juvenalis 2011 2012 lesuitwerking

28
Commentaar deel 1 – 5 ( deel 4 facultatief ) Sjors Tessa Ruben Robbert Jorino Rik Dennis Rori Ilias el M Eveline Anouk Heliantha Mirte Reyhan, Ilias B. Kenan Marijke Deel 1 1 – 20 quamvis = hoewel digressus, us = vertrek vetus amicus : nl. Umbricius (r.21) confusus = verward confusus : vul aan: sum quod : ( in deze passage + conj): omdat sedem figo, figere = zich vestigen Cumae : kleine provincieplaats, ca 150 km ten zuiden van Rome destino, destinare = besluiten Sibylla : legendarische profetes te Cumae Quamvis digressu veteris confusus amici laudo tamen, vacuis quod sedem figere Cumis destinet atque unum civem donare Sibyllae. Hoewel ik verward ben door het vertrek van mijn oude vriend, prijs ik het toch, (om)dat hij besluit zich te vestigen in het lege Cumae en een burger te schenken aan de Sybille. ianua = deur, entree Baiae : beroemde badplaats vlakbij Cumae amoenus, - a, um = prettig 5secessus, -us = afzondering vel = zeker wel, tenminste praepono, praeponere = verkiezen boven ( + dat. ) 1

Upload: heliantha

Post on 31-Jul-2015

84 views

Category:

Documents


5 download

TRANSCRIPT

Page 1: Juvenalis 2011 2012 lesuitwerking

Commentaar deel 1 – 5 ( deel 4 facultatief )

Sjors TessaRuben Robbert Jorino RikDennis Rori Ilias el MEveline Anouk Heliantha MirteReyhan, Ilias B. KenanMarijke

Deel 1 1 – 20

quamvis = hoeweldigressus, us = vertrekvetus amicus : nl. Umbricius (r.21)confusus = verwardconfusus : vul aan: sumquod : ( in deze passage + conj): omdatsedem figo, figere = zich vestigenCumae : kleine provincieplaats, ca 150 km ten zuiden van

Romedestino, destinare = besluitenSibylla : legendarische profetes te Cumae

Quamvis digressu veteris confusus amicilaudo tamen, vacuis quod sedem figere Cumisdestinet atque unum civem donare Sibyllae.

Hoewel ik verward ben door het vertrek van mijn oude vriend, prijs ik het toch, (om)dat hij besluit zich te vestigen in het lege Cumae en een burger te schenken aan de Sybille.

ianua = deur, entreeBaiae : beroemde badplaats vlakbij Cumaeamoenus, - a, um = prettig

5 secessus, -us = afzonderingvel = zeker wel, tenminstepraepono, praeponere = verkiezen boven ( + dat. )Prochyta : een eenzaam eiland voor de kust van CumaeSubura : de ontstellend drukke groentemarkt in Rome

Ianua Baiarum est et gratum litus amoeni5 secessus. Ego vel Prochytam praepono Suburae.

Het is de deur ( toegangspoort ) naar Baiae en er is een fijn strand voor een prettige afzondering. Ik tenminste geef de

1

Page 2: Juvenalis 2011 2012 lesuitwerking

voorkeur aan Prochyta boven de Subura.

non deterius (esse) : a.c.i. afhankelijk van credasdeterior = slechterlapsus, us = instortingtecta (mv.) = huisadsiduus, -a, -um = voortdurend

Nam quid tam miserum, tam solum vidimus ut nondeterius credas horrere incendia, lapsustectorum adsiduos ac mille pericula saevaeurbis et Augusto recitantes mense poetas?

Want wat zagen ( zien ) wij als zo ellendig en als zo eenzaam, dat je ervan overtuigd bent, dat het verkieslijker is om te huiveren voor branden, voortdurende instortingen van huizen en duizend gevaren van de woeste stad en dichters die aan het voordragen zijn in de maand Augustus ?

10 raeda = reiswagensubsisto, subsistere = blijven staansubstitit : subject: Umbriciusarcus, us = boogmadidus, - a, -um = vochtigCapena (porta) = de Porta Capena (een van Rome’s stadspoorten)

10 Sed dum tota domus raeda componitur una,substitit ad veteres arcus madidamque Capenam.

(10) Maar terwijl zijn hele huis in een reiswagen werd opgestapeld, bleef hij staan bij de oude bogen en de vochtige (porta ) Capena.

Numa : legendarische tweede deugdzame koning van Rome

constituo, constituere = afspreken met ( + dat. ) nemus -oris (onz. ) = woudfons, fontis = brondelubrum = tempel, heiligdomloco, locare = verhurenJudaeus = Joodcophinus = mandfaenum = hooisupellex, -lectilis = huisraadsupellex : vul aan: est

Hic, ubi nocturnae Numa constituebat amicae,nunc sacri fontis nemus et delubra locantur

2

Page 3: Juvenalis 2011 2012 lesuitwerking

Judaeis, quorum cophinus faenumque supellex.

