logboekinstructie propedeuse v4.0

12
Instituut voor Life Scienc Chemie en Chemische Logb P ce & Technology Technologie boekinstructi Propedeuse 2011-2012 ie voor C/CT 2 / Versie 4.0

Upload: jurjan-bruggink

Post on 06-Dec-2015

239 views

Category:

Documents


1 download

DESCRIPTION

Logboekinstructie Propedeuse v4.0

TRANSCRIPT

Page 1: Logboekinstructie Propedeuse v4.0

Instituut voor Life Science & Technology

Chemie en Chemische Technologie

Logboekinstructie

Propedeuse

Instituut voor Life Science & Technology

Chemie en Chemische Technologie

Logboekinstructie

Propedeuse

2011-2012

Logboekinstructie

voor C/CT

2 / Versie 4.0

Page 2: Logboekinstructie Propedeuse v4.0

Logboekinstructie Propedeuse C/CT 2011�2012

Page 2 of 12

Page 3: Logboekinstructie Propedeuse v4.0

Logboekinstructie Propedeuse C/CT 2011�2012

Page 3 of 12

Inhoudsopgave 1. Algemene inleiding . . . . . . . 04

2. Aantal en soort . . . . . . . 06

3. Richtlijnen . . . . . . . . 07

4. Onderdelen van het logboek . . . . . 08

4.1 Nummer, titel en datum . . . . . 08

4.2 Doelstelling . . . . . . . 08

4.3 Principe . . . . . . . . 08

4.4 Theorie (vragen / trefwoorden) . . . . 09

4.5 Veiligheidsaspecten . . . . . . 09

4.6 Fysische eigenschappen . . . . . 09

4.7 Literatuurlijst . . . . . . . 09

4.8 Methode . . . . . . . . 11

4.9 Materiaal . . . . . . . . 11

4.10 Uitvoering . . . . . . . . 11

4.11 Resultaten en verwerking . . . . . 11

4.12 Conclusie . . . . . . . . 11

4.13 Discussie . . . . . . . . 12

Page 4: Logboekinstructie Propedeuse v4.0

Logboekinstructie Propedeuse C/CT 2011�2012

Page 4 of 12

1. Algemene inleiding Tijdens practica doe je onderzoek door experimenten uit te voeren. Een goed onderzoek is controleerbaar en reproduceerbaar. Dit betekent dat je tijdens het onderzoek nauwkeurig moet vastleggen wat je gedaan hebt, hoe je dat gedaan hebt, wat de uitkomsten zijn, etc. Een goede verslaglegging is dus noodzakelijk. In de eerste plaats geschiedt verslaglegging in het logboek. Het logboek komt tot stand tijdens een onderzoek en het heeft een belangrijke functie. Het is verplicht (ISO-normen, GLP, GMP). In het logboek worden tijdens het werk allerlei gegevens en resultaten opgeschreven. Dit dient overzichtelijk en duidelijk leesbaar te gebeuren, omdat ook anderen gebruik maken van het logboek, bijvoorbeeld het hoofd van een laboratorium of collega’s (op school: de docent en medestudenten). Voorbeelden waarom een logboek goed bijhouden zo belangrijk is: Stel, je doet onderzoek naar een polymeer dat je wilt gaan gebruiken voor medische toepassingen. Na weken experimenteren heb je eindelijk het ideale polymeer gecreëerd, maar je hebt geen aantekeningen in je logboek gemaakt over wat je precies gedaan hebt. Nu wil je dat ideale polymeer nog een keer maken. Maar hoe zat het nou ook alweer? Je bent met je onderzoeksteam bezig met een project dat over een maand af moet zijn. Je gaat een weekje skiën en loopt een dubbele beenbreuk op. Je kunt niet naar je werk en je collega’s moeten je werk overnemen. Maar je hebt geen logboek bijgehouden, hoe moeten zij nu verder? Er komt een klacht binnen van een belangrijke klant van het bedrijf waar je voor werkt. Hij beweert dat het product niet de juiste kwaliteit heeft. Jij bent verantwoordelijk voor het controleren van de kwaliteit van de gemaakte producten en weet zeker dat er niets met dit product aan de hand was. Maar ja, je hebt niets in je logboek geschreven van de testen die je hebt uitgevoerd. Hoe bewijs je dat het product wel in orde was op het moment dat het verstuurd werd naar de klant? Op school gebruik je een logboek voor, tijdens en na afloop van een practicum. Voor aanvang van het practicum om er thuis het uit te voeren experiment in voor te bereiden. Tijdens het practicum om er waarnemingen, metingen en resultaten in te noteren. En na afloop van het practicum om er berekeningen in uit te voeren en om er een eindresultaat (conclusie) en eventueel een discussie in te schrijven. Verslaglegging kan ook geschieden in de vorm van een verslag. Het logboek dient dan als basis. Een verslag is een uitgebreidere verwerking van een onderzoek.

