melleregelgeving was nodig nadat het hof van justitie in een arrest van 24 maart 2011 geoordeeld had...

Melle

Voorontwerp RUP “Lijsternest”

Herziening BPA ‘t Lijsternest

Verzoek tot raadpleging

Gent 28-04-2014

port arthurlaan 11 ❘ B-9000 gent ❘ tel 32 (9) 251 22 22 ❘ fax 32 (9) 251 22 28 ❘ e-mail [email protected] ❘ www.veneco.be

Melle

Voorontwerp RUP “Lijsternest”

Herziening BPA ‘t Lijsternest Verzoek tot raadpleging

Gent 28-04-2014

Gemeentelijk RUP ‘Lijsternest’ – verzoek tot raadpleging

Gemeentelijk RUP ‘Lijsternest’ – verzoek tot raadpleging

Inhoudstabel

1 � INLEIDING .......................................................................................................... 1 �2 � COORDINATEN INITIATIEFNMER EN OPDRACHTHOUDER ......................... 2 �3 � BESCHRIJVING EN VERDUIDELIJKING VAN HET PLAN .............................. 3 �

3.1 � Beslissing tot opmaak .................................................................................. 3 �3.2 � Fase van opmaak van het plan of programma ............................................ 3 �3.3 � Plan- en procesevolutie: mogelijkheid tot planbijsturingen en mate van flexibiliteit ............................................................................................................... 3 �3.4 � Kaderend in GRS ......................................................................................... 3 �3.5 � Situering van het plangebied ........................................................................ 4 �3.6 � Doelstelling en visie ..................................................................................... 7 �

4 � AFBAKENING VAN HET TOEPASSINGSGEBIED EN DE PLAN - MERPLICHT .............................................................................................................. 9 �

4.1 � Bepaling van de plicht tot opmaak van een plan - mer ................................ 9 �5 � NULALTERNATIEF – ANDERE ALTERNATIEVEN ....................................... 10 �6 � EEN BESCHRIJVING EN INSCHATTING VAN DE MOGELIJKE AANZIENLIJKE MILIEUEFFECTEN VAN HET VOORGENOMEN PLAN OF PROGRAMMA ......................................................................................................... 11 �

6.1 � Beoordeling of het voorgenomen plan of programma grensoverschrijdende of gewestgrensoverschrijdende aanzienlijke milieueffecten kan hebben. ........... 11 �6.2 � Algemene methodiek ................................................................................. 11 �6.3 � Beschrijving en inschatting per discipline ................................................... 12 �6.4 � Overzicht van de beoordeling van de aanzienlijke milieueffecten ............. 34 �

7 � DE SAMENHANG TUSSEN DE GENOEMDE FACTOREN ............................ 35 �8 � DISCIPLINE OVERSCHRIJDENDE CONCLUSIE ONDERZOEK MILIEUEFFECTEN .................................................................................................. 35 �

Gemeentelijk RUP ‘Lijsternest’ – verzoek tot raadpleging 1

1 INLEIDING

Ruimtelijke uitvoeringsplannen vallen onder het toepassingsgebied van de planmer - regelgeving. Dit betekent dat de initiatiefnemer van een plan heel vroeg in het planningsproces zal moeten nagaan of er aanzienlijke milieueffecten zijn die door de uitvoering van het RUP kunnen teweeg gebracht worden. Dit onderzoek gebeurt in onderhavige nota.


2 COORDINATEN INITIATIEFNMER EN OPDRACHTHOUDER

• INITITIATIEFNEMER

Gemeentebestuur Melle Gemeenteplein 1 9090 Melle Contactpersoon: Frank Everaerts [email protected] 09/272.66.37

• OPDRACHTHOUDER

Veneco2

Port Arthurlaan 11 9000 Gent tel : 09/251.22.22 fax : 09/251.22.28 Contactpersoon: Tina Verschueren [email protected] 09/218.99.19


3 BESCHRIJVING EN VERDUIDELIJKING VAN HET PLAN

3.1 Beslissing tot opmaak In de collegebeslissing dd. 15 mei 2012 werd Veneco2 aangesteld als ontwerper van het RUP “Lijsternest”.

3.2 Fase van opmaak van het plan of programma Fase

Schetsontwerp X

Voorontwerp

Ontwerp

Besluit

3.3 Plan- en procesevolutie: mogelijkheid tot planbijsturingen en mate van flexibiliteit

Bijsturingen van het RUP zijn nog mogelijk naar aanleiding van opmerkingen:

- vanuit de verschillende adviserende instanties in kader van de screening (raadpleging betrokken instanties)

- vanuit de plenaire vergadering - vanuit het openbaar onderzoek

3.4 Kaderend in GRS

Het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan van de gemeente Melle werd goedgekeurd bij besluit van de deputatie van 8 december 2011. De vervanging van het BPA ’t Lijsternest (KB 22/06/1982) door een RUP ‘Lijsternest’, teneinde extensieve recreatie en ontspanningsmogelijkheden mogelijk te maken, werd als actie opgenomen in de bindende bepaling van het GRS van Melle, met het oog op het realiseren van de gewenste sport- en recreatieve structuur binnen de gemeente.


3.5 Situering van het plangebied

3.5.1 Melle

Het plangebied van voorliggend RUP is gelegen binnen de gemeente Melle. Melle bevindt zich in het westen van de provincie Oost-Vlaanderen en maakt deel uit van het arrondissement Gent. De gemeente Melle situeert zich ten zuiden van de stad Gent en wordt begrensd door Gentbrugge (in het noorden), Heusden (in het noordoosten), Wetteren (in het zuidoosten), Gijzenzele en Landskouter (in het zuiden), Lemberge (in het zuidwesten) en Merelbeke (in het noordwesten).

De gemeente situeert zich op de belangrijke verkeersas Brussel – Aalst – Gent, tussen de verstedelijkte gebieden van Gent en Wetteren.

De Schelde bakent de gemeente af in het noordoosten. De gemeente wordt tevens doorkruist en opgedeeld door diverse andere belangrijke infrastructuren: de ring R4 rond Gent, de autostrade E40 Brussel-Oostende, de Brusselsesteenweg (N9) en verschillende spoorlijnen.

Melle heeft zowel stedelijke als landelijke kenmerken. In het noordwesten loopt de stad Gent bijna naadloos over in Melle en in het zuiden leunt de deelgemeente Gontrode nauw aan bij de landelijke regio rond Sint-Lievens-Houtem en Zottegem, de overgangszone naar de Vlaamse Ardennen. Behalve een groene zone rond Gontrode (o.a. Aelmoeseneiebos) en het natuurgebied Kalverhage heeft Melle weinig open ruimte.