Hier, waar Numa afsprak met z’n nachtelijke vriendin, worden nu het woud van de heilige bron en de heiligdommen verhuurd aan Joden, van wie de huisraad een mandje en hooi is.

15 omnis : congrueert met arbor. De woordgroep is subj. van est.

populo : dat ev. = in het belang van het volk, ten bate het volk

mercedem pendeo, pendēre = een prijskaartje omhangenCamenae (mv.) = de Muzeneiecio, eicere = eruit gooienmendico, mendicare = bedelen

15 Omnis enim populo mercedem pendere iussa estarbor, et eiectis mendicat silva Camenis.

Elke boom is immers bevolen een prijskaartje om te hangen ten bate van het volk en het bos bedelt, nadat de Muzen eruit zijn gegooid.

vallis, vallis = valleiEgeria : waternymf, had cultusplaats bij de Porta Capena. Zij

is volgens de legende de ‘nocturna amica’ van koning Numa

spelunca = grotveris : vul aan: speluncisquanto = hoeveelnumen, -mina = goddelijke machtviridis, - e = groenmargo, -ginis = rand, zoom

20 herba = grasingenuus, - a, -um = natuurlijk, authentiekviolo, violare = geweld aandoen, schendenmarmor, marmoris ( onz )= marmertofus = tufsteen

In vallem Egeriae descendimus et speluncasdissimiles veris. Quanto praesentius esset numen aquis, viridi si margine clauderet undas

20 herba nec ingenuum violarent marmora tofum!

We dalen af naar de vallei van Egeria en naar de grotten die niet op echte ( grotten ) lijken. Hoeveel meer zou de goddelijke macht aanwezig zijn bij het water, als gras met een groene rand het water zou omsluiten en als het marmer het authentieke tufsteen geen geweld zou aandoen.

3

Page 4: Juvenalis 2011 2012 lesuitwerking

Deel 2 21 – 46

ars, artes = vak, beroepnullus locus (est) ( + dat.) = er is geen plaats voor emolumentum = voordeel; winstres = in deze passage: geld here quam fuit : lees: quam here fuithere = gistereneadem : vul aan: resdetero, deterere = verminderenexiguus, -a, -um = klein; exiguis (abl.mv.) = ten opzichte van het kleine beetje dat het was

25 fatigatas ubi : lees: ubi fatigatasfatigatus, - a, -um = vermoeidexuo, exuere = uittrekkenala = vleugel (volgens de overlevering landde

Daedalus na de noodlottige tocht met zijn zoon Icarus uiteindelijk in Cumae)

21 Hic tunc Umbricius: “ quando artibus ” inquit “ honestisnullus in urbe locus, nulla emolumenta laborum,res hodie minor est here quam fuit, atque eadem crasdeteret exiguis aliquid, proponimus illuc ire,

25 fatigatas ubi Daedalus exuit alas.

Hier zei Umbricius toen : ‘ aangezien er in de stad geen plaats is voor eerlijke beroepen, geen winst bij inspanningen, ( aangezien ) geld vandaag minder waard is dan het gisteren was en datzelfde (geld) morgen weer iets minder waard zal worden vergeleken bij het kleine beetje dat het al was, stel ik voor om daarheen te gaan, waar Daedalus zijn vermoeide vleugels uittrok.

novus, -a, -um = jong; van pasgeledencanities, -ei = grijsheidcanities : vul aan: estprimus = in deze passage: prilsenectus, - tutis = ouderdomsenectus : vul aan: estsupersum, superesse = over zijn voor (+ dat.)Lachesis : een der lotsgodinnen: zij spint de levensdraadtorqueo, torquēre = spinnenbacillum = stoksubeo, subire = (onder)steunendextram : vul aan: manumcedo, cedere = weggaan van (+ abl.)

Dum nova canities, dum prima et recta senectus,dum superest Lachesi, quod torqueat, et pedibus me

4

Page 5: Juvenalis 2011 2012 lesuitwerking

porto meis, nullo dextram subeunte bacillo,cedamus patria.

Laat ik, zolang mijn grijsheid van pasgeleden is, zolang mijn ouderdom nog pril is en mij rechtop laat lopen, zolang er voor Lachesis iets over is om te spinnen en ik mij draag met mijn eigen voeten, zonder dat een stok me ondersteunt, weggaan uit mijn vaderland.

istic = daarArtorius et Catulus : onbekende Romeinen

30 niger, nigra, nigrum = zwartcandidus, -a, -um = helder; witverto in, vertere in = veranderen inquis : = quibus (dat. mv..)conduco, conducere = als aannemer optreden bij (+ acc)sicco, siccare = droog makeneluvies, - ei = overstromingbustum = brandstapelcadaver, - eris ( onz. ) = lijkpraebēre caput venale = zichzelf te koop aanbieden (als slaaf)sub domina hasta = onder de ‘lans van de meester’

Vivant Artorius istic 30 et Catulus; maneant qui nigrum in candida vertunt,

quis facile est aedem conducere, flumina, portus, siccandam eluviem, portandum ad busta cadaver, et praebere caput domina venale sub hasta.