Page 5: Logboekinstructie Propedeuse v4.0

Logboekinstructie Propedeuse C/CT 2011�2012

Page 5 of 12

Dit dictaat bevat instructies voor het logboek voor studenten uit de propedeuse. In het 1e jaar werken we namelijk stapsgewijs toe naar het goed hanteren van een logboek. Dat betekent heel simpel gezegd dat wij niet verwachten dat je het logboek van meet af aan perfect in orde hebt. Per kwartaal voeren we de studielast een beetje op, zodat je uiteindelijk in het 3e kwartaal een volledig logboek kunt inleveren. In het onderstaande schema kun je vinden wat er per kwartaal van je verwacht wordt. (Aanvullingen worden vermeld, dus bijvoorbeeld in kwartaal 2 verwachten we de onderdelen die daar vermeld staan plus die van kwartaal 1!) kwartaal logboekinhoud

1

nummer, titel, datum doelstelling

theorie (vragen / trefwoorden) veiligheidsaspecten

uitvoering conclusie

2 principe

fysische eigenschappen resultaten en verwerking

3

literatuurlijst methode materiaal discussie

De afzonderlijke onderdelen die genoemd worden in het schema worden in dit dictaat uitgebreid besproken. Lees dit aandachtig door, zodat je goed beslagen ten ijs komt!

Page 6: Logboekinstructie Propedeuse v4.0

Logboekinstructie Propedeuse C/CT 2011�2012

Page 6 of 12

2. Aantal en soort Per practicum gebruik je meerdere logboeken (zorg dat je er minstens drie hebt). Dit is nodig, omdat je na elk practicumonderdeel je logboek inlevert bij je docent. Practicumwerk moet dan wel kunnen doorgaan en de docent heeft tijd nodig om alle logboeken na te kijken. Je gebruikt logboeken voor alle practica die je tijdens je opleiding volgt. De aanschaf van meerdere logboeken per practicum is een verplichte investering. Je houdt echter nooit een halfvol logboek over: tijdens je practica in het tweede jaar kun je de logboeken verder gebruiken. De logboeken die je op school gebruikt zijn A4-cahiers met een harde kaft. Deze zijn verkrijgbaar bij de winkel van de Hanzehogeschool (Zernikeplein 7).

Page 7: Logboekinstructie Propedeuse v4.0

Logboekinstructie Propedeuse C/CT 2011�2012

Page 7 of 12

3. Richtlijnen Hier volgen enkele algemene richtlijnen waaraan je logboek dient te voldoen. Dit dient dus te allen tijde in orde te zijn, ongeacht in welk kwartaal je het logboek gebruikt.

• Op de buitenkant van het logboek vermeld je je naam en klas.

• Binnenin het logboek vermeld je: naam, adres en klas.

• Reserveer 2 bladzijden voor de inhoudsopgave.

• Reserveer ook 2 bladzijden voor de algemene literatuurlijst.

• Je schrijft uitsluitend met waterproof pen (niet met een potlood of vulpen).