Sinds de fusie van de steden en gemeenten in 1977 telt Melle twee deelgemeenten: Melle en Gontrode. In het noorden van Melle bevindt zich de sterk verstedelijkte kern Melle-Vogelhoek, die morfologisch aansluit bij Gentbrugge (Gent) en Merelbeke. De wijk in het zuidoosten van Melle sluit morfologisch aan bij het gehucht Kwatrecht (Wetteren). 3.5.2 Plangebied

Het plangebied is gelegen in het noordwesten van de gemeente Melle, in de buurt ‘Melle-Vogelhoek’. De kern Vogelhoek grenst aan het grondgebied

van de stad Gent, heeft een sterk stedelijk karakter en is quasi volledig volgebouwd. Binnen de kern komt een mix van gesloten, halfopen en open bebouwing voor.

Het RUP strekt zich uit tussen de Wautersdreef en de Palmstraat, en is gelegen op een overgangsgebied tussen voornamelijk gesloten bebouwing ten zuiden (Palmstraat, Tuinstraat, …) en een mix van open en halfopen bebouwing in het noorden (Wautersdreef, Francois Spaestraat, …). De omgeving heeft een hoofdzakelijk residentieel karakter, hier en daar verweven met enkele woonondersteunende functies zoals handel (bakker, …), horeca en gemeenschapsvoorzieningen.

Binnen het plangebied is het gemeentelijk ontmoetingscentrum ’t Lijsternest gelegen. Het gebouw, met een oppervlakte van ca. 240m2, telt twee verdiepingen en huisvest volgende functies:

• bibliotheek (gelijkvloers)

• cultuur- en ontmoetingscentrum (1e verdieping)

• polyvalente ruimte (2e verdieping)

• muziekschool

De ruimtes in het gebouw kunnen worden afgehuurd door verenigingen voor het organiseren van hun activiteiten. Rond het gebouw bevindt zich een openbaar park, met een pad voor fietsers en voetgangers, dat een langzaam verkeersverbinding vormt tussen de Wautersdreef en de Palmstraat. Het park is aangelegd met grasperken en vooral aan de zijde van de Wautersdreef voorzien van een aantal hoogstammige bomen. Dit park is vrijwel het enige groen op wijkniveau binnen de kern van Melle-Vogelhoek. In het park bevinden zich twee constructies (respectievelijk 35m2 en 18m2) i.f.v. het beheer van het park. ! Kaart 1: Situering plangebied RUP Lijsternest – niveau gemeente ! Kaart 2: Situering plangebied RUP Lijsternest – wijkniveau


SITUERING PLANGEBIED

KAART 1: situering plangebied RUP Lijsternest – niveau gemeente

Tuinstraat

Palmstraat

Wautersdreef

Brusselsesteenweg

Begoniastraat

Francois Spaestraat

Merelbekestraat

Tuinstraat

Palmstraat

Wautersdreef

Bru

ssels

este

enw

eg

Beg

on

iastra

at

Fra

ncois

Spaestra

at

Me

relb

ekestra

at

Port Arthurlaan 11

9000 Gent

Tel. (09)251 22 22

Fax (09)251 22 28

[email protected]

Melle - RUP Lijsternest

O1:7.500

0 150 30075

meter

Blad 1: bestaande toestand

Opgemaakt 01-02-2013

Ruimtelijk planner: Tina Verschueren

plangebied RUP

gemeentegrens Melle


SITUERING PLANGEBIED

KAART 2: situering plangebied RUP Lijsternest – wijkniveau


3.6 Doelstelling en visie Het BPA ’t Lijsternest dateert van 1982 (KB 22/06/1982). Het voorziet een ‘zone voor gebouwen met bestemming van openbaar nut’ midden in een ‘zone voor openbaar groen voor passieve recreatie: openbaar park’. Het huidige gebouw heeft nauwelijks marge om uit te breiden. Dit is enkel voorzien op de hoeken waarbij het gebouw tot een vierkante vorm kan uitbreiden. De typische eigenheid en architecturale vorm van het Lijsternest verdwijnt echter hierdoor.

Het RUP moet toelaten dat er een beperkte uitbreiding van het gebouw met ca. 20% kan gerealiseerd worden, zonder dat het karakter ervan aangetast wordt. De uitbreiding mag eigentijds zijn en kan zich bijvoorbeeld situeren aan één of meerdere zijden van het gebouw.

Tevens is het de bedoeling om in het park rond het dienstencentrum ook extensieve recreatie en ontspanningsmogelijkheden toe te laten. Deze ingreep kadert binnen de visie van de gemeente om sport en ontspanning op buurtniveau te ondersteunen. Bestaande voorzieningen op niveau van de kern en aansluitend of geïntegreerd in het woonweefsel, zoals het buurtpark Lijsternest, kunnen hiervoor aangewend worden. De gemeente wenst in het park spel- en sportmogelijkheden voor jongeren en ontspannings- en rustmogelijkheden voor ouderen te voorzien.

! Kaart 3: Grafisch plan BPA ’t Lijsternest (KB 22/06/1982)


DOELSTELLING EN VISIE

KAART 3: BPA ‘t Lijsternest (KB 22/06/1982)


4 AFBAKENING VAN HET TOEPASSINGSGEBIED EN DE PLAN - MERPLICHT

4.1 Bepaling van de plicht tot opmaak van een plan - mer Bij plannen en programma’s die “van rechtswege” onderworpen zijn aan de plan-MER-plicht is er geen voorafgaande toetsing vereist daar er op onweerlegbare wijze wordt vermoed dat deze plannen en programma’s aanzienlijke milieueffecten kunnen hebben. Van rechtswege onderworpen aan de plan-MER-plicht zijn alle plannen en programma’s, of de wijziging ervan, die tegelijkertijd:

• een kader vormen voor de toekenning van een vergunning voor de in bijlagen I en II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 opgesomde projecten;

• niet het gebruik regelen van een klein gebied op lokaal niveau, noch een kleine wijziging inhouden;

• betrekking hebben op landbouw, bosbouw, visserij, energie, industrie, vervoer, afvalstoffenbeheer, waterbeheer, telecommunicatie, toerisme en ruimtelijke ordening of grondgebruik (artikel 4.2.3, §2, 1° D.A.B.M.).