Laten Artorius en Catulus daar maar wonen ; laten zij blijven, die zwart in wit veranderen, voor wie het makkelijk is om als aannemer op te treden bij een tempel, bij rivieren, havens, het droog maken van een overstroming, het dragen van een lijk naar de brandstapel en het zichzelf te koop aanbieden onder de ‘lans van de meester’.

Romae = in Romementior, mentiri = liegennequeo, nequēre = niet kunnenposco, poscere = ergens dringend om vragen; ergens warm

voor lopenastrum = sterrana = kikkerviscera (onz. mv.) = ingewanden

45 nupta = getrouwde vrouwadulter, - teri = minnaarmando, mandare = opdragennorunt = noverunt

5

Page 6: Juvenalis 2011 2012 lesuitwerking

41 Quid Romae faciam? Mentiri nescio; librum,si malus est, nequeo laudare et poscere; motusastrorum ignoro; funus promittere patrisnec volo nec possum; ranarum viscera nunquam

45 inspexi: ferre ad nuptam quae mittit adulter,quae mandat, norunt alii;

Wat moet ik in Rome doen ? Ik kan niet liegen ; als een boek slecht is kan ik het niet prijzen en er warm voor lopen ; de bewegingen van de sterren ken ik niet ; de begrafenis van een vader beloven wil en kan ik niet ; de ingewanden van kikkers heb ik nog nooit bestudeerd ; Naar een getrouwde vrouw brengen wat een minnaar stuurt, wat hij opdraagt, daar hebben anderen verstand van .

6

Page 7: Juvenalis 2011 2012 lesuitwerking

Deel 3 46 – 78

quae gens : lees: gentem, quae acceptissima : vul aan: estacceptus, - a, -um = geliefd bij ( + dat. ) divites (nom mv.) = de rijkenquos : lees: eos, quospraecipue (bw.) = bij uitstekfugo, fugere = ontvluchten; uit de weg gaan

60 obsto, obstare = beletten; in de weg staan

Quae nunc divitibus gens acceptissima nostris et quos praecipue fugiam, properabo fateri,

60 nec pudor obstabit.

Ik zal mij haasten om te bekennen, welk volk nu het meest geliefd is bij onze rijken en wie ik bij uitstek uit de weg zal gaan en schaamte zal mij niet tegenhouden.

fero, ferre = verdragenQuirites = Romeinen (archaïsme)quamvis quota portio...? = een hoeveelste deel wel niet .. ?faex, faecis = droesem; uitschotAchaei (nom mv.) = Grieken

Non possum ferre, Quirites, Graecam urbem; quamvis quota portio faecis Achaei?

Quiriten, ik kan een Grieks Rome niet verdragen. Een hoe groot deel van dat uitschot zijn geen Grieken ?

iam pridem = al sinds langSyrus, - a, -um = Syrischdefluo in, defluere in = afstromen naar; doorstromen inOrontes : rivier in Syriatibicen, -cinis = fluitspelerchorda = snaar (van een snaarinstrument)obliquus, -a, -um = scheefnec non = en zeker ook gentilis, - e = bij het volk behorendtympanum = tamboerijn

65 Circus = het Circus (Maximus) prostare = zich prostitueren; ‘tippelen’

Iam pridem Syrus in Tiberim defluxit Orontes,et linguam et mores et cum tibicine chordasobliquas nec non gentilia tympana secum

65 vexit et ad circum iussas prostare puellas.

7

Page 8: Juvenalis 2011 2012 lesuitwerking

Al sinds lang is de Syrische Orontes doorgestroomd de Tiber in en heeft de taal en de gewoontes en scheve snaren met een fluitspeler en zeker ook de bij het volk behorende tamboerijnen met zich mee gevoerd en meisjes die bevolen zijn om bij het Circus te tippelen.

lupa = hoerpictus : ppp van pingere (= beschilderen)barbarus, - a, -um = buitenlandsmitra = hoofdband; tulbandrusticus (zelfst.nw.) = man van het platteland; boerenkinkeltrechedipnon = feestkledingQuirinus = Romulusceromaticus, -a, -um = met waszalf ingewrevenniceterium = medaillecollum = hals

Ite, quibus grata est picta lupa barbara mitra !Rusticus ille tuus sumit trechedipna, Quirine,et ceromatico fert niceteria collo.

Wegwezen, bij wie een buitenlands hoertje met beschilderde tulband in de smaak valt ! Die boerenkinkel van jou kiest nu voor feestkleding, Romulus, en draagt medaillons om zijn met waszalf ingewreven nek.

hic ...., hic = de een...., de anderSicyone, Amydone etc. : abl. van scheiding (uit Sicyon, Amydon etc.)Sicyon : plaats in de Peloponnesusast = maarAmydon : onbekende plaats

70 Andros, Samos : eilanden in de Egeïsche zeeTralles (mv.) : plaats in Lydia ( Klein Azië )Alabanda (mv.) : plaats in Caria ( Klein Azië )Esquiliae = de Esquilijn (een van de zeven heuvelen van Rome)dico a(b), dicere a(b) = noemen naarvimen, - inis ( onz..) = wilgenhoutdictum : congrueert met collem collis, collis = heuvelviscera (onz. mv.) = ingewanden: in deze passage: favorieten; >eigen vlees

en bloedfuturus, -a, -um = toekomstig

Hic alta Sicyone, ast hic Amydone relicta70 hic Andro, ille Samo, hic Trallibus aut Alabandis

Esquilias dictumque petunt a vimine collem,viscera magnarum domuum dominique futuri.

