voelen wat die soldaten voelden

1
© Copyright 2015 Dagblad De Limburger / Limburgs Dagblad. Het auteursrecht, ook ten aanzien van artikel 15 AW, wordt uitdrukkelijk voorbehouden. Zaterdag, 20 juni 2015 ‘Ik wil voelen wat die soldaten voelden’ 200 JAAR SLAG BIJ WATERLOO Tienduizend figu- ranten uit tiental- len landen hebben zich deze week ver- zameld op de koren- velden rond het Bel- gische Waterloo. Om, groter dan ooit, de slag na te spelen die in 1815 Napo- leons einde inluidde. Re-enactment heet deze hobby. „Histo- risch moet alles klop- pen, dat is de kick.” door Serge Sekhuis H H ij valt direct op. On- miskenbaar. De iet- wat gedrongen sta- tuur. Zijn hele voor- komen. Zo moet hij er hebben uitgezien. De Franse keizer Napoleon Bon- aparte. De kleine man, zwart haar, de borst vol eremetaal, vouwt een kaart open en overziet nog eens het strijdtoneel. Het is de ochtend voor de grote slag. We zijn in Plan- cenoit, een dorp onder Brussel. Le Dernier Quartier Général heet het hier. Een boerderij met een hofje. Dit was op 17 juni 1815 de uitvals- basis van de Franse troepen. Napo- leons laatste hoofdkwartier. In de tuin staan tientallen witte tentjes. Soldaten zijn er druk met het op- poetsen van hun musket en vul- len van zakjes buskruit, om straks de kogels mee te kunnen afvuren. Op houtvuurtjes staan grote pan- nen soep te pruttelen. Je waant je twee eeuwen terug in de tijd. Maar alles wat je ziet, is gespeeld. Met veel liefde én oog voor detail. Alle uniformen zijn zelf gemaakt, naar afbeeldingen in oude boeken. Van wol, katoen en linnen, precies als toen. Outfits met gouden kno- pen en kleurige epauletten. In het even verderop gelegen gewo- ne Franse kampement bivakkeert sinds woensdag ook Cynthia Bur- henne uit Obbicht. Al tien jaar komt ze hier. Verslingerd is ze ge- raakt aan haar re-enactment hobby. Het verlevendigen én levend hou- den van het napoleontische verle- den. Haar groep draagt groene uni- formen van de Douanes Impériales. Mannen die voor Napoleon onder meer smokkelaars moesten opspo- ren. Tot ook zij, toen de keizer ie- dereen nodig had bij de eindstrijd, onder de wapenen moesten. Cynthia is marketentster of vivan- dière. Praktisch betekent dat vooral kok. Ze is bezig met een salade en bakt een dozijn eieren voor de ka- meraden. „Die soldaten toen leef- den van wat ze in het veld konden vinden. Ze joegen zelf op fazanten of konijnen, die ze als buit en ruil- middel meedroegen. Als een paard in de strijd was omgekomen, werd het geslacht en verdween het in de soep”, vertellen Erik Schoutens uit Melick en Sebastiaan Berntsen. De salade van Cynthia komt, eerlijk is eerlijk, gewoon van Albert Heijn. Het oorspronkelijke strijdtoneel in 1815 omvatte 350 hectaren. Op di- verse plaatsen langs de weg tussen Plancenoit in het zuiden en Water- loo in het noorden hebben de ‘sol- daten’ van Franse en geallieerde zijde (toen vooral Engelsen, Duit- sers en circa 30.000 Nederlanders) hun bivak opgeslagen. Velden vol tentjes. Met daarin, voor wie de hobby écht serieus neemt, strozak- ken om op te slapen. Net als toen. „Geradbraakt ben je ’s ochtends”, weet Peter Gulikers. Ook dat hoort bij de beleving. „Je wilt voelen wat die mannen toen voelden.” Probe- ren althans. Want de Maastrichte- naar weet al te goed hoe het hier écht was. „Er was hier toen hele- maal geen tentenkamp. Het had al dagen geregend en het veld was één modderpoel. Artilleristen slie- pen onder hun geschut, infanteris- ten schuilden in hun jas. In diezelf- de modder liepen later ook Napo- leons kanonnen massaal vast.” Gulikers was in 1998 een van de oprichters van de Maastrichter Bri- gade, de historische marechaussee. Deze hield zich tijdens de slag, in krijgsraden, bezig met het bestraf- fen van mis- en wandaden van