Het RUP is niet van rechtswege onderworpen aan de plan-mer-plicht want het vormt niet het kader voor de toekenning van een vergunning voor een project opgesomd in bijlage I of II van het Besluit van de Vlaamse Regering

van 10-12-2004, het regelt het gebruik van een klein gebied op lokaal niveau en het heeft betrekking op de ruimtelijke ordening. Het RUP vormt mogelijk een kader voor de toekenning van een vergunning voor een project opgesomd in de bijlage III van het project-m.e.r.-besluit van 10 december 20041, namelijk voor de rubriek Stadsontwikkelingsprojecten. Het RUP bepaalt echter het gebruik van een klein gebeid op lokaal niveau of houdt een kleine wijziging in, en is dus screeningsgerechtigd. Conclusie: Het RUP valt onder de screeningsplicht.

1 Op 29 april 2013 is het besluit van de Vlaamse Regering van 1 maart 2013 inzake de nadere regels van de project-m.e.r.-screening gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad. Deze nieuwe regelgeving was nodig nadat het Hof van Justitie in een arrest van 24 maart 2011 geoordeeld had dat de Vlaamse regelgeving niet in overeenstemming was met de project-m.e.r.-richtlijn. Het besluit van 1 maart 2013 wijzigt onder meer het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 houdende vaststelling van de categorieën van projecten onderworpen aan milieueffectrapportage, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse Regering van 7 maart 2008. Aan het besluit van 10 december 2004 wordt een bijlage III toegevoegd, met projecten waarvoor een project-MER of een project-m.e.r.-screeningsnota moet worden opgesteld.


5 NULALTERNATIEF – ANDERE ALTERNATIEVEN

De ontwikkelingen die binnen het plangebied van het RUP mogelijk zijn zonder dat voorliggend RUP in werking treedt, zijn deze die mogelijk gemaakt worden door de grafische bestemmingszones en stedenbouwkundige voorschriften van het BPA “’t Lijsternest” (KB 22/06/1982).

Art. 1 Zone voor gebouwen met bestemming van openbaar nut

• 1.1 Bestemming: Gebouwen met een bestemming van openbaar nut zoals een administratief dienstencentrum en centrum voor socio-culturele activiteiten zoals bibliotheek, kinderopvang, enz. …

• 1.2 Inplanting: Binnen de aangegeven zone.

• 1.3 Volumes: Max. aantal verdiepingen: zie plan. Dakvorm: Zie plan.

• 1.4 Algemeen: Bij eventuele herstellings-, vernieuwings- of verbouwingswerken aan gevels of dak van het bestaand gebouw zullen materialen gekozen worden in harmonie met de bestaande.

Art. 2 Zone voor openbaar groen voor passieve recreatie: openbaar park

• 2.1 Bestemming: Openbaar groen voor passieve recreatie: openbaar park. Passende accommodaties voor passieve recreatie, gemeenschapsvoorzieningen zijn steeds toegelaten.

• 2.2 Toegelaten gebouwen: Gebouwen noodzakelijk voor het beheer van het domein.

− Inplanting: voor nieuwe gebouwen min. 4m van de perceelsgrenzen;

− Volume: max. grondoppervlakte 80m2;

− Max. aantal verdiepingen: geen

− Max. bouwhoogte tussen dorpel en kroonlijst: 3m;

− Dakvorm: hellend;

− Materialen: de buitenmaterialen zullen in harmonie zijn met deze van het hoofdgebouw.

• 2.3 Algemene aanleg en beheer: Een inrichtingsplan zal opgemaakt worden door een landschapsarchitect en aan het bindend advies van de dienst van het groenplan onderworpen worden.

Alle beheersdaden dienen vooraf voor bindend advies overgemaakt te worden aan de dienst van het groenplan. Verder zullen alle werken waarvan de uitvoering het voortbestaan van een deel der groene ruimte in gevaar zou kunnen brengen, onder andere het vellen van hoogstammige bomen, aanleggen van wegen en paden, wijzigen van de vegetatie of van het reliëf en het optrekken van gebouwen of constructies zoals voorzien onder 2.1 en 2.2, moeten goedgekeurd worden door de dienst van het groenplan.

Er dient ieder jaar een beheersplan opgemaakt te worden dat de vooruitzichten geeft voor vijf jaar. Het beheersplan moet vergezeld zijn van een financieel programma. Dit beheersplan moet ter goedkeuring aan de dienst van het groenplan voorgelegd te worden vóór 1 december van het jaar dat voorafgaat aan het werkingsjaar. Het beheer van het gebied valt ten laste van de gemeente. Het gebied mag met geen erfdienstbaarheden bezwaard worden.


6 EEN BESCHRIJVING EN INSCHATTING VAN DE MOGELIJKE AANZIENLIJKE MILIEUEFFECTEN VAN HET VOORGENOMEN PLAN OF PROGRAMMA

6.1 Beoordeling of het voorgenomen plan of programma grensoverschrijdende of gewestgrensoverschrijdende aanzienlijke milieueffecten kan hebben.

Het RUP wordt opgemaakt om het bestaande BPA ‘t Lijsternest te herzien teneinde uitbreiding van het bestaande gebouw mogelijk te maken en teneinde sport- en ontspanningsmogelijkheden te voorzien in het buurtpark. Gezien de ligging en de aard van het RUP zijn er geen aanzienlijke milieueffecten te verwachten die de gewestgrens of de landsgrens zullen overschrijden.

6.2 Algemene methodiek Onderstaand wordt een beschrijving en een inschatting van de mogelijke aanzienlijke milieueffecten van het voorgenomen plan op volgende verschillende disciplines gegeven:

" de gezondheid en veiligheid van de mens; " de ruimtelijke ordening; " de biodiversiteit, fauna en flora; " de energie- en grondstoffenvoorraden;

" de bodem; " het oppervlakte- en grondwater; " de atmosfeer en de klimatologische factoren; " het geluid en de trillingen; " het licht; " de stoffelijke goederen en het cultureel erfgoed (met inbegrip

van het architectonisch en archeologisch erfgoed); " het landschap; " de mobiliteit;

De disciplines waar mogelijk een significant negatief effect verwacht wordt, worden dieper uitgewerkt. Voor deze effectdisciplines wordt de referentiesituatie beschreven. Daarna worden de ingrepen en hun effect beschreven, aangevuld met remediërende maatregelen en eventuele leemten in de kennis. Daarna volgt een globale beoordeling van de effecten voor de verschillende effectdisciplines.