De een gaat op weg vanuit het hoge Sicyon, maar een ander uit het verlaten Amydon, weer een ander uit Andros, uit Samos, nog een ander uit Tralles of Alabanda naar de Esquilijn en de heuvel genoemd naar wilgenhout, de favorieten van machtige huizen en hun toekomstige meester.

8

Page 9: Juvenalis 2011 2012 lesuitwerking

ingenium = instellingvelox, -locis = snel; kwiek; flitsend; perditus, -a, -um = onmatigsermo, -onis = gesprek; manier van pratenpromptus, -a, -um = slagvaardigIsaeus : Assyrische redenaartorrens, -ntis = onstuimigedo, edere = uitspreken; zeggen

75 quivis = wie je ook maar wilt; iedere willekeurige

Ingenium velox, audacia perdita, sermopromptus et Isaeo torrentior: ede quid illum

75 esse putes? Quemvis hominem secum attulit ad nos:

Hun presentatie (is) flitsend, hun lef onmatig, hun manier van praten slagvaardig en onstuimiger dan Isaeus. Zeg maar eens wat je denkt dat hij is. Iedere willekeurige man nam hij met zich mee naar ons:

grammaticus = taalleraarrhetor, -toris = redenaargeometres, -ae = landmeterpictor, -oris = schilderaliptes, -ae = masseuraugur, -uris = vogelwichelaarschoenobates, - ae = koorddansermedicus = doktermagus = tovenaarGraeculus = Griekje (minachtend van toon)esurio, esurire = honger hebbenin caelum iusseris : lees: si in caelum iusseris ire

grammaticus rhetor geometres pictor aliptes augur schoenobates medicus magus: omnia novit Graeculus esuriens; in caelum iusseris ibit.

Taalleraar, redenaar, landmeter, schilder, masseur, vogelwichelaar, koorddanser, dokter, tovenaar. Een Griekje met honger heeft overal verstand van ; als je hem zult hebben opgedragen naar de hemel te gaan, zal hij gaan.

Deel 4 :

r. 81 – 125 Vervolg tirade tegen Grieken

r. 125 - 189 De kleine man bereikt nooit iets

r. 190 - 203 Zie blz. 8 v.d. bundel

Professor Staccioli : acht grootste ergernissen van burgers van Rome :

9

Page 10: Juvenalis 2011 2012 lesuitwerking

1. Verkeer2. Lawaai en chaos op straat3. Reistijd in de stad4. Afval en vuil5. Woningnood en torenhoge prijzen6. Instortingsgevaar en onveilige gebouwen7. Ongecontroleerde immigratie8. Onveilige straten ‘s avonds en ‘s nachts

Deel 5 203 - 222

Codrus : onbekend; blijkbaar een arme man van geringe lengteCodro : dativus possessivusProcula : onbekend; blijkbaar in die tijd een bekende dwergProcula : ablativus comparationis bij minorurceolus = kruikjeornamentum = schoonheidabacus = pronktafelnec non et = en om niet te vergeten ookinfra = daarin

205 cantharus = drinkschaalrecubo, recubare = achteroverliggenmarmor, -oris ( onz. ) = marmer; marmeren plaatChiron : (een beeldje van) Chiron (de wijze centaur die Achilles

opvoedde)

Lectus erat Codro Procula minor, urceoli sexornamentum abaci, nec non et parvulus infra

205 cantharus et recubans sub eodem marmore Chiron,

Codrus had een bed, kleiner dan ( dat van ) Procula, zes kruikjes, een schoonheid van een pronktafel en om niet te vergeten ook een piepklein drinkschaaltje daarin en een achteroverleunend beeldje van Chiron onder dezelfde marmeren plaat.

iam = tenslottecista = kist; kofferlibellus = boekjeopicus, - a, -um = barbaarsmus, muris = muis; ratrodo, rodere = aan iets knagen

iamque vetus graecos servabat cista libelloset divina opici rodebant carmina mures.

Tenslotte bewaarde een oude kist Griekse boekjes en knaagden barbaarse muizen

10

Page 11: Juvenalis 2011 2012 lesuitwerking

aan de goddelijke verzen.

nil : = nihilillud + totum : congrueren met nihil in r. 209 (acc ev onz )infelix, -icis = ongelukkig ( in deze passage gesubstantiveerd )

210 aerumna = zorgcumulus = stapel; kroon; toegiftest quod = (het) is, datnudum et frusta rogantem : vul aan: eumfrustum = brokje; stukje, kruimeltjehospitium = gastvrijheid; onderdak tectum = in deze passage: onderdak; een dak

Nil habuit Codrus, quis enim negat? Et tamen illudperdidit infelix totum nihil. Ultimus autem

210 aerumnae est cumulus, quod nudum et frusta rogantem nemo cibo, nemo hospitio tectoque iuvabit.