ge- allieerde militairen. „Maar wij wa- ren ook de persoonlijke lijfwach- ten van de prins van Oranje, de la- tere koning Willem II, die een „te vaak onderschatte, beslissende rol speelde bij Waterloo”, aldus Guli- kers. De prins is er ook. In de per- soon van Eric Edelman, sinds zijn studie geneeskunde woonachtig in Maastricht. Natuurlijk is Edelman teleurgesteld dat de échte afstam- meling van ‘zijn’ prins, nu koning Willem-Alexander, toen die don- derdag hier was, niet even bij zijn tent kwam kijken. „Het program- ma voorzag er niet in, hoorde ik la- ter. Hij en Máxima zijn bij het mo- nument gebleven. Jammer.” De prins van Oranje, zo is te voor- zien, zal vanavond tijdens de twee- de akte van de met paarden en ka- nongebulder groots nagespeelde slag, gewond raken. Een musketko- gel doorboort zijn schouder. De prins zal van zijn paard vallen. Het is vanmiddag nog eens geoefend. De afloop van de strijd staat vast. Napoleon verliest. Weinig verras- singen dus voor de tienduizend ac- teurs uit tientallen landen die hier verzameld zijn. Toch zijn alle Lim- burgse re-enactmenthobbyisten ge- zond zenuwachtig. Adrenaline. „Als je daar loopt, met die duizen- den anderen, je ziet en hoort zo’n colonne paarden op je af stormen. Dat geweld en het gebulder van al- le kanonnen. Indrukwekkend. Zo kan ik me ook voorstellen hoe die mannen de schrik om het hart ge- slagen moet zijn”, aldus Timo Nij- pels, voorzitter van de Vereniging Historische Artillerie Maastricht. „Waterloo kostte 23.700 militairen het leven. Er vielen 65.300 gewon- den. En op dit veld is de toekomst van Europa bepaald”, zegt Nijpels. „Daar hebben we gisteren twee mi- nuten stilte voor gehouden.” De Maastrichtenaar staat bij het ka- non, kaliber drieponder, dat straks mee de slag in gaat. ‘Droog’ wil hij wel even laten zien hoe het vullen met kruit en de kleine, zwartgelak- te jeu-de-boulesballen zal gaan. „Menig artillerist werd snel doof. Wij gebruiken nu maar een fractie van hun hoeveelheid kruit, en toch zijn het enorme knallen.” Alle figuranten hebben één ding gemeen: een grote fascinatie voor geschiedenis. Wisten wij bijvoor- beeld dat na afloop van de slag in Waterloo tandartsen als aasgieren op pad gingen om van gesneuvel- den de tanden te trekken? Er wer- den protheses van gemaakt. Of dat ook toen al ‘clustermunitie’ werd gebruikt? Blikken met schroot, die boven de vijand openscheurden. Omdat de strijd zich hier afspeelde in korenvelden, zag men de gewon- den niet liggen. Ze werden overre- den door eigen paarden of kanon- nen. De meeste slachtoffers vielen overigens niet tijdens de slag, maar erna. In de hygiënisch nogal belab- berde veldhospitalen. Geert Thissen uit Heel heeft een heel aparte rol tijdens de slag. Hij speelt doedelzak bij het 42nd High- land Regiment. En wil best al even laten horen hoe dat klinkt. Even la- ter schalt het Limburgse volkslied over het geallieerde bivak. De meeste slachtoffers in Waterloo vielen pas na de slag, in de hygiënisch vaak erbarmelijke hospitalen. Ook in 1815 gebruikten ze al ‘clustermunitie’: blikken met ijzerschroot die boven de vijand openscheurden. Een beeld van het ‘slagveld’ rond Waterloo, tweehonderd jaar later vol figuranten. De geallieerde cavale- rie houdt op haar kampement een laatste exercitie voorafgaand aan de slag (linksboven). Ook de artillerie lijkt klaar voor de strijd (rechts). De Franse keizer werpt een laatste blik op de kaart (linksonder). Pruisische soldaten hebben hun musketten nog in de wachtstand staan (foto midden). Maastrichtenaar Timo Nij- pels luistert naar Geert Thissen uit Heel op de doedelzak, en de Ob- bichtse Cynthia Burhenne bereidt als marketentster een maaltijd voor haar kameraden op het bivak van de Franse troepen in Plancenoit. foto’s Bas Quaedvlieg