6.3 Beschrijving en inschatting per discipline

DE GEZONDHEID EN DE VEILIGHEID VAN DE MENS Referentiesituatie Het plangebied bevindt zich in de sterk verstedelijkte kern Melle-Vogelhoek, en strekt zich uit tussen de Wautersdreef en de

Palmstraat. Het RUP is gelegen op een overgangsgebied tussen voornamelijk gesloten bebouwing ten zuiden (Palmstraat, Tuinstraat, …) en een mix van open en halfopen bebouwing in het noorden (Wautersdreef, Francois Spaestraat, …). De omgeving heeft een hoofdzakelijk residentieel karakter. Hier en daar komen verweven met wonen een aantal woonondersteunende functies voor zoals handel (slagerij, bakker, ed.), horeca en gemeenschapsvoorzieningen (zie kaart 2 ‘Situering RUP Lijsternest – wijkniveau’).

Binnen het plangebied is het gemeentelijk ontmoetingscentrum ’t Lijsternest gelegen, omgeven door een buurtpark. Dit park vormt vrijwel het enige groen op wijkniveau binnen de kern van Melle-Vogelhoek, dewelke quasi volledig is volgebouwd. Binnen het plangebied of in de omgeving ervan (binnen de 2km) zijn geen hogedrempel of lagedrempel SEVESO-inrichtingen gevestigd.

Mogelijke effecten De bestemming van het buurtpark, met daarin een gebouw bestemd voor gemeenschapsvoorzieningen blijft behouden in het RUP. De herziening van het huidige BPA heeft enkel tot doel om beperkte uitbreidingsmogelijkheden te geven aan het gebouw en om passieve sport- en ontspanningsmogelijkheden te kunnen voorzien in het park. Het park en het gemeenschapscentrum hebben op heden een belangrijke sociale en maatschappelijk ondersteunende rol voor de residentiële woonomgeving, en die rol wordt d.m.v. het RUP bestendigd en vergroot. De bestemming van het plangebied i.f.v. het wonen blijft ongewijzigd en deze heeft geen invloed op de gezondheid van de mens. Er worden in het RUP bovendien geen mogelijks schadelijke en/of verkeersgenererende nevenactiviteiten toegelaten, alsook geen Seveso-bedrijven. Binnen deze discipline zijn dan ook geen (aanzienlijke) effecten te verwachten.

Milderende maatregelen / Aanzienlijk milieueffect Nee


RUIMTELIJKE ORDENING Referentiesituatie In zitting van 26/04/1926 besliste het college van burgemeester en schepenen van Melle om aan Gaston Rouvroy de toelating te

geven om op een perceel grond, gelegen in de huidige Wautersdreef, een woning te bouwen. Oorspronkelijk werd de woning ‘Nos Perron’ genoemd (‘perron’ kan in deze context vertaald worden als ‘belfort’). Pas na de aankoop in 1978 door de gemeente, kreeg het pand de naam “’t Lijsternest”. Vermits het gebouw dateert van voor 1962, kan het als vergund geacht beschouwd worden. Op 28/03/1999 werd er een stedenbouwkundige vergunning verleend voor het uitvoeren van renovatiewerken. Het plangebied werd in het gewestplan Gentse en Kanaalzone (KB 14/09/1977) bestemd als woongebied. Voor het plangebied werd in 1982 het BPA ’t Lijsternest goedgekeurd (KB 22/06/1982). Het BPA voorziet een ‘zone voor gebouwen met bestemming van openbaar nut’ midden in een ‘zone voor openbaar groen voor passieve recreatie: openbaar park’.

Mogelijke effecten De bestemming van het plangebied, een buurtpark met daarin een gebouw bestemd voor gemeenschapsvoorzieningen, blijft behouden in het RUP. De herziening van het huidige BPA heeft enkel tot doel om beperkte uitbreidingsmogelijkheden te geven aan het gebouw en om sport- en ontspanningsmogelijkheden te kunnen voorzien in het park. Het huidige gebouw heeft immers nauwelijks marge om uit te breiden. Dit is enkel voorzien op de hoeken waarbij het gebouw tot een vierkante vorm kan uitbreiden. De typische eigenheid en architecturale vorm van het Lijsternest verdwijnt echter hierdoor. Het RUP moet toelaten dat er een beperkte uitbreiding van het gebouw kan gerealiseerd worden, zonder dat het karakter ervan aangetast wordt. De uitbreiding mag eigentijds zijn en kan zich bijvoorbeeld situeren aan één of meerdere zijden van het gebouw. Tevens is het de bedoeling om in het park rond het dienstencentrum ook extensieve recreatie en ontspanningsmogelijkheden toe te laten. Deze ingreep kadert binnen de visie, zoals vermeld in het GRS van Melle, om sport en ontspanning op buurtniveau te ondersteunen. Bestaande voorzieningen op niveau van de kern en aansluitend of geïntegreerd in het woonweefsel, zoals het buurtpark Lijsternest, kunnen hiervoor aangewend worden. De gemeente wenst in het park spel- en sportmogelijkheden voor jongeren en ontspannings- en rustmogelijkheden voor ouderen te voorzien. De bestemming van het plangebied i.f.v. wonen blijft dus ongewijzigd. De uitbreiding van het bestaande gebouw blijft beperkt en dient aan te sluiten bij het bestaande bouwvolume. Net zoals in het bestaande BPA, zal in het RUP worden opgenomen dat er in het park geen bebouwing toegelaten is, met uitzondering van constructies die noodzakelijk zijn voor het beheer van het park. Op die manier blijft het groen karakter van het park behouden en blijft het park fungeren als een groene en sociale drager op wijkniveau. Het programma van het RUP is dus niet van die aard dat de draagkracht van de omgeving wordt overschreden. Integendeel, de sociale en maatschappelijk ondersteunende rol die het park en het gemeenschapscentrum hebben voor de omgeving wordt d.m.v. het RUP bestendigd en zelfs vergroot.

Milderende maatregelen Het bestaande gebouw zal slechts beperkt kunnen uitbreiden, en dit aansluitend op het bestaande bouwvolume. In de stedenbouwkundige voorschriften zal de toegestane uitbreiding kwantitatief worden gelimiteerd, bv. tot max. 20% van het


bestaande bouwvolume. In de stedenbouwkundige voorschriften voor de parkzone zal worden opgelegd dat geen bebouwing is toegelaten, met uitzondering van constructies die noodzakelijk zijn voor het beheer van het park, zolang de oppervlakte van deze constructies beperkt blijft.