Niets had Codrus, wie ontkent dat eens ? En toch heeft hij heel dat niets verloren. De laatste toegift voorts op zijn penibele situatie s dat niemand hem die naakt is en om kruimeltjes vraagt zal helpen met voedsel, niemand met gastvrijheid en een dak.

Asturicus : onbekende aristocraatcado, cadere, cecidi = inzakken; instortenhorrida mater : lees: horridae matres sunthorridus, -a, -um = in deze passage: onverzorgd (als teken van rouw)pullatus, -a, -um = in de rouwproceres ( mv ) = voorname herenvadimonium = rechtsganggemo, gemere = bejammeren

Si magna Asturici cecidit domus, horrida mater,pullati proceres, differt vadimonia praetor.Tunc gemimus casus urbis, tunc odimus ignem.

Als het grote huis van Asturicus is ingestort, lopen de moeders er onverzorgd bij, zijn de voorname heren in de rouw, stelt de praetor de rechtsgang uit. Dan bejammeren wij het verval van de stad, dan haten wij het vuur.

215 accurro, accurrere = aan komen hollenqui = iemand, dieconfero, conferre = bijdrage leveren aanimpensa = uitgave; kostenhic ..., hic ... = de een ..., de ander ...candidus, -a, -um = (helder) witsignum = beeldEuphranor / Polyclites : zeer beroemde Griekse beeldhouwersAsianus, -a, -um = Aziatischornamentum = sieraadforuli ( mv ) = boekenkast

11

Page 12: Juvenalis 2011 2012 lesuitwerking

Minerva = (een beeld van ) Minerva220 modium = (korenmaat) >mud=

215 Ardet adhuc et iam accurit qui marmora donet,conferat impensas; hic nuda et candida signa,hic aliquid praeclarum Euphranoris et Polycliti,haec Asianorum vetera ornamenta deorum,hic libros dabit et forulos mediamque Minervam,

220 hic modium argenti.

Het staat nog te branden en er komt al iemand aanrennen om marmer te schenken, een bijdrage te leveren aan de onkosten; iemand hier zal naakte en witte beelden geven, een ander iets beroemds van Euphranor en Polycleites, een andere (vrouw ) oude sieraden van Aziatische goden, weer een ander boeken en een boekenkast en ( een standbeeld van ) Minerva in het midden, nog een ander een mud zilver.

meliora ac plura : gesubstantiveerde bijvoeglijke naamwoorden ( mv onz ) repono, reponere = in ruil voor iets krijgenPersicus : onbekende aristocraatorbus, -a, -um = kinderlooslautus, -a, -um = voornaamsuspicio, suspicere = verdenken

Meliora ac plura reponitPersicus, orborum lautissimus et merito iam suspectus tamquam ipse suas incenderit aedes.

Persicus, de voornaamste onder de kinderlozen en terecht al ervan verdacht als zou hij zelf zijn eigen huis in brand hebben gestoken, , kreeg als vergoeding meer en betere spullen.

Deel 6 223-248

plurimus = menigeenvigilo, vigilare = waken; wakker liggen languor, - oris = matheid; loomheidpario, parere, peperi = voortbrengen; veroorzakenimperfectus = onverteerdhaereo, haerēre = kleven; blijven steken

235 stomachus = maagmeritorium = huurwoning (in een insula) opes, - ium (mv.) = rijkdom

Plurimus hic aeger moritur vigilando; sed ipsumlanguorem peperit cibus imperfectus et haerensardenti stomacho. Nam quae meritoria somnum

235 admittunt? Magnis opibus dormitur in urbe.

12

Page 13: Juvenalis 2011 2012 lesuitwerking

Menigeen hier sterft, ziek door het wakkerliggen. ( Huh ? ) Maar voedsel dat onverteerd is en blijft kleven in een brandende maag heeft toch juist loomheid veroorzaakt … ? Welke huurwoningen dan wel laten slaap toe / maken het mogelijk om te slapen ? In de stad slaapt men ( alleen ) met grote rijkdom.

13

Page 14: Juvenalis 2011 2012 lesuitwerking

caput = in deze passage: hoofdoorzaakraeda = (vierwielige) wagentransitus , -us = het langstrekkenartus, -a, -um = smal; nauwvicus = steegjeinflexus, -us = kromming; bochtconvicium = scheldwoordmandra = stalsomnum eripio , - eripere = de slaap ontnemen aan iem, (+ dat.); iem. uit z’n slaap houdenDrusus : bedoeld wordt keizer Claudius (41-54 na chr.) een notoire

slaapkopvitulus marinus = zeekoe (blijkbaar ook een geduchte slaper)

Inde caput morbi. Raedarum transitus artovicorum inflexu et stantis convicia mandraeeripient somnum Druso vitulisque marinis.