• Doorhalingen zijn alleen toegestaan als de oorspronkelijke tekst leesbaar blijft. Pagina’s verwijderen of dichtplakken, of nieuwe informatie over oude plakken, is niet toegestaan. Gebruik nooit Tipp-Ex.

• Vooraf nummer je de pagina’s van je logboek.

• Elk (deel-)experiment dat je doet, vermeld je in de inhoudsopgave. Die ziet er als volgt uit:

Datum Titel experiment Bladzijde Paraaf docent

Voorbereiding Uitwerking Bespreking

• Wekelijks werk je de inhoudsopgave bij.

• Je begint elk (deel-)experiment op een nieuwe, linker bladzijde.

• Laat voldoende ruimte/regels open tussen de onderdelen, met andere woorden: houd rekening met aanvullingen, veranderingen, toe te voegen tabellen, bij te plakken grafieken, computer-berekeningen etc.

• Geef de verschillende onderdelen van het logboek goed gescheiden en onderstreept aan.

Page 8: Logboekinstructie Propedeuse v4.0

Logboekinstructie Propedeuse C/CT 2011�2012

Page 8 of 12

4. Onderdelen van het logboek In het logboek hebben de rechter- en linkerbladzijden verschillende functies. Algemeen gezegd komt rechts te staan: alles wat je tijdens het practicum opschrijft. Links komt je voorbereiding te staan, toelichtingen, formules, tekeningen etc. Hieronder staat precies weergegeven wat je links (4.1 t/m 4.7) en wat je rechts (4.8 t/m 4.13) noteert. Mocht je tijdens het uitwerken van je logboek onverhoopt iets in moeten voegen terwijl er op de rechterpagina’s geen plaats meer is, dan mag je hiervoor de tegenoverliggende linkerpagina gebruiken. Dit komt meestal de overzichtelijkheid ten goede. Het alternatief is een verwijzing naar een andere bladzijde; dit zorgt vaak voor veel gezoek en geblader. Je mag de linkerpagina ook gebruiken voor bijvoorbeeld grafieken. 4.1 Nummer, titel en datum Maak je titels niet te algemeen. Zeg bijvoorbeeld niet: “Bepaling van het calciumgehalte” maar: “Bepaling van het calciumgehalte in leidingwater van de stad Groningen”. 4.2 Doelstelling De doelstelling geeft aan wat je precies wilt weten. De titel van het experiment is echter niet altijd de doelstelling. Zorg dat in de doelstelling duidelijk de opdracht/vraag van het experiment komt te staan. Voorbeelden:

• Bepaling van het calciumgehalte in een monster ketelwater. (Impliciet staat er: Hoe groot is het calciumgehalte in een monster ketelwater?)

• Bepaling van de optimale temperatuur voor de werking van het enzym amylase uit speeksel.

4.3 Principe Het principe geeft in enkele woorden de techniek aan die je gebruikt om je doel te bereiken. Gebruik steekwoorden, geef aan hoe je je doel wilt bereiken. Voorbeelden:

• Bij het bereiden van aspirine is het principe verestering.

• Bij het bepalen het acetylsalicylzuurgehalte in aspirine is het principe een zuur-base titratie met behulp van een indicator.

Page 9: Logboekinstructie Propedeuse v4.0

Logboekinstructie Propedeuse C/CT 2011�2012

Page 9 of 12

• Bij het bepalen van natrium in leidingwater is het principe vlamemissie spectrometrie.

• Bij het bepalen van de activiteit van amylase is het principe een enzymreactie waarbij zetmeel het substraat is en een joodoplossing de kleurindicator.

• Bij het bepalen van ethanol in alcoholsche dranken met behulp van GC is het principe GC en externe standaardmethode.

