurt, designer Marc Naroska, en architect Ingo Pott sloegen de handen in elkaar en zo ontstond C/O, waar vandaag gerenomeerde tentoonstellin-gen zijn van onder meer Robert Mapplethorpe.

Robert Mapplethorpe is een wereldwijd bekende fotograaf. Net zoals Helmut Newton geraakte ook hij aan zijn bekendheid door controverses te creë-ren. Mapplethorpe komt in de jaren ’80 naar voor met een reeks schokkende foto’s waarin hij zijn ho-moseksualiteit naar voor brengt. Ook in zijn andere reeksen blijft hij steeds rond seksualiteit werken, erotiek en sensualiteit staan centraal. Mapplethorpe bestudeerde lichaam, vorm en licht. Mapplethorpe stierf in 1989 als slachtoffer van aids. Hij realiseer-de zich het onomkeerbare en de snelheid van het proces. Zo ontstond zijn laatste zelfportret met een wandelstok met schedel. Ook deze foto is te bezich-tigen op de tentoonstelling.

Het geheel van de afgebeelde werken, de locatie en de sfeer is prachtig. Het werkt en spreekt aan. De foto’s van Mapplethorpe zijn logische en ordelijk afgebeeld in de kamers. Je wordt automatisch door

de tentoonstelling geleid, het is geen warboel waar-bij je niet weet welke ruimte je eerst moet bekijken. De verschillende reeksen zijn duidelijk van elkaar te onderscheiden en wanneer reeksen elkaar overlap-pen wordt dit ook mooi opgelost. Zoals de kruising van zijn reeks met naakte mannelijke zwarte mod-delen en bloemen. De tentoonstellingen staan in twee aparte ruimtes en net tussen die twee staat een foto die de twee reeksen combineert.

Naakte modellen zijn door al zijn reeksen terug te vinden. Zelfs bij de bloemenreeks die je heel realistisch kan bekijken, kan je ook een seksuele ondertoon terugvinden. De stillevens en portretten die Mapplethorpe maakt zijn gefocused, extreem gecompositioneerd. Zo laat hij lichamen lijken als landschappen. Mapplethorpe bestudeerde lichaam en vorm tot in het detail tot het voor hem technische perfectie werd. Perfectie die door de zwarte model-len veel contreverse opwekte omdat er in de jaren ’80 in Amerika nog steeds sprake was van een sterke rassenscheiding.

De tentoonstelling telt 187 foto’s van Mapplethorpe doorheen verschillende reeksen. Waardoor je een evolutie ziet in zijn werk. Van de eerste polaroids tot de stillevens en portretten van Andy Warhol en Grace Jones. De combinatie van Mapplethorpe’s werk en het gebouw waarin de tentoonstelling huist is perfect. De oudheid en het lichte vervallen, samen met de mufheid, ook in geur, gaan perfect samen met de onderwerpen van Mapplethorpe’s foto’s. De tentoonstelling werd wegens succes een maand verlengt en dat is alleen maar logisch.

tekSt: Freya brooS · Foto’S: Freya brooS · er: Hilke CHarelS

yyAADD

Page 83: Queen of Arts

83

Page 84: Queen of Arts

84