Vandaar / Daar heb je de hoofdoorzaak van de ziekte. Het langstrekken van wagens door de nauwe kromming van de straatjes en de “scheldwoorden” van de stilstaande stal zullen Claudius en zeekoeien nog uit de slaap houden.

240 dives ( gesubst. ) = rijk man; een rijke curro, currere = in deze passage: varenos, oris ( onz. ) = mond; gezicht; hoofdLiburna = slagschip= (gebruikt als vergelijking met een draagstoel )obiter (bw.) = in het voorbijgaan; onderwegintus (bw.) = binnennamque : = namsomnum facio, - facere = slaap veroorzaken; slaperig makenlectica = draagstoelfenestra = venster; raampje

Si vocat officium, turba cedente vehetur240 dives et ingenti curret super ora Liburna

atque obiter leget aut scribet vel dormiet intus;namque facit somnum clausa lectica fenestra.

Als de plicht roept, zal een rijk man vervoerd worden, terwijl de menigte uiteengaat en in zijn enorme slagschip boven de hoofden varen en onderweg lezen of schrijven of binnen een dutje doen; want een draagstoel maakt slaperig als het raampje gesloten is.

ante : = anteaobstare = een obstakel vormen voor (+ dat.)unda = golf; in deze passage: zee (van mensen)prior = eerder; voor ons uitpremo, premere = duwen; porrenlumbus = lende

245 qui sequitur : antecedent: populushic ..., alter..., hic ..., ille ... = de een ..., een ander ..., weer een ander ..., nog een ander ...ferio, ferire = slaan; stoten cubitum = elleboog

14

Page 15: Juvenalis 2011 2012 lesuitwerking

asser, asseris = latdurus, -a, -um = hardtignum = balkincutio, incutere = stoten tegen (+ dat.)metreta = ton (van ca 40 liter)

Ante tamen veniet: nobis properantibus obstatunda prior, magno populus premit agmine lumbos

245 qui sequitur; ferit hic cubito, ferit assere duro alter, at hic tignum capiti incutit, ille metretam.

Toch zal hij eerder arriveren. Als wij haast hebben vormt een zee van mensen voor ons uit een obstakel, het volk, dat achter ons loopt, port in een grote horde ons in de lendenen, hier stoot iemand met zijn elleboog, een ander met een harde lat, weer een ander slaat een balk tegen ons hoofd en nog een ander een ton.

pinguia crura : vul aan: suntcrus, cruris ( onz. ) = beenlutum = modderplanta = voetzoolcalco, calcare = vertrappendigitus = teenclavus = spijkerhaereo, haerēre = blijven steken

Pinguia crura luto, planta mox undique magnacalcor, et in digito clavus mihi militis haeret.

Mijn benen zijn vet van de modder, ik word al gauw vertrapt door een grote voetzool van alle kanten en in mijn teen blijft een spijker van een soldaat ( soldatenschoen) steken.

Deel 7 249 – 277

celebro, celebrare = verheerlijken; ophef maken vansportula = picknickmandfumus = rook

250 conviva = tafelgenootquisque = elk; iederculina = keuken

Nonne vides quanto celebretur sportula fumo ?250 Centum convivae, sequitur sua quemque culina.

Zie je niet met hoeveel rook de picknickmand wordt opgehemeld ? ( Er zijn ) wel honderd gasten en de eigen keuken komt achter iedereen aan.

Corbulus : consul uit de tijd van keizer Nero, befaamd om zijn enorme omvang

15

Page 16: Juvenalis 2011 2012 lesuitwerking

Corbulo ( dat ev ) = voor Corbulus; ten behoeve van Corbulusvasum = kan; mv,: vaatwerkimpono, imponere = plaatsen op (+ dat.)vertex, - icis = kruinservulus = slaafjeinfelix = ongelukkigventilo, ventilare = aanblazen

Corbulo vix ferret tot vasa ingentia, tot resimpositas capiti, quas recto vertice portatservulus infelix et cursu ventilat ignem.

Voor Corbulus zou het ongelukkige slaafje nauwelijks zoveel enorm vaatwerk hoeven te dragen, zoveel op zijn hoofd geplaatste spullen, die hij draagt metzijn kruin rechtop, en onderweg blaast hij ( dan ook nog ) het vuurtje aan.

scindo, scindere = openscheuren tunica = tunicasarcio, sarcire = herstellencorusco, -are = slingeren

255 serracus = (tweewielige) wagenabies, -etis = denpinus = pijnboomplaustrum = vrachtkarnuto, nutare = knikken; schuddenalte ( bw.) = hoog; de hoogte in

Scinduntur tunicae sartae modo. Longa coruscat255 serraco veniente abies, atque altera pinum

plaustra vehunt; nutant alte populoque minantur.