Aanzienlijk milieueffect Nee BIODIVERSITEIT, FAUNA EN FLORA Referentiesituatie Het plangebied betreft het buurtpark ’t Lijsternest, met daarin het gemeentelijk ontmoetingscentrum Lijsternest. Het park bestaat

voornamelijk uit grasperken en werd, vooral langs de kant van de Wautersdreef, beplant met hoogstammige bomen. Het park vormt vrijwel het enige groen op wijkniveau binnen de kern van Melle-Vogelhoek, dewelke quasi volledig is volgebouwd. Het buurtpark zelf, en ook de nabije omgeving ervan, is niet gekarteerd als biologisch waardevol. Er bevinden zich geen VEN-, vogelrichtlijn- of habitatgebieden binnen het plangebied, en ook niet in de directe omgeving ervan.

Mogelijke effecten Aangezien bij de herziening van het BPA geen grote ingrepen gepland worden, en gelet op de beperkte biologische waarde van het plangebied en haar omgeving, zullen geen noemenswaardige effecten te verwachten zijn op de biodiversiteit of op de fauna en flora.

Milderende maatregelen /

Aanzienlijk milieueffect Nee


BIODIVERSITEIT, FAUNA EN FLORA Legende

KAART 4: Biologische waarderingskaart

Tuinstraat

Palmstraat

Wautersdreef

Begoniastraat

Francois Spaestraat

Merelbekestraat

Ringlaan

Tuinstraat

Palmstraat

Wautersdreef

Beg

onia

stra

at

Fra

ncois

Spaestra

at

Me

relb

eke

stra

at

Ringlaan

Port Arthurlaan 11

9000 Gent

Tel. (09)251 22 22

Fax (09)251 22 28

[email protected]


O1:2.000

0 10 205

meter




plangebied RUP

biologisch minder waardevol

complex van biologisch minder waardevolle

en waardevolle elementen

complex van biologisch minder waardevolle,

waardevolle en zeer waardevolle elementen

complex van biologisch minder waardevolle

en zeer waardevolle elementen

biologisch waardevol

complex van biologisch waardevolle

en zeer waardevolle elementen

biologisch zeer waardevol


ENERGIE - EN GRONDSTOFFENVOORRADEN Referentiesituatie In de omgeving van het plangebied liggen geen ontginningsgebieden. Mogelijke effecten Nihil



BODEM Referentiesituatie De gemeente Melle is gelegen op de overgang tussen het verstedelijkt gebied Gent en het open landschap van de Vlaamse

Ardennen. Ter hoogte van de deelgemeente Gontrode bevindt zich de grens tussen de zandstreek ten noorden en de zandleemstreek ten zuiden. In de zandstreek te Melle worden overwegend zandgronden en lichte zandleemgronden aangetroffen. De zandleemstreek kent voornamelijk zandleembodems. De bodem in de zandstreek te Melle is overwegend droog tot matig nat, terwijl deze in de zandleemstreek overwegend matig nat tot nat is. De bodem in het plangebied wordt op de bodemkaart aangeduid als ‘antropogeen’, wat wil zeggen dat de bodem bebouwd is en door de mens werd ge(her)modelleerd. Het plangebied is gelegen in de zandstreek te Melle. In het buurtpark ’t Lijsternest bevinden zich op heden drie constructies: een gebouw i.f.v. gemeenschapsvoorzieningen (ca. 240m2), een garage (ca. 35m2) en een berghok (ca. 18m2). De paden in het park zijn aangelegd met kiezels en zijn bijgevolg waterdoorlatend. Het percentage verharding in het park bedraagt slechts 6,5% van de totale oppervlakte (4540m2).

Mogelijke effecten Enkel het hoofdgebouw krijgt d.m.v. het RUP uitbreidingsmogelijkheden, zij het dan beperkt in oppervlakte. Voor de rest zal er in het RUP, net zoals in het bestaande BPA, worden opgenomen dat er in het park geen bebouwing toegelaten is, met uitzondering van constructies die noodzakelijk zijn voor het beheer van het park, eveneens beperkt in oppervlakte. Het groen en onbebouwd karakter van het park blijft bijgevolg behouden. Het toelaten van passieve sport- en ontspanningsmogelijkheden in het park heeft geen invloed op het bodemprofiel en de infiltratiepotentie van de ondergrond. Vermits het percentage verharding slechts beperkt zal toenemen t.o.v. de bestaande toestand, zijn er geen effecten te verwachten op de bodemstructuur. Ook de infiltratiecapaciteit van de bodem zal niet afnemen, gelet op de doorgaans goede infiltratiepotentie van zandige ondergronden en de ruime infiltratiemogelijkheden in het park. De bestemming van het plangebied i.f.v. het wonen blijft ongewijzigd. Er worden in het RUP geen mogelijks schadelijke en/of milieubelastende nevenbestemmingen toegelaten. Het programma van het voorliggend RUP is bijgevolg niet van die aard dat het de bodem of de ondergrond kan aantasten of verontreinigen.

Milderende maatregelen Bij elke stedenbouwkundige vergunningsaanvraag binnen de deelzones zal voldaan moeten worden aan de vigerende wetgeving


inzake retentie en hergebruik van hemelwater, zijnde de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afval- en hemelwater. Verder moet voldaan worden aan art. 6.2.2.1.1 § 4 van Vlarem II met betrekking tot de afvoer van hemelwater, doelstelling 6° a) opgenomen in art. 5 van het decreet Integraal Waterbeleid en het concept ‘vasthouden-bergen-afvoeren, dat opgenomen is in de waterbeleidsnota en de bekkenbeheerplannen. Prioriteit moet steeds uitgaan naar hergebruik van hemelwater, en vervolgens naar infiltratie boven buffering met vertraagde afvoer. In de stedenbouwkundige voorschriften zullen de uitbreidingsmogelijkheden van het hoofdgebouw kwantitatief worden gelimiteerd, bv. tot max. 20% van het bestaand bouwvolume. In de stedenbouwkundige voorschriften voor de parkzone zal worden opgelegd dat geen bebouwing is toegelaten, met uitzondering van constructies die noodzakelijk zijn voor het beheer van het park, zolang de oppervlakte van deze constructies beperkt blijft. Ook de aanleg van verhardingen dient beperkt te blijven, en deze verhardingen dienen verplicht te worden aangelegd in waterdoorlatende materialen, teneinde infiltratie van regenwater ter plaatse te garanderen.