Upload: serge-sekhuis

Post on 21-Aug-2015

25 views

Category:

News & Politics


1 download

TRANSCRIPT

© Copyright 2015 Dagblad De Limburger / Limburgs Dagblad. Het auteursrecht, ook ten aanzien van artikel 15 AW, wordt uitdrukkelijk voorbehouden. Zaterdag, 20 juni 2015

‘Ik wil voelen wat die soldaten voelden’

200 JAAR SLAG BIJ WATERLOO

Tienduizend figu-ranten uit tiental-len landen hebbenzich deze week ver-zameld op de koren-velden rond het Bel-gische Waterloo.Om, groter dan ooit,de slag na te spelendie in 1815 Napo-leons einde inluidde.Re-enactment heetdeze hobby. „Histo-risch moet alles klop-pen, dat is de kick.”

door Serge Sekhuis

HH ij valt direct op. On-miskenbaar. De iet-wat gedrongen sta-tuur. Zijn hele voor-komen. Zo moet hijer hebben uitgezien.

De Franse keizer Napoleon Bon-aparte. De kleine man, zwart haar,de borst vol eremetaal, vouwt eenkaart open en overziet nog eenshet strijdtoneel. Het is de ochtendvoor de grote slag. We zijn in Plan-cenoit, een dorp onder Brussel. LeDernier Quartier Général heet hethier. Een boerderij met een hofje.Dit was op 17 juni 1815 de uitvals-basis van de Franse troepen. Napo-leons laatste hoofdkwartier. In detuin staan tientallen witte tentjes.Soldaten zijn er druk met het op-

poetsen van hun musket en vul-len van zakjes buskruit, om straksde kogels mee te kunnen afvuren.Op houtvuurtjes staan grote pan-nen soep te pruttelen. Je waant jetwee eeuwen terug in de tijd.Maar alles wat je ziet, is gespeeld.Met veel liefde én oog voor detail.Alle uniformen zijn zelf gemaakt,naar afbeeldingen in oude boeken.Van wol, katoen en linnen, preciesals toen. Outfits met gouden kno-pen en kleurige epauletten.In het even verderop gelegen gewo-ne Franse kampement bivakkeertsinds woensdag ook Cynthia Bur-henne uit Obbicht. Al tien jaarkomt ze hier. Verslingerd is ze ge-raakt aan haar re-enactment hobby.Het verlevendigen én levend hou-den van het napoleontische verle-den. Haar groep draagt groene uni-

formen van de Douanes Impériales.Mannen die voor Napoleon ondermeer smokkelaars moesten opspo-ren. Tot ook zij, toen de keizer ie-dereen nodig had bij de eindstrijd,onder de wapenen moesten.Cynthia is marketentster of vivan-dière. Praktisch betekent dat vooralkok. Ze is bezig met een salade enbakt een dozijn eieren voor de ka-meraden. „Die soldaten toen leef-den van wat ze in het veld kondenvinden. Ze joegen zelf op fazantenof konijnen, die ze als buit en ruil-

middel meedroegen. Als een paardin de strijd was omgekomen, werdhet geslacht en verdween het in desoep”, vertellen Erik Schoutens uitMelick en Sebastiaan Berntsen. Desalade van Cynthia komt, eerlijk iseerlijk, gewoon van Albert Heijn.Het oorspronkelijke strijdtoneel in1815 omvatte 350 hectaren. Op di-verse plaatsen langs de weg tussenPlancenoit in het zuiden en Water-loo in het noorden hebben de ‘sol-daten’ van Franse en geallieerdezijde (toen vooral Engelsen, Duit-sers en circa 30.000 Nederlanders)hun bivak opgeslagen. Velden voltentjes. Met daarin, voor wie dehobby écht serieus neemt, strozak-ken om op te slapen. Net als toen.„Geradbraakt ben je ’s ochtends”,weet Peter Gulikers. Ook dat hoortbij de beleving. „Je wilt voelen wat

die mannen toen voelden.” Probe-ren althans. Want de Maastrichte-naar weet al te goed hoe het hierécht was. „Er was hier toen hele-maal geen tentenkamp. Het had aldagen geregend en het veld waséén modderpoel. Artilleristen slie-pen onder hun geschut, infanteris-ten schuilden in hun jas. In diezelf-de modder liepen later ook Napo-leons kanonnen massaal vast.”Gulikers was in 1998 een van deoprichters van de Maastrichter Bri-gade, de historische marechaussee.Deze hield zich tijdens de slag, inkrijgsraden, bezig met het bestraf-fen van mis- en wandaden van ge-allieerde militairen. „Maar wij wa-ren ook de persoonlijke lijfwach-ten van de prins van Oranje, de la-tere koning Willem II, die een „tevaak onderschatte, beslissende rol