Zojuist opgelapte tunica’s worden opengeratst. Een lange den ligt te schudden als er een wagen voorbijkomt, andere wagens vervoeren een pijnboom. Ze schudden hoog op en vormen een bedreiging voor het volk.

procumbo, procumbere = voorover vallen; omdonderenqui saxa Ligustica portat axis: lees: axis, qui saxa Ligustica portatsaxum = rots; steenLiguricus = Ligurisch (uit de streek Liguria ten N. van Rome kwam

marmer van zeer goede kwaliteit) axis, -is = as; wageneverto, evertere = omverwerpen; omgooien

Nam si procubuit qui saxa Ligustica portataxis et eversum fudit super agmina montem,quid superest de corporibus ?

Want als er een wagen is omgedonderd, die Ligurische blokken (marmer) vervoert en een omgekeerde berg over de drommen heen heeft gestort, wat is er dan over van onze lichamen ?

16

Page 17: Juvenalis 2011 2012 lesuitwerking

membra (onz. mv.) = ledematenos, ossis ( onz. ) = been; mv.: beenderen

260 obtero, obterere = verbrijzelencadaver, -eris ( onz. ) = lijkmos, -oris = gewoontemore (abl. ev van mos) = op de wijze van (+ gen.)anima = ademhaling; zucht

Quis membra, quis ossa260 invenit? Obtritum vulgi perit omne cadaver

more animae.

Wie vindt de ledematen ? Wie de beenderen ? Elk verbrijzelde lijk van een gewone man gaat eraan als in een zucht.

domus = in deze passage: het thuisfront; de mensen thuissecurus, -a, -um = zorgeloos; onbekommerdpatella = schotel; schaalbucca = bolle wangfoculus = haardjeexcito, excitare = aanwakkerensono, sonare = geluid maken; rammelenungo, ungere, unxi = zalvenstrig(i)lis, -is = krabberlinteum = linnen doek; handdoekgutus = olieflesje

Domus interea secura patellasiam lavat et bucca foculum excitat et sonat unctis

17

Page 18: Juvenalis 2011 2012 lesuitwerking

striglibus et pleno componit lintea guto.

Intussen zijn de mensen thuis al zorgeloos de schalen aan het wassen en blazen met bolle wang de haard aan en rammelen met gezalfde krabbers en leggen handdoeken bij een vol olieflesje.

varie (bw.) = afwisselend; op uiteenlopende wijzeille : bedoeld wordt de in de voorgaande regels bedolven

gewone man265 taeter, -tra, -trum = afschuwelijk

novicius = nieuweling; broekieporthmeus = veerman (bedoeld wordt Charon, de veerman van de

Onderwereld)porthmea : Griekse acc. ev.caenosus, -a, -um = modderiggurges, -itis = dieptealnus = els; bootje van elzenhoutinfelix, -icis = ongelukkig nec habet quem porrigat

ore trientem : lees: nec habet trientem, quem porrigat oreporrigo, porrigere = overhandigenos, oris ( onz. ) = mondtriens, -ntis = triens ( muntje van zeer geringe waarde )os, oris = gezicht

Haec inter pueros varie properantur; at ille265 iam sedet in ripa taetrumque novicius horret

porthmea, nec sperat caenosi gurgitis alnum infelix, nec habet quem porrigat ore trientem.

Deze dingen worden op uiteenlopende wijze verdeeld over de slaven (!) vlot aangepakt. Maar hij zit al op de oever en huivert als groentje voor de afschuwelijke veerman en de ongelukkige heeft geen hoop op het bootje van de modderige stroom en heeft geen muntje om te overhandigen met zijn mond.

Deel 8 278 – 322

ebrius, -a, -um = dronken; in deze passage gesubstantiveerd: dronkelappetulans, -antis = uitgelatencaedo, caedere, cecidi = afrossen; in elkaar timmerenpoenas do, poenas dare = een slechte bui hebben lugeo, lugēre = rouwen omamicum : object van lugentis

280 Pelida = zoon van Peleus (= Achilles)(In de Ilias wordt beschreven hoe Achilles na de dood van zijn vriend Patroklos een slapeloze nacht in wanhoop doorbrengt. Het is natuurlijk zeer ironisch om het lijden van de edele Achiles te vergelijken met dat van de bullebak. )cubo, cubare = liggenfacies, -ei = gezichtsupinus, -a, -um = achterover; op z=n rug

18

Page 19: Juvenalis 2011 2012 lesuitwerking

278 Ebrius ac petulans, qui nullum forte cecidit,dat poenas, noctem patitur lugentis amicum

280 Pelidae, cubat in faciem, mox deinde supinus;

Iemand die dronken en uitgelaten is en die toevallig nog niemand heeft afgerost, heeft een pestbui, hij ondervindt een nacht (als ) van de om zijn vriend rouwende Achilles, hij ligt op z’n gezicht, al gauw daarna op z’n rug;

aliter (bw.) = op een andere manier (dan door iemand af te tuigen )quibusdam : dat. mv. van quidam = voor bepaalde liedensomnum facio, - facere = slaperig makenrixa = knokpartij; een robbertje vechtenquamvis = hoewelimprobus, -a, um = onbeschaamd; onbesuisdanni (mv.) = z’n jaren, z’n leeftijd merum = pure wijnferveo, fervēre = driftig zijncaveo, cavēre = oppassen voor; op zijn hoede zijn voor ( + acc. )coccinus, -a, um = scharlakenroodlaena = wollen manteliubeo, iubēre = in deze passage: het dringend advies gevencomes, -itis = metgezel; ‘body-guard’

285 multum = (substantivum) een groot aantalflamma = vlam; (metonymie) fakkel aeneus, -a, -um = bronzenlampas, -adis = lamp

ergo non aliter poterit dormire: quibusdam somnum rixa facit. Sed quamvis improbus annis atque mero fervens, cavet hunc quem coccina laena vitari iubet et comitum longissimus ordo,

285 multum praeterea flammarum et aenea lampas.