4.4 Theorie (vragen / trefwoorden) In de propedeutische fase schrijf je de theorie aan de hand van de voorbereidingsvragen of trefwoorden die je in het practicumdictaat vindt. In het eerste geval is het voldoende om de vragen te beantwoorden. Let hierbij op dat je de vraag in je antwoord verwerkt! In het tweede geval schrijf je zelf aan de hand van de trefwoorden een stukje theorie over het experiment. Schrijf geen stukken letterlijk over uit een boek of van internet, want dit is plagiaat! Vertel het in je eigen woorden. Zorg voor een verhaal opgebouwd uit onderdelen, maak gebruik van kopjes en witregels, en verduidelijk met plaatjes. Zorg voor een logisch en lopend verhaal, in zakelijke stijl geschreven. Schrijf geen hele pagina’s achter elkaar door. Meer is niet altijd beter! 4.5 Veiligheidsaspecten Noteer hier de belangrijkste veiligheidsgegevens van de chemicaliën waarmee je gaat werken. Denk hierbij aan gevaar, preventie, eerste hulp, blusstoffen, opruiming, afvalcategorie etc. De meeste gegevens zijn te vinden in het gele Chemiekaarten boek (o.a. bij het magazijn en in een aantal labzalen). Schrijf niet de hele chemiekaart over, maar alleen de belangrijkste gegevens. Zet het overzichtelijk in tabelvorm in je logboek, zodat als er wat gebeurt je direct weet hoe je moet handelen! 4.6 Fysische eigenschappen Noteer van de te gebruiken reagentia en chemicaliën de fysische eigenschappen die voor het experiment belangrijk zijn. Denk bijvoorbeeld aan molmassa, smeltpunt, brekingsindex, dichtheid etc. Zet deze gegevens in een overzichtelijke tabel. 4.7 Literatuurlijst In je logboek maak je één uitgebreide literatuurlijst volgens de onderstaande richtlijnen. Deze literatuurlijst komt direct na de inhoudsopgave voor in je logboek. Ieder boek krijgt een nummer. Bij de verschillende experimenten verwijs je dan naar het nummer in de literatuurlijst. Daarnaast vermeld je welke pagina’s van dit boek je gebruikt hebt. Omdat je in deze algemene literatuurlijst al volledig hebt verwezen naar het boek, hoef je niet elke keer alle gegevens van

Page 10: Logboekinstructie Propedeuse v4.0

Logboekinstructie Propedeuse C/CT 2011�2012

Page 10 of 12

het boek te noteren bij de experimenten. Gebruikte internetpagina’s moeten zowel in de literatuurlijst als bij het experiment vermeld worden. In de literatuurlijst vermeld je welke literatuur voor het experiment gebruikt is. Het spreekt voor zich dat je ook een practicumvoorschrift opneemt als gebruikte literatuurbron. Een practicumvoorschrift is meestal een ongepubliceerd werk. Enkele aanwijzingen en voorbeelden hoe je vermeldingen opneemt in de literatuurlijst: Boek

• naam en voorletter van de auteur(s), geen titels vermelden, bij meer dan drie auteurs alleen de naam van eerste auteur vermelden met de toevoeging e.a. (en andere)

• titel en ondertitel van het boek (onderstrepen of cursiveren)

• druk plus notities als gewijzigd, aangevuld of herzien (eerste druk hoeft niet vermeld te worden)

• plaats van uitgave; indien niet bekend, dan z.pl. vermelden (zonder plaats), bij meerdere plaatsen alleen eerstvermelde plaats noemen

• uitgever

• jaar van uitgave; indien onbekend, dan z.j. vermelden (zonder jaar)

• paginanummers De onderdelen scheid je door een komma, de titel en ondertitel door een dubbele punt. Voorbeeld: O. Smid en H. de Boer, Rapporteren: een leidraad voor het schrijven van technische rapporten, 2e gew. dr., Groningen, Wolters Noordhoff, 1993, blz. 23. Ongepubliceerd werk (scripties, rapporten, dictaten etc.) Dit wordt net zo genoteerd als een boek met aan het slot tussen haakjes aard van het werk, naam en afdeling van instelling of bedrijf. Voorbeeld: M. Janssen e.a., Puntlassen, Groningen, 1992 (interne publicatie afdeling Werktuigbouwkunde, Faculteit Techniek, Hanzehogeschool Groningen). 4.8 Methode Hierin verwijs je naar het voorschrift. Vermeld verder alleen wijzigingen, aanvullingen en/of bijzonderheden.