BODEM Legende

KAART 5: bodemkaart

Tuinstraat

Palmstraat

Wautersdreef

Begoniastraat

Francois Spaestraat

Merelbekestraat

Ringlaan

Tuinstraat

Palmstraat

Wautersdreef

Beg

onia

stra

at

Fra

ncois

Spaestra

at

Me

relb

eke

stra

at

Ringlaan

Port Arthurlaan 11

9000 Gent

Tel. (09)251 22 22

Fax (09)251 22 28

[email protected]


O1:2.000

0 8 164

meter




plangebied RUP

antropogeen


WATER Referentiesituatie De gemeente Melle situeert zich in het internationaal stroomgebieddistrict van de Schelde. Op nationaal niveau bevindt Melle zich in

het Benedenscheldebekken, en op regionaal niveau in het deelbekken ‘De Drie Molenbeken’ en het deelbekken ‘Scheldeland’. Het RUP is niet gelegen binnen een grond- of oppervlaktewaterwingebied of een beschermingszone ervan. Op de recentste overstromingskaarten van 2011 en de watertoetskaarten zijn volgende bevindingen af te lezen voor het plangebied:

• Niet overstromingsgevoelig • Infiltratiegevoelig • Matig gevoelig voor grondwaterstromingen • Nagenoeg vlak terrein • Niet erosiegevoelig • Behoort niet tot de winterbedding van een rivier

Het plangebied is volgens het zoneringsplan gelegen in centraal gebied, wat wil zeggen dat het reeds aangesloten is op een waterzuiveringsstation. In het buurtpark ’t Lijsternest bevinden zich op heden drie constructies: een gebouw i.f.v. gemeenschapsvoorzieningen (ca. 240m2), een garage (ca. 35m2) en een berghok (ca. 18m2). De paden in het park zijn aangelegd met kiezels en zijn bijgevolg waterdoorlatend. Het percentage verharding in het park bedraagt slechts 6,5% van de totale oppervlakte (4540m2).

Mogelijke effecten Enkel het hoofdgebouw krijgt d.m.v. het RUP uitbreidingsmogelijkheden, zij het dan beperkt in oppervlakte. Voor de rest zal er in het RUP, net zoals in het bestaande BPA, worden opgenomen dat er in het park geen extra bebouwing toegelaten is, met uitzondering van constructies die noodzakelijk zijn voor het beheer van het park, eveneens beperkt in oppervlakte. Het groen en onbebouwd karakter van het park blijft bijgevolg behouden. Vermits het percentage verharding slechts beperkt zal toenemen t.o.v. de bestaande toestand, en gelet op de infiltratiegevoeligheid van de bodem en de niet – overstromingsgevoeligheid van de omgeving, zijn geen negatieve effecten te verwachten binnen deze discipline. Gelet op de ruime infiltratiemogelijkheden in het park kan het regenwater ter plaatse infiltreren. Het toelaten van passieve sport- en ontspanningsmogelijkheden in het park heeft geen invloed op de waterhuishouding en de infiltratiepotentie van de ondergrond. De bestemming van het plangebied i.f.v. het wonen blijft behouden bij de herziening van het BPA. Er worden in het RUP geen mogelijks schadelijke en/of milieubelastende nevenbestemmingen toegelaten. Het programma van het voorliggend RUP is bijgevolg niet van die aard dat het het grond- of oppervlaktewater kan aantasten of verontreinigen. Bovendien is of wordt het afvalwater van het plangebied aangesloten op een RWZI.


Aangezien de zone slechts matig gevoelig is voor grondwaterstromingen, en aangezien er geen ondergrondse constructies gepland worden d.m.v. het RUP, valt er geen negatief effect te verwachten op het grondwaterstromingspatroon.

Milderende maatregelen Bij elke stedenbouwkundige vergunningsaanvraag binnen de deelzones zal voldaan moeten worden aan de vigerende wetgeving inzake retentie en hergebruik van hemelwater, zijnde de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afval- en hemelwater. Verder moet voldaan worden aan art. 6.2.2.1.1 § 4 van Vlarem II met betrekking tot de afvoer van hemelwater, doelstelling 6° a) opgenomen in art. 5 van het decreet Integraal Waterbeleid en het concept ‘vasthouden-bergen-afvoeren, dat opgenomen is in de waterbeleidsnota en de bekkenbeheerplannen. Prioriteit moet steeds uitgaan naar hergebruik van hemelwater, en vervolgens naar infiltratie boven buffering met vertraagde afvoer. In de stedenbouwkundige voorschriften zullen de uitbreidingsmogelijkheden van het hoofdgebouw kwantitatief worden gelimiteerd, bv. tot max. 20% van het bestaand bouwvolume. In de stedenbouwkundige voorschriften voor de parkzone zal worden opgelegd dat geen bebouwing is toegelaten, met uitzondering van constructies die noodzakelijk zijn voor het beheer van het park, zolang de oppervlakte van deze constructies beperkt blijft. Ook de aanleg van verhardingen dient beperkt te blijven, en deze verhardingen dienen verplicht te worden aangelegd in waterdoorlatende materialen, teneinde infiltratie van regenwater ter plaatse te garanderen.



WATER Legende

KAART 6: recente overstromingskaart 2011

Tuinstraat

Palmstraat

WautersdreefBrusselsesteenweg

Begoniastraat

Francois Spaestraat

Merelbekestraat

Ringlaan

Tuinstraat

Palmstraat

Wautersdreef

Beg

onia

stra

at

Fra

ncois

Spaestra

at

Me

relb

eke

stra

at

Ringlaan

Port Arthurlaan 11

9000 Gent

Tel. (09)251 22 22

Fax (09)251 22 28

[email protected]


O1:2.500

0 8 164

meter




plangebied RUP

niet overstromingsgevoelig

effectief overstromingsgevoelig

mogelijk overstromingsgevoelig


WATER Legende

KAART 7: infiltratiegevoeligheid

Tuinstraat

Palmstraat


Begoniastraat

Francois Spaestraat

Merelbekestraat

Ringlaan

Tuinstraat

Palmstraat

Wautersdreef

Beg

onia

stra

at

Fra

ncois

Spaestra

at

Me

relb

eke

stra

at

Ringlaan

Port Arthurlaan 11

9000 Gent

Tel. (09)251 22 22

Fax (09)251 22 28

[email protected]


O1:2.500

0 8 164

meter




plangebied RUP

niet infiltratiegevoelig

infiltratiegevoelig


WATER Legende

KAART 8: grondwaterstroming

Tuinstraat

Palmstraat


Begoniastraat

Francois Spaestraat

Merelbekestraat

Ringlaan

Tuinstraat

Palmstraat

Wautersdreef

Beg

onia

stra

at

Fra

ncois

Spaestra

at

Me

relb

eke

stra

at

Ringlaan

Port Arthurlaan 11

9000 Gent

Tel. (09)251 22 22

Fax (09)251 22 28

[email protected]