Dus hij zal niet op een andere manier kunnen slapen: voor sommige mensen maakt een knokpartij slaperig. Maar hoewel hij onbesuisd is door zijn leeftijd en driftig door de pure wijn, past hij wel op voor degene, bij wie een scharlakenrode wollen mantel en een zeer lange rij van body-guards en bovendien veel fakkels en een bronzen lamp het dringende advies geven dat hij met rust moet worden gelaten.

me : object van contemnit deduco, deducere = begeleidenbrevis, - e = in deze passage: zwakcandela = waskaarsdispenso. dispensare = regelentempero, temperare = zuinig omspringen metfilum = pit

Me, quem luna solet deducere vel breve lumencandelae cuius dispenso et tempero filum,contemnit.

19

Page 20: Juvenalis 2011 2012 lesuitwerking

Voor mij, die de maan gewoonlijk begeleidt of het zwakke licht van een waskaars, met wiens pit ik berekenend en zuinig omspring, heeft hij minachting.

prohoemion = voorspel pulso, pulsare = beuken; klappen uitdelenvapulo, vapulare = incasseren; klappen krijgen

Miserae cognosce prohoemia rixae, si rixa est ubi tu pulsas, ego vapulo tantum.

Verneem het voorspel van de ongelukkige tweestrijd, als het tenminste een tweestrijd is, waar jij (de ander ) klappen uitdeelt, ik slechts incasseer.

290 contra : vul aan: tefuriosus, -a, -um = waanzinnig; door het dolle heenet idem = en tevensacetum = azijn; zure (flut)wijnconchis, -is = boontumeo, tumēre = opgezwollen zijn; winden latenquis .. sutor : lees: qui sutor sectilis, -e = gesnedenporrum = preisutor. -oris = schoenmakerelixus, -a, -um = gekooktvervex , -ecis = oude ramlabrum = bovenlip; kopcomedo, comedere = samen eten

290 Stat contra starique iubet: parere necesse est;nam quid agas, cum te furiosus cogat et idemfortior? “Unde venis” exclamat, “cuius aceto,cuius conche tumes? Quis tecum sectile porrumsutor et elixi vervecis labra comedit?

Hij staat tegenover je en beveelt dat je blijft staan: gehoorzamen is noodzakelijk.Want wat zou je kunnen doen, wanneer iemand die door het dolle heen is en tevens sterker je dwingt ? “Waar kom je vandaan”, roept hij uit, “van wiens zure flutwijn, van wiens bonen loop je hier te ruften ? Welke schoenmaker heeft samen met jou gesneden prei en de kop van een oude gekookte ram gegeten ?

20

Page 21: Juvenalis 2011 2012 lesuitwerking

295 nil : = nihilcalx, calcis = schopedo, edere = te voorschijn brengen; vertellenconsisto, consistere = post vatten (als bedelaar)in qua te quaero proseucha : lees: in qua proseucha te quaeroproseucha = synagogedicere si temptes aliquid : lees: si aliquid dicere temptesrecedo, recedere = een stapje terug zettentantumdem est = het is om het even; het maakt niets uitferio, ferire = meppenpariter ( bw. ) = op gelijke wijze; >net zo hard=vadimonia facio, - facere = voor de rechtbank dagenpauper, -eris = (gesubstantiveerd) een arme man

295 Nil mihi respondes? Aut dic aut accipe calcem.Ede ubi consistas, in qua te quaero proseucha? ”Dicere si temptes aliquid tacitusve recedas,tantumdem est: feriunt pariter, vadimonia deindeirati faciunt. Libertas pauperis haec est:

Antwoord je me niets ? Spreek of je kunt een schop krijgen. Zeg op, waar je standplaats is, in welke synagoge kan in jou vinden ? ” Of je nou iets zou proberen te zeggen of je zwijgend zou terugtrekken, het is om het even: ze meppen net zo hard, daarna dagen ze je woedend voor de rechtbank. Dit is de ‘vrijheid’ van een arme man:

300 pulso, pulsare = in elkaar beukenpugna = vuistconcido, concidere = aftuigenadoro, adorare = smekendens, dentis = tand

300 pulsatus rogat et pugnis concisus adoratut liceat paucis cum dentibus inde reverti.

In elkaar gebeukt en met vuistslagen afgetuigd vraagt en smeekt hij of hij met tenminste nog een paar tanden daarvandaan mag vertrekken …

21