Page 11: Logboekinstructie Propedeuse v4.0

Logboekinstructie Propedeuse C/CT 2011�2012

Page 11 of 12

Daarnaast maak je bij de methode:

• Een blokschema bij organische synthese of “natte chemie” experimenten. Dit blokschema geeft schematisch je werkwijze weer. Houd het kort en bondig, maar zorg ervoor dat het blokschema zo duidelijk is dat je zonder voorschrift het experiment uit zou kunnen voeren.

• Een plan van aanpak bij instrumenteel/analytische experimenten. Houd dit schema kort en bondig, maar laat met dit schema zien dat je hebt nagedacht over je aanpak van het experiment (wat, hoe, wanneer ga je meten etc.).

4.9 Materiaal Geef hier aan welke apparatuur je gebruikt en welke instellingen de gebruikte apparatuur heeft. Ook tekeningen van gebruikte opstellingen (bijvoorbeeld een Büchnertrechter-opstelling) worden hier weergegeven. Een dergelijke tekening hoef je per logboek maar een keer te maken; als je deze een tweede keer nodig hebt, mag je verwijzen. 4.10 Uitvoering Hier noteer je:

• De waarnemingen, bijvoorbeeld kleurveranderingen, warmteontwikkeling, ontstaan van gas of rook, etc.

• Hoe oplossingen zijn gemaakt.

• De metingen. Geef wegingen, titraties of emissiemetingen zoveel mogelijk weer in tabelvorm. Nummer de tabellen en geef ze een titel.

4.11 Resultaten en verwerking Hier geef je de berekeningen: als je meerdere berekeningen van hetzelfde soort uitvoert, geef je één keer een voorbeeldberekening (dus de berekeningsformule invullen). Geef de uitkomsten van berekeningen, indien mogelijk, in tabelvorm weer. Nummer de tabellen en grafieken en geef ze een titel. 4.12 Conclusie Dit is simpelweg het antwoord op de vraag die je bij de doelstelling geformuleerd hebt, bijvoorbeeld: “Het gemiddelde calciumgehalte in het monster ketelwater is 1,2 mmol/liter”. Als aanvulling kun je een opmerking maken over bijvoorbeeld de juistheid en betrouwbaarheid. 4.13 Discussie

Page 12: Logboekinstructie Propedeuse v4.0

Logboekinstructie Propedeuse C/CT 2011�2012

Page 12 of 12

In de discussie kijk je kritisch naar je eindresultaat. Goede resultaten zijn mooi, maar niet zaligmakend. Laat ook met minder goede resultaten zien dat je wat geleerd hebt. Ga altijd in op de nauwkeurigheid van je werk. Bekijk je uitkomsten kritisch, hoe zit het bijvoorbeeld met de spreiding? Bekijk of de waarde die je als uitkomst hebt, overeenkomt met de waarde die je zou verwachten en/of die de literatuur vermeldt. Zo niet: hoe komt dat volgens jou? Geef mogelijke fouten aan en bedenk hoe je die kunt verbeteren. Denk hierbij niet alleen aan dingen die tijdens het practicum fout zijn gegaan (bijvoorbeeld dat je iets gemorst hebt en zo de nauwkeurigheid omlaag is gegaan), maar kijk ook naar de theorie en bedenk of daar eventueel valkuilen zitten. Stel: je doet een reactie waarbij je uit stof A

stof B maakt volgens A → B. Dus in theorie krijg je uit 1 mol A ook 1 mol B. Wat als je nou maar 0,5 mol B hebt gekregen? Waar is die andere helft? Wellicht vind je dan bij een tweede bestudering van de theorie ineens dat bij deze reactie naast B ook C gevormd kan worden.