O1:2.500

0 8 164

meter




plangebied RUP

geen informatie beschikbaar

zeer gevoelig voor grondwaterstroming

(type 1)

matig gevoelig voor grondwaterstroming

(type 2)

weinig gevoelig voor grondwaterstroming

(type 3)


WATER Legende

KAART 9: hellingen

Tuinstraat

Palmstraat


Begoniastraat

Francois Spaestraat

Merelbekestraat

Ringlaan

Tuinstraat

Palmstraat

Wautersdreef

Beg

onia

stra

at

Fra

ncois

Spaestra

at

Me

relb

eke

stra

at

Ringlaan

Port Arthurlaan 11

9000 Gent

Tel. (09)251 22 22

Fax (09)251 22 28

[email protected]


O1:2.500

0 8 164

meter




plangebied RUP

< 0,5%

0,5% - 5%

5% - 10%

> 10%


WATER Legende

KAART 10: erosiegevoeligheid

Tuinstraat

Palmstraat

Wautersdreef

Brusselsesteenweg

Begoniastraat

Francois Spaestraat

Merelbekestraat

Ringlaan

Tuinstraat

Palmstraat

Wautersdreef

Beg

onia

stra

at

Fra

ncois

Spaestra

at

Me

relb

eke

stra

at

Ringlaan

Port Arthurlaan 11

9000 Gent

Tel. (09)251 22 22

Fax (09)251 22 28

[email protected]


O1:2.500

0 8 164

meter




plangebied RUP

niet erosiegevoelig

erosiegevoelig


WATER Legende

KAART 11: winterbedding

Tuinstraat

Palmstraat


Begoniastraat

Francois Spaestraat

Merelbekestraat

Ringlaan

Tuinstraat

Palmstraat

Wautersdreef

Beg

onia

stra

at

Fra

ncois

Spaestra

at

Me

relb

eke

stra

at

Ringlaan

Port Arthurlaan 11

9000 Gent

Tel. (09)251 22 22

Fax (09)251 22 28

[email protected]


O1:2.500

0 8 164

meter




plangebied RUP

behoort niet tot het winterbed

van de grote rivier

behoort tot het winterbed

van de grote rivier


WATER Legende

KAART 12: zoneringsplan


ATMOSFEER EN KLIMATOLOGISCHE FACTOREN Referentiesituatie De huidige functies en activiteiten binnen het plangebied oefenen geen significant negatief effect uit op de atmosfeer en de

klimatologische factoren.

Mogelijke effecten De ingrepen die gepland worden d.m.v. voorliggend RUP zijn niet van die aard dat ze negatieve effecten zullen teweegbrengen binnen deze discipline.


GELUID Referentiesituatie De huidige functies en activiteiten binnen het plangebied zorgen niet voor significante geluidshinder. Mogelijke effecten De ingrepen die gepland worden d.m.v. voorliggend RUP zijn niet van die aard dat ze negatieve effecten zullen teweegbrengen

binnen deze discipline. Milderende maatregelen /


LICHT Referentiesituatie De huidige functies en activiteiten binnen het plangebied zorgen niet voor significante lichthinder. Mogelijke effecten De ingrepen die gepland worden d.m.v. voorliggend RUP zijn niet van die aard dat ze negatieve effecten zullen teweegbrengen

binnen deze discipline.




LANDSCHAP, STOFFELIJKE GOEDEREN EN CULTUREEL ERFGOED Referentiesituatie Het plangebied en de omgeving ervan behoren niet tot een traditioneel landschap, beschermd stads- of dorpsgezicht, ankerplaats

of relictzone. Ook punt- of lijnrelicten komen niet in de omgeving voor, alsook geen beschermde monumenten. Ten oosten van het plangebied, op de hoek van de Palmstraat en de Begoniastraat, bevindt zich een relict van het bouwkundig erfgoed, meer bepaald een ‘villa in nieuwe zakelijkheid’ (ID 36285).

Mogelijke effecten De herziening van het huidige BPA heeft enkel tot doel om beperkte uitbreidingsmogelijkheden te geven aan het gebouw en om sport- en ontspanningsmogelijkheden te kunnen voorzien in het park. Het huidige gebouw heeft conform het huidige BPA namelijk nauwelijks marge om uit te breiden. Dit is enkel voorzien op de hoeken waarbij het gebouw tot een vierkante vorm kan uitbreiden. De typische eigenheid en architecturale vorm van het Lijsternest zou hierdoor echter verdwijnen. Met het RUP is het de bedoeling een beperkte uitbreiding van het gebouw toe te laten, maar dan zonder dat het karakter ervan aangetast wordt. De uitbreiding mag eigentijds zijn en kan zich bijvoorbeeld situeren aan één of meerdere zijden van het gebouw. Gelet op de beperkte ingrepen die gepland worden d.m.v. het RUP, en aangezien er geen waardevolle erfgoedelementen aanwezig zijn binnen of in de directe omgeving van het plangebied, kan gesteld worden dat het plan geen negatieve effecten zal teweegbrengen binnen deze discipline.

Milderende maatregelen In de stedenbouwkundige voorschriften zullen de uitbreidingsmogelijkheden van het hoofdgebouw kwantitatief worden gelimiteerd en er zal ook worden opgelegd dat de uitbreiding een architecturaal geheel moet vormen met het bestaande gebouw, rekening houdend met de vormelijke elementen en architecturale karakteristieken van het gebouw.



LANDSCHAP, STOFFELIJKE GOEDEREN EN CULTUREEL ERFGOED Legende

KAART 13: landschapsatlas en bouwkundig erfgoed

#

#

#

##

#Villa des Palmiers

Pastorie, dubbelhuis

Sint-Franciscusinstituut


Villa in nieuwe zakelijkheid

Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw Onbevlekt

Tuinstraat

Palmstraat


Begoniastraat

Francois Spaestraat

Merelbekestraat

Ringlaan

#

#

#

##

#Villa des Palmiers

Pastorie, dubbelhuis



Villa in nieuwe zakelijkheid

Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw Onbevlekt

Tuinstraat

Palmstraat

Wautersdreef

Beg

onia

stra

at

Fra

ncois

Spaestra

at

Me

relb

eke

stra

at

Ringlaan

Port Arthurlaan 11

9000 Gent

Tel. (09)251 22 22

Fax (09)251 22 28

[email protected]


O1:2.500

0 7,5153,75

meter




plangebied RUP

# bouwkundig erfgoed


ARCHEOLOGISCH ERFGOED Referentiesituatie Het plangebied is niet gelegen binnen een archeologische vindplaats. Er is tot nu toe ook geen systematische prospectie gebeurd.