speelde bij Waterloo”, aldus Guli-kers. De prins is er ook. In de per-soon van Eric Edelman, sinds zijnstudie geneeskunde woonachtig inMaastricht. Natuurlijk is Edelmanteleurgesteld dat de échte afstam-meling van ‘zijn’ prins, nu koningWillem-Alexander, toen die don-derdag hier was, niet even bij zijntent kwam kijken. „Het program-ma voorzag er niet in, hoorde ik la-ter. Hij en Máxima zijn bij het mo-nument gebleven. Jammer.”De prins van Oranje, zo is te voor-zien, zal vanavond tijdens de twee-de akte van de met paarden en ka-nongebulder groots nagespeeldeslag, gewond raken. Een musketko-gel doorboort zijn schouder. Deprins zal van zijn paard vallen. Hetis vanmiddag nog eens geoefend.De afloop van de strijd staat vast.

Napoleon verliest. Weinig verras-singen dus voor de tienduizend ac-teurs uit tientallen landen die hierverzameld zijn. Toch zijn alle Lim-burgse re-enactmenthobbyisten ge-zond zenuwachtig. Adrenaline.„Als je daar loopt, met die duizen-den anderen, je ziet en hoort zo’ncolonne paarden op je af stormen.Dat geweld en het gebulder van al-le kanonnen. Indrukwekkend. Zokan ik me ook voorstellen hoe diemannen de schrik om het hart ge-slagen moet zijn”, aldus Timo Nij-

pels, voorzitter van de VerenigingHistorische Artillerie Maastricht.„Waterloo kostte 23.700 militairenhet leven. Er vielen 65.300 gewon-den. En op dit veld is de toekomstvan Europa bepaald”, zegt Nijpels.„Daar hebben we gisteren twee mi-nuten stilte voor gehouden.”De Maastrichtenaar staat bij het ka-non, kaliber drieponder, dat straksmee de slag in gaat. ‘Droog’ wil hijwel even laten zien hoe het vullenmet kruit en de kleine, zwartgelak-te jeu-de-boulesballen zal gaan.„Menig artillerist werd snel doof.Wij gebruiken nu maar een fractievan hun hoeveelheid kruit, entoch zijn het enorme knallen.”Alle figuranten hebben één dinggemeen: een grote fascinatie voorgeschiedenis. Wisten wij bijvoor-beeld dat na afloop van de slag in

Waterloo tandartsen als aasgierenop pad gingen om van gesneuvel-den de tanden te trekken? Er wer-den protheses van gemaakt. Of datook toen al ‘clustermunitie’ werdgebruikt? Blikken met schroot, dieboven de vijand openscheurden.Omdat de strijd zich hier afspeeldein korenvelden, zag men de gewon-den niet liggen. Ze werden overre-den door eigen paarden of kanon-nen. De meeste slachtoffers vielenoverigens niet tijdens de slag, maarerna. In de hygiënisch nogal belab-berde veldhospitalen.Geert Thissen uit Heel heeft eenheel aparte rol tijdens de slag. Hijspeelt doedelzak bij het 42nd High-land Regiment. En wil best al evenlaten horen hoe dat klinkt. Even la-ter schalt het Limburgse volksliedover het geallieerde bivak.

De meeste slachtoffers inWaterloo vielen pas na deslag, in de hygiënisch vaakerbarmelijke hospitalen.

� Ook in 1815 gebruikten zeal ‘clustermunitie’: blikkenmet ijzerschroot die bovende vijand openscheurden.

Een beeld van het ‘slagveld’ rondWaterloo, tweehonderd jaar latervol figuranten. De geallieerde cavale-rie houdt op haar kampement eenlaatste exercitie voorafgaand aan deslag (linksboven). Ook de artillerielijkt klaar voor de strijd (rechts). DeFranse keizer werpt een laatste blikop de kaart (linksonder). Pruisischesoldaten hebben hun muskettennog in de wachtstand staan (fotomidden). Maastrichtenaar Timo Nij-pels luistert naar Geert Thissen uitHeel op de doedelzak, en de Ob-bichtse Cynthia Burhenne bereidtals marketentster een maaltijd voorhaar kameraden op het bivak van deFranse troepen in Plancenoit. foto’s Bas Quaedvlieg