Ten noordwesten van het plangebied is wel een vindplaats (159391) gesitueerd. Het betreft een site met walgracht uit de late middeleeuwen. De Centrale Archeologische Inventaris is een inventaris van tot nog toe gekende archeologische vindplaatsen. Vanwege het specifieke karakter van het archeologisch erfgoed dat voor ons verborgen zit in de ondergrond, is het onmogelijk om op basis van de CAI uitspraken te doen over de aan- of afwezigheid van archeologische sporen. De aan- of afwezigheid van archeologische sporen dient met verder onderzoek vastgesteld te worden.

Mogelijke effecten Waar al bebouwing aanwezig is, werd de bodem reeds verstoord. Gelet op de beperkte ingrepen die met voorliggend RUP gepland worden, zijn de effecten binnen deze discipline dan ook te verwaarlozen.

Milderende maatregelen Art. 4 §2 van het archeologiedecreet is onverminderd van toepassing. Dit artikel omschrijft de zorgplicht van de eigenaar en de gebruiker van een goed, welke erin bestaat dat de eigenaar of gebruiker, in geval van vernieling van archeologisch patrimonium, de nodige tijd en middelen ter beschikking stelt om het terrein te onderwerpen aan een archeologisch vooronderzoek en opgraving in geval van vondsten.



ARCHEOLOGISCH ERFGOED Legende

Bron: CAI

KAART 14: archeologische inventaris


MOBILITEIT Referentiesituatie Het plangebied bevindt zich in de sterk verstedelijkte kern Melle-Vogelhoek, en strekt zich uit tussen de Wautersdreef en de

Palmstraat. Het RUP is gelegen op een overgangsgebied tussen voornamelijk gesloten bebouwing ten zuiden (Palmstraat, Tuinstraat, …) en een mix van open en halfopen bebouwing in het noorden (Wautersdreef, Francois Spaestraat, …). De omgeving heeft een hoofdzakelijk residentieel karakter. Hier en daar komen verweven met wonen een aantal woonondersteunende functies voor zoals handel (slagerij, bakker, ed.), horeca en gemeenschapsvoorzieningen (zie kaart 2 ‘Situering RUP Lijsternest – wijkniveau’).

De Wautersdreef en de Tuinstraat werden in het GRS geselecteerd als lokale verzamelweg op niveau van de wijk. Deze wegen sluiten aan op de Merelbekestraat, een lokale verzamelweg op niveau van de kern, die aansluiting geeft op de Brusselsesteenweg (N9), dewelke in het PRS werd gecategoriseerd als secundaire weg III. Zowel de Wautersdreef als de Palmstraat zijn ingericht voor dubbelrichtingsverkeer, met mogelijkheid om te parkeren op de bermen. De straten hebben geen afzonderlijke fiets- en voetpaden. Het plangebied betreft het buurtpark ’t Lijsternest, met daarin het gemeentelijk ontmoetingscentrum Lijsternest. Het gebouw huisvest verschillende diensten/activiteiten op wijkniveau, zoals een lokale afdeling van de bibliotheek en de muziekschool, en polyvalente ruimtes die kunnen afgehuurd worden door lokale verenigingen. Er kan worden geparkeerd, zowel in de Palmstraat als in de Wautersdreef. Op heden zijn er geen parkeerproblemen gekend als gevolg van deze activiteiten. Het park vormt een verbinding voor langzaam verkeer tussen de Wautersdreef en de Palmstraat.

Mogelijke effecten De ingrepen die met voorliggend RUP gepland worden, meer bepaald de uitbreidingsmogelijkheden voor het hoofdgebouw en het toelaten van passieve sport- en ontspanningsmogelijkheden in het park, zijn niet van die aard dat ze aanleiding geven tot bijkomende verkeersgeneratie of parkeerdruk t.o.v. de bestaande situatie. De bestemming i.f.v. het wonen blijft ongewijzigd. Er worden in het RUP geen mogelijks verkeersgenererende nevenbestemmingen toegelaten.



6.4 Overzicht van de beoordeling van de aanzienlijke milieueffecten

Globaal overzicht aanzienlijk effect ja/neen

Effect op

de gezondheid en veiligheid van de mens

Nee

de ruimtelijke ordening Nee

de biodiversiteit, fauna en flora Nee

de energie- en grondstoffenvoorraden Nee de bodem Nee

het oppervlakte- en grondwater Nee

de atmosfeer en de klimatologische factoren

Nee

het geluid en de trillingen Nee

het licht Nee

de stoffelijke goederen en het cultureel erfgoed

Nee

het landschap Nee

de mobiliteit Nee

Met onderhavig RUP wenst de gemeente Melle het bestaande BPA “’t Lijsternest” (KB 22/06/1982) te herzien teneinde uitbreiding van het bestaande gebouw mogelijk te maken en teneinde sport- en ontspanningsmogelijkheden te voorzien in het buurtpark. Door de kleinschaligheid van de ontwikkelingen binnen het RUP zijn weinig tot geen effecten met een grote invloed te verwachten.


7 DE SAMENHANG TUSSEN DE GENOEMDE FACTOREN

De samenhang tussen de genoemde disciplines is niet in die mate relevant dat ze een aparte beschrijving en beoordeling behoeft ten opzichte van de hoger genoemde effecten. De cumulatieve effecten van de genoemde disciplines zijn immers klein tot onbestaande.

8 DISCIPLINE OVERSCHRIJDENDE CONCLUSIE ONDERZOEK MILIEUEFFECTEN

Op basis van de beschikbare informatie kan worden besloten dat t.g.v. het RUP ‘’Lijsternest” geen aanzienlijke milieueffecten te verwachten zijn. Het RUP valt bijgevolg niet onder de plan-MER-plicht zoals voorzien in het plan-MER-decreet van 17/04/2007. De milderende maatregelen voorgesteld in dit onderzoek worden opgenomen of verwerkt in het ontwerp van ruimtelijk uitvoeringsplan.

Er wordt geen planMER nodig geacht.

melleregelgeving was nodig nadat het hof van justitie in een arrest van 24 maart 2011 geoordeeld had